ISSN 1977-0995

Publicatieblad

van de Europese Unie

C 214

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Mededelingen en bekendmakingen

60e jaargang
4 juli 2017


Nummer

Inhoud

Bladzijde

 

II   Mededelingen

 

MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

 

Europese Commissie

2017/C 214/01

Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie (Zaak M.8525 — Apax Partners/Safety-Kleen) ( 1 )

1

2017/C 214/02

Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie (Zaak M.8499 — Goldman Sachs/Caldic) ( 1 )

1


 

IV   Informatie

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

 

Europese Commissie

2017/C 214/03

Door de Europese Centrale Bank toegepaste rentevoet voor de basisherfinancieringstransacties: 0,00 % per 1 juli 2017 — Wisselkoersen van de euro

2

2017/C 214/04

Besluit van de Commissie van 8 mei 2017 betreffende de verenigbaarheid met de EU-wetgeving van de door Hongarije genomen maatregelen ingevolge artikel 14 van Richtlijn 2010/13/EU betreffende de coördinatie van bepaalde wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in de lidstaten inzake het aanbieden van audiovisuele mediadiensten (richtlijn audiovisuele mediadiensten)

3

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE LIDSTATEN

2017/C 214/05

De door Hongarije genomen maatregelen overeenkomstig artikel 14 van Richtlijn 2010/13/EU van het Europees Parlement en de Raad en als bedoeld in overweging 1 van Besluit C(2017) 2907 van de Commissie van 8 mei 2017

6


 

V   Bekendmakingen

 

PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE HANDELSPOLITIEK

 

Europese Commissie

2017/C 214/06

Bericht van het naderend vervallen van bepaalde antidumpingmaatregelen

8

2017/C 214/07

Bericht van opening van een nieuw onderzoek bij het vervallen van de antidumpingmaatregelen die van toepassing zijn op de invoer van bepaalde naadloze buizen en pijpen, van ijzer of van staal, van oorsprong uit Rusland en Oekraïne

9

 

ANDERE HANDELINGEN

 

Europese Commissie

2017/C 214/08

Bekendmaking van een aanvraag tot goedkeuring van een minimale wijziging overeenkomstig artikel 53, lid 2, tweede alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen

19

2017/C 214/09

Bekendmaking van een aanvraag tot goedkeuring van een minimale wijziging overeenkomstig artikel 53, lid 2, tweede alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen

25


 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst.

NL

 


II Mededelingen

MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

Europese Commissie

4.7.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 214/1


Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie

(Zaak M.8525 — Apax Partners/Safety-Kleen)

(Voor de EER relevante tekst)

(2017/C 214/01)

Op 28 juni 2017 heeft de Commissie besloten zich niet te verzetten tegen bovenvermelde aangemelde concentratie en deze verenigbaar met de interne markt te verklaren. Dit besluit is gebaseerd op artikel 6, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1). De volledige tekst van het besluit is slechts beschikbaar in het Engels en zal openbaar worden gemaakt na verwijdering van eventuele bedrijfsgeheimen. De tekst is beschikbaar:

op de website Concurrentie van de Commissie, afdeling Fusies (http://ec.europa.eu/competition/mergers/cases/). Deze website biedt verschillende hulpmiddelen om individuele concentratiebesluiten op te zoeken, onder meer op: naam van de onderneming, nummer van de zaak, datum en sector;

in elektronische vorm op de EUR-Lex-website (http://eur-lex.europa.eu/homepage.html?locale=nl) onder document nr. 32017M8525. EUR-Lex biedt onlinetoegang tot de communautaire wetgeving.


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1.


4.7.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 214/1


Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie

(Zaak M.8499 — Goldman Sachs/Caldic)

(Voor de EER relevante tekst)

(2017/C 214/02)

Op 23 juni 2017 heeft de Commissie besloten zich niet te verzetten tegen bovenvermelde aangemelde concentratie en deze verenigbaar met de interne markt te verklaren. Dit besluit is gebaseerd op artikel 6, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1). De volledige tekst van het besluit is slechts beschikbaar in het Engels en zal openbaar worden gemaakt na verwijdering van eventuele bedrijfsgeheimen. De tekst is beschikbaar:

op de website Concurrentie van de Commissie, afdeling Fusies (http://ec.europa.eu/competition/mergers/cases/). Deze website biedt verschillende hulpmiddelen om individuele concentratiebesluiten op te zoeken, onder meer op: naam van de onderneming, nummer van de zaak, datum en sector,

in elektronische vorm op de EUR-Lex-website (http://eur-lex.europa.eu/homepage.html?locale=nl) onder document nr. 32017M8499. EUR-Lex biedt onlinetoegang tot de communautaire wetgeving.


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1.


IV Informatie

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

Europese Commissie

4.7.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 214/2


Door de Europese Centrale Bank toegepaste rentevoet voor de basisherfinancieringstransacties (1):

0,00 % per 1 juli 2017

Wisselkoersen van de euro (2)

3 juli 2017

(2017/C 214/03)

1 euro =


 

Munteenheid

Koers

USD

US-dollar

1,1369

JPY

Japanse yen

128,46

DKK

Deense kroon

7,4366

GBP

Pond sterling

0,87705

SEK

Zweedse kroon

9,6358

CHF

Zwitserse frank

1,0943

ISK

IJslandse kroon

 

NOK

Noorse kroon

9,5065

BGN

Bulgaarse lev

1,9558

CZK

Tsjechische koruna

26,140

HUF

Hongaarse forint

309,25

PLN

Poolse zloty

4,2355

RON

Roemeense leu

4,5634

TRY

Turkse lira

4,0322

AUD

Australische dollar

1,4848

CAD

Canadese dollar

1,4755

HKD

Hongkongse dollar

8,8778

NZD

Nieuw-Zeelandse dollar

1,5584

SGD

Singaporese dollar

1,5709

KRW

Zuid-Koreaanse won

1 305,91

ZAR

Zuid-Afrikaanse rand

14,9926

CNY

Chinese yuan renminbi

7,7253

HRK

Kroatische kuna

7,4215

IDR

Indonesische roepia

15 223,09

MYR

Maleisische ringgit

4,8942

PHP

Filipijnse peso

57,553

RUB

Russische roebel

67,4684

THB

Thaise baht

38,632

BRL

Braziliaanse real

3,7737

MXN

Mexicaanse peso

20,7257

INR

Indiase roepie

73,7370


(1)  Rentevoet die is toegepast op de laatst uitgevoerde transactie voor de opgegeven dag. In geval van een tender met variabele rente, verwijst deze rentevoet naar de marginale interestvoet.

(2)  Bron: door de Europese Centrale Bank gepubliceerde referentiekoers.


4.7.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 214/3


BESLUIT VAN DE COMMISSIE

van 8 mei 2017

betreffende de verenigbaarheid met de EU-wetgeving van de door Hongarije genomen maatregelen ingevolge artikel 14 van Richtlijn 2010/13/EU betreffende de coördinatie van bepaalde wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in de lidstaten inzake het aanbieden van audiovisuele mediadiensten (richtlijn audiovisuele mediadiensten)

(2017/C 214/04)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Richtlijn 2010/13/EU van het Europees Parlement en de Raad van 10 maart 2010 betreffende de coördinatie van bepaalde wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in de lidstaten inzake het aanbieden van audiovisuele mediadiensten (richtlijn audiovisuele mediadiensten) (1), en met name artikel 14, lid 2,

Gezien het advies van het bij artikel 29 van Richtlijn 2010/13/EU ingestelde comité,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij brief van 20 februari 2017 heeft Hongarije de Commissie in kennis gesteld van ingevolge artikel 14, lid 1, van Richtlijn 2010/13/EU genomen maatregelen.

(2)

De Commissie heeft zich er binnen een periode van drie maanden na ontvangst van deze kennisgeving van vergewist dat deze maatregelen, met name de evenredigheid ervan en de transparantie van de nationale raadplegingsprocedure, verenigbaar zijn met het recht van de Unie.

(3)

Bij het onderzoek naar de maatregelen heeft de Commissie rekening gehouden met de beschikbare gegevens over de audiovisuele markt in Hongarije, in het bijzonder wat betreft de impact op de televisiemarkt.

(4)

Hongarije heeft na een brede openbare raadpleging op duidelijke en transparante wijze een lijst van evenementen van aanzienlijk belang voor de samenleving opgesteld.

(5)

Op basis van door de Hongaarse autoriteiten verstrekte gedetailleerde gegevens en kijkcijfers heeft de Commissie zich ervan vergewist dat de overeenkomstig artikel 14, lid 1, van Richtlijn 2010/13/EU opgestelde lijst van aangewezen evenementen voldoet aan ten minste twee van de onderstaande criteria die worden beschouwd als betrouwbare indicatoren voor het belang dat evenementen voor de samenleving hebben: i) een bijzondere algemene weerklank binnen de lidstaat en niet alleen van belang voor diegenen die de sport of activiteit in kwestie gewoonlijk volgen; ii) een algemeen erkend, onmiskenbaar cultureel belang voor de bevolking in de lidstaat, met name als katalysator van culturele identiteit; iii) deelname van de nationale ploeg aan het betrokken evenement in de context van een wedstrijd of toernooi van internationaal belang, en iv) het feit dat het evenement traditioneel op de kosteloze televisie wordt uitgezonden en hoge kijkcijfers haalt.

(6)

De meegedeelde lijst van evenementen van aanzienlijk belang voor de samenleving bevat een aantal evenementen die worden beschouwd als evenementen van aanzienlijk belang voor de samenleving, zoals de Olympische Zomer- en Winterspelen, waaraan het Hongaarse nationale team of een of meer Hongaarse atleten deelnemen. Zoals de Hongaarse autoriteiten hebben aangetoond, zijn de Olympische Zomer- en Winterspelen bijzonder populair bij het grote publiek en niet alleen bij diegenen die gewoonlijk sportevenementen volgen. De wedstrijden halen ook hoge kijkcijfers en worden traditioneel op de kosteloze televisie uitgezonden.

(7)

Ook de openingswedstrijden, de kwartfinales, de halve finales en de finale van de FIFA-wereldbeker en van het Europees kampioenschap van de UEFA worden beschouwd als evenementen van aanzienlijk belang voor de samenleving. Zoals de Hongaarse autoriteiten hebben aangetoond, vinden deze evenementen een bijzondere algemene weerklank in Hongarije, omdat zij bijzonder populair zijn bij het grote publiek en niet alleen bij diegenen die gewoonlijk sportevenementen volgen. Bij deze evenementen neemt een nationale ploeg deel aan een internationaal toernooi van aanzienlijk belang. De wedstrijden halen ook hoge kijkcijfers en worden traditioneel op de kosteloze televisie uitgezonden.

(8)

De lijst bevat ook alle voetbalwedstrijden van de Hongaarse nationale mannenploeg in het kader van de FIFA-wereldbeker en het Europees kampioenschap van de UEFA, alsook de kwalificatiewedstrijden voor deze evenementen en officiële oefenwedstrijden. Zoals de Hongaarse autoriteiten hebben aangetoond, vinden deze evenementen een bijzondere algemene weerklank in de Hongaarse samenleving en niet alleen bij diegenen die sportevenementen gewoonlijk volgen. Bij deze evenementen neemt een nationale ploeg deel aan een internationaal toernooi van aanzienlijk belang. De wedstrijden halen ook hoge kijkcijfers en worden traditioneel op de kosteloze televisie uitgezonden.

(9)

De finale van de UEFA Champions League en de wedstrijden van de UEFA Champions League en van de UEFA Europa League waaraan een Hongaars clubteam deelneemt, worden eveneens beschouwd als evenementen van aanzienlijk belang voor de samenleving. Deze wedstrijden vinden een bijzondere algemene weerklank in de Hongaarse samenleving, omdat ze populair zijn bij het grote publiek en niet alleen bij de traditionele doelgroepen van voetbalwedstrijden. Bij deze wedstrijden nemen Hongaarse clubteams ook deel aan een internationaal toernooi van groot belang. De wedstrijden halen hoge kijkcijfers en worden traditioneel op de kosteloze televisie uitgezonden.

