ISSN 1977-0995

Publicatieblad

van de Europese Unie

C 213

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Mededelingen en bekendmakingen

57e jaargang
8 juli 2014


Nummer

Inhoud

Bladzijde

 

IV   Informatie

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

 

Raad

2014/C 213/01

Conclusies van de Raad over voeding en lichaamsbeweging

1

 

Europese Commissie

2014/C 213/02

Wisselkoersen van de euro

7

 

V   Adviezen

 

BESTUURLIJKE PROCEDURES

 

Europese Commissie

2014/C 213/03

Oproep tot het indienen van voorstellen in het kader van het werkprogramma van de Gemeenschappelijke Onderneming Ecsel

8

2014/C 213/04

Oproep tot het indienen van voorstellen in het kader van het werkprogramma van de Gemeenschappelijke Onderneming Ecsel

8

 

PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID

 

Europese Commissie

2014/C 213/05

Voorafgaande aanmelding van een concentratie — Zaak M.7284 — Siemens/John Wood Group/Rolls-Royce Combined ADGT Business/RWG ( 1 )

9

2014/C 213/06

Voorafgaande aanmelding van een concentratie (Zaak M.7261 — Goldman Sachs/Blackstone/Ipreo) — Voor de vereenvoudigde procedure in aanmerking komende zaak ( 1 )

11

 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

 


IV Informatie

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

Raad

8.7.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 213/1


Conclusies van de Raad over voeding en lichaamsbeweging

2014/C 213/01

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

HERINNERT AAN HETGEEN VOLGT:

1.

Artikel 168 van het VWEU, dat stelt dat bij de bepaling en de uitvoering van elk beleid en elk optreden van de Unie een hoog niveau van bescherming van de menselijke gezondheid wordt verzekerd, en dat het optreden van de Unie een aanvulling vormt op het nationale beleid en gericht is op verbetering van de volksgezondheid, preventie van ziekten en aandoeningen bij de mens en het wegnemen van bronnen van gevaar voor de lichamelijke en geestelijke gezondheid;

2.

De conclusies van de Raad betreffende:

gezondheid op alle beleidsgebieden (30 november 2006) (1),

uitvoering van een EU-strategie voor aan voeding, overgewicht en obesitas gerelateerde gezondheidskwesties (6 december 2007) (2),

acties ter vermindering van de zoutinname, met het oog op een betere volksgezondheid (6 juni 2010) (3),

rechtvaardigheid en gezondheid in alle beleidsmaatregelen: solidariteit in de gezondheidszorg (8 juni 2010) (4),

innovatieve benaderingen van chronische ziekten in de volksgezondheid en de gezondheidszorgstelsels (7 december 2010) (5),

het wegnemen van de verschillen in gezondheid binnen de EU middels onderling afgestemde maatregelen ter bevordering van een gezonde levensstijl (2 december 2011) (6),

het stimuleren van gezondheid bevorderende lichaamsbeweging (HEPA) (27 november 2012) (7),

gezond ouder worden gedurende de hele levensloop (7 december 2012) (8);

3.

De aanbeveling van de Raad van 26 november 2013 over de stimulering van gezondheid bevorderende lichaamsbeweging in de verschillende sectoren (9);

4.

De mededeling van de Commissie „Europa 2020: Een strategie voor slimme, duurzame en inclusieve groei” (10);

5.

De mededeling van de Commissie van 29 februari 2012: „Verdere ontwikkeling van het strategische uitvoeringsplan van het Europees innovatiepartnerschap voor actief en gezond ouder worden” (11);

6.

De politieke verklaring van de bijeenkomst op hoog niveau over de voorkoming en beheersing van niet-overdraagbare aandoeningen, die bij Resolutie 66/2 van 19 september 2011 van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties (12) is goedgekeurd; in punt 65 ervan staat dat er een verslag over de geboekte vooruitgang zal worden gepresenteerd tijdens de 69e Algemene Vergadering van de Verenigde Naties in september 2014;

7.

De algemene strategie van de WGO inzake voeding, lichaamsbeweging en gezondheid, in mei 2004 bekrachtigd door de 57e Wereldgezondheidsvergadering (13);

8.

Het Europees Handvest inzake de bestrijding van obesitas, vastgesteld door de Europese ministeriële conferentie van de WGO inzake de bestrijding van obesitas (Istanbul, 15-17 november 2006) (14);

9.

