ISSN 1977-0995

Publicatieblad

van de Europese Unie

C 255

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Mededelingen en bekendmakingen

58e jaargang
4 augustus 2015


Nummer

Inhoud

Bladzijde

 

IV   Informatie

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

 

Europese Commissie

2015/C 255/01

Door de Europese Centrale Bank toegepaste rentevoet voor de basisherfinancieringstransacties: 0,05 % per 1 augustus 2015 — Wisselkoersen van de euro

1

2015/C 255/02

Nieuwe nationale zijde van voor circulatie bestemde euromuntstukken

2

2015/C 255/03

Nieuwe nationale zijde van voor circulatie bestemde euromuntstukken

3

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE LIDSTATEN

2015/C 255/04

Mededeling van de regering van de Republiek Polen in verband met Richtlijn 94/22/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de voorwaarden voor het verlenen en het gebruikmaken van vergunningen voor de prospectie, de exploratie en de productie van koolwaterstoffen in de regio Młynary

4


 

V   Bekendmakingen

 

PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID

 

Europese Commissie

2015/C 255/05

Voorafgaande aanmelding van een concentratie (Zaak M.7661 — Archer Daniels Midland Company/Eaststarch) — Voor de vereenvoudigde procedure in aanmerking komende zaak ( 1 )

6

 

ANDERE HANDELINGEN

 

Europese Commissie

2015/C 255/06

Bekendmaking van een aanvraag overeenkomstig artikel 50, lid 2, onder a), van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen

7

2015/C 255/07

Aanvraag voor de goedkeuring van een minimale wijziging overeenkomstig artikel 53, lid 2, tweede alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012

11

2015/C 255/08

Aanvraag tot goedkeuring van een minimale wijziging overeenkomstig artikel 53, lid 2, tweede alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012

16


 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

 


IV Informatie

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

Europese Commissie

4.8.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 255/1


Door de Europese Centrale Bank toegepaste rentevoet voor de basisherfinancieringstransacties (1):

0,05 % per 1 augustus 2015

Wisselkoersen van de euro (2)

3 augustus 2015

(2015/C 255/01)

1 euro =


 

Munteenheid

Koers

USD

US-dollar

1,0951

JPY

Japanse yen

136,07

DKK

Deense kroon

7,4615

GBP

Pond sterling

0,70280

SEK

Zweedse kroon

9,4865

CHF

Zwitserse frank

1,0598

ISK

IJslandse kroon

 

NOK

Noorse kroon

9,0005

BGN

Bulgaarse lev

1,9558

CZK

Tsjechische koruna

27,041

HUF

Hongaarse forint

307,89

PLN

Poolse zloty

4,1498

RON

Roemeense leu

4,4050

TRY

Turkse lira

3,0430

AUD

Australische dollar

1,5071

CAD

Canadese dollar

1,4404

HKD

Hongkongse dollar

8,4903

NZD

Nieuw-Zeelandse dollar

1,6618

SGD

Singaporese dollar

1,5087

KRW

Zuid-Koreaanse won

1 281,97

ZAR

Zuid-Afrikaanse rand

13,9277

CNY

Chinese yuan renminbi

6,8002

HRK

Kroatische kuna

7,5905

IDR

Indonesische roepia

14 790,19

MYR

Maleisische ringgit

4,2181

PHP

Filipijnse peso

50,078

RUB

Russische roebel

68,5891

THB

Thaise baht

38,419

BRL

Braziliaanse real

3,7824

MXN

Mexicaanse peso

17,6897

INR

Indiase roepie

70,1343


(1)  Rentevoet die is toegepast op de laatst uitgevoerde transactie voor de opgegeven dag. In geval van een tender met variabele rente, verwijst deze rentevoet naar de marginale interestvoet.

(2)  Bron: door de Europese Centrale Bank gepubliceerde referentiekoers.


4.8.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 255/2


Nieuwe nationale zijde van voor circulatie bestemde euromuntstukken

(2015/C 255/02)

Image

Voor circulatie bestemde euromunten hebben in de gehele eurozone de status van wettig betaalmiddel. Om zowel degenen die beroepsmatig met euromunten omgaan als het grote publiek op de hoogte te houden, publiceert de Commissie een beschrijving van de beeldenaar van alle nieuwe euromunten (1). Volgens de conclusies van de Raad van 10 februari 2009 (2) is het de lidstaten van de eurozone en de landen die met de Europese Unie een monetaire overeenkomst hebben gesloten volgens welke zij euromuntstukken mogen uitgeven, toegestaan een bepaalde hoeveelheid voor circulatie bestemde euroherdenkingsmunten uit te geven, en dat onder bepaalde voorwaarden, met name dat alleen het muntstuk van twee euro wordt gebruikt. Deze munten hebben dezelfde technische kenmerken als gewone voor circulatie bestemde munten van twee euro, maar hebben aan de nationale zijde een speciale herdenkingsafbeelding met een grote nationale of Europese symboolwaarde.

Uitgevende staat : Vaticaanstad

Onderwerp van de herdenkingsmunt : de 8e Wereldbijeenkomst van Gezinnen

Beschrijving van de beeldenaar : het ontwerp toont twee gezinnen die symbolisch de hele wereld omarmen. Bovenaan staat het jaar van uitgifte: „2015”. Links staat de naam van de kunstenaar „C. Principe”. Het muntteken R staat op de arm van een gezinslid aan de rechterkant. In een cirkel rond de afbeelding staan de inscripties „VIII INCONTRO MONDIALE DELLE FAMIGLIE” (de 8e Wereldbijeenkomst van Gezinnen), van links naar rechts, en „CITTA' DEL VATICANO” onderaan.

Op de buitenrand van de munt zijn de twaalf sterren van de Europese vlag afgebeeld.

Oplage :

Datum van afgifte : oktober 2015.


(1)  Zie PB C 373 van 28.12.2001, blz. 1, voor een overzicht van alle nationale zijden die in 2002 zijn uitgegeven.

(2)  Zie de conclusies van de Raad Economische en Financiële Zaken van 10 februari 2009 en de aanbeveling van de Commissie van 19 december 2008 betreffende gemeenschappelijke richtsnoeren voor de nationale zijde en de uitgifte van voor circulatie bestemde euromuntstukken (PB L 9 van 14.1.2009, blz. 52).


4.8.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 255/3


Nieuwe nationale zijde van voor circulatie bestemde euromuntstukken

(2015/C 255/03)

Image

Voor circulatie bestemde euromunten hebben in de gehele eurozone de status van wettig betaalmiddel. Om zowel degenen die beroepsmatig met euromunten omgaan als het grote publiek op de hoogte te houden, publiceert de Commissie alle nieuwe ontwerpen van euromunten (1). Volgens de conclusies van de Raad van 10 februari 2009 (2) is het de lidstaten van de eurozone en de landen die met de Europese Unie een monetaire overeenkomst hebben gesloten volgens welke zij euromuntstukken mogen uitgeven, toegestaan een bepaalde hoeveelheid voor circulatie bestemde euroherdenkingsmunten uit te geven, en dat onder bepaalde voorwaarden, met name dat alleen het muntstuk van twee euro wordt gebruikt. Deze munten hebben dezelfde technische kenmerken als gewone voor circulatie bestemde munten van twee euro, maar hebben aan de nationale zijde een speciale herdenkingsafbeelding met een grote nationale of Europese symboolwaarde.

