ISSN 1977-0995 |
||
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 191 |
|
Uitgave in de Nederlandse taal |
Mededelingen en bekendmakingen |
61e jaargang |
Inhoud |
Bladzijde |
|
|
IV Informatie |
|
|
INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE |
|
|
Raad |
|
2018/C 191/01 |
||
2018/C 191/02 |
||
|
Europese Commissie |
|
2018/C 191/03 |
||
2018/C 191/04 |
Toelichtingen op de gecombineerde nomenclatuur van de Europese Unie |
|
2018/C 191/05 |
Toelichtingen op de gecombineerde nomenclatuur van de Europese Unie |
|
2018/C 191/06 |
Toelichtingen op de gecombineerde nomenclatuur van de Europese Unie |
NL |
|
IV Informatie
INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE
Raad
5.6.2018 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 191/1 |
De EU-lijst van niet-coöperatieve rechtsgebieden voor belastingdoeleinden — Verslag van de Groep gedragscode (belastingregeling ondernemingen) met het voorstel om de bijlagen bij de conclusies van de Raad van 5 december 2017 te wijzigen, met inbegrip van het verwijderen van de lijst van twee rechtsgebieden
(2018/C 191/01)
Met ingang van de dag van bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie worden de bijlagen I en II bij de conclusies van de Raad van 5 december 2017 over de EU-lijst van niet-coöperatieve rechtsgebieden voor belastingdoeleinden (1), als gewijzigd in januari (2) en in maart (3) 2018, vervangen door de volgende nieuwe bijlagen I en II:
BIJLAGE I
De EU-lijst van niet-coöperatieve rechtsgebieden voor belastingdoeleinden
1. Amerikaans-Samoa
Amerikaans-Samoa wisselt niet automatisch financiële inlichtingen uit, heeft het gewijzigde Verdrag inzake wederzijdse administratieve bijstand in belastingzaken van de OESO niet ondertekend en geratificeerd, ook niet via het rechtsgebied waarvan het afhankelijk is, past de BEPS-minimumnormen niet toe en heeft niet toegezegd deze kwesties uiterlijk 31 december 2018 te zullen aanpakken.
2. Guam
Guam wisselt niet automatisch financiële inlichtingen uit, heeft het gewijzigde Verdrag inzake wederzijdse administratieve bijstand in belastingzaken van de OESO niet ondertekend en geratificeerd, ook niet via het rechtsgebied waarvan het afhankelijk is, past de BEPS-minimumnormen niet toe en heeft niet toegezegd deze kwesties uiterlijk 31 december 2018 te zullen aanpakken.
3. Namibië
Namibië is geen lid van het Mondiaal Forum inzake transparantie en uitwisseling van inlichtingen voor belastingdoeleinden, heeft het gewijzigde Verdrag inzake wederzijdse administratieve bijstand in belastingzaken van de OESO niet ondertekend en geratificeerd, past de BEPS-minimumnormen niet toe en heeft niet toegezegd deze kwesties uiterlijk 31 december 2019 te zullen aanpakken. Voorts heeft Namibië schadelijke preferentiële belastingregelingen en heeft het niet toegezegd deze uiterlijk 31 december 2018 te zullen wijzigen of af te schaffen.
4. Palau
Palau faciliteert offshoreconstructies en -regelingen die erop zijn gericht winsten aan te trekken zonder reële economische substantie, en heeft geweigerd een zinvolle dialoog aan te gaan opdat zou kunnen worden nagegaan of het aan criterium 2.2 voldoet.
De toezegging van Palau om te voldoen aan de criteria 1.1, 1.2, 1.3 en 3, zal worden gecontroleerd.
5. Samoa
Samoa heeft een schadelijke preferentiële belastingregeling en heeft niet toegezegd deze kwestie uiterlijk 31 december 2018 te zullen aanpakken.
De toezegging van Samoa om te voldoen aan criterium 3, zal worden gecontroleerd.
