|
ISSN 1725-2474 doi:10.3000/17252474.C_2010.256.nld |
||
|
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 256 |
|
|
||
|
Uitgave in de Nederlandse taal |
Mededelingen en bekendmakingen |
53e jaargang |
|
Nummer |
Inhoud |
Bladzijde |
|
|
II Mededelingen |
|
|
|
MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE |
|
|
|
Europese Commissie |
|
|
2010/C 256/01 |
Goedkeuring van de steunmaatregelen van de staten in het kader van de bepalingen van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag — Gevallen waartegen de Commissie geen bezwaar maakt ( 1 ) |
|
|
2010/C 256/02 |
Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie (Zaak COMP/M.5925 — Metlife/Alico/Delam) ( 1 ) |
|
|
|
IV Informatie |
|
|
|
INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE |
|
|
|
Europese Commissie |
|
|
2010/C 256/03 |
||
|
2010/C 256/04 |
Nieuwe nationale zijde van voor circulatie bestemde euromuntstukken |
|
|
|
V Adviezen |
|
|
|
BESTUURLIJKE PROCEDURES |
|
|
|
Europees Bureau voor personeelsselectie (EPSO) |
|
|
2010/C 256/05 |
||
|
|
GERECHTELIJKE PROCEDURES |
|
|
|
EVA-Hof |
|
|
2010/C 256/06 |
||
|
2010/C 256/07 |
||
|
2010/C 256/08 |
||
|
2010/C 256/09 |
||
|
|
ANDERE HANDELINGEN |
|
|
|
Europese Commissie |
|
|
2010/C 256/10 |
||
|
|
|
|
|
(1) Voor de EER relevante tekst |
|
NL |
|
II Mededelingen
MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE
Europese Commissie
|
23.9.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 256/1 |
Goedkeuring van de steunmaatregelen van de staten in het kader van de bepalingen van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag
Gevallen waartegen de Commissie geen bezwaar maakt
(Voor de EER relevante tekst)
2010/C 256/01
|
Datum waarop het besluit is genomen |
30.9.2009 |
|
Referentienummer staatssteun |
N 331/08 |
|
Lidstaat |
Frankrijk |
|
Regio |
Département des Hauts-de-Seine |
|
Benaming van de steunregeling en/of naam van de begunstigde |
Compensation de charges pour une délégation de service publique (DSP) pour l'établissement et l'exploitation d'un réseau de communications électroniques à très haut débit dans le département des Hauts-de-Seine. |
|
Rechtsgrondslag |
Code général des collectivités territoriales (Article L. 1425-1). |
|
Type maatregel |
Steunregeling |
|
Doelstelling |
Sectorale ontwikkeling |
|
Vorm van de steun |
Directe subsidie |
|
Begrotingsmiddelen |
Totaal van de voorziene steun: 59 miljoen EUR |
|
Maximale steunintensiteit |
— |
|
Looptijd (periode) |
10.10.2009-10.10.2015 |
|
Economische sectoren |
Beperkt tot de post- en telecommunicatiediensten |
|
Naam en adres van de steunverlenende autoriteit |
Département des Hauts-de-Seine |
|
Andere informatie |
— |
De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:
http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/state_aids_texts_nl.htm
|
23.9.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 256/2 |
Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie
(Zaak COMP/M.5925 — Metlife/Alico/Delam)
(Voor de EER relevante tekst)
2010/C 256/02
Op 24 augustus 2010 heeft de Commissie besloten zich niet te verzetten tegen bovenvermelde aangemelde concentratie en deze verenigbaar met de gemeenschappelijke markt te verklaren. Deze beschikking is gebaseerd op artikel 6, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad. De volledige tekst van de beschikking is slechts beschikbaar in het Engels en zal openbaar worden gemaakt na verwijdering van eventuele bedrijfsgeheimen. De tekst is beschikbaar:
|
— |