De reeks aanbevelingen inzake het in de handel brengen van levensmiddelen en niet-alcoholhoudende dranken voor kinderen, in mei 2010 bekrachtigd door de 63e Wereldgezondheidsvergadering (15);

10.

Resolutie EUR/RC62/R4 „Health 2020 — The European policy framework for health and well-being”, aangenomen tijdens de 62e vergadering van het Regionaal Comité voor Europa op 12 september 2012 (16);

11.

De steun van de lidstaten van de EU aan het mondiale actieplan ter voorkoming en beheersing van niet-overdraagbare aandoeningen 2013-2020 van 27 mei 2013 van de WGO en de negen bijbehorende vrijwillige mondiale doelstellingen (17);

12.

De verklaring van Wenen van 5 juli 2013 over voeding en niet-overdraagbare aandoeningen in het kader van „Gezondheid 2020”, naar aanleiding waarvan alle Europese WGO-lidstaten hebben besloten actie te ondernemen over obesitas en prioriteit te geven aan actie op het gebied van gezonde voeding voor kinderen (18),

STELT MET BEZORGDHEID HET VOLGENDE VAST:

13.

Van obesitas en de ongezonde gevolgen ervan is gezegd dat zij epidemische proporties hebben bereikt (19), aangezien meer dan de helft van de volwassenen in de EU kampt met overgewicht of obesitas volgens de BMI-indeling van de WGO (20) en het hoge niveau van overgewicht en obesitas bij kinderen en adolescenten is bijzonder zorgwekkend.

Overgewicht en obesitas hebben een aanzienlijke impact in termen van menselijk leed, sociale ongelijkheden zijn bijzonder groot, jaarlijks sterven er burgers aan ziekten die met ongezonde voeding en gebrek aan lichaamsbeweging te maken hebben, en er is een economische last in de zin dat tot 7 % (21) van de EU-begrotingen voor gezondheidszorg elk jaar rechtstreeks wordt uitgegeven aan ziekten die verband houden met zwaarlijvigheid, met meer indirecte kosten als gevolg van productiviteitsverlies door gezondheidsproblemen en vroegtijdig overlijden;

14.

De geringe consumptie van groenten en fruit en de hoge inname van verzadigde vetten, transvetzuren, zout en suiker en de verschuiving naar een zittend leven en de overeenkomstige daling in het ondernemen van fysieke activiteiten door kinderen, adolescenten en volwassenen,

ERKENT HET VOLGENDE:

15.

De positieve gevolgen van de gezondheidsbevordering en ziektepreventie voor zowel burgers als zorgstelsels en het feit dat gezonde voeding en lichaamsbeweging het risico van chronische aandoeningen en niet-overdraagbare ziekten (22) aanzienlijk verkleinen en een substantiële bijdrage leveren aan een gezonde groei van kinderen, aan gezonde levensjaren en een goede levenskwaliteit voor kinderen, jongeren en volwassenen;

16.

Investeren in gezondheid (23), bevordering van de gezondheid en mensen langer actief laten zijn kunnen bijdragen aan de verhoging van de productiviteit en het concurrentievermogen en kunnen bijdragen tot de verwezenlijking van de doelstellingen in de Europa 2020-strategie;

17.

Passende voeding tijdens de zwangerschap en lactatie is essentieel; borstvoeding is de beste optie voor de gezondheid van moeder en kind; gewoontes inzake eten en lichaamsbeweging ontstaan op jonge leeftijd en het aanleren en aannemen van gezonde gewoontes op jonge leeftijd doet in aanzienlijke mate de kans toenemen dat dergelijke gewoontes op volwassen leeftijd zullen worden volgehouden;

18.

Maatregelen gericht op kinderen en jongeren kunnen tevens gunstig zijn voor het hele gezin met inbegrip van gezinsgerichte interventies, gezonde voedingsopties in kinderopvang en scholen en activiteiten om een zittende levensstijl te bestrijden en meer lichamelijke activiteit te stimuleren;

19.

Ouderen zijn kwetsbaar wat betreft ondervoeding, vooral omdat hun voedingsbehoeften veranderen en hun lichaamsbeweging met het voortschrijden der jaren meestal afneemt, hetgeen hun behoeften aan energie aantast, en aan de voedingsbehoeften van ouderen moet meer aandacht worden besteed;

20.