6. Trinidad en Tobago
Trinidad en Tobago heeft het gewijzigde Verdrag inzake wederzijdse administratieve bijstand in belastingzaken van de OESO niet ondertekend en geratificeerd, heeft een schadelijke preferentiële belastingregeling en heeft niet toegezegd deze kwesties uiterlijk 31 december 2018 te zullen aanpakken.
De toezegging van Trinidad en Tobago om te voldoen aan de criteria 1.1, 1.2 en 3, zal worden gecontroleerd.
7. Amerikaanse Maagdeneilanden
De Amerikaanse Maagdeneilanden wisselen niet automatisch financiële inlichtingen uit, hebben het gewijzigde Verdrag inzake wederzijdse administratieve bijstand in belastingzaken van de OESO niet ondertekend en geratificeerd, ook niet via het rechtsgebied waarvan zij afhankelijk zijn, hebben schadelijke preferentiële belastingregelingen en hebben niet duidelijk toegezegd deze te wijzigen of af te schaffen, passen de BEPS-minimumnormen niet toe en hebben niet toegezegd deze kwesties uiterlijk op 31 december 2018 te zullen aanpakken.
BIJLAGE II
Stand van zaken van de samenwerking met de EU in verband met de gedane toezeggingen inzake de toepassing van de beginselen inzake goed fiscaal bestuur
1. Transparantie
1.1. Toezegging om de automatische uitwisseling van inlichtingen in te voeren door de ondertekening van de Multilaterale overeenkomst tussen bevoegde autoriteiten, of via bilaterale overeenkomsten
De volgende rechtsgebieden hebben toegezegd de automatische uitwisseling van inlichtingen voor het einde van 2018 in te voeren:
Antigua en Barbuda, Bahama’s, Bahrein, Curaçao, Dominica, Grenada, SAR Hongkong, SAR Macao, Marshalleilanden, Nieuw-Caledonië, Oman, Qatar, Taiwan en de Verenigde Arabische Emiraten
De volgende rechtsgebieden hebben toegezegd de automatische uitwisseling van inlichtingen voor het einde van 2019 in te voeren:
Turkije
1.2. Lidmaatschap van het Mondiaal Forum inzake transparantie en uitwisseling van inlichtingen voor belastingdoeleinden en een bevredigende rating
De volgende rechtsgebieden hebben toegezegd om voor het einde van 2018 lid te worden van het Mondiaal Forum en/of een bevredigende rating te hebben:
Anguilla, Curaçao, Marshalleilanden, Nieuw-Caledonië en Oman
De volgende rechtsgebieden hebben toegezegd om voor het einde van 2019 lid te worden van het Mondiaal Forum en/of een bevredigende rating te hebben:
Bosnië en Herzegovina, Kaapverdië, Fiji, Jordanië, Swaziland, Turkije en Vietnam
1.3. Het Verdrag inzake wederzijdse administratieve bijstand in belastingzaken van de OESO („het WABB-verdrag”) ondertekenen en ratificeren, of een netwerk van regelingen hebben dat alle EU-lidstaten omvat
De volgende rechtsgebieden hebben toegezegd om voor het einde van 2018 het WABB-verdrag te ondertekenen en te ratificeren, of over een netwerk van regelingen te beschikken dat alle EU-lidstaten omvat:
Antigua en Barbuda, Bahama’s, Bahrein, Dominica, Grenada, SAR Hongkong, SAR Macao, Nieuw-Caledonië, Oman, Qatar, Taiwan en de Verenigde Arabische Emiraten
De volgende rechtsgebieden hebben toegezegd om voor het einde van 2019 het WABB-verdrag te ondertekenen en te ratificeren, of over een netwerk van regelingen te beschikken dat alle EU-lidstaten omvat:
Armenië, Bosnië en Herzegovina, Botswana, Kaapverdië, Fiji, de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, Jamaica, Jordanië, Maldiven, Mongolië, Montenegro, Marokko, Peru, Servië, Swaziland, Thailand, Turkije en Vietnam
2. Billijke belastingheffing
2.1. Schadelijke belastingregelingen
De volgende rechtsgebieden hebben toegezegd de gesignaleerde regelingen voor het einde van 2018 aan te passen of af te schaffen:
Andorra, Antigua en Barbuda, Armenië, Aruba, Barbados, Belize, Botswana, Kaapverdië, Cookeilanden, Curaçao, Dominica, Fiji, Grenada, SAR Hongkong, Jordanië, Republiek Korea, het eiland Labuan, Liechtenstein, SAR Macao, Maleisië, Maldiven, Mauritius, Marokko, Panama, Saint Kitts en Nevis, Saint Lucia, Saint Vincent en de Grenadines, San Marino, Seychellen, Zwitserland, Taiwan, Thailand, Tunesië, Turkije, Uruguay en Vietnam