Om de dertigste verjaardag van de Europese vlag te vieren, hebben de ministers van Financiën van de eurozone besloten dat de lidstaten van de eurozone een herdenkingsmunt van twee euro zullen slaan, waarbij voor de nationale zijde een gemeenschappelijk ontwerp wordt gebruikt. Burgers en ingezetenen van de eurozone hebben door middel van een openbare internetverkiezing het winnende ontwerp gekozen. Er kon worden gekozen uit een voorselectie van vijf ontwerpen die was gemaakt door een vakjury uit de resultaten van een ontwerpwedstrijd onder Europese munthuizen. Daaruit is het ontwerp van de heer Georgios Stamatopoulos, ontwerper bij de Nationale Bank van Griekenland, gekozen.

Uitgevende staat : Spanje

Onderwerp van de herdenkingsmunt : de 30e verjaardag van de Europese vlag

Beschrijving van het ontwerp : het ontwerp toont de Europese vlag als een symbool dat volkeren en culturen verenigt rond gedeelde visies en idealen voor een betere gemeenschappelijke toekomst. Twaalf sterren veranderen in menselijke figuren die de geboorte van een nieuw Europa omarmen. Rechts bovenaan, in een halve cirkel, staan het uitgevende land „ESPAÑA” en de jaartallen „1985-2015”. Aan de rechterkant, tussen de vlag en de jaartallen, bevindt zich het muntteken. Rechts onderaan staan de initialen van de kunstenaar (Georgios Stamatopoulos).

Op de buitenrand van de munt zijn de twaalf sterren van de Europese vlag afgebeeld.

Oplage :

Datum van uitgifte : derde kwartaal 2015.


(1)  Zie PB C 373 van 28.12.2001, blz. 1, voor een overzicht van alle nationale zijden die in 2002 zijn uitgegeven.

(2)  Zie de conclusies van de Raad Economische en Financiële Zaken van 10 februari 2009 en de aanbeveling van de Commissie van 19 december 2008 betreffende gemeenschappelijke richtsnoeren voor de nationale zijde en de uitgifte van voor circulatie bestemde euromuntstukken (PB L 9 van 14.1.2009, blz. 52).


INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE LIDSTATEN

4.8.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 255/4


Mededeling van de regering van de Republiek Polen in verband met Richtlijn 94/22/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de voorwaarden voor het verlenen en het gebruikmaken van vergunningen voor de prospectie, de exploratie en de productie van koolwaterstoffen in de regio „Młynary”

(2015/C 255/04)

De aanbestedingsprocedure heeft betrekking op de verlening van een vergunning voor een concessie voor de prospectie en/of exploratie van olie- en aardgasbronnen in de zone „Młynary”, woiwodschap (provincie) Warmińsko-mazurskie:

Naam

Bloknr.

PL-1992-coördinatensysteem

X

Y

Młynary

Gedeeltelijk blok van concessies nr. 52 en nr. 72

723 250,57

550 332,72

723 281,12

553 038,73

707 980,87

552 672,76

701 752,91

555 392,38

701 511,43

532 642,75

709 792,87

532 584,12

709 762,28

526 707,27

713 334,36

529 287,74

De aanvragen moeten betrekking hebben op dezelfde zone.

De concessieaanvragen moeten uiterlijk om 12.00 uur Midden-Europese tijd (MET) toekomen op de zetel van het Ministerie van Milieu, binnen een termijn van 121 dagen te rekenen vanaf de dag volgende op de datum van bekendmaking van deze mededeling in het Publicatieblad van de Europese Unie.

De aanvragen worden onderzocht aan de hand van de volgende criteria:

a)

voor de onderzoekswerkzaamheden voorgestelde technologie (gewicht: 50 %);

b)

technische en financiële capaciteiten van de kandidaat (gewicht: 40 %);

c)

bedrag van de voorgestelde vergoeding voor het recht van vruchtgebruik voor de mijnbouw (gewicht: 10 %).

Het minimumbedrag van de vergoeding voor het recht van vruchtgebruik voor de mijnbouw in de zone „Młynary” bedraagt:

a)

in het geval van de prospectie van olie- en/of aardgasbronnen:

voor een basisperiode van 3 jaar: 44 655,37 PLN per jaar;

voor het 4e en 5e jaar van geldigheid van het contract voor het recht van vruchtgebruik voor de mijnbouw: 53 586,44 PLN per jaar;

voor het 6e jaar en de daaropvolgende jaren van geldigheid van het contract voor het recht van vruchtgebruik voor de mijnbouw: 62 517,52 PLN per jaar;

b)

in het geval van de exploratie van olie- en/of aardgasbronnen:

voor een basisperiode van 3 jaar: 89 310,73 PLN per jaar;

voor het 4e en 5e jaar van geldigheid van het contract voor het recht van vruchtgebruik voor de mijnbouw: 107 172,88 PLN per jaar;

voor het 6e jaar en de daaropvolgende jaren van geldigheid van het contract voor het recht van vruchtgebruik voor de mijnbouw: 125 035,02 PLN per jaar;

c)

in het geval van de prospectie en exploratie van olie- en/of aardgasbronnen:

voor een basisperiode van 5 jaar: 89 310,73 PLN per jaar;

voor het 6e, 7e en 8e jaar van geldigheid van het contract voor het recht van vruchtgebruik voor de mijnbouw: 107 172,88 PLN per jaar;

voor het 9e jaar en de daaropvolgende jaren van geldigheid van het contract voor het recht van vruchtgebruik voor de mijnbouw: 125 035,02 PLN per jaar.

De procedure van evaluatie van de aanvragen wordt afgesloten binnen een termijn van zes maanden na het verstrijken van de termijn voor het indienen van aanvragen. Deelnemers aan de procedure worden schriftelijk op de hoogte gesteld van de resultaten van de gunningsprocedure.

De aanvragen moeten in de Poolse taal worden ingediend.

De voor de verlening van concessies bevoegde instantie verleent aan de uitverkoren kandidaat een concessie voor de prospectie en/of exploratie van olie- en/of aardgasbronnen in de zone „Młynary” na een onderzoek waarbij rekening wordt gehouden met het advies van de bevoegde autoriteiten en sluit met bedoelde kandidaat een contract met betrekking tot de vaststelling van het recht van vruchtgebruik voor de mijnbouw.

Om activiteiten met betrekking tot de prospectie en/of exploratie in verband met koolwaterstofbronnen op het Poolse grondgebied te kunnen uitvoeren, moet de desbetreffende onderneming zowel over een recht van vruchtgebruik voor de mijnbouw als over een concessie beschikken.

