ISSN 1977-0995

Publicatieblad

van de Europese Unie

C 383

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Mededelingen en bekendmakingen

63e jaargang
13 november 2020


Inhoud

Bladzijde

 

I   Resoluties, aanbevelingen en adviezen

 

ADVIEZEN

 

Europese Commissie

2020/C 383/01

Advies van de Commissie van 10 november 2020 betreffende het plan voor de lozing van radioactieve afvalstoffen afkomstig van de oppervlakteberging te Dessel in België

1


 

II   Mededelingen

 

MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

 

Europese Commissie

2020/C 383/02

Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie (Zaak M.9929 — EDP/Viesgo) ( 1 )

3


 

IV   Informatie

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

 

Raad

2020/C 383/03

Kennisgeving aan de personen die zijn onderworpen aan de beperkende maatregelen van Besluit (GBVB) 2017/2074 van de Raad, als gewijzigd bij Besluit (GBVB) 2020/1700 van de Raad, en van Verordening (EU) 2017/2063 van de Raad, als uitgevoerd bij Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1696 van de Raad, betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Venezuela

4

2020/C 383/04

Kennisgeving aan de betrokkenen op wie de beperkende maatregelen van Besluit (GBVB) 2017/2074 van de Raad en Verordening (EU) 2017/2063 van de Raad betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Venezuela van toepassing zijn

6

2020/C 383/05

Kennisgeving aan een persoon die onderworpen is aan de beperkende maatregelen van Besluit 2010/788/GBVB van de Raad en Verordening (EG) nr. 1183/2005 van de Raad tot vaststelling van bepaalde specifieke beperkende maatregelen tegen bepaalde personen die handelen in strijd met het wapenembargo tegen de Democratische Republiek Congo

7

 

Europese Commissie

2020/C 383/06

Wisselkoersen van de euro — 12 november 2020

8

2020/C 383/07

Toelichtingen op de gecombineerde nomenclatuur van de Europese Unie

9


 

V   Bekendmakingen

 

PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID

 

Europese Commissie

2020/C 383/08

Voorafgaande aanmelding van een concentratie (Zaak M.9892 — Leonardo/Thales/VSB) Voor de vereenvoudigde procedure in aanmerking komende zaak ( 1 )

10

 

ANDERE HANDELINGEN

 

Europese Commissie

2020/C 383/09

Bekendmaking van een aanvraag tot goedkeuring van een niet-minimale wijziging van een productdossier overeenkomstig artikel 50, lid 2, onder a), van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen

12


 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst.

NL

 


I Resoluties, aanbevelingen en adviezen

ADVIEZEN

Europese Commissie

13.11.2020   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 383/1


ADVIES VAN DE COMMISSIE

van 10 november 2020

betreffende het plan voor de lozing van radioactieve afvalstoffen afkomstig van de oppervlakteberging te Dessel in België

(Slechts de teksten in de Nederlandse en de Franse taal zijn authentiek)

(2020/C 383/01)

De onderstaande evaluatie is uitgevoerd overeenkomstig het Euratom-Verdrag, onverminderd eventuele aanvullende beoordelingen op grond van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en de verplichtingen die daaruit en uit het afgeleide recht voortvloeien (1).

Op 18 december 2019 heeft de Europese Commissie overeenkomstig artikel 37 van het Euratom-Verdrag van de Belgische regering algemene gegevens ontvangen betreffende het plan voor de lozing van radioactieve afvalstoffen (2) van de oppervlakteberging in Dessel.

Op basis van deze gegevens en de aanvullende informatie die de Commissie op 4 februari 2020 heeft aangevraagd en die de Belgische autoriteiten op 4 augustus 2020 verstrekt hebben, brengt de Commissie, na raadpleging van de groep van deskundigen, het volgende advies uit:

1.

De afstand tussen de bergingsfaciliteit en het dichtstbijzijnde punt in een andere lidstaat, in dit geval Nederland, bedraagt 11 km.

2.

Gedurende de exploitatieperiode van de faciliteit:

zal het radioactieve afval worden opgeslagen zonder dat het de bedoeling is het terug te halen;

zal de faciliteit niet onderworpen zijn aan een vergunning voor de lozing van door de lucht verspreide of vloeibare radioactieve effluenten. Onder normale bedrijfsomstandigheden zullen uit de bergingsfaciliteit geen door de lucht verspreide of vloeibare radioactieve effluenten vrijkomen;

in het geval van een niet-geplande lozing van radioactieve afvalstoffen ten gevolge van ongevallen van het type en de omvang als bedoeld in de algemene gegevens resulteren de in andere lidstaten ontvangen stralingsdoses naar verwachting niet in schadelijke effecten voor de volksgezondheid, rekening houdend met de in de basisnormen (Richtlijn 2013/59/Euratom (3)) vastgestelde referentieniveaus.

3.

Na de exploitatieperiode van de faciliteit:

zullen de in de algemene gegevens omschreven maatregelen die gepland zijn voor de definitieve sluiting van de faciliteit, de zekerheid bieden dat de conclusies van het bovenstaande punt 2 op lange termijn geldig blijven.

Concluderend is de Commissie van mening dat de uitvoering van het plan voor de lozing van radioactieve afvalstoffen, in welke vorm dan ook, die vrijkomen bij de in het Belgische Dessel gelegen oppervlakteberging, zowel gedurende de normale exploitatieperiode als na de definitieve sluiting van de faciliteit, alsook bij ongevallen van het type en de omvang als bedoeld in de algemene gegevens, waarschijnlijk geen radioactieve besmetting van het water, de bodem of het luchtruim van een andere lidstaat tot gevolg heeft die significant is voor de volksgezondheid, overeenkomstig de in de basisnormen (Richtlijn 2013/59/Euratom) vastgestelde bepalingen.

Gedaan te Brussel, 10 november 2020.

Voor de Commissie

Kadri SIMSON

Lid van de Commissie


(1)  Zo moeten milieuaspecten krachtens het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie verder worden geanalyseerd. De Commissie wil in dat verband graag de aandacht vestigen op het bepaalde in Richtlijn 2011/92/EU betreffende de milieueffectbeoordeling van bepaalde openbare en particuliere projecten, zoals gewijzigd bij Richtlijn 2014/52/EU; alsmede op Richtlijn 2001/42/EG betreffende de beoordeling van de gevolgen voor het milieu van bepaalde plannen en programma's, Richtlijn 92/43/EEG inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna en Richtlijn 2000/60/EG tot vaststelling van een kader voor communautaire maatregelen betreffende het waterbeleid.

(2)  De lozing van radioactieve afvalstoffen in de zin van punt 1 van Aanbeveling 2010/635/Euratom van de Commissie van 11 oktober 2010 betreffende de toepassing van artikel 37 van het Euratom-Verdrag (PB L 279 van 23.10.2010, blz. 36).

(3)  Richtlijn 2013/59/Euratom van de Raad van 5 december 2013 tot vaststelling van de basisnormen voor de bescherming tegen de gevaren verbonden aan de blootstelling aan ioniserende straling, en houdende intrekking van de Richtlijnen 89/618/Euratom, 90/641/Euratom, 96/29/Euratom, 97/43/Euratom en 2003/122/Euratom (PB L 13 van 17.1.2014, blz. 1).


II Mededelingen

MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

Europese Commissie

13.11.2020   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 383/3


Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie

(Zaak M.9929 — EDP/Viesgo)

(Voor de EER relevante tekst)

(2020/C 383/02)

Op 28 oktober 2020 heeft de Commissie besloten zich niet te verzetten tegen bovenvermelde aangemelde concentratie en deze verenigbaar met de interne markt te verklaren. Dit besluit is gebaseerd op artikel 6, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1). De volledige tekst van het besluit is slechts beschikbaar in het Engels en zal openbaar worden gemaakt na verwijdering van eventuele bedrijfsgeheimen. De tekst is beschikbaar:

op de website Concurrentie van de Commissie, afdeling Fusies (http://ec.europa.eu/competition/mergers/cases/). Deze website biedt verschillende hulpmiddelen om individuele concentratiebesluiten op te zoeken, onder meer op: naam van de onderneming, nummer van de zaak, datum en sector,

in elektronische vorm op de EUR-Lex-website (http://eur-lex.europa.eu/homepage.html?locale=nl) onder document nr. 32020M9929. EUR-Lex biedt onlinetoegang tot de communautaire wetgeving.


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1.