op de website Concurrentie van de Commissie, afdeling fusies (http://ec.europa.eu/competition/mergers/cases/). Deze website biedt verschillende hulpmiddelen om individuele concentratiebeschikkingen op te zoeken, onder meer op: naam van de onderneming, nummer van de zaak, datum en sector; |
|
— |
in elektronische vorm op de EUR-Lex-website (http://eur-lex.europa.eu/en/index.htm) onder documentnummer 32010M5925. EUR-Lex biedt online-toegang tot de communautaire wetgeving. |
IV Informatie
INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE
Europese Commissie
|
23.9.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 256/3 |
Wisselkoersen van de euro (1)
22 september 2010
2010/C 256/03
1 euro =
|
|
Munteenheid |
Koers |
|
USD |
US-dollar |
1,3364 |
|
JPY |
Japanse yen |
113,14 |
|
DKK |
Deense kroon |
7,4499 |
|
GBP |
Pond sterling |
0,85530 |
|
SEK |
Zweedse kroon |
9,1276 |
|
CHF |
Zwitserse frank |
1,3217 |
|
ISK |
IJslandse kroon |
|
|
NOK |
Noorse kroon |
7,8965 |
|
BGN |
Bulgaarse lev |
1,9558 |
|
CZK |
Tsjechische koruna |
24,578 |
|
EEK |
Estlandse kroon |
15,6466 |
|
HUF |
Hongaarse forint |
279,65 |
|
LTL |
Litouwse litas |
3,4528 |
|
LVL |
Letlandse lat |
0,7095 |
|
PLN |
Poolse zloty |
3,9415 |
|
RON |
Roemeense leu |
4,2590 |
|
TRY |
Turkse lira |
1,9849 |
|
AUD |
Australische dollar |
1,3983 |
|
CAD |
Canadese dollar |
1,3678 |
|
HKD |
Hongkongse dollar |
10,3714 |
|
NZD |
Nieuw-Zeelandse dollar |
1,8122 |
|
SGD |
Singaporese dollar |
1,7717 |
|
KRW |
Zuid-Koreaanse won |
1 537,58 |
|
ZAR |
Zuid-Afrikaanse rand |
9,3793 |
|
CNY |
Chinese yuan renminbi |
8,9644 |
|
HRK |
Kroatische kuna |
7,2840 |
|
IDR |
Indonesische roepia |
11 956,81 |
|
MYR |
Maleisische ringgit |
4,1308 |
|
PHP |
Filipijnse peso |
58,611 |
|
RUB |
Russische roebel |
41,4560 |
|
THB |
Thaise baht |
40,955 |
|
BRL |
Braziliaanse real |
2,2798 |
|
MXN |
Mexicaanse peso |
16,9589 |
|
INR |
Indiase roepie |
60,9330 |
(1) Bron: door de Europese Centrale Bank gepubliceerde referentiekoers.
|
23.9.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 256/4 |
Nieuwe nationale zijde van voor circulatie bestemde euromuntstukken
2010/C 256/04
Nationale zijde van de nieuwe, voor circulatie bestemde herdenkingsmunt van twee euro die door Finland wordt uitgegeven
Voor circulatie bestemde euromunten hebben in de gehele eurozone de status van wettig betaalmiddel. Om zowel degenen die beroepsmatig met euromunten omgaan als het grote publiek op de hoogte te houden, publiceert de Commissie alle nieuwe ontwerpen van euromunten (1). Volgens de conclusies van de Raad van 10 februari 2009 (2) is het de lidstaten en de landen die met de Gemeenschap een monetaire overeenkomst hebben gesloten volgens welke zij euromuntstukken mogen uitgeven, toegestaan een bepaalde hoeveelheid voor circulatie bestemde euroherdenkingsmunten uit te geven, en dat onder bepaalde voorwaarden, met name dat alleen het muntstuk van twee euro wordt gebruikt. Deze munten hebben dezelfde technische kenmerken als gewone voor circulatie bestemde munten van twee euro, maar hebben aan de nationale voorzijde een speciale herdenkingsafbeelding met een grote nationale of Europese symboolwaarde.
Uitgevende staat: Finland
Onderwerp van de herdenkingsmunt: Muntdecreet van 1860 waarbij Finland het recht werd verleend bankbiljetten en munten uit te geven
Beschrijving van het ontwerp: Aan de linkerzijde is een gestileerde leeuwenfiguur van het wapen van Finland afgebeeld, samen met het jaartal „2010”. Aan de rechterzijde staan het muntteken en een reeks cijfers die muntwaarden symboliseren. Onderaan zijn de letters „FI”, de aanduiding van de uitgevende staat, te zien.
