ISSN 1977-0995

doi:10.3000/19770995.C_2011.377.nld

Publicatieblad

van de Europese Unie

C 377

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Mededelingen en bekendmakingen

54e jaargang
23 december 2011


Nummer

Inhoud

Bladzijde

 

I   Resoluties, aanbevelingen en adviezen

 

RESOLUTIES

 

Raad

2011/C 377/01

Resolutie van de Raad van 6 december 2011Beleidslijnen over de toegevoegde waarde en de voordelen van de ruimte voor de veiligheid van Europese burgers

1

 

ADVIEZEN

 

De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

2011/C 377/02

Advies van de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming betreffende het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad inzake woningkredietovereenkomsten

5

 

II   Mededelingen

 

MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

 

Europese Commissie

2011/C 377/03

Goedkeuring van de steunmaatregelen van de staten krachtens de artikelen 107 en 108 VWEU — Gevallen waartegen de Commissie geen bezwaar maakt ( 1 )

8

2011/C 377/04

Goedkeuring van de steunmaatregelen van de staten krachtens de artikelen 107 en 108 VWEU — Gevallen waartegen de Commissie geen bezwaar maakt ( 2 )

13

 

IV   Informatie

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

 

Raad

2011/C 377/05

Kennisgeving aan de personen, groepen en entiteiten die zijn geplaatst op de lijst bedoeld in artikel 2, lid 3, van Verordening (EG) nr. 2580/2001 van de Raad inzake specifieke beperkende maatregelen tegen bepaalde personen en entiteiten met het oog op de strijd tegen het terrorisme (Zie bijlage bij Verordening (EU) nr. 1375/2011 van de Raad)

17

 

Europese Commissie

2011/C 377/06

Wisselkoersen van de euro

19

 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

 

(2)   Voor de EER relevante tekst, behalve voor de producten die onder bijlage I van het Verdrag vallen

NL

 


I Resoluties, aanbevelingen en adviezen

RESOLUTIES

Raad

23.12.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 377/1


RESOLUTIE VAN DE RAAD

van 6 december 2011

„Beleidslijnen over de toegevoegde waarde en de voordelen van de ruimte voor de veiligheid van Europese burgers”

2011/C 377/01

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE

GEZIEN

1.

de resolutie „Mondiale uitdagingen: volledig benutten van de Europese ruimtesystemen”, die door de zevende zitting van de Ruimteraad op 25 november 2010 is aangenomen;

2.

de conclusies van de Raad van de EU „Naar een ruimtevaartstrategie van de Europese Unie ten dienste van de Europese burger” van 31 mei 2011; en de mededeling van de Commissie met de titel „Naar een ruimtevaartstrategie van de Europese Unie ten dienste van de Europese burger”, die op 4 april 2011 is aangenomen;

3.

de resolutie van de ESA-Raad op ministerieel niveau „The role of space in delivering Europe's global objectives” van 26 november 2008;

4.

de mededeling van de Commissie van 3 maart 2010, „Europa 2020 — Een strategie voor slimme, duurzame en inclusieve groei” (1);

5.

de kaderovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap — die is opgevolgd door de Europese Unie — en het Europees Ruimteagentschap (hierna: de kaderovereenkomst), die op 28 mei 2004 in werking is getreden, en de toenemende samenwerking tussen beide partijen;

6.

ONDERKENNEND dat door de bevoegdheid die de Unie op het gebied van ruimtevaart heeft sedert de inwerkingtreding van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, de politieke dimensie van de ruimtevaart in Europa is versterkt (2);

7.

BENADRUKT de rol van ruimtesystemen bij het verstrekken van informatie en praktische instrumenten voor het ontwikkelen en uitvoeren van Europees beleid op het gebied van milieu, klimaatverandering, humanitaire hulp, civiele bescherming en crisisbeheersing, met als doel mensen, eigendom, milieu en cultureel erfgoed beter te beschermen bij grote natuurrampen of door de mens veroorzaakte rampen;

8.

BENADRUKT dat de ruimtesystemen aanzienlijk kunnen bijdragen tot de doelstellingen van het gemeenschappelijk veiligheids- en defensiebeleid (GVDB); en NEEMT in dit verband NOTA VAN de ondertekening, op 20 juni 2011, van een administratieve regeling tussen het Europees Defensieagentschap en het Europees Ruimteagentschap (3);

9.

ONDERKENNEND dat beleidsmakers en andere gebruikers door de voltooiing en de exploitatie van de mondiale satellietnavigatiesystemen Galileo en Egnos en het programma voor wereldwijde monitoring voor milieu en veiligheid (GMES) over geavanceerde en betrouwbare instrumenten zullen beschikken waarmee kan worden voldaan aan de veiligheids- en beveiligingseisen van Europese en niet-Europese burgers, met name dankzij interoperabiliteit en een geïntegreerd gebruik van ruimtevaarttoepassingen voor crisisbeheersing, civiele bescherming en humanitaire bijstand;

10.

VERWELKOMT de lancering van de eerste twee Galileo-satellieten op de eerste Sojoez-rakketten vanuit het „Centre Spatial Guyanais — Port spatial de l'Europe/Europe's Spaceport”, als een belangrijke nieuwe stap voor de Europese ruimtevaartactiviteiten;

11.

MEMOREREND dat de ruimte-infrastructuur, die om de bovengenoemde redenen van vitaal belang is, beschermd moet worden tegen risico's, zowel natuurlijke risico's, onder meer de mogelijke effecten van zonnestormen, als risico's voortvloeiend uit menselijke activiteiten (zoals ruimtepuin);

12.

KENNIS NEMEND VAN de mededeling van de Commissie „Een begroting voor Europa 2020” (4), waarin voorstellen worden gedaan voor het meerjarig financieel kader van de Europese Unie voor 2014-2020;

13.

ONDERKENNEND dat met de voorliggende beleidslijnen van de Ruimteraad niet vooruit wordt gelopen op besluiten betreffende het volgende meerjarig financieel kader;

III.   De ruimte voor veiligheid en duurzame ontwikkeling

14.

HERINNERT ERAAN dat GMES en Galileo/Egnos Europese vlaggenschipprogramma's zijn onder de verantwoordelijkheid en onder de leiding van de Europese Commissie, en dat het GMES tevens stoelt op een partnerschap met het ESA en zijn lidstaten, met de betrokkenheid van andere bevoegde Europese organen; HERHAALT dat het voor de EU prioritair is te zorgen voor de ontwikkeling en exploitatie van duurzame GMES-diensten en -infrastructuur op middellange en lange termijn. DRINGT er bij de Commissie op AAN tijdig de nodige maatregelen te nemen om GMES-gebruikers en belanghebbenden te overtuigen van haar inzet voor het GMES-programma;

15.

ONDERKENT dat het GMES een belangrijke rol heeft bij het veiligstellen van de onafhankelijke toegang van Europa tot essentiële strategische informatie ter ondersteuning van een groot aantal in het Verdrag verankerde beleidssectoren, zoals landbouw, milieu, vervoer, energie, gezondheid, civiele bescherming, humanitaire hulp en veiligheid; en BENADRUKT derhalve dat het nodig is de continuïteit en de beschikbaarheid van de infrastructuur en de dienstenverlening ook na 2013 te garanderen;

16.