IV Informatie

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

Raad

13.11.2020   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 383/4


Kennisgeving aan de personen die zijn onderworpen aan de beperkende maatregelen van Besluit (GBVB) 2017/2074 van de Raad, als gewijzigd bij Besluit (GBVB) 2020/1700 van de Raad, en van Verordening (EU) 2017/2063 van de Raad, als uitgevoerd bij Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1696 van de Raad, betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Venezuela

(2020/C 383/03)

De volgende informatie wordt ter kennis gebracht van de personen die worden genoemd in bijlage I bij Besluit (GBVB) 2017/2074 van de Raad (1), als gewijzigd bij Besluit (GBVB) 2020/1700 van de Raad (2), en in bijlage IV bij Verordening (EU) 2017/2063 van de Raad (3), als uitgevoerd bij Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1696 van de Raad (4), betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Venezuela.

Na een evaluatie van de lijst van aan beperkende maatregelen onderworpen personen heeft de Raad van de Europese Unie besloten dat de personen die in de bovengenoemde bijlagen voorkomen, opgenomen moeten blijven in de lijst van personen die zijn onderworpen aan de beperkende maatregelen van Besluit (GBVB) 2017/2074 en Verordening (EU) 2017/2063 betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Venezuela. De redenen voor de opneming van de betrokken personen staan in de desbetreffende vermeldingen in die bijlagen.

Tevens worden de betrokkenen erop geattendeerd dat zij een verzoek kunnen richten tot de bevoegde instanties van de betrokken lidstaat (of lidstaten), vermeld op de websites in bijlage III bij Verordening (EU) 2017/2063 betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Venezuela, om een machtiging tot gebruik van bevroren tegoeden voor basisbehoeften of specifieke betalingen te verkrijgen (zie artikel 9 van de verordening).

De betrokkenen kunnen vóór 16 juli 2021, onder overlegging van bewijsstukken, op onderstaand adres een verzoek tot de Raad richten om het besluit hen op bovengenoemde lijsten te plaatsen, te heroverwegen:

Raad van de Europese Unie

Secretariaat-generaal

RELEX.1.C

Wetstraat 175

1048 Brussel

BELGIË

E-mail: sanctions@consilium.europa.eu

Met ontvangen opmerkingen zal rekening worden gehouden in het kader van de regelmatige evaluatie door de Raad, overeenkomstig artikel 13 van Besluit (GBVB) 2017/2074 en artikel 17, lid 4, van Verordening (EU) 2017/2063.

Tevens worden de betrokkenen erop geattendeerd dat zij tegen het besluit van de Raad beroep kunnen instellen bij het Gerecht van de Europese Unie, overeenkomstig de voorwaarden die zijn neergelegd in artikel 275, tweede alinea, en artikel 263, vierde en zesde alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.


(1)  PB L 295 van 14.11.2017, blz. 60.

(2)  PB L 381 van 13.11.2020, blz. 24.

(3)  PB L 295 van 14.11.2017, blz. 21.

(4)  PB L 381 van 13.11.2020, blz. 8.


13.11.2020   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 383/6


Kennisgeving aan de betrokkenen op wie de beperkende maatregelen van Besluit (GBVB) 2017/2074 van de Raad en Verordening (EU) 2017/2063 van de Raad betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Venezuela van toepassing zijn

(2020/C 383/04)

De aandacht van de betrokkenen wordt gevestigd op onderstaande informatie, overeenkomstig artikel 16 van Verordening (EU) 2018/1725 van het Europees Parlement en de Raad (1).

De rechtsgrondslag voor deze verwerking is Besluit (GBVB) 2017/2074 van de Raad (2), als gewijzigd bij Besluit (GBVB) 2020/1700 van de Raad (3), en Verordening (EU) 2017/2063 van de Raad (4), als uitgevoerd bij Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1696 van de Raad (5).

De verwerkingsverantwoordelijke is de Raad van de Europese Unie, die wordt vertegenwoordigd door de directeur-generaal Relex (Externe betrekkingen) van het secretariaat-generaal van de Raad. RELEX.1.C, de dienst die met de verwerking is belast, is bereikbaar op het volgende adres:

Raad van de Europese Unie

Secretariaat-generaal

RELEX.1.C

Wetstraat 175

1048 Brussel

BELGIË

E-mail: sanctions@consilium.europa.eu

De functionaris voor gegevensbescherming van het SGR is bereikbaar op het volgende adres:

Functionaris voor gegevensbescherming

data.protection@consilium.europa.eu

Het doel van de verwerking is het opstellen en actualiseren van de lijst van personen op wie beperkende maatregelen van toepassing zijn in overeenstemming met Besluit (GBVB) 2017/2074, als gewijzigd bij Besluit (GBVB) 2020/1700, en Verordening (EU) 2017/2063, als uitgevoerd bij Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1696.

De betrokkenen zijn de natuurlijke personen die voldoen aan de criteria voor plaatsing op de lijst als vastgesteld in Besluit (GBVB) 2017/2074 en Verordening (EU) 2017/2063.

De verzamelde persoonsgegevens omvatten gegevens die nodig zijn voor de correcte identificatie van de betrokkene, de motivering en eventuele andere daarmee verband houdende gegevens.

De verzamelde persoonsgegevens kunnen zo nodig worden uitgewisseld met de Europese Dienst voor extern optreden en de Commissie.

Onverminderd de beperkingen uit hoofde van artikel 25 van Verordening (EU) 2018/1725 worden de rechten van de betrokkenen, waaronder het recht van toegang, het recht op rectificatie en het recht van bezwaar, uitgeoefend overeenkomstig Verordening (EU) 2018/1725.

De persoonsgegevens worden bewaard gedurende vijf jaar vanaf het moment waarop de betrokkene is geschrapt van de lijst van personen op wie de beperkende maatregelen van toepassing zijn of totdat de geldigheidsduur van de maatregel is verstreken, of voor de duur van eventueel begonnen gerechtelijke procedures.

Onverminderd een eventuele voorziening in rechte, een administratief beroep of een buitengerechtelijk beroep kunnen betrokkenen bij de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming een klacht indienen overeenkomstig Verordening (EU) 2018/1725 (edps@edps.europa.eu).


(1)  PB L 295 van 21.11.2018, blz. 39.

(2)  PB L 295 van 14.11.2017, blz. 60.

(3)  PB L 381 van 13.11.2020, blz. 24.

(4)  PB L 295 van 14.11.2017, blz. 21.

(5)  PB L 381 van 13.11.2020, blz. 8.


13.11.2020   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 383/7


Kennisgeving aan een persoon die onderworpen is aan de beperkende maatregelen van Besluit 2010/788/GBVB van de Raad en Verordening (EG) nr. 1183/2005 van de Raad tot vaststelling van bepaalde specifieke beperkende maatregelen tegen bepaalde personen die handelen in strijd met het wapenembargo tegen de Democratische Republiek Congo

(2020/C 383/05)

De onderstaande informatie wordt ter kennis gebracht van de heer Thomas LUBANGA die is opgenomen in bijlage I bij Besluit 2010/788/GBVB van de Raad (1) en bijlage I bij Verordening (EG) nr. 1183/2005 van de Raad (2) tot vaststelling van bepaalde specifieke beperkende maatregelen tegen bepaalde personen die handelen in strijd met het wapenembargo tegen de Democratische Republiek Congo.

De Raad is voornemens de vermelding van bovengenoemde persoon te actualiseren overeenkomstig de wijzigingen van 2 november 2020 van het Comité van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties (VNVR), dat is ingesteld bij Resolutie 1533 (2004) betreffende de Democratische Republiek Congo (3).

Indien de betrokken persoon opmerkingen wenst in te dienen voordat de vermelding in de bovengenoemde bijlagen wordt gewijzigd op basis van de geactualiseerde informatie van het VNVR-Comité, dienen deze uiterlijk op 27 november 2020 te worden gestuurd naar het volgende adres:

Raad van de Europese Unie

Secretariaat-generaal

RELEX.1.C

Wetstraat 175

1048 Brussel

BELGIË

E-mail: sanctions@consilium.europa.eu


(1)  PB L 336 van 21.12.2010, blz. 30.

(2)  PB L 193 van 23.7.2005, blz. 1.

