ISSN 1725-2474

doi:10.3000/17252474.C_2010.342.nld

Publicatieblad

van de Europese Unie

C 342

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Mededelingen en bekendmakingen

53e jaargang
16 december 2010


Nummer

Inhoud

Bladzijde

 

IV   Informatie

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

 

Rekenkamer

2010/C 342/01

Verslag over de jaarrekening van de gemeenschappelijke onderneming Artemis betreffende het per 31 december 2009 afgesloten begrotingsjaar, vergezeld van de antwoorden van de gemeenschappelijke onderneming

1

2010/C 342/02

Verslag over de jaarrekening van de gemeenschappelijke onderneming Clean Sky betreffende het per 31 december 2009 afgesloten begrotingsjaar, vergezeld van de antwoorden van de gemeenschappelijke onderneming

7

2010/C 342/03

Verslag over de jaarrekening van de gemeenschappelijke onderneming voor het initiatief inzake innovatieve geneesmiddelen betreffende het per 31 december 2009 afgesloten begrotingsjaar, vergezeld van de antwoorden van de gemeenschappelijke onderneming

15

2010/C 342/04

Verslag over de jaarrekening van de Europese gemeenschappelijke onderneming voor ITER en de ontwikkeling van fusie-energie betreffende het per 31 december 2009 afgesloten begrotingsjaar, vergezeld van de antwoorden van de gemeenschappelijke onderneming

22

2010/C 342/05

Verslag over de jaarrekening van de gemeenschappelijke onderneming SESAR betreffende het per 31 december 2009 afgesloten begrotingsjaar, vergezeld van de antwoorden van de gemeenschappelijke onderneming

30

NL

 


IV Informatie

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

Rekenkamer

16.12.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 342/1


VERSLAG

over de jaarrekening van de gemeenschappelijke onderneming Artemis betreffende het per 31 december 2009 afgesloten begrotingsjaar, vergezeld van de antwoorden van de gemeenschappelijke onderneming

2010/C 342/01

INHOUD

 

Paragraaf

Bladzijde

INLEIDING …

1-5

2

BETROUWBAARHEIDSVERKLARING …

6-15

2

OPMERKINGEN OVER HET BUDGETTAIR EN FINANCIEEL BEHEER …

16-19

3

ANDERE AANGELEGENHEDEN …

20-25

3

Tabel …

4

Antwoorden van de gemeenschappelijke onderneming

6

INLEIDING

1.

De gemeenschappelijke onderneming Artemis, gevestigd te Brussel, werd in december 2007 (1) opgericht voor een periode van 10 jaar.

2.

De oprichtende leden van de gemeenschappelijke onderneming Artemis zijn de Europese Unie, vertegenwoordigd door de Commissie, België, Denemarken, Duitsland, Estland, Ierland, Griekenland, Spanje, Frankrijk, Italië, Hongarije, Nederland, Oostenrijk, Portugal, Roemenië, Slovenië, Finland, Zweden, het Verenigd Koninkrijk en Artemisia, een vereniging die optreedt als vertegenwoordiger van ondernemingen en andere onderzoeksorganisaties die actief zijn op het gebied van ingebedde computersystemen in Europa. Eind 2009 waren ook Cyprus, de Tsjechische Republiek, Letland en Noorwegen lid van de gemeenschappelijke onderneming.

3.

De voornaamste doelstelling van de gemeenschappelijke onderneming is het vaststellen en ten uitvoer leggen van een „onderzoeksagenda” voor de ontwikkeling van cruciale technologieën voor ingebedde computersystemen voor verschillende toepassingsgebieden, teneinde het Europese concurrentievermogen en de duurzaamheid van de economie te versterken en het ontstaan van nieuwe markten en maatschappelijke toepassingen te bevorderen (zie de tabel).

4.

De maximale EU-bijdrage in de gemeenschappelijke onderneming Artemis ter dekking van de bedrijfskosten en onderzoeksactiviteiten bedraagt 420 miljoen euro en wordt betaald uit de kredieten van het zevende kaderprogramma voor onderzoek. De vereniging Artemisia betaalt een maximale bijdrage van 30 miljoen euro voor de bedrijfskosten. De lidstaten van Artemis betalen bijdragen in natura voor de bedrijfskosten (door het bevorderen van de uitvoering van projecten) alsook financiële bijdragen die ten minste 1,8 maal de EU-bijdrage belopen. Bijdragen in natura worden ook betaald door de onderzoeksorganisaties die deelnemen aan projecten.

5.

De gemeenschappelijke onderneming werd autonoom op 26 oktober 2009.

15.

De hierna volgende opmerkingen doen niets af aan het oordeel van de Rekenkamer.

OPMERKINGEN OVER HET BUDGETTAIR EN FINANCIEEL BEHEER

Begrotingsuitvoering

16.

De definitieve begroting omvatte 46 miljoen euro aan vastleggingskredieten en 8 miljoen euro aan betalingskredieten. De bestedingsgraad bedroeg 81 % voor de vastleggingskredieten en 20 % voor de betalingskredieten. De betrekkelijk lage bestedingsgraad bij de betalingskredieten weerspiegelt het feit dat het onderzoekprogramma van Artemis nog in de aanloopfase is.

Presentatie van de rekeningen: bijdragen van de leden

17.

De Rekenkamer merkt op dat de activiteiten van gemeenschappelijke EU-ondernemingen worden gefinancierd uit bijdragen van hun leden, en dat de gemeenschappelijke ondernemingen geen eigen kapitaal hebben. De Rekenkamer deed de aanbeveling dit specifieke kenmerk van gemeenschappelijke ondernemingen duidelijk te laten blijken in de rekeningen.

18.

De Rekenkamer is dan ook ingenomen met het feit dat de bijdragen van de leden in overeenstemming met EU-boekhoudregel 1 (groepsboekhouding) onder de nettoactiva op de balans van de gemeenschappelijke onderneming verschijnen, en dat de toelichting bij de rekeningen nadere informatie over de aard van de bijdragen verschaft.

19.

De Rekenkamer is van oordeel dat de presentatie van de bijdragen van de leden in de rekeningen van de gemeenschappelijke ondernemingen zoveel mogelijk geharmoniseerd dient te worden en stelt vast dat de Commissie voornemens is gedetailleerde richtsnoeren ter zake aan de gemeenschappelijke ondernemingen te verstrekken.

ANDERE AANGELEGENHEDEN

Internecontrolesystemen

20.

De gemeenschappelijke onderneming is nog in de aanloopfase en heeft in 2009 haar interne controles en haar financiële-informatiesysteem niet volledig ingevoerd. Aan het eind van het jaar waren de onderliggende bedrijfsprocessen nog niet geformaliseerd en evenmin gevalideerd door de rekenplichtige, zoals de financiële regeling van de gemeenschappelijke onderneming voorschrijft.

21.

Met name moet verder worden gewerkt aan de documentatie van IT-processen en -activiteiten en aan het in kaart brengen van IT-risico’s. De gemeenschappelijke onderneming heeft in 2009 ook geen plan voor bedrijfscontinuïteit en geen beleid inzake gegevensbescherming ontwikkeld.

Ontbrekende overeenkomst met het gastland

22.

Artikel 17 van Verordening (EG) nr. 74/2008 van de Raad betreffende de oprichting van de gemeenschappelijke onderneming Artemis bepaalt dat tussen de gemeenschappelijke onderneming Artemis en België een gastheerschapsovereenkomst moet worden gesloten betreffende kantoorruimte, voorrechten en immuniteiten en andere ondersteunende maatregelen die door België aan de gemeenschappelijke onderneming Artemis worden verstrekt. Eind 2009 was zo’n overeenkomst echter nog niet gesloten.

Interne-auditfunctie en dienst Interne audit van de Commissie

23.

Artikel 73 van de financiële regeling van de gemeenschappelijke onderneming bepaalt dat deze moet beschikken over een interne-auditfunctie die moet voldoen aan de relevante internationale standaarden. Eind 2009 was dit belangrijke onderdeel van het internecontrolesysteem echter nog niet ingevoerd.

24.

Overeenkomstig de opvattingen die zijn verwoord in haar adviezen nr. 4/2008 over het financieel reglement van de gemeenschappelijke onderneming voor fusie-energie en nr. 2/2010 over de financiële regeling van de gemeenschappelijke onderneming SESAR is de Rekenkamer van oordeel dat de huidige bepaling in de statuten van de gemeenschappelijke onderneming betreffende de rol van de interne auditor van de Commissie verduidelijkt dient te worden.

25.

Artikel 10 van de statuten van de gemeenschappelijke onderneming Artemis bepaalt dat de taken van de interne auditor van de Commissie zullen worden uitgevoerd onder de verantwoordelijkheid van de raad van bestuur van de gemeenschappelijke onderneming. Een dergelijke regeling is geschikt voor de interne-auditfunctie binnen de gemeenschappelijke onderneming, maar niet voor de interne auditor van de Commissie, wiens verantwoordelijkheden betrekking hebben op de algemene EU-begroting als geheel.

Dit verslag werd door kamer II onder voorzitterschap van de heer Morten LEVYSOHN, lid van de Rekenkamer, te Luxemburg vastgesteld op haar vergadering van 20 oktober 2010.

Voor de Rekenkamer

Vítor Manuel da SILVA CALDEIRA

President

Tabel

Gemeenschappelijke onderneming Artemis (Brussel)

Bevoegdheden van de Unie volgens het Verdrag

Bevoegdheden van de gemeenschappelijke onderneming zoals omschreven in Verordening (EG) nr. 74/2008 van de Raad

Organisatie

In 2009 ter beschikking van de gemeenschappelijke onderneming gestelde middelen

Voornaamste resultaten in 2009

Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie

Artikel 187

(oud artikel 171 VEG)

De Unie kan gemeenschappelijke ondernemingen of andere structuren in het leven roepen die noodzakelijk zijn voor de goede uitvoering van programma’s voor onderzoek en technologische ontwikkeling en demonstratie in de Unie.

Doelstellingen

De gemeenschappelijke onderneming Artemis draagt bij tot de uitvoering van het zevende kaderprogramma en het thema „Informatie- en communicatie-technologieën” van het specifiek programma „Samenwerking”. Zij zal met name:

a)

een „onderzoeksagenda” vaststellen en ten uitvoer leggen voor de ontwikkeling van cruciale technologieën voor ingebedde computersystemen voor verschillende toepassingsgebieden, teneinde het Europese concurrentievermogen en de duurzaamheid van de economie te versterken en het ontstaan van nieuwe markten en maatschappelijke toepassingen te bevorderen. Activiteiten voor de tenuitvoerlegging van de onderzoeksagenda worden hierna „O&O-activiteiten” genoemd;

b)

de tenuitvoerlegging ondersteunen van de O&O-activiteiten, met name door financiering toe te kennen aan deelnemers in aan de hand van vergelijkende uitnodigingen tot het indienen van voorstellen geselecteerde projecten;

c)

een publiek-privaat partnerschap bevorderen dat gericht is op het mobiliseren en samenbrengen van uniale, nationale en particuliere inspanningen, waardoor de totale investeringen voor onderzoek en ontwikkeling op het gebied van ingebedde computersystemen worden verhoogd en de samenwerking tussen de publieke en particuliere sectoren wordt versterkt;

d)

de synergie en coördinatie bewerkstelligen van de Europese O&O-inspanningen op het gebied van ingebedde computersystemen, inclusief — wanneer een toegevoegde waarde tot stand kan worden gebracht — de geleidelijke integratie in de gemeenschappelijke onderneming Artemis van verwante activiteiten op dit gebied die momenteel worden uitgevoerd in het kader van intergouvernementele stelsels voor onderzoek en ontwikkeling (Eureka);

e)

overeenkomstig de doelstellingen van het kaderprogramma de betrokkenheid van het MKB bij haar activiteiten bevorderen.

Taken

a)

zorgen voor het opzetten en op een duurzame wijze beheren van het GTI inzake ingebedde computersystemen;

b)

vastleggen en zo nodig wijzigen van het strategisch meerjarenplan, inclusief de onderzoeksagenda, bedoeld in artikel 19, lid 1;

c)

vastleggen en ten uitvoer leggen van de in artikel 19, lid 3, bedoelde jaarlijkse plannen voor de uitvoering van het strategisch meerjarenplan bedoeld in artikel 19, lid 1;

d)

uitnodigingen tot het indienen van voorstellen uitschrijven, projectvoorstellen evalueren en subsidies toekennen op basis van open, transparante en doeltreffende procedures, binnen de grenzen van de beschikbare middelen;

e)

ontwikkelen van nauwe samenwerking en zorgen voor coördinatie met Europese activiteiten, met name het kaderprogramma, nationale en transnationale activiteiten, organisaties en betrokken partijen met het doel een vruchtbare innovatie-omgeving in Europa en betere synergieën en exploitatie van onderzoeks- en ontwikkelingsresultaten op het gebied van ingebedde computersystemen tot stand te brengen;

f)

bewaken van de voortgang bij de verwezenlijking van de doelstellingen van de gemeenschappelijke onderneming Artemis;

g)

uitvoeren van communicatie- en verspreidingsactiviteiten;

h)

publiceren van informatie over de projecten, met inbegrip van de naam van de deelnemers en de hoogte van de financiële bijdrage van de gemeenschappelijke onderneming Artemis per deelnemer;

i)

uitvoeren van alle andere activiteiten die nodig zijn om de in artikel 2 van de verordening genoemde doelstellingen te bereiken.

De organen van de gemeenschappelijke onderneming Artemis zijn:

de raad van bestuur;

de uitvoerend directeur;

de raad van openbare instanties;

het Comité Industrie en onderzoek.

1.   Raad van bestuur

De raad van bestuur heeft de eindverantwoordelijkheid voor de werkzaamheden van de gemeenschappelijke onderneming Artemis en houdt toezicht op de tenuitvoerlegging van haar activiteiten.

2.   Uitvoerend directeur

De uitvoerend directeur is als hoogste uitvoerende functionaris belast met het dagelijks beheer van de gemeenschappelijke onderneming Artemis overeenkomstig de besluiten van de raad van bestuur en is de wettige vertegenwoordiger ervan. Hij voert zijn taken volledig onafhankelijk uit en is verantwoording verschuldigd aan de raad van bestuur. De uitvoerend directeur oefent met betrekking tot het personeel de in artikel 7, lid 2, van de verordening vermelde bevoegdheden uit.

3.   Raad van openbare instanties:

a)

waakt erover dat de beginselen van eerlijkheid en transparantie naar behoren worden nagekomen bij de toewijzing van publieke middelen aan deelnemers in projecten;

b)

bespreekt het in artikel 19, lid 2, bedoelde jaarlijkse werkprogramma en stelt het vast, op voorstel van het Comité Industrie en onderzoek, met inbegrip van de middelen die beschikbaar zijn voor de uitnodigingen tot het indienen van voorstellen;

c)

neemt het reglement van orde aan voor uitnodigingen tot het indienen van voorstellen, voor de evaluatie en selectie van voorstellen en voor de monitoring van de projecten;

d)

neemt, op voorstel van de vertegenwoordiger van de Unie, een besluit over de financiële bijdrage van de gemeenschappelijke onderneming Artemis aan de begroting voor uitnodigingen tot het indienen van voorstellen;

e)

keurt het toepassingsgebied en de lancering van uitnodigingen tot het indienen van voorstellen goed;

f)

beslist op basis van uitnodigingen tot het indienen van voorstellen over de selectie van projectvoorstellen die in aanmerking komen voor overheidsfinanciering;

g)

neemt, op voorstel van de vertegenwoordiger van de Unie, een besluit over het percentage van de in artikel 13, lid 6, onder a), bedoelde financiële bijdrage van de gemeenschappelijke onderneming Artemis voor deelnemers aan projecten die in een bepaald jaar op basis van uitnodigingen tot het indienen van voorstellen zijn geselecteerd;

h)

stelt zijn reglement van orde vast overeenkomstig lid 3.