(10)

De wedstrijden van het Europees kampioenschap handbal voor heren en voor dames van de EHF waaraan de Hongaarse nationale ploeg deelneemt, worden ook beschouwd als evenementen van aanzienlijk belang voor de samenleving. De Hongaarse autoriteiten wijzen erop dat deze in Hongarije een bijzondere algemene weerklank vinden en niet alleen bij de fans van deze sportdiscipline. Aan deze wedstrijden neemt gewoonlijk een Hongaarse nationale ploeg deel. De evenementen halen hoge kijkcijfers en worden traditioneel op de kosteloze televisie uitgezonden.

(11)

De lijst bevat ook alle wedstrijden van de EHF Champions League voor heren en de EHF Champions League voor dames waaraan Hongaarse clubteams deelnemen. De Hongaarse autoriteiten hebben aangetoond dat deze evenementen een bijzondere algemene weerklank vinden in de Hongaarse samenleving en niet alleen bij diegenen die het handbal gewoonlijk volgen. Bij deze evenementen nemen Hongaarse clubteams deel aan een internationaal toernooi. De wedstrijden halen ook hoge kijkcijfers en worden traditioneel op de kosteloze televisie uitgezonden.

(12)

De wedstrijden van de FINA Water Polo World League voor heren en van de LEN Champions League waaraan de Hongaarse nationale ploeg deelneemt, worden ook beschouwd als evenementen van aanzienlijk belang voor de samenleving. De Hongaarse autoriteiten hebben aangetoond dat deze evenementen in Hongarije een bijzondere algemene weerklank vinden en niet alleen bij diegenen die deze sport gewoonlijk volgen. De belangstelling hiervoor is toegenomen doordat de Hongaarse nationale ploeg op deze toernooien goede resultaten heeft behaald. Bij deze evenementen neemt de nationale ploeg deel aan een internationaal toernooi. De wedstrijden halen hoge kijkcijfers en worden traditioneel op de kosteloze televisie uitgezonden.

(13)

De lijst bevat ook de Hongaarse formule 1 grand-prixwedstrijd die wordt beschouwd als een evenement van aanzienlijk belang voor de samenleving. Zoals de Hongaarse autoriteiten hebben aangetoond, vindt dit evenement een bijzondere algemene weerklank in de Hongaarse samenleving en niet alleen bij diegenen die deze sport gewoonlijk volgen. Deze wedstrijd haalt ook hoge kijkcijfers en wordt traditioneel op de kosteloze televisie uitgezonden.

(14)

De voorziene maatregelen gaan niet verder dan nodig is om het beoogde doel te bereiken, namelijk de bescherming van het recht op informatie en de brede toegang van het publiek tot televisie-uitzendingen van evenementen van aanzienlijk belang voor de samenleving. Bij deze conclusie is rekening gehouden met de methoden volgens welke de desbetreffende evenementen zullen worden uitgezonden, met de definitie van „bevoegde omroeporganisatie”, met de rol van de Hongaarse Mediaraad bij de beslechting van geschillen die zich voordoen bij de tenuitvoerlegging van de maatregelen en met het feit dat het besluit tot vaststelling van de lijst van evenementen van toepassing zal zijn op evenementen waarvoor contracten betreffende exclusieve rechten pas worden gesloten nadat het besluit in werking is getreden. Daarom kan worden geconcludeerd dat de effecten op het recht op eigendom, zoals bepaald in artikel 17 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, niet verder gaan dan de effecten die onlosmakelijk verbonden zijn met het opnemen van de evenementen in de in artikel 14, lid 1, van Richtlijn 2010/13/EU bedoelde lijst.

(15)

Om dezelfde redenen blijken de maatregelen van Hongarije evenredig te zijn en rechtvaardigen deze dat wordt afgeweken van de fundamentele vrijheid van dienstverlening die in artikel 56 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie is vastgelegd. Het doorslaggevende publieke belang is te zorgen voor brede toegang van het publiek tot uitzendingen van evenementen die van aanzienlijk belang zijn voor de samenleving. Bovendien behelzen de maatregelen van Hongarije geen discriminatie of marktafscherming ten nadele van de omroeporganisaties van andere lidstaten, rechthebbenden of andere economische actoren.

(16)

De aangemelde maatregelen zijn tevens verenigbaar met het recht van de Unie. De aanwijzing van omroeporganisaties die bevoegd zijn voor het uitzenden van in de lijst opgenomen evenementen steunt op objectieve criteria die werkelijke en potentiële mededinging mogelijk maken bij de verwerving van de rechten om deze evenementen uit te zenden. Bovendien is het aantal aangewezen evenementen niet onevenredig in de zin dat mededinging op de downstreammarkt voor kosteloze en betaaltelevisie erdoor zou worden verstoord. Derhalve kan worden gesteld dat de effecten op het recht op eigendom niet verder gaan dan de effecten die onlosmakelijk verbonden zijn met het opnemen van de evenementen in de in artikel 14, lid 1, van Richtlijn 2010/13/EU bedoelde lijst.

(17)

De Commissie heeft de door Hongarije genomen maatregelen meegedeeld aan de andere lidstaten en de resultaten van haar toetsing gepresenteerd aan het overeenkomstig artikel 29 van Richtlijn 2010/13/EU ingestelde comité. Dit comité heeft een gunstig advies uitgebracht,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Enig artikel

1.   De door Hongarije genomen maatregelen ingevolge artikel 14, lid 1, van Richtlijn 2010/13/EU, waarvan de Commissie ingevolge artikel 14, lid 2, van die richtlijn in kennis is gesteld, zijn verenigbaar met het recht van de Unie.

2.   De door Hongarije genomen maatregelen worden bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 8 mei 2017.

Voor de Commissie

Andrus ANSIP

Vicevoorzitter


(1)  PB L 95 van 15.4.2010, blz. 1.


INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE LIDSTATEN

4.7.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 214/6


De door Hongarije genomen maatregelen overeenkomstig artikel 14 van Richtlijn 2010/13/EU van het Europees Parlement en de Raad en als bedoeld in overweging 1 van Besluit C(2017) 2907 van de Commissie van 8 mei 2017

(2017/C 214/05)

Besluit nr. 131/2017 (II.7) van de Mediaraad

betreffende de lijst van evenementen van aanzienlijk belang voor de samenleving en de wijze van uitzending

Hieronder volgt de lijst van evenementen van aanzienlijk belang voor de samenleving en hun wijze van uitzending, zoals opgesteld en bepaald door de Mediaraad:

1.

evenementen in het kader van de Olympische Zomerspelen waaraan de Hongaarse nationale ploeg of een Hongaarse atleet deelnemen, moeten door middel van volledige of gedeeltelijke rechtstreekse verslaggeving worden uitgezonden, en evenementen in het kader van de Olympische Winterspelen waaraan de Hongaarse nationale ploeg of een Hongaarse atleet deelnemen, moeten door middel van volledige of gedeeltelijke uitgestelde verslaggeving worden uitgezonden;

2.

de openingswedstrijden, kwartfinales, halve finales en finale van het wereldkampioenschap mannenvoetbal van de FIFA (Fédération Internationale de Football Association) en van het Europees kampioenschap mannenvoetbal van de UEFA (Union of European Football Associations) moeten door middel van volledige rechtstreekse verslaggeving worden uitgezonden;

3.

de wedstrijden van de Hongaarse nationale mannenvoetbalploeg (met inbegrip van de wedstrijden in het kader van de FIFA-wereldbeker en van het Europees kampioenschap van de UEFA, en van de kwalificatiewedstrijden van deze sportevenementen en officiële oefenwedstrijden) moet door middel van volledige rechtstreekse verslaggeving worden uitgezonden;

4.

de finale van de UEFA Champions League en de wedstrijden van de UEFA Champions League en van de UEFA Europa League waaraan een Hongaarse voetbalploeg deelneemt, moeten, met uitzondering van de kwalificatiewedstrijden, door middel van volledige rechtstreekse verslaggeving worden uitgezonden, terwijl de kwalificatiewedstrijden door middel van volledige uitgestelde verslaggeving moeten worden uitgezonden;

5.

wedstrijden in het kader van de wereldkampioenschappen mannenhandbal en vrouwenhandbal van de IHF (International Handball Federation), en van het Europese kampioenschappen mannenhandbal en vrouwenhandbal van de EHF (European Handball Federation) waaraan het Hongaarse nationale team deelneemt, moeten door middel van volledige rechtstreekse verslaggeving worden uitgezonden;

6.

wedstrijden van de EHF Champions League voor mannen en de EHF Champions League voor vrouwen waaraan Hongaarse clubteams deelnemen, moeten door middel van volledige rechtstreekse verslaggeving worden uitgezonden;

7.

evenementen in het kader van het wereldkampioenschap mannenwaterpolo van de FINA (Fédération Internationale de Natation) en in het kader van het Europees kampioenschap mannenwaterpolo van de LEN (Ligue Européenne de Natation) waaraan het Hongaarse nationale team deelneemt, moeten door middel van volledige rechtstreekse verslaggeving worden uitgezonden;

8.

de Hongaarse grand prix Formule 1 moet door middel van volledige rechtstreekse verslaggeving worden uitgezonden.

De aanbieder van mediadiensten die houder is van de exclusieve uitzendrechten voor een evenement van aanzienlijk belang voor de samenleving (hierna de „houder van de rechten” genoemd), hoeft het evenement niet rechtstreeks uit te zenden indien het evenement van aanzienlijk belang (of een sportevenement in het kader daarvan) van start gaat tussen middernacht en 6 uur 's ochtends Midden-Europese tijd. In dit geval moet de houder van de rechten het evenement ten laatste om 21.00 uur Midden-Europese tijd van dezelfde kalenderdag beginnen uit te zenden. Voor evenementen van aanzienlijk belang die uit verschillende perioden bestaan, moeten de natuurlijke onderbrekingen tussen de perioden niet rechtstreeks worden uitgezonden.

Bestaat een evenement van aanzienlijk belang uit meerdere overlappende wedstrijden, partijen, sportprogramma’s of evenementen (reeks evenementen) die onmogelijk allemaal tegelijk rechtstreeks kunnen worden uitgezonden, dan mag de houder van de rechten beslissen welk evenement van de reeks rechtstreeks en volledig wordt uitgezonden. Voor zover mogelijk moet de houder van de rechten ervoor zorgen dat van alle evenementen in de reeks de voor Hongarije relevant zijnde evenementen rechtstreeks en volledig worden uitgezonden. De houder van de rechten mag een evenement in de reeks uitgesteld uitzenden in overeenstemming met de regels die van toepassing zijn op uitgestelde verslaggeving.

Indien het evenement eindigt tussen middernacht en 19.00 uur Midden-Europese tijd moet de uitgestelde verslaggeving ervan uiterlijk om 22.00 uur van dezelfde kalenderdag beginnen. Indien het evenement eindigt tussen 19.00 uur en middernacht Midden-Europese tijd moet de uitgestelde verslaggeving ervan uiterlijk binnen acht uur na het einde van het evenement beginnen. De houder van de rechten mag — met inachtneming van het recht van het publiek op passende informatie — afwijken van de bovenvermelde begintijd van de uitgestelde verslaggeving, op voorwaarde dat de verslaggeving uiterlijk binnen vierentwintig uur na het einde van het evenement begint.

Authentiek verklaard door:

Péterné Sarlós

Afdelingshoofd


V Bekendmakingen

PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE HANDELSPOLITIEK

Europese Commissie

4.7.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 214/8


Bericht van het naderend vervallen van bepaalde antidumpingmaatregelen

(2017/C 214/06)

1.   Overeenkomstig artikel 11, lid 2, van Verordening (EU) 2016/1036 van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2016 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Unie (1) maakt de Europese Commissie bekend dat de hieronder vermelde antidumpingmaatregelen op de in onderstaande tabel vermelde datum zullen vervallen, tenzij een nieuw onderzoek wordt geopend overeenkomstig de volgende procedure.

