ISSN 1977-0995

Publicatieblad

van de Europese Unie

C 438

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Mededelingen en bekendmakingen

58e jaargang
30 december 2015


Nummer

Inhoud

Bladzijde

 

I   Resoluties, aanbevelingen en adviezen

 

AANBEVELINGEN

 

Europese Centrale Bank

2015/C 438/01

Aanbeveling van de Europese Centrale Bank van 17 december 2015 betreffende beleid inzake dividenduitkeringen (ECB/2015/49)

1


 

II   Mededelingen

 

MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

 

Europese Commissie

2015/C 438/02

Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie (Zaak M.7834 — Sumitomo Corporation/Sumitomo Mitsui Banking Corporation/PT Summit OTO Finance/PT OTO Multiartha) ( 1 )

4


 

IV   Informatie

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

 

Europese Commissie

2015/C 438/03

Wisselkoersen van de euro

5


 

V   Bekendmakingen

 

PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID

 

Europese Commissie

2015/C 438/04

Voorafgaande aanmelding van een concentratie (Zaak M.7889 — Engie/REC/TEN) — Voor de vereenvoudigde procedure in aanmerking komende zaak ( 1 )

6

2015/C 438/05

Voorafgaande aanmelding van een concentratie (Zaak M.7900 — CVC Capital Partners/USS WAY LP/Moto Holdings) — Voor de vereenvoudigde procedure in aanmerking komende zaak ( 1 )

7

 

ANDERE HANDELINGEN

 

Europese Commissie

2015/C 438/06

Bekendmaking van een aanvraag overeenkomstig artikel 50, lid 2, onder a), van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen

8


 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

 


I Resoluties, aanbevelingen en adviezen

AANBEVELINGEN

Europese Centrale Bank

30.12.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 438/1


AANBEVELING VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK

van 17 december 2015

betreffende beleid inzake dividenduitkeringen

(ECB/2015/49)

(2015/C 438/01)

DE RAAD VAN BESTUUR VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, met name artikel 127, lid 6, en artikel 132,

Gezien de statuten van het Europees Stelsel van centrale banken en van de Europese Centrale Bank, met name artikel 34,

Gezien Verordening (EU) nr. 1024/2013 van de Raad van 15 oktober 2013 waarbij aan de Europese Centrale Bank specifieke taken worden opgedragen betreffende het beleid inzake het prudentieel toezicht op kredietinstellingen (1), met name artikel 4, lid 3,

Gezien Verordening (EU) nr. 468/2014 van de Europese Centrale Bank van 16 april 2014 tot vaststelling van een kader voor samenwerking binnen het Gemeenschappelijk Toezichtsmechanisme tussen de Europese Centrale Bank en nationale bevoegde autoriteiten en met nationale aangewezen autoriteiten (GTM-kaderverordening) (ECB/2014/17) (2),

Overwegende hetgeen volgt:

Kredietinstellingen moeten zich blijven voorbereiden op een tijdige en volledige toepassing van Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad (3) en Richtlijn 2013/36/EU van het Europees Parlement en de Raad (4) in een uitdagend macro-economisch en financieel klimaat waardoor de winstgevendheid van kredietinstellingen onder druk komt te staan en als gevolg daarvan ook hun vermogen tot het opbouwen van hun vermogensbuffers. Bovendien, hoewel kredietinstellingen de economie moeten financieren, is een conservatief uitkeringsbeleid onderdeel van adequaat risicobeheer en een deugdelijke banksector. Er dient gebruikgemaakt te worden van dezelfde methode zoals uiteengezet in Aanbeveling ECB/2015/2 van de Europese Centrale Bank (5),

HEEFT DE VOLGENDE AANBEVELING VASTGESTELD:

I.

1.