Langs de buitenrand van de munt zijn de twaalf sterren van de Europese vlag afgebeeld.
Oplage: 1,6 miljoen
Datum van uitgifte: oktober 2010
(1) Zie PB C 373 van 28.12.2001, blz. 1 voor een overzicht van alle nationale zijden die in 2002 zijn uitgegeven.
(2) Zie de conclusies van de Raad Economische en Financiële Zaken van 10 februari 2009 en de Aanbeveling van de Commissie van 19 december 2008 betreffende gemeenschappelijke richtsnoeren voor de nationale zijde en de uitgifte van voor circulatie bestemde euromuntstukken (PB L 9 van 14.1.2009, blz. 52).
V Adviezen
BESTUURLIJKE PROCEDURES
Europees Bureau voor personeelsselectie (EPSO)
|
23.9.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 256/5 |
AANKONDIGING VAN ALGEMENE VERGELIJKENDE ONDERZOEKEN
2010/C 256/05
Het Europees Bureau voor personeelsselectie (EPSO) organiseert de volgende algemene vergelijkende onderzoeken:
EPSO/AD/198/10 (AD 9) en EPSO/AD/199/10 (AD 12)
EENHEIDSHOOFDENMET DE ROEMEENSE NATIONALITEIT (RO)
voor de volgende gebieden:
|
1. |
Recht |
|
2. |
Economie |
|
3. |
Europees openbaar bestuur |
De aankondiging van het vergelijkend onderzoek wordt alleen in het Roemeens bekendgemaakt in Publicatieblad C 256 A van 23 september 2010 .
Aanvullende informatie is beschikbaar op de website van EPSO: http://eu-careers.eu
GERECHTELIJKE PROCEDURES
EVA-Hof
|
23.9.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 256/6 |
ARREST VAN HET HOF
van 1 december 2009
in zaak E-3/09 Toezichthoudende Autoriteit van de EVA tegen het Vorstendom Liechtenstein
(Niet-nakoming van verplichtingen door een overeenkomstsluitende partij — Richtlijn 2005/68/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende herverzekering en houdende wijziging van Richtlijnen 73/239/EEG en 92/49/EEG van de Raad en van Richtlijnen 98/78/EG en 2002/83/EG)
2010/C 256/06
In zaak E-3/09, Toezichthoudende Autoriteit van de EVA tegen het Vorstendom Liechtenstein — VERZOEK om een verklaring dat het Vorstendom Liechtenstein, door het niet binnen de gestelde termijn goedkeuren of kennis geven aan de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA van de maatregelen die nodig zijn voor de tenuitvoerlegging van het besluit waarnaar onder meer wordt verwezen in punt 7b van bijlage IX bij de EER-Overeenkomst (Richtlijn 2005/68/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 november 2005 betreffende herverzekering en houdende wijziging van Richtlijnen 73/239/EEG en 92/49/EEG van de Raad en van Richtlijnen 98/78/EG en 2002/83/EG), aangepast aan de EER-Overeenkomst bij Protocol 1 daarbij, zijn verplichtingen uit hoofde van artikel 64, lid 1, van dat besluit en artikel 7 van de EER-Overeenkomst niet is nagekomen, heeft het Hof, samengesteld uit Carl Baudenbacher, voorzitter, Thorgeir Örlygsson, rechter-rapporteur, en Henrik Bull, rechter, op 1 december 2009 een arrest gewezen, waarvan het dictum als volgt luidt:
Het Hof:
|
1. |
Verklaart dat het Vorstendom Liechtenstein, door het niet binnen de gestelde termijn goedkeuren of kennis geven aan de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA van de maatregelen die nodig zijn voor de tenuitvoerlegging van het besluit waarnaar onder meer wordt verwezen in punt 7b van bijlage IX bij de EER-Overeenkomst (Richtlijn 2005/68/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 november 2005 betreffende herverzekering en houdende wijziging van Richtlijnen 73/239/EEG en 92/49/EEG van de Raad en van Richtlijnen 98/78/EG en 2002/83/EG), aangepast aan de EER-Overeenkomst bij Protocol 1 daarbij, zijn verplichtingen uit hoofde van artikel 64, lid 1, van dat besluit en artikel 7 van de EER-Overeenkomst niet is nagekomen. |
|
2. |
Verwijst het Vorstendom Liechtenstein in de kosten van de procedure. |
|
23.9.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 256/7 |
ARREST VAN HET HOF
van 1 december 2009
in zaak E-5/09
Toezichthoudende Autoriteit van de EVA tegen de Republiek IJsland
(Niet-nakoming van verplichtingen door een overeenkomstsluitende partij — Richtlijn 2005/68/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende herverzekering en houdende wijziging van Richtlijnen 73/239/EEG en 92/49/EEG van de Raad en van Richtlijnen 98/78/EG en 2002/83/EG)
2010/C 256/07