Obesitas en niet-overdraagbare aandoeningen in verband met ongezond eten en gebrek aan lichaamsbeweging worden veroorzaakt door vele factoren, en alomvattende preventie-strategieën en multistakeholders-benaderingen geven de beste resultaten, voedingsproblemen en lichamelijke inactiviteit moeten op geïntegreerde wijze worden aangepakt en moeten op de agenda worden gezet van de relevante Raadsformaties;

21.

Alle beleidssectoren en belanghebbenden moeten een rol krijgen bij het verhogen van het bewustzijn van het belang van gezonde voeding en lichaamsbeweging, met name met betrekking tot kinderen en adolescenten, maar ook in het kader van het genderperspectief, en misleidende, buitensporige of niet-passende vormen van reclame en marketing moeten worden tegengegaan;

22.

Algemene voedingspatronen kunnen in de etiologie van voedingsgerelateerde ziekten van meer betekenis zijn dan specifieke levensmiddelen, gezonde voedingspatronen worden gekenmerkt door een hoge consumptie van groenten en fruit, het eten van vis en een voorkeur voor zuivel met een laag vetgehalte, hele graankorrels, mager vlees en gevogelte en het gebruik van plantaardige oliën als vervanging van vaste vetten waar mogelijk, zoals in de mediterrane keuken of andere keukens, in navolging van relevante nationale richtsnoeren voor voeding/voedingsaanbevelingen;

23.

Met de levensstijl verband houdende risicofactoren, zoals ongezonde voeding en gebrek aan lichaamsbeweging, komen doorgaans vaker voor onder bevolkingsgroepen met een lagere opleiding of een lager inkomen, beleid en maatregelen voor gezondheidsopvoeding en -bevordering moeten activiteiten omvatten die gericht zijn op kwetsbare bevolkingsgroepen;

24.

Ongelijkheden op het gebied van voeding en lichaamsbeweging, tussen en binnen de lidstaten, moeten dringend worden aangepakt en op alle relevante beleidsterreinen van de Unie moet aandacht uitgaan naar voeding en lichaamsbeweging;

25.

Zorgverleners, de school, de gemeenschap en de overheid hebben een rol in de bescherming en ondersteuning van de kwetsbaarste leden van de samenleving;

26.

Eerdere gemeenschappelijke werkzaamheden op dit gebied, zoals vervat in de Strategie voor Europa inzake aan voeding, overgewicht en obesitas gerelateerde gezondheidskwesties (2007), zijn belangrijk, evenwichtige voeding en een actieve levensstijl moeten worden gepropageerd en actiegerichte partnerschappen met de lidstaten (Groep op hoog niveau voor voeding en lichaamsbeweging) en de civiele samenleving (EU-actieplatform op het gebied van voeding, lichaamsbeweging en gezondheid), moeten worden aangemoedigd,

IS VERHEUGD OVER:

27.

De overeenstemming die de lidstaten recentelijk hebben bereikt over een EU-actieplan voor obesitas bij kinderen 2014-2020 van 24 februari 2014 (24), dat naar verwachting een bijdrage zal leveren aan de bevordering van gezonde voeding en lichaamsbeweging en de huidige obesitastendensen zal ombuigen door gecoördineerde vrijwillige maatregelen van de lidstaten en de belanghebbenden;

28.

De resultaten van de conferentie op hoog niveau in Athene over voeding en lichaamsbeweging bij jong en oud: uitdagingen en kansen (25 en 26 februari 2014), waar erop is gewezen dat gezond eten en regelmatige lichaamsbeweging preventieve maatregelen zijn die gedurende het gehele leven kunnen worden toegepast, waar is benadrukt dat iedereen moet kunnen beschikken over en toegang moet hebben tot gezonde keuzes, waar is aangetoond dat de bestrijding van epidemische obesitas rechtstreeks verbonden is met de beginselen gezonde voeding en voldoende lichaamsbeweging en dat intersectorale benaderingen doeltreffende manieren zijn om gemeenschappelijke gezondheidsproblemen in de EU aan te pakken,

VERZOEKT DE LIDSTATEN:

29.