Kredietinstellingen dienen dividendbeleid vast te stellen op basis van conservatieve en voorzichtige aannames teneinde, na iedere uitkering, te voldoen aan de toepasselijke kapitaalvereisten.

a)

Kredietinstellingen moeten te allen tijde voldoen aan de toepasselijke minimumkapitaalvereisten („pijler 1-vereisten”). Dit omvat een tier 1-kernkapitaalratio van 4,5 %, een tier 1-kapitaalratio van 6 % en een totale kapitaalratio van 8 % zoals geregeld in artikel 92 van Verordening (EU) nr. 575/2013.

b)

Bovendien moeten kredietinstellingen te allen tijde voldoen aan de kapitaalvereisten die zijn opgelegd als resultaat van het toepasselijk besluit inzake het proces van toetsing en evaluatie van de toezichthouder ter voldoening aan artikel 16, lid 2, onder a) van Verordening (EU) nr. 1024/2013 en die verder gaan dan de pijler 1-vereisten („pijler 2-vereisten”).

c)

Tevens moeten kredietinstellingen voldoen aan de contracyclische kapitaal- en systeembuffers zoals vermeld in artikel 128, leden 2, 3, 4 en 5 van Richtlijn 2013/36/EU en alle andere door nationale bevoegde en nationale aangewezen autoriteiten vastgestelde buffers.

d)

Ook moeten kredietinstellingen voor de toepasselijke datum van volledige infasering voldoen aan hun vereiste „fully loaded” (6) tier 1-kernkapitaalratio, hun tier 1-kapitaalratio en hun totale kapitaalratio. Dit heeft betrekking op de volledige toepassing van de bovengenoemde ratio’s na toepassing van de overgangsbepalingen, en tevens die van de contracyclische kapitaalbuffer en de systeembuffers zoals vermeld in artikel 128, leden 2, 3, 4 en 5 van Richtlijn 2013/36/EU en alle andere door nationale bevoegde en nationale aangewezen autoriteiten vastgestelde buffers. De overgangsbepalingen zijn vermeld in titel XI van Richtlijn 2013/36/EU en in deel 10 van Verordening (EU) nr. 575/2013.

Aan deze vereisten moet zowel op geconsolideerd niveau als op individuele basis voldaan worden, tenzij op individuele basis een ontheffing is verleend ten aanzien van de toepassing van prudentiële vereisten, zoals voorzien in artikel 7 en artikel 10 van Verordening (EU) nr. 575/2013.

2.

Met betrekking tot de betaling van dividenden door kredietinstellingen (7) in 2016 over het boekjaar 2015, beveelt de ECB aan dat:

a)    Categorie 1 : Kredietinstellingen die voldoen aan de toepasselijke kapitaalvereisten zoals vermeld in paragraaf 1, onder a), b) en c), en die reeds voldoen aan hun „fully loaded” ratio’s zoals vermeld in paragraaf 1 onder d) per 31 december 2015, dienen hun nettowinst uit te keren in dividenden op een conservatieve wijze, zodat zij kunnen blijven voldoen aan alle vereisten, zelfs onder verslechterde economische en financiële omstandigheden.

b)    Categorie 2 : Kredietinstellingen die voldoen aan de toepasselijke kapitaalvereisten zoals vermeld in paragraaf 1, onder a), b) en c) per 31 december 2015, maar niet voldoen aan hun „fully loaded” ratio’s zoals vermeld in paragraaf 1, onder d) per 31 december 2015, dienen hun nettowinst uit te keren in dividenden op een conservatieve wijze, zodat zij kunnen blijven voldoen aan alle vereisten, zelfs onder verslechterde economische en financiële omstandigheden. Bovendien dienen zij in principe alleen dividenden uit te betalen indien ten minste een lineair (8) pad wordt zekergesteld op weg naar de vereiste „fully loaded” kapitaalvereisten zoals vermeld in paragraaf 1, onder d);

c)    Categorie 3 : Kredietinstellingen die niet voldoen aan de in paragraaf 1, onder a), b) of c) bedoelde vereisten keren in beginsel geen dividend uit.

Kredietinstellingen die niet in staat zijn deze aanbeveling na te leven omdat zij van mening zijn dat zij van rechtswege verplicht zijn dividend uit te keren, dienen onverwijld contact op te nemen met hun gezamenlijk toezichthoudend team (GTT).

II.

Deze aanbeveling is gericht tot belangrijke onder toezicht staande entiteiten en belangrijke onder toezicht staande groepen zoals gedefinieerd in artikel 2, leden 16 en 22 van Verordening (EU) nr. 468/2014 (ECB/2014/17).

III.

Deze aanbeveling is tevens gericht tot nationale bevoegde en nationale aangewezen autoriteiten met betrekking tot minder belangrijke onder toezicht staande entiteiten en minder belangrijke onder toezicht staande groepen zoals gedefinieerd in artikel 2, leden 7 en 23 van Verordening (EU) nr. 468/2014 (ECB/2014/17). De nationale bevoegde en nationale aangewezen autoriteiten worden geacht deze aanbeveling toe te passen op die entiteiten en groepen indien zulks nodig geacht wordt (9).