In zaak E-5/09, Toezichthoudende Autoriteit van de EVA tegen de Republiek IJsland — VERZOEK om een verklaring dat de Republiek IJsland, door het niet binnen de gestelde termijn goedkeuren of kennis geven aan de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA van de maatregelen die nodig zijn voor de tenuitvoerlegging van het besluit waarnaar onder meer wordt verwezen in punt 7b van bijlage IX bij de EER-Overeenkomst (Richtlijn 2005/68/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 november 2005 betreffende herverzekering en houdende wijziging van Richtlijnen 73/239/EEG en 92/49/EEG van de Raad en van Richtlijnen 98/78/EG en 2002/83/EG), aangepast aan de EER-Overeenkomst bij Protocol 1 daarbij, haar verplichtingen uit hoofde van artikel 64, lid 1, van dat besluit en artikel 7 van de EER-Overeenkomst niet is nagekomen, heeft het Hof, samengesteld uit Carl Baudenbacher, voorzitter, Thorgeir Örlygsson, rechter, en Henrik Bull, rechter-rapporteur, op 1 december 2009 een arrest gewezen, waarvan het dictum als volgt luidt:
Het Hof:
|
1. |
Verklaart dat de Republiek IJsland, door het niet binnen de gestelde termijn goedkeuren of kennis geven aan de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA van de maatregelen die nodig zijn voor de tenuitvoerlegging van het besluit waarnaar onder meer wordt verwezen in punt 7b van bijlage IX bij de EER-Overeenkomst (Richtlijn 2005/68/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 november 2005 betreffende herverzekering en houdende wijziging van Richtlijnen 73/239/EEG en 92/49/EEG van de Raad en van Richtlijnen 98/78/EG en 2002/83/EG), aangepast aan de EER-Overeenkomst bij Protocol 1 daarbij, haar verplichtingen uit hoofde van artikel 64, lid 1, van dat besluit en artikel 7 van de EER-Overeenkomst niet is nagekomen. |
|
2. |
Verwijst de Republiek IJsland in de kosten van de procedure. |
|
23.9.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 256/8 |
ARREST VAN HET HOF
van 1 december 2009
in zaak E-7/09
Toezichthoudende Autoriteit van de EVA tegen het Vorstendom Liechtenstein
(Niet-nakoming van verplichtingen door een overeenkomstsluitende partij — Richtlijn 2005/56/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende grensoverschrijdende fusies van kapitaalvennootschappen)
2010/C 256/08
In zaak E-7/09, Toezichthoudende Autoriteit van de EVA tegen het Vorstendom Liechtenstein — VERZOEK om een verklaring dat het Vorstendom Liechtenstein, door het niet binnen de gestelde termijn goedkeuren of kennis geven aan de Autoriteit van de maatregelen die nodig zijn voor de omzetting in nationaal recht van het besluit waarnaar wordt verwezen in punt 10e van bijlage XXII bij de EER-Overeenkomst (Richtlijn 2005/56/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2005 betreffende grensoverschrijdende fusies van kapitaalvennootschappen), aangepast aan de EER-Overeenkomst bij Protocol 1 daarbij, zijn verplichtingen uit hoofde van artikel 19 van dat besluit en artikel 7 van de EER-Overeenkomst niet is nagekomen, heeft het Hof, samengesteld uit Carl Baudenbacher, voorzitter, Thorgeir Örlygsson, rechter, en Henrik Bull, rechter-rapporteur, op 1 december 2009 een arrest gewezen, waarvan het dictum als volgt luidt:
Het Hof:
|
1. |
Verklaart dat het Vorstendom Liechtenstein, door het niet binnen de gestelde termijn goedkeuren of kennis geven aan de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA van de maatregelen die nodig zijn voor de tenuitvoerlegging van het besluit waarnaar wordt verwezen in punt 10e van bijlage XXII bij de EER-Overeenkomst (Richtlijn 2005/56/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2005 betreffende grensoverschrijdende fusies van kapitaalvennootschappen), aangepast aan de EER-Overeenkomst bij Protocol 1 daarbij, zijn verplichtingen uit hoofde van artikel 19 van dat besluit en artikel 7 van de EER-Overeenkomst niet is nagekomen. |
|
2. |
Verwijst het Vorstendom Liechtenstein in de kosten van de procedure. |
|
23.9.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 256/9 |
Beroep tegen de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA, ingesteld door Swisscom RE Aktiengesellschaft op 9 juli 2010
(Zaak E-7/10)
2010/C 256/09
Op 9 juli 2010 is bij het EVA-Hof beroep ingesteld tegen de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA door Swisscom RE Aktiengesellschaft, vertegenwoordigd door Dr. Michael Sánchez Rydelski, Rechtsanwalt voor Swisscom RE Aktiengesellschaft, Kirchstrasse 12, 9490 Vaduz, LIECHTENSTEIN.