4.   Comité Industrie en onderzoek:

a)

werkt een ontwerp van het in artikel 19, lid 1, bedoelde strategische meerjarenplan uit, inclusief de vaststelling en actualisering van de onderzoeksagenda, en dient dit plan ter goedkeuring in bij de raad van bestuur;

b)

werkt een ontwerp van het in artikel 19, lid 2, bedoelde jaarlijkse werkprogramma uit, inclusief voorstellen voor de inhoud van door de gemeenschappelijke onderneming Artemis te publiceren uitnodigingen tot het indienen van voorstellen;

c)

werkt voorstellen uit met betrekking tot de technologische, onderzoeks- en innovatiestrategie van de gemeenschappelijke onderneming Artemis;

d)

werkt voorstellen uit voor activiteiten voor de totstandbrenging van open innovatie-omgevingen, de bevordering van de deelname van kleine en middelgrote ondernemingen, de uitwerking van normen op een transparante wijze en openstaand voor deelname, de internationale samenwerking, de verspreiding van resultaten en de public relations;

e)

adviseert de andere organen over alle kwesties die verband houden met de planning van onderzoeks- en ontwikkelingsprogramma’s, het bevorderen van partnerships en het mobiliseren van middelen in Europa met het oog op het verwezenlijken van de doelstellingen van de gemeenschappelijke onderneming Artemis;

f)

wijst waar dat nodig is werkgroepen aan, onder de algemene coördinatie van één of meer leden van het comité, met het oog op de verwezenlijking van bovengenoemde taken;

g)

stelt zijn reglement van orde vast overeenkomstig lid 3.

5.   Externe controle

Rekenkamer

6.   Kwijtingverlenende autoriteit

Parlement, op aanbeveling van de Raad

Begroting

7,97 miljoen euro, voor 100 % EU-bijdrage

Personeelsbestand per 31 december 2009

10 posten opgenomen in de lijst van het aantal ambten, waarvan 9 bezet per 31 december 2009.

Totaal aantal personeels-leden: 9

7 tijdelijke ambtenaren (AD),

2 arbeids-contractanten (administratief assistent).

autonomie verleend door de Commissie op 26 oktober 2009;

publicatie van de tweede uitnodiging tot het indienen van voorstellen;

bespreking en start van de O&O-projecten van de tweede uitnodiging;

monitoring en beoordeling van de projecten van de eerste uitnodiging;

ondertekening van de algemene financieringsovereenkomst met de diensten van de Commissie;

6 overeenkomsten op dienstniveau met de diensten van de Commissie ondertekend.

Bron: Door de gemeenschappelijke onderneming verstrekte gegevens.

ANTWOORDEN VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE ONDERNEMING

Internecontrolesystemen

Paragraaf 20

De uitvoerend directeur heeft beslist de resterende 15 normen voor interne controle (één was er al goedgekeurd) in twee fases door te voeren. Een eerste fase is door de raad van bestuur goedgekeurd op 23 maart 2010. De overige normen heeft de raad van bestuur goedgekeurd op 22 september 2010.

Paragraaf 21

De gemeenschappelijke onderneming Artemis neemt nota van de opmerkingen van de Rekenkamer. Omdat zij echter tijdelijk is ondergebracht in lokalen van de Commissie, hangt zij af van de IT-infrastructuur die de Commissie haar ter beschikking stelt. De gemeenschappelijke onderneming Artemis heeft een procedure lopen voor de keuze van haar definitieve onderkomen. Zodra die procedure is afgerond, zal zij zelf kunnen instaan voor haar eigen IT-infrastructuur en zal zij rekening houden met de punten die de Rekenkamer naar voren heeft gebracht.

Ontbrekende overeenkomst met het gastland

Paragraaf 22

De gemeenschappelijke onderneming Artemis blijft samenwerken om de bepalingen van een gastheerschapsovereenkomst uit te voeren en gaat ervan uit dat de resultaten van de volgende stappen van de procedure tot ondertekening van een overeenkomst zullen leiden.

Interne-auditfunctie en dienst Interne audit van de Commissie

Paragraaf 23

In de aanvangsfase van de werking van de gemeenschappelijke onderneming gingen de inspanningen in de eerste plaats naar het succesvol beheren van de overgang naar autonomie, meer bepaald het afronden van de oproep tot het indienen van voorstellen van 2009 (met inbegrip van de onderhandelingen over contracten) en het lanceren van de oproep tot het indienen van voorstellen van 2010. De gemeenschappelijke onderneming bevestigt haar voornemen om in de loop van 2010 een interne-auditfunctie in te voeren.


(1)  Verordening (EG) nr. 74/2008 van de Raad van 20 december 2007 betreffende de oprichting van de „gemeenschappelijke onderneming Artemis” voor de tenuitvoerlegging van een gezamenlijk technologie-initiatief inzake ingebedde computersystemen (PB L 30 van 4.2.2008, blz. 52).

(2)  Bij deze rekening is een verslag gevoegd over het budgettair en financieel beheer tijdens het jaar, dat onder meer de uitvoeringsgraad van de kredieten vermeldt en beknopte informatie geeft over de kredietoverschrijvingen tussen de verschillende begrotingsonderdelen.

(3)  De financiële staten omvatten de balans en de economische resultatenrekening, de tabel van de kasstromen, de staat van de veranderingen van het eigen vermogen en de bijlage bij de financiële staten met een beschrijving van de voornaamste grondslagen voor financiële verslaglegging en andere toelichtingen.

(4)  Het verslag over de begrotingsuitvoering omvat ook de resultatenrekening van de begrotingsuitvoering en de bijlage daarbij.

(5)  PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1.

(6)  De financiële regeling van de gemeenschappelijke onderneming Artemis is vastgesteld bij besluit van haar raad van bestuur van 18 december 2008.

(7)  Artikel 33 van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002 van de Commissie van 19 november 2002 (PB L 357 van 31.12.2002, blz. 72).

(8)  Artikel 38 van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002.

(9)  De regels inzake de rekening en verantwoording en de boekhouding van de agentschappen zijn vastgelegd in hoofdstuk 1 van titel VII van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002, zoals laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG, Euratom) nr. 652/2008 van 9 juli 2008 (PB L 181 van 10.7.2008, blz. 23), en zijn als zodanig opgenomen in de financiële regeling van de gemeenschappelijke onderneming Artemis.

(10)  Internationale Federatie van Accountants (IFAC) en Internationale Standaarden van Hoge Controle-instanties (ISSAI).


16.12.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 342/7


VERSLAG

over de jaarrekening van de gemeenschappelijke onderneming Clean Sky betreffende het per 31 december 2009 afgesloten begrotingsjaar, vergezeld van de antwoorden van de gemeenschappelijke onderneming

2010/C 342/02

INHOUD

 

Paragraaf

Bladzijde

INLEIDING …

1-6

8

BETROUWBAARHEIDSVERKLARING …

7-16

8

OPMERKINGEN OVER HET BUDGETTAIR EN FINANCIEEL BEHEER …

17-22

9

ANDERE AANGELEGENHEDEN …

23-29

9

Tabel …

11

Antwoorden van de gemeenschappelijke onderneming

13

INLEIDING

1.

De gemeenschappelijke onderneming Clean Sky, gevestigd te Brussel, werd in december 2007 (1) opgericht voor de periode tot 31 december 2017.

2.

De gemeenschappelijke onderneming Clean Sky heeft tot doel in de Europese Unie de ontwikkeling, validering en demonstratie van schone luchtvaarttechnologieën te versnellen, zodat ze zo spoedig mogelijk kunnen worden ingevoerd (zie de tabel).

3.

De door de gemeenschappelijke onderneming gecoördineerde onderzoeksactiviteiten zijn verdeeld over zes technologische terreinen of „demonstratiemodellen van geïntegreerde technologie” (ITD’s).

4.

De oprichtende leden van de gemeenschappelijke onderneming zijn de Europese Unie — vertegenwoordigd door de Commissie — als publieke vertegenwoordiger, en industriële partners als leiders van de ITD’s, tezamen met de geassocieerde leden van de ITD’s.

5.

De maximale EU-bijdrage aan de gemeenschappelijke onderneming Clean Sky ter dekking van de lopende kosten en onderzoeksactiviteiten bedraagt 800 miljoen euro en komt ten laste van de kredieten van het zevende kaderprogramma voor onderzoek. Andere leden van de gemeenschappelijke onderneming moeten een bijdrage in de middelen leveren die ten minste gelijk is aan die van de EU, inclusief middelen in natura.

6.

De gemeenschappelijke onderneming werd autonoom op 16 november 2009.

16.

De hierna volgende opmerkingen doen niets af aan het oordeel van de Rekenkamer.

OPMERKINGEN OVER HET BUDGETTAIR EN FINANCIEEL BEHEER

Begrotingsuitvoering

17.

De vaststelling, structuur en presentatie van de goedgekeurde begroting 2009 van de gemeenschappelijke onderneming waren niet in overeenstemming met de verordening van de Raad betreffende de oprichting van de gemeenschappelijke onderneming Clean Sky, noch met haar financiële regeling. De begroting voldoet niet aan het evenwichtsbeginsel en bevat niet alle vereiste elementen (bijvoorbeeld een lijst van het aantal ambten).

18.

De definitieve begroting omvatte 91 miljoen euro vastleggingskredieten en 60 miljoen euro betalingskredieten. De bestedingsgraad bedroeg 98 % voor de vastleggingskredieten, maar minder dan 1 % voor de betalingskredieten. De gemeenschappelijke onderneming sloot contracten ten belope van 70,6 miljoen euro in december 2009, maar de voorfinancieringsbetalingen ten belope van 56,5 miljoen euro konden pas plaatsvinden in januari 2010.

19.

De onderzoeksactiviteiten die de Commissie in 2008 namens de gemeenschappelijke onderneming voorfinancierde, werden in de loop van 2009 niet volledig uitgevoerd. Door vertragingen bij de projecten werd slechts 8,7 miljoen euro of 65 % van de 13,6 miljoen euro aan voorfinanciering gebruikt. Eind 2009 beschikte de gemeenschappelijke onderneming dus over een potentieel uitstaand bedrag aan vorderingen van 4,9 miljoen euro.

Presentatie van de rekeningen: bijdragen van de leden

20.

De Rekenkamer merkt op dat de activiteiten van gemeenschappelijke EU-ondernemingen worden gefinancierd uit bijdragen van hun leden, en dat de gemeenschappelijke ondernemingen geen eigen kapitaal hebben. De Rekenkamer deed de aanbeveling dit specifieke kenmerk van gemeenschappelijke ondernemingen duidelijk te laten blijken in de rekeningen.

21.

De Rekenkamer is dan ook ingenomen met het feit dat de bijdragen van de leden in overeenstemming met EU-boekhoudregel 1 (groepsboekhouding) onder de nettoactiva op de balans van de gemeenschappelijke onderneming verschijnen, en dat de toelichting bij de rekeningen nadere informatie over de aard van de bijdragen verschaft.

22.

De Rekenkamer is van oordeel dat de presentatie van de bijdragen van de leden in de rekeningen van de gemeenschappelijke ondernemingen zoveel mogelijk geharmoniseerd dient te worden en stelt vast dat de Commissie voornemens is gedetailleerde richtsnoeren ter zake aan de gemeenschappelijke ondernemingen te verstrekken.

ANDERE AANGELEGENHEDEN

Internecontrolesystemen

23.

De gemeenschappelijke onderneming is nog in de startfase en er zijn procedures ontwikkeld voor belangrijke organisatorische aspecten zoals de financiële bedrijfsprocessen en de aankopen. Maar zoals de controlebevindingen van de Rekenkamer aantoonden, dienen deze internecontroleprocedures verder te worden ontwikkeld om te kunnen voldoen aan de in de financiële regeling van de gemeenschappelijke onderneming gestelde eisen voor een doeltreffende en efficiënte interne controle.

24.

Eind 2009 waren de onderliggende bedrijfsprocessen nog niet geformaliseerd en evenmin gevalideerd door de rekenplichtige, zoals de financiële regeling van de gemeenschappelijke onderneming voorschrijft.

25.

De gemeenschappelijke onderneming Clean Sky benut de IT-systemen voor financieel beheer van de Commissie, die degelijk kunnen worden geacht. De processen en beleidslijnen inzake IT moeten echter verder worden ontwikkeld om bedrijfscontinuïteit te verzekeren.

26.

De procedure voor het aanvragen van betaling van de Commissiebijdragen zoals vastgelegd in de financiële regeling van Clean Sky en in de algemene overeenkomst met de Commissie, werd niet correct toegepast. De Rekenkamer controleerde vijf invorderingsopdrachten en constateerde dat het verzoek om betaling in geen van deze gevallen vergezeld ging van de voorgeschreven kasstroomprognose.

Interne-auditfunctie en dienst Interne audit van de Commissie

27.

Overeenkomstig de opvattingen die zijn verwoord in haar adviezen nr. 4/2008 over de financiële regeling van de gemeenschappelijke onderneming voor fusie-energie en nr. 2/2010 over de financiële regeling van de gemeenschappelijke onderneming SESAR is de Rekenkamer van oordeel dat de huidige bepaling in de statuten van de gemeenschappelijke onderneming betreffende de rol van de interne auditor van de Commissie verduidelijkt dient te worden.

28.

Artikel 11 van de statuten van de gemeenschappelijke onderneming Clean Sky bepaalt dat de taken van de interne auditor van de Commissie zullen worden uitgevoerd onder de verantwoordelijkheid van de raad van bestuur van de gemeenschappelijke onderneming. Naar het oordeel van de Rekenkamer is een dergelijke regeling geschikt voor de interne-auditfunctie binnen de gemeenschappelijke onderneming, maar niet voor de interne auditor van de Commissie, wiens verantwoordelijkheden betrekking hebben op de algemene EU-begroting als geheel.

Ontbrekende overeenkomst met het gastland

29.

Overeenkomstig de verordening van de Raad van december 2007 betreffende de oprichting van de gemeenschappelijke onderneming Clean Sky moest tussen deze laatste en België een gastheerschapsovereenkomst worden gesloten betreffende kantoorruimte, voorrechten en immuniteiten en andere ondersteunende maatregelen die België als gastland aan de gemeenschappelijke onderneming Clean Sky zou verstrekken. Ten tijde van de controle was die overeenkomst nog niet gesloten.