NEEMT er NOTA van dat klimaatverandering ernstige gevolgen heeft voor samenleving en economie en voor natuurlijke en beheerde ecosystemen, ONDERKENT dat het GMES een belangrijke Europese bijdrage vormt aan de mondiale inspanningen om inzicht in klimaatverandering te krijgen en om de gevolgen van klimaatverandering te observeren en te mitigeren en BENADRUKT dat het GMES specifiek op klimaatverandering afgestemde diensten moet aanbieden, in aanvulling op en in interactie met de bestaande diensten en activiteiten op andere gebieden, om oplossingen voor deze problematiek te zoeken;

17.

CONSTATEERT met voldoening dat de verstrekking van satellietinformatie in het kader van het GMES-programma een effectief middel is gebleken tot ondersteuning van crisisoperaties bij recente rampen in de hele wereld; IS VAN MENING dat het GMES een belangrijke rol vervult als ruggengraat voor een verbeterde Europese responscapaciteit in noodsituaties, in synergie met bestaande mechanismen; en VERZOEKT de Europese Commissie de toegang tot de relevante door nationale programma's in crisissituaties verstrekte gegevens en informatie te verbeteren;

18.

IS INGENOMEN met de resultaten die de Europese Commissie heeft bereikt bij de ontwikkeling van preoperationele vermogens voor GMES-diensten inzake veiligheid, en BEVEELT de Europese Commissie AAN om, in nauwe samenwerking met de Europese Dienst voor extern optreden (EDEO), de lidstaten en de relevante EU-agentschappen, zoals Frontex, EUSC en EMSA, de definitiefase van de GMES-diensten inzake veiligheid te voltooien en deze diensten sneller volledig operationeel te maken, als ondersteuning voor externe acties van de EU, grensbewaking en maritieme surveillance, met de gebruikersbehoeften als uitgangspunt;

19.

ROEPT de Europese Commissie OP om, in nauwe samenwerking met alle belanghebbenden, een organisatorisch kader voor te stellen, dat onder meer governance en het opzetten van de geplande operationele diensten omvat; SPOORT de Europese Commissie ER met name TOE AAN in overleg met alle belanghebbenden de omschrijving van een goed databeleid voor het GMES af te ronden, dat berust op volledige en open toegang tot de informatie die door de GMES-diensten wordt geproduceerd en tot de gegevens die door de GMES-infrastructuur zijn verzameld, met inachtneming van internationale overeenkomsten, veiligheidsrestricties en vergunningsvoorwaarden, met inbegrip van registratie en acceptatie van gebruikersvergunningen, welke open toegang tevens tot optimale benutting van het GMES leidt, en daarbij een evenwicht te bewaren tussen een kosteloze toegang tot bepaalde openbare gegevens en diensten, de noodzaak de markten voor aardobservatiegegevens in Europa en de groei van de bestaande en opkomende Europese bedrijven die data en datadiensten verstrekken te versterken, alsook de beveiligingsgovernance ten aanzien van de samenstellende delen van het GMES en de informatie die daarop betrekking heeft;

20.

ACHT het punt van de eigendom van de GMES-ruimte-infrastructuur van essentieel belang voor de toekomst van het GMES en ROEPT de Europese Commissie en het ESA OP de beoordeling van deze aangelegenheid ten spoedigste af te ronden;

21.

NEEMT NOTA van het Besluit van het Europees Parlement en de Raad betreffende de voorwaarden voor toegang tot de overheidsdienst (publiek gereguleerde dienst) die wordt aangeboden door het wereldwijde satellietnavigatiesysteem dat is ingevoerd door het Galileo-programma (5); en ROEPT de Europese Commissie OP om, met de steun van de EDEO en in nauwe samenwerking met de lidstaten en betrokken gebruikersgemeenschappen, de geschikte maatregelen te definiëren om, met volledige inachtneming van de nationale infrastructuur, te zorgen voor een soepele toepassing van de publiek gereguleerde dienst en de bijbehorende systemen, waardoor het crisisbeheersingsvermogen van de EU immers zal verbeteren;

22.

ONDERKENT dat satellietcommunicatie een kerncapaciteit is bij elke crisisrespons- of crisisbeheersingsoperatie, en een zeer cruciaal en schaars middel, met name wanneer grondinfrastructuur beschadigd of vernield is, en BEVEELT de Europese Commissie, de EDEO en de lidstaten AAN om, met steun van het EDA, te werken aan een veilige en gegarandeerde toegang tot commerciële en publieke satellietcommunicatie voor de betrokkenen bij crisisrespons en crisisbeheersing;

23.

ONDERSTREEPT dat voor een effectieve beheersing van crisissituaties passende hulpbronnen nodig zijn, alsook passende informatie om die hulpbronnen optimaal te benutten, en dat daarom de verschillende in de ruimte en op de grond gestationeerde toepassingen moeten worden geïntegreerd om de coördinatie te ondersteunen van de activiteiten die door de talrijke bij civiele bescherming en humanitaire operaties betrokken actoren worden verricht;

24.

ROEPT, rekening houdend met het bovenstaande, de Europese Commissie OP om, waar passend gesteund door de EDEO, het ESA en de lidstaten, en met ondersteuning van het EDA,

potentiële gebruikers meer vertrouwd te maken met de mogelijkheden die ontstaan door het integreren van ruimtetoepassingen in daarvoor geschikte systemen,

te zorgen voor een optimaal gebruik van ruimteoplossingen in het kader van het Europees coördinatiemechanisme voor civiele bescherming,

oplossingen te ontwikkelen die leiden tot de interoperabiliteit van ruimtegerelateerde technische systemen en een coherent kader van operationele procedures om ruimtegebaseerde toepassingen voor crisisbeheersing te gebruiken,

daarnaast mogelijkheden te bestuderen tot miniaturisering door gebruik van kleine (micro-, nano- en pico-) satellieten om kosten terug te dringen;

IV.   Veiligheid en duurzaamheid in de ruimte

25.

NEEMT NOTA van het bestaan van ernstige bedreigingen voor ruimtesystemen en de grondinfrastructuur daarvoor, zoals risico's in verband met botsingen en de invloed van ruimteweer; ONDERKENT het belang van de bescherming van ruimtesystemen en -diensten, die van vitaal belang zijn voor de Europese economie en het Europese beleid; en ONDERKENT dat een doeltreffend vermogen voor omgevingsbewustzijn in de ruimte (Space Situational Awareness — SSA), in de zin van een activiteit op Europees niveau, nodig is, onder meer om de bestaande en de toekomstige Europese ruimtesystemen beter te beschermen tegen ruimtepuin en andere voorwerpen in de ruimte alsook tegen ruimteweersverschijnselen; hiertoe dient de Europese Unie een zo ruim mogelijk gebruik te maken van de systemen, competenties en vaardigheden die in de lidstaten en op Europees en, naar gelang van het geval, op internationaal niveau reeds bestaan of in ontwikkeling zijn;

26.