2.   Procedure

De producenten in de Unie kunnen een schriftelijk verzoek om een nieuw onderzoek indienen. Dit verzoek moet voldoende bewijsmateriaal bevatten om aan te tonen dat bij het vervallen van de maatregelen voortzetting of herhaling van dumping en schade waarschijnlijk is. Indien de Commissie besluit een nieuw onderzoek naar de betrokken maatregelen te openen, zullen de importeurs, de exporteurs, de vertegenwoordigers van het land van uitvoer en de producenten in de Unie in de gelegenheid worden gesteld de in het verzoek om een nieuw onderzoek verstrekte informatie aan te vullen, te weerleggen of daarover opmerkingen te maken.

3.   Termijn

De producenten in de Unie kunnen een schriftelijk verzoek om een nieuw onderzoek indienen, dat uiterlijk drie maanden voor de in onderstaande tabel vermelde datum moet zijn ontvangen door de Europese Commissie, directoraat-generaal Handel (eenheid H-1), CHAR 4/39, 1049 Brussel, België (2).

4.   Dit bericht wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 11, lid 2, van Verordening (EU) 2016/1036 van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2016 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Unie.

Product

Land(en) van oorsprong of van uitvoer

Maat-regelen

Referentie

Vervaldatum (3)

Hulpstukken voor buisleidingen, van ijzer of van staal

Republiek Korea

Maleisië

Anti-dumping-recht

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1283/2014 van de Commissie van 2 december 2014 tot instelling van een definitief antidumpingrecht op bepaalde hulpstukken voor buisleidingen, van ijzer of van staal, van oorsprong uit de Republiek Korea en Maleisië, naar aanleiding van een nieuw onderzoek bij het vervallen van de maatregelen op grond van artikel 11, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1225/2009 van de Raad (PB L 347 van 3.12.2014, blz. 17)

29.1.2018


(1)  PB L 176 van 30.6.2016, blz. 21.

(2)  TRADE-Defence-Complaints@ec.europa.eu

(3)  De maatregel vervalt om middernacht op de in deze kolom vermelde datum.


4.7.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 214/9


Bericht van opening van een nieuw onderzoek bij het vervallen van de antidumpingmaatregelen die van toepassing zijn op de invoer van bepaalde naadloze buizen en pijpen, van ijzer of van staal, van oorsprong uit Rusland en Oekraïne

(2017/C 214/07)

Na de bekendmaking van een bericht van het naderend vervallen van de antidumpingmaatregelen die van toepassing zijn op de invoer van bepaalde naadloze buizen en pijpen, van ijzer of van staal, van oorsprong uit Rusland en Oekraïne (1) heeft de Europese Commissie (de „Commissie”) een verzoek ontvangen voor een nieuw onderzoek op grond van artikel 11, lid 2, van Verordening (EU) 2016/1036 van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2016 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Unie (2) („de basisverordening”).

1.   Verzoek om een nieuw onderzoek

Het verzoek werd op 30 maart 2017 ingediend door het Defence Committee of the Seamless Steel Tubes Industry of the European Union („ESTA” of „de indiener van het verzoek”) namens producenten die samen goed zijn voor meer dan 25 % van de totale productie van bepaalde naadloze buizen en pijpen, van ijzer of van staal, in de Unie.

2.   Onderzocht product

Het nieuwe onderzoek heeft betrekking op naadloze buizen en pijpen, van ijzer of van staal, met rond profiel, met een uitwendige diameter van niet meer dan 406,4 mm en een koolstofequivalent (carbon equivalent value, CEV) van niet meer dan 0,86 volgens de formule en chemische analyse van het Internationaal Instituut voor Lastechniek (3) („het onderzochte product”), momenteel ingedeeld onder de GN-codes ex 7304 11 00, ex 7304 19 10, ex 7304 19 30, ex 7304 22 00, ex 7304 23 00, ex 7304 24 00, ex 7304 29 10, ex 7304 29 30, ex 7304 31 80, ex 7304 39 58, ex 7304 39 92, ex 7304 39 93, ex 7304 51 89, ex 7304 59 92 en ex 7304 59 93 (4) (Taric-codes 7304110011, 7304191020, 7304193020, 7304220021, 7304230020, 7304240021, 7304291020, 7304293020, 7304318030, 7304395830, 7304399230, 7304399320, 7304518930, 7304599230 en 7304599320) en van oorsprong uit Rusland en Oekraïne.

3.   Bestaande maatregelen

Momenteel is een definitief antidumpingrecht van toepassing, dat is ingesteld bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 585/2012 van de Raad (5), zoals gewijzigd bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 795/2012 van de Raad (6) en bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1269/2012 van de Raad (7).

4.   Motivering van het nieuwe onderzoek

Het verzoek is ingediend omdat het vervallen van de maatregelen waarschijnlijk zou leiden tot voortzetting van de dumping uit Oekraïne en herhaling van de dumping uit Rusland en tot herhaling van schade voor de bedrijfstak van de Unie.

4.1.    Bewering dat voortzetting en herhaling van dumping waarschijnlijk zijn

Omdat er op dit moment nauwelijks invoer uit Rusland in de Unie plaatsvindt, is de bewering dat herhaling van de dumping uit Rusland waarschijnlijk is, gebaseerd op een vergelijking van de binnenlandse prijs met de prijs (af fabriek) van het onderzochte product bij uitvoer naar derde landen.

De bewering dat voortzetting van de dumping uit Oekraïne waarschijnlijk is, is gebaseerd op een vergelijking van de binnenlandse prijs met de prijs (af fabriek) van het onderzochte product bij uitvoer naar de Unie.

Op grond van deze vergelijkingen, die wijzen op dumping, voert de indiener van het verzoek aan dat herhaling van de dumping uit Rusland en voortzetting van de dumping uit Oekraïne waarschijnlijk zijn.

4.2.    Bewering dat herhaling van schade waarschijnlijk is

Volgens de indiener van het verzoek is herhaling van schade waarschijnlijk. Hij heeft in dit verband voorlopig bewijsmateriaal overgelegd waaruit blijkt dat de invoer van het onderzochte product uit de betrokken landen in de Unie bij het vervallen van de maatregelen waarschijnlijk in omvang zal toenemen, gezien de onbenutte productiecapaciteit in de betrokken landen.

De indiener van het verzoek voert aan dat het vooral dankzij de antidumpingmaatregelen is dat de bedrijfstak van de Unie geen schade meer lijdt, en dat de bedrijfstak van de Unie waarschijnlijk opnieuw schade zal lijden als de maatregelen zouden komen te vervallen en het betrokken product weer in grote hoeveelheden tegen dumpingprijzen uit de betrokken landen wordt ingevoerd.

De indiener van het verzoek heeft ook voorlopig bewijsmateriaal overgelegd waaruit blijkt dat de invoer van het onderzochte product uit Oekraïne in de Unie zowel in absolute termen als in termen van marktaandeel is toegenomen. Uit het voorlopige bewijsmateriaal blijkt dat de hoeveelheid waarin en de prijzen waartegen het onderzochte product wordt ingevoerd onder meer een ongunstige invloed hebben gehad op de door de bedrijfstak van de Unie verkochte hoeveelheden, het niveau van de aangerekende prijzen en het marktaandeel van de bedrijfstak van de Unie, waardoor de financiële situatie van de bedrijfstak van de Unie is verslechterd. Hij voert aan dat de financiële situatie van de bedrijfstak van de Unie bij een verdere aanzienlijke toename van de invoer tegen dumpingprijzen uit de betrokken landen waarschijnlijk nog verder zal verslechteren als de maatregelen zouden komen te vervallen.

5.   Procedure

Daar de Commissie, na raadpleging van het bij artikel 15, lid 1, van de basisverordening ingestelde comité, tot de conclusie is gekomen dat er voldoende bewijsmateriaal is om de opening van een nieuw onderzoek in verband met het vervallen van de maatregelen te rechtvaardigen, opent zij hierbij overeenkomstig artikel 11, lid 2, van de basisverordening een nieuw onderzoek in verband met het vervallen van de maatregelen.

Bij het nieuwe onderzoek in verband met het vervallen van de maatregelen zal worden vastgesteld of voortzetting of herhaling van dumping van het onderzochte product van oorsprong uit de betrokken landen en voortzetting of herhaling van schade voor de bedrijfstak van de Unie al dan niet waarschijnlijk zijn bij het vervallen van de maatregelen.

5.1.    Tijdvak van het nieuwe onderzoek en beoordelingsperiode

Het onderzoek naar de voortzetting of herhaling van dumping zal betrekking hebben op de periode van 1 juli 2016 tot en met 30 juni 2017 („het tijdvak van het nieuwe onderzoek”). Het onderzoek van de ontwikkelingen die relevant zijn voor de beoordeling van de waarschijnlijkheid van voortzetting of herhaling van schade zal betrekking hebben op de periode van 1 januari 2014 tot het einde van het onderzoektijdvak („de beoordelingsperiode”).

5.2.    Procedure voor het vaststellen van de waarschijnlijkheid van voortzetting of herhaling van dumping

Producenten-exporteurs (8) van het onderzochte product uit de betrokken landen, met inbegrip van die welke niet hebben meegewerkt aan het onderzoek dat tot de geldende maatregelen heeft geleid, worden uitgenodigd aan het onderzoek van de Commissie mee te werken.

5.2.1.   Onderzoek van de producenten-exporteurs

Procedure voor de selectie van te onderzoeken producenten-exporteurs in de betrokken landen

Gezien het mogelijk grote aantal producenten-exporteurs in Rusland en Oekraïne dat bij dit nieuwe onderzoek in verband met het vervallen van de maatregelen betrokken is, kan de Commissie, om het onderzoek binnen de wettelijke termijn te kunnen afronden, haar onderzoek tot een redelijk aantal producenten-exporteurs beperken door een steekproef samen te stellen. De steekproef zal overeenkomstig artikel 17 van de basisverordening worden samengesteld.

Om de Commissie in staat te stellen te beslissen of een steekproef noodzakelijk is en, zo ja, deze samen te stellen, wordt alle producenten-exporteurs of hun vertegenwoordigers, met inbegrip van die welke niet hebben meegewerkt aan het onderzoek dat tot de onderzochte maatregelen heeft geleid, verzocht contact met de Commissie op te nemen. Zij moeten dat, tenzij anders aangegeven, uiterlijk 15 dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie doen en de Commissie de in bijlage I bij dit bericht verlangde informatie over hun onderneming of ondernemingen verstrekken.

Om de informatie te verkrijgen die zij voor het samenstellen van de steekproef van producenten-exporteurs nodig acht, zal de Commissie bovendien contact opnemen met de autoriteiten van de betrokken landen van uitvoer en met alle haar bekende verenigingen van producenten-exporteurs.

Belanghebbenden die behalve de hierboven vermelde informatie nog andere informatie willen verstrekken die voor de samenstelling van de steekproef van nut kan zijn, moeten dit, tenzij anders aangegeven, uiterlijk 21 dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie doen.

Indien een steekproef noodzakelijk is, zullen de producenten-exporteurs worden geselecteerd op basis van het grootste representatieve volume van de productie, verkoop of uitvoer dat binnen de beschikbare tijd redelijkerwijs kan worden onderzocht.

De Commissie zal alle haar bekende producenten-exporteurs, de autoriteiten van de betrokken landen en de verenigingen van producenten-exporteurs, indien nodig via de autoriteiten van de betrokken landen, meedelen welke ondernemingen voor de steekproef zijn geselecteerd.

Om de informatie te verkrijgen die zij voor haar onderzoek met betrekking tot producenten-exporteurs nodig acht, zal de Commissie een vragenlijst toezenden aan de voor de steekproef geselecteerde producenten-exporteurs, aan de haar bekende verenigingen van producenten-exporteurs en aan de autoriteiten van de betrokken landen.

Alle voor de steekproef geselecteerde producenten-exporteurs moeten de ingevulde vragenlijst, tenzij anders aangegeven, uiterlijk 37 dagen na de datum van kennisgeving van de samenstelling van de steekproef indienen.

Ondernemingen die hebben ingestemd met opname in de steekproef maar uiteindelijk niet worden geselecteerd, worden onverminderd de mogelijke toepassing van artikel 18 van de basisverordening geacht mee te werken („niet in de steekproef opgenomen medewerkende producenten-exporteurs”).