Gezonde voeding en regelmatige lichaamsbeweging de komende jaren te handhaven als topprioriteit ter vermindering van de last van chronische ziektes en aandoeningen, en zodoende bij te dragen aan een betere gezondheid en levenskwaliteit van de burgers van de EU en aan de duurzaamheid van de gezondheidszorgstelsels;

30.

Bij voorkeur beleidsmaatregelen en initiatieven te nemen die gericht zijn op gezonde voeding en voldoende lichaamsbeweging gedurende de hele levensduur, vanaf de allereerste levensjaren, vóór en tijdens de zwangerschap, adequate borstvoeding te bepleiten en te steunen, evenals de passende invoering van aanvullende voeding, gevolgd door gezond eten en stimulering van lichaamsbeweging thuis en op school, voor kinderen en adolescenten en later voor volwassenen en ouderen;

31.

Het EU-actieplan voor obesitas bij kinderen 2014-2020, in voorkomend geval, te gebruiken als leidraad voor effectieve maatregelen voor het terugdringen van jeugdobesitas, en goede praktijken te propageren;

32.

Burgers en gezinnen in staat te stellen weloverwogen keuzes te maken met betrekking tot voeding en lichaamsbeweging, en aan alle leeftijden en sociaaleconomische groepen, met name aan de meest kwetsbare personen, zoals kinderen, adolescenten en ouderen, informatie te verstrekken over de impact van leefgewoontes op de gezondheid en over de mogelijkheden die zij hebben om betere keuzes te maken inzake voeding en meer lichaamsbeweging te hebben;

33.

Gezonde voedingsopties aan te prijzen en samen te werken met stakeholders om deze opties voor alle burgers beschikbaar, gemakkelijk toegankelijk, eenvoudig te kiezen en betaalbaar te maken, met als doel ongelijkheden terug te dringen en gelegenheden en plaatsen te bieden voor dagelijkse lichaamsbeweging thuis, op school en op het werk;

34.

Beleid te bevorderen dat ouderen helpt actief te blijven en aldus functionele achteruitgang te vermijden door omgevingen te scheppen die hen aansporen actief deel te nemen aan programma’s voor lichaamsbeweging die zijn toegesneden op hun behoeften;

35.

Waar passend aan te dringen op de uitvoering van EU-richtsnoeren inzake lichaamsbeweging voor de gezondheid en op nationaal en subnationaal niveau te komen met vervoersbeleid en ruimtelijke ordening waarmee de toegankelijkheid, de aanvaardbaarheid en de veiligheid van lopen en fietsen, en de ondersteunende infrastructuur ervoor, worden verbeterd;

36.

Gezonde omgevingen te bevorderen, in het bijzonder op scholen, kleuterscholen en sportscholen, door erop aan te dringen dat er gezonde voedingsopties worden geboden op basis van voedingsnormen, met als doel iets te doen aan de buitensporige toegang tot en inname van zout, verzadigde vetten, transvetzuren en suiker, alsmede aan de frequente consumptie of aan de consumptie in grote hoeveelheden van gezoete en/of caffeïnehoudende frisdranken, en kinderen en jongeren aan te moedigen om regelmatig lichamelijk actief te zijn;

37.

Steun te verlenen aan initiatieven ter bevordering van de gezondheid op het werk, met als doel gezonde eetgewoonten te bevorderen en lichaamsbeweging te integreren in het dagelijks werk;

38.

Gezondheidswerkers te steunen en in staat te stellen preventief advies te geven en burgers te helpen op het vlak van gezonde eetgewoontes, voeding en lichaamsbeweging, de uitvoering te ontwikkelen en te steunen van goede werkwijzen, die hun nut bewezen hebben, voor preventie, diagnose en beheersing van obesitas en ondervoeding, met name bij kinderen, jongeren en ouderen;

39.

Intersectorale en transversale acties te ondernemen ter bevordering van gezonde voeding en lichaamsbeweging in alle beleidsonderdelen, toegespitst op de stijgende percentages van niet-overdraagbare ziekten verbonden aan ongezonde voeding en gebrek aan lichaamsbeweging, overgewicht en obesitas en op de lage deelname aan lichaamsbeweging, in alle leeftijdsgroepen en alle sociaaleconomische lagen;

40.