(3)  Zie persmededeling van 2 november 2020 in VN-document SC/14344: https://www.un.org/press/en/2020/sc14280.doc.htm


Europese Commissie

13.11.2020   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 383/8


Wisselkoersen van de euro (1)

12 november 2020

(2020/C 383/06)

1 euro =


 

Munteenheid

Koers

USD

US-dollar

1,1791

JPY

Japanse yen

124,25

DKK

Deense kroon

7,4459

GBP

Pond sterling

0,89765

SEK

Zweedse kroon

10,1825

CHF

Zwitserse frank

1,0805

ISK

IJslandse kroon

162,10

NOK

Noorse kroon

10,7658

BGN

Bulgaarse lev

1,9558

CZK

Tsjechische koruna

26,465

HUF

Hongaarse forint

355,20

PLN

Poolse zloty

4,4886

RON

Roemeense leu

4,8683

TRY

Turkse lira

9,1207

AUD

Australische dollar

1,6263

CAD

Canadese dollar

1,5443

HKD

Hongkongse dollar

9,1429

NZD

Nieuw-Zeelandse dollar

1,7196

SGD

Singaporese dollar

1,5921

KRW

Zuid-Koreaanse won

1 314,39

ZAR

Zuid-Afrikaanse rand

18,4908

CNY

Chinese yuan renminbi

7,8105

HRK

Kroatische kuna

7,5715

IDR

Indonesische roepia

16 747,23

MYR

Maleisische ringgit

4,8703

PHP

Filipijnse peso

57,175

RUB

Russische roebel

91,2463

THB

Thaise baht

35,715

BRL

Braziliaanse real

6,3638

MXN

Mexicaanse peso

24,2625

INR

Indiase roepie

88,0660


(1)  Bron: door de Europese Centrale Bank gepubliceerde referentiekoers.


13.11.2020   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 383/9


Toelichtingen op de gecombineerde nomenclatuur van de Europese Unie

(2020/C 383/07)

Overeenkomstig artikel 9, lid 1, onder a), van Verordening (EEG) nr. 2658/87 (1) van de Raad worden de toelichtingen op de gecombineerde nomenclatuur van de Europese Unie (2) als volgt gewijzigd:

Bladzijde 210:

Post 4202

De volgende tekst wordt toegevoegd:

“Deze post omvat ook kleine zakken en tassen van kunststof in vellen, met een sluiting (bijvoorbeeld een rits), bestemd voor langdurig gebruik. Zij hebben gewoonlijk versterkte randen (bijvoorbeeld van kunststof of van textiel) of gestikte naden. Ze kunnen worden gebruikt als bijvoorbeeld toiletzak, pennenetui of documentenmap en kunnen voorzien zijn van een handvat of een hanglus.

Voorbeelden van dergelijke zakken en tassen zijn:

Image 1

Deze post omvat niet kleine, simpele zakken en tassen van kunststof in vellen, met een sluiting, niet bestemd voor langdurig gebruik. Dergelijke zakken en tassen zijn louter gesloten aan de randen, zonder versterkingen (ze hebben bijvoorbeeld geen versterkte randen van textiel of kunststof, en geen gestikte naden). Ze kunnen een vouw hebben aan de onderkant en/of aan de zijkanten en hebben gewoonlijk een eenvoudige kunststof “zip-lock”-sluiting met een schuivertje. Ze kunnen voorzien zijn van een handvat of een hanglus. Ze moeten worden ingedeeld naar het materiaal waaruit ze zijn vervaardigd (indeling onder hoofdstuk 39).

Voorbeelden van dergelijke zakken en tassen zijn:

Image 2


(1)  Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad van 23 juli 1987 met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (PB L 256 van 7.9.1987, blz. 1).

(2)  PB C 119 van 29.3.2019, blz. 1.


V Bekendmakingen

PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID

Europese Commissie

13.11.2020   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 383/10


Voorafgaande aanmelding van een concentratie

(Zaak M.9892 — Leonardo/Thales/VSB)

Voor de vereenvoudigde procedure in aanmerking komende zaak

(Voor de EER relevante tekst)

(2020/C 383/08)

1.

Op 30 oktober 2020 heeft de Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) ontvangen.

Deze aanmelding betreft de volgende ondernemingen:

Leonardo S.p.A. (“Leonardo”, Italië);

Thales S.A. (“Thales”, Frankrijk) en

Vitrociset Space Business (“VSB”, Italië), die deel uitmaakt van Vitrociset S.p.A. (“Vitrociset”, Italië), die onder zeggenschap staat van Leonardo.

Leonardo en Thales verkrijgen gezamenlijke zeggenschap in de zin van artikel 3, lid 1, onder b), van de concentratieverordening over het geheel van VSB.

De concentratie komt tot stand door de verwerving van aandelen en vermogensbestanddelen.

2.

De activiteiten van de betrokken ondernemingen zijn:

Leonardo: wereldwijd actief in de sectoren lucht- en ruimtevaart, defensie en veiligheid, energie, communicatie, vervoer en automatisering;

Thales: wereldwijd actief in de sectoren lucht- en ruimtevaart, grondtransport, defensie en veiligheid, alsook digitale identiteit;

VSB: aanbieder van technische en engineeringdiensten, vervaardiging, integratie, operationeel beheer, onderhoud en logistieke dienstverlening voor het beheer van ruimtesystemen.

3.

Op grond van een voorlopig onderzoek is de Commissie van oordeel dat de aangemelde transactie binnen het toepassingsgebied van de concentratieverordening kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden.

Er zij op gewezen dat deze zaak in aanmerking komt voor de vereenvoudigde procedure zoals uiteengezet in de mededeling van de Commissie betreffende een vereenvoudigde procedure voor de behandeling van bepaalde concentraties krachtens Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (2).

4.

De Commissie verzoekt belanghebbenden haar hun eventuele opmerkingen over de voorgenomen concentratie kenbaar te maken.

Deze opmerkingen moeten de Commissie uiterlijk tien dagen na de datum van deze bekendmaking hebben bereikt. De volgende referentie moet altijd worden vermeld:

M.9892 — Leonardo/Thales/VSB

Opmerkingen kunnen per e-mail, per fax of per post aan de Commissie worden toegezonden. Gelieve de onderstaande contactgegevens te gebruiken:

E-mail: COMP-MERGER-REGISTRY@ec.europa.eu

Fax +32 22964301

Postadres:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie voor concentraties

1049 Brussel

BELGIË


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1 (“de concentratieverordening”).

(2)  PB C 366 van 14.12.2013, blz. 5.


ANDERE HANDELINGEN

Europese Commissie

13.11.2020   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 383/12


Bekendmaking van een aanvraag tot goedkeuring van een niet-minimale wijziging van een productdossier overeenkomstig artikel 50, lid 2, onder a), van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen

(2020/C 383/09)

Deze bekendmaking verleent het recht om binnen drie maanden na de datum van deze bekendmaking op grond van artikel 51 van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad (1) bezwaar aan te tekenen tegen de wijzigingsaanvraag.

AANVRAAG TOT GOEDKEURING VAN EEN NIET-MINIMALE WIJZIGING VAN HET PRODUCTDOSSIER INZAKE BESCHERMDE OORSPRONGSBENAMINGEN/BESCHERMDE GEOGRAFISCHE AANDUIDINGEN

Aanvraag tot goedkeuring van een wijziging overeenkomstig artikel 53, lid 2, eerste alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012.

“ΠΑΤΑΤΑ ΝΑΞΟΥ” (PATATA NAXOU)

EU-nr.: PGI-GR-0708-AM01 — 14.11.2019

BOB () BGA (X)

1.   Aanvragende groepering en rechtmatig belang

“ATYPI OMADA PARAGOGON — METAPOIITON PATATAS NAXOU”

De informele groepering van producenten en verwerkers van de “Patata Naxou” (Atypi omada paragogon — metapoiiton patatas Naxou) verricht haar activiteiten in het geografische gebied en houdt zich momenteel bezig met de normalisatie, behandeling, verpakking en afzet van het gros van de productie van de “Patata Naxou”. Een van haar leden, de “Enosi Agrotikon Synetairismon Naxou E.A.S. A.E.” [Unie van landbouwcoöperaties van Naxos S.A. (E.A.S.)] heeft overigens, als aangesloten aardappelproducent, de oorspronkelijke aanvraag om registratie van de benaming “Patata Naxou” in het EU-register van beschermde oorsprongsbenamingen en beschermde geografische aanduidingen ingediend.