5.2.2.   Onderzoek van niet-verbonden importeurs  (9)  (10)

Niet-verbonden importeurs die het onderzochte product uit de betrokken landen in de Unie invoeren, met inbegrip van die welke niet hebben meegewerkt aan het onderzoek dat/de onderzoeken die tot de geldende maatregelen heeft/hebben geleid, worden uitgenodigd aan dit onderzoek mee te werken.

Gezien het mogelijk grote aantal niet-verbonden importeurs dat bij dit nieuwe onderzoek in verband met het vervallen van de maatregelen betrokken is, kan de Commissie, om het onderzoek binnen de wettelijke termijn te kunnen afronden, haar onderzoek tot een redelijk aantal niet-verbonden importeurs beperken door een steekproef samen te stellen. De steekproef zal overeenkomstig artikel 17 van de basisverordening worden samengesteld.

Om de Commissie in staat te stellen te beslissen of een steekproef noodzakelijk is en, zo ja, deze samen te stellen, wordt alle niet-verbonden importeurs of hun vertegenwoordigers, met inbegrip van die welke niet hebben meegewerkt aan het onderzoek dat tot de onderzochte maatregelen heeft geleid, verzocht contact met de Commissie op te nemen. Zij moeten dat, tenzij anders aangegeven, uiterlijk 15 dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie doen en de Commissie de in bijlage II bij dit bericht verlangde informatie over hun onderneming of ondernemingen verstrekken.

Om de informatie te verkrijgen die zij voor het samenstellen van de steekproef van niet-verbonden importeurs nodig acht, kan de Commissie ook contact opnemen met haar bekende verenigingen van importeurs.

Belanghebbenden die behalve de hierboven vermelde informatie nog andere informatie willen verstrekken die voor de samenstelling van de steekproef van nut kan zijn, moeten dit, tenzij anders aangegeven, uiterlijk 21 dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie doen.

Indien een steekproef noodzakelijk is, kunnen de importeurs worden geselecteerd op basis van het grootste representatieve volume van hun verkoop van het onderzochte product in de Unie dat binnen de beschikbare tijd redelijkerwijs kan worden onderzocht. De Commissie zal alle haar bekende niet-verbonden importeurs en verenigingen van importeurs meedelen welke ondernemingen voor de steekproef zijn geselecteerd.

Om de informatie te verkrijgen die zij voor haar onderzoek nodig acht, zal de Commissie een vragenlijst toezenden aan de in de steekproef opgenomen niet-verbonden importeurs en aan de haar bekende verenigingen van importeurs. Deze partijen moeten de ingevulde vragenlijst, tenzij anders aangegeven, uiterlijk 37 dagen na de datum van kennisgeving van de samenstelling van de steekproef indienen.

5.3.    Procedure voor het vaststellen van de waarschijnlijkheid van voortzetting of herhaling van schade

Om vast te stellen of voortzetting of herhaling van schade voor de bedrijfstak van de Unie waarschijnlijk is, worden de producenten van het onderzochte product in de Unie uitgenodigd aan het onderzoek van de Commissie mee te werken.

5.3.1.   Onderzoek van producenten in de Unie

Gezien het grote aantal producenten in de Unie dat bij dit nieuwe onderzoek in verband met het vervallen van de maatregelen betrokken is, heeft de Commissie, om het onderzoek binnen de wettelijke termijn te kunnen afronden, besloten haar onderzoek tot een redelijk aantal producenten in de Unie te beperken door een steekproef samen te stellen. De steekproef wordt overeenkomstig artikel 17 van de basisverordening samengesteld.

De Commissie heeft een voorlopige steekproef van producenten in de Unie samengesteld. Belanghebbenden vinden nadere details in het dossier. Om dit dossier te raadplegen, kunnen zij contact opnemen met de Commissie (de contactgegevens van de Commissie zijn opgenomen in punt 5.7). Andere producenten in de Unie of hun vertegenwoordigers, met inbegrip van die welke niet hebben meegewerkt aan het onderzoek dat/de onderzoeken die tot de geldende maatregelen heeft/hebben geleid, die vinden dat er redenen zijn waarom zij in de steekproef zouden moeten worden opgenomen, moeten uiterlijk 15 dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie contact met de Commissie opnemen.

Belanghebbenden die nog andere informatie willen verstrekken die voor de samenstelling van de steekproef van nut kan zijn, moeten dit, tenzij anders aangegeven, uiterlijk 21 dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie doen.

De Commissie zal alle haar bekende producenten in de Unie en/of verenigingen van producenten in de Unie meedelen welke ondernemingen uiteindelijk voor de steekproef zijn geselecteerd.

Om de informatie te verkrijgen die zij voor haar onderzoek nodig acht, zal de Commissie een vragenlijst toezenden aan de in de steekproef opgenomen producenten in de Unie en aan alle haar bekende verenigingen van producenten in de Unie. Deze partijen moeten de ingevulde vragenlijst, tenzij anders aangegeven, uiterlijk 37 dagen na de datum van kennisgeving van de samenstelling van de steekproef indienen.

5.4.    Procedure voor het beoordelen van het belang van de Unie

Indien wordt bevestigd dat voortzetting of herhaling van dumping en schade waarschijnlijk is, zal uit hoofde van artikel 21 van de basisverordening een beslissing worden genomen over de vraag of handhaving van de antidumpingmaatregelen niet in strijd zou zijn met het belang van de Unie. Producenten in de Unie, importeurs en hun representatieve verenigingen, gebruikers en hun representatieve verenigingen, en representatieve consumentenorganisaties wordt verzocht om, tenzij anders aangegeven, uiterlijk 15 dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie contact op te nemen. Om aan het onderzoek mee te werken, moeten de representatieve consumentenorganisaties binnen dezelfde termijn aantonen dat er een objectieve band is tussen hun activiteiten en het onderzochte product.

Partijen die binnen de genoemde termijn contact opnemen, kunnen de Commissie, tenzij anders aangegeven, uiterlijk 37 dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie informatie verstrekken in verband met het belang van de Unie. Zij kunnen deze informatie vormvrij opstellen of een vragenlijst van de Commissie invullen. Met informatie die op grond van artikel 21 wordt verstrekt, wordt alleen rekening gehouden indien daarbij tegelijkertijd het nodige bewijsmateriaal is gevoegd.

5.5.    Andere schriftelijke opmerkingen

Alle belanghebbenden wordt hierbij verzocht om onder de voorwaarden van dit bericht hun standpunt kenbaar te maken en informatie en bewijsmateriaal in te dienen. Tenzij anders aangegeven, moeten deze informatie en het bewijsmateriaal uiterlijk 37 dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie in het bezit van de Commissie zijn.

5.6.    Mogelijkheid om door de onderzoeksdiensten van de Commissie te worden gehoord

Alle belanghebbenden kunnen een verzoek indienen om door de onderzoeksdiensten van de Commissie te worden gehoord. Dit verzoek moet schriftelijk worden ingediend en met redenen worden omkleed. Een verzoek om te worden gehoord over zaken die betrekking hebben op het beginstadium van het onderzoek, moet uiterlijk 15 dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie worden ingediend. Daarna moet een verzoek om te worden gehoord, worden ingediend binnen de specifieke termijnen die de Commissie in haar correspondentie met de partijen vermeldt.

5.7.    Instructies voor schriftelijke opmerkingen en de verzending van ingevulde vragenlijsten en correspondentie

Informatie die aan de Commissie wordt verstrekt in het kader van handelsbeschermingsonderzoeken moet vrij zijn van auteursrechten. Alvorens aan de Commissie informatie en/of gegevens te verstrekken die onderworpen zijn aan het auteursrecht van derden, moeten belanghebbenden de houder van het auteursrecht specifiek verzoeken de Commissie uitdrukkelijk toestemming te verlenen om a) voor deze handelsbeschermingsprocedure gebruik te maken van de informatie en gegevens, en b) de informatie en/of gegevens te verstrekken aan belanghebbenden in dit onderzoek, in een vorm die hun de mogelijkheid biedt hun recht van verweer uit te oefenen.

Alle schriftelijke opmerkingen (met inbegrip van de in dit bericht gevraagde informatie), ingevulde vragenlijsten en correspondentie die door de belanghebbenden worden verstrekt en waarvoor om een vertrouwelijke behandeling wordt verzocht, moeten zijn voorzien van de vermelding „Limited”  (11).

Belanghebbenden die informatie met de vermelding „Limited” verstrekken, moeten hiervan krachtens artikel 19, lid 2, van de basisverordening een niet-vertrouwelijke samenvatting indienen, voorzien van de vermelding „For inspection by interested parties”. Deze samenvatting moet gedetailleerd genoeg zijn om een redelijk inzicht te verschaffen in de essentie van de als vertrouwelijk verstrekte gegevens. Als een belanghebbende die vertrouwelijke inlichtingen verstrekt, geen niet-vertrouwelijke samenvatting daarvan indient met de vereiste vorm en inhoud, kan deze informatie buiten beschouwing worden gelaten.

Belanghebbenden wordt verzocht alle opmerkingen en verzoeken, met inbegrip van gescande volmachten en certificaten, per e-mail in te dienen, met uitzondering van uitgebreide antwoorden, die persoonlijk of per aangetekend schrijven worden ingediend op een cd-rom of dvd. Door e-mail te gebruiken, stemmen belanghebbenden in met de geldende voorschriften inzake elektronisch ingediende opmerkingen, zoals bepaald in het document „CORRESPONDENCE WITH THE EUROPEAN COMMISSION IN TRADE DEFENCE CASES” (Correspondentie met de Europese Commissie in handelsbeschermingszaken) op de website van het directoraat-generaal Handel (http://trade.ec.europa.eu/doclib/docs/2014/june/tradoc_152578.pdf). Belanghebbenden moeten hun naam, adres, telefoonnummer en een geldig e-mailadres vermelden en ervoor zorgen dat het verstrekte e-mailadres een actief, officieel en zakelijk e-mailadres is dat iedere dag wordt gecontroleerd. Zodra contactgegevens zijn verstrekt, verloopt de communicatie van de Commissie met belanghebbenden uitsluitend per e-mail, behalve indien zij uitdrukkelijk verzoeken alle documenten van de Commissie via een ander communicatiemiddel te ontvangen, of het document wegens de aard ervan per aangetekend schrijven moet worden verzonden. Voor nadere voorschriften en informatie over de correspondentie met de Commissie, met inbegrip van de beginselen die van toepassing zijn op per e-mail verzonden opmerkingen, moeten belanghebbenden de genoemde instructies voor de communicatie met belanghebbenden raadplegen.

Correspondentieadres van de Commissie:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Handel

Directoraat H

Kamer CHAR 04/039

1049 Brussel

BELGIË

E-mailadres voor dumpingaangelegenheden en bijlage I met betrekking tot Rusland: TRADE-SPT-R665-DUMPING-RUSSIA@ec.europa.eu

E-mailadres voor dumpingaangelegenheden en bijlage I met betrekking tot Oekraïne: TRADE-SPT-R665-DUMPING-UKRAINE@ec.europa.eu

E-mailadres voor alle andere aangelegenheden en bijlage II: TRADE-SPT-R665-INJURY@ec.europa.eu

6.   Niet-medewerking

Wanneer belanghebbenden geen toegang tot de vereiste gegevens verlenen, deze niet binnen de gestelde termijn verstrekken of het onderzoek aanmerkelijk belemmeren, kunnen overeenkomstig artikel 18 van de basisverordening conclusies worden getrokken op basis van de beschikbare gegevens, zowel in positieve als in negatieve zin.

Wanneer blijkt dat een belanghebbende onjuiste of misleidende inlichtingen heeft verstrekt, kunnen deze buiten beschouwing worden gelaten en kan van de beschikbare gegevens gebruik worden gemaakt.

