ISSN 1725-2474

doi:10.3000/17252474.C_2010.019.nld

Publicatieblad

van de Europese Unie

C 19

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Mededelingen en bekendmakingen

53e jaargang
26 januari 2010


Nummer

Inhoud

Bladzijde

 

I   Resoluties, aanbevelingen en adviezen

 

ADVIEZEN

 

Europese Centrale Bank

2010/C 019/01

Advies van de Europese Centrale Bank van 11 januari 2010 betreffende een voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van de Richtlijnen 2003/71/EG en 2004/109/EG (CON/2010/6)

1

 

II   Mededelingen

 

MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

 

Europese Commissie

2010/C 019/02

Goedkeuring van de steunmaatregelen van de staten in het kader van de bepalingen van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag — Gevallen waartegen de Commissie geen bezwaar maakt ( 1 )

5

 

IV   Informatie

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

 

Europees Parlement

2010/C 019/03

Besluit

9

 

Europese Commissie

2010/C 019/04

Wisselkoersen van de euro

10

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE LIDSTATEN

2010/C 019/05

Beknopte informatie van de lidstaten betreffende overheidssteun die wordt verleend krachtens Verordening (EG) nr. 800/2008 van de Commissie waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag met de gemeenschappelijke markt verenigbaar worden verklaard