In partnerschap met alle belanghebbenden, met inbegrip van de industrie, de exploitanten van levensmiddelenbedrijven, NGO’s voor gezondheids- en consumentenzaken en de academische wereld te blijven werken aan doeltreffende, brede en verifieerbare maatregelen of overeenkomsten, naar het voorbeeld van het EU-actieplatform op het gebied van eetgewoonten, lichaamsbeweging en gezondheid, met name inzake een andere samenstelling van levensmiddelen, minimalisering van transvetzuren, verlaging van het gehalte aan verzadigde vetten, toevoegingen van suiker en zout in levensmiddelen, alsmede aanpassing van de grootte van porties aan de voedingsbehoeften,

VERZOEKT DE LIDSTATEN EN DE COMMISSIE:

41.

Ondersteuning te geven aan de ontwikkeling en/of uitvoering van nationale actieplannen inzake voedsel en voeding, andere acties en beleid gericht op gemeenschappelijke gezondheidsproblemen in verband met ongezonde eetgewoonten, zwaarlijvigheid, ondervoeding en gebrek aan lichaamsbeweging onder de burgers van de EU van alle leeftijdsgroepen, met speciale aandacht voor kinderen en ouderen, en, in voorkomend geval, de toepassing van kosteneffectieve oplossingen;

42.

Passende maatregelen te overwegen die bijdragen aan de tenuitvoerlegging van het actieplan van de EU inzake obesitas bij kinderen 2014-2020, met inbegrip van een gezamenlijke actie in het kader van het gezondheidsprogramma van de EU;

43.

Acties te bevorderen om kinderen minder bloot te stellen aan reclame, marketing en promotie van levensmiddelen met een hoog gehalte aan verzadigde vetten, transvetzuren, toegevoegd zout of toegevoegde suiker;

44.

Gezond eten te propageren, met nadruk op gezondheid bevorderende voeding, zoals de mediterrane keuken of andere keukens in navolging van relevante nationale richtsnoeren voor gezonde voeding/voedingsaanbevelingen;

45.

Gebruik te maken van bestaande instrumenten die tot hun beschikking staan, in het bijzonder het derde programma voor het optreden van de Unie op het gebied van gezondheid (2014-2020) en het EU-onderzoeks- en innovatieprogramma van Horizon 2020 ter bevordering van onderzoek en beleid;

46.

Bestaande gegevensverzameling te verbeteren op basis van vergelijkbare methoden voor de beoordeling van tendensen in de tijd met betrekking tot voedselinname, de beschikbaarheid van voedsel op het niveau van individuen of huishoudens, lichamelijke activiteit en sedentaire levensstijl;

47.

Met alle relevante actoren op dit gebied te zoeken naar de beste manieren om te bepalen waar nog onderzoek nodig is, goede werkwijzen sneller uit te wisselen en over te nemen en voorrang te geven aan onderzoek naar de stand van zaken wat betreft voeding en lichaamsbeweging en gedragingen van bevolkingsgroepen, in het bijzonder de kwetsbaarste, zoals kinderen en ouderen;

48.

Prioriteit te verlenen aan steun voor de beoordeling van de kosteneffectiviteit van activiteiten en beleidsonderdelen ter bevordering van gezonde voeding en lichaamsbeweging in de verschillende sociaaleconomische en sociaal-demografische bevolkingsgroepen, naar gelang van het geval,

VERZOEKT DE COMMISSIE OM:

49.

Coördinatie en steun te blijven verlenen aan het huidige beleidskader voor voeding en lichaamsbeweging via de Groep op hoog niveau inzake voeding en lichaamsbeweging en het EU-platform voor eetgewoonten, lichaamsbeweging en gezondheid, en aan de verdere bevordering van de uitwisseling van informatie en richtsnoeren voor doeltreffende goede praktijken;

50.

Voedingsprofielen op te stellen zoals bedoeld in artikel 4, lid 1 van Verordening (EG) nr. 1924/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 inzake voedings- en gezondheidsclaims voor levensmiddelen;

51.

De overdracht en de opschaling te stimuleren en te ondersteunen van succesvolle initiatieven naar andere regio’s of sectoren om te helpen goede praktijken om te vormen tot reguliere activiteiten ter verbetering van de inname van nutriënten/voeding, en ter verbetering van de voedingspatronen en de lichaamsbeweging van de Europese bevolking;

52.