Als een belanghebbende geen of slechts gedeeltelijk medewerking verleent en de bevindingen daarom overeenkomstig artikel 18 van de basisverordening op de beschikbare gegevens worden gebaseerd, kan het resultaat voor deze belanghebbende ongunstiger zijn dan wanneer hij wel medewerking had verleend.

Als de belanghebbende zijn antwoord niet door middel van systemen voor automatische gegevensverwerking verstrekt, wordt dit niet als niet-medewerking beschouwd, mits deze belanghebbende aantoont dat verstrekking van het antwoord in de gevraagde vorm voor hem een onredelijke extra belasting zou betekenen of onredelijke extra kosten zou meebrengen. De belanghebbende moet onmiddellijk contact opnemen met de Commissie.

7.   Raadadviseur-auditeur

Belanghebbenden kunnen erom vragen dat de raadadviseur-auditeur in handelsprocedures wordt ingeschakeld. De raadadviseur-auditeur fungeert als tussenpersoon tussen de belanghebbenden en de onderzoeksdiensten van de Commissie. Hij behandelt verzoeken om toegang tot het dossier, geschillen over de vertrouwelijkheid van documenten, verzoeken om termijnverlenging en verzoeken van derden om te worden gehoord. De raadadviseur-auditeur kan een hoorzitting met een individuele belanghebbende beleggen en als bemiddelaar optreden om te garanderen dat de belanghebbenden hun recht van verweer ten volle kunnen uitoefenen.

Een verzoek om door de raadadviseur-auditeur te worden gehoord, moet schriftelijk worden ingediend en met redenen worden omkleed. Een verzoek om te worden gehoord over zaken die betrekking hebben op het beginstadium van het onderzoek, moet uiterlijk 15 dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie worden ingediend. Daarna moet een verzoek om te worden gehoord, worden ingediend binnen de specifieke termijnen die de Commissie in haar correspondentie met de partijen vermeldt.

De raadadviseur-auditeur kan ook een hoorzitting voor belanghebbenden beleggen waar uiteenlopende standpunten en tegenargumenten naar voren kunnen worden gebracht met betrekking tot kwesties in verband met onder andere de waarschijnlijkheid van voortzetting of herhaling van dumping en schade.

Belanghebbenden die contact willen opnemen, vinden de nodige gegevens en nadere informatie op de pagina’s van de raadadviseur-auditeur op de website van DG Handel (http://ec.europa.eu/trade/trade-policy-and-you/contacts/hearing-officer/).

8.   Tijdschema voor het onderzoek

Het onderzoek wordt overeenkomstig artikel 11, lid 5, van de basisverordening uiterlijk 15 maanden na de datum van bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie afgesloten.

9.   Verzoek om een nieuw onderzoek op grond van artikel 11, lid 3, van de basisverordening

Aangezien dit nieuwe onderzoek in verband met het vervallen van de maatregelen wordt geopend overeenkomstig artikel 11, lid 2, van de basisverordening, kunnen de bestaande maatregelen overeenkomstig artikel 11, lid 6, van de basisverordening naar aanleiding van de bevindingen van het onderzoek worden ingetrokken of gehandhaafd, maar niet worden gewijzigd.

Belanghebbenden die van oordeel zijn dat de maatregelen opnieuw moeten worden onderzocht zodat deze kunnen worden gewijzigd, kunnen een verzoek indienen voor een nieuw onderzoek op grond van artikel 11, lid 3, van de basisverordening.

Zij moeten daartoe contact opnemen met de Commissie op het bovenstaande adres. Een dergelijk onderzoek zal onafhankelijk van het in dit bericht aangekondigde onderzoek worden uitgevoerd.

10.   Verwerking van persoonsgegevens

Persoonsgegevens die in het kader van dit onderzoek worden verzameld, zullen worden behandeld in overeenstemming met Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2000 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (12).


(1)  PB C 363 van 1.10.2016, blz. 22.

(2)  PB L 176 van 30.6.2016, blz. 21.

(3)  Het CEV wordt bepaald volgens het Technisch Verslag van 1967, IIW doc. IX-555-67, gepubliceerd door het Internationaal Instituut voor Lastechniek (International Institute of Welding — IIW).

(4)  Zoals momenteel gedefinieerd in Verordening (EU) nr. 1006/2011 van de Commissie van 27 september 2011 tot wijziging van bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (PB L 282 van 28.10.2011, blz. 1). De productomschrijving wordt bepaald door een combinatie van de beschrijving van het product in artikel 1, lid 1, en die in de desbetreffende GN-code.

(5)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 585/2012 van de Raad van 26 juni 2012 tot instelling van een definitief antidumpingrecht op bepaalde naadloze buizen en pijpen, van ijzer of van staal, van oorsprong uit Rusland en Oekraïne, naar aanleiding van een nieuw onderzoek in verband met het vervallen van de maatregelen op grond van artikel 11, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1225/2009, en tot beëindiging van de procedure van het nieuwe onderzoek in verband met het vervallen van de maatregelen die van toepassing zijn op de invoer van bepaalde naadloze buizen en pijpen, van ijzer of van staal, van oorsprong uit Kroatië (PB L 174 van 4.7.2012, blz. 5).

(6)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 795/2012 van de Raad van 28 augustus 2012 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 585/2012 tot instelling van een definitief antidumpingrecht op bepaalde naadloze buizen en pijpen, van ijzer of van staal, van oorsprong uit Rusland en Oekraïne, naar aanleiding van een gedeeltelijk tussentijds nieuw onderzoek op grond van artikel 11, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1225/2009 (PB L 238 van 4.9.2012, blz. 1).

(7)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1269/2012 van de Raad van 21 december 2012 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 585/2012 tot instelling van een definitief antidumpingrecht op bepaalde naadloze buizen en pijpen, van ijzer of van staal, van oorsprong uit onder meer Rusland, naar aanleiding van een gedeeltelijk tussentijds nieuw onderzoek op grond van artikel 11, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1225/2009 (PB L 357 van 28.12.2012, blz. 1).

(8)  Onder producent-exporteur wordt verstaan een onderneming uit de betrokken landen die het onderzochte product produceert en dit rechtstreeks of via derden naar de markt van de Unie uitvoert, met inbegrip van verbonden ondernemingen die betrokken zijn bij de productie, binnenlandse verkoop of uitvoer van het onderzochte product.

(9)  Uitsluitend importeurs die niet verbonden zijn met de producenten-exporteurs mogen in de steekproef worden opgenomen. Importeurs die met producenten-exporteurs verbonden zijn, moeten bijlage I bij de vragenlijst voor deze producenten-exporteurs invullen. Overeenkomstig artikel 127 van Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2447 van de Commissie van 24 november 2015 houdende nadere uitvoeringsvoorschriften voor enkele bepalingen van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van het douanewetboek van de Unie, worden twee personen geacht te zijn verbonden indien: a) zij functionaris of directeur zijn in de onderneming van de andere persoon; b) zij door de wettelijke bepalingen worden erkend als in zaken verbonden; c) zij werkgever en werknemer zijn; d) een derde partij 5 % of meer van het stemgerechtigde uitstaande kapitaal of de aandelen van beiden direct of indirect bezit, houdt of daarover zeggenschap heeft; e) één van hen direct of indirect zeggenschap over de ander heeft; f) een derde persoon direct of indirect zeggenschap over beiden heeft; g) beiden direct of indirect zeggenschap over een derde persoon hebben; of h) zij tot dezelfde familie behoren (PB L 343 van 29.12.2015, blz. 558). Personen worden slechts geacht leden te zijn van dezelfde familie indien zij op een van de volgende wijzen met elkaar bloed- of aanverwant zijn: i) echtgenoot en echtgenote, ii) ouder en kind, iii) broer en zuster (of halfbroer en halfzuster), iv) grootouder en kleinkind, v) oom of tante en neef of nicht (oomzeggers), vi) schoonouder en schoondochter of schoonzoon, vii) zwager en schoonzuster. Overeenkomstig artikel 5, punt 4, van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van het douanewetboek van de Unie wordt onder „persoon” verstaan een natuurlijk persoon, een rechtspersoon of een vereniging van personen die geen rechtspersoonlijkheid bezit maar krachtens het Unierecht of het nationale recht wel als handelingsbekwaam is erkend (PB L 269 van 10.10.2013, blz. 1).

(10)  Gegevens die door niet-verbonden importeurs zijn verstrekt, mogen ook worden gebruikt voor andere aspecten van dit onderzoek dan het vaststellen van dumping.

(11)  Een „Limited”-document wordt beschouwd als vertrouwelijk in de zin van artikel 19 van de basisverordening en artikel 6 van de WTO-overeenkomst betreffende de toepassing van artikel VI van de GATT 1994 (antidumpingovereenkomst). Het document is ook beschermd krachtens artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1049/2001 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 145 van 31.5.2001, blz. 43).

(12)  PB L 8 van 12.1.2001, blz. 1.


BIJLAGE I

Image

Tekst van het beeld

Image

Tekst van het beeld

BIJLAGE II

Image

Tekst van het beeld

Image

Tekst van het beeld

ANDERE HANDELINGEN

Europese Commissie

4.7.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 214/19


Bekendmaking van een aanvraag tot goedkeuring van een minimale wijziging overeenkomstig artikel 53, lid 2, tweede alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen

(2017/C 214/08)

De Europese Commissie heeft deze aanvraag voor een minimale wijziging goedgekeurd overeenkomstig artikel 6, lid 2, derde alinea, van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 664/2014 van de Commissie (1).

AANVRAAG TOT GOEDKEURING VAN EEN MINIMALE WIJZIGING

Aanvraag tot goedkeuring van een minimale wijziging overeenkomstig artikel 53, lid 2, tweede alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad  (2)

„JAMBON DE LACAUNE”

EU-nr.: PGI-FR-02302 — 15.3.2017

BOB ( ) BGA ( X ) GTS ( )

1.   Aanvragende groepering en rechtmatig belang

Syndicat des Salaisons de Lacaune

BP8

81230 Lacaune

FRANKRIJK

Tel. +33 561737780

Fax +33 561737782

E-mail: midiporc@midiporc.fr

Deze organisatie omvat alle marktdeelnemers van de keten van de BGA „Jambon de Lacaune” (fokker, slachter, levensmiddelenproducent, uitsnijderij, verwerker, plaats voor het snijden en verpakken) en heeft daarom het recht om wijzigingen van het productdossier aan te vragen.

2.   Lidstaat of derde land

Frankrijk

3.   Rubriek van het productdossier waarop de wijziging/en betrekking heeft/hebben

Beschrijving van het product

Bewijs van oorsprong

Werkwijze voor het verkrijgen van het product

Verband

Etikettering

Overige: verband, controlestructuur

4.   Aard van de wijziging(en)

Wijziging van een productdossier van een geregistreerde BOB of BGA die overeenkomstig artikel 53, lid 2, derde alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012 als minimaal wordt beschouwd en waarvoor geen wijziging van het bekendgemaakte enig document is vereist.

Wijziging van een productdossier van een geregistreerde BOB of BGA die overeenkomstig artikel 53, lid 2, derde alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012 als minimaal wordt beschouwd en waarvoor een wijziging van het bekendgemaakte enig document is vereist.

Wijziging van een productdossier van een geregistreerde BOB of BGA die overeenkomstig artikel 53, lid 2, derde alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012 als minimaal wordt beschouwd en waarvoor geen enig document (of geen gelijkwaardig document) is bekendgemaakt.

Wijziging van een productdossier van een geregistreerde GTS die overeenkomstig artikel 53, lid 2, vierde alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012 als minimaal wordt beschouwd.

5.   Wijziging(en)

Bewijs van oorsprong

Het punt:

„De producten zijn te herkennen aan etiketten waarop een door de groepering bepaald logo is aangebracht.

Alleen de vleeswarenproducenten en de overige marktdeelnemers die daartoe gemachtigd zijn in het kader van de BGA mogen dit logo op hun product gebruiken.