2.   Lidstaat of derde land

Griekenland

3.   Rubriek van het productdossier waarop de wijziging(en) betrekking heeft/hebben

Naam van het product

Beschrijving van het product

Geografisch gebied

Bewijs van oorsprong

Werkwijze voor het verkrijgen van het product

Verband

Etikettering (verpakking)

Overige (controles, technische aanpassing)

4.   Aard van de wijziging(en)

Wijziging van een productdossier van een geregistreerde BOB of BGA die overeenkomstig artikel 53, lid 2, derde alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012 niet als minimaal kan worden beschouwd.

Wijziging van een productdossier van een geregistreerde BOB of BGA waarvoor geen enig document (of gelijkwaardig document) is bekendgemaakt, die overeenkomstig artikel 53, lid 2, derde alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012 niet als minimaal kan worden beschouwd.

5.   Wijzigingen

Beschrijving van het product

1.

In punt 2 van het productdossier (beschrijving van het product) wordt de tekst:

“In het geografische gebied Naxos worden de volgende aardappelrassen gekweekt: Liseta, Spunta, Marfona, Vivaldi en Alaska.”

vervangen door:

“In het geografische gebied Naxos worden de volgende aardappelrassen gekweekt: Liseta, Spunta, Marfona, Vivaldi, Alaska, El Beida, Farida, Noha en Burren.”.

De wijziging betreft een uitbreiding van het aantal rassen. Met de keuze van de nieuwe rassen wordt beoogd het productdossier van de “Patata Naxou” aan te passen aan de veranderingen in de klimatologische omstandigheden in verband met de klimaatverandering. De nieuwe rassen passen zich namelijk beter aan aan de vastgestelde neerslagverdeling, met een beduidend kleiner aantal dagen neerslag per maand en per jaar, alsook aan de intense regenval (dagelijkse regenval) die de afgelopen vijf jaar is vastgesteld in het afgebakende gebied (het eiland Naxos). In vergelijking met de momenteel toegestane rassen brengen de nieuwe rassen minder misvormde aardappelknollen voort bij intense en langdurige regenval tijdens de kiemingsperiode, zoals de laatste jaren het geval is door de klimaatverandering. Doordat de knollen van deze nieuwe rassen dieper in de grond kiemen dan de momenteel toegestane rassen, komen de knollen bovendien niet bloot te liggen door het afvloeiende water van intense regenval en worden ze niet groen.

Benadrukt zij dat de specifieke kenmerken van de “Patata Naxou”, namelijk de vroegrijpheid, het middelgrote formaat, het gave uitzicht, de uniformiteit, de afwezigheid van plagen en ziekten en van gebreken in het algemeen, het hoge drogestofgehalte (> 18 %) en het lage suikergehalte (< 1 %) ondanks de toevoeging van de nieuwe rassen behouden blijven. Deze specifieke kenmerken van de “Patata Naxou” zijn toe te schrijven aan de bijzondere bodem- en klimaatomstandigheden van het eiland en aan de talrijke traditionele teeltpraktijken, die ook vandaag nog door de lokale producenten worden toegepast.

De nieuwe rassen, die beter bestand zijn tegen droge omstandigheden (droogte) en die vroeg kunnen worden gepoot in jaren met weinig regenval waarin kwaliteitsvolle watervoorraden vanaf half mei beperkt zijn, zullen gunstige gevolgen hebben voor het inkomen van de producenten, dat sterk is gedaald door de klimaatverandering. De nieuwe rassen vertonen het gewenste productiviteitsniveau (hoge opbrengsten) en vooral aan de bodem- en klimaatomstandigheden van het gebied aangepaste kwalitatieve kenmerken (langere houdbaarheid tijdens de opslag, beperkte verliezen - groter percentage verkoopbare aardappelknollen, vroegrijpheid, ziekteresistentie). Vroegrijpheid is een van de bijzondere kwalitatieve kenmerken van de “Patata Naxou”. Doordat er in het afgebakende gebied slechts enkele dagen per maand hevige regenval is, waardoor er weinig irrigatiewater is, en de bodem dit water niet kan vasthouden (oppervlakkig afvloeiend water), is de productiviteit van de momenteel toegestane aardappelrassen de afgelopen vijf jaar verminderd en het inkomen van de producenten gedaald. De toevoeging van de nieuwe rassen, die niets afdoet aan de kwalitatieve kenmerken van het product, zal dus helpen het inkomensverlies van de producenten tegen te gaan en het huidige productieniveau van de BGA “Patata Naxou” in stand te houden dankzij de teelt van nieuwe aardappelrassen op grotere oppervlakten.

De overeenkomstige tekst in punt 3.2 van het enig document wordt eveneens gewijzigd.

2.

In punt 2 van het productdossier (beschrijving van het product) wordt de tekst:

“De knol is 35 tot 65 millimeter groot en heeft een ronde tot langwerpige vorm.”

vervangen door:

“De knol is 35 tot 75 millimeter groot en heeft een ronde tot langwerpige vorm.”.

De reden voor deze wijziging is dat uit experimentele gegevens in het veld is gebleken dat sommige van de nieuwe rassen iets grotere aardappelknollen voortbrengen. Deze nieuwe rassen zijn toegevoegd omdat ze de gewenste productiekenmerken vertonen, zoals bestandheid tegen droge omstandigheden, een langere houdbaarheid tijdens de opslag, ziekteresistentie en beperkte verliezen, en ook om de in punt 1 genoemde redenen. De verhoging van de maximale grootte van de aardappel van 65 mm tot 75 mm verandert niets aan de indeling van de “Patata Naxou” als middelgrote aardappel, een kenmerkende eigenschap van het product.

De overeenkomstige tekst in punt 3.2 van het enig document wordt eveneens gewijzigd.

3.

In punt 2 van het productdossier (beschrijving van het product) wordt de tekst:

“De schil is glad, met een ononderbroken textuur, en heeft een gele kleur. De ogen, een tiental per knol, zijn oppervlakkig en het vlees van de knol heeft een kenmerkende wit-gele kleur.”

vervangen door:

“De schil is glad, met een ononderbroken textuur, en heeft een lichtgele of gele kleur. De ogen, een tiental per knol, zijn oppervlakkig en het vlees van de knol heeft een kenmerkende witte, gele of wit-gele kleur.”.

Deze wijzigingen worden gerechtvaardigd door de fysieke kenmerken van de nieuwe rassen. De kleine wijzigingen wat betreft de kleur van het vlees van de knol, van “wit-geel“ in “geel, wit of wit-geel”, en de kleur van de schil van de knol, van “geel” in “lichtgeel of geel”, veranderen niets aan de bijzondere organoleptische kenmerken van het product en zijn niet waarneembaar voor de consument; het betreft overigens geen specifiek kenmerk van de “Patata Naxou”. Deze nieuwe rassen worden toegevoegd om de in punt 1 genoemde redenen.

De overeenkomstige tekst in punt 3.2 van het enig document wordt eveneens gewijzigd.

4.

In punt 2 van het productdossier (beschrijving van het product) wordt de tekst:

“Een klein percentage (< 10 %) is afkomstig van andere rassen die zijn geëvalueerd door het lokale productiecentrum voor teeltmateriaal en die periodiek ter beschikking van de lokale producenten worden gesteld voor teelt- en evaluatiedoeleinden.”

vervangen door:

“Een klein percentage (< 10 %) is afkomstig van andere rassen die zullen beantwoorden aan de kenmerken van het product zoals beschreven in het productdossier.”.

Het pootgoed wordt sinds de oorspronkelijke goedkeuring van de BGA tot nu geëvalueerd door het productiecentrum voor teeltmateriaal. De afgelopen jaren is de productie van pootgoed sterk gedaald en de overgrote meerderheid van de met aardappelen beteelde oppervlakten is voortaan bestemd voor consumptieaardappelen, in tegenstelling tot vóór de oorspronkelijke goedkeuring van de BGA en de daaropvolgende jaren, toen de productie voornamelijk was gericht op de productie van pootgoed. Wij hebben de formulering dan ook gewijzigd om elk misverstand te voorkomen. Hoe dan ook is het toezicht op de naleving van het productdossier een exclusieve bevoegdheid van de bevoegde toezichthoudende autoriteit en niet van de producenten zelf.

5.

In punt 5 van het productdossier (beschrijving van de productiemethode van het product) wordt de tekst onder g) (oogst):

“De oogst van de voorjaarsteelt begint eind mei en eindigt de eerste tien dagen van juli.”

vervangen door:

“De oogst van de voorjaarsteelt begint eind april en eindigt de eerste tien dagen van juli.”.