ONDERKENT de belangrijke bijdrage van het voorbereidend programma inzake SSA (SSA Preparatory Programme) van het ESA; ROEPT, in het besef van het vatbaar zijn voor tweeërlei gebruik en de bijzondere beveiligingsdimensie van een dergelijk systeem, de Europese Commissie in samenwerking met de hoge vertegenwoordiger derhalve OP om, in nauwe samenwerking met de ESA en de lidstaten die dergelijke systemen in eigendom hebben en over capaciteit beschikken, en in overleg met alle betrokken actoren, voorstellen aan te dragen om de systemen en de capaciteit ten volle te exploiteren, met het oog op de ontwikkeling van een SSA-vermogen, in de zin van een activiteit op Europees niveau, en in dat verband een passende governance en een passend gegevensbeleid te definiëren die recht doen aan het zeer gevoelige karakter van SSA-gegevens;

27.

NEEMT ER NOTA VAN dat het toekomstige operationele vermogen op Europees niveau op het gebied van SSA drie componenten moet omvatten: het observeren en volgen van objecten in een ruimtebaan, het voorspellen en waarnemen van ruimteweersverschijnselen en hun effecten, met name op de vitale infrastructuur en het monitoren van aardscheerders, binnen de definitie van een SSA-vermogen, op basis van de goedgekeurde samenvoeging (6) van de behoeften van de civiele en militaire SSA-gebruikers;

28.

ERKENT dat de bescherming van ruimtesystemen het voortzetten van onderzoeksactiviteiten vergt op gebieden als ruimteweereffecten, aardscheerders en het voorspellen, mitigeren en verwijderen van ruimtepuin; en ROEPT de Europese Commissie, het ESA en de lidstaten OP te bezien welke maatregelen geschikt zijn om deze kwesties adequaat aan te pakken;

29.

ONDERKENT dat het nodig is de beveiliging, veiligheid en duurzaamheid van alle activiteiten in de kosmische ruimte te verbeteren. HERHAALT in dit verband dat het van belang is dat de besprekingen op multilateraal niveau over de ontwerp-gedragscode voor activiteiten in de kosmische ruimte worden voortgezet, opdat zoveel mogelijk landen de Code onderschrijven. IS voorts VAN MENING dat ruimere toegang tot toereikende en betrouwbare informatie over ruimteactiviteiten een vertrouwenswekkende maatregel zal zijn, die een grondslag vormt voor meer vertrouwen ten aanzien van vreedzaam gebruik van de kosmische ruimte;

30.

MEENT dat een industriebeleid voor de ruimte recht moet doen aan de specifieke kenmerken van de ruimtesector en het belang van alle lidstaten om in ruimtesystemen te investeren, en daarom gericht moet zijn op de volgende gemeenschappelijke doelstellingen: het Europees vermogen tot het ontwerpen, ontwikkelen, lanceren, exploiteren en benutten van ruimtesystemen te ondersteunen; het concurrentievermogen van de Europese industrie zowel op de thuismarkt als op de exportmarkt te versterken; en mededinging en een evenwichtige ontwikkeling en benutting van capaciteiten in Europa te bevorderen; ONDERSTREEPT dat moet worden onderzocht of op Europees en internationaal niveau passende maatregelen nodig zijn om de duurzaamheid en de economische ontwikkeling van ruimteactiviteiten te garanderen, inclusief activiteiten van de Europese commerciële sector;

31.

MEMOREERT (7) in verband met de duurzaamheid van ruimteactiviteiten zijn verzoek aan alle Europese institutionele actoren om - teneinde een onafhankelijke, betrouwbare, kosteneffectieve en betaalbare toegang tot de ruimte te behouden — het gebruik van in Europa ontwikkelde lanceersystemen als een hoge prioriteit te beschouwen en aspecten van hun mogelijke deelname aan exploitatieactiviteiten in verband met lanceerinrichtingen te verkennen;

III.   Ruimteverkenning

32.

HERINNERT aan de besprekingen op politiek niveau tussen de Europese en de internationale partners tijdens de derde Conferentie over ruimteverkenning en de eerste bijeenkomst van het internationaal platform op hoog niveau over ruimteverkenning in Lucca (Italië) op 10 november 2011 en de bij die gelegenheid afgelegde verklaring, waarin op de baten wordt gewezen van het voortzetten van een gestructureerde beleidsdialoog op hoog niveau inzake toekomstige ruimteverkenning, die mogelijke gebieden voor internationale samenwerking kan helpen aanduiden; VERWELKOMT het aanbod van de Verenigde Staten om als gastland voor de volgende dialoog te fungeren;

33.

ONDERKENT het potentieel van verkenning met robots en door mensen in een lage baan om de aarde (Low Earth Orbit — LEO) en daarbuiten, ondersteund door een internationale beleidsdialoog op regeringsniveau, dat maatschappelijke, intellectuele en economische vooruitgang en voordelen voor de burger moet opleveren. Deze omvatten het creëren van mondiale partnerschappen door het gemeenschappelijk nastreven van uitdagende en vreedzame doelstellingen, het aanmoedigen van wetenschappelijke vooruitgang, het scheppen van de voorwaarden voor toekomstige ontdekkingen; het aanpakken van de mondiale uitdagingen in de ruimte en op aarde door middel van innovatieve technologie; het inspireren van de samenleving en met name de jongere generaties door collectieve en individuele inspanningen; en het mogelijk maken van economische expansie en het scheppen van nieuwe marktkansen;

34.

VERZOEKT de Europese Commissie, het ESA en de lidstaten om op Europees niveau en met internationale partners besprekingen te voeren over een strategie voor de periode na 2020, inclusief de Europese betrokkenheid daarbij, die gestalte moet krijgen in de aanloop naar de volgende dialoogvergadering, die recht dient te doen aan de aspiraties, prioriteiten en middelen van Europa.


(1)  Doc. 7110/10.

(2)  Met name de artikelen 4 en 189.

(3)  Doc. 10085/11.

(4)  Doc. 12475/11.

(5)  PB L 287 van 4.11.2011, blz.1.

(6)  Doc. 15715/11.

(7)  Doc. 16864/10.


ADVIEZEN

De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

23.12.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 377/5


Advies van de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming betreffende het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad inzake woningkredietovereenkomsten

2011/C 377/02

DE EUROPESE TOEZICHTHOUDER VOOR GEGEVENSBESCHERMING,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 16,

Gezien het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, en met name artikelen 7 en 8,

Gezien Richtlijn 95/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 1995 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (1),

Gezien Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2000 inzake de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (2), en met name artikel 28, lid 2,

BRENGT HET VOLGENDE ADVIES UIT

1.   INLEIDING

1.

Op 31 maart 2011 heeft de Commissie een voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad inzake woningkredietovereenkomsten (hierna te noemen „het voorstel”) aangenomen.

1.1.   Raadpleging van de EDPS

2.