Elke marktdeelnemer die de „Jambon de Lacaune” in de handel brengt, houdt een aparte productboekhouding bij voor dit identificatiekenmerk. Dit etikettenverbruik wordt regelmatig vergeleken met het aantal verkochte, voor de consument bestemde verkoopeenheden.”,

wordt vervangen door het volgende punt:

„Elke marktdeelnemer die de „Jambon de Lacaune” in de handel brengt, houdt een aparte productboekhouding bij voor de BGA en vergelijkt het aantal verkochte voor de consument bestemde verkoopeenheden regelmatig met het aantal gebruikte etiketten die specifiek zijn voor de BGA „Jambon de Lacaune”.”.

Etikettering

Het punt:

„Op het etiket moet naast de bij wet verplichte gegevens ook het volgende worden aangebracht:

de beschermde geografische aanduiding (BGA): „Jambon de Lacaune”;

het volgende logo:

Image

de minimale duur voor drogen/rijpen: 7, 9 of 12 maanden.”,

wordt vervangen door het volgende punt:

„Op het etiket moet naast de bij wet verplichte gegevens ook de minimale duur voor drogen/rijpen worden aangebracht: 7, 9 of 12 maanden.”.

Door het logo te verwijderen wordt elke verwijzing naar de groep marktdeelnemers weggenomen. Dit logo is een collectief merk aan de hand waarvan de „Jambon de Lacaune” gemakkelijk kon worden geïdentificeerd voordat de naam als BGA werd geregistreerd. De naam „Jambon de Lacaune” is sinds deze registratie beschermd en wordt duidelijk door de consument herkend ten gevolge van de wetgeving van de Europese Unie, waarin is vastgelegd dat op het etiket de naam en het symbool van de Europese Unie voor BGA’s worden aangebracht.

Het enig document wordt gewijzigd om de samenhang met het productdossier te behouden.

Overige

Verband:

De schrapping van het logo van de groepering in de rubriek „Etikettering” van het productdossier leidt tot schrapping van de zin „Het dient als identificatiekenmerk voor de productie van de „Jambon de Lacaune”” in de rubriek over het verband. Het logo hoeft niet meer te worden vermeld in het overzicht van de collectieve aanpak. Dat geldt ook voor het nut ervan voorafgaand aan de registratie van de naam als BGA.

De verwijzing naar de bijlagen is opgenomen in de rubriek „Verband”. Het geldende productdossier bevat de lijst met bijlagen, hoewel niet naar deze bijlagen wordt verwezen in de betreffende punten. Hiermee wordt een einde gemaakt aan deze leemte.

Controlestructuur:

De gegevens van de controle-instantie zijn vervangen door die van de bevoegde controleautoriteit. Deze wijziging is bedoeld om te voorkomen dat bij een verandering van controle-instantie het productdossier moet worden gewijzigd.

6.   Bijgewerkt productdossier (enkel voor BOB en BGA)

https://info.agriculture.gouv.fr/gedei/site/bo-agri/document_administratif-0abaa381-592d-44ca-81ec-5c5f946c42b5/telechargement

ENIG DOCUMENT

„JAMBON DE LACAUNE”

EU-nr.: PGI-FR-02302 — 15.3.2017

BOB ( ) BGA ( X )

1.   Naam/Namen

„Jambon de Lacaune”

2.   Lidstaat of derde land

Frankrijk

3.   Beschrijving van het landbouwproduct of levensmiddel

3.1.   Productcategorie

Categorie 1.2 Vleesproducten (verhit, gepekeld, gerookt enz.)

3.2.   Beschrijving van het product waarvoor de in punt 1 vermelde naam van toepassing is

„Jambon de Lacaune” is een droge ham met een ronde, volle en regelmatige vorm die geleidelijk tot aan de poot versmalt.

Het magere gedeelte kan bedekt zijn door een dunne, crèmekleurige laag reuzel. Het zwoerd is amberkleurig met hier en daar donkerdere tinten. Er kunnen zoutkristallen op het oppervlak voorkomen.

Een plak „Jambon de Lacaune” heeft een regelmatige vorm en grootte. Het magere gedeelte heeft een homogene, dieprode tot donkerrode kleur en kan licht doorregen zijn. De vetlaag is stevig, ongeveer 1 à 2 cm dik en wit van kleur met rozige tinten.

De textuur van „Jambon de Lacaune” is soepel en zacht en smelt op de tong. De ham heeft een gematigd zout smaakaccent, dat afkomstig is van droog zeezout. „Jambon de Lacaune” heeft een typische geur en smaak van gedroogd vlees. De aroma’s zijn evenwichtig. De aromatiserende bereiding, die voornamelijk uit peper, suikers en salpeter bestaat, is verfijnd en verdringt de natuurlijke smaak van de droge ham geenszins. „Jambon de Lacaune” wordt niet gerookt.

Het gehalte totale oplosbare suikers in „Jambon de Lacaune” is lager dan of gelijk aan 1 % en het gehalte NaNO3 of salpeter (E252) is lager dan of gelijk aan 250 mg/kg.

De totale productieduur is afhankelijk van het gewicht van de verse ham.

Minimumgewicht van verse ham na het opmaken

Minimale duur voor drogen/rijpen

(van het inzouten tot het verlaten van de droogkamer)

9 kg

7 maanden

10 kg

9 maanden

11 kg

12 maanden

„Jambon de Lacaune” wordt in de volgende presentatievormen verkocht:

hele ham met been,

hele ham zonder been,

in helften, in kwarten of in plakken.

3.3.   Diervoeders (alleen voor producten van dierlijke oorsprong) en grondstoffen (alleen voor verwerkte producten)

De varkens (van meer dan 25 kg) worden afgemest met voeding met ten minste 60 % granen afkomstig uit granen en zaden van peulgewassen. Het maximumgehalte linolzuur in de voedermiddelen is vastgesteld op 1,9 % van de droge stof.

Verse hammen moeten de volgende kenmerken hebben:

uitsluitend vers (ingevroren ham is verboden);

een gewicht van minimaal 9 kg;

ronde vorm, zonder vang, zwoerd opgemaakt op de binnenkant die enigszins naar de schenkel gaat, boutbeen gedeeltelijk verwijderd en onder het spronggewricht verwijderde of gezaagde poot. Er wordt niet meer dan 6 cm gemeten loodrecht op de kop van het dijbeen opgemaakt;

wit, stevig vet, met een dikte die, gemeten loodrecht op de kop van het dijbeen, minimaal 10 mm bedraagt (inclusief zwoerd);

kleur van het magere deel overeenkomend met de waarden 2, 3, 4 of 5 op de Japanse schaal.

3.4.   Specifieke onderdelen van het productieproces die in het afgebakende geografische gebied moeten plaatsvinden

De verschillende productiefasen, van de bereiding van de hammen (inzouten) tot het rijpen, vinden plaats in het geografische gebied.

3.5.   Specifieke voorschriften betreffende het in plakken snijden, het raspen, het verpakken enz. van het product waarnaar de geregistreerde naam verwijst

3.6.   Specifieke voorschriften betreffende de etikettering van het product waarnaar de geregistreerde naam verwijst

Op het etiket van het product moet de minimale duur voor drogen/rijpen worden vermeld: 7, 9 of 12 maanden.

4.   Beknopte beschrijving van het afgebakende geografische gebied

Het geografische gebied bestaat uit de volgende elf gemeenten in het Franse departement Tarn: Barre, Berlats, Escroux, Espérausses, Gijounet, Lacaune, Moulin Mage, Murat-sur-Vèbre, Nages, Senaux en Viane.

5.   Verband met het geografische gebied

Specificiteit van het geografische gebied

Natuurlijke factoren:

Het geografische gebied waar „Jambon de Lacaune” wordt geproduceerd is een homogeen gebied in het gebergte van Lacaune. Het gebied heeft de vorm van een bekken, is oost-west georiënteerd en vormt het stroomgebied van de Gijou. In het zuiden wordt het gebied afgebakend door de belangrijkste bergkam die loopt van de Montgrand naar de Montalet, waarvan de top op meer dan 1 200 m hoogte ligt, en in het noorden door een kleinere bergkam die via de bergpas van Sié loopt van Roquecézière naar de top van de Merdélou, die ongeveer 1 000 m hoog is. Deze twee fysieke grenzen bakenen een topografisch bekken af dat onderhevig is aan de invloeden van zowel het oceaanklimaat als het mediterrane klimaat. Dankzij zijn hoge ligging kent het geografische gebied ook een bergklimaat.

Door deze drie invloeden typeert het klimaat in het gebied zich door:

veel neerslag en een pluviometrie die goed verdeeld is over het jaar;

een betrekkelijk lage gemiddelde temperatuur en geringe temperatuurverschillen;

een regelmatige afwisseling van de wind (richting en vochtigheidsgraad), met grote verschillen op eenzelfde dag in temperatuur en vochtigheidsgraad.

Menselijke factoren:

De productie van „Jambon de Lacaune” vindt haar oorsprong in het ambacht van „mazelier”, waarmee in de „langue d’oc” iemand werd aangeduid die runderen, schapen en varkens offerde. In Lacaune waren in de middeleeuwen veel mazeliers actief. Rond de 15e eeuw, de tijd van de opkomst van beroepsspecialisatie, werd met deze term iemand aangeduid die varkensvlees verwerkt, dat wil zeggen de varkensslager van tegenwoordig.

Vandaag de dag komen de kennis en kunde van de varkensslagers/vleeswarenproducenten in alle productiefasen van „Jambon de Lacaune” tot uiting.

Voor de productie van „Jambon de Lacaune” kiest de vleeswarenproducent verse hammen met een gewicht van minimaal 9 kg en een vetrand van minimaal 10 mm. Die kenmerken zijn noodzakelijk voor langdurige droging.

De vleeswarenproducent zout het vlees enkel in met zeezout, waarvan de kristallen een onregelmatige vorm hebben, zodat zij zich goed aan de ham kunnen hechten. Ook trekt dit zout snel en doeltreffend in het vlees, wat een uniforme droging van het vlees bevordert.

De knowhow is ook van belang bij het doseren van de aromatiserende bereiding, die hoofdzakelijk uit peper bestaat en waarbij alleen salpeter wordt toegevoegd, zodat een gematigde aromatische intensiteit wordt verkregen.

Bij iedere fase (inzouten, rijpen, eventueel stoven, drogen, invetten en rijpen) zorgt de vleeswarenproducent voor een optimale duur, temperatuur en vochtigheidsgraad, naargelang van de manier waarop de hammen reageren.

In de droogkamer worden de hammen dagelijks geïnspecteerd op uiterlijk en geur en worden de drogingsomstandigheden (temperatuur en luchtvochtigheidsgraad) nauwgezet geregeld. Zo worden problemen bij het drogen (kleverig worden, korstvorming, schimmelontwikkeling, ontstaan van onaangename geuren e.d.) voorkomen. Welke drogingstechniek hij ook toepast, en of de droogkamers nu natuurlijk zijn of worden geventileerd, de ambachtsman moet zich immers aanpassen aan de schommelingen in temperatuur en vochtigheidsgraad van de buitenlucht, die dagelijks wordt gemeten. Ook de wijze waarop hammen in verschillende rijpingsstadia ten opzichte van elkaar worden geplaatst en het aantal hammen dat in de droogkamer wordt gedroogd, zijn van belang.

Specificiteit van het product

„Jambon de Lacaune” wordt gekenmerkt door een mager gedeelte met een homogene dieprode tot donkerrode kleur dat licht doorregen kan zijn, en een stevige vetrand, die wit van kleur is, met enkele rozige tinten.

Wat smaak betreft, onderscheidt „Jambon de Lacaune” zich door een gematigde aromatische intensiteit, waaruit duidelijk de smaak van gedroogd vlees en een karakteristieke, lichte zoutigheid naar voren komen.

Causaal verband

Het causale verband tussen „Jambon de Lacaune” en het afgebakende geografische gebied is gebaseerd op het bestaan van eeuwenoude, traditionele en gedeelde kennis die zorgen voor een hoogwaardig product met een stevig verankerde reputatie.

Het geografische gebied van „Jambon de Lacaune” wordt gekenmerkt door geografische en klimaatomstandigheden die van oudsher gunstig zijn voor het drogen van vlees, waardoor een groot netwerk is ontstaan van vleeswarenproducenten die al generaties lang kennis en kunde hebben opgebouwd. Dankzij de nauwkeurige selectie van verse hammen hebben de producten na afloop van het rijpingsproces een karakteristieke stevige, witte vetrand met enkele rozige tinten.