Dit verslag werd door kamer II onder voorzitterschap van de heer Morten LEVYSOHN, lid van de Rekenkamer, te Luxemburg vastgesteld op haar vergadering van 20 oktober 2010.

Voor de Rekenkamer

Vítor Manuel da SILVA CALDEIRA

President

Tabel

De gemeenschappelijke onderneming Clean Sky (Brussel)

Bevoegdheden van de Unie volgens het Verdrag

Bevoegdheden van de gemeenschappelijke onderneming zoals omschreven in Verordening (EG) nr. 71/2008 van de Raad

Organisatie

In 2009 ter beschikking van de gemeenschappelijke onderneming gestelde middelen

Voornaamste resultaten in 2009

Artikelen 187 en 188 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie

Besluit nr. 1982/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 betreffende het zevende kaderprogramma voorziet in een communautaire bijdrage voor de oprichting van publiek-private partnerschappen op lange termijn in de vorm van gezamenlijke technologie-initiatieven die zouden kunnen worden uitgevoerd via gemeenschappelijke ondernemingen in de zin van artikel 187 van het VWEU.

Doelstellingen

De gemeenschappelijke onderneming Clean Sky draagt bij tot de uitvoering van het zevende kaderprogramma en in het bijzonder van thema 7, Vervoer (waaronder de luchtvaart) van het specifiek programma Samenwerking.

a)

in de Europese Unie de ontwikkeling, validering en demonstratie van schone luchtvaart-technologieën versnellen, zodat ze zo spoedig mogelijk kunnen worden ingevoerd;

b)

het zorgen voor een coherente uitvoering van Europees onderzoek gericht op milieuverbeteringen op het gebied van luchtvervoer;

c)

een radicaal innovatief luchtvervoersysteem creëren door geavanceerde technologieën te integreren en full scale demonstratiemodellen te produceren, met als uiteindelijk doel de milieubelasting van het luchtvervoer te verminderen door op significante wijze de geluidshinder en de emissies te reduceren en het brandstofverbruik van vliegtuigen te verminderen;

d)

de productie van nieuwe kennis en innovatie bespoedigen en sneller onderzoeksresultaten gebruiken om aan te tonen dat, in een volledig geïntegreerd systeem van systemen en in de juiste operationele omgeving, desbetreffende technieken werken, hetgeen tot een versterking van het industriële concurrentievermogen leidt.

Taken

a)

Het bijeenbrengen van een spectrum aan ITD’s, met de nadruk op innovatieve technologieën en de ontwikkeling van full scale demonstratiemodellen;

b)

de werkzaamheden in het kader van de ITD’s concentreren op cruciale resultaten die kunnen bijdragen tot het bereiken van de doelen van Europa op milieu- en concurrentiegebied;

c)

het versterken van het technologische verificatieproces zodat zaken die toekomstige marktpenetratie belemmeren, kunnen worden geïdentificeerd en weggenomen;

d)

het bundelen van gebruikerseisen zodat richting kan worden gegeven aan investeringen in onderzoek en ontwikkeling van werkbare en commercieel interessante oplossingen;

e)

het uitvoeren van de benodigde onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten, waar passend door subsidies toe te kennen naar aanleiding van uitnodigingen tot het indienen van voorstellen;

f)

subsidies toekennen ter ondersteuning van onderzoek door haar leden en andere entiteiten die zijn geselecteerd na uitnodigingen tot het indienen van voorstellen, overeenkomstig de door de raad van bestuur goedgekeurde open criteria;

g)

het publiceren van informatie over de projecten, met inbegrip van de naam van de begunstigden en de hoogte van de financiële bijdrage van de gemeenschappelijke onderneming Clear Sky per begunstigde;

h)

waar nodig, zorgen voor de aanwezigheid van dienstverlenings- en leveringscontracten, door middel van openbare aanbestedingen;

i)

het mobiliseren van de benodigde publieke en particuliere fondsen;

j)

als schakel fungeren tussen nationale en internationale activiteiten in het technische domein van de gemeenschappelijke onderneming, met name met de gemeenschappelijke onderneming SESAR;

k)

het informeren van de groep vertegenwoordigers van de nationale staten door middel van periodieke vergaderingen en daarbij ACARE betrekken;

l)

juridische entiteiten die een subsidieovereenkomst hebben gesloten met de gemeenschappelijke onderneming Clean Sky op de hoogte brengen van de mogelijkheden te lenen van de Europese Investeringsbank, met name van de in het kader van het zevende kaderprogramma opgezette risicodelende financieringsfaciliteit;

m)

de betrokkenheid van mkb-ondernemingen bij haar activiteiten stimuleren, in overeenstemming met de doelstellingen van het zevende kaderprogramma voor onderzoek; de gemeenschappelijke onderneming Clean Sky stelt ter zake toepasselijke kwantitatieve streefcijfers vast in overeenstemming met die welke in het zevende kaderprogramma zijn vastgesteld;

n)

nauwe samenwerking tot stand brengen en zorg dragen voor de coördinatie met aanverwante Europese (in het bijzonder met het kaderprogramma), nationale en internationale activiteiten.

1.   Raad van bestuur

De raad van bestuur is het bestuurslichaam van de gemeenschappelijke onderneming Clean Sky.

2.   Stuurgroepen ITD’s

De raad van bestuur stelt voor elk van de zes ITD’s een stuurgroep in. De volgende ITD’s worden vastgesteld:

a)

smart-vliegtuig met vaste vleugels;

b)

groen regiovliegtuig;

c)

groen draaivleugelvliegtuig;

d)

systemen voor groen luchtverkeer;

e)

duurzame en groene motoren;

f)

eco-Design.

3.   Groep vertegenwoordigers van nationale staten

De groep vertegenwoordigers van nationale staten is samengesteld uit één vertegenwoordiger uit elke lidstaat en één uit elk met het zevende kaderprogramma geassocieerd land. De groep kiest een voorzitter onder haar leden.

4.   Algemeen forum

Het algemeen forum is een overlegorgaan bij de gemeenschappelijke onderneming Clean Sky. Het bestaat uit één vertegenwoordiger van

a)

elk lid van de gemeenschappelijke onderneming Clean Sky;

b)

elke partner.

5.   Uitvoerend directeur

De directeur is belast met het dagelijks beheer van de gemeenschappelijke onderneming en is de wettige vertegenwoordiger ervan. Hij is verantwoording verschuldigd aan de raad van bestuur.

6.   Externe controle

Rekenkamer

7.   Kwijtingverlenende autoriteit

Parlement, op aanbeveling van de Raad

Begroting

95,23 miljoen euro, waarvan 91 miljoen euro gefinancierd uit de bijdrage van de EU-begroting; 3,39 miljoen euro contanten en 91,84 miljoen euro in natura voorzien als bijdrage van leden uit particuliere ondernemingen.

Personeelsbestand per 31 december 2009

18 posten opgenomen in de lijst van het aantal ambten, waarvan 10 bezet per 31 december 2009 (inclusief 1 CA-post).

Totaal aantal personeelsleden: 10,

waarvan er 2 uitvoerende,

4 administratieve en ondersteunende en

4 gemengde taken vervullen.

Operationele resultaten:

smart-vliegtuig met vaste vleugels: keuze van het supersnelle demonstratiemodel en het vliegende testmodel met omgekeerd draaiende open rotor;

groen regiovliegtuig: bepaling van de voornaamste eisen voor primaire structuren; onderzoek van veelbelovende technologieën voor geluidsarme opstelling;

groen draaivleugelvliegtuig: beschrijving van een basisrotor voor innovatieve schoepen, instrumenten voor beheer aan boord van geluidsarme vliegroutes;

duurzame en groene motoren: voltooiing van de studies over ontwerp en opstelling van de initiële propellersystemen, preliminair ontwerp van modules;

systemen voor groen luchtverkeer: verstrekking van alle gegevens en geavanceerde specificaties voor grote vliegtuigen; selectie van vluchtbeheer;

ecodesign: afrondingseisen voor het „groenmaken” van nieuwe materialen, fabricageproces, duurzame structuur en buitengebruikstelling van vliegtuigen; situatieanalyse ter selectie van meer dan 150 technologiekandidaten;

uitbrengen van de eerste oproep tot het indienen van voorstellen en desbetreffende selectie (57 thema’s).

Voornaamste andere resultaten:

Clean Sky werd autonoom op 16 november 2009;

Samen met vier andere GTI’s werd een gezamenlijke procedure gestart voor het verwerven van een pand voor de definitieve huisvesting van Clean Sky.

Bron: Door de gemeenschappelijke onderneming verstrekte gegevens.

ANTWOORDEN VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE ONDERNEMING

Uitvoering van de begroting

Paragraaf 17

Clean Sky erkent de genoemde tekortkomingen op het gebied van de begroting en de personeelsformatie en heeft deze situatie voor de begroting voor 2010 al opgelost dankzij nieuwe besluiten van de raad van bestuur.

Paragraaf 18

Clean Sky erkent de lage tenuitvoerleggingsgraad voor betalingen in 2009, die het gevolg is van het feit dat de gemeenschappelijke onderneming zich in de startfase bevond. Na in april 2010 een voltallige bezetting te hebben bereikt, heeft de gemeenschappelijke onderneming maatregelen genomen voor een tevredenstellende en tijdige uitbetaling van voorfinancieringen vanaf 2010.

Paragraaf 19

De startfase van het Clean Sky-programma heeft bepaalde tekortkomingen in de uitvoering van de begroting tot gevolg gehad. De gemeenschappelijke onderneming en haar industriële partners werken aan verbetering en de controle op de begrotingsuitvoering wordt in 2010 versterkt.

Presentatie van de rekeningen: bijdragen van de leden

Paragrafen 20-22

De gemeenschappelijke onderneming Clean Sky is voornemens zich te conformeren aan de geharmoniseerde aanpak van alle GO’s en verwelkomt eventuele richtsnoeren op dit gebied.

Internecontrolesystemen

Paragraaf 23

Clean Sky breidt haar interne controle verder uit en is bezig samenhangende en efficiënte werkmethoden in te voeren die in een integrale aanpak rekening houden met de interne-controlenormen (Internal Control Standards - ICS) voor doelmatig management.

Paragraaf 24

De rekenplichtige heeft de opmerkingen van de Rekenkamer met betrekking tot de validatie van de onderliggende bedrijfsprocessen en het boekhoudsysteem geaccepteerd en heeft aan de eindrekening een verklaring toegevoegd betreffende de validatie van systemen. Zij zal haar werkzaamheden op dit gebied voortzetten in 2010 naarmate deze processen zich vervolledigen.

Paragraaf 25

Clean Sky neemt nota van de opmerking van de Rekenkamer en neemt maatregelen om haar IT-processen en -beleid te verbeteren. De bedrijfscontinuïteitsaspecten worden verder ontwikkeld in samenwerking met de andere gemeenschappelijke ondernemingen, waarmee Clean Sky haar IT-infrastructuur deelt.

Paragraaf 26

Clean Sky zal zich inspannen om de in de financiële regeling met de Europese Commissie uiteengezette procedure te volgen voor haar toekomstige betalingsverzoeken. Een controlesysteem voor de kasstroomprognoses is in 2010 ingevoerd.

De interne-auditfunctie en de dienst Interne audit van de Commissie

Paragrafen 27-28

Clean Sky heeft deze kwestie opgenomen met de dienst Interne audit van de Commissie en met DG Onderzoek in een gezamenlijke nota van maart 2010 van de directeuren van de gemeenschappelijke onderneming Clean Sky en de gemeenschappelijke onderneming IMI.

Geen gastheerschapsovereenkomst

Paragraaf 29

Clean Sky blijft werken aan de tenuitvoerlegging van de bepalingen van een gastheerschapsovereenkomst en gaat ervan uit dat de resultaten van de volgende stappen van de procedure tot ondertekening van een overeenkomst zullen leiden.


(1)  Verordening (EG) nr. 71/2008 van de Raad van 20 december 2007 betreffende de oprichting van de gemeenschappelijke onderneming Clean Sky (PB L 30 van 4.2.2008, blz. 1).

(2)  Bij deze rekening dient een verslag te zijn gevoegd over het budgettair en financieel beheer tijdens het jaar, dat onder meer de uitvoeringsgraad van de kredieten vermeldt en beknopte informatie geeft over de kredietoverschrijvingen tussen de verschillende begrotingsonderdelen.

(3)  De financiële staten omvatten de balans en de economische resultatenrekening, de tabel van de kasstromen, de staat van de veranderingen van het eigen vermogen en de bijlage bij de financiële staten met een beschrijving van de voornaamste grondslagen voor financiële verslaglegging en andere toelichtingen.

(4)  De verslagen over de begrotingsuitvoering omvatten ook de resultatenrekening van de begrotingsuitvoering en de bijlage daarbij.

(5)  PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1.

(6)  De financiële regeling van de gemeenschappelijke onderneming Clean Sky is vastgesteld bij besluit van haar raad van bestuur van 7 november 2008.

(7)  Artikel 33 van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002 van de Commissie van 19 november 2002 (PB L 357 van 31.12.2002, blz. 72).

(8)  Artikel 38 van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002.

(9)  De regels inzake de rekening en verantwoording en de boekhouding van de agentschappen zijn vastgelegd in hoofdstuk 1 van titel VII van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002, zoals laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG, Euratom) nr. 652/2008 van 9 juli 2008 (PB L 181 van 10.7.2008, blz. 23), en zijn als zodanig opgenomen in de financiële regeling van de gemeenschappelijke onderneming Clean Sky.

(10)  Internationale Federatie van Accountants (IFAC) en Internationale Standaarden van Hoge Controle-instanties (ISSAI).


16.12.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 342/15


VERSLAG

over de jaarrekening van de gemeenschappelijke onderneming voor het initiatief inzake innovatieve geneesmiddelen betreffende het per 31 december 2009 afgesloten begrotingsjaar, vergezeld van de antwoorden van de gemeenschappelijke onderneming

2010/C 342/03

INHOUD

 

Paragraaf

Bladzijde

INLEIDING …

1-5

16

BETROUWBAARHEIDSVERKLARING …

6-15

16

OPMERKINGEN OVER HET BUDGETTAIR EN FINANCIEEL BEHEER …

16-19

17

ANDERE AANGELEGENHEDEN …

20-25

17

Tabel …

18

Antwoorden van de gemeenschappelijke onderneming

21

INLEIDING

1.

De Europese gemeenschappelijke onderneming voor de uitvoering van het gezamenlijk technologie-initiatief inzake innovatieve geneesmiddelen (gemeenschappelijke onderneming IMI), gevestigd te Brussel, werd in december 2007 (1) opgericht voor een periode van tien jaar.

2.

De oprichtende leden van de gemeenschappelijke onderneming zijn de Europese Unie, vertegenwoordigd door de Commissie, en de „European Federation of Pharmaceutical Industries and Associations” (EFPIA).

3.

De doelstelling van de gemeenschappelijke IMI is de efficiency en effectiviteit van het ontwikkelingsproces van geneesmiddelen aanzienlijk te verbeteren, zodat de farmaceutische sector op de lange termijn doeltreffender en veiliger innovatieve geneesmiddelen ontwikkelt (zie tabel).

4.