Gedaan te Frankfurt am Main, 17 december 2015.

De president van de ECB

Mario DRAGHI


(1)  PB L 287 van 29.10.2013, blz. 63.

(2)  PB L 141 van 14.5.2014, blz. 1.

(3)  Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 betreffende prudentiële vereisten voor kredietinstellingen en beleggingsondernemingen en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 (PB L 176 van 27.6.2013, blz. 1).

(4)  Richtlijn 2013/36/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 betreffende toegang tot het bedrijf van kredietinstellingen en het prudentieel toezicht op kredietinstellingen en beleggingsondernemingen, tot wijziging van Richtlijn 2002/87/EG en tot intrekking van de Richtlijnen 2006/48/EG en 2006/49/EG (PB L 176 van 27.6.2013, blz. 338).

(5)  Aanbeveling ECB/2015/2 van de Europese Centrale Bank van 28 januari 2015 betreffende beleid inzake dividenduitkeringen (PB C 51 van 13.2.2015, blz. 1).

(6)  Alle buffers op „fully loaded” niveaus behalve de kapitaalconserveringsbuffer, die vanwege methodologische redenen vastgesteld worden op het invoeringsniveau van 2016 voor de „fully loaded” berekeningen.

(7)  Kredietinstellingen kunnen verschillende juridische vormen hebben, bijv. beursgenoteerde bedrijven en vennootschappen zonder aandelen, zoals mutuals, coöperaties of spaarinstellingen. De term „dividend” die in deze aanbeveling wordt gebruikt heeft betrekking op elk type contante uitbetaling dat onderworpen is aan de goedkeuring van de algemene vergadering.

(8)  In de praktijk houdt dit in dat kredietinstellingen gedurende een periode van 4 jaar, te beginnen op 31 december 2014, in principe ten minste 25 % per jaar moeten inhouden van het gat op weg naar hun „fully loaded” tier 1-kernkapitaalratio, hun tier 1-kapitaalratio en hun totale kapitaalratio, zoals vermeld in paragraaf 1, onder d).

(9)  Indien de aanbeveling wordt toegepast op minder belangrijke onder toezicht staande entiteiten en minder belangrijke onder toezicht staande groepen die zichzelf niet in staat achten deze na te kunnen leven omdat zij van mening zijn dat zij van rechtswege verplicht zijn dividend uit te keren dienen onverwijld contact op te nemen met hun nationale bevoegde autoriteiten.


II Mededelingen

MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

Europese Commissie

30.12.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 438/4


Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie

(Zaak M.7834 — Sumitomo Corporation/Sumitomo Mitsui Banking Corporation/PT Summit OTO Finance/PT OTO Multiartha)

(Voor de EER relevante tekst)

(2015/C 438/02)

Op 18 december 2015 heeft de Commissie besloten zich niet te verzetten tegen bovenvermelde aangemelde concentratie en deze verenigbaar met de interne markt te verklaren. Dit besluit is gebaseerd op artikel 6, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1). De volledige tekst van het besluit is slechts beschikbaar in het Engels en zal openbaar worden gemaakt na verwijdering van eventuele bedrijfsgeheimen. De tekst is beschikbaar:

op de website Concurrentie van de Commissie, afdeling Fusies (http://ec.europa.eu/competition/mergers/cases/). Deze website biedt verschillende hulpmiddelen om individuele concentratiebesluiten op te zoeken, onder meer op: naam van de onderneming, nummer van de zaak, datum en sector;

in elektronische vorm op de EUR-Lex-website (http://eur-lex.europa.eu/homepage.html?locale=nl) onder document nr. 32015M7834. EUR-Lex biedt onlinetoegang tot de communautaire wetgeving.


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1.