Swisscom RE Aktiengesellschaft verzoekt het EVA-Hof:
|
1. |
Besluit nr. 97/10/COL van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA van 24 maart 2010 betreffende de belasting op captive verzekeringsmaatschappijen die onder de Liechtensteinse belastingwet vallen, nietig te verklaren; |
|
2. |
dan wel te verklaren dat de artikelen 3 en 4 van Besluit nr. 97/10/COL van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA van 24 maart 2010 geen uitwerking hebben voor zover daarin de terugbetaling wordt bevolen van de steun waarnaar in artikel 1 van het besluit wordt verwezen; en |
|
3. |
de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA in de kosten van de procedure te verwijzen. |
Feiten en argumenten
|
— |
Verzoekster, Swisscom RE Aktiengesellschaft, een volledige dochteronderneming van Swisscom AG, heeft sinds haar oprichting in 1997 voor de Swisscom-groep captive-herverzekeringsactiviteiten uitgevoerd in Liechtenstein. |
|
— |
Verzoekster betoogt dat de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA artikel 61, lid 1, van de EER-Overeenkomst onjuist heeft toegepast. De Liechtensteinse belastingregeling vormt geen staatssteun aangezien captives geen ondernemingen zijn in de zin van artikel 61, lid 1, van de EER-Overeenkomst. Bovendien kan de Liechtensteinse belastingregeling niet als een selectieve maatregel worden beschouwd in de zin van artikel 61, lid 1 van de EER-Overeenkomst. |
|
— |
Bovendien voert verzoekster aan dat:
|
ANDERE HANDELINGEN
Europese Commissie
|
23.9.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 256/10 |
Bekendmaking van een registratieaanvraag overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen
2010/C 256/10
Deze bekendmaking verleent het recht om op grond van artikel 7 van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad (1) bezwaar aan te tekenen tegen de aanvraag. Bezwaarschriften moeten de Commissie bereiken binnen zes maanden te rekenen vanaf de datum van deze bekendmaking.
ENIG DOCUMENT
VERORDENING (EG) Nr. 510/2006 VAN DE RAAD
„PORCHETTA DI ARICCIA”
EG-nummer: IT-PGI-0005-0762-02.03.2009
BGA ( X ) BOB ( )
1. Naam:
„Porchetta di Ariccia”
2. Lidstaat of derde land:
Italië
3. Beschrijving van het landbouwproduct of levensmiddel:
3.1. Productcategorie:
|
Categorie 1.2. |
Vleesproducten (verhit, gepekeld, gerookt, enz.) |
3.2. Beschrijving van het product waarvoor de in punt 1 vermelde naam van toepassing is:
De beschermde geografische aanduiding „Porchetta di Ariccia” mag worden gebruikt voor het gehele speenvarken, of voor het centrale gedeelte van het speenvarken, dat is gebraden en gekruid met zwarte peper, rozemarijn en knoflook en dat de volgende kenmerken vertoont:
Gewicht: het gewicht van het gehele speenvarken of van het „gehele porchetta” bedraagt 27 kg tot 45 kg; het gewicht van het centrale gedeelte of van de „tronchetto” (de romp) bedraagt 7 kg tot 13 kg.