Maatregelen en strategieën te propageren voor actief en gezond ouder worden, met name op het gebied van preventie, screening en beoordeling van ondervoeding in verband met zwakheid en ouderdom, op basis van de goede praktijken die het Europees innovatie-partnerschap heeft aangeduid op het gebied van actief en gezond ouder worden (25);

53.

De lidstaten te helpen beter gebruik te maken van de bestaande indicatoren en bewakingssystemen voor niet-overdraagbare ziekten die momenteel met de WGO worden ontwikkeld ter verbetering van de rapportage in het kader van het wereldwijde monitoringskader voor niet-overdraagbare ziekten;

54.

In 2017 en vervolgens nogmaals in 2020 verslag uit te brengen aan de Raad over de vooruitgang die is geboekt bij de tenuitvoerlegging van het actieplan van de EU inzake obesitas bij kinderen 2014-2020, evenals van andere initiatieven die worden uitgevoerd in de context van de EU-strategie voor aan voeding, overgewicht en obesitas gerelateerde gezondheidskwesties.


(1)  16167/06

(2)  15612/07

(3)  9827/10

(4)  9947/10

(5)  PB C 74 van 8.3.2011, blz. 4.

(6)  PB C 359 van 9.12.2011, blz. 5.

(7)  15871/12

(8)  PB C 396 van 21.12.2012, blz. 8.

(9)  PB C 354 van 4.12.2013, blz. 1.

(10)  7110/10

(11)  7293/12

(12)  A/RES/66/2 (A/66/l/1) van de Verenigde Naties.

(13)  http://www.who.int/dietphysicalactivity/strategy/eb11344/strategy_english_web.pdf

(14)  http://www.euro.who.int/__data/assets/pdf_file/0009/87462/E89567.pdf

(15)  http://whqlibdoc.who.int/publications/2010/9789241500210_eng.pdf

(16)  WHO EUR/RC62/R4

(17)  http://apps.who.int/iris/bitstream/10665/94384/1/9789241506236_eng.pdf

(18)  http://www.euro.who.int/__data/assets/pdf_file/0003/234381/Vienna-Declaration-on-Nutrition-and-Noncommunicable-Diseases-in-the-Context-of-Health-2020-Eng.pdf

(19)  http://www.who.int/nutrition/publications/obesity/WHO_TRS_894/en/

(20)  http://epp.eurostat.ec.europa.eu/statistics_explained/index.php/Overweight_and_obesity_-_BMI_statistics

(21)  Wereldgezondheidsorganisatie. Stand van zaken over niet-overdraagbare ziekten 2010.

http://www.who.int/nmh/publications/ncd_report2010/en/

http://www.euro.who.int/en/publications/abstracts/challenge-of-obesity-in-the-who-european-region-and-the-strategies-for-response-the.-summary

(22)  Zoals overgewicht, obesitas, hart- en vaatziekten, hoge bloeddruk, diabetes type II, beroerten, osteoporose, bepaalde vormen van kanker en ongunstige psychosociale omstandigheden.

(23)  Zie Pakket sociale investeringen, werkdocument van de diensten van de Commissie: „Investeren in gezondheid”, doc. 6380/13 ADD 7.

(24)  http://ec.europa.eu/health/nutrition_physical_activity/docs/childhoodobesity_actionplan_2014_2020_en.pdf

(25)  http://ec.europa.eu/research/innovation-union/index_en.cfm?section=active-healthy-ageing


Europese Commissie

8.7.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 213/7


Wisselkoersen van de euro (1)

7 juli 2014

2014/C 213/02

1 euro =


 

Munteenheid

Koers

USD

US-dollar

1,3592

JPY

Japanse yen

138,53

DKK

Deense kroon

7,4562

GBP

Pond sterling

0,79385

SEK

Zweedse kroon

9,3098

CHF

Zwitserse frank

1,2155

ISK

IJslandse kroon

 