Dit voorstel is door de Commissie aan de EDPS toegezonden op 31 maart 2011. De EDPS beschouwt deze toezending als een verzoek om communautaire instellingen en organen te adviseren, zoals voorzien in artikel 28, lid 2 van Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2000 inzake de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (hierna te noemen „Verordening (EG) nr. 45/2001”). In een eerder stadium (3), voorafgaand aan de aanneming van het voorstel, werd de EDPS door de Commissie de gelegenheid gegeven om informele opmerkingen te maken. De EDPS is verheugd over de openheid van het proces, die in een vroeg stadium heeft bijgedragen aan een verbetering van de tekst vanuit het oogpunt van gegevensbescherming. Enkele opmerkingen zijn in het voorstel in aanmerking genomen. De EDPS is verheugd over de verwijzing naar de onderhavige raadpleging in de inleiding van het voorstel.

1.2.   Algemene achtergrond

3.

Het verantwoordelijk verstrekken van krediet wordt in het voorstel omschreven als de verantwoordelijkheid die kredietgevers en kredietbemiddelaars nemen om kredieten te verstrekken die consumenten kunnen terugbetalen en die beantwoorden aan hun behoeften en omstandigheden. Het verantwoordelijk opnemen van krediet houdt in dat consumenten relevante, volledige en accurate informatie dienen te verstrekken over hun financiële situatie en worden aangemoedigd om weldoordachte en houdbare besluiten te nemen.

4.

In het voorstel wordt een reeks factoren opgesomd die bepalend zijn voor de beslissing om een specifiek hypothecair krediet toe te staan, voor de keuze van de kredietnemer voor een bepaald hypothecair product en voor het vermogen van de kredietnemer om de lening af te lossen. Met name het economisch klimaat, informatie-asymmetrieën en belangenconflicten, lacunes en inconsistenties in de regelgeving, alsook andere factoren zoals de financiële kennis van de kredietnemer en hypothecaire financieringsstructuren, spelen een rol. Volgens het voorstel ligt onverantwoordelijk gedrag van bepaalde marktdeelnemers ten grondslag aan de financiële crisis en moet het onverantwoordelijk verstrekken en opnemen van krediet bijgevolg in het wetgevingsinitiatief worden aangepakt om te voorkomen dat zich opnieuw een financiële crisis voordoet.

5.

Derhalve zijn in het voorstel prudentiële en toezichtsvoorschriften voor kredietgevers, en rechten en plichten voor kredietnemers opgenomen, teneinde een duidelijk wettelijk kader vast te stellen dat de EU-markt voor hypothecair krediet moet behoeden voor ontwrichtende effecten als die tijdens de financiële crisis.

1.3.   Verband met het EU-stelsel voor gegevensbescherming

6.

Het voorstel omvat een beperkt aantal activiteiten die relevant zijn voor het EU-stelsel voor gegevensbescherming. Deze betreffen voornamelijk de raadpleging door kredietgevers en kredietbemiddelaars van de zogenaamde „kredietgegevensbank” om de kredietwaardigheid van consumenten te onderzoeken, en de terbeschikkingstelling van informatie door de consumenten aan kredietgevers of kredietbemiddelaars.

7.

Het doet de EDPS genoegen dat in de huidige tekst van het voorstel belangrijke verwijzingen naar de relevante regels voor gegevensbescherming zijn opgenomen. Hij wil er echter op wijzen dat nog enkele verduidelijkingen nodig zijn. Enerzijds moeten in het voorstel niet te gedetailleerde bepalingen over de naleving van de beginselen inzake gegevensbescherming worden opgenomen, aangezien deze wordt gewaarborgd door de toepasselijkheid van de nationale wetten voor de tenuitvoerlegging van Richtlijn 95/46/EG op alle verrichtingen van de gegevensverwerking. Anderzijds stelt de EDPS enkele verbeteringen in de tekst voor met als doel deze te verduidelijken en zodoende te vermijden dat criteria die de toegangsrechten tot de kredietgegevensbank bepalen in gedelegeerde wetgeving worden vastgelegd.

2.   ANALYSE VAN HET VOORSTEL

2.1.   Verwijzing naar Richtlijn 95/46/EG en de plicht om de kredietwaardigheid van consumenten te beoordelen

Overweging 30

8.

Het doet de EDPS genoegen dat in de inleiding van het voorstel voor een richtlijn de verwijzing naar Richtlijn 95/46/EG is opgenomen. In overweging 30 wordt bepaald dat Richtlijn 95/46/EG algemeen van toepassing is op de gegevensverwerking die in het kader van de beoordeling van de kredietwaardigheid van consumenten wordt uitgevoerd.

9.

Om te wijzen op het feit dat gegevensverwerking altijd moet worden uitgevoerd overeenkomstig de uitvoeringsvoorschriften en dat de diverse nationale wetten voor de tenuitvoerlegging van deze richtlijn de juiste verwijzingen zijn, zou in het voorstel echter een algemeen artikel als het volgende kunnen worden opgenomen: „Elke verwerking van persoonsgegevens in het kader van deze richtlijn moet worden uitgevoerd overeenkomstig de desbetreffende nationale wetten voor de tenuitvoerlegging van Richtlijn 95/46/EG”. Door een dergelijk artikel op te nemen kunnen de specifieke verwijzingen naar de richtlijn in artikel 15, lid 3 en artikel 16, lid 4 worden verwijderd.

Artikel 14

10.

In artikel 14 van het voorstel is een verplichting opgenomen voor kredietgevers om een grondige beoordeling van de kredietwaardigheid van consumenten uit te voeren. Deze beoordeling moet gebaseerd zijn op bepaalde criteria zoals het inkomen, de spaargelden, de schulden en andere financiële verplichtingen van de consument. Deze verplichting kan aanzienlijke gevolgen hebben voor de persoonlijke levenssfeer van personen die krediet opnemen, aangezien de aard en omvang van de gegevens die door de kredietgever kunnen worden ingezien in potentie zeer groot kunnen zijn. De EDPS is derhalve verheugd dat specificaties in de tekst zijn opgenomen ten aanzien van de beperking van mogelijkheden van de kredietgever om „noodzakelijke” informatie op te zoeken. In het artikel is in algemene zin vastgelegd dat deze informatie alleen kan worden verkregen uit „relevante interne of externe bronnen”. De EDPS is verheugd over de nadrukkelijke verwijzing naar de in artikel 6 van Richtlijn 95/46/EG vastgelegde beginselen van noodzaak en evenredigheid, maar stelt voor om meer in detail, voor zover mogelijk, te specificeren wat de bronnen zijn waaruit de informatie kan worden verkregen.

2.2.   Raadpleging van de kredietgegevensbank

11.