2.2. Belastingregelingen die offshoreconstructies faciliteren waarmee winsten worden aangetrokken zonder dat er sprake is van enige daadwerkelijke economische activiteit
De volgende rechtsgebieden hebben toegezegd de problemen met betrekking tot de economische substantie voor het einde van 2018 te zullen aanpakken:
Anguilla, Bahama’s, Bahrein, Bermuda, Britse Maagdeneilanden, Kaaimaneilanden, Guernsey, Isle of Man, Jersey, Marshalleilanden, Turks- en Caicoseilanden, Verenigde Arabische Emiraten en Vanuatu
3. BEPS-bestrijdingsmaatregelen
3.1. Lidmaatschap van het Inclusief Kader inzake de bestrijding van BEPS of invoering van minimumnormen inzake BEPS-bestrijding
De volgende rechtsgebieden hebben toegezegd voor het einde van 2018 lid te worden van het Inclusief Kader, of minimumnormen inzake BEPS-bestrijding in te voeren:
Aruba, Antigua en Barbuda, Bahrein, Cookeilanden, Dominica, Faeröer, Groenland, Grenada, Marshalleilanden, Nieuw-Caledonië, Saint Kitts en Nevis, Saint Lucia, Saint Vincent en de Grenadines, Taiwan, Verenigde Arabische Emiraten en Vanuatu
De volgende rechtsgebieden hebben toegezegd voor het einde van 2019 lid te worden van het Inclusief Kader, of minimumnormen inzake BEPS-bestrijding in te voeren:
Albanië, Armenië, Bosnië en Herzegovina, Kaapverdië, Fiji, de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, Jordanië, Montenegro, Marokko en Swaziland
De volgende rechtsgebieden hebben toegezegd lid te worden van het Inclusief Kader, of minimumnormen inzake BEPS-bestrijding in te voeren indien en wanneer dit relevant wordt:
Nauru en Niue
(1) PB C 438 van 19.12.2017, blz. 5.
(2) PB C 29 van 26.1.2018, blz. 2.
(3) PB C 100 van 16.3.2018, blz. 4 en PB C 100 van 16.3.2018, blz. 5.
5.6.2018 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 191/4 |
Kennisgeving aan bepaalde personen en entiteiten die onderworpen zijn aan de beperkende maatregelen van Besluit 2014/145/GBVB van de Raad en Verordening (EU) nr. 269/2014 van de Raad betreffende beperkende maatregelen in verband met acties die de territoriale integriteit, de soevereiniteit en de onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen
(2018/C 191/02)
De volgende informatie wordt ter kennis gebracht van de heer Denis Valentinovich BEREZOVSKIY (nr. 4), de heer Andrei Aleksandrovich KLISHAS (nr. 11), de heer Aleksandr Borisovich TOTOONOV (nr. 14), de heer Sergei Vladimirovich ZHELEZNYAK (nr. 17), de heer Dmitry Olegovich ROGOZIN (nr. 22), de heer Valery Vladimirovich KULIKOV (nr. 28), de heer Mikhail Grigorievich MALYSHEV (nr. 30), Lt. Gen. Igor Nikolaevich (Mykolayovich) TURCHENYUK (nr. 32), de heer Sergey Gennadevich TSYPLAKOV (nr. 47), de heer Igor Evgenevich KAKIDZYANOV (nr. 56), mevrouw Natalia Vladimirovna POKLONSKAYA (nr. 60), de heer Nikolay Ivanovich KOZITSYN (nr. 71), de heer Alexander Nikolayevich TKACHYOV (nr. 81), de heer Andrei Nikolaevich RODKIN (nr. 102), de heer Aleksey Vasilevich NAUMETS (nr. 117), de heer Sergey Yurievich KOZYAKOV (nr. 120), de heer Alexandr Vasilievich SHUBIN (nr. 138), mevrouw Ekaterina FILIPPOVA (nr. 141), de heer Zaur Raufovich ISMAILOV (nr. 146), en de heer Aleksandr Yurevich PETUKHOV (nr. 164), en het zogenoemde „Leger van het Zuidoosten” (nr. 9), Crimean Republican Enterprise „Azov distillery plant” (nr. 17), Vrede voor de Regio Loegansk (nr. 25) het Sparta-bataljon (nr. 30) en de Prizrak-brigade (nr. 33), zijnde personen en entiteiten vermeld in de bijlage bij Besluit 2014/145/GBVB van de Raad (1) en in bijlage I bij Verordening (EU) nr. 269/2014 van de Raad (2) betreffende beperkende maatregelen met betrekking tot acties die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen.