IV Informatie

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

Europese Commissie

30.12.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 438/5


Wisselkoersen van de euro (1)

29 december 2015

(2015/C 438/03)

1 euro =


 

Munteenheid

Koers

USD

US-dollar

1,0952

JPY

Japanse yen

131,88

DKK

Deense kroon

7,4629

GBP

Pond sterling

0,74005

SEK

Zweedse kroon

9,1567

CHF

Zwitserse frank

1,0846

ISK

IJslandse kroon

 

NOK

Noorse kroon

9,5115

BGN

Bulgaarse lev

1,9558

CZK

Tsjechische koruna

27,028

HUF

Hongaarse forint

314,26

PLN

Poolse zloty

4,2364

RON

Roemeense leu

4,5370

TRY

Turkse lira

3,1878

AUD

Australische dollar

1,5056

CAD

Canadese dollar

1,5241

HKD

Hongkongse dollar

8,4882

NZD

Nieuw-Zeelandse dollar

1,5949

SGD

Singaporese dollar

1,5467

KRW

Zuid-Koreaanse won

1 282,17

ZAR

Zuid-Afrikaanse rand

16,7598

CNY

Chinese yuan renminbi

7,1065

HRK

Kroatische kuna

7,6383

IDR

Indonesische roepia

15 029,86

MYR

Maleisische ringgit

4,7055

PHP

Filipijnse peso

51,514

RUB

Russische roebel

79,4319

THB

Thaise baht

39,518

BRL

Braziliaanse real

4,2187

MXN

Mexicaanse peso

18,8429

INR

Indiase roepie

72,6458


(1)  Bron: door de Europese Centrale Bank gepubliceerde referentiekoers.


V Bekendmakingen

PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID

Europese Commissie

30.12.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 438/6


Voorafgaande aanmelding van een concentratie

(Zaak M.7889 — Engie/REC/TEN)

Voor de vereenvoudigde procedure in aanmerking komende zaak

(Voor de EER relevante tekst)

(2015/C 438/04)

1.

Op 18 december 2015 heeft de Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) ontvangen. Hierin is meegedeeld dat E.CL SA, die onder de uiteindelijke zeggenschap staat van Engie SA („Engie”, Frankrijk), en Red Eléctrica Chile SpA, die onder de uiteindelijke zeggenschap staat van Red Eléctrica Corporación SA („REC”, Spanje), in de zin van artikel 3, lid 1, onder b), van de concentratieverordening de gezamenlijke zeggenschap verkrijgen over Transmisora Eléctrica del Norte SA („TEN”, Chili) door de verwerving van aandelen.

2.

De activiteiten van de betrokken ondernemingen zijn:

—   Engie: wereldwijde energieonderneming en deskundige exploitant in de drie belangrijke sectoren elektriciteit, aardgas en energiediensten;

—   REC: exploiteert het nationaal elektriciteitsnet en elektriciteitstransmissiesysteem in Spanje en is ook actief in bepaalde landen in Zuid-Amerika;

—   TEN: momenteel niet actief op de markt maar zal een elektriciteitstransmissielijn ontwikkelen en exploiteren in Chili.

3.

Op grond van een voorlopig onderzoek is de Commissie van oordeel dat de aangemelde transactie binnen het toepassingsgebied van de concentratieverordening kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden. Er zij op gewezen dat deze zaak in aanmerking kan komen voor de vereenvoudigde procedure zoals uiteengezet in de mededeling van de Commissie betreffende een vereenvoudigde procedure voor de behandeling van bepaalde concentraties krachtens Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (2).

4.

De Commissie verzoekt belanghebbenden haar hun eventuele opmerkingen over de voorgenomen concentratie kenbaar te maken.

Deze opmerkingen moeten de Commissie uiterlijk tien dagen na dagtekening van deze bekendmaking hebben bereikt. Zij kunnen per fax (naar nummer +32 22964301), via e-mail naar COMP-MERGER-REGISTRY@ec.europa.eu of per post, onder vermelding van zaaknummer M.7889 — Engie/REC/TEN, aan onderstaand adres worden toegezonden:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie voor concentraties

1049 Brussel

BELGIË


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1 („de concentratieverordening”).

(2)  PB C 366 van 14.12.2013, blz. 5.


30.12.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 438/7


Voorafgaande aanmelding van een concentratie

(Zaak M.7900 — CVC Capital Partners/USS WAY LP/Moto Holdings)

Voor de vereenvoudigde procedure in aanmerking komende zaak

(Voor de EER relevante tekst)

(2015/C 438/05)

1.