De kredietgegevensbank wordt eerst genoemd in overweging 27, waarin het nut ervan wordt onderstreept in de context van de beoordeling van de kredietwaardigheid en gedurende de looptijd van het krediet. In de overweging wordt tevens aangegeven dat consumenten op de hoogte moeten worden gebracht van de raadpleging van de gegevensbank en het recht moeten hebben om toegang te krijgen tot de daarin verwerkte gegevens en om deze te corrigeren, af te schermen of uit te wissen, overeenkomstig Richtlijn 95/46/EG. In artikel 14 zijn specifieke plichten voor de kredietgever opgenomen ten aanzien van een eventuele afwijzing van het verzoek om kredietverstrekking, met name indien deze afwijzing verband houdt met de raadpleging van de „kredietgegevensbank”.

12.

In artikel 16 zijn meer algemene bepalingen opgenomen die de criteria voor toegang tot gegevensbanken bepalen. Artikel 16 is zeer breed geformuleerd („Iedere lidstaat draagt er zorg voor dat op niet-discriminerende basis toegang wordt geboden tot gegevensbanken die in de lidstaat in kwestie worden gebruikt om de kredietwaardigheid […] te beoordelen en om toe te zien op het naleven van de kredietverplichtingen […]”). In de tekst wordt niet gespecificeerd of de gegevensbanken specifiek moeten worden ontworpen voor kredietwaardigheidscontroles, wie verantwoordelijk is voor de gegevensbank, welke informatie in de gegevensbank mag worden opgenomen, wat het inhoudt om „toe te zien op” de naleving van de kredietverplichtingen door consumenten, enz. De EDPS begrijpt dat kredietgegevensbanken verschillende structuren hebben en in de lidstaten binnen verschillende wettelijke kaders zijn opgericht en dat een volledige harmonisatie van de bovengenoemde criteria buiten het toepassingsgebied van de richtlijn zou vallen. Het doel van het voorstel is echter om geharmoniseerde toegangsvoorwaarden in te voeren, zodat bijvoorbeeld een kredietgever in België toegang heeft tot de krediethistorie van een consument in Italië (zelfs wanneer de Belgische en Italiaanse gegevensbanken verschillend van elkaar kunnen zijn) volgens dezelfde voorwaarden als Italiaanse kredietgevers, als de consument een hypotheek aanvraagt in België. De details van de criteria voor geharmoniseerde toegang moeten verder worden gespecificeerd in gedelegeerde handelingen van de Commissie (zie artikel 16, lid 2). De EDPS neemt tevens nota van de verwijzing naar Richtlijn 95/46/EG in artikel 16, lid 4 (4).

13.

De EDPS heeft reeds het standpunt naar voren gebracht dat maatregelen die een aanzienlijk effect hebben op de privacy van burgers, niet in gedelegeerde wetgeving mag worden geregeld. Details kunnen daarin uiteraard wel worden uitgewerkt. De belangrijkste implicaties voor de burgers moeten echter duidelijk zijn en worden vastgelegd in de wetgeving die wordt aangenomen op basis van de gewone wetgevingsprocedure. Vanuit het oogpunt van gegevensbescherming is de EDPS vooral bezorgd over de ogenschijnlijke tegenstelling tussen de algemene mogelijkheid voor (een nog niet bekend aantal) kredietgevers om de gegevensbank te raadplegen zoals vastgelegd in artikel 16, en de „zachte” verplichting in overweging 27, namelijk „Wanneer kredietgevers een kredietgegevensbank raadplegen, moeten zij consumenten vooraf daarvan op de hoogte brengen” en „consumenten moeten het recht hebben om toegang te krijgen tot de informatie […], zodat zij […] de hen betreffende, daarin verwerkte gegevens kunnen rectificeren, uitwissen of afschermen.”. De EDPS is van mening dat de concrete mogelijkheid om de rechten die de betrokkene heeft op grond van Richtlijn 95/46/EG uit te oefenen, is gekoppeld aan de mogelijkheid om de mogelijke ontvangers van de persoonsgegevens uit de kredietgegevensbank te identificeren. De doelmatigheid van de verwijzing naar de rechten die voortvloeien uit Richtlijn 95/46/EG kan daarom teniet worden gedaan door het ontbreken van de mogelijkheid voor de betrokkene om duidelijk en voorafgaand vast te stellen welke natuurlijke of rechtspersonen toegang kunnen krijgen tot de gegevensbank.

14.

Derhalve stelt de EDPS voor enkele wijzigingen in de tekst van de richtlijn aan te brengen om de hierboven omschreven tekortkomingen op te lossen. Toegang (5) tot de gegevensbank moet worden onderworpen aan de volgende voorwaarden, die moeten worden opgenomen in de tekst van artikel 16: i) vaststelling van de criteria op grond waarvan kredietgevers of kredietbemiddelaars toegang kunnen krijgen tot de gegevensbank en, met name, verduidelijking of de gegevens van een consument alleen toegankelijk moet zijn voor kredietgevers of kredietbemiddelaars die een contract met hem hebben gesloten of op zijn verzoek stappen nemen om een contractuele betrekking met hem aan te gaan (6); ii) de verplichting om de consument voorafgaand mede te delen dat een bepaalde kredietgever of kredietbemiddelaar van plan is zijn persoonsgegevens in de gegevensbank in te zien; iii) de verplichting om de consument tegelijkertijd op de hoogte te stellen van zijn of haar rechten op toegang tot de gegevens in de gegevensbank en op het rectificeren, afschermen of uitwissen ervan, overeenkomstig de beginselen van Richtlijn 95/46/EG.

15.

Na de invoering van deze algemene criteria en verplichtingen in de tekst, kunnen de specifieke bepaling in artikel 14, lid 2, onder c) en overweging 29 betreffende de verplichting om de consument ervan op de hoogte te brengen dat toegang is verkregen tot de gegevensbank in geval van afwijzing van het verzoek om kredietverstrekking, uit de tekst worden geschrapt.

3.   CONCLUSIE

16.

De EDPS is verheugd dat in het voorstel specifiek wordt verwezen naar Richtlijn 95/46/EG. Hij stelt echter enkele kleine wijzingen in de tekst voor om te verduidelijken dat de beginselen inzake gegevensbescherming van toepassing zijn op de gegevensverwerkingswerkzaamheden die binnen het kader van het voorstel vallen. Het gaat met name om de volgende wijzigingen:

teneinde beter te wijzen op het feit dat de nationale wetten voor de tenuitvoerlegging van Richtlijn 95/46/EG de juiste verwijzingen zijn en te onderstrepen dat gegevensverwerking altijd moet worden uitgevoerd overeenkomstig die wetten, stelt de EDPS voor een nieuw artikel in te voeren dat dit specifiek verwoordt. Hierdoor zouden tevens andere verwijzingen naar Richtlijn 95/46/EG uit de tekst van het voorstel kunnen worden geschrapt;

in de tekst van het voorstel kunnen de bronnen waaruit informatie over de kredietwaardigheid van de kredietnemer kan worden verkregen, meer in detail worden gespecificeerd;

in de tekst van het voorstel moeten criteria worden vastgesteld voor de mogelijkheid om de gegevensbank te raadplegen, alsmede verplichtingen om de betrokkene op de hoogte te brengen van zijn rechten voordat toegang tot de gegevensbank wordt verleend, zodat concrete en effectieve mogelijkheden voor betrokkenen worden gegarandeerd om hun rechten uit te oefenen.