De oogstperiode moet worden gewijzigd in verband met de toevoeging van het ras El Beida, een vroegrijpend ras dat reeds 80 tot 85 dagen na de inzaai wordt geoogst.

De overeenkomstige tekst in punt 3.2 van het enig document wordt eveneens gewijzigd.

6.

In punt 5 van het productdossier (beschrijving van de productiemethode van het product) wordt de tekst onder b) (Aanplant van de knollen):

“Momenteel zijn er op Naxos twee plantseizoenen: voor de voorjaarsteelt wordt geplant van midden februari tot begin maart en voor de najaarsteelt van begin augustus tot de eerste dagen van september.”

vervangen door:

“Momenteel zijn er op Naxos twee plantseizoenen: voor de voorjaarsteelt wordt geplant van half januari tot begin maart, en voor de najaarsteelt van begin augustus tot de eerste dagen van september.”.

De reden voor deze wijziging is dat het nieuwe ras El Beida voor de voorjaarsoogst wordt geplant vanaf half januari vanwege de vroegrijpheid van dit ras, dat 80 tot 85 dagen na het planten wordt geoogst; de oogst begint dan ook vanaf eind april, wanneer de irrigatiewatervoorraden van goede kwaliteit zijn.

De overeenkomstige tekst in punt 3.2 van het enig document wordt eveneens gewijzigd.

Bewijs van oorsprong

7.

In punt 4 van het productdossier betreffende het bewijs van oorsprong en het bijhouden van het register van producenten wordt de tekst:

“Het register bevat de lijst van huidige producenten en staat open voor nieuwe landbouwers. De Unie van de landbouwcoöperaties van Naxos zorgt ervoor dat zij hen te gelegener tijd relevante informatie verstrekt.”

vervangen door:

“Het register bevat de lijst van huidige producenten en staat open voor nieuwe landbouwers; het wordt bijgehouden door bedrijven voor de normalisatie, verpakking en afzet van de “Patata Naxou”. De bedrijven moeten een traceersysteem invoeren om te allen tijde het verband tussen de grondstoffen (input) en de eindproducten (output) te kunnen aantonen.

Meer bepaald zijn bedrijven voor de normalisatie en de verpakking van het product verplicht een register bij te houden dat de gegevens bevat van de producenten/telers waarmee zij samenwerken en waarin onder andere de GBCS-codes zijn opgenomen (ligging van de percelen), de per perceel geteelde rassen en de per producent en per perceel ontvangen hoeveelheden.”.

Om de voor het gebruik van de BGA benodigde certificering te krijgen, worden bedrijven voor de normalisatie, verpakking en afzet van de “Patata Naxou” op grond van de nationale wetgeving gecontroleerd door het controle- en certificeringsorgaan voor BOB/BGA-producten ELGO DIMITRA, dat ressorteert onder het ministerie van Plattelandsontwikkeling en Voedselvoorziening. De bedrijven moeten een traceersysteem invoeren om te allen tijde het verband tussen de grondstoffen (input) en de eindproducten (output) te kunnen aantonen. Meer bepaald zijn bedrijven voor de normalisatie en de verpakking van het product verplicht een bestand bij te houden dat de gegevens bevat van de producenten/telers waarmee zij samenwerken en waarin onder andere de GBCS-codes zijn opgenomen (ligging van de percelen), de per perceel geteelde rassen en de per producent en per perceel ontvangen hoeveelheden.

De aangevraagde wijziging moet ervoor zorgen dat het register van producenten dat door de bedrijven voor de normalisatie en de verpakking van de “Patata Naxou” wordt meegedeeld aan ELGO DIMITRA, betrouwbaar is en tijdig wordt bijgewerkt. Met de aangevraagde wijziging wordt voorts een beperking opgeheven (namelijk dat alleen de Unie van de landbouwcoöperaties van Naxos de registers mag bijhouden) en worden de regels aangepast aan de huidige nationale wetgeving inzake het toezicht op de traceerbaarheid van het product door ELGO DIMITRA.

Werkwijze voor het verkrijgen van het product

8.

In punt 5 van het productdossier wordt de tekst onder b) (Aanplant van de knollen):

“De gebruikte hoeveelheid pootgoed ligt tussen 150 en 300 kg per stremma, afhankelijk van de grootte en de plantafstand.”

vervangen door:

“De gebruikte hoeveelheid pootgoed ligt tussen 100 en 500 kg per stremma, afhankelijk van de grootte en de plantafstand.”.

Met de voorgestelde wijziging wordt beoogd de hoeveelheid geplant pootgoed per stremma aan te passen op basis van de nieuwe aardappelrassen en de momenteel beschikbare experimentele gegevens. De minimumhoeveelheid gecertificeerd pootgoed hangt af van de grootte ervan, het aantal ogen per knol, de plantafstand, die hoofdzakelijk wordt bepaald door de mechanische uitrusting waarover elk landbouwbedrijf beschikt en de manier waarop het pootgoed worden gesneden, die verschilt per producent en per perceel (wanneer zich problemen op het vlak van waterretentie of ziekte voordoen of er onvoldoende werkkrachten zijn, kan het pootgoed soms niet worden gesneden). Voor aanplantingen tussen augustus en september ligt de hoeveelheid pootgoed tussen 300 kg en 500 kg, afhankelijk van de grootte, met name wanneer het niet kan worden gesneden en de geplante knollen zwaarder zijn; voor aanplantingen tussen januari en maart ligt de hoeveelheid daarentegen tussen 110 en 180 kg per stremma.

Deze wijziging verandert niets aan de kwalitatieve kenmerken van het product en is nodig om de opbrengst en de winstgevendheid te handhaven.

9.

In punt 5 van het productdossier wordt de tekst onder g) (Oogst):

“Volgens de huidige teeltmethoden vindt de oogst, afhankelijk van het ras en het teeltgebied, ongeveer 90 tot 120 dagen na het planten plaats”.

vervangen door:

“Volgens de huidige teeltmethoden vindt de oogst, afhankelijk van het ras en het teeltgebied, ongeveer 80 tot 120 dagen na het planten plaats”.

De oogstperiode moet worden gewijzigd in verband met de toevoeging van het ras El Beida, een vroegrijpend ras dat reeds 80 tot 85 dagen na het planten wordt geoogst.

10.

In punt 5 van het productdossier wordt de tekst onder h) (Behandeling na de oogst):

“Deze praktijk is nog steeds in zwang en draagt aanzienlijk bij aan de hoge kwaliteit van de voortgebrachte aardappelen.

Na de rijping geeft elke producent zijn oogst aan bij de coöperatie en vervolgens worden, afhankelijk van de oogst, de zakken verdeeld in volgorde van prioriteit.

Na de eerste sortering op de akker worden de aardappelen in zakken verpakt en verricht een landbouwdeskundige een voorafgaande kwaliteitscontrole ter plaatse. Geschikt geachte partijen worden overgebracht naar het verpakkingsbedrijf waar een tweede kwaliteitscontrole plaatsvindt, gevolgd door een sortering, om knollen met gebreken te verwijderen; daarna worden de aardappelen als gecontroleerd product in zakken verpakt.”

gewijzigd als volgt:

“Deze praktijk is nog steeds in zwang en draagt aanzienlijk bij aan de hoge kwaliteit van de geoogste pootgoedknollen, terwijl ze voor consumptieaardappelknollen op vrijwillige basis wordt gehandhaafd. Als alternatief kunnen lokale producenten consumptieaardappelen na de oogst en de eerste sortering die noodzakelijkerwijs volgt op het rooien van de knollen overbrengen naar moderne koelhuizen waarmee de verpakkingseenheden op het eiland voortaan zijn uitgerust - wat eerder niet het geval was - waar ze hun specifieke kwalitatieve eigenschappen meerdere maanden kunnen behouden tot ze worden geleverd aan eindconsumenten in heel Griekenland. Het bedekken van consumptieaardappelen met stro is om de volgende redenen facultatief: a) wanneer de consumptieknollen onmiddellijk na de oogst in zakken of palletkisten naar geschikte opslagplaatsen worden overgebracht en in adequate omstandigheden qua vochtigheid en temperatuur worden bewaard, worden ze minder aangetast door Phthorinaea operculella omdat de ontwikkeling van de door dit insect veroorzaakte ziekte in moderne koelkamers wordt vertraagd, zoals plaatselijke landbouwdeskundigen hebben vastgesteld; en b) doordat de consumptieknollen onmiddellijk na de oogst worden overgebracht naar koelhuizen, kan een kwaliteitscontrole worden verricht voordat ze in partijen worden verpakt, aangezien meeldauw zich sneller ontwikkelt in koelinstallaties en zo wordt vermeden dat door deze ziekte aangetaste knollen op de markt worden gebracht.