Aanvragen moeten worden toegezonden op het volgende adres:

Ministerstwo Środowiska (Ministerie van Milieu)

Departament Geologii i Koncesji Geologicznych (Departement Geologie en Mijnbouwconcessies)

ul. Wawelska 52/54

00-922 Warschau

POLSKA/POLEN

Meer informatie is te vinden op of kan worden aangevraagd bij:

de website van het Ministerie van Milieu: www.mos.gov.pl

Departamencie Geologii i Koncesji Geologicznych

Ministerstwo Środowiska

ul. Wawelska 52/54

00-922 Warschau

POLSKA/POLEN

Tel. +48 225792449;

fax +48 225792460

E-mail: dgikg@mos.gov.pl


V Bekendmakingen

PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID

Europese Commissie

4.8.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 255/6


Voorafgaande aanmelding van een concentratie

(Zaak M.7661 — Archer Daniels Midland Company/Eaststarch)

Voor de vereenvoudigde procedure in aanmerking komende zaak

(Voor de EER relevante tekst)

(2015/C 255/05)

1.

Op 28 juli 2015 heeft de Commissie een aanmelding van een beoogde concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) ontvangen. Hierin is meegedeeld dat de onderneming Archer Daniels Midland Company (ADM, Verenigde Staten van Amerika) in de zin van artikel 3, lid 1, onder b), van de concentratieverordening de uitsluitende zeggenschap verkrijgt over de gehele onderneming Eaststarch C.V. („Eaststarch”, Nederland) door de verwerving van aandelen.

2.

De activiteiten van de betrokken ondernemingen zijn:

—   voor ADM: de verwerking van oliehoudende zaden, maïs, tarwe, cacao en andere landbouwgrondstoffen, en de productie van eiwitmeel, plantaardige olie, maïszoetstoffen, meel, biodiesel, ethanol en andere voedings- en diervoederingrediënten met toegevoegde waarde;

—   voor Eaststarch: de productie en verkoop van zetmeel op basis van maïs, vloeibare zoetstoffen, andere voedingsingrediënten, bijproducten van maïs en landbouwalcohols.

3.

Op grond van een voorlopig onderzoek is de Commissie van oordeel dat de aangemelde transactie binnen het toepassingsgebied van de concentratieverordening kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden. Er zij op gewezen dat deze zaak in aanmerking kan komen voor de vereenvoudigde procedure zoals uiteengezet in de mededeling van de Commissie betreffende een vereenvoudigde procedure voor de behandeling van bepaalde concentraties krachtens Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (2).

4.

De Commissie verzoekt belanghebbenden haar hun eventuele opmerkingen over de voorgenomen concentratie kenbaar te maken.

Deze opmerkingen moeten de Commissie uiterlijk tien dagen na datum van deze bekendmaking hebben bereikt. Ze kunnen per fax (+32 22964301), per e-mail naar COMP-MERGER-REGISTRY@ec.europa.eu of per post, onder vermelding van zaaknummer M.7661 — Archer Daniels Midland Company/Eaststarch, aan onderstaand adres worden toegezonden:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie voor concentraties

1049 Brussel

BELGIË


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1 („de concentratieverordening”).

(2)  PB C 366 van 14.12.2013, blz. 5.


ANDERE HANDELINGEN

Europese Commissie

4.8.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 255/7


Bekendmaking van een aanvraag overeenkomstig artikel 50, lid 2, onder a), van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen

(2015/C 255/06)

Deze bekendmaking verleent het recht om op grond van artikel 51 van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad bezwaar aan te tekenen tegen de aanvraag (1).

ENIG DOCUMENT

ASPARAGO DI CANTELLO

EU-nummer: IT-PGI-0005-01267 - 17.10.2014

BOB ( ) BGA ( X )

1.   Naam

„Asparago di Cantello”

2.   Lidstaat of derde land

Italië

3.   Beschrijving van het landbouwproduct of levensmiddel

3.1.   Productcategorie

Categorie 1.6. Groenten, fruit en granen, in ongewijzigde staat of verwerkt

3.2.   Beschrijving van het product waarvoor de in punt 1 vermelde naam van toepassing is

De gebruikte variëteiten voor de productie van „Asparago di Cantello” zijn Precoce d'Argenteuil en afgeleide kruisingen.

Morfologische kenmerken

De stengel van een „Asparago di Cantello” moet volledig wit zijn of een licht rozige kop hebben.

De stengels moeten:

compleet zijn,

er vers uitzien,

vrij zijn van vervormingen en kneuzingen.

Een „Asparago di Cantello” mag niet langer zijn dan 22 cm en moet worden ingedeeld in twee kwaliteitsklassen op basis van de diameter van de stengel (gemeten in het midden):

—   „Extra”: stengeldiameter tussen 21 en 25 mm,

—   „Prima”: stengeldiameter tussen 13 en 20 mm.

Per afzonderlijk pak van de „Extra”-klasse of „Prima”-klasse mag maximaal 10 % van de stengels (in gewicht) afwijken van de voorgeschreven diameterwaarden.

Organoleptische en chemisch-fysische eigenschappen:

De organoleptische analyse heeft tot de volgende resultaten geleid:

Aroma: over het algemeen intens maar delicaat, zonder vreemde geuren

Smaak: zoet, intens, met een bittere toets. Aspergearoma: middelmatig tot sterk.

De chemisch-fysische analyse heeft tot de volgende resultaten geleid:

Energie

21-23

Kcal/100 g

Vetten

0,11-0,14

g/100 g

Koolhydraten

3,01-3,55

g/100 g

As

0,42-0,46

g/100 g

Eiwitten (N × 6,25)

1,51-1,54

g/100 g

Vezels

0,50-0,96

g/100 g

Water

93,40-94,12

g/100 g

3.3.   Diervoeders (alleen voor producten van dierlijke oorsprong) en grondstoffen (alleen voor verwerkte producten)

3.4.   Specifieke onderdelen van het productieproces die in het afgebakende geografische gebied moeten plaatsvinden

Het telen, oogsten, verpakken en de opslag voor het verpakken moeten plaatsvinden in het afgebakende geografische gebied.

3.5.   Specifieke voorschriften betreffende het in plakken snijden, het raspen, het verpakken enz. van het product waarnaar de geregistreerde naam verwijst

De asperges worden verpakt in het afgebakende geografische gebied om ervoor te zorgen dat hun typische kenmerken niet verloren gaan. Aangezien de asperges vers moeten worden verkocht, m.a.w. snel na het oogsten, worden ze meteen gewassen en verpakt voor verkoop zodat de speciale organoleptische kwaliteiten behouden blijven. Ze mogen echter gedurende een korte periode (maximaal 48 uur) worden opgeslagen bij een temperatuur van 4 °C.

De asperges moeten in bundels van 0,5 tot 5 kg worden verpakt, of los in dozen.

3.6.   Specifieke voorschriften betreffende de etikettering van het product waarnaar de geregistreerde naam verwijst

De verpakking moet bestaan uit een wikkel die, in hetzelfde gezichtsveld, de naam „Asparago di Cantello I.G.P.” en het Europese BGA-symbool bevat, alsook de naam, de bedrijfsnaam en het adres van de producent.

Naast de beschermde geografische aanduiding mogen ook aanduidingen en/of afbeeldingen worden gebruikt die verwijzen naar bedrijfsnamen, handelsnamen of logo's van consortia of afzonderlijke bedrijven.