Op 18 december 2015 heeft de Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) ontvangen. Hierin is meegedeeld dat CVC Capital Partners SICAV-FIS SA („CVC Group”, Luxemburg) en de Universities Superannuation Scheme Limited („USS”, Verenigd Koninkrijk) in de zin van artikel 3, lid 1, onder b), en artikel 3, lid 4, van de concentratieverordening de gezamenlijke zeggenschap verkrijgen over Moto Holdings Limited („Target”, Verenigd Koninkrijk) door de verwerving van aandelen.

2.

De activiteiten van de betrokken ondernemingen zijn:

—   CVC Group: adviesverlening aan en beheer van investeringsfondsen;

—   USS: enige trustee van het Universities Superannuation Scheme, een van de grootste particuliere pensioenfondsen in het Verenigd Koninkrijk. Dit fonds beheert de belangrijkste pensioenregeling voor academisch en vergelijkbaar personeel van de universiteiten en andere instellingen voor hoger onderwijs en onderzoek in het Verenigd Koninkrijk;

—   Target: exploitatie van parkeerplaatsen met benzinestation langs snelwegen in het Verenigd Koninkrijk onder de merknaam „moto”.

3.

Op grond van een voorlopig onderzoek is de Commissie van oordeel dat de aangemelde transactie binnen het toepassingsgebied van de concentratieverordening kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden. Er zij op gewezen dat deze zaak in aanmerking kan komen voor de vereenvoudigde procedure zoals uiteengezet in de Mededeling van de Commissie betreffende een vereenvoudigde procedure voor de behandeling van bepaalde concentraties krachtens Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (2).

4.

De Commissie verzoekt belanghebbenden haar hun eventuele opmerkingen over de voorgenomen concentratie kenbaar te maken.

Deze opmerkingen moeten de Commissie uiterlijk tien dagen na dagtekening van deze bekendmaking hebben bereikt. Zij kunnen per fax (+32 22964301), via e-mail naar COMP-MERGER-REGISTRY@ec.europa.eu of per post, onder vermelding van zaaknummer M.7900 — CVC Capital Partners/USS WAY LP/Moto Holdings, aan onderstaand adres worden toegezonden:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie voor concentraties

1049 Brussel

BELGIË


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1 („de concentratieverordening”).

(2)  PB C 366 van 14.12.2013, blz. 5.


ANDERE HANDELINGEN

Europese Commissie

30.12.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 438/8


Bekendmaking van een aanvraag overeenkomstig artikel 50, lid 2, onder a), van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen

(2015/C 438/06)

Deze bekendmaking verleent het recht om op grond van artikel 51 van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad (1) bezwaar aan te tekenen tegen de aanvraag.

ENIG DOCUMENT

Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen  (2)

„PATATA DEL FUCINO”

EU-nr.: IT-PGI-0005-01217 — 21.3.2014

BGA ( X ) BOB ( )

1.   Naam

„Patata del Fucino”

2.   Lidstaat of derde land

Italië

3.   Beschrijving van het landbouwproduct of levensmiddel

3.1.   Productcategorie

Categorie 1.6 Groenten, fruit en granen, in ongewijzigde staat of verwerkt

3.2.   Beschrijving van het product waarop de in punt 1 vermelde naam van toepassing is

De benaming „Patata del Fucino” verwijst naar de rijpe knollen van de soort Solanum tuberosum van de familie der Solanaceae. Deze worden verkregen met gebruik van de aardappelknollen van aardappelrassen die zijn opgenomen in de gemeenschappelijke rassenlijst voor landbouwgewassen.

De knollen zijn groter dan 35 mm (kaliber) en maximaal 80 mm, en de vorm ervan loopt uiteen van rond tot ovaal rond, ovaal en langwerpig ovaal. De schil komt niet los van het vlees; het vlees is stevig en bestand tegen druk en de kleur is kenmerkend voor de variëteit, namelijk van wit tot verschillende tinten geel. Het eetbare gedeelte bedraagt ten minste 95 %.

De chemische eigenschappen (per 100 g van het eetbare gedeelte) zijn als volgt: droog residu ≥ 14, zetmeel ≥ 8 g, kalium ≥ 300 mg, fosfor ≥ 35 mg.

„Patata del Fucino” wordt geoogst als de aardappelen volledig rijp zijn, vanaf eind juli. De aardappelen worden opgeslagen in daarvoor bestemde voorzieningen en kunnen vanaf het moment dat ze worden geoogst tot eind mei worden bewaard zonder hun eigenschappen te verliezen.