Na de eerste sortering op de akker worden de aardappelen in zakken of palletkisten verpakt en vervolgens onderworpen aan een voorafgaande kwaliteitscontrole ter plaatse door een landbouwdeskundige. Geschikt geachte partijen worden overgebracht naar het verpakkingsbedrijf waar een tweede kwaliteitscontrole plaatsvindt, evenals een sortering om knollen met gebreken te verwijderen, zodat ze als gecontroleerd product in zakken of palletkisten kunnen worden verpakt.”.

In punt 3.4 [voorheen punt 3.5] van het enig document wordt de tekst:

“Die onderdelen moeten in het afgebakende geografische gebied plaatsvinden aangezien de plaatselijke aardappeltelers de knowhow bezitten om een vroege oogst te garanderen. Zij maken namelijk maximaal gebruik van de plaatselijke weersomstandigheden (planttijd in samenhang met de neerslag). Ook na het rooien van de knollen wordt een specifieke techniek toegepast: de knollen worden met stro bedekt. Hierdoor dikt de schil van de aardappel aan, waardoor zij beter bestand is tegen het vervoer, en kunnen de diverse oppervlakkige kwetsuren helen.”

vervangen door:

“Die onderdelen moeten in het afgebakende geografische gebied plaatsvinden aangezien de plaatselijke aardappeltelers de knowhow bezitten om een vroege oogst te garanderen. Zij maken namelijk maximaal gebruik van de plaatselijke weersomstandigheden (planttijd in samenhang met de neerslag). Ook na het rooien van de knollen wordt een specifieke techniek toegepast: de knollen worden met stro bedekt. Hierdoor dikt de schil van de aardappel aan, waardoor zij beter bestand is tegen het vervoer, en kunnen de diverse oppervlakkige kwetsuren helen. Dit is verplicht voor pootgoedknollen en facultatief voor consumptieknollen.”.

In punt 5.1.C van het enig document wordt de tekst:

“Een andere specifieke teelttechniek van de producenten op Naxos bestaat erin de geoogste aardappelen op de akker te laten rijpen, onder stro.”

vervangen door:

“Een andere specifieke teelttechniek van de producenten op Naxos bestaat erin de geoogste aardappelen op de akker te laten rijpen, onder stro.” Voor consumptieknollen wordt deze techniek op vrijwillige basis gehandhaafd..”

In punt 5.3 van het enig document (Causaal verband tussen het geografische gebied en een bepaalde hoedanigheid, de faam of een ander kenmerk van het product) wordt de tekst:

“Nadat de knollen zijn gerooid, verrichten de aardappeltelers van Naxos een eerste sortering op de akker om vreemde voorwerpen en beschadigde knollen te verwijderen. Vervolgens worden de knollen op de akker opgestapeld en worden de hopen afgedekt, eerst met een laag stro en daarna met aardappelloof, om ze tegen de zon te beschermen. De rijpingsperiode op de akker verhoogt de houdbaarheid van het product, aangezien de schil van de aardappel afhardt en dikker wordt, waardoor zij beter bestand is tegen het vervoer. Tegelijk kunnen de diverse oppervlakkige kwetsuren helen en vermindert het gehalte aan toxische glycoalkaloïden. De consumptieknollen worden onmiddellijk na de oogst overgebracht naar bedrijven voor de opslag, normalisatie, verpakking en afzet van de “Patata Naxou”, waar ze worden bewaard in passende omstandigheden qua vochtigheid en temperatuur.”

vervangen door:

“Nadat de knollen zijn gerooid, verrichten de aardappeltelers van Naxos een eerste sortering op de akker om vreemde voorwerpen en beschadigde knollen te verwijderen. Vervolgens worden de knollen op de akker opgestapeld en worden de hopen afgedekt, eerst met een laag stro en daarna met aardappelloof, om ze tegen de zon te beschermen. Voor consumptieknollen wordt deze techniek op vrijwillige basis gehandhaafd. De rijpingsperiode op de akker verhoogt de houdbaarheid van het product, aangezien de schil van de aardappel afhardt en dikker wordt, waardoor zij beter bestand is tegen het vervoer. Tegelijk kunnen de diverse oppervlakkige kwetsuren helen en vermindert het gehalte aan toxische glycoalkaloïden. De consumptieknollen kunnen ook onmiddellijk na de oogst worden overgebracht naar bedrijven voor de opslag, normalisatie, verpakking en afzet van de “Patata Naxou”, waar ze worden bewaard in passende omstandigheden qua vochtigheid en temperatuur.”.

In punt 6.C van het productdossier wordt de tekst in punt I (verband tussen de kwaliteit van het product en het afgebakende geografische gebied):

“Een andere specifieke teelttechniek op Naxos waaraan de hoge kwaliteit van de plaatselijke pootgoedaardappel wordt toegeschreven, bestaat erin de geoogste knollen op de akker te laten rijpen, onder stro. Hierdoor, en doordat de schil afhardt, kunnen zowel secundaire aantasting als de gevolgen van de kwetsuren van de aardappelen tijdens het vervoer worden beperkt (bijlage nr. 23). Door deze praktijk is een toename van het gehalte aan glycoalkaloïden (vergif) bij de verdere hantering ook minder waarschijnlijk (bijlage nr. 24).”

vervangen door:

“Een andere specifieke teelttechniek op Naxos waaraan de hoge kwaliteit van de plaatselijke pootgoedaardappel wordt toegeschreven, bestaat erin de geoogste knollen op de akker te laten rijpen, onder stro. Hierdoor, en doordat de schil afhardt, kunnen zowel secundaire aantasting als de gevolgen van de kwetsuren van de aardappelen tijdens het vervoer worden beperkt (bijlage nr. 23). Door deze praktijk is een toename van het gehalte aan glycoalkaloïden bij de verdere hantering ook minder waarschijnlijk (bijlage nr. 24). Bedekken met stro is verplicht bij de behandeling van pootgoedknollen na de oogst en facultatief voor consumptieknollen. Als alternatief kunnen lokale producenten consumptieaardappelen na de oogst en de eerste sortering die noodzakelijkerwijs volgt op het rooien van de knollen, overbrengen naar moderne koelhuizen waarmee de verpakkingseenheden op het eiland voortaan zijn uitgerust — wat eerder niet het geval was — waar de consumptieaardappelen hun specifieke kwalitatieve eigenschappen meerdere maanden kunnen behouden tot ze worden geleverd aan eindconsumenten in heel Griekenland.”.

De reden voor bovenstaande wijzigingen is dat bij de goedkeuring van de aanvraag om registratie van de “Patata Naxou” als BGA in 2011 het gros van de productie bestemd was voor pootgoed, terwijl in de afgelopen zes jaar het gros van de productie van de “Patata Naxou” bestemd is om te worden verkocht als consumptieaardappel en slechts een klein deel als pootgoed wordt gebruikt. Door deze verschuiving van de productie is het gerechtvaardigd dat de techniek waarbij voor consumptie bestemde aardappelen op de akker met stro worden bedekt, niet langer verplicht is. De daling van de vraag naar pootgoed is voornamelijk toe te schrijven aan de hevige concurrentie in recente jaren met de aardappel van Cyprus, die eerder wordt geoogst dan die van Naxos en zo voorziet in de behoeften aan vroegrijpe aardappelen in de verschillende gebieden in Griekenland.

De techniek waarbij de knollen op de akker met stro worden bedekt, blijft verplicht voor pootgoed, zoals tot nu het geval was, omdat de “Patata Naxou” in die periode rijpt, de schil afhardt en dikker wordt, waardoor zij beter bestand is tegen het vervoer, en de diverse oppervlakkige kwetsuren kunnen helen. Het is wenselijk deze kenmerken te behouden, aangezien het pootgoed lange tijd wordt opgeslagen (tot het volgende teeltseizoen) en dus over lange afstanden in heel Griekenland wordt vervoerd. Door deze praktijk is een toename van het gehalte aan glycoalkaloïden bij de verdere hantering van pootgoed minder waarschijnlijk.