De maximale EU-bijdrage aan de gemeenschappelijke onderneming IMI ter dekking van de lopende kosten en onderzoeksactiviteiten bedraagt 1 miljard euro, te betalen uit de begroting van het zevende kaderprogramma voor onderzoek. De EU en de EFPIA dragen als oprichtende leden in gelijke mate bij aan de lopende kosten, elk voor ten hoogste 4 % van de totale bijdrage van de EU. Elk ander lid draagt bij aan de lopende kosten in verhouding tot zijn bijdrage aan de onderzoeksactiviteiten. De onderzoeksgebaseerde bedrijven die lid zijn van de EFPIA, dragen bij aan de financiering van de onderzoeksactiviteiten met bijdragen in natura die minstens gelijk zijn aan de financiële bijdrage van de EU. Nieuwe leden dienen ook financiering voor onderzoeksactiviteiten te verstrekken.

5.

De gemeenschappelijke onderneming begon autonoom te werken op 16 november 2009.

15.

De hierna volgende opmerkingen doen niets af aan het oordeel van de Rekenkamer.

OPMERKINGEN OVER HET BUDGETTAIR EN FINANCIEEL BEHEER

Uitvoering van de begroting

16.

De definitieve begroting omvatte 82 miljoen euro aan vastleggingskredieten en 82 miljoen euro aan betalingskredieten. Nu er eind 2009 weinig projectactiviteiten van start waren gegaan, bleek de begroting voor betalingen onrealistisch. Terwijl de bestedingsgraad voor vastleggingskredieten op 97 % uitkwam, bedroeg deze voor betalingskredieten namelijk slechts 1 %.

Presentatie van de rekeningen: bijdragen van de leden

17.

De Rekenkamer merkt op dat de activiteiten van gemeenschappelijke EU-ondernemingen worden gefinancierd uit bijdragen van hun leden, en dat de gemeenschappelijke ondernemingen geen eigen kapitaal hebben. De Rekenkamer deed de aanbeveling dit specifieke kenmerk van gemeenschappelijke ondernemingen duidelijk te laten blijken in de rekeningen.

18.

De Rekenkamer is dan ook ingenomen met het feit dat de bijdragen van de leden in overeenstemming met EU-boekhoudregel 1 (groepsboekhouding) onder de nettoactiva op de balans van de gemeenschappelijke onderneming verschijnen, en dat de toelichting bij de rekeningen nadere informatie over de aard van de bijdragen verschaft.

19.

De Rekenkamer is van oordeel dat de presentatie van de bijdragen van de leden in de rekeningen van de gemeenschappelijke ondernemingen zoveel mogelijk geharmoniseerd dient te worden en stelt vast dat de Commissie voornemens is gedetailleerde richtsnoeren ter zake aan de gemeenschappelijke ondernemingen te verstrekken.

ANDERE AANGELEGENHEDEN

Internecontrolesystemen

20.

De gemeenschappelijke onderneming bevindt zich in een startfase en heeft haar interne controles en financieel informatiesysteem eind 2009 nog niet geheel opgezet. Aan het eind van het jaar waren de onderliggende bedrijfsprocessen nog niet geformaliseerd en door de rekenplichtige gevalideerd, zoals het financieel reglement van de gemeenschappelijke onderneming voorschrijft.

21.

Er moet met name nog worden gewerkt aan de documentatie van IT-processen en -activiteiten, en het in kaart brengen van IT-risico's. De gemeenschappelijke onderneming had in 2009 ook nog geen bedrijfscontinuïteitsplan ontwikkeld, noch een gegevensbeschermingsbeleid.

Geen gastheerschapsovereenkomst

22.

Overeenkomstig de Verordening van de Raad tot oprichting van de gemeenschappelijke onderneming IMI dient een gastheerschapsovereenkomst te worden gesloten tussen de gemeenschappelijke onderneming IMI en België betreffende kantoorruimte, de voorrechten en immuniteiten en andere ondersteunende maatregelen die door België aan de gemeenschappelijke onderneming worden verstrekt. Eind 2009 was een dergelijke overeenkomst echter nog niet gesloten.

De interne-auditfunctie en de dienst Interne audit van de Commissie

23.

Artikel 73 van het financieel reglement van de gemeenschappelijke onderneming bepaalt dat de gemeenschappelijke onderneming een interne-auditfunctie moet krijgen die de relevante internationale standaarden in acht moet nemen. Dit belangrijke onderdeel van het internecontrolesysteem was eind 2009 echter niet ingesteld.

24.

Zoals beschreven in haar Adviezen nr. 4/2008 over het financieel reglement van de gemeenschappelijke onderneming voor fusie-energie en nr. 2/2010 over de financiële regeling van de gemeenschappelijke onderneming SESAR, is de Rekenkamer van oordeel dat de huidige bepaling in de statuten van de gemeenschappelijke onderneming over de rol van de interne controleur van de Commissie verduidelijkt dient te worden.

25.

Artikel 10 van de statuten van de gemeenschappelijke onderneming IMI bepaalt dat de taken van de interne controleur van de Commissie onder verantwoordelijkheid van de raad van bestuur van de gemeenschappelijke onderneming worden uitgevoerd. Een dergelijke regeling is geschikt voor de interne-auditfunctie binnen de gemeenschappelijke onderneming, maar niet voor de interne controleur van de Commissie, wiens verantwoordelijkheden verband houden met de gehele algemene begroting van de EU.

Dit verslag werd door kamer II onder voorzitterschap van de heer Morten LEVYSOHN, lid van de Rekenkamer, te Luxemburg vastgesteld op haar vergadering van 20 oktober 2010.

Voor de Rekenkamer

Vítor Manuel da SILVA CALDEIRA

President

Tabel

Gemeenschappelijke onderneming voor het initiatief inzake innovatieve geneesmiddelen (Brussel)

Bevoegdheden van de Unie volgens het Verdrag

Bevoegdheden van de gemeenschappelijke onderneming zoals omschreven in Verordening (EG) nr. 73/2008 van de Raad

Organisatie

In 2009 ter beschikking van de gemeenschappelijke onderneming gestelde middelen

Voornaamste resultaten 2009

Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie

Titel XIX „Onderzoek en technologische ontwikkeling en ruimte”.

Artikel 187 (oud artikel 171 VEG) bepaalt:

„De Unie kan gemeenschappelijke ondernemingen of andere structuren in het leven roepen die noodzakelijk zijn voor de goede uitvoering van programma's voor onderzoek en technologische ontwikkeling en demonstratie in de Unie.”

Artikel 188, eerste alinea (oud artikel 172 VEG) bepaalt:

„De Raad stelt, op voorstel van de Commissie en na raadpleging van het Europees Parlement en het Economisch en Sociaal Comité, de in artikel 187 bedoelde voorzieningen vast.”

Doelstellingen

Artikel 2 van Verordening (EG) nr. 73/2008 van de Raad bepaalt:

„De gemeenschappelijke onderneming IMI draagt bij tot de uitvoering van het zevende kaderprogramma en in het bijzonder van het thema Gezondheid van het specifiek programma Samenwerking tot uitvoering van het zevende kaderprogramma. Zij heeft ten doel de efficiency en effectiviteit van het ontwikkelingsproces van geneesmiddelen aanzienlijk te verbeteren, zodat de farmaceutische sector op de lange termijn doeltreffender en veiliger innovatieve geneesmiddelen ontwikkelt. Zij is er in het bijzonder op gericht om:

a)

„preconcurrentieel farmaceutisch onderzoek en ontwikkeling” in de lidstaten en de met het zevende kaderprogramma geassocieerde landen te ondersteunen via een gecoördineerde aanpak om de vastgestelde onderzoeksbottlenecks in het geneesmiddelenontwikkelingsproces te ondervangen;

b)

de uitvoering te ondersteunen van de onderzoeksprioriteiten als opgenomen in de onderzoeksagenda van het gezamenlijk technologie-initiatief inzake innovatieve geneesmiddelen (hierna „onderzoeksactiviteiten” genoemd), met name door het toekennen van subsidies ingevolge vergelijkende uitnodigingen tot het indienen van voorstellen;

c)

de complementariteit met andere activiteiten in het kader van het zevende kaderprogramma te waarborgen;

d)

een publiek-privaat partnerschap te zijn dat streeft naar het vergroten van de onderzoeksinvesteringen in de biofarmaceutische sector in de lidstaten en de met het zevende kaderprogramma geassocieerde landen door het poolen van middelen en bevorderen van samenwerking tussen de publieke en private sector;

e)

de betrokkenheid van kleine en middelgrote ondernemingen (kmo’s) bij haar activiteiten te bevorderen, overeenkomstig de doelstellingen van het zevende kaderprogramma.”.

Taken

Artikel 1 van de bij de Verordening van de Raad gevoegde Statuten bepaalt:

„De gemeenschappelijke onderneming IMI heeft de onderstaande hoofdtaken en -activiteiten:

a)

zorgen voor de opzet en het duurzame beheer van het gezamenlijk technologie-initiatief inzake innovatieve geneesmiddelen;

b)

bepalen en uitvoeren, middels oproepen tot het indienen van projecten, van het jaarlijkse uitvoeringsplan als bedoeld in artikel 18;

c)

regelmatig evalueren van en aanbrengen van de nodige aanpassingen in de onderzoeksagenda van het gezamenlijk technologie-initiatief inzake innovatieve geneesmiddelen in het licht van de wetenschappelijke ontwikkelingen tijdens de uitvoering ervan;

d)

mobiliseren van de benodigde middelen van de publieke en private sector;

e)

tot stand brengen en ontwikkelen van nauwe samenwerking op lange termijn tussen de Unie, industrie en andere belanghebbenden zoals toezichthouders, patiëntenorganisaties, academische wereld en klinische centra, evenals samenwerking tussen bedrijfsleven en de academische wereld;

f)

vergemakkelijken van de coördinatie met nationale en internationale activiteiten op dit gebied;

g)

verrichten van werkzaamheden op het gebied van communicatie en verspreiding;

h)

communiceren en interageren met de lidstaten en de met het zevende kaderprogramma geassocieerde landen via een specifiek met dit doel opgerichte groep, hierna de „groep van vertegenwoordigers van IMI-staten” genoemd;

i)

organiseren van een jaarlijkse vergadering, hierna het Forum van belanghebbenden genoemd, met belangengroepen voor het verzekeren van de openheid en transparantie van de onderzoeksactiviteiten van de gemeenschappelijke onderneming IMI ten opzichte van haar belanghebbenden;

j)

de juridische entiteiten die met de gemeenschappelijke onderneming IMI een subsidieovereenkomst hebben gesloten, in kennis stellen van de mogelijkheden om te lenen bij de Europese Investeringsbank, met name de in het kader van het zevende kaderprogramma ingestelde Risicodelende Financieringsfaciliteit;

k)

publiceren van informatie over de projecten, met inbegrip van de naam van de deelnemers, en de hoogte van de financiële bijdrage per deelnemer, van de gemeenschappelijke onderneming;

l)

zorgen voor de efficiëntie van het gezamenlijk technologie-initiatief inzake innovatieve geneesmiddelen;

m)

uitvoeren van alle andere werkzaamheden die nodig zijn om de in artikel 2 van de Verordening genoemde doelstellingen te bereiken.”.

1.   Raad van bestuur

De raad van bestuur is het voornaamste besluitvormende orgaan van de GO IMI en is verantwoordelijk voor het toezicht op de gemeenschappelijke onderneming bij de verwezenlijking van haar doelstellingen. Zij zorgt voor een nauwe samenwerking tussen de gemeenschappelijke onderneming en haar leden bij de uitvoering van haar activiteiten. Zij garandeert derhalve de verwezenlijking van de door de GO IMI gestelde doelen, te weten om bottlenecks in het Europees geneesmiddelenonderzoeks- en -ontwikkelingsproces te ondervangen en biomedisch onderzoek ten bate van de patiënten te ondersteunen.

2.   Uitvoerend Directeur

De uitvoerend directeur — benoemd door de raad van bestuur — is de hoofdverantwoordelijke voor het dagelijks beheer van de gemeenschappelijke onderneming IMI overeenkomstig de besluiten van de raad van bestuur. In dat verband zal hij/zij de raad van bestuur en het wetenschappelijk comité regelmatig informeren, en reageren op al hun specifieke ad-hocverzoeken om informatie. De uitvoerend directeur is de wettelijke vertegenwoordiger van de gemeenschappelijke onderneming. Hij/zij voert zijn/haar taken uit in alle onafhankelijkheid en legt verantwoording af aan de raad van bestuur.

3.   Wetenschappelijk comité:

Het wetenschappelijk comité is een adviesorgaan van de raad van bestuur en verricht zijn activiteiten in nauwe samenwerking met en ondersteund door het uitvoerend bureau.

Het wetenschappelijk comité geeft advies over de onderzoeksagenda, de wetenschappelijke prioriteiten betreffende het voorstel voor het jaarlijkse uitvoeringsplan en over de in het jaarlijkse activiteitenverslag beschreven wetenschappelijke prestaties.

GO IMI wordt ook ondersteund door twee externe adviesorganen.

4.   De groep vertegenwoordigers van de IMI-staten

De groep vertegenwoordigers van de IMI-staten is samengesteld uit één vertegenwoordiger uit elke lidstaat en één uit elk met het kaderprogramma geassocieerd land. Zij heeft een adviserende rol ten aanzien van de gemeenschappelijke onderneming IMI en fungeert als interface tussen de gemeenschappelijke onderneming IMI en de betrokken belanghebbenden in de respectieve landen.

5.   Forum van belanghebbenden

Het Forum van belanghebbenden is een vergadering die openstaat voor alle belanghebbenden, en minstens eenmaal per jaar bijeengeroepen wordt door de uitvoerend directeur.

6.   Externe controle

Rekenkamer

7.   Kwijtingverlenende autoriteit

Parlement, op aanbeveling van de Raad

Begroting

81,9 miljoen euro gefinancierd door een bijdrage van de Unie en 50 % van de lopende kosten ontvangen van EFPIA (0,5 miljoen euro)

Personeelsbestand per 31 december 2009

29 posten opgenomen in de lijst van het aantal ambten, waarvan 12 bezet per 31 december 2009 en toegewezen aan de volgende taken:

uitvoerend directeur: 1

wetenschappelijk: 3

beleidstaken: 5

administratieve taken: 3

Opzetten van de gemeenschappelijke onderneming IMI en het management

De raad van bestuur kwam driemaal bijeen;

Het wetenschappelijk comité kwam eveneens driemaal bijeen.

De groep van vertegenwoordigers van de lidstaten kwam tweemaal bijeen.

De uitvoerend directeur van de GO IMI, Michel Goldman, werd op 10 juni 2009 benoemd door de raad van bestuur en trad op 16 september 2009 in functie. Tot die datum werden de taken van uitvoerend directeur tijdelijk waargenomen door Alain Vanvossel, benoemd door de Commissie.

De belangrijkste taak voor 2009 bestond uit de voorbereidende maatregelen die nodig waren voor de autonomie van de GO IMI, die werd toegekend op 16 november 2009.

Deze maatregelen omvatten met name het werven van personeel en het opzetten van het kantoor en de procedures voor administratieve en operationele activiteiten van GO IMI.