Op het etiket moet, onlosmakelijk verbonden met de geografische aanduiding, het logo staan, m.a.w. het onderscheidend kenmerk van de BGA Asparago di Cantello.

Het logo van Asparago di Cantello bestaat uit de volgende componenten.

Twee witte aspergestengels met violet getinte kop, waarbij de kleur geleidelijk aan intenser wordt naar de kop toe. De stengels zijn opgesteld in een V-vorm waarbij de linkse aspergestengel boven de andere is geplaatst. Boven het punt waar de twee aspergestengels elkaar kruisen, staan de woorden „ASPARAGO DI CANTELLO IGP” in witte letters op een rode achtergrond.

Achter de twee aspergestengels en omgeven door een boog, staat een afbeelding van de „Madonna in Campagna”-kerk in Cantello tegen een achtergrond van bergen met een blauwe lucht en de zon.

De boog heeft de kleuren van een regenboog.

Image

4.   Beknopte beschrijving van het afgebakende geografische gebied

De teelt van „Asparago di Cantello” moet plaatsvinden in de gemeente Cantello in de provincie Varese.

5.   Verband met het geografische gebied

Cantello heeft een fluvioglaciale bodem met een erg losse structuur, hoge permeabiliteit en snelle waterafvoer. De bodem is bovendien rijk aan organische stoffen, heeft een pH tussen 5,3 en 7,5 en is erg geschikt voor de aspergeteelt. Het plaatselijke klimaat is verbonden met het Europese macroklimaat en het Insubrische mesoklimaat, dat is een overgangsklimaat tussen het klimaat van de Povlakte en dat van de Alpen. De neerslagverdeling wordt gekenmerkt door een markant minimum in de winter en een maximum in de periode van het late voorjaar tot het najaar. De regen valt vooral wanneer de behoefte aan verdamping en uitwaseming in de zomer het grootst is — wat ervoor zorgt dat de aspergegewassen tijdens de zomer zelden te lijden hebben van waterstress. In de winter vormt neerslag in de vorm van sneeuw een uitermate efficiënte bron van water die bovendien een gunstig isolerend effect heeft op de bodem.

De gunstige klimaat- en bodemomstandigheden en de specifieke teelttechnieken die in het productiegebied worden gebruikt — zoals het aanleggen van bedden in de lente om de etiolering van de stengels te waarborgen, en het handmatig oogsten — leveren asperges op die tot 22 cm lang zijn, volledig wit zijn of een rozige kop hebben en volledig voor consumptie geschikt zijn.

De lange teelttraditie heeft ervoor gezorgd dat de naam Cantello door de bevolking meteen wordt geassocieerd met asperges. Cantello wordt zelfs beschreven als het „Mekka van de asperge”.

In de plaatselijke archieven werden nieuwsberichten uit 1831 gevonden over de aspergeteelt in Cantello. Uit historische documenten blijkt dat asperges aan de kerkgemeenschap werden gegeven en vervolgens werden geveild door de parochiepriester om de uitgaven van de kerk te helpen financieren. In de loop der jaren is het belang van de asperge voor de stad alleen maar gegroeid. De boeren uit Cantello verkochten de asperges lokaal of in het naburige Zwitserland.

Een gerenommeerde advocaat uit Cantello, Cesare Baj, wendde een deel van het inkomen dat hij verdiende uit zijn eigendommen aan om een prijs te financieren voor de beste aspergeproducent. Zo wilde hij landbouwers aanmoedigen om jaar na jaar betere asperges te produceren.

Ter gelegenheid van de prijsuitreiking in 1939 werd de eerste editie van de aspergebeurs van Cantello georganiseerd, ondertussen een traditioneel evenement dat zowel plaatselijke bewoners als bezoekers uit andere gemeenten in de provincie aantrekt. De Cronaca Prealpina, een lokale krant, publiceerde op 31 mei 1939 een lijst met de beste aspergetelers.

In 2014 vond de beurs voor de 74e keer plaats. Dit evenement wordt elk jaar begin mei gevierd en trekt de aandacht van heel wat liefhebbers.

De reputatie van „Asparago di Cantello” is ondertussen ook doorgedrongen in de moderne media. Er zijn heel wat websites gewijd aan het product en er worden regelmatig kookprogramma's op YouTube gedeeld waar beroemde chefs met de „Asparago di Cantello” aan de slag gaan.

Restaurants, winkels en supermarkten gebruiken de exacte benaming „Asparago di Cantello”.

De smaak van de Cantello-asperge wordt al jarenlang geapprecieerd door vele fijnproevers en de plaatselijke restaurants hebben zich gespecialiseerd in gerechten op basis van asperges. Asperges uit Cantello behouden hun stevigheid en vorm wanneer ze worden gekookt. De kleur kan veranderen ten opzichte van de ongekookte toestand. Met name de kop kan een lichtgroene tint krijgen. Het product is enigszins zoet van smaak en heeft een kenmerkende delicate, bittere toets: de typische, onmiskenbare smaak van Cantello-asperges. De textuur van de stengel, van de kop tot het midden, is succulent, sappig en zacht; het onderste deel tot aan de basis is vezelachtig.

Het brede economische, culturele en sociale belang van dit product heeft het mogelijk gemaakt om de teelttechnieken en de verkoop- en marketingstrategieën verder te ontwikkelen en te verbeteren. Tegelijkertijd werd, in overeenstemming met de traditie, een productie in stand gehouden waarmee een inkomen kan worden verworven en waarmee lokale samenwerking en bescherming van het landelijke milieu worden bevorderd.

Verwijzing naar de bekendmaking van het productdossier

(Artikel 6, lid 1, tweede alinea, van de onderhavige verordening)

Het ministerie heeft de nationale bezwaarprocedure in gang gezet met betrekking tot de erkenning van de beschermde geografische aanduiding „Asparago di Cantello” die werd gepubliceerd in het Staatsblad van de Italiaanse Republiek nr. 188 van 14 augustus 2014.

De tekst van het productdossier kan worden geraadpleegd op de website van het Ministerie van Landbouw, Levensmiddelen en Bosbouw via deze link: http://www.politicheagricole.it/flex/cm/pages/ServeBLOB.php/L/IT/IDPagina/3335

of door rechtstreeks de homepage van de site van het Italiaanse Ministerie van Landbouw, Levensmiddelen en Bosbouw (www.politicheagricole.it) te openen, te klikken op „Prodotti DOP IGP” (rechtsboven op het scherm), vervolgens op „Prodotti DOP IGP STG” (links op het scherm) en tot slot op „Disciplinari di Produzione all’esame dell’UE”.


(1)  PB L 343 van 14.12.2012, blz. 1.


4.8.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 255/11


Aanvraag voor de goedkeuring van een minimale wijziging overeenkomstig artikel 53, lid 2, tweede alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012

(2015/C 255/07)

De Europese Commissie heeft deze minimale wijziging goedgekeurd overeenkomstig artikel 6, lid 2, derde alinea, van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 664/2014 van de Commissie (1).