Aangezien er al sinds jaar en dag handel wordt gedreven met het zoutproducerende achterland, wordt de ham ook vandaag de dag nog ingezouten met droog zeezout, dat dankzij zijn specifieke eigenschappen zorgt voor een regelmatige en doeltreffende droging en „Jambon de Lacaune” zijn kenmerkende smaak geeft (de zogeheten „pointe de sel”).

De dosering van de aromatiserende bereiding, die hoofdzakelijk uit peper bestaat en waarbij enkel salpeter wordt toegevoegd, draagt bij aan de ontwikkeling van de kenmerkende smaak van gedroogd vlees en de gematigde aromatische intensiteit van „Jambon de Lacaune”.

Door de rijping van minimaal zeven maanden en de beheersing van de drogingsomstandigheden op basis van de knowhow van de vleeswarenproducenten in dit geografische gebied kan „Jambon de Lacaune” optimaal rijpen, krijgt het magere gedeelte van de ham een homogene, dieprode tot donkerrode kleur en blijft de witte tot licht rozige kleur van het vet behouden.

De reputatie van „Jambon de Lacaune” is reeds aan het begin van de 20e eeuw vastgelegd. Zo laat de heer Cousin zich in zijn werk „Voyages gastronomiques au pays de France” lovend uit over de vleeswaren van het Hôtel Central in Lacaune: „[…] uitstekend aanbod aan lokale vleeswaren, bestaande uit ham en worst die absoluut vermelding verdienen […]”.

Ook in de Franse Gault Millau-reisgids uit 1970 wordt Lacaune vermeld, waarvan „de hammen een zeer goede reputatie hebben”. „Jambon de Lacaune” wordt ook beschreven in het overzichtswerk van het culinair erfgoed van Frankrijk „Midi-Pyrénées — produits du terroir et recettes traditionnelles” uit 1996, en zelfs in technische boeken zoals „Le jambon sec et les petites salaisons” (1997).

In de editie van maart 1989 van het tijdschrift LSA wordt „Jambon de Lacaune” omschreven als „droge ham van superieure kwaliteit” die wordt geproduceerd door „bedrijven die hoogwaardige producten willen afleveren op basis van eeuwenoude, traditionele methoden”.

Uit een imago- en bekendheidsonderzoek uit 2011 is naar voren gekomen dat 77 % van de ondervraagden in de regio’s Midi-Pyrénées en Languedoc-Roussillon de droge ham en de droge worst uit het geografische gebied van Lacaune kent, waarmee de grote bekendheid van „Jambon de Lacaune” wordt bevestigd. De ham wordt ook echt beschouwd als een „lokaal” en „traditioneel” product.

Vleeswarenproducenten uit het geografische gebied ontvangen ook regelmatig prijzen tijdens het algemene landbouwconcours in Parijs. Sinds 2010 is „Jambon de Lacaune” vijf keer in de prijzen gevallen, met drie keer bronzen medailles, één zilveren medaille en één gouden medaille.

Verwijzing naar de bekendmaking van het productdossier

(artikel 6, lid 1, tweede alinea, van de onderhavige verordening)

https://info.agriculture.gouv.fr/gedei/site/bo-agri/document_administratif-0abaa381-592d-44ca-81ec-5c5f946c42b5/telechargement


(1)  PB L 179 van 19.6.2014, blz. 17.

(2)  PB L 343 van 14.12.2012, blz. 1.


4.7.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 214/25


Bekendmaking van een aanvraag tot goedkeuring van een minimale wijziging overeenkomstig artikel 53, lid 2, tweede alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen

(2017/C 214/09)

De Europese Commissie heeft deze aanvraag voor een minimale wijziging goedgekeurd overeenkomstig artikel 6, lid 2, derde alinea, van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 664/2014 van de Commissie (1).

AANVRAAG TOT GOEDKEURING VAN EEN MINIMALE WIJZIGING

Aanvraag tot goedkeuring van een minimale wijziging overeenkomstig artikel 53, lid 2, tweede alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad  (2)

„SAUCISSON DE LACAUNE”/„SAUCISSE DE LACAUNE”

EU-nr.: PGI-FR-02301 — 15.3.2017

BOB ( ) BGA ( X ) GTS ( )

1.   Aanvragende groepering en rechtmatig belang

Syndicat des Salaisons de Lacaune

BP8

81230 Lacaune

FRANKRIJK

Tel. +33 561737780

Fax +33 561737782

E-mail: midiporc@midiporc.fr

Deze organisatie omvat alle marktdeelnemers van de keten van de BGA „Saucisson de Lacaune”/„Saucisse de Lacaune” (fokker, slachter, levensmiddelenproducent, uitsnijderij, verwerker, plaats voor het snijden en verpakken) en heeft daarom het recht om wijzigingen van het productdossier aan te vragen.

2.   Lidstaat of derde land

Frankrijk

3.   Rubriek van het productdossier waarop de wijziging/en betrekking heeft/hebben:

Beschrijving van het product

Bewijs van oorsprong

Werkwijze voor het verkrijgen van het product

Verband

Etikettering

Overige: verband, controlestructuur

4.   Aard van de wijziging(en)

Wijziging van een productdossier van een geregistreerde BOB of BGA die overeenkomstig artikel 53, lid 2, derde alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012 als minimaal wordt beschouwd en waarvoor geen wijziging van het bekendgemaakte enig document is vereist.

Wijziging van een productdossier van een geregistreerde BOB of BGA die overeenkomstig artikel 53, lid 2, derde alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012 als minimaal wordt beschouwd en waarvoor een wijziging van het bekendgemaakte enig document is vereist.

Wijziging van een productdossier van een geregistreerde BOB of BGA die overeenkomstig artikel 53, lid 2, derde alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012 als minimaal wordt beschouwd en waarvoor geen enig document (of geen gelijkwaardig document) is bekendgemaakt.

Wijziging van een productdossier van een geregistreerde GTS die overeenkomstig artikel 53, lid 2, vierde alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012 als minimaal wordt beschouwd.

5.   Wijziging(en)

Bewijs van oorsprong

Het punt:

„De producten zijn te herkennen aan etiketten waarop een door de groepering bepaald logo is aangebracht.

Alleen de worstproducenten en de overige marktdeelnemers die daartoe gemachtigd zijn in het kader van de BGA mogen dit logo op hun product gebruiken.

Elke marktdeelnemer die de „Saucisson de Lacaune” of de „Saucisse de Lacaune” in de handel brengt, houdt een aparte productboekhouding bij voor dit identificatiekenmerk. Dit etikettenverbruik wordt regelmatig vergeleken met het aantal verkochte voor de consument bestemde verkoopeenheden.”

Wordt vervangen door het volgende punt:

Elke marktdeelnemer die de „Saucisson de Lacaune” of de „Saucisse de Lacaune” in de handel brengt, houdt een aparte productboekhouding bij voor de BGA en vergelijkt het aantal verkochte, voor de consument bestemde verkoopeenheden regelmatig met het aantal gebruikte etiketten die specifiek zijn voor de BGA „Saucisson de Lacaune”/„Saucisse de Lacaune”.

Etikettering

Het punt:

„Op het etiket moet naast de bij wet verplichte gegevens ook het volgende worden aangebracht:

de beschermde geografische aanduiding (BGA): „Saucisson de Lacaune” of „Saucisse de Lacaune”;

het volgende logo:

Image

wordt vervangen door het volgende punt:

„Op het etiket worden naast de bij wet verplichte gegevens geen andere verplichte gegevens aangebracht”.

Door het logo te verwijderen wordt elke verwijzing naar de groep marktdeelnemers weggenomen. Dit logo is een collectief merk aan de hand waarvan de „Saucisson de Lacaune”/„Saucisse de Lacaune” gemakkelijk kon worden geïdentificeerd voordat de naam als BGA werd geregistreerd. De naam „Saucisson de Lacaune”/„Saucisse de Lacaune” is sinds deze registratie beschermd en wordt door de consument herkend ten gevolge van de wetgeving van de Europese Unie, waarin is vastgelegd dat op het etiket de naam en het symbool van de Europese Unie voor BGA’s worden aangebracht.

Het enig document wordt gewijzigd om de samenhang met het productdossier te behouden.

Overige

Verband:

De schrapping van het logo van de groepering in de rubriek „Etikettering” van het productdossier leidt tot schrapping van de zin „Het dient als identificatiekenmerk voor de productie van de „Saucisson de Lacaune”/„Saucisse de Lacaune”” in de rubriek over het verband. Het logo hoeft niet meer te worden vermeld in het overzicht van de collectieve aanpak. Dat geldt ook voor het nut ervan voorafgaand aan de registratie van de naam als BGA.

De bijlagen aan het einde van het productdossier worden verwijderd, omdat ze toegankelijk zijn via een hyperlink.

Controlestructuur

De gegevens van de controle-instantie zijn vervangen door die van de bevoegde controleautoriteit. Deze wijziging is bedoeld om te voorkomen dat bij een verandering van controle-instantie het productdossier moet worden gewijzigd.

6.   Bijgewerkt productdossier (enkel voor BOB en BGA)

https://info.agriculture.gouv.fr/gedei/site/bo-agri/document_administratif-940b8f0c-f486-44b4-9609-9019ffbd7cbf/telechargement

ENIG DOCUMENT

„SAUCISSON DE LACAUNE”/„SAUCISSE DE LACAUNE”

EU-nr.: PGI-FR-02301 — 15.3.2017

BOB ( ) BGA ( X )

1.   Naam/Namen

„Saucisson de Lacaune”/„Saucisse de Lacaune”

2.   Lidstaat of derde land

Frankrijk

3.   Beschrijving van het landbouwproduct of levensmiddel

3.1   Productcategorie

Categorie 1.2 Vleesproducten (verhit, gepekeld, gerookt enz.)

3.2   Beschrijving van het product waarvoor de in punt 1 vermelde naam van toepassing is

De „Saucisson de Lacaune” is een droge worst met een min of meer regelmatige cilindrische vorm die is afgevuld in natuurdarm. De worst heeft een gewicht dat varieert van 200 g tot meer dan 2 kg. De worst wordt zo aangeboden of met een net overtrokken of opgebonden.

De „Saucisse de Lacaune” is een droge worst met een regelmatige cilindrische vorm die is afgevuld in natuurdarm. De worst kan in verschillende vormen worden aangeboden:

gebogen worst: gebogen in een U-vorm, met een gewicht van 200 g tot 500 g;

rechte worst, zonder kromming, met een gewicht van 200 g tot 500 g;

worst die rond een stang is opgerold om te drogen, aangeboden met meerdere krommingen waarvan het aantal en het gewicht niet zijn bepaald.

De „Saucisson de Lacaune”/„Saucisse de Lacaune” is een soepele tot stevige worst die niet uit elkaar valt. Het snijvlak vertoont magere en vette deeltjes die grof zijn gehakt (minstens 8 mm) en vertoont geen zenuwen of kraakbeen. De vetdeeltjes zijn goed afgebakend, vast en wit van kleur. De magere deeltjes zijn rood-donkerrood. De „Saucisson de Lacaune”/„Saucisse de Lacaune” ziet er niet heel vettig uit.

De „Saucisson de Lacaune”/„Saucisse de Lacaune” heeft de typische geur en smaak van gedroogd en gerijpt vlees met een uitgesproken accent van peper. De aroma-intensiteit blijft gematigd. De worst heeft geen sterke vetsmaak.

De „Saucisson de Lacaune” en „Saucisse de Lacaune” worden respectievelijk bereid met ten minste 80 % en 70 % mager vlees. Het rijpe (magere) vlees maakt ten minste 30 % van het geheel uit.

Het vleesmengsel wordt gekruid met zout, peper en muskaatnoot. Ook salpeter, melkzuurbacteriën en suiker mogen worden toegevoegd en een schimmellaag aan het oppervlak is toegestaan.