De Raad overweegt vast te houden aan de beperkende maatregelen tegen bovengenoemde personen en entiteiten, met vermelding van nieuwe motiveringen. Deze personen en entiteiten worden hierbij op de hoogte gebracht van het feit dat zij bij de Raad een verzoek kunnen indienen om kennis te nemen van de motivering betreffende hun aanwijzing. Het verzoek dient vóór 11 juni 2018 naar het volgende adres te worden gestuurd:
Raad van de Europese Unie |
Secretariaat-generaal |
DG C 1 |
Wetstraat 175 |
1048 Brussel |
BELGIË |
E-mail: sanctions@consilium.europa.eu |
De betrokken personen en entiteiten kunnen te allen tijde, onder overlegging van eventuele bewijsstukken, de Raad verzoeken het besluit om hen op de lijst te plaatsen en te handhaven, te heroverwegen; dat verzoek dient aan bovengenoemd adres te worden gericht. Het verzoek zal bij ontvangst worden behandeld. De betrokken personen en entiteiten wordt er in dit verband op gewezen dat de lijst regelmatig door de Raad wordt getoetst. Om bij de volgende toetsing te kunnen worden behandeld, dienen verzoeken uiterlijk op 2 juli 2018 te worden ingediend.
(1) PB L 78 van 17.3.2014, blz. 16.
(2) PB L 78 van 17.3.2014, blz. 6.
Europese Commissie
5.6.2018 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 191/5 |
Wisselkoersen van de euro (1)
4 juni 2018
(2018/C 191/03)
1 euro =
|
Munteenheid |
Koers |
USD |
US-dollar |
1,1737 |
JPY |
Japanse yen |
128,44 |
DKK |
Deense kroon |
7,4434 |
GBP |
Pond sterling |
0,87673 |
SEK |
Zweedse kroon |
10,2583 |
CHF |
Zwitserse frank |
1,1546 |
ISK |
IJslandse kroon |
122,50 |
NOK |
Noorse kroon |
9,5030 |
BGN |
Bulgaarse lev |
1,9558 |
CZK |
Tsjechische koruna |
25,696 |
HUF |
Hongaarse forint |
318,64 |
PLN |
Poolse zloty |
4,2848 |
RON |
Roemeense leu |
4,6548 |
TRY |
Turkse lira |
5,4193 |
AUD |
Australische dollar |
1,5311 |
CAD |
Canadese dollar |
1,5148 |
HKD |
Hongkongse dollar |
9,2091 |
NZD |
Nieuw-Zeelandse dollar |
1,6654 |
SGD |
Singaporese dollar |
1,5655 |
KRW |
Zuid-Koreaanse won |
1 254,88 |
ZAR |
Zuid-Afrikaanse rand |
14,7053 |
CNY |
Chinese yuan renminbi |
7,5166 |
HRK |
Kroatische kuna |
7,3790 |
IDR |
Indonesische roepia |
16 281,57 |
MYR |
Maleisische ringgit |
4,6655 |
PHP |
Filipijnse peso |
61,647 |
RUB |
Russische roebel |
72,6626 |
THB |
Thaise baht |
37,511 |
BRL |
Braziliaanse real |
4,3893 |
MXN |
Mexicaanse peso |
23,3661 |
INR |
Indiase roepie |
78,7120 |
(1) Bron: door de Europese Centrale Bank gepubliceerde referentiekoers.