AANVRAAG TOT GOEDKEURING VAN EEN MINIMALE WIJZIGING

Aanvraag tot goedkeuring van een minimale wijziging overeenkomstig artikel 53, lid 2, tweede alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012  (2)

„SALMERINO DEL TRENTINO”

EU-nummer: IT-PGI-0105-01329 – 28.4.2015

BOB ( ) BGA ( X ) GTS ( )

1.   Aanvragende groepering en rechtmatig belang

ASTRO — Associazione Troticoltori Trentini

Via Guardini n. 73

38100 Trento

ITALIË

E-mail: info@pec.confagricolturatn.it

2.   Lidstaat of derde land

Italië

3.   Rubriek van het productdossier waarop de wijziging(en) betrekking heeft/hebben

Beschrijving van het product

Bewijs van oorsprong

Werkwijze voor het verkrijgen van het product

Verband

Etikettering

Overige (juridische aanpassingen)

4.   Aard van de wijziging(en)

Wijziging van een productdossier van een geregistreerde BOB of BGA die overeenkomstig artikel 53, lid 2, derde alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012 als minimaal wordt beschouwd en waarvoor geen wijziging van het bekendgemaakte enig document is vereist.

Wijziging van een productdossier van een geregistreerde BOB of BGA die overeenkomstig artikel 53, lid 2, derde alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012 als minimaal wordt beschouwd en waarvoor een wijziging van het bekendgemaakte enig document is vereist.

Wijziging van een productdossier van een geregistreerde BOB of BGA die overeenkomstig artikel 53, lid 2, derde alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012 als minimaal wordt beschouwd en waarvoor geen enig document (of geen gelijkwaardig document) is bekendgemaakt.

Wijziging van een productdossier van een geregistreerde GTS die overeenkomstig artikel 53, lid 2, vierde alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012 als minimaal wordt beschouwd.

5.   Wijziging(en)

Sinds de inwerkingtreding van Verordening (EU) nr. 56/2013 van de Commissie (3) is het nodig gebleken om punt 3.3 aan het enige document toe te voegen. In het bijzonder is het gebruik van verwerkte dierlijke proteïnen, verkregen van niet-herkauwers, alsmede het gebruik van mengvoeders die deze proteïnen bevatten, nu toegestaan voor het voeder voor de BGA Salmerino del Trentino. Aangezien thans de meeste voedersoorten deze typen grondstoffen bevatten, is het niet economisch houdbaar voor boeren om zich voor het voeren van de dieren te voorzien van voeder dat deze grondstoffen niet of in geringe mate bevat.

De volgende zin is aan punt 3.3 van het enige document toegevoegd:

Het gebruik van verwerkte dierlijke proteïnen, verkregen van niet-herkauwers, en mengvoeders die deze proteïnen bevatten, is eveneens toegestaan.

Bijgewerkte verwijzing naar wetgeving

De verwijzingen naar Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad (4) zijn vervangen door verwijzingen naar Verordening (EU) nr. 1151/2012.

ENIG DOCUMENT

„SALMERINO DEL TRENTINO”

EU-nummer: IT-PGI-0105-01329 – 28.4.2015

BOB ( ) BGA ( X )

1.   Naam

„Salmerino del Trentino”

2.   Lidstaat of derde land:

Italië

3.   Beschrijving van het landbouwproduct of levensmiddel

3.1.   Productcategorie

Categorie 1.7. Verse vis en schaal-, schelp- en weekdieren en producten op basis van verse vis en schaal-, schelp- en weekdieren

3.2.   Beschrijving van het product waarop de in punt 1 vermelde naam van toepassing is

De beschermde geografische aanduiding „Salmerino del Trentino” is toegekend aan de zalmachtige vis die wordt gekweekt in het productiegebied waarnaar in punt 4 wordt verwezen en die tot de soort riddervis (Salvelinus alpinus L.) behoort. Wanneer de riddervis voor consumptie op de markt wordt gebracht, moet deze de volgende kenmerken vertonen: een grijs-groene of bruine kleur met witachtige, gele of roze gekleurde stippen verspreid over de rug en flanken, zonder markeringen, en oranje vinnen met een witte voorrand en een grijze rug- en staartvin. De conditiefactor mag niet meer bedragen dan 1,10 voor vissen tot 400 g en niet meer dan 1,20 voor vissen van meer dan 400 g. Het totale vetgehalte van het visvlees mag niet meer bedragen dan 6 %. Het visvlees is wit of zalmroze, stevig, mals, mager en droog, met een zachte vissmaak en een delicate geur met een aroma van zoet water, zonder modderige nasmaak. Bijsmaken moeten worden beperkt en het geosminegehalte moet lager zijn dan 0,9 μg/kg.

3.3.   Diervoeders (alleen voor producten van dierlijke oorsprong) en grondstoffen (alleen voor verwerkte producten)

De traditionele voederwijze moet trouw en consequent worden gevolgd. Het gebruikte visvoer mag dus geen ggo's bevatten en dient overeenkomstig de geldende regels te zijn gecertificeerd.

Om de karakteristieke kwaliteit van het visvlees van de BGA „Salmerino del Trentino” te verbeteren, zijn de volgende grondstoffen aanvaardbaar:

1.

granen, graankorrels en daarvan afgeleide producten en bijproducten, waaronder proteïneconcentraten;

2.

oliehoudende zaden en daarvan afgeleide producten en bijproducten, waaronder proteïneconcentraten en oliën;

3.

zaden van peulvruchten en daarvan afgeleide producten en bijproducten, waaronder proteïneconcentraten;

4.

meel van knollen en daarvan afgeleide producten en bijproducten, waaronder proteïneconcentraten;

5.

producten en bijproducten van vis en/of schaaldieren, waaronder oliën;

6.

zeewiermeel en bijproducten daarvan;

7.

bloedproducten afkomstig van niet-herkauwers.

Het gebruik van verwerkte dierlijke proteïnen, verkregen van niet-herkauwers, en mengvoeders die deze proteïnen bevatten, is eveneens toegestaan.

De samenstelling van de voederrantsoenen dient op de behoeften van de dieren in de verschillende groeifasen te zijn afgestemd.

Alle additieven die in geldende wetgeving zijn vastgesteld voor gebruik in diervoeder, mogen worden gebruikt. De zalmkleur van het visvlees moet vooral worden verkregen door het gebruik van het carotenoïde pigment astaxanthine en/of op natuurlijke wijze verkregen carotenoïden.

3.4.   Specifieke onderdelen van het productieproces die in het afgebakende geografische gebied moeten plaatsvinden

De groeifasen, die de stadia van larve, vingerlange pootvis en volgroeide riddervis omvatten, en het slachtproces dienen plaats te vinden in het in punt 4 afgebakende gebied.

3.5.   Specifieke voorschriften betreffende het in plakken snijden, het raspen, het verpakken enz. van het product waarnaar de geregistreerde naam verwijst

Het eindproduct moet worden verkocht op polystyreen bakjes met folie en/of in polystyreen dozen met folie en/of in zakjes die vacuüm en/of in gewijzigde atmosfeer zijn verpakt. Wat de productsoort betreft, wordt de riddervis verkocht als een vers product: in zijn geheel, gestript, gefileerd en/of in plakken gesneden.

Vis die in zijn geheel en/of gestript wordt verkocht, dient ten minste 170 g te wegen.