Met de autonomie verkreeg de GO IMI de operationele capaciteit om haar begroting uit te voeren. Tot dat moment was de Europese Commissie verantwoordelijk voor het opzetten en de eerste verrichtingen van de GO IMI in samenwerking met het andere oprichtende lid overeenkomstig artikel 16 van de Verordening van de Raad tot oprichting van de GO IMI.

Oproep tot het indienen van voorstellen en projectbeheer

De eerste oproep tot het indienen van voorstellen, uitgeschreven in 2008 — werd afgerond, en met behulp van onafhankelijke experts werden in het uit twee fasen bestaande oproepproces 15 projectvoorstellen geselecteerd. De meerderheid van de subsidie-overeenkomsten werd naar de projectcoördinatoren gestuurd en 10 ervan gingen aan het eind van het jaar in.

De tweede oproep van GO IMI tot het indienen van voorstellen werd uitgeschreven op 27 november 2009 met februari 2010 als termijn voor de eerste fase.

IT-infrastructuur

De IT-infrastructuur werd opgezet in de tijdelijke vestiging van IMI. Deze zal opnieuw ontworpen worden en in het nieuwe kantoor zal deze opnieuw worden opgezet.

Het indieningsinstrument is compleet opnieuw ontworpen met een specifieke module die openbaar toegankelijk is voor aanvragende consortia en het indienen en beoordelen van blijken van belangstelling mogelijk maakt (fase 1 van de oproep tot het indienen van voorstellen).

Communicatie

In 2009 vonden drie grote communicatie-evenementen plaats. Op 14 september werd een persbijeenkomst gehouden voor de presentatie van de nieuwe uitvoerend directeur en om de onderwerpen voor de tweede oproep tot het indienen van voorstellen van IMI te presenteren.

Op 17 november werd een informatiedag gehouden om de tweede oproep toe te lichten aan potentiële aanvragers.

Op 15 december vond een autonomie-evenement plaats.

Bron: Door de gemeenschappelijke onderneming verstrekte gegevens.

ANTWOORDEN VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE ONDERNEMING

Uitvoering van de begroting

Paragraaf 16

De gemeenschappelijke onderneming IMI erkent de lage tenuitvoerleggingsgraad voor betalingen in 2009, die het gevolg is van het feit dat de gemeenschappelijke onderneming zich in de startfase bevond.

Internecontrolesystemen

Paragrafen 20-21

De gemeenschappelijke onderneming IMI neemt nota van de opmerkingen van de Rekenkamer. Zij breidt haar interne controle verder uit en neemt maatregelen om de door de Rekenkamer naar voren gebrachte problemen te verhelpen.

Geen gastheerschapsovereenkomst

Paragraaf 22

De gemeenschappelijke onderneming IMI zet haar samenwerking ten behoeve van de tenuitvoerlegging van de bepalingen van een gastheerschapsovereenkomst voort en gaat ervan uit dat de resultaten van de volgende stappen van de procedure tot ondertekening van een overeenkomst zullen leiden.

De interne-auditfunctie en de dienst Interne audit van de Commissie

Paragraaf 23

Een interne auditor wordt met ingang van november 2010 benoemd.


(1)  Verordening (EG) nr. 73/2008 van de Raad van 20 december 2007 tot oprichting van de gemeenschappelijke onderneming voor de uitvoering van het gezamenlijk technologie-initiatief inzake innovatieve geneesmiddelen (PB L 30 van 4.2.2008, blz. 38).

(2)  Bij deze rekening is een verslag gevoegd over het budgettair en financieel beheer tijdens het jaar, dat onder meer de uitvoeringsgraad van de kredieten vermeldt en beknopte informatie geeft over de kredietoverschrijvingen tussen de verschillende begrotingsonderdelen.

(3)  De financiële staten omvatten de balans en de economische resultatenrekeningen, alsmede de beschrijving van de voornaamste grondslagen voor financiële vastlegging en andere toelichtingen.

(4)  Het verslag over de begrotingsuitvoering omvat ook de resultatenrekening van de begrotingsuitvoering en de bijlage daarbij.

(5)  PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1.

(6)  De financiële regeling van de gemeenschappelijke onderneming IMI, op 2 februari 2009 vastgesteld bij besluit van haar raad van bestuur.

(7)  Artikel 33 van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002 van de Commissie van 19 november 2002 (PB L 357 van 31.12.2002, blz. 72).

(8)  Artikel 38 van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002.

(9)  De regels inzake de rekening en verantwoording en de boekhouding van communautaire organen zijn vastgelegd in hoofdstuk 1 van titel VII van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002, zoals laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG, Euratom) nr. 652/2008 van 9 juli 2008 (PB L 181 van 10.7.2008, blz. 23), en zijn opgenomen in het de financiële regeling van de gemeenschappelijke onderneming IMI.

(10)  Internationale Federatie van Accountants (IFAC) en Internationale Standaarden van Hoge Controle-instanties (ISSAI).


16.12.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 342/22


VERSLAG

over de jaarrekening van de Europese gemeenschappelijke onderneming voor ITER en de ontwikkeling van fusie-energie betreffende het per 31 december 2009 afgesloten begrotingsjaar, vergezeld van de antwoorden van de gemeenschappelijke onderneming

2010/C 342/04

INHOUD

 

Paragraaf

Bladzijde

INLEIDING …

1-4

23

BETROUWBAARHEIDSVERKLARING …

5-14

23

OPMERKINGEN OVER HET BUDGETTAIR EN FINANCIEEL BEHEER …

15-18

24

ANDERE AANGELEGENHEDEN …

19-33

24

Tabel …

26

Antwoorden van de gemeenschappelijke onderneming

27

INLEIDING

1.

De Europese gemeenschappelijke onderneming voor ITER (1) en de ontwikkeling van fusie-energie werd in maart 2007 (2) opgericht voor een periode van 35 jaar. Hoewel de belangrijkste fusiefaciliteiten in Cadarache in Frankrijk ontwikkeld zullen worden, is de gemeenschappelijke onderneming gevestigd te Barcelona.

2.

De leden van de gemeenschappelijke onderneming zijn de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom), vertegenwoordigd door de Europese Commissie, de lidstaten van Euratom en andere landen die met Euratom een samenwerkingsovereenkomst hebben gesloten op het gebied van beheerste kernfusie en de wens hebben uitgesproken om lid te worden (per 31 december 2009: Zwitserland).

3.

De taken van de gemeenschappelijke onderneming zijn (zie ook de tabel):

a)

leveren van de bijdrage van Euratom aan de Internationale ITER-organisatie voor fusie-energie (3);

b)

leveren van de bijdrage van Euratom aan de activiteiten in het kader van de bredere aanpak (aanvullend gemeenschappelijk fusie-onderzoek) met Japan voor de snelle ontwikkeling van fusie-energie;

c)

opstellen en coördineren van een activiteitenprogramma ter voorbereiding van de bouw van een demonstratiefusiereactor en daaraan gerelateerde faciliteiten, inclusief de internationale bestralingsfaciliteit voor fusiemateriaal.

4.

Toen de gemeenschappelijke onderneming werd opgericht, werden voor de periode 2007-2041 indicatieve totale middelen voor de gemeenschappelijke onderneming nodig geacht ten belope van 9 653 miljoen euro. De totale bijdrage van Euratom werd vastgesteld op 7 649 miljoen euro, waarvan maximaal 15 % voor administratieve uitgaven. Andere middelen komen uit bijdragen van het ITER-gastland (Frankrijk), de jaarlijkse lidmaatschapsbijdragen, vrijwillige bijdragen van leden buiten Euratom, en additionele middelen die kunnen worden ontvangen onder door de raad van bestuur goedgekeurde voorwaarden. De Rekenkamer vestigt de aandacht op de noodzaak, de middelen voor het ITER-project aanzienlijk te verhogen (zie de paragrafen 31-33).

14.

De hierna volgende opmerkingen doen niets af aan het oordeel van de Rekenkamer.

OPMERKINGEN OVER HET BUDGETTAIR EN FINANCIEEL BEHEER

Uitvoering van de begroting

15.

De definitieve begroting met goedgekeurde betalingen voor de gemeenschappelijke onderneming voor 2009 bedroeg 173,6 miljoen euro. De algemene bestedingsgraad bij de betalingskredieten was 65,3 %, namelijk 65,5 % voor de beleidsuitgaven en 64,2 % voor de administratieve uitgaven. Eind 2009 beschikte de gemeenschappelijke onderneming over banktegoeden ten belope van 42 miljoen euro. De onderbesteding houdt hoofdzakelijk verband met vertragingen in de voortgang van het fusieprogramma van Euratom, zoals de Rekenkamer reeds in 2008 opmerkte.

Presentatie van de rekeningen: bijdragen van de leden

16.

De Rekenkamer merkt op dat de activiteiten van gemeenschappelijke EU-ondernemingen worden gefinancierd uit bijdragen van hun leden, en dat de gemeenschappelijke ondernemingen geen eigen kapitaal hebben. De Rekenkamer deed de aanbeveling dit specifieke kenmerk van gemeenschappelijke ondernemingen duidelijk te laten blijken in de rekeningen.

17.

Anders dan de andere gemeenschappelijke EU-ondernemingen wordt de gemeenschappelijke onderneming voor ITER en de ontwikkeling van fusie-energie geheel gefinancierd uit openbare middelen. Dus de algemene bepalingen in EU-boekhoudregel 1 (groepsboekhouding) over het verschijnen van de bijdragen van de leden onder de nettoactiva op de balans, gelden niet voor de gemeenschappelijke onderneming voor ITER; hier verschijnen de bijdragen van de leden onder Beleidsontvangsten in de economische resultatenrekening.

18.

Hoewel deze boekhoudkundige verwerking aanvaardbaar is voor de gemeenschappelijke onderneming voor ITER en de ontwikkeling van fusie-energie, is de Rekenkamer van oordeel dat de rekeningen van de gemeenschappelijke ondernemingen in het algemeen zoveel mogelijk geharmoniseerd dienen te worden; zij stelt vast dat de Commissie voornemens is gedetailleerde richtsnoeren ter zake aan de gemeenschappelijke ondernemingen te verstrekken.

ANDERE AANGELEGENHEDEN

Internecontrolesystemen

19.

Hoewel zij erkende dat de gemeenschappelijke onderneming zich in een startfase bevond, merkte de Rekenkamer in haar voorgaande verslag op dat de gemeenschappelijke onderneming haar interne controles en financiële informatiesysteem nog niet geheel had opgezet.

20.

Hoewel de gemeenschappelijke onderneming in 2009 actie heeft ondernomen om standaarden voor de interne controle te ontwikkelen, is het zo dat eind 2009 belangrijke activiteiten van de organisatie nog niet voldoende waren geformaliseerd. Er was geen geschikt instrument voor het beheer van de operationele contracten. De begrotingsuitvoering en -rapportage is gebaseerd op spreadsheets. Er is geen centrale database met operationele, administratieve en financiële informatie.

21.

In april 2009 werd de afdelingsstructuur van de gemeenschappelijke onderneming gewijzigd. In de herziene structuur worden de begrotings- en boekhoudingstaken uitgevoerd door de afdeling Aankopen, hetgeen vragen oproept in verband met de noodzakelijke scheiding van taken bij financiële en operationele activiteiten (zie ook paragraaf 31).

22.

Zoals reeds in 2008 opgemerkt, zijn de onderliggende bedrijfsprocessen nog niet door de rekenplichtige gevalideerd, zoals het financieel reglement van de gemeenschappelijke onderneming voorschrijft.

23.

De gemeenschappelijke onderneming heeft in juli 2009 een dienst interne audit opgericht. Er is echter nog niet begonnen met de beoordeling van de beheerssystemen en van de efficiëntie van de internecontrolesystemen, zoals voorgeschreven door het financieel reglement van de gemeenschappelijke onderneming. Die beoordeling is bijzonder belangrijk gezien de interne reorganisatie die de gemeenschappelijke onderneming in 2009 heeft verricht.

24.

De Rekenkamer onderzocht een steekproef van 31 verrichtingen. In twee gevallen deed de gemeenschappelijke onderneming vastleggingen pas nadat ze reeds juridische verbintenissen had aangegaan, hetgeen in strijd is met de bepalingen van het financieel reglement. In twee andere gevallen waren er onvoldoende bewijsstukken dat de validering was verricht voordat er betalingen werden gedaan.

25.

Bij een gecontroleerde subsidiebetaling van 584 000 euro constateerde de Rekenkamer dat de ambtenaar die de betaling goedkeurde slechts een gedelegeerde bevoegdheid had om subsidiebetalingen tot 200 000 euro goed te keuren. Bij een gecontroleerde betaling van meer dan 10 miljoen euro betreffende het bouwrijp maken van grond vond de Rekenkamer alleen bewijzen inzake formele controles door de gemeenschappelijke onderneming, die niet volstonden om zekerheid te geven over met name de financiële regels van de subsidieovereenkomst en de subsidiabiliteit van de kosten.

Te late betaling van lidmaatschapsbijdragen

26.

In 2008 merkte de Rekenkamer op dat een aantal leden van de gemeenschappelijke onderneming hun lidmaatschapsbijdragen niet hadden betaald binnen de door de raad van bestuur gestelde termijn.

27.

In 2009 was de uiterste datum voor de betaling van de jaarlijkse bijdragen door de leden 31 mei 2009. Ondanks herhaalde rappelbrieven van de gemeenschappelijke onderneming hadden twee leden aan het eind van het jaar hun lidmaatschapsbijdragen over 2009 nog steeds niet betaald.

Financieel reglement van de gemeenschappelijke onderneming

28.

In 2008 noteerde de Rekenkamer een aantal punten waarop volgens haar wijzigingen in het financieel reglement van de gemeenschappelijke onderneming nodig zijn om het financieel kader van de onderneming te versterken (13). Eind 2009 waren er nog geen wijzigingen in het financieel reglement aangebracht.

De rol van de dienst Interne audit van de Commissie

29.

In haar Advies nr. 4/2008 wees de Rekenkamer op het feit dat het financieel reglement van de gemeenschappelijke onderneming geen melding maakt van de bevoegdheid van de interne auditor van de Commissie om controles bij de gemeenschappelijke onderneming te verrichten.

30.

De Rekenkamer herhaalt dat de interne auditor van de Commissie als algemene regel krachtens de financiële kaderregeling ten overstaan van de communautaire organen, waaronder de gemeenschappelijke ondernemingen, dezelfde bevoegdheden heeft als ten aanzien van de diensten van de Commissie.

Stand van zaken bij het ITER-project

31.

In mei 2010 bracht de Commissie een mededeling aan het Europees Parlement en de Raad uit over de stand van zaken bij het ITER-project (14). Daarin concludeert zij dat de substantiële kostenstijgingen voor ITER een herziening noodzakelijk maken van de governance van de gemeenschappelijke onderneming, inclusief haar aanbestedingsbeleid, alsook de vorming van een houdbaar financieel kader. Met name schat de Commissie dat ongeveer 1,4 miljard euro nodig zal zijn ter dekking van de kostenstijgingen in de Euratom-bijdrage voor ITER in 2012 en 2013.

32.