NOK

Noorse kroon

8,4020

BGN

Bulgaarse lev

1,9558

CZK

Tsjechische koruna

27,434

HUF

Hongaarse forint

310,58

LTL

Litouwse litas

3,4528

PLN

Poolse zloty

4,1432

RON

Roemeense leu

4,3876

TRY

Turkse lira

2,8967

AUD

Australische dollar

1,4522

CAD

Canadese dollar

1,4466

HKD

Hongkongse dollar

10,5342

NZD

Nieuw-Zeelandse dollar

1,5547

SGD

Singaporese dollar

1,6944

KRW

Zuid-Koreaanse won

1 375,10

ZAR

Zuid-Afrikaanse rand

14,6821

CNY

Chinese yuan renminbi

8,4325

HRK

Kroatische kuna

7,5915

IDR

Indonesische roepia

15 916,64

MYR

Maleisische ringgit

4,3353

PHP

Filipijnse peso

59,145

RUB

Russische roebel

46,9781

THB

Thaise baht

44,051

BRL

Braziliaanse real

3,0137

MXN

Mexicaanse peso

17,6417

INR

Indiase roepie

81,5757


(1)  Bron: door de Europese Centrale Bank gepubliceerde referentiekoers.


V Adviezen

BESTUURLIJKE PROCEDURES

Europese Commissie

8.7.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 213/8


Oproep tot het indienen van voorstellen in het kader van het werkprogramma van de Gemeenschappelijke Onderneming Ecsel

2014/C 213/03

Hierbij wordt de lancering aangekondigd van een oproep tot het indienen van voorstellen in het kader van het werkprogramma van de Gemeenschappelijke Onderneming Ecsel.

Er worden voorstellen ingewacht voor de volgende uitnodiging: ECSEL-2014-1.

Meer informatie over de uitnodiging, waaronder termijn en budget, is te vinden in de uitnodigingstekst die is gepubliceerd op de volgende website:

http://ec.europa.eu/research/participants/portal (funding opportunities — calls)

http://www.ecsel.eu/Call2014.html


8.7.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 213/8


Oproep tot het indienen van voorstellen in het kader van het werkprogramma van de Gemeenschappelijke Onderneming Ecsel

2014/C 213/04

Hierbij wordt de lancering aangekondigd van een oproep tot het indienen van voorstellen in het kader van het werkprogramma van de Gemeenschappelijke Onderneming Ecsel.

Er worden voorstellen ingewacht voor de volgende uitnodiging: ECSEL-2014-2.

Meer informatie over de uitnodiging, waaronder termijn en budget, is te vinden in de uitnodigingstekst die is gepubliceerd op de volgende website:

http://ec.europa.eu/research/participants/portal (funding opportunities — calls)

http://www.ecsel.eu/Call2014.html


PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID

Europese Commissie

8.7.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 213/9


Voorafgaande aanmelding van een concentratie

Zaak M.7284 — Siemens/John Wood Group/Rolls-Royce Combined ADGT Business/RWG

(Voor de EER relevante tekst)

2014/C 213/05

1.

Op 27 juni 2014 heeft de Europese Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) ontvangen. Hierin is meegedeeld dat Siemens AG („Siemens”, Duitsland) in de zin van artikel 3, lid 1, onder b), van de concentratieverordening i) de uitsluitende zeggenschap verkrijgt over delen van Rolls-Royce plc („Rolls-Royce”, Verenigd Koninkrijk), namelijk de Aero-derivative Gas Turbines Business, de compressoractiviteiten en de Aftermarket Services Business van Rolls-Royce (tezamen „Rolls-Royce Combined ADGT Business”); en ii) de deelneming van 50 % van Rolls-Royce in (en daarmee de gezamenlijke zeggenschap over) Rolls Wood Group Limited („RWG”), momenteel een gemeenschappelijke onderneming van Rolls-Royce en John Wood Group plc („WG”, Verenigd Koninkrijk) door de verwerving van aandelen en activa.

2.

De activiteiten van de betrokken ondernemingen zijn:

—   Siemens: actief in de sectoren energie, gezondheidszorg, industrie, infrastructuur en stedenbouw, sectoroverschrijdende activiteiten, financiële diensten en vastgoed. Binnen het energiesegment van Siemens maken de activiteiten op het gebied van industriële gasturbines deel uit van de afdelingen elektriciteitsopwekking en energiediensten. De onderneming is aanwezig in een aantal Europese landen;

—   Rolls-Royce Combined ADGT Business: bestaat uit i) Rolls-Royce ADGT Business, die zich bezighoudt met het ontwerp, de vervaardiging, de verkoop en de installatie van op luchtvaarttechnologie gebaseerde gasturbines; ii) de compressoractiviteiten van Rolls-Royce, die het ontwerp, de vervaardiging, de verkoop en de installatie van compressoren omvatten. Deze compressoren worden door Rolls-Royce verkocht in samenhang met haar op luchtvaarttechnologie gebaseerde gasturbines; en iii) Rolls-Royce Services Business, die vervolgmarktdiensten verleent aan operatoren en klanten van geïnstalleerde op luchtvaarttechnologie gebaseerde gasturbines en compressoren;