5.6.2018 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 191/6 |
Toelichtingen op de gecombineerde nomenclatuur van de Europese Unie
(2018/C 191/04)
Overeenkomstig artikel 9, lid 1, onder a), van Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad (1) worden de toelichtingen op de gecombineerde nomenclatuur van de Europese Unie (2) als volgt gewijzigd:
Op bladzijde 69 van de toelichting op GN-onderverdeling „1211 90 86 andere” wordt aan het einde van de eerste alinea de volgende tekst toegevoegd:
„7. |
poeder van de reishi-paddenstoel (Ganoderma lucidum).”. |
(1) Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad van 23 juli 1987 met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (PB L 256 van 7.9.1987, blz. 1).
(2) PB C 76 van 4.3.2015, blz. 1.
5.6.2018 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 191/6 |
Toelichtingen op de gecombineerde nomenclatuur van de Europese Unie
(2018/C 191/05)
Overeenkomstig artikel 9, lid 1, onder a), van Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad (1) worden de toelichtingen op de gecombineerde nomenclatuur van de Europese Unie (2) als volgt gewijzigd:
Op bladzijde 182 wordt in de toelichting op de GN-onderverdelingen „3824 99 92 en 3824 99 93 chemische producten of preparaten voornamelijk samengesteld uit organische verbindingen, elders genoemd noch elders onder begrepen” (3) de volgende tekst toegevoegd:
„Tot deze onderverdelingen behoren oxo-oliën en de fracties daarvan die zijn onderworpen aan gedeeltelijke of volledige verestering, alkoxylering, condensatie of hydrolyse. Het betreft HOF-bijproducten („Heavy Oxo Fraction”) van oxoprocessen (met inbegrip van oxosynthese), waaronder de bijproducten van hydroformylering (Fischer Tropsch-reactie van alkenen naar aldehyden) en de destillatieresiduen van de vervaardiging van oxo-alcoholen. Deze bevatten voornamelijk aldehyden, ethers, etheralcoholen, alcoholen, esters en carbonzuren met mogelijk enkele kleine hoeveelheden andere stoffen (bijvoorbeeld olefinen en paraffinen).
Onder deze onderverdelingen vallen geen LOF-bijproducten („Light Oxo Fraction”) van oxoprocessen die voornamelijk bestaan uit olefinen en paraffinen (post 2710).”.
(1) Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad van 23 juli 1987 met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (PB L 256 van 7.9.1987, blz. 1).
(2) PB C 76 van 4.3.2015, blz. 1.
(3) PB C 319 van 26.9.2015, blz. 1.
5.6.2018 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 191/7 |
Toelichtingen op de gecombineerde nomenclatuur van de Europese Unie
(2018/C 191/06)
Overeenkomstig artikel 9, lid 1, onder a), van Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad (1) worden de toelichtingen op de gecombineerde nomenclatuur van de Europese Unie (2) als volgt gewijzigd:
Op bladzijde 152 worden na de toelichting op GN-onderverdeling „2939 69 00 andere” de volgende teksten ingevoegd:
„2939 71 00 |
cocaïne, ecgonine, levometamfetamine, metamfetamine (INN), metamfetamineracemaat; zouten, esters en andere derivaten van deze producten Tot deze onderverdeling behoren door synthese gereproduceerde alkaloïden.”; |
„2939 79 |
andere Zie de toelichting op onderverdeling 2939 71 00.”. |
(1) Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad van 23 juli 1987 met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (PB L 256 van 7.9.1987, blz. 1).
(2) PB C 76 van 4.3.2015, blz. 1.