Terwijl de Raad tijdens zijn vergaderingen in november 2009 en juli 2010 zijn steun aan het ITER-project heeft bevestigd, moesten zowel de Raad als het Europees Parlement in september 2010 nog instemmen met de in 2012 en 2013 benodigde extra middelen voor de bijdrage van Euratom aan het ITER-project.

33.

De Rekenkamer merkt op dat deze ontwikkelingen een aanzienlijke weerslag kunnen hebben op de activiteiten en de begroting van de gemeenschappelijke onderneming.

Dit verslag werd door kamer II onder voorzitterschap van de heer Morten LEVYSOHN, lid van de Rekenkamer, te Luxemburg vastgesteld op haar vergadering van 20 oktober 2010.

Voor de Rekenkamer

Vítor Manuel da SILVA CALDEIRA

President

Tabel

De Europese gemeenschappelijke onderneming voor ITER en de ontwikkeling van fusie-energie (Barcelona)

Bevoegdheden van de Unie volgens het Verdrag

Bevoegdheden van de gemeenschappelijke onderneming zoals omschreven in Beschikking 2007/198/Euratom van de Raad

Organisatie

In 2009 ter beschikking van de gemeenschappelijke onderneming gestelde middelen

Voornaamste resultaten 2009

Europese Gemeenschap voor Atoomenergie

Hoofdstuk 5 „Gemeenschappelijke ondernemingen”, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, en met name

Artikel 45:

„Ondernemingen welke van fundamenteel belang zijn voor de ontwikkeling van de industrie op het gebied van de kernenergie binnen de Gemeenschap, kunnen worden opgericht als gemeenschappelijke ondernemingen in de zin van dit Verdrag, overeenkomstig de bepalingen van de hiernavolgende artikelen”.

Artikel 49:

„De oprichting van een gemeenschappelijke onderneming geschiedt ingevolge besluit van de Raad. Iedere gemeenschappelijke onderneming bezit rechtspersoonlijkheid.”

Doelstellingen

Leveren van de bijdrage van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie („Euratom”) aan de Internationale ITER-organisatie voor fusie-energie;

leveren van de bijdrage van Euratom aan de activiteiten in het kader van de bredere aanpak met Japan voor de snelle verwezenlijking van fusie-energie;

opstellen en coördineren van een activiteitenprogramma ter voorbereiding van de bouw van een demonstratiefusie-reactor en gerelateerde faciliteiten, inclusief de International Fusion Materials Irradiation Facility (IFMIF).

Taken

Het toezicht op de voorbereiding van de locatie van het ITER-project;

de levering van onderdelen, uitrusting, materialen en andere middelen aan de ITER-organisatie;

het beheer van regelingen voor het plaatsen van opdrachten met betrekking tot de ITER-organisatie en met name de desbetreffende procedures voor kwaliteitsborging;

de voorbereiding en coördinatie van de bijdrage van Euratom aan de wetenschappelijke en technische exploitatie van het ITER-project;

het coördineren van activiteiten voor wetenschappelijk en technologisch onderzoek en ontwikkeling ter ondersteuning van de bijdrage van Euratom aan de ITER-organisatie;

het verlenen van de financiële bijdrage van Euratom aan de ITER-organisatie;

het treffen van regelingen om personeel beschikbaar te stellen voor de ITER-organisatie;

de samenwerking met de ITER-organisatie en de uitvoering van alle andere activiteiten ter bevordering van de ITER-overeenkomst.

1.   Raad van bestuur

De Raad van bestuur is verantwoordelijk voor het toezicht op de gemeenschappelijke onderneming bij de verwezenlijking van haar doelstellingen en verzekert de nauwe samenwerking tussen de gemeenschappelijke onderneming en haar leden bij de uitvoering van haar activiteiten.

2.   Uitvoerend comité

Het uitvoerend comité staat de Raad van bestuur bij in de voorbereiding van zijn besluiten en voert alle andere taken uit die de Raad van bestuur aan het comité kan opdragen.

3.   Wetenschappelijke programmaraad

De wetenschappelijke programmaraad adviseert de Raad van bestuur en de directeur, voor zover nodig, over de aanneming en uitvoering van het projectplan en de werkprogramma's.

4.   Directeur

De directeur is als algemeen directeur belast met het dagelijks beheer van de gemeenschappelijke onderneming en is de wettelijke vertegenwoordiger ervan.

5.   Externe controle

Rekenkamer

6.   Interne controle

Opgericht per 1 juli 2009

7.   Kwijtingverlenende autoriteit

Parlement, op aanbeveling van de Raad

Definitieve begroting voor 2009

173,61 miljoen euro, waarvan 80,6 % bijdrage van de Unie.

(149,8 miljoen euro voor 2008).

Personeelsbestand per 31 december 2009

199 posten opgenomen in de lijst van het aantal ambten, waarvan 147 bezet per 31 december 2009 (153 gedane en geaccepteerde werkaanbiedingen, waavan 40 vaste en 113 tijdelijke banen).

66 andere dienstverbanden (arbeidscontractanten, gedetacheerde nationale deskundigen).

Totaal aantal personeelsleden: 213 (219 gedane en geaccepteerde werkaanbiedingen).

Internationale overeenkomsten ITER en bredere aanpak

47 operationele contracten gesloten met een totale waarde van 142,5 miljoen euro (51 gestart).

8 aanbestedingsregelingen ondertekend voor het ITER-project (waarde 400 miljoen euro) en 3 voor bredere-aanpakprojecten (waarde 18 miljoen euro).

ITER-krediet voor F4E: 2,92 kIUA (waarde 4,4 miljoen euro).

30 subsidies met een totale waarde van 15,9 miljoen euro (30 projecten gestart).

5 administratieve contracten met een totale waarde van 6 miljoen euro (7 gestart).

Begrotingsuitvoering: 98,9 % wat de vastleggingskredieten en 65,3 % wat de betalingskredieten betreft.

Uitbouw van de organisatie: werving van 58 F4E-ambtenaren of tijdelijke personeelsleden en 34 arbeidscontractanten.

Oprichting van diensten voor interne audit en gegevensbescherming.

Comités: 4 vergaderingen van de raad van bestuur, 7 vergaderingen van het uitvoerend comité en 3 vergaderingen van het panel voor technisch advies.

Bron: Door de gemeenschappelijke onderneming verstrekte gegevens.

ANTWOORDEN VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPELIJKE ONDERNEMING

Uitvoering van de begroting

Paragraaf 15

F4E is het met de opmerkingen van de Rekenkamer eens. Voor 2010 wordt een verbeterd betalingsprofiel ingevoerd met striktere verslagleggings- en controlemechanismen voor de uitvoering van de begroting met betrekking tot beleidsuitgaven.

Presentatie van de jaarrekening: bijdrage van de leden

Paragrafen 16-18

F4E is het eens met de bevindingen van de Rekenkamer, welke betrekking hebben op gemeenschappelijke ondernemingen in het algemeen en verwijzen naar het voornemen van de Commissie om gedetailleerde richtsnoeren op te stellen voor de presentatie van de bijdrage van de leden in de jaarrekening.

Internecontrolesystemen

Paragraaf 19

F4E is het met de opmerkingen van de Rekenkamer eens en benadrukt dat de versterking van de controleomgeving van de organisatie tot haar hoofdprioriteiten blijft behoren. Echter, begrepen dient te worden dat het ontwikkelen, uitvoeren en monitoren van interne controles bij een jonge, snel groeiende organisatie aanzienlijke hoeveelheden tijd en middelen vergt, met name wanneer die organisatie op zoek is naar de meest geschikte beheersregeling.

In 2009 en 2010 is er grote vooruitgang geboekt in de ontwikkeling van het kader voor niet-financiële controle, in het bijzonder wat betreft:

functieomschrijvingen;

ethische en organisatorische waarden;

personeelsbeoordeling en -ontwikkeling;

processen en procedures;

bedrijfscontinuïteit;

documentenbeheer;

interne audits.

Paragraaf 20

F4E is het met de opmerkingen van de Rekenkamer eens en werkt momenteel aan de invoering van een instrument voor het beheer van contracten. F4E werkt tevens aan de ontwikkeling van systematische instrumenten voor de opstelling/uitvoering van de begroting (met inbegrip van een automatisch scorebord) en voor de verslaglegging over gegevens inzake begroting en middelen.

Paragrafen 21 en 23

Nadat de eerste maanden van de interne-auditfunctie aan raadplegingsactiviteiten en capaciteitsopbouw waren gewijd, is de eerste controletaak, inzake de financiële circuits, in november 2009 gestart en in mei 2010 voltooid. Het jaarlijkse controleplan voor 2009/2010 werd door de directeur vastgesteld en op 27 januari 2010 door de raad van bestuur bekrachtigd.

Wat de financiële controles betreft, heeft de interne audit inzake de financiële circuits van F4E zich sinds de reorganisatie van april 2009 reeds met een aantal transversale kwesties in verband met het financiële beheer beziggehouden. De bezwaren van de Rekenkamer zijn in het licht van deze interne audit beoordeeld. In aansluiting op de aanbevelingen van de interne controleur is een actieplan opgesteld met onder andere het doel de noodzakelijke scheiding te waarborgen tussen taken voor financiële en operationele activiteiten. De uitvoering van dit actieplan is in augustus 2010 van start gegaan en moet tegen het einde van het jaar grotendeels zijn afgerond.

Paragraaf 22

F4E is het met de opmerkingen van de Rekenkamer eens. De boekhoudsystemen zijn door de rekenplichtige niet officieel gevalideerd, aangezien bepaalde onderliggende processen nog niet zijn geformaliseerd.

Paragraaf 24

Vanwege beperkte budgettaire middelen kon F4E niet het hele bedrag vastleggen dat voortvloeit uit een overeenkomst tussen de belangrijkste actoren van het ITER-project. Aan het eind van 2010 moet F4E in staat zijn om het totale bedrag voor haar International Organisation-bijdrage vast te leggen op basis van het besluit van de Raad inzake ITER dat in november wordt genomen en verdere wijziging van de begroting van F4E voor 2010.

Paragraaf 25

Met betrekking tot de gecontroleerde subsidie is F4E het met de opmerkingen van de Rekenkamer eens. De situatie is nu hersteld aan de hand van een hoger, enkelvoudig plafond dat is gedefinieerd in de machtiging die de gemachtigde ordonnateur is verleend.

Met betrekking tot de gecontroleerde betaling in verband met het bouwrijp maken van het terrein, is F4E het met de opmerkingen van de Rekenkamer eens. F4E is voornemens om algemeen de interne procedures te analyseren en te herdenken, wat onder meer moet leiden tot een verbetering van de interne controle vooraf.

Te late betaling van lidmaatschapsbijdragen

Paragrafen 26-27

F4E is het met de opmerkingen van de Rekenkamer eens. De situatie is in 2010 dankzij een grotere anticipatie en preventieve maatregelen verbeterd. Voor 2011 zal F4E haar vroegtijdige waarschuwing verder versterken door een raming van de bijdrage van elk lid voor 2011 toe te zenden. De leden hebben reeds in april 2010 informatie over hun bijdrage voor 2011 ontvangen en zullen na de vaststelling van de begroting voor 2011 door de raad van bestuur in november 2010 een officiële brief ontvangen met daarin de bevestiging van het definitieve bedrag.

Het financieel reglement van de gemeenschappelijke onderneming

Paragraaf 28

F4E is het met de opmerkingen van de Rekenkamer eens. F4E was van mening dat een degelijke, doeltreffende aanpak erin bestond een paar jaar ervaring met de feitelijke uitvoering op te doen alvorens een eventuele herziening van het financieel reglement voor te stellen. Deze herziening moet ook aansluiten op het eventuele voorstel tot herziening van de statuten van F4E (na goedkeuring van de raad van bestuur) en het daaropvolgende overleg met de Raad. Er is een interne werkgroep opgezet en naar verwachting zal vóór het einde van 2010 een voorstel voor herziening van het financieel reglement van F4E ter goedkeuring worden voorgelegd.

De rol van de dienst Interne audit van de Commissie

Paragrafen 29-30

De herziening van de statuten van F4E zal naar verwachting de toepasselijkheid van de financiële kaderregeling op de interne audit van de gemeenschappelijke onderneming verduidelijken. Desalniettemin zal het voorstel tot wijziging van het financieel reglement van F4E, dat momenteel wordt opgesteld, reeds rekening houden met de opmerking van de Rekenkamer en met bestaande algemene bepalingen die de interne controleur de bevoegdheid geven om EU-organen te controleren.

Stand van zaken bij het ITER-project

Paragrafen 31-33

F4E wil onderstrepen dat de informatie weliswaar juist is maar de stand van zaken van het overleg in september 2010 weergeeft, na de publicatie door de Commissie van een voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer ten aanzien van het meerjarig financieel kader om in de extra financieringsbehoeften van het ITER-project te voorzien (COM (2010)/403 van 20 juli 2010).


(1)  ITER: internationale thermonucleaire experimentele reactor.

(2)  Beschikking 2007/198/Euratom van de Raad van 27 maart 2007 tot oprichting van de Europese gemeenschappelijke onderneming voor ITER en de ontwikkeling van fusie-energie van gunsten daaraan (PB L 90 van 30.3.2007, blz. 58).

(3)  De Internationale ITER-organisatie voor fusie-energie werd in oktober 2007 opgericht voor een aanvankelijke periode van 35 jaar voor de uitvoering van het ITER-project, dat beoogt de wetenschappelijke en technologische haalbaarheid van fusie-energie aan te tonen. De leden zijn Euratom, de Volksrepubliek China, de Republiek India, Japan, de Republiek Korea, de Russische Federatie en de Verenigde Staten.

(4)  Bij deze rekening is een verslag gevoegd over het budgettair en financieel beheer tijdens het jaar, dat onder meer de uitvoeringsgraad van de kredieten vermeldt en beknopte informatie geeft over de kredietoverschrijvingen tussen de verschillende begrotingsonderdelen.

(5)  De financiële staten omvatten de balans en de economische resultatenrekening, de tabel van de kasstromen, de staat van de veranderingen van het eigen vermogen en de bijlage bij de financiële staten met een beschrijving van de voornaamste grondslagen voor financiële verslaglegging en andere toelichtingen.

(6)  De verslagen over de begrotingsuitvoering omvatten ook de resultatenrekening van de begrotingsuitvoering en de bijlage daarbij.

(7)  PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1.

(8)  Financieel reglement van de gemeenschappelijke onderneming voor ITER en de ontwikkeling van fusie-energie, op 22 oktober 2007 vastgesteld bij besluit van haar raad van bestuur.

(9)  Artikel 33 van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002 van de Commissie van 19 november 2002 (PB L 357 van 31.12.2002, blz. 72).

(10)  Artikel 38 van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002.

(11)  De regels inzake de rekening en verantwoording en de boekhouding van communautaire organen zijn vastgelegd in hoofdstuk 1 van titel VII van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002, zoals laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG, Euratom) nr. 652/2008 van 9 juli 2008 (PB L 181 van 10.7.2008, blz. 23), en zijn opgenomen in het financieel reglement van de gemeenschappelijke onderneming voor fusie-energie.

(12)  Internationale Federatie van Accountants (IFAC) en Internationale Standaarden van Hoge Controle-instanties (ISSAI).