Gedaan te Brussel, 25 juli 2011.

Giovanni BUTTARELLI

Europese adjunct-toezichthouder voor gegevensbescherming


(1)  PB L 281 van 23.11.1995, blz. 31 (hierna te noemen „Richtlijn 95/46/EG”).

(2)  PB L 8 van 12.1.2001, blz. 1.

(3)  In december 2010.

(4)  Het artikel „doet geen afbreuk aan de toepassing van Richtlijn 95/46/EG […]”. Zie echter bovenstaande paragraaf 9 waarin een wijziging van dit artikel wordt voorgesteld.

(5)  Deze term moet worden opgevat als toegang voor elke bevoegde kredietgever op elk mogelijk moment.

(6)  Zie artikel 7, onder b) van Richtlijn 95/46/EG.


II Mededelingen

MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

Europese Commissie

23.12.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 377/8


Goedkeuring van de steunmaatregelen van de staten krachtens de artikelen 107 en 108 VWEU

Gevallen waartegen de Commissie geen bezwaar maakt

(Voor de EER relevante tekst)

2011/C 377/03

Datum waarop het besluit is genomen

6.7.2010

Referentienummer staatssteun

N 261/09

Lidstaat

Duitsland

Regio

Mecklenburg-Vorpommern

Benaming van de steunregeling en/of naam van de begunstigde

Liebherr MCCtec Rostock GmbH

Rechtsgrondslag

Investitionszulagengesetz 2007 vom 23. Februar 2007, Investitionszulagengesetz 2010 vom 7. Dezember 2008, 36. Rahmenplan der Gemeinschaftsaufgabe „Verbesserung der regionalen Wirtschaftsstruktur“ vom 12. April 2007

Type maatregel

Individuele steun

Doelstelling

Regionale ontwikkeling, Werkgelegenheid

Vorm van de steun

Directe subsidie, Belastingvoordeel

Begrotingsmiddelen

Totaal van de voorziene steun: 22,33 miljoen EUR

Maximale steunintensiteit

17,21 %

Looptijd (periode)

2010-2015

Economische sectoren

Beperkt tot de be- en verwerkende industrie

Naam en adres van de steunverlenende autoriteit

Landesförderinstitut Mecklenburg-Vorpommern

Werkstr. 213

19061 Schwerin

DEUTSCHLAND

Finanzamt Ribnitz-Damgarten

Postfach 1061

18301 Ribnitz-Damgarten

DEUTSCHLAND

Andere informatie

De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:

http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/state_aids_texts_nl.htm

Datum waarop het besluit is genomen

22.8.2011

Referentienummer staatssteun

SA.32037 (10/N)

Lidstaat

Zweden

Regio

Västra Götalands län

Benaming van de steunregeling en/of naam van de begunstigde

Broadband development in Västra Götaland

Rechtsgrondslag

Lagen (2010:630) om regionalt utvecklingsansvar i vissa län, förordning (2007:713) om regionalt tillväxtarbete och Kommunallagen (1991:900).

Type maatregel

Steunregeling

Doelstelling

Regionale ontwikkeling

Vorm van de steun

Directe subsidie

Begrotingsmiddelen

Totaal van de voorziene steun: 350 miljoen SEK

Maximale steunintensiteit

Looptijd (periode)

tot 2014

Economische sectoren

Beperkt tot de post- en telecommunicatiediensten

Naam en adres van de steunverlenende autoriteit

Västra Götalandsregionen

Box 1091

SE-405 23 Göteborg

SVERIGE

Andere informatie

De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:

http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/state_aids_texts_nl.htm

Datum waarop het besluit is genomen

8.11.2011

Referentienummer staatssteun

SA.33076 (11/N)

Lidstaat

Spanje

Regio

Pais Vasco

Benaming van de steunregeling en/of naam van de begunstigde

Régimen de ayudas a la creación, desarrollo y producción audiovisual en el País Vasco

Rechtsgrondslag

Orden de 25 de mayo de 2011, de la Consejera de Cultura de País Vasco, por la que se convoca la concesión de ayudas a la creación, desarrollo y producción audiovisual.

Type maatregel

Steunregeling

Doelstelling

Cultuurbevordering, Sectorale ontwikkeling

Vorm van de steun

Directe subsidie

Begrotingsmiddelen

 

Voorziene jaarlijkse uitgaven: 3,02 miljoen EUR

 

Totaal van de voorziene steun: 3,02 miljoen EUR

Maximale steunintensiteit

50 %

Looptijd (periode)

1.4.2011-31.3.2012

Economische sectoren

Beperkt tot de media

Naam en adres van de steunverlenende autoriteit

Dirección de Promoción de la Cultura

Departamento de Cultura

Gobierno Vasco

C/ Donostia-San Sebastián, 1

01010 Vitoria-Gasteiz

ESPAÑA

Andere informatie

De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:

http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/state_aids_texts_nl.htm

Datum waarop het besluit is genomen

8.11.2011

Referentienummer staatssteun

SA.33077 (11/N)

Lidstaat

Verenigd Koninkrijk

Regio

North East

Benaming van de steunregeling en/of naam van de begunstigde

Northumberland Uplands Rural Community Broadband

Rechtsgrondslag

Local Government Act 2003

Type maatregel

Individuele steun

Doelstelling

Sectorale ontwikkeling, Regionale ontwikkeling

Vorm van de steun

Directe subsidie

Begrotingsmiddelen

 

Voorziene jaarlijkse uitgaven: 0,5 miljoen GBP

 

Totaal van de voorziene steun: 0,5 miljoen GBP

Maximale steunintensiteit

70 %

Looptijd (periode)

1.11.2011-1.4.2012

Economische sectoren

Beperkt tot de post- en telecommunicatiediensten

Naam en adres van de steunverlenende autoriteit

Northumberland County Council

Regeneration Programmes & Funding Team

County Hall

Morpeth

NE61 2EF

UNITED KINGDOM

Andere informatie

De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:

http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/state_aids_texts_nl.htm

Datum waarop het besluit is genomen

25.7.2011

Referentienummer staatssteun

SA.33221 (11/N)

Lidstaat

Zweden

Regio

Benaming van de steunregeling en/of naam van de begunstigde

Amendment of the State aid broadband scheme within the framework of the rural development program (modification of N 30/10).