Het bedekken van consumptieaardappelen met stro is om de volgende redenen facultatief: a) wanneer de voor consumptie bestemde knollen onmiddellijk na de oogst in zakken of palletkisten naar geschikte opslagplaatsen worden overgebracht en in adequate omstandigheden qua vochtigheid en temperatuur worden bewaard, worden ze minder aangetast door Phthorinaea operculella omdat de ontwikkeling van de door dit insect veroorzaakte ziekte in moderne koelkamers wordt vertraagd, zoals plaatselijke landbouwdeskundigen hebben vastgesteld, en b) doordat de voor consumptie bestemde knollen onmiddellijk na de oogst worden overgebracht naar koelhuizen, kan een kwaliteitscontrole worden verricht voordat ze in partijen worden verpakt, aangezien meeldauw zich sneller ontwikkelt in koelinstallaties en zo wordt vermeden dat door deze ziekte aangetaste knollen op de markt worden gebracht. Het vervoer van het product naar koelhuizen na de oogst en de eerste sortering op de akker dragen dus bij tot een verbetering van de kwalitatieve kenmerken van de (voor consumptie bestemde) “Patata Naxou”.

De schrapping van de tekst: “Na de rijping geeft elke producent zijn oogst aan bij de coöperatie en vervolgens worden, afhankelijk van de oogst, de zakken verdeeld in volgorde van prioriteit.” wordt gerechtvaardigd door de wijziging in het oorsprongsbewijs.

Tot slot wordt het gebruik van palletkisten als alternatief voor het overbrengen van de knollen van de akker om ze vervolgens op te slaan, gerechtvaardigd door het feit dat op deze wijze minder kwetsuren optreden en kwaliteitsverlies wordt beperkt omdat de aardappelen minder door elkaar worden geschud dan in zakken; het product ademt ook beter tijdens de opslag, waardoor het langer kan worden bewaard.

Controles

11.

In punt 7 van het productdossier wordt de tekst:

“1.

Certificerings- en controleorgaan voor landbouwproducten

(O.P.E.GE.P)

Adres: Patision & Androu 1, 11257 Athene, Griekenland

Tel. +30 2108231253

Fax +30 2108231438

2.

Departementaal bestuur van de Cycladen

Directie plattelandsontwikkeling

Adres: Afroditis 2, 84100 Ermoupoli, Griekenland

Tel. +30 2281082696

E-mail: u14403@minagric.gr”

vervangen door:

De autoriteiten die bevoegd zijn om na te gaan of de “Patata Naxou” voldoet aan de eisen van het productdossier zijn:

(1)

Directoraat-generaal kwaliteitsborging van landbouwproducten van Ν.P.I.D. ELGO-DIMITRA (adres: Kourtidou 56-58 & Nirvana, 11145 Athene, Griekenland, tel. +30 2108392000).

(2)

Directoraat-generaal regionale plattelandseconomie en dierengeneeskunde in het Zuid-Egeïsche zeegebied (adres: G. Mavrou 2, Zefiros, Rhodos, Griekenland, tel.: +30 22413-64912 en +30 22413-64876).

(3)

Departement plattelandseconomie, regionale eenheid Naxos (adres: Naxos stad)”.

Met de wijziging wordt beoogd de gegevens van de met het toezicht op de naleving van het productdossier belaste diensten bij te werken.

ENIG DOCUMENT

“ΠΑΤΑΤΑ ΝΑΞΟΥ” (PATATA NAXOU)

EU-nr.: PGI-GR-0708-AM01 — 14.11.2019

BOB () BGA (X)

1.   Benaming

“Πατάτα Νάξου” (Patata Naxou)

2.   Lidstaat of derde land

Griekenland

3.   Beschrijving van het landbouwproduct of levensmiddel

3.1.   Productcategorie

Categorie 1.6 — Groenten en fruit en granen, in ongewijzigde staat of verwerkt

3.2.   Beschrijving van het product waarvoor de in punt 1 vermelde naam van toepassing is

De “Patata Naxou” is de eetbare knol van de soort Solanum tuberosum, die zonder voorafgaande verwerking door de mens kan worden gegeten (eetaardappel). De knol is 35 tot 75 millimeter groot en heeft een ronde tot langwerpige vorm. De schil is glad, met een ononderbroken textuur, en heeft een lichtgele of gele kleur. De ogen, een tiental per knol, zijn oppervlakkig en het vlees van de knol heeft een kenmerkende witte, gele of wit-gele kleur.

Voorts wordt de “Patata Naxou” gekenmerkt door zijn uniforme grootte, zijn gaaf uitzicht, de afwezigheid van plagen en ziekten, het hoge drogestofgehalte (> 18 %) en het lage suikergehalte (< 1 %). De voorjaarsteelt levert een zeer vroege oogst op.

In het geografische gebied Naxos worden de volgende aardappelrassen gekweekt: Liseta, Spunta, Marfona, Vivaldi, Alaska, El Beida, Farida, Noha en Burren.

Momenteel zijn er op Naxos twee plantseizoenen: voor de voorjaarsteelt wordt geplant van half januari tot begin maart, en voor de najaarsteelt van begin augustus tot de eerste dagen van september. De oogst van de voorjaarsteelt begint eind april en eindigt de eerste tien dagen van juli.

3.3.   Diervoeders (alleen voor producten van dierlijke oorsprong) en grondstoffen (alleen voor verwerkte producten)

Grondstoffen

Diervoeders

3.4.   Specifieke onderdelen van het productieproces die in het afgebakende geografische gebied moeten plaatsvinden

In het afgebakende geografische gebied vinden de volgende onderdelen van het productieproces plaats: het planten, telen, oogsten en rijpen van de knollen.

Die onderdelen moeten in het afgebakende geografische gebied plaatsvinden aangezien de plaatselijke aardappeltelers de knowhow bezitten om een vroege oogst te garanderen. Zij maken namelijk maximaal gebruik van de plaatselijke weersomstandigheden (planttijd in samenhang met de neerslag). Ook na het rooien van de knollen wordt een specifieke techniek toegepast: de knollen worden met stro bedekt. Hierdoor dikt de schil van de aardappel aan, waardoor zij beter bestand is tegen het vervoer, en kunnen de diverse oppervlakkige kwetsuren helen. Dit is verplicht voor pootgoedknollen en facultatief voor consumptieknollen.

3.5.   Specifieke voorschriften betreffende het in plakken snijden, het raspen, het verpakken enz. van het product waarnaar de geregistreerde naam verwijst

3.6.   Specifieke voorschriften betreffende de etikettering van het product waarnaar de geregistreerde naam verwijst

4.   Beknopte beschrijving van het afgebakende geografische gebied

De “Patata Naxou” wordt geteeld op het eiland Naxos. Dit eiland is, met zijn oppervlakte van 428 km2, het grootste van de Cycladen (zuiden van de Egeïsche Zee). Het totale aardappelareaal varieert naargelang van het teeltseizoen van 150 à 170 hectare voor de najaarsteelt tot 300 hectare voor de voorjaarsteelt.

5.   Verband met het geografische gebied

5.1.   Specificiteit van het geografische gebied

A. Klimaat: de onderstaande klimaatgegevens worden beschouwd als bijzondere factoren waaraan de kwaliteit van het product te danken is:

1)

de relatieve luchtvochtigheid, met een jaargemiddelde van 71 %,

2)

een jaarlijkse neerslag van in totaal 370 mm,

3)

de noordenwinden, die het hele jaar door aanhouden,

4)

de temperatuur, die een jaargemiddelde van 17,5 °C bereikt,

5)

de 202 dagen zonneschijn per jaar,

6)

vrijwel geen vorst.

De klimatologische factoren die voor de teelt van de “Patata Naxou” van bijzonder belang zijn, zijn de lage luchtvochtigheid en de hoge temperatuur. Deze factoren voorkomen uitbraken van Phytophthora sp., de oorzaak van het grootste deel van de verliezen in de aardappelteelt. Dergelijke uitbraken worden met name in de hand gewerkt door een relatieve vochtigheid van meer dan 90 % en een temperatuur onder 27 °C. De klimatologische omstandigheden op Naxos zijn dan ook doorslaggevend in die zin dat zij de ergste uitbraken in de aardappelteelt voorkomen. Hierdoor, en door de zeer geringe aanwezigheid van andere ziekteverwekkers in dit geografisch gebied, volstaat een minimaal gebruik van gewasbeschermingsproducten.