Filets en/of plakken dienen ten minste 80 g te wegen.

3.6.   Specifieke voorschriften betreffende de etikettering van het product waarnaar de geregistreerde naam verwijst

De vermelding „Indicazione Geografica Protetta” (beschermde geografische aanduiding) of de afkorting „IGP” (BGA) dient in goed zichtbare, onuitwisbare letters en duidelijk te onderscheiden van andere vermeldingen, op elke verpakking te worden aangebracht.

De vermelding dient te worden vertaald in de taal van het land waar het product in de handel wordt gebracht.

Omschrijvingen van het product waarin niet uitdrukkelijk is voorzien, zijn niet toegestaan.

Op elke verpakking dient het volgende logo te worden aangebracht op het etiket of op de verpakking. Het logo mag ook in grijstinten worden afgedrukt.

Image

Ook het Europese BGA-symbool moet op ieder etiket en op iedere verpakking worden aangebracht. Het etiket of een passend merkteken dient het nummer of de referentiecode van de producent en/of de partij te vermelden.

4.   Beknopte beschrijving van het afgebakende geografische gebied

Het productiegebied van de BGA „Salmerino del Trentino” beslaat de volledige autonome provincie Trente en de gemeente Bagolino in de provincie Brescia. Dit gebied omvat de belangrijkste rivieren in Trente en de valleien van de zijrivieren.

5.   Verband met het geografische gebied

Het landschap is ontstaan door meerdere, elkaar overlappende perioden van erosie door gletsjers en rivieren. Uit morfologisch oogpunt is het gebied grotendeels bergachtig. Kenmerkend zijn de valleien die het geologische substraat tot op enige diepte hebben uitgesneden en alle stroomgebieden in het afgebakende geografische gebied vormen. Het productiegebied van de BGA „Salmerino del Trentino” heeft een typisch alpien klimaat met frequente neerslag, veelal sneeuw tijdens de wintermaanden en zelfs in de zomer koele temperaturen. Het gebied heeft het hele jaar door sneeuw en ijs, waarvan al het water afkomstig is dat voor de productie van de riddervis wordt gebruikt.

Wat de chemische samenstelling van het bronwater in Trente in termen van sporenelementen (magnesium, natrium, kalium) betreft, worden waarden opgetekend die onder het Europese gemiddelde liggen, wat dit water uiterst geschikt maakt voor de ontwikkeling van de riddervissen.

De stromen die de forellenkwekerijen in Trente voeden, zijn van een hoge biologische kwaliteit met EBI-waarden (Extended Biotic Index — uitgebreide biotische index) van meer dan acht, wat overeenkomt met kwaliteitsklassen I of II.

De belangrijkste kenmerken van „Salmerino del Trentino” zijn een zeer lage conditiefactor, het vetgehalte en de smaak van het vlees. Het visvlees van „Salmerino del Trentino” is stevig, mals, mager en droog met een zachte vissmaak en een delicate geur met een aroma van zoet water, zonder modderige nasmaak.

„Salmerino del Trentino” dankt zijn kenmerken aan de geomorfologische en klimatologische omstandigheden van het afgebakende geografische gebied, met name aan het gebruikte water, dat dankzij de permanente aanwezigheid van sneeuw en ijs in de regio overvloedig aanwezig is. Het is zuurstofrijk en heeft een goede chemische, fysische en biologische kwaliteit. De gemiddelde temperatuur van het water is laag en ligt van november tot maart in het algemeen onder 10 °C.

De koudwaterrivieren en -stromen zijn arm aan voedingsstoffen. Dat leidt tot een trage groei die, hoewel de productiehoeveelheden erdoor worden verlaagd, de kwaliteit van het visvlees verbetert door te zorgen voor een grotere dichtheid, een betere smaak en een lager vetgehalte. Bovendien verhindert de goede kwaliteit van het water in de rivieren en stromen in Trente de groei van ongewilde microalgen en verwante metabolieten, zoals geosmine, dat het vlees een modderige smaak geeft wanneer het door de kieuwen wordt ingenomen. Door de overvloedige aanvoer van water en het hellende terrein, maken de meeste forellenkwekers in Trente gebruik van het niveauverschil tussen de bekkens waardoor het water van nature opnieuw van zuurstof wordt voorzien en zo de optimale omstandigheden voor de groei en ontwikkeling van de riddervis worden gehandhaafd.

Deze omstandigheden geven samen met de klimatologische factoren de riddervis eigenschappen die verschillen van riddervissen die afkomstig zijn van forelkwekerijen op vlaktes en andere nabijgelegen gebieden.

De kweek van de „Salmerino del Trentino” gaat terug op een eeuwenoude, gevestigde traditie. Met het kweken van vis in bekkens werd begonnen in de 19de eeuw. In 1879 werd een kunstmatige viskwekerij gebouwd in Torbole met de bedoeling de aquacultuur te bevorderen en de openbare wateren opnieuw van forel te voorzien door larven uit te zetten. De eerste particuliere viskwekerijen zagen het licht in 1891 in Predazzo, in 1902 in Giustino en in 1926 in Tione, gevolgd door vele andere na de Tweede Wereldoorlog. Deze traditie werd versterkt met de oprichting in 1975 van de „Associazione dei Troticoltori Trentini” (vereniging van de forellenkwekers van Trente) die een zodanig belangrijke rol speelde in de herlancering van de forellenkwekerij dat de naam „Trote del Trentino” zowel voor de consument als in de handel gemeengoed werd, wat blijkt uit rekeningen, etiketten en reclamemateriaal.

Verwijzing naar de bekendmaking van het productdossier

(Artikel 6, lid 1, tweede alinea, van de onderhavige verordening)

Het ministerie heeft de nationale procedure voor de indiening van bezwaarschriften ingeleid met de bekendmaking van het voorstel tot wijziging van de BGA voor „Salmerino del Trentino” in de Gazzetta Ufficiale van Italië nr. 52 van 4 maart 2015.

De geconsolideerde tekst van het productdossier kan worden geraadpleegd op de volgende website: http://www.politicheagricole.it/flex/cm/pages/ServeBLOB.php/L/IT/IDPagina/3335

of:

door de website van het ministerie van Landbouw-, Levensmiddelen- en Bosbouwbeleid (www.politicheagricole.it) te bezoeken en te klikken op „Prodotti DOP IGP” (rechtsboven op het scherm), vervolgens op „Prodotti DOP IGP STG” (links op het scherm), en ten slotte op „Disciplinari di Produzione all’esame dell’UE”.


(1)  PB L 179 van 19.6.2014, blz. 17.

(2)  PB L 343 van 14.12.2012, blz. 1.

(3)  PB L 21 van 24.1.2013, blz. 3.

(4)  PB L 93 van 31.3.2006, blz. 12.


4.8.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 255/16


Aanvraag tot goedkeuring van een minimale wijziging overeenkomstig artikel 53, lid 2, tweede alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012

(2015/C 255/08)

De Europese Commissie heeft deze minimale wijziging goedgekeurd overeenkomstig artikel 6, lid 2, derde alinea, van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 664/2014 van de Commissie (1).