Toleranties in kwaliteit

Aardappelen die voor bescherming in aanmerking komen, moeten de volgende kenmerken bezitten op het moment dat ze op de markt worden gebracht in de gekozen verpakking:

a)

homogeen kaliber: de knollen mogen niet kleiner dan 35 mm en niet groter dan 80 mm zijn; het maximaal toegestane verschil per afzonderlijke verpakking is 20 mm;

b)

de knollen moeten intact, stevig, schoon, niet gesproten en vrij van biotische en abiotische schade zijn.

3.3.   Grondstoffen (alleen voor verwerkte producten)

3.4.   Diervoeders (alleen voor producten van dierlijke oorsprong)

3.5.   Specifieke onderdelen van het productieproces die in het afgebakende geografische gebied moeten plaatsvinden

De „Patata del Fucino” moet in het afgebakende geografische gebied worden geplant, geteeld en geoogst.

3.6.   Specifieke voorschriften betreffende het in plakken snijden, het raspen, het verpakken enz.

De aardappelen moeten in containers worden opgeslagen bij een temperatuur van 4-10 °C met een relatieve vochtigheid tussen 88 en 95 %.

De knollen kunnen ook gedurende lange perioden in de koelkast worden bewaard, maar niet langer dan negen maanden.

Behandelingen om scheutvorming op opgeslagen knollen te voorkomen, zijn toegestaan in overeenstemming met de geldende wetgeving.

Indien de „Patata del Fucino” voor consumptie in de handel wordt gebracht, moet deze voor de BGA in de volgende verpakkingen worden verkocht:

zakken: 5 kg-20 kg;

netten: 1,5 kg-2 kg-2,5 kg;

pakken: vertbag, quickbag, girsac of zak van 1,5 kg-2 kg-2,5 kg-5 kg;

dozen en kratten: van 3 kg tot maximaal 20 kg.

Alle soorten verpakkingen moeten schone (geborstelde en/of gewassen) aardappelen bevatten en zodanig worden afgedicht dat de knollen niet uit de verpakking kunnen worden gehaald zonder deze laatste kapot te maken, met uitzondering van de dozen en kratten.

3.7.   Specifieke voorschriften betreffende de etikettering

Naast het symbool van de Europese Unie en de bij wet vereiste gegevens, moet het etiket op de verpakking bovendien de volgende formuleringen en gegevens bevatten:

„Patata del Fucino” gevolgd door de afkorting „IGP” („BGA”) of door de formulering „Indicazione Geografica Protetta” („Beschermde geografische aanduiding”);

naam en adres, of de naam van het bedrijf en de statutaire zetel, van de individuele producent en/of vereniging van producenten en/of de verpakker;

oorspronkelijk nettogewicht;

variëteit;

het volgende productlogo:

Image

Omschrijvingen van het product waarin niet uitdrukkelijk is voorzien, zijn niet toegestaan.

4.   Beknopte beschrijving van het afgebakende geografische gebied

Het teeltgebied wordt begrensd door de provinciale weg Circonfucense en omvat delen van het grondgebied dat bestaat uit door landwegen verdeelde en in genummerde percelen opgesplitste delen van de volgende gemeenten van de provincie L’Aquila: Avezzano, Celano, Cerchio, Aielli, Pescina, S. Benedetto dei Marsi, Ortucchio, Trasacco en Luco dei Marsi.

5.   Verband met het geografische gebied

5.1.   Specificiteit van het geografische gebied

„Patata del Fucino” wordt geteeld op de bedding van het gelijknamige meer van Fucino, dat werd drooggelegd en ontgonnen in 1875. Het gebied ligt op 700 meter boven zeeniveau.

De belangrijkste morfologische kenmerken zorgen voor een opdeling van het gebied in drie afzonderlijke gebieden: de vallei van het voormalige meer, een terras op een hoogte tussen 670 en 720 meter en een gebied met een complexe morfologie, dat zich boven de andere twee gebieden bevindt.

Door de aanwezigheid van een voormalig meerbassin zorgt de afzetting van sedimentair gesteente voor compensatie van de effecten van erosie.

De klei-leemgrond bevat een grote hoeveelheid aan totale en actieve kalksteen als gevolg van het feit dat het pedogenetische sedimentaire gesteente uit carbonaat is opgebouwd. De reactie (pH) schommelt tussen subalkalisch en alkalisch en er is een hoog gehalte aan organische stoffen, totaal stikstof, opneembaar fosfor en uitwisselbaar kalium.