(13)  Advies nr. 4/2008 over het financieel reglement van de Europese gemeenschappelijke onderneming voor ITER en de ontwikkeling van fusie-energie („Fusion for Energy”) en de paragrafen 21-23 van het specifiek jaarverslag van de Rekenkamer over de jaarrekening van de Europese gemeenschappelijke onderneming voor ITER en de ontwikkeling van fusie-energie betreffende het per 31 december 2008 afgesloten begrotingsjaar (PB C 310 van 18.12.2009, blz. 1).

(14)  Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad: ITER, stand van zaken en mogelijke verdere maatregelen — SEC(2010) 571 van 4 mei 2010.


16.12.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 342/30


VERSLAG

over de jaarrekening van de gemeenschappelijke onderneming SESAR betreffende het per 31 december 2009 afgesloten begrotingsjaar, vergezeld van de antwoorden van de gemeenschappelijke onderneming

2010/C 342/05

INHOUD

 

Paragraaf

Bladzijde

INLEIDING …

1-5

31

BETROUWBAARHEIDSVERKLARING …

6-15

31

OPMERKINGEN OVER HET BUDGETTAIR EN FINANCIEEL BEHEER …

16-22

32

ANDERE AANGELEGENHEDEN …

23-32

32

Tabel …

34

Antwoorden van de gemeenschappelijke onderneming

37

INLEIDING

1.

De gemeenschappelijke onderneming SESAR, gevestigd te Brussel, werd in februari 2007 (1) opgericht voor het beheer van de activiteiten van het SESAR-project (Single European Sky Air Traffic Management Research).

2.

Het SESAR-project beoogt de modernisering van de luchtverkeersbeveiliging (ATM) in Europa en is in drie fasen verdeeld:

a)

de in 2005 begonnen „definitiefase”, geleid door de Europese Organisatie voor de Veiligheid van de Luchtvaart (Eurocontrol) en gecofinancierd uit de EU-begroting via het programma voor het trans-Europese vervoersnetwerk. Het resultaat is het Europese „ATM-masterplan”, dat de inhoud en ontwikkeling van, en ontplooiingsplannen voor de nieuwe generatie ATM-systemen bepaalt;

b)

de „ontwikkelingsfase” (2008-2013), die wordt beheerd door de gemeenschappelijke onderneming SESAR (zie ook de tabel), en leidt tot de totstandbrenging van nieuwe technologische systemen, bestanddelen en operationele procedures zoals bepaald in het Europese ATM-masterplan;

c)

de „ontplooiingsfase” (2014-2020), die zal worden geleid door het bedrijfsleven en belanghebbenden, voor de grootschalige productie en invoering van de nieuwe luchtverkeersbeveiligingsinfrastructuur.

3.

De gemeenschappelijke onderneming is opgezet als publiek-privaat partnerschap. De stichtende leden zijn de Europese Gemeenschap, vertegenwoordigd door de Europese Commissie, en Eurocontrol, vertegenwoordigd door haar agentschap. Na een oproep tot het indienen van blijken van belangstelling zijn 15 publieke en private ondernemingen uit de luchtvaartindustrie lid van de gemeenschappelijke onderneming. Hieronder bevinden zich verleners van luchtvaartnavigatiediensten, grond- en luchtmaterieelproducerende industrie, vliegtuigfabrikanten, luchthavenautoriteiten en fabrikanten van boordapparatuur.

4.

Het budget voor de ontwikkelingsfase van het SESAR-project is 2,1 miljard euro, dat in gelijke delen door de EU, Eurocontrol en de deelnemende publieke en private partners gedragen moet worden. De bijdrage van de EU wordt betaald uit het zevende onderzoekskaderprogramma en het programma voor de trans-Europese vervoersnetwerken. Ongeveer 90 % van de bijdrage van Eurocontrol en de andere belanghebbenden zal in natura worden geleverd.

5.

De gemeenschappelijke onderneming SESAR begon autonoom te werken op 10 augustus 2007.

15.

De hierna volgende opmerkingen doen niets af aan het oordeel van de Rekenkamer.

OPMERKINGEN OVER HET BUDGETTAIR EN FINANCIEEL BEHEER

Uitvoering van de begroting

16.

De door de raad van bestuur vastgestelde definitieve begroting 2009 omvatte vastleggingskredieten ten bedrage van 325 miljoen euro en betalingskredieten ten belope van 157 miljoen euro. De uitvoeringsgraad van de vastleggings- en betalingskredieten bedroeg 97,1, respectievelijk 43,2 %.

17.

In 2009 beliepen de bijdragen van de leden (38,8 miljoen euro) samen met het resultaat van het voorgaande jaar (115,6 miljoen euro) 154,4 miljoen euro, terwijl de betalingen 67,9 miljoen euro beliepen en de overdracht van kredieten 2,5 miljoen euro betrof. Dit leidde tot een positief begrotingsresultaat van 84 miljoen euro en deposito's op bankrekeningen aan het eind van het jaar van in totaal 86,8 miljoen euro. Dit is in strijd met het begrotingsbeginsel van evenwicht.

18.

Krachtens artikel 51 van de financiële regeling van de gemeenschappelijke onderneming SESAR dragen de middelen die de Commissie in de vorm van subsidie aan de gemeenschappelijke onderneming betaalt, rente die toevalt aan de algemene begroting van de EU. Aan het eind van 2009 had de gemeenschappelijke onderneming geen verzoek ontvangen de over de periode 2007-2009 aangegroeide rente ten bedrage van 1,7 miljoen euro over te maken.

Presentatie van de rekeningen: bijdragen van de leden

19.

De Rekenkamer merkt op dat de activiteiten van gemeenschappelijke EU-ondernemingen worden gefinancierd uit bijdragen van hun leden, en dat de gemeenschappelijke ondernemingen geen eigen kapitaal hebben. De Rekenkamer deed de aanbeveling dit specifieke kenmerk van gemeenschappelijke ondernemingen duidelijk te laten blijken in de rekeningen.

20.

De Rekenkamer is dan ook ingenomen met het feit dat de bijdragen van de leden in overeenstemming met boekhoudregel 1 (groepsboekhouding) onder de nettoactiva op de balans van de gemeenschappelijke onderneming verschijnen, en dat de toelichting bij de rekeningen nadere informatie over de aard van de bijdragen verschaft.

21.

Dit is een wijziging in de grondslag voor financiële verslaglegging die de gemeenschappelijke onderneming SESAR toepaste voor de rekeningen over 2008, waarin de bijdragen van de leden als ontvangsten in de economische resultatenrekening verschenen. De desbetreffende gegevens zijn opnieuw opgesteld in de rekeningen over 2008 om een vergelijking met de rekeningen over 2009 mogelijk te maken.

22.

De Rekenkamer is van oordeel dat de presentatie van de bijdragen van de leden in de rekeningen van de gemeenschappelijke ondernemingen zoveel mogelijk geharmoniseerd dient te worden en stelt vast dat de Commissie voornemens is gedetailleerde richtsnoeren ter zake aan de gemeenschappelijke ondernemingen te verstrekken.

ANDERE AANGELEGENHEDEN

Internecontrolesystemen

23.

Hoewel zij erkende dat de gemeenschappelijke onderneming zich in 2008 in een startfase bevond, merkte de Rekenkamer in haar voorgaande verslag op dat de gemeenschappelijke onderneming haar interne controles en financiële informatiesysteem nog niet geheel had opgezet.

24.

Hoewel in de loop van 2009 (11) belangrijke stappen werden gezet, is het zo dat eind 2009 belangrijke activiteiten van de organisatie nog niet voldoende waren geformaliseerd en dat er geen geïntegreerd instrument ingevoerd was voor het beheer van de financiële, budgettaire en operationele informatie. Zoals reeds werd opgemerkt in 2008, zijn de onderliggende bedrijfsprocessen nog niet door de rekenplichtige gevalideerd, zoals het financieel reglement van de gemeenschappelijke onderneming voorschrijft.

25.

Bij de controle door de Rekenkamer van een steekproef van 36 verrichtingen kwamen er verscheidene gevallen aan het licht waarin de interne controles niet goed hadden gewerkt. In één geval sloot de gemeenschappelijke onderneming bijvoorbeeld een contract voor schoonmaakdiensten voor een jaarlijkse waarde van 19 572 euro, zonder daarbij de procedure van gunning via onderhandelingen te volgen die is neergelegd in het algemeen Financieel Reglement en het financieel reglement van SESAR. Voor een ander contract, betreffende ondersteuning bij de voorbereiding van lidmaatschapsovereenkomsten, ter waarde van 922 000 euro, kon de Rekenkamer bewijs verkrijgen dat de diensten waren geleverd, maar kon aan haar geen, door de financiële regeling voorgeschreven, formeel overzicht van de geleverde diensten worden overgelegd.

26.

Krachtens artikel 25 van de financiële regeling van SESAR dienen begrotingsvastleggingen te worden gebruikt overeenkomstig het beginsel van goed financieel beheer. Het contract voor kantoorruimte en faciliteiten, ondertekend op 6 september 2007 voor een periode van negen jaar, omvatte de mogelijkheid van vroegtijdige beëindiging zonder oplegging van een boete aan het eind van iedere periode van drie jaar. De gemeenschappelijke onderneming wisselde echter van kantoor in 2009 en moest 380 235 euro betalen voor nog eens 12 maanden aan huur en servicekosten voor de kantoren waaruit zij vertrokken was.

Opname in de balans van activa

27.

Wat de resultaten van het SESAR-programma aangaat zal de gemeenschappelijke onderneming eigenaar worden van alle roerende en onroerende activa die zij gerealiseerd heeft of die aan haar zijn overgedragen voor de ontwikkelingsfase van het SESAR-project, overeenkomstig specifieke overeenkomsten met haar leden (12)

28.

Zoals vermeld in de bijlage bij de jaarrekening is de gemeenschappelijke onderneming SESAR in dit stadium niet in staat een prognose te geven van de activa die mogelijk gerealiseerd zullen worden uit de resultaten van de activiteiten. De Rekenkamer stelt vast dat er eind 2009 nog geen geïntegreerd beheersinformatiesysteem bestond om de kosten aan specifieke werkpakketten toe te rekenen of de financieringsbron van operationele kosten vast te stellen. Dit is noodzakelijk voor een correcte waardebepaling, indien nodig, van de kosten van de activiteiten en de realisering van activa.

Financieel reglement van de gemeenschappelijke onderneming

29.

Het financieel reglement van de gemeenschappelijke onderneming werd aanvankelijk in juli 2007 vastgesteld door de raad van bestuur. In 2008 merkte de Rekenkamer (13) op dat het financieel reglement van de gemeenschappelijke onderneming gewijzigd diende te worden om het overeen te laten komen met de financiële kaderregeling voor organen van de EU. Na de inwerkingtreding van Verordening (EG) nr. 1361/2008 van de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 219/2007 betreffende de oprichting van de gemeenschappelijke onderneming SESAR, stelde de raad van bestuur op 28 juli 2009 de huidige financiële regeling vast, waarmee het in juli 2007 vastgestelde financieel reglement werd ingetrokken.

30.

De Rekenkamer bracht op 15 april 2010 haar Advies nr. 2/2010 over de nieuwe financiële regeling van de gemeenschappelijke onderneming SESAR uit. De Rekenkamer deed een aantal aanbevelingen met betrekking tot uitzonderingen op de begrotingsbeginselen, de rol van de dienst Interne audit van de Commissie en de bepalingen inzake het lidmaatschap van de gemeenschappelijke onderneming SESAR en de cofinanciering van activiteiten.

Interne-auditfunctie en dienst Interne audit van de Commissie

31.

Zoals beschreven in haar Adviezen nr. 2/2010 over de financiële regeling van de gemeenschappelijke onderneming SESAR en nr. 4/2008 over het financieel reglement van de gemeenschappelijke onderneming voor fusie-energie, is de Rekenkamer van oordeel dat de huidige bepaling in de statuten van de gemeenschappelijke onderneming over de rol van de interne auditor van de Commissie verduidelijkt dient te worden.

32.

Artikel 7 bis van de statuten van de gemeenschappelijke onderneming SESAR bepaalt dat de taken van de interne auditor van de Commissie onder verantwoordelijkheid van de raad van bestuur van de gemeenschappelijke onderneming uitgevoerd dienen te worden. Naar het oordeel van de Rekenkamer is een dergelijke regeling geschikt voor de interne-auditfunctie binnen de gemeenschappelijke onderneming, maar niet voor de interne auditor van de Commissie, wiens verantwoordelijkheden betrekking hebben op de algemene EU-begroting als geheel.

Dit verslag werd door kamer II onder voorzitterschap van de heer Morten LEVYSOHN, lid van de Rekenkamer, te Luxemburg vastgesteld op haar vergadering van 20 oktober 2010.

Voor de Rekenkamer

Vítor Manuel da SILVA CALDEIRA

President

Tabel

Gemeenschappelijke onderneming SESAR (Brussel)

Bevoegdheden van de Unie volgens het Verdrag

Bevoegdheden van de gemeenschappelijke onderneming zoals omschreven in Verordening (EG) nr. 219/2007, zoals gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1361/2008.

Organisatie

In 2009 ter beschikking van de gemeenschappelijke onderneming gestelde middelen

Voornaamste in 2009 geleverde producten en diensten

Gemeenschappelijk vervoerbeleid

„1.

De bepalingen van deze titel zijn van toepassing op het vervoer per spoor, over de weg en over de binnenwateren.

2.

Het Europees Parlement en de Raad kunnen, volgens de gewone wetgevingsprocedure, passende bepalingen vaststellen voor de zeevaart en de luchtvaart. Zij besluiten na raadpleging van het Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s.”

(Artikel 100 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie)

Onderzoek en technologische ontwikkeling

„De Unie kan gemeenschappelijke ondernemingen of andere structuren in het leven roepen die noodzakelijk zijn voor de goede uitvoering van programma’s voor onderzoek en technologische ontwikkeling en demonstratie in de Unie.”

(Artikel 187 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie)

Doelstellingen

Door coördinatie en concentratie van alle relevante onderzoeks- en ontwikkelingsinspanningen in de Unie zorgen voor de modernisering van het Europese luchtverkeersbeveiligingssysteem;

het ATM-masterplan uit te voeren.

Taken

De activiteiten op het gebied van onderzoek, ontwikkeling en validering van het SESAR- project beheren door de door de lidstaten verstrekte openbare en particuliere financiële middelen te bundelen, daarbij onder meer steunend op extern technisch potentieel, en met name op de ervaring en deskundigheid van Eurocontrol.