AANVRAAG TOT GOEDKEURING VOOR EEN MINIMALE WIJZIGING

Aanvraag tot goedkeuring van een minimale wijziging overeenkomstig artikel 53, lid 2, tweede alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012  (2)

„TROTE DEL TRENTINO”

EU-nummer: IT-PGI-0105-01330 - 28.4.2015

BOB ( ) BGA ( X ) GTS ( )

1.   Aanvragende groepering en rechtmatig belang

ASTRO — Associazione Troticoltori Trentini

Via Guardini n. 73

38100 Trento

ITALIË

E-mail: info@pec.confagricolturatn.it

2.   Lidstaat of derde land

Italië

3.   Rubriek van het productdossier waarop de wijziging(en) betrekking heeft/hebben

Beschrijving van het product

Bewijs van de oorsprong

Werkwijze voor het verkrijgen van het product

Verband

Etikettering

Overige [juridische aanpassingen]

4.   Aard van de wijziging(en)

Wijziging van een productdossier van een geregistreerde BOB of BGA die overeenkomstig artikel 53, lid 2, derde alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012 als minimaal wordt beschouwd en waarvoor geen wijziging van het bekendgemaakte enig document is vereist.

Wijziging van een productdossier van een geregistreerde BOB of BGA die overeenkomstig artikel 53, lid 2, derde alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012 als minimaal wordt beschouwd en waarvoor een wijziging van het bekendgemaakte enig document is vereist.

Wijziging van een productdossier van een geregistreerde BOB of BGA die overeenkomstig artikel 53, lid 2, derde alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012 als minimaal wordt beschouwd en waarvoor geen enig document (of geen gelijkwaardig document) is bekendgemaakt.

Wijziging van een productdossier van een geregistreerde GTS die overeenkomstig artikel 53, lid 2, vierde alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012 als minimaal wordt beschouwd.

5.   wijziging(en)

Sinds de inwerkingtreding van Verordening (EU) nr. 56/2013 van de Commissie (3) is het nodig gebleken om punt 3.3 aan het enige documenten toe te voegen. In het bijzonder is gebruik van verwerkte dierlijke eiwitten, verkregen van niet-herkauwers, alsmede het gebruik van mengvoeders die deze eiwitten bevatten, nu toegestaan voor het voeder voor Trote del Trentino BGA. Aangezien thans de meeste voedersoorten deze typen grondstoffen bevatten, is het niet economisch houdbaar voor boeren om dieren te voorzien van voeder dat deze grondstoffen niet of in geringe mate bevat.

De volgende zin is aan punt 3.3 van het enige document toegevoegd:

Het gebruik van verwerkte dierlijke eiwitten, verkregen van niet-herkauwers, en mengvoeders die deze eiwitten bevatten, is eveneens toegestaan.

Bijgewerkte verwijzing naar wetgeving

De verwijzingen naar Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad (4) zijn vervangen door verwijzingen naar Verordening (EG) nr. 1151/2012.

ENIG DOCUMENT

„TROTE DEL TRENTINO”

EU-nummer: IT-PGI-0105-01330 - 28.4.2015

BOB ( ) BGA ( X )

1.   Naam

„Trote del Trentino”

2.   Lidstaat of derde land:

Italië

3.   Beschrijving van het landbouwproduct of levensmiddel

3.1.   Productcategorie

Categorie 1.7. Verse vis en schaal-, schelp- en weekdieren en producten op basis van verse vis en schaal-, en schelp- en weekdieren

3.2.   Beschrijving van het product waarvoor de in punt 1 vermelde naam van toepassing is

De beschermde geografische aanduiding „Trote del Trentino” is van toepassing op de zalmachtige vis die wordt gekweekt in het productiegebied waarnaar in punt 4 wordt verwezen en die tot de regenboogforellen — soort Oncorhynchus mykiss (Walbaum) behoort. Wanneer de forel in de handel wordt gebracht, moet de vis de volgende kenmerken vertonen: hij moet een groenachtige rug met op beide flanken een roze streep hebben, een witte buik en donkere vlekken op het lichaam en op de rug- en staartvin. De conditiefactor mag niet meer bedragen dan 1,25 voor vissen tot 500 g of dan 1,35 voor vissen van meer dan 500 g. Het totale vetgehalte van het visvlees mag niet meer bedragen dan 6 %. Het visvlees moet wit of zalmroze van kleur en vast, mals en mager zijn; het moet een volle vissmaak hebben zonder grondsmaak, en een delicate geur van vers water. Bijsmaken moeten worden beperkt. Het geosmine-gehalte moet lager zijn dan 0,9 μg/kg en qua vastheid moet het visvlees weerstand bieden aan een maximale druk van 4 N of meer.

3.3.   Diervoeders (alleen voor producten van dierlijke oorsprong) en grondstoffen (alleen voor verwerkte producten)

De traditionele voederwijze moet trouw en consequent worden gevolgd. Het gebruikte visvoer mag dus geen ggo's bevatten en dient overeenkomstig de geldende regels te zijn gecertificeerd.

Om de karakteristieke kwaliteit van het visvlees van de „Trote del Trentino” BGA te verbeteren, zijn de volgende grondstoffen toegestaan:

1.

granen, graankorrels en daarvan afgeleide producten en bijproducten, waaronder proteïneconcentraten;

2.

oliehoudende zaden en daarvan afgeleide producten en bijproducten, waaronder proteïneconcentraten en oliën;

3.

zaden van peulvruchten en daarvan afgeleide producten en bijproducten, waaronder proteïneconcentraten;

4.

meel van knollen en daarvan afgeleide producten en bijproducten, waaronder proteïneconcentraten;

5.

producten en bijproducten van vis en/of schaaldieren, waaronder oliën;

6.

zeewiermeel en bijproducten daarvan;

7.

bloedproducten afkomstig van niet-herkauwers.

Het gebruik van verwerkte dierlijke eiwitten, verkregen van niet-herkauwers, en mengvoeders die deze eiwitten bevatten, is eveneens toegestaan.

De samenstelling van de voederrantsoenen dient op de behoeften van de dieren in de verschillende groeifasen te zijn afgestemd.

Alle voor diervoeder bestemde additieven die in geldende wetgeving zijn opgenomen, mogen worden gebruikt. De zalmkleur van het visvlees moet vooral door het gebruik van het carotenoïde astaxanthine en/of door het gebruik van op natuurlijke wijze afgeleide carotenoïden worden verkregen.

3.4.   Specifieke onderdelen van het productieproces die in het afgebakende geografische gebied moeten plaatsvinden

De groeifasen, die de fasen larve, vingerlange pootvis en volgroeide forel omvatten, en het slachtproces dienen plaats te vinden in het in punt 4 afgebakende gebied.

3.5.   Specifieke voorschriften betreffende het in plakken snijden, het raspen of het verpakken, enz. van het product waarnaar de geregistreerde naam verwijst

Het eindproduct moet worden aangeboden op een polystyreen tray en/of in een polystyreen bak met folie, en/of in een zak die vacuüm en/of in gewijzigde atmosfeer is verpakt. Qua productsoort geldt de forel als een vers product. De vis wordt in zijn geheel, gestript, gefileerd en/of in plakken verkocht.