Het hoge gehalte aan organische stoffen wordt behouden doordat de boeren regelmatig grote hoeveelheden mest aanbrengen.

De samenstelling van de bodem zorgt voor een goede afwatering en voor de normale ontwikkeling van regelmatige en gelijkmatige knollen.

De bijzondere kenmerken van het gebied, dat wordt begrensd door bergen, zorgen ervoor dat het geen enkele invloed ondervindt van de zee, die slechts iets minder dan 80 km oostwaarts ligt. In plaats daarvan vertoont het gebied de typische kenmerken van een landklimaat met zeer harde, natte winters en warme, vaak broeierige zomers.

Gedurende het productieseizoen is het temperatuurverschil tussen dag (ongeveer 30 °C) en nacht (10 °C-15 °C) gunstig voor de plantengroei.

De goede waterretentiecapaciteit van de bodem en water dat stijgt dankzij de capillaire werking van de onderliggende waterhoudende grondlagen, in combinatie met frequente ochtenddauw, zorgen ervoor dat de gewassen nooit een tekort aan water hebben.

Regen, sneeuw en de karakteristieke dauw, vaak in de vorm van microneerslag, vervolledigen het klimatologische profiel van het gebied.

In hydrologisch opzicht is het gebied goed voorzien van natuurlijke beken en rivieren die vanuit de bergen rondom deze vlakte naar beneden stromen, en een geometrisch netwerk van kanalen. Deze kanalen werden speciaal gebouwd als onderdeel van de waterbouwkundige werken door de destijds nieuw opgerichte Ente Fucino (Fucino Autoriteit) tijdens de landbouwhervormingsjaren (1950) met als tweeledig doel de grond droog te leggen en het water in te zetten voor de irrigatie van de gewassen, en zo dus de teeltomstandigheden voor de landbouwers te optimaliseren.

5.2.   Specificiteit van het product

„Patata del Fucino” verschilt van de aardappelen die in andere gebieden worden geteeld, op grond van zijn karakteristieke vlees, waardoor deze aardappel geschikt is voor zowel huishoudelijk als industrieel gebruik. „Patata del Fucino” heeft stevig vlees dat bestand is tegen druk, en een schil die niet loskomt van het vlees. Wanneer het vlees wordt gestoomd, vertoont het een vrij fijne granulatie en wordt het niet zwart („after cooking blackening”). Een andere zeer gewaardeerde eigenschap is dat het vlees weinig bruin kleurt wanneer het wordt gebakken. In een door getrainde proevers uitgevoerde proeftest werd „Patata del Fucino” beoordeeld als een aardappel met een aangename smaak en een zeer sterke aardappelsmaak met bijna geen onaangename nasmaken (metaal, gras enz.). De aardappelen behouden deze organoleptische kwaliteiten zelfs na maanden te zijn opgeslagen.

5.3.   Causaal verband tussen het geografische gebied en de kwaliteit of kenmerken van het product (voor een BOB) dan wel een bepaalde hoedanigheid, de faam of een ander kenmerk van het product (voor een BGA)

De productiecyclus van „Patata del Fucino” overspant alle seizoenen in het geografische gebied: van het zaaien in het voorjaar, de groei en productie in de zomer, tot de oogst — uitsluitend wanneer de aardappelen volledig rijp zijn — in de late zomer/herfst. Dit houdt in dat de aardappelen baat hebben bij het klimatologische effect van de verschillende seizoenen.

De kwaliteit van „Patata del Fucino” hangt samen met de teeltomstandigheden op de voormalige bedding van het meer. De bijzondere kenmerken van het land zorgen ervoor dat de aardappelen op natuurlijke wijze kunnen worden geteeld, hetgeen het product zijn kenmerkende organoleptische eigenschappen verleent.

De lichte, verse, veelal kleiachtige en zeer vruchtbare bodem, van nature rijk aan macro- en micronutriënten, organische stoffen en de uiteindelijke humus als gevolg van de sedimentatie van organisch materiaal door de eeuwen heen, zorgen ervoor dat er tijdens de groei of de oogst geen schade en/of barsten aan het oppervlak van de aardappelen ontstaan, waardoor dus regelmatig gevormde knollen worden voortgebracht met een schil die stevig vasthoudt aan het vlees.