Met name

in overeenstemming met het ATM-masterplan zorgen voor de organisatie en de coördinatie van de activiteiten van de ontwikkelingsfase van het SESAR project, zoals deze resulteren uit de door Eurocontrol beheerde definitiefase van het project, door de publieke en de particuliere financiële middelen in één enkele structuur te bundelen en te beheren;

de nodige financiering voor de activiteiten van de ontwikkelingsfase van het SESAR-project aantrekken, in overeenstemming met het ATM-masterplan;

de betrokkenheid van de belanghebbenden van de luchtverkeersbeveiligingssector in Europa garanderen; het gaat met name om: verleners van luchtvaartnavigatiediensten, luchtruimgebruikers, belangenorganisaties van beroepspersoneel, luchthavens, en de industrie, alsmede de relevante wetenschappelijke instellingen of de relevante wetenschappelijke gemeenschap;

de technische onderzoeks-, ontwikkelings-, validerings- en studiewerkzaamheden organiseren die onder haar gezag moeten worden uitgevoerd en aldus versnippering van deze activiteiten voorkomen;

toezicht uitoefenen op de activiteiten met betrekking tot de ontwikkeling van naar behoren in het ATM-masterplan aangegeven gemeenschappelijke producten en, zo nodig, speciale openbare aanbestedingen organiseren.

1.   Raad van bestuur

Samenstelling

a)

Een vertegenwoordiger van elk van de leden van de gemeenschappelijke onderneming;

b)

een vertegenwoordiger van de krijgsmacht;

c)

een vertegenwoordiger van de civiele luchtruimgebruikers;

d)

een vertegenwoordiger van de verleners van luchtvaartnavigatiediensten, aangewezen door hun vertegenwoordigende organisatie op Europees niveau;

e)

een vertegenwoordiger van de apparatuurfabrikanten, aangewezen door hun vertegenwoordigende organisatie op Europees niveau;

f)

een vertegenwoordiger van de luchthavens;

g)

een vertegenwoordiger van de belangenorganisaties van personeel in de luchtverkeersbeveiligingssector, aangewezen door hun vertegenwoordigende organisatie op Europees niveau;

h)

een vertegenwoordiger van de relevante wetenschappelijke instellingen of de relevante wetenschappelijke gemeenschap, aangewezen door hun vertegenwoordigende organisatie op Europees niveau.

De Raad van bestuur wordt voorgezeten door de vertegenwoordiger van de Unie.

Voornaamste taken

a)

Het door de Raad goedgekeurde ATM-masterplan, als bedoeld in artikel 1, lid 2, van de SESAR-verordening, vaststellen en alle wijzigingsvoorstellen goedkeuren;

b)

de nodige richtsnoeren geven en besluiten nemen die nodig zijn voor de uitvoering van de ontwikkelingsfase van het SESAR-project en algemeen toezicht uitoefenen op de uitvoering daarvan;

c)

het werkprogramma en de jaarlijkse werkprogramma's van de gemeenschappelijke onderneming, alsmede de jaarlijkse begroting, met inbegrip van de personeelsformatie goedkeuren;

d)

een onderhandelingsmandaat verlenen en beslissen over de toetreding van nieuwe leden en over de bijbehorende overeenkomsten;

e)

toezien op de uitvoering van de overeenkomsten tussen de leden en de gemeenschappelijke onderneming;

f)

de uitvoerend directeur benoemen en ontslaan en het organogram goedkeuren en toezien op het functioneren van de uitvoerend directeur;

g)

beslissen over de hoogte van de financiële bijdragen en de procedures voor de betaling daarvan en over de raming van de bijdragen in natura van de leden;

h)

het financieel reglement van de gemeenschappelijke onderneming vaststellen;

i)

de jaarrekening en de balans goedkeuren;

j)

het jaarverslag over de vorderingen in de ontwikkelingsfase van het SESAR-project en de financiële situatie goedkeuren;

k)

besluiten nemen over de voorstellen aan de Commissie betreffende verlenging en ontbinding van de gemeenschappelijke onderneming;

l)

de voorwaarden vaststellen voor verlening van toegangsrechten tot materiële en immateriële activa die het eigendom zijn van de gemeenschappelijke onderneming en voor de overdracht van deze activa;

m)

de regels en procedures vaststellen voor het sluiten van de overeenkomsten die nodig zijn voor uitvoering van „het ATM-masterplan”, met inbegrip van specifieke procedures voor belangenverstrengeling;

n)

besluiten nemen over voorstellen aan de Commissie tot wijziging van de statuten;

o)

andere bevoegdheden uitoefenen en andere functies op zich nemen, met inbegrip van de eventuele oprichting van ondersteunende instellingen die nodig zijn voor de doeleinden van de ontwikkelingsfase van het SESAR-project;

p)

de regelingen ter uitvoering van artikel 8 over de detachering van personeel bij de gemeenschappelijke onderneming aannemen.

2.   Uitvoerend Directeur

Benoemd door de raad van bestuur op voorstel van de Commissie

3.   Externe controle

Rekenkamer

4.   Kwijtingverlenende autoriteit

Europees Parlement, op aanbeveling van de Raad

Begroting

325,1 miljoen euro, waarvan 16,9 % bijdrage van de Unie.

Personeelsbestand per 31 december 2009

Posten in de lijst van het aantal ambten: 39

Bezette posten: 18

Andere dienstverbanden (arbeidscontractanten, gedetacheerde nationale deskundigen en plaatselijke functionarissen): 8

Totaal aantal personeelsleden: 26

Door de leden van de gemeenschappelijke onderneming als onderdeel van hun bijdrage in natura gedetacheerde personeelsleden: 4

waarvan:

22 met uitvoerende,

16 met administratieve en ondersteunende, en

1 met gemengde taken.

Voornaamste prestaties in 2009:

het lidmaatschapsproces werd afgerond op 26 maart 2009 met het besluit van de raad van bestuur om het lidmaatschap toe te kennen aan de 15 voorgeselecteerde kandidaat-leden tegelijk met de toewijzing van de activiteiten die vallen binnen de reikwijdte van IBAFO 1. De Europese Commissie had eerder (23 maart 2009) het standpunt van de EU-lidstaten ontvangen na een comitologieprocedure zoals voorgeschreven in artikel 5, lid 4, van de GOS-Verordening (EG) nr. 219/2007;

omdat het op het moment van de start van IBAFO 1 niet mogelijk was alle werkpakketten op te nemen, onder meer omdat definitieve steun nodig was van de Voorlopige Raad voor de bijdrage van Eurocontrol aan de GOS, werd in juli 2009 een nieuwe IBAFO gestart. Het selectieproces werd uitgevoerd in november en de uitvoerend directeur presenteerde zijn aanbeveling over de toewijzing van de activiteiten aan de raad van bestuur van de GOS, die daarvoor op zijn vergadering van 14 december 2009 goedkeuring verleende;

met de voltooiing van het lidmaatschapsproces zoals gepland in 2009 en het proces voor de —toewijzing van de programma-activiteiten is het SESAR-programma volledig in werking getreden;

overeenkomstig de in het JWP 2009 opgegeven doelstellingen was 69 % van de projecten per ultimo 2009 gestart. Er werden 126 O&O-projecten gestart, en aan het eind het jaar waren door de GOS 62 opstartverslagen ontvangen. 32 opstartverslagen werden geanalyseerd waarvan 13 projecten voor uitvoering werden goedgekeurd door de uitvoerend directeur en 19 niet voldeden aan één of meer van de acceptatiecriteria, waarop om een herziene versie werd verzocht. 43 beheersactiviteiten werden gestart en deze zullen na het indienen van een opstartverslag door het management goedkeuring krijgen om verder te gaan met de uitvoeringsfase begin 2010;

na de inwerkingtreding op 1 januari 2009 van Verordening (EG) nr. 1361/2008 van de Raad van 16 december 2008, realiseerde en voltooide de GOS de overgang naar een volwaardig orgaan van de Europese Unie. Als gevolg daarvan:

a.

werd nieuw personeel aangetrokken krachtens het „Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie en regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Unie”, zoals laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG, Euratom) nr. 31/2005 van de Raad van 20 december 2004 (hierna „Statuut”);

b.

de 13 personeelsleden die actief waren aan het begin van 2009 namen deel aan een intern selectieproces overeenkomstig artikel 2 van Verordening (EG) nr. 1361/2008 van de Raad en werden aangesteld als tijdelijke functionarissen krachtens het Statuut;

c.

met ingang van eind april 2009 is de GOS in staat om arbeidscontractanten aan te stellen;

d.

op 30 maart 2009 ondertekende de GOS, overeenkomstig artikel 2 ter van de SESAR-verordeningen een administratieve overeenkomst met de Belgische overheid die de bepalingen van het Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Gemeenschappen ten uitvoer legt. Als gevolg van de toepassing van het Protocol is de GOS vrijgesteld van btw en begon zij de procedure om de tussen 16 oktober 2008 en de inwerkingtreding van de administratieve overeenkomst betaalde btw en belastingen op de in dezelfde periode verdiende rente, terug te vorderen. Eind 2009 was de btw (0,4 miljoen euro) teruggevorderd en ontvangen en de belastingen over de rente zullen in de loop van 2010 worden ontvangen;

e.

op 28 juli 2009 stelde de raad van bestuur de nieuwe financiële regeling vast voor de GOS overeenkomstig artikel 4 bis van de GOS-Verordening, nadat eerder toestemming was verkregen van de Europese Commissie. In 2010 dient de Europese Rekenkamer een advies te geven over de financiële regeling van de GOS.

2009 was een cruciaal jaar voor de GOS, die vanwege de wijziging van haar statuten enerzijds een 360-graden-herstructureringsproces van haar organisatie moest ondergaan, en anderzijds de activiteiten operationeel diende te starten met de lancering van de projecten, subwerkpakketten en werkpakketten, terwijl ze nog steeds de laatste hand legde aan het lidmaatschapsproces.

Bron: Door de gemeenschappelijke onderneming verstrekte gegevens.

ANTWOORDEN VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE ONDERNEMING

Paragraaf 17

De gemeenschappelijke onderneming is verantwoordelijk voor de ontwikkelingsfase van het SESAR-programma, dat naar verwachting tot 2016 zal lopen. Het meerjarenprogramma ging in 2009 van start en zal tijdens de duur ervan naar verwachting worden gekenmerkt door een gebrek aan evenwicht tussen ontvangsten en uitgaven, vooral in de eerste jaren.

Paragraaf 24

De gemeenschappelijke onderneming is afhankelijk van de diensten van de Europese Commissie voor de implementatie van haar financiële systemen (ABAC en SAP). De Commissie kon deze pas in mei 2010 bij de gemeenschappelijke onderneming installeren. Het systeem voor het beheer van het operationele programma werkt sinds eind 2009.

Paragraaf 25

Het contract van 19 572 euro werd in 2007 opgesteld en ondertekend door de tijdelijke bewindvoerder van de gemeenschappelijke onderneming, toen deze nog geen personeel noch een interne organisatie had. De gemeenschappelijke onderneming heeft in 2009 de juiste aanbestedingsprocedure ter vervanging van het contract gelanceerd.

De gemeenschappelijke onderneming erkent de bevinding van de Rekenkamer dat zij betere bewijsstukken had moeten verkrijgen ter staving van de betaling van 922 000 euro en kan al verzekeren dat er formele verklaringen van geleverde diensten beschikbaar zijn. Het contract omvatte echter ondersteunende activiteiten en professionele juridische advisering die op uurbasis in rekening werden gebracht. Bedoelde activiteiten vonden continu, zo niet dagelijks, plaats in een voor de gemeenschappelijke onderneming bijzonder drukke periode (afronding van onderhandelingen met leden) en werden voortdurend door haar gevolgd. Medewerkers van de gemeenschappelijke onderneming en ondersteunende contractanten werkten continu nauw verder — in het bijzonder door talrijke uitwisselingen van documenten per e-mail — aan de resultaten van het contract, zoals aspirant-lidmaatschap en multilaterale kaderovereenkomsten.

Paragraaf 26

De gemeenschappelijke onderneming erfde in 2007 de huurovereenkomst voor het voormalige gebouw van de gemeenschappelijke onderneming Galileo. Dit gebouw bleek al snel ontoereikend voor haar behoeften, zoals de raad van bestuur in 2008 ook toegaf. Daarom moest de gemeenschappelijke onderneming het risico van vertraging met de start van het programma afwegen tegen de kosten van een verhuizing naar een adequaat gebouw. De gemeenschappelijke onderneming onderhandelde over het contract voor haar nieuwe gebouw binnen haar huurbudget en behoefde de raad van bestuur niet om extra middelen te vragen.

Paragraaf 28

De gemeenschappelijke onderneming erkent de bezorgdheid van de Rekenkamer maar heeft er nog altijd vertrouwen in dat zij de financieringsbron en, zo nodig, een correcte waardebepaling van de noodzakelijke kosten om activa te realiseren zal kunnen vaststellen.

Paragraaf 30

De gemeenschappelijke onderneming treft samen met de diensten van de Europese Commissie de noodzakelijke maatregelen om de aanbevelingen van de Rekenkamer in haar Advies 2/2010 ten uitvoer te brengen.

Paragraaf 31

De gemeenschappelijke onderneming zal in overweging nemen of haar statuten moeten worden aangepast rekening houdend met het standpunt van de diensten van de Europese Commissie.


(1)  Verordening (EG) nr. 219/2007 van de Raad van 27 februari 2007 betreffende de oprichting van een gemeenschappelijke onderneming voor de realisering van het Europese nieuwe generatie luchtverkeersbeveiligingssysteem (SESAR) (PB L 64 van 2.3.2007, blz. 1), gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1361/2008 van 16 december 2008 (PB L 352 van 31.12.2008, blz. 12).

(2)  Bij deze rekening is een verslag gevoegd over het budgettair en financieel beheer tijdens het jaar, dat onder meer de uitvoeringsgraad van de kredieten vermeldt en beknopte informatie geeft over de kredietoverschrijvingen tussen de verschillende begrotingsonderdelen.

(3)  De financiële staten omvatten de balans en de economische resultatenrekening, de tabel van de kasstromen, de staat van de veranderingen van het eigen vermogen en de bijlage bij de financiële staten met een beschrijving van de voornaamste grondslagen voor financiële verslaglegging en andere toelichtingen.

(4)  De verslagen over de begrotingsuitvoering omvatten ook de resultatenrekening van de begrotingsuitvoering en de bijlage daarbij.

(5)  PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1.

(6)  Financiële regeling van SESAR, vastgesteld door de raad van bestuur op 28 juli 2009.

(7)  Artikel 33 van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002 van de Commissie van 19 november 2002 (PB L 357 van 31.12.2002, blz. 72).

(8)  Artikel 38 van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002.

(9)  De regels inzake de rekening en verantwoording en de boekhouding van EU-organen zijn vastgelegd in hoofdstuk 1 van titel VII van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002, zoals laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG, Euratom) nr. 652/2008 van 9 juli 2008 (PB L 181 van 10.7.2008, blz. 23), en zijn opgenomen in de financiële regeling van de gemeenschappelijke onderneming SESAR.

(10)  Internationale Federatie van Accountants (IFAC) en Internationale Standaarden van Hoge Controle-instanties (ISSAI).

(11)  Inclusief de inwerkingtreding van Verordening nr. 1361/2008 van de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 219/2007 en de vaststelling van de nieuwe financiële regeling van de gemeenschappelijke onderneming SESAR op 28 juli 2009.

(12)  Artikel 18 van de statuten.

(13)  Verslag over de jaarrekening van de gemeenschappelijke onderneming SESAR betreffende het per 31 december 2008 afgesloten begrotingsjaar (PB C 310 van 18.12.2009, blz. 9).