Voorts zorgen de hoge temperatuur en de vele dagen zonneschijn op Naxos ervoor dat de vegetatiecycli waarin de aardappelen tot ontwikkeling komen, het hele jaar kunnen aanhouden en dat de knollen uitstekend kunnen rijpen. Tot slot bevordert het verschil in temperatuur tussen dag en nacht de knolvorming.

B. Bodem: de geologische ondergrond van Naxos bestaat, in het bergmassief, uit kristallijne gesteenten, vooral graniet, gneis, marmer en schist, en in de vlakten en de kustgebieden uit tertiaire sedimenten, vooral mergel, zandsteen en conglomeraat.

De bodem van het eiland is zeer diep en bestaat uit grove zandleemkorrels, is niet natriumhoudend en levert geen erosiegevaar op. Daarnaast bevat hij voldoende fosfor en kalium; een gemiddeld magnesiumgehalte en een laag gehalte aan organisch materiaal. De zandleembodem maakt een goede filtrering mogelijk, alsmede een onbelemmerde ontwikkeling van uniforme, gave knollen.

C. Menselijke factor: de teelttechnieken zijn uitstekend aangepast aan de plaatselijke omstandigheden. Zij maken het, in combinatie met de reeds genoemde pluspunten van het gebied, mogelijk de seizoenregens optimaal te benutten. De periode van hevige neerslag, van november tot februari, valt samen met de periode waarin de knollen van de najaarsteelt zich vormen en met het ontkiemen van de knollen van de voorjaarsteelt. Deze uitstekende aanpassing aan de plaatselijke klimaatomstandigheden verleent de aardappelteelt op Naxos een van haar belangrijkste kenmerken, namelijk de vroegrijpheid van de knollen.

Een andere specifieke teelttechniek van de producenten op Naxos bestaat erin de geoogste aardappelen op de akker te laten rijpen, onder stro. Voor consumptieknollen wordt deze techniek op vrijwillige basis gehandhaafd. Meer bepaald wordt, nadat de knollen zijn gerooid en vreemde voorwerpen en beschadigde knollen in een eerste sortering zijn verwijderd, de volgende techniek toegepast: de telers bedekken de knollen op de akker met een laag stro en vervolgens met aardappelloof om ze tegen de zon te beschermen. In die periode rijpt de “Patata Naxou”, hardt de schil af en wordt zij dikker, waardoor zij beter bestand is tegen het vervoer, en kunnen de diverse oppervlakkige kwetsuren helen. Door deze praktijk is een toename van het gehalte aan glycoalkaloïden bij de verdere hantering ook minder waarschijnlijk.

5.2.   Productcategorie

De “Patata Naxou” heeft op de markt een bijzondere faam als product dat beantwoordt aan hoge kwaliteits- en houdbaarheidseisen. Die faam gaat bijna twee eeuwen terug, tot het begin van de moderne Griekse staat. De aardappel is van grote betekenis voor de plaatselijke gemeenschap en wordt met het eiland Naxos vereenzelvigd. De “Patata Naxou” wordt vermeld in reisgidsen over het eiland, in de Griekse en de buitenlandse pers en in recepten van befaamde koks.

Daarnaast is de vroegrijpheid van de voorjaarsteelt een specifiek kenmerk dat de “Patata Naxou” een bijzondere handelswaarde geeft.

5.3.   Causaal verband tussen het geografische gebied en een bepaalde hoedanigheid, de faam of een ander kenmerk van het product

Het verband tussen het product en het gebied hangt samen met de faam. De eigenheid van de “Patata Naxou” is het resultaat van de combinatie van de specifieke bodem- en klimaatkenmerken van Naxos en de aan de lokale omstandigheden aangepaste teeltpraktijken. Deze eigenheid bezorgde de “Patata Naxou” een bijzondere faam in de Griekse leefwereld, wat blijkt uit vermeldingen die teruggaan tot de eerste helft van de 19e eeuw, toen de aardappel voor het eerst naar Griekenland werd gebracht.

De “Patata Naxou” raakte bekend in 1841, toen koning Otho het eiland bezocht en als plaatselijke specialiteit “Patata Naxou” kreeg aangeboden. In 1874 beschreef Dugit het product als een opmerkelijk landbouwproduct van Naxos. Jaren later, in 1911, werd in de eerste gearchiveerde landbouwtelling van Griekenland op Naxos een aardappelareaal van 111,9 hectare genoteerd. In 1926 was de faam van de “Patata Naxou” zo wijdverspreid dat de gemeente Glinado de aardappelplant als embleem voor haar stempel koos.

De uitstekende kwaliteit van de op Naxos geteelde aardappelen bracht de Griekse staat er in 1953 toe het “Nationaal centrum voor de productie van aardappelpootgoed” op te richten op het eiland en in 1959 werd de “Patata Naxou” opgenomen in de lijst van door de staat te beschermen producten. Sindsdien is de “Patata Naxou” een van de plaatselijke producten van het eiland die in Griekse en internationale reisgidsen worden aangeprezen.

Vandaag is de “Patata Naxou” bekend in heel Griekenland, zoals blijkt uit tal van vermeldingen in tijdschriften en kranten. Ook in reisgidsen en gespecialiseerde culinaire tijdschriften wordt over de “Patata Naxou” gesproken. Voorts wordt het product vermeld in recepten van bekende Griekse koks en besprekingen van culinaire journalisten, en staat het op het menu van bekende restaurants. Daarnaast organiseren de plaatselijke autoriteiten van Naxos elk jaar de aardappelfeesten, die de faam en het historische belang van het product voor de plaatselijke gemeenschap bevestigen.

De “Patata Naxou” wordt gekenmerkt door de vroegrijpheid van de voorjaarsteelt. Meer bepaald zijn de teelttechnieken van groot belang, aangezien het pootgoed wordt geplant in een periode waarin de seizoenregens en de beschikbare waterreserves optimaal kunnen worden benut. De vroegrijpheid van de voorjaarsteelt van de “Patata Naxou” is een specifiek kenmerk dat het product een bijzondere handelswaarde geeft en het tot een gegeerd product maakt aan het begin van de zomer, wanneer vroege aardappelen schaars zijn.

Nadat de knollen zijn gerooid, passen de aardappeltelers van Naxos een eerste sortering op de akker om vreemde voorwerpen en beschadigde knollen te verwijderen. Vervolgens worden de knollen op de akker opgestapeld en worden de hopen afgedekt, eerst met een laag stro en daarna met aardappelloof, om ze tegen de zon te beschermen. Voor consumptieknollen wordt deze techniek op vrijwillige basis gehandhaafd. De rijpingsperiode op de akker verhoogt de houdbaarheid van het product, aangezien de schil van de aardappel afhardt en dikker wordt, waardoor zij beter bestand is tegen het vervoer. Tegelijk kunnen de diverse oppervlakkige kwetsuren helen en vermindert het gehalte aan toxische glycoalkaloïden. De consumptieknollen kunnen ook onmiddellijk na de oogst worden overgebracht naar bedrijven voor de opslag, normalisatie, verpakking en afzet van de “Patata Naxou”, waar ze worden bewaard in passende omstandigheden qua vochtigheid en temperatuur.

De klimatologische omstandigheden van het gebied, zoals de luchtvochtigheid en de hoge temperatuur, zijn bevorderlijk voor de teelt van de “Patata Naxou” en voorkomen het uitbreken van Phytophthora sp., waardoor de verliezen door die hoogst ernstige aardappelziekte tot een minimum worden beperkt. Hierdoor, en door de geringe aanwezigheid van ziekteverwekkers op het eiland, volstaat een minimaal gebruik van gewasbeschermingsproducten. Voorts zorgen de hoge temperatuur en de vele dagen zonneschijn op Naxos ervoor dat de vegetatiecycli waarin de aardappelen tot ontwikkeling komen, het hele jaar kunnen aanhouden en dat de knollen uitstekend kunnen rijpen. Tot slot bevordert het verschil in temperatuur tussen dag en nacht de knolvorming en maakt de zandleembodem een goede filtrering mogelijk, alsmede een normale ontwikkeling van uniforme, gave knollen.

Verwijzing naar de bekendmaking van het productdossier

(artikel 6, lid 1, tweede alinea, van deze verordening)

http://www.minagric.gr/images/stories/docs/agrotis/POP-PGE/prodiagrafes_patata_naxou120520.pdf


(1)  PB L 343 van 14.12.2012, blz.1.