—   RWG: gemeenschappelijke onderneming van Rolls-Royce en WG. De onderneming houdt zich bezig met onderhouds-, reparatie- en revisiediensten voor bepaalde op luchtvaarttechnologie gebaseerde gasturbines en compressoren van Rolls-Royce;

—   WG: wereldwijde energie-onderneming die aan de olie-, gas- en elektriciteitssector een brede waaier aan diensten aanbiedt op het gebied van engineering, productondersteuning, onderhoudsbeheer en reparatie- en revisiediensten voor industriële gasturbines.

3.

Op grond van een voorlopig onderzoek is de Europese Commissie van oordeel dat de aangemelde transactie binnen het toepassingsgebied van de concentratieverordening kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden.

4.

De Europese Commissie verzoekt belanghebbenden haar hun eventuele opmerkingen over de voorgenomen concentratie kenbaar te maken.

Deze opmerkingen moeten de Europese Commissie uiterlijk tien dagen na dagtekening van deze bekendmaking hebben bereikt. Zij kunnen per fax (+32 22964301), per e-mail naar COMP-MERGER-REGISTRY@ec.europa.eu of per post, onder vermelding van zaaknummer M.7284 — Siemens/John Wood Group/Rolls-Royce Combined ADGT Business/RWG, aan onderstaand adres worden toegezonden:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie voor concentraties

1049 Brussel

BELGIË


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1 („de concentratieverordening”).


8.7.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 213/11


Voorafgaande aanmelding van een concentratie

(Zaak M.7261 — Goldman Sachs/Blackstone/Ipreo)

Voor de vereenvoudigde procedure in aanmerking komende zaak

(Voor de EER relevante tekst)

2014/C 213/06

1.

Op 27 juni 2014 heeft de Europese Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) ontvangen. Hierin is meegedeeld dat Goldman Sachs Group, Inc („Goldman Sachs”, Verenigde Staten) en Blackstone Group L.P. („Blackstone”, Verenigde Staten) in de zin van artikel 3, lid 1, onder b), van de concentratieverordening de gezamenlijke zeggenschap verkrijgen over Ipreo Holdings LLC („Ipreo”, Verenigde Staten) door de verwerving van aandelen.

2.

De activiteiten van de betrokken ondernemingen zijn:

—   Goldman Sachs: wereldwijde zakenbank, effecten- en beleggingsbeheerder;

—   Blackstone: wereldwijd actieve alternatieve vermogensbeheerder en aanbieder van financiële adviesdiensten;

—   Ipreo: wereldwijde aanbieder van producten op het gebied van financiële informatie, zoals onder meer software voor de uitvoering van transacties, informatiedatabanken, instrumenten voor de prospectie van investeerders en klantenbeheer, alsook marktonderzoek en marktanalyse, aan financiële instellingen en bedrijven.

3.

Op grond van een voorlopig onderzoek is de Europese Commissie van oordeel dat de aangemelde transactie binnen het toepassingsgebied van de concentratieverordening kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden. Er zij op gewezen dat deze zaak in aanmerking kan komen voor de vereenvoudigde procedure zoals uiteengezet in de Mededeling van de Commissie betreffende een vereenvoudigde procedure voor de behandeling van bepaalde concentraties krachtens Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (2).

4.

De Europese Commissie verzoekt belanghebbenden haar hun eventuele opmerkingen over de voorgenomen concentratie kenbaar te maken.

Deze opmerkingen moeten de Europese Commissie uiterlijk tien dagen na dagtekening van deze bekendmaking hebben bereikt. Zij kunnen per fax (+32 22964301), per e-mail naar COMP-MERGER-REGISTRY@ec.europa.eu of per post, onder vermelding van zaaknummer M.7261 — Goldman Sachs/Blackstone/Ipreo, aan onderstaand adres worden toegezonden:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie voor concentraties

1049 Brussel

BELGIË


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1 („de concentratieverordening”).

(2)  PB C 366 van 14.12.2013, blz. 5.