De „Saucisson de Lacaune”/„Saucisse de Lacaune” heeft de volgende fysisch-chemische kenmerken:

vochtgehalte van het ontvette product (VOP): ≤ 52 % of ≤ 56 % voor worsten met een doorsnede van meer dan 70 mm;

vetgehalte (bij een VOP van 77 %): ≤ 20 %;

verhouding collageen/eiwitten: ≤ 13 %;

totaalgehalte oplosbare suikers (bij een VOP van 77 %): ≤ 2 %;

pH: ≥ 5,2 voor producten van minder dan 1 kg en ≥ 5,0 voor producten van meer dan 1 kg.

De „Saucisson de Lacaune”/„Saucisse de Lacaune” wordt verkocht:

in één stuk en met een etiket, ofwel „bloot” ofwel verpakt in een zak met grote gaten, een zak onder beschermende atmosfeer of vacuümverpakt;

in stukken gesneden, vacuümverpakt of onder beschermende atmosfeer, tenzij vers afgesneden.

3.3   Diervoeders (alleen voor producten van dierlijke oorsprong) en grondstoffen (alleen voor verwerkte producten)

Het voeder waarmee de varkens worden gemest (voor varkens van meer dan 25 kg) en het voeder voor de zeugen bestaan voor minstens 60 % uit granen, zemelen en zaden van peulvruchten.

Het maximale linolzuurgehalte is vastgesteld op 1,9 % van de droge stof.

Het rijpe vlees waarmee de „Saucisson de Lacaune”/„Saucisse de Lacaune” wordt bereid, is afkomstig van karkassen van zeugen of zware vleesvarkens met een karkasgewicht van meer dan 120 kg. Het andere vlees is afkomstig van vleesvarkens met een karkasgewicht van ten minste 80 kg.

Het vet is afkomstig van het rugspek en is wit en stevig. In de „Saucisse de Lacaune” mag borstvet worden gebruikt.

Als het vlees en het vet vers worden gebruikt, worden die ten laatste de zesde dag na het slachten gehakt. Als ze in bevroren vorm worden gebruikt, moeten ze ten laatste 72 uur na het slachten worden ingevroren en mogen ze gedurende hoogstens vier maanden worden bewaard op een temperatuur van ten hoogste – 18 °C.

3.4   Specifieke onderdelen van het productieproces die in het afgebakende geografische gebied moeten plaatsvinden

De onderdelen, gaande van de selectie van de stukken, de productie van de „Saucisson de Lacaune”/„Saucisse de Lacaune” (hakken van het vlees, vullen van de darm, drogen van de worsten) tot het einde van het rijpingsproces, worden in het afgebakende geografische gebied uitgevoerd.

3.5   Specifieke voorschriften betreffende het in plakken snijden, het raspen, het verpakken enz. van het product waarnaar de geregistreerde naam verwijst

3.6   Specifieke voorschriften betreffende de etikettering van het product waarnaar de geregistreerde naam verwijst

4.   Beknopte beschrijving van het afgebakende geografische gebied

Het geografische gebied bestaat uit de volgende elf gemeenten in het departement Tarn: Barre, Berlats, Escroux, Espérausses, Gijounet, Lacaune, Moulin Mage, Murat-sur-Vèbre, Nages, Senaux en Viane.

5.   Verband met het geografische gebied

Specificiteit van het geografische gebied

Natuurlijke factoren:

Het geografische productiegebied van de „Saucisson de Lacaune”/„Saucisse de Lacaune” vormt een homogeen geheel te midden van de bergen van Lacaune. Het gebied heeft de vorm van een bekken, is oost-west georiënteerd en vormt het stroomgebied van de Gijou. In het zuiden wordt het gebied afgebakend door de belangrijkste bergkam die loopt van de Montgrand naar de Montalet, waarvan de top op meer dan 1 200 m hoogte ligt, en in het noorden door een kleinere bergkam die via de bergpas van Sié loopt van Roquecézière naar de top van de Merdélou, die ongeveer 1 000 m hoog is. Deze twee fysieke grenzen bakenen een topografisch bekken af dat onderhevig is aan de invloeden van zowel het oceaanklimaat als het mediterrane klimaat. Dankzij zijn hoge ligging kent het geografische gebied ook een bergklimaat.

Door deze drie invloeden typeert het klimaat in het gebied zich door:

veel neerslag en een pluviometrie die goed verdeeld is over het jaar;

een betrekkelijk lage gemiddelde temperatuur en geringe temperatuurverschillen;

een regelmatige afwisseling van de wind (richting en vochtigheidsgraad), met grote verschillen op eenzelfde dag in temperatuur en vochtigheidsgraad.

Menselijke factoren:

De productie van „Saucisson de Lacaune”/„Saucisse de Lacaune” vindt haar oorsprong in het ambacht van „mazelier”, waarmee in het Occitaans iemand werd aangeduid die runderen, schapen en varkens offerde. De mazeliers waren tijdens de middeleeuwen talrijk aanwezig in Lacaune. Rond de 15e eeuw, de tijd van de opkomst van beroepsspecialisatie, werd met deze term iemand aangeduid die varkensvlees verwerkt, dat wil zeggen de varkensslager van tegenwoordig.

De knowhow van de worstproducent is fundamenteel voor de totstandkoming van dit „levendig” product en komt in de verschillende fasen tot uiting.

De worstproducent sorteert, bereidt en hakt het vlees en het vet volgens zijn eigen methoden, zijn uitrusting en de kwaliteit van de gebruikte grondstoffen, met name hun geschiktheid om te kunnen worden gehakt. Hij selecteert het rijpere vlees en voegt een groot percentage mager vlees aan de massa toe.

Dankzij zijn goede kennis van zijn cutter en/of vleesmolen verkrijgt hij een homogene massa bestaande uit grove vleesdeeltjes met regelmatige vorm die door een vleesmolenrooster van ten minste 8 mm zijn geduwd of zijn fijngemalen met een andere techniek waardoor een gelijksoortig visueel effect wordt verkregen.

Hij kruidt zijn bereiding uitsluitend met zout, peper en eventueel muskaatnoot en gebruikt geen enkel ander additief dan salpeter.

De massa wordt uitsluitend in natuurdarmen afgevuld. Daarna drogen en rijpen de worsten gedurende in totaal minstens tien dagen voor de droge worsten en 18 dagen voor de andere stukken. Om na te gaan of de worsten in de droogkamer goed fermenteren, voert de worstproducent een tactiele controle uit door de worst in de hand te nemen en aan te drukken. Onder die druk moet de worst een vaste consistentie hebben.

In elke productiefase past de worstproducent de duur van de fasen en de temperatuur en de vochtigheid zo goed mogelijk aan de ontwikkeling van de worsten aan. Het droogproces in de droogkamer wordt dagelijks opgevolgd om het uitzicht en de geur van de producten te controleren en de rijpingsomstandigheden (temperatuur en luchtvochtigheid) aan te passen om rijpingsproblemen te voorkomen. Ongeacht de gebruikte techniek en of de droogkamers natuurlijk dan wel geventileerd zijn, moet de producent zich aanpassen aan schommelingen in de externe temperatuur en luchtvochtigheid, die dagelijks worden gemeten.

Specificiteit van het product

Typisch voor de „Saucisson de Lacaune”/„Saucisse de Lacaune” zijn het rood-donkerrode magere vlees, de grote vleesdeeltjes met regelmatige vorm en het mager uitziende snijvlak.

Op organoleptisch gebied onderscheidt de worst zich door een gematigde, evenwichtige aroma-intensiteit die de natuurlijke smaak van gedroogd en gerijpt vlees niet verdringt, en een textuur die bij aanraking en in de mond soepel tot stevig aanvoelt en niet uit elkaar valt.

De „Saucisson de Lacaune”/„Saucisse de Lacaune” onderscheidt zich ten slotte doordat de worst uitsluitend in natuurdarmen wordt aangeboden.

Causaal verband

Het causale verband van de „Saucisson de Lacaune”/„Saucisse de Lacaune” is gebaseerd op de aanwezigheid van de eeuwenoude, traditionele, overgedragen knowhow waaraan de producten hun kwaliteit en stevige faam te danken hebben.

Het geografische gebied van de „Saucisson de Lacaune”/„Saucisse de Lacaune” wordt gekenmerkt door geografische en klimaatomstandigheden die traditioneel gunstig zijn voor het rijpingsproces. Bijgevolg heeft zich in het gebied een uitgebreid netwerk van worstfabrieken ontwikkeld die al generaties lang over de knowhow beschikken. De oude productiegewoonten zorgen ervoor dat ook vandaag nog wordt gebruikgemaakt van rijp vlees en dat voor de „Saucisson de Lacaune” minstens 80 % mager vlees en voor de „Saucisse de Lacaune” minstens 70 % mager vlees wordt gebruikt. Hieraan dankt het product zijn karakteristieke rood-donkerrode kleur van mager vlees en zijn mager uitziende snijvlak.

De knowhow komt ook tot uiting in de selectie van de stukken en in de beheersing van de haktechnieken om tot grove vleesdeeltjes te komen.

Doordat het vlees wordt afgevuld in natuurdarmen, heeft de „Saucisson de Lacaune”/„Saucisse de Lacaune” een specifieke aanbiedingsvorm.

De aroma-intensiteit van de „Saucisson de Lacaune”/„Saucisse de Lacaune” blijft gematigd omdat er geen andere kruiden worden gebruikt dan peper of muskaatnoot. Dankzij de knowhow op het gebied van de dosering van de kruiden en de dagelijkse opvolging in de droogkamer bereikt de „Saucisson de Lacaune”/„Saucisse de Lacaune” aan het einde van het rijpingsproces een volledige rijpheid en een natuurlijke smaak van droog, gerijpt vlees.

Omdat de droog- en rijpingsfasen goed worden beheerd, wordt een textuur verkregen die bij aanraking en in de mond soepel tot stevig aanvoelt en niet uit elkaar valt.

De faam van de „Saucisson de Lacaune”/„Saucisse de Lacaune” werd al bij het begin van de 20e eeuw bevestigd, toen de heer Cousin in zijn „Voyages gastronomiques au pays de France” de vleeswaren van het Hôtel Central van Lacaune prees: „[…] schitterend gamma van streekvleeswaren met ham en absoluut vermeldenswaardige worst […]”.

De „Saucisson de Lacaune”/„Saucisse de Lacaune” wordt beschreven in de „Code de la charcuterie, de la salaison et des conserves de viandes” van 1980 en 1986. De producten zijn ook opgenomen in de „Inventaire du patrimoine culinaire de la France — Midi-Pyrénées — produits du terroir et recettes traditionnelles” van 1996.

Uit een enquête over de naam en faam die in 2011 werd uitgevoerd, is gebleken dat in de regio’s Midi-Pyrénées en Languedoc-Roussillon 77 % van de ondervraagde personen de droge ham en de droge worsten kent die in het geografische gebied van de Lacaune worden geproduceerd. Dit bevestigt dat de „Saucisson de Lacaune”/„Saucisse de Lacaune” ruime bekendheid geniet en wordt gezien als „streekproduct” en „traditioneel product”.

Bovendien is het niet ongewoon dat in de geschreven pers aandacht wordt besteed aan de „Saucisson de Lacaune”/„Saucisse de Lacaune”, zoals in de Midi Libre van 8 augustus 2009: „un panier rempli d’odeurs”.

De worstproducenten in het geografische gebied vallen ook regelmatig in de prijzen op de algemene landbouwwedstrijd in Parijs. Sinds 2012 werden 13 producten „Saucisson de Lacaune”/„Saucisse de Lacaune” gelauwerd: vijf met een bronzen medaille, twee met een zilveren medaille en zes met een gouden medaille.

Verwijzing naar de bekendmaking van het productdossier

(Artikel 6, lid 1, tweede alinea, van de onderhavige verordening)

https://info.agriculture.gouv.fr/gedei/site/bo-agri/document_administratif-940b8f0c-f486-44b4-9609-9019ffbd7cbf/telechargement


(1)  PB L 179 van 19.6.2014, blz. 17.

(2)  PB L 343 van 14.12.2012, blz. 1.