De beschreven bodem- en klimaatomstandigheden (samenstelling van de bodem, een goede capillaire stijging, temperatuur, water voor irrigatiedoeleinden) maken het Fucinogebied uitermate geschikt voor de teelt van aardappelen. Dankzij de ruime ervaring van de lokale telers, de voortdurende inspanningen om landbouwtechnieken te verbeteren, met een voorkeur voor groene methoden, en de bescherming van de teeltomstandigheden, produceert dit gebied hoogwaardige aardappelen die van oudsher altijd gewaardeerd zijn en bekend staan om hun hoge kwaliteit op de nationale markt.

Sinds 2002 produceren veel aangesloten producenten in het Fucinogebied aardappelen in overeenstemming met de certificeringsregeling voor „geïntegreerde productie” en hebben zij een productdossier vastgesteld dat uitdrukkelijk betrekking heeft op „Patata del Fucino”; daaruit blijkt dat de naam ook in de landbouw/het commerciële taalgebruik wordt gebezigd.

Er zijn verschillende artikelen gepubliceerd in gespecialiseerde tijdschriften als „L’Informatore Agrario”, waarin de naam „Patata del Fucino” voorkomt en het Fucinogebied wordt omschreven als een gebied dat zeer geschikt is voor de productie van aardappelen en als een plek om aardappelrassen te testen:

Le varietà di patata coltivate in Italia e la loro destinazione d’uso” („In Italië geteelde aardappelrassen en het gebruik ervan”) (2/2002, blz. 61);

Ecco perchè in Italia non si produce patata da seme” („Waarom in Italië geen pootaardappelen worden geproduceerd”) (46/2008, blz. 34-36);

Produzione di patata da seme: contributo per la valorizzazione dell’agricoltura montana” („Pootaardappelenteelt: een bijdrage aan de opwaardering van de berglandbouw”) (18/1997, blz. 27-29);

Sperimentazione varietale 1998 su patata comune nel centro e nel nord” („Het testen van veelvoorkomende aardappelrassen in Midden- en Noord-Italië — 1998”) (48/1998, blz. 39-46);

In de loop der jaren zijn door lokale ondernemers vele activiteiten georganiseerd in het kader van de promotie en de opwaardering van „Patata del Fucino”, waaronder:

sinds 1971 wordt in het Fucinogebied een „Sagra della Patata” („Aardappelfestival”) georganiseerd, meer bepaald in de gemeente Avezzano;

in 2008, door de FAO uitgeroepen tot het Internationaal Jaar van de Aardappel, verleenden telers van „Patata del Fucino” technische ondersteuning en landbouwwerktuigen aan de Zadrima-regio in Albanië in het kader van het samenwerkingsproject „Project Albanië”;

in 2001 werd er een aflevering van het televisieprogramma „Il Gusto” („Smaak”) gewijd aan de „Patata del Fucino” en uitgezonden op de zender Canale 5;

in 1993 werd de faam van de „Patata del Fucino” in een aflevering van het televisieprogramma „Linea Verde” („Groene Lijn”) door de staatsomroep RAI onder de aandacht van de natie gebracht.

Verwijzing naar de bekendmaking van het productdossier

(Artikel 5, lid 7, van Verordening (EG) nr. 510/2006 (3))

Het ministerie heeft de nationale procedure voor de indiening van bezwaarschriften ingeleid met de bekendmaking van het voorstel tot erkenning van de BGA voor „Patata del Fucino” in de Gazzetta Ufficiale van Italië nr. 37 van 14 februari 2014.

De volledige tekst van het productdossier kan worden geraadpleegd op de volgende website: http://www.politicheagricole.it/flex/cm/pages/ServeBLOB.php/L/IT/IDPagina/3335

of

door op de website van het ministerie van Landbouw-, Levensmiddelen- en Bosbouwbeleid (www.politicheagricole.it) te klikken op „Prodotti DOP IGP” (rechtsboven op het scherm), vervolgens op „Prodotti DOP IGP STG” (links op het scherm) en ten slotte op „Disciplinari di Produzione all’esame dell’UE”.


(1)  PB L 343 van 14.12.2012, blz. 1.

(2)  PB L 93 van 31.3.2006, blz. 12. Vervangen door Verordening (EU) nr. 1151/2012.

(3)  Zie voetnoot 2.