Korst: deze wordt aan de bovenzijde van het gehele porchetta of van de tronchetto gevormd en moet knapperig, bruin van kleur en sappig zijn; het onderste gedeelte van de korst mag zacht zijn.
Vlees: de kleur van het vlees varieert van wit tot rosé en karakteristiek zijn de kruiden die erin zichtbaar zijn.
Smaak: de smaak moet die zijn van varkensvlees dat is gekruid met rozemarijn, knoflook en zwarte peper.
Wanneer het product in de handel wordt gebracht, vertoont het de volgende kenmerken: vrij water Aw: < 0,98; relatieve vochtigheid< 57 %; vetgehalte: < 33 %; eiwitgehalte: > 20 %.
3.3. Grondstoffen (alleen voor verwerkte producten):
De grondstof voor de bereiding van het product met de BGA „Porchetta di Ariccia” is afkomstig van vrouwelijke varkens die zijn geregistreerd in de stamboeken van de rassen Landrace, Large White, Pietrain en kruisingen daarvan. De karkassen die de productie-installatie binnenkomen, moeten ingedeeld zijn in de klassen S, E, U van de geldende EU-wetgeving.
Om het gehele porchetta te produceren, moet het van de ingewanden ontdane karkas, op het ogenblik van zijn acceptatie minimaal 60 kg en mag het maximaal 90 kg wegen. Het karkas van het gehele porchetta moet aangeboden worden met de voorpoten en de achterpoten en/of de kop.
Om de tronchetto te produceren, wordt gebruik gemaakt van het gedeelte van het karkas dat begrepen is tussen de derde ruggenwervel en de laatste lendenwervel; op het ogenblik van zijn acceptatie bedraagt het gewicht van dit gedeelte minimaal 14 kg en maximaal 25 kg.
3.4. Diervoeders (alleen voor producten van dierlijke oorsprong):
—
3.5. Specifieke onderdelen van het productieproces die in het afgebakende geografische gebied moeten plaatsvinden:
De manuele uitbening van het karkas van het „Porchetta di Ariccia”, het zouten en het kruiden met peper, rozemarijn en knoflook van het vlees, het opbinden, het braden en de afkoeling van het product moeten in de gemeente Ariccia plaatsvinden.
3.6. Specifieke voorschriften betreffende het in plakken snijden, het raspen, het verpakken enz.:
Het product met de BGA „Porchetta di Ariccia” mag in zijn geheel, in delen of in plakken worden aangeboden. Het mag worden verpakt in voor voedingsmiddelen bestemd papier en/of plastic. Het mag luchtledig of onder gemodificeerde atmosfeer worden verpakt.
3.7. Specifieke voorschriften betreffende de etikettering:
De verpakking is voorzien van een etiket waarop het logo van de BGA en het grafische logo van de EU moeten zijn aangebracht, in overeenstemming met de bepalingen van Verordening (EG) nr. 1898/2006, zoals later gewijzigd.
4. Beknopte omschrijving van de afbakening van het geografische gebied:
Het productiegebied van de BGA „Porchetta di Ariccia” omvat het gehele grondgebied van de gemeente Ariccia.
5. Verband met het geografische gebied:
5.1. Specificiteit van het geografische gebied:
Ariccia is een van de meest gekende en meest geliefde plaatsen in de buurt van Rome en het dorp kan — in tegenstelling tot de andere dorpen in de omgeving — aanspraak maken op een duizendjarige traditie wat zijn band met het porchetta en de vervaardiging van dat product betreft. Men gaat er immers van uit dat het in Ariccia was dat de priesters het varkensvlees begonnen te verwerken en te bereiden dat werd geofferd in de tempel van Jupiter (Latialis Juppiter) op de naburige berg Cavo en ook dat men het aan aristocratische Romeinse families die elkaar in de loop der eeuwen opvolgden en zich naar aloude gewoonte 's zomers in Ariccia terugtrokken of er jachtpartijen organiseerden, te danken heeft dat het voor de bereiding van het porchetta vereiste vakmanschap tot ontwikkeling kon komen, een vakmanschap dat tot op de dag van vandaag overeind is gebleven en dat in Ariccia in de families nog steeds van vader op zoon wordt overgeleverd.