Vis die in zijn geheel en/of gestript wordt verkocht, dient ten minste 200 g te wegen. Filets en/of plakken dienen ten minste 90 g te wegen.

3.6.   Specifieke voorschriften betreffende de etikettering van het product waarnaar de geregistreerde naam verwijst

De vermelding „Indicazione Geografica Protetta” (beschermde geografische aanduiding) of de afkorting „IGP” (BGA) dient in goed zichtbare, onuitwisbare letters en duidelijk gescheiden van andere vermeldingen, op elke verpakking te worden aangebracht.

De vermelding dient te worden vertaald in de taal van het land waar het product in de handel wordt gebracht. Omschrijvingen van het product waarin niet uitdrukkelijk is voorzien, zijn niet toegestaan.

Het volgende logo dient op het etiket of op de verpakking van elke tray/bak/zak te worden aangebracht. Het logo mag ook in grijstinten worden afgedrukt.

Image

Ook het Europese BGA-symbool moet op ieder etiket en op iedere verpakking worden aangebracht. Het etiket of een passend merkteken dient het nummer of de referentiecode van de producent en/of de partij te vermelden.

4.   Beknopte beschrijving van het afgebakende geografische gebied

Het productiegebied van de BGA „Trote del Trentino” beslaat de volledige autonome provincie Trente en de gemeente Bagolino in de provincie Brescia. Dit gebied omvat de belangrijkste rivieren in Trente en de valleien van de zijrivieren.

5.   Verband met het geografische gebied

Het productiegebied is ontstaan na meerdere, elkaar overlappende perioden van erosie door gletsjers en rivieren. Uit morfologisch oogpunt is het gebied grotendeels bergachtig. Kenmerkend zijn de valleien die het geologische substraat telkens tot op een andere diepte hebben uitgesneden en op deze wijze de stroomgebieden in het geïdentificeerde geografische gebied vormen. Het klimaat in het productiegebied van de „Trote del Trentino” is een typisch alpien klimaat met frequente neerslag, veel sneeuw tijdens de wintermaanden en zelfs in de zomer koele temperaturen. Eeuwige sneeuw en gletsjers zorgen voor het voor de forellenkweek benodigde water. Het klimaat en de hydro-geologische kenmerken in het afgebakende gebied, die elders niet kunnen worden gecreëerd of geïmiteerd, liggen aan de basis van de kenmerken die de „Trote del Trentino” van andere forellen onderscheidt. Wat de chemische samenstelling van het bronwater in Trente in termen van sporenelementen (magnesium, natrium, kalium) betreft, worden waarden opgetekend die onder het Europese gemiddelde liggen, wat dit water voor de forellenteelt uiterst geschikt maakt. De stromen die de forellenkwekerijen in Trente voeden, zijn van een hoge biologische kwaliteit met EBI-waarden (EBI, uitgebreide biotische index) van meer dan acht, wat overeenkomt met kwaliteitsklassen I of II.

De aanvraag om registratie van de „Trote del Trentino” als BGA is gerechtvaardigd omdat deze forel door zijn lage conditiefactor en zijn beperkte vetgehalte verschilt van andere producten in dezelfde categorie. Bovendien is het visvlees vast, mals en mager en heeft het een volle vissmaak en een delicate geur van vers water, zonder de grondsmaak die zo vaak kenmerkend is voor kweekforel.

„Trote del Trentino” dankt zijn bijzondere kenmerken vooral aan het voor de forellenkweek gebruikte water dat dankzij de eeuwige sneeuw en de gletsjers in de regio overvloedig aanwezig is. Het is zuurstofrijk en heeft een goede chemische, fysische en biologische samenstelling. De temperatuur van het water is laag en ligt van november tot maart in het algemeen onder 10 °C.

Het koude water is arm aan voedingsstoffen. Dat leidt tot een trage groei die, hoewel de productie erdoor wordt beperkt, de kwaliteit van het visvlees verbetert doordat de conditiefactor laag en het vetgehalte beperkt blijven. Door de overvloed aan water en het hellende terrein, kunnen de forellenkwekers in Trente gebruik maken van het niveauverschil tussen de bekkens dat ervoor zorgt dat het water van nature opnieuw van zuurstof wordt voorzien. De goede waterkwaliteit voorkomt de verspreiding van algen en ongewenste micro-organismen en de daarmee verbonden metabolieten die verantwoordelijk zijn voor bijsmaken, met name de grondsmaak die door te veel geosmine wordt veroorzaakt.

De klimaatomstandigheden in het gebied en de menselijke inbreng in de vorm van zorg voor en beheer van de viskwekerijen zorgen voor een stevige band van de „Trote del Trentino” met het geografische productiegebied.

Het kweken van de „Trote del Trentino” gaat terug op een eeuwenoude, gevestigde traditie. Met het kweken van vis in bekkens werd begonnen in de 19e eeuw. In 1879 werd een viskwekerij gebouwd in Torbole met de bedoeling de praktijk van het kweken van vis te verspreiden en in de openbare wateren forellenlarven uit te zetten. De eerste particuliere viskwekerijen zagen het licht in 1891 in Predazzo, in 1902 in Giustino en in 1926 in Tione, gevolgd door vele andere na de tweede wereldoorlog. In de loop der jaren hebben deze viskwekerijen elk hun eigen kweekinstallaties gehandhaafd en werden periodiek nieuwe wilde forellenrassen of rassen van andere kwekerijen ingevoerd waardoor de specifieke kenmerken van de gekweekte vis aan de latere forellengeneratie werden doorgegeven.

Deze traditie werd versterkt met de oprichting in 1975 van de „Associazione dei Troticoltori Trentini” (vereniging van de forellenkwekers van Trente) die zo'n belangrijke rol speelde in de herlancering van de forellenkwekerij dat de naam „Trote del Trentino” zowel voor de consument als in de handel plots gemeengoed werd, hetgeen blijkt uit rekeningen, etiketten en reclamemateriaal.

Verwijzing naar de bekendmaking van het productdossier

(Artikel 6, lid 1, tweede alinea, van deze Verordening)

Het ministerie heeft de nationale procedure voor de indiening van bezwaarschriften ingeleid met de bekendmaking van het voorstel tot wijziging van de BGA voor „Trote del Trentino” in de Gazetta Ufficiale van Italië nr. 52 van 4 maart 2015.

De geconsolideerde tekst van het productdossier kan worden geraadpleegd op internet: http://www.politicheagricole.it/flex/cm/pages/ServeBLOB.php/L/IT/IDPagina/3335

of:

door de website van het ministerie van Landbouw, voeding en bosbouw (www.politicheagricole.it) te bezoeken en te klikken op „Prodotti DOP IGP” (rechtsboven op het scherm), vervolgens op „Prodotti DOP IGP STG” (links op het scherm), en ten slotte op „Disciplinari di Produzione all’esame dell’UE”.


(1)  PB L 179 van 19.6.2014, blz. 17.

(2)  PB L 343 van 14.12.2012, blz. 1.

(3)  PB L 21 van 24.1.2013, blz. 3.

(4)  PB L 93 van 31.3.2006, blz. 12.