Rechtsgrondslag

Förordning om ändring i förordningen (2007:481) om stöd för landsbygdsutvecklingsåtgärder

Type maatregel

Steunregeling

Doelstelling

Regionale ontwikkeling

Vorm van de steun

Directe subsidie

Begrotingsmiddelen

Totaal van de voorziene steun: 453 miljoen SEK

Maximale steunintensiteit

Looptijd (periode)

2010-2013

Economische sectoren

Beperkt tot de post- en telecommunicatiediensten

Naam en adres van de steunverlenende autoriteit

Länsstyrelserna i respektive län, Sametinget

Andere informatie

De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:

http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/state_aids_texts_nl.htm

Datum waarop het besluit is genomen

8.11.2011

Referentienummer staatssteun

SA.33241 (11/N)

Lidstaat

Cyprus

Regio

Benaming van de steunregeling en/of naam van de begunstigde

Κρατική ενίσχυση προς το Μέγαρο Πολιτισμού Κύπρου

Rechtsgrondslag

Απόφαση του υπουργικού συμβουλίου της Δημοκρατίας της Κύπρου αριθ. 64.387 της 27ης Σεπτεμβρίου 2006 και Απόφαση του υπουργικού συμβουλίου της Δημοκρατίας της Κύπρου αριθ. 35/2011 της 10ης Ιανουαρίου 2011

Type maatregel

Individuele steun

Doelstelling

Cultuurbevordering

Vorm van de steun

Directe subsidie

Begrotingsmiddelen

Totaal van de voorziene steun: 140,18 miljoen EUR

Maximale steunintensiteit

100 %

Looptijd (periode)

2011-2024

Economische sectoren

Beperkt tot recreatie, cultuur en sport

Naam en adres van de steunverlenende autoriteit

Υπουργείο Παιδείας και Πολιτισμού της Κύπρου — Ιφηγενίας 27 Λευκωσία

Andere informatie

De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:

http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/state_aids_texts_nl.htm


23.12.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 377/13


Goedkeuring van de steunmaatregelen van de staten krachtens de artikelen 107 en 108 VWEU

Gevallen waartegen de Commissie geen bezwaar maakt

(Voor de EER relevante tekst, behalve voor de producten die onder bijlage I van het Verdrag vallen)

2011/C 377/04

Datum waarop het besluit is genomen

11.11.2011

Referentienummer staatssteun

SA.33043 (11/N)

Lidstaat

Nederland

Regio

Benaming van de steunregeling en/of naam van de begunstigde

Flexibele afschrijving milieu-investeringen (VAMIL) — konijnenstallen

Rechtsgrondslag

Wet inkomstenbelasting 2001, artikelen 3.30a, eerste lid, en 3.31 (Wet werken aan winst, artikel I, onderdeel D en Da); Aanwijzingsregeling willekeurige afschrijving en investeringsaftrek milieu-investeringen 2009, artikel 1 en bijlage

Type maatregel

Regeling

Doelstelling

Investeringen in landbouwbedrijven

Vorm van de steun

Versmalling belastinggrondslag

Begrotingsmiddelen

 

Totaalbudget: 0,60 EUR (in miljoen)

 

Jaarbudget: 0,15 EUR (in miljoen)

Maximale steunintensiteit

18,80 %

Looptijd (periode)

tot 31.12.2014

Economische sectoren

Veeteelt

Naam en adres van de steunverlenende autoriteit

Ministerie van Financiën

Postbus 20201

2500 EE Den Haag

NEDERLAND

Andere informatie

De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:

http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/state_aids_texts_nl.htm

Datum waarop het besluit is genomen

31.10.2011

Referentienummer staatssteun

SA.33157 (11/N)

Lidstaat

Bulgarije

Regio

Bulgaria

Benaming van de steunregeling en/of naam van de begunstigde

Помощ за инвестиции в земеделски стопанства чрез преотстъпване на корпоративен данък

Rechtsgrondslag

Чл. 189б от Закона за корпоративно подоходно облагане,

Чл. 48, ал. 6—7 от Закон за данъците върху доходите на физическите лица

Type maatregel

Regeling

Doelstelling

Investeringen in landbouwbedrijven

Vorm van de steun

Belastingvermindering

Begrotingsmiddelen

Totaalbudget: 132,02 BGN (in miljoen)

Maximale steunintensiteit

50 %

Looptijd (periode)

tot 31.12.2013

Economische sectoren

Landbouw, bosbouw en visserij

Naam en adres van de steunverlenende autoriteit

Национална агенция за приходите

бул. Княз Дондуков № 52

1000 София/Sofia

БЪЛГАРИЯ/BULGARIA

Andere informatie

De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:

http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/state_aids_texts_nl.htm

Datum waarop het besluit is genomen

18.11.2011

Referentienummer staatssteun

SA.33372 (11/N)

Lidstaat

Duitsland

Regio

Saarland

Benaming van de steunregeling en/of naam van de begunstigde

Förderung der Erhaltung von genetischen Ressourcen in der Landwirtschaft (Erhaltung genetischer Ressourcen EGR)

Rechtsgrondslag

Gesetz über die Gemeinschaftsaufgabe „Verbesserung der Agrarstruktur und des Küstenschutzes“ (GAK) vom 21. Juli 1988 (BGBl. I S. 1055) in der jeweils geltenden Fassung in Verbindung mit dem jeweiligen vom Planungsausschuss der Gemein-schaftsaufgabe „Verbesserung der Agrarstruktur und des Küstenschutzes“ beschlossenen Rahmenplan, hier: Grundsätze für die Förderung der Erhaltung genetischer Ressourcen in der Landwirtschaft;

Verwaltungsvorschrift Förderung der Erhaltung genetischer Ressourcen in der Landwirtschaft (Erhaltung genetischer Ressourcen — EGR);

§§ 23 und 44 der Landeshaushaltsordnung (LHO);

Verwaltungsvorschrift über den Vollzug der Landeshaushaltsordnung (VV-LHO) in der jeweils geltenden Fassung.

Type maatregel

Regeling

Doelstelling

Agromilieuverbintenissen

Vorm van de steun

Rechtstreekse subsidie

Begrotingsmiddelen

Totaalbudget: 0,09 EUR (in miljoen)

Maximale steunintensiteit

90 %

Looptijd (periode)

tot 31.12.2013

Economische sectoren

Landbouw, bosbouw en visserij

Naam en adres van de steunverlenende autoriteit

Ministerium für Wirtschaft und Wissenschaft

Franz-Josef-Röder-Str. 17

66119 Saarbrücken

DEUTSCHLAND

Andere informatie

De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:

http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/state_aids_texts_nl.htm

Datum waarop het besluit is genomen

18.11.2011

Referentienummer staatssteun

SA.33429 (11/N)

Lidstaat

Roemenië

Regio

România

Benaming van de steunregeling en/of naam van de begunstigde

Acordarea unui ajutor de stat producătorilor de cartofi afectați de organismele de carantină dăunătoare culturii cartofului

Rechtsgrondslag

Proiect de Hotărâre de Guvern privind Normele metodologice de acordare a ajutoarelor de stat producătorilor de cartofi afectați de organismele de carantină dăunătoare culturii cartofului;

Ordonanța Guvernului nr. 14/2010 privind măsuri financiare pentru reglementarea ajutoarelor de stat acordate producătorilor agricoli, începând cu anul 2010, aprobată cu modificări și completări prin Legea nr. 74/2010.

Type maatregel

Regeling

Doelstelling

Plantenziekten

Vorm van de steun

Rechtstreekse subsidie

Begrotingsmiddelen

Totaalbudget: 27,30 RON (in miljoen)

Maximale steunintensiteit

100 %

Looptijd (periode)

tot 31.12.2013

Economische sectoren

Teelt van gewassen, veeteelt, jacht en diensten in verband met deze activiteiten

Naam en adres van de steunverlenende autoriteit

Ministerul Agriculturii și Dezvoltării Rurale

Bd. Carol I nr. 24, sector 3

București

ROMÂNIA

Andere informatie

De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:

http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/state_aids_texts_nl.htm

Datum waarop het besluit is genomen

21.11.2011

Referentienummer staatssteun

SA.33800 (11/N)

Lidstaat

Spanje

Regio

Benaming van de steunregeling en/of naam van de begunstigde

Aides aux groupements de producteurs dans les secteurs ovin et caprin

Rechtsgrondslag

Real Decreto 104/2008, de 1 de febrero, por el que se establecen las bases reguladoras para la concesión de las subvenciones a las agrupaciones de productores en los sectores ovino y caprino

Type maatregel

Regeling

Doelstelling

Oprichting van producentengroeperingen, Investeringen in landbouwbedrijven

Vorm van de steun

Rechtstreekse subsidie

Begrotingsmiddelen

 

Totaalbudget: 20 EUR (in miljoen)

 

Jaarbudget: 20 EUR (in miljoen)

Maximale steunintensiteit

50 %

Looptijd (periode)

1.1.2012-31.12.2012

Economische sectoren

Fokken van schapen en geiten

Naam en adres van de steunverlenende autoriteit

Ministerio de Medio Ambiente, y Medio Rural y Marino

Alfonso XIII, 62

28071 Madrid

ESPAÑA

Andere informatie

De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:

http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/state_aids_texts_nl.htm


IV Informatie

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

Raad

23.12.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 377/17


Kennisgeving aan de personen, groepen en entiteiten die zijn geplaatst op de lijst bedoeld in artikel 2, lid 3, van Verordening (EG) nr. 2580/2001 van de Raad inzake specifieke beperkende maatregelen tegen bepaalde personen en entiteiten met het oog op de strijd tegen het terrorisme

(Zie bijlage bij Verordening (EU) nr. 1375/2011 van de Raad)

2011/C 377/05

De volgende informatie wordt ter kennis gebracht van de personen, groepen en entiteiten die op de lijst in de bijlage bij Verordening (EU) nr. 1375/2011 van de Raad zijn geplaatst (1).

De Raad van de Europese Unie heeft vastgesteld dat de redenen voor de plaatsing van de personen, groepen en entiteiten op de bovengenoemde lijst van personen, groepen en entiteiten waarvoor de beperkende maatregelen gelden als bepaald bij Verordening (EG) nr. 2580/2001 van de Raad van 27 december 2001 inzake specifieke beperkende maatregelen tegen bepaalde personen en entiteiten met het oog op de strijd tegen het terrorisme (2) nog altijd geldig zijn. De Raad heeft derhalve besloten om die personen, groepen en entiteiten op de lijst te handhaven.

In Verordening (EG) nr. 2580/2001 van 27 december 2001 is bepaald dat alle tegoeden, andere financiële activa en economische middelen die in het bezit zijn van de betrokken personen, groepen en entiteiten worden bevroren, en dat aan deze personen, groepen en entiteiten noch direct, noch indirect tegoeden, andere financiële activa of economische middelen ter beschikking mogen worden gesteld.

De betrokken personen, groepen en entiteiten worden erop geattendeerd dat zij een verzoek tot de in de bijlage bij de verordening opgenomen bevoegde instanties van de lidstaat of lidstaten kunnen richten om een machtiging te verkrijgen om bevroren tegoeden te gebruiken voor essentiële behoeften of specifieke betalingen (zie artikel 5, lid 2, van de verordening). Een bijgewerkte lijst van de bevoegde instanties is te vinden op het volgende internetadres:

http://ec.europa.eu/comm/external_relations/cfsp/sanctions/measures.htm

De betrokken personen, groepen en entiteiten kunnen de Raad verzoeken zijn motivering voor hun handhaving op de bovengenoemde lijst aan hen mede te delen (voor zover deze niet reeds aan hen is medegedeeld): dat verzoek dient te worden gericht aan het volgende adres:

Raad van de Europese Unie

(t.a.v.: CP 931 designations)

Wetstraat 175

1048 Brussel

BELGIË

De betrokken personen, groepen en entiteiten kunnen te allen tijde, onder overlegging van eventuele bewijsstukken, de Raad verzoeken het besluit om hen op bovengenoemde lijst te plaatsen, te heroverwegen; dat verzoek dient aan bovengenoemd adres te worden gericht. Dergelijke verzoeken zullen worden behandeld wanneer zij worden ontvangen. In dat verband worden de betrokken personen, groepen en entiteiten geattendeerd op de regelmatige evaluatie van de lijst door de Raad overeenkomstig artikel 1, lid 6, van Gemeenschappelijk Standpunt 2001/931/GBVB. Om bij de volgende evaluatie te kunnen worden behandeld, dienen verzoeken vóór 29 februari 2012 te worden ingediend.

U wordt tevens geattendeerd op de mogelijkheid om tegen de verordening van de Raad beroep in te stellen voor het Gerecht van de Europese Unie, conform de voorwaarden van artikel 263, vierde en zesde alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.


(1)  PB L 343 van 23.12.2011, blz. 10.

(2)  PB L 344 van 28.12.2001, blz. 70.


Europese Commissie

23.12.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 377/19


Wisselkoersen van de euro (1)

22 december 2011

2011/C 377/06

1 euro =


 

Munteenheid

Koers

USD

US-dollar

1,3047

JPY

Japanse yen

101,93

DKK

Deense kroon

7,4336

GBP

Pond sterling

0,83250

SEK

Zweedse kroon

8,9952

CHF

Zwitserse frank

1,2232

ISK

IJslandse kroon

 

NOK

Noorse kroon

7,7640

BGN

Bulgaarse lev

1,9558

CZK

Tsjechische koruna

25,625

HUF

Hongaarse forint

306,45

LTL

Litouwse litas

3,4528

LVL

Letlandse lat

0,6965

PLN

Poolse zloty

4,4352

RON

Roemeense leu

4,3000

TRY

Turkse lira

2,4650

AUD

Australische dollar

1,2878

CAD

Canadese dollar

1,3369

HKD

Hongkongse dollar

10,1523

NZD

Nieuw-Zeelandse dollar

1,6888

SGD

Singaporese dollar

1,6884

KRW

Zuid-Koreaanse won

1 509,47

ZAR

Zuid-Afrikaanse rand

10,6521

CNY

Chinese yuan renminbi

8,2705

HRK

Kroatische kuna

7,5156

IDR

Indonesische roepia

11 820,58

MYR

Maleisische ringgit

4,1261

PHP

Filipijnse peso

56,989

RUB

Russische roebel

41,0980

THB

Thaise baht

40,785

BRL

Braziliaanse real

2,4218

MXN

Mexicaanse peso

17,9918

INR

Indiase roepie

68,6660


(1)  Bron: door de Europese Centrale Bank gepubliceerde referentiekoers.