5.2. Specificiteit van het product:
„Porchetta di Ariccia” staat vanouds bekend om zijn witrozige vlees waarvan de rijke smaak en het rijke aroma te danken zijn aan de geslaagde dosering van rozemarijn, peper, en knoflook — de kruiden waarmee het vlees van het geslachte dier wordt bereid — en om zijn knapperige korst — een van de belangrijkste karakteristieke kenmerken van het porchetta. Beide kenmerken dankt het porchetta aan de juiste „cuisson” (gaarheid) die zorgt voor een bakresultaat dat dagenlang standhoudt.
5.3. Causaal verband tussen het geografische gebied en de kwaliteit of de kenmerken van het product (voor een BOB) dan wel van een bepaalde hoedanigheid, de faam of een ander kenmerk van het product (voor een BGA):
De faam van het „Porchetta di Ariccia” gaat terug tot 1950. De producenten — de burgemeester op kop — zetten toen voor het eerst een feest op rond het „Porchetta di Ariccia” met als doel het product, dat toen al zeer op prijs werd gesteld, te lauweren. Sedertdien wordt dit typische feest in Ariccia jaarlijks op touw gezet; de in de traditionele kledij van de regio uitgedoste verkopers serveren het porchetta aan de feesttafels, zoals blijkt uit een „Estratto dal Registro degli atti della Giunta Comunale, del 14 settembre 1962, relativo al contributo per la festa della Patrona S. Apollonia e della Sagra della Porchetta” (uittreksel uit het gemeentelijk register van 14 september 1962 met betrekking tot de financiële bijdrage aan het feest van de patroonheilige Apollonia en het porchetta).
Het traditionele productiegebied van het „Porchetta di Ariccia” en het succes dat het product geniet zijn overduidelijk met elkaar verbonden. Dat blijkt uit het bijzondere technische kunnen van de producenten van Ariccia die de kunst van het kruiden, opbinden en langzaam braden van het speenvarken in de oven, in de loop der eeuwen, van generatie op generatie hebben doorgegeven in de vorm van gespecialiseerde artisanale technieken die mekaar tot op de dag van vandaag opvolgen. In het courante taalgebruik van de consument is de benaming „Porchetta di Ariccia” inmiddels alleen nog verbonden met het product van oorsprong uit de gemeente Ariccia omdat het vlees en de korst van dit product karakteristieke kenmerken vertonen die het porchetta een zeer aangename smaak verlenen waaraan de consument zeer is gehecht.
Het gebruik van de term „porchetta” vindt zijn verklaring in het feit dat de traditie wil dat uitsluitend karkassen van vrouwelijke dieren worden gebruikt omdat hun vlees als magerder en smakelijker bekend staat. De beschrijving van C.E.Gadda in zijn roman met als titel „Quer pasticciaccio brutto de via Merulana” (1957) van een markt in het centrum van Rome waar van oudsher „Porchetta di Ariccia” wordt verkocht, levert een extra bewijs van de faam van dit product.
Verwijzing naar de bekendmaking van het productdossier:
(Artikel 5, lid 7, van Verordening (EG) nr. 510/2006)
De bevoegde instantie heeft de nationale procedure voor de indiening van bezwaarschriften voor het voorstel tot wijziging van de beschermde geografische aanduiding „Porchetta di Ariccia” ingeleid.
De geconsolideerde tekst van het productdossier kan op het internet worden geraadpleegd:
|
— |
via de volgende link: http://www.politicheagricole.it/DocumentiPubblicazioni/Search_Documenti_Elenco.htm?txtTipoDocumento=Disciplinare%20in%20esame%20UE&txtDocArgomento=Prodotti%20di%20Qualit%E0>Prodotti%20Dop,%20Igp%20e%20Stg of |
|
— |
door rechtstreeks de homepage van de website van het ministerie (http://www.politicheagricole.it) te openen en te klikken op „Prodotti di Qualità” (links van het scherm) en vervolgens op „Disciplinari di Produzione all’esame dell’UE [regolamento (CE) n. 510/2006]”. |
(1) PB L 93 van 31.3.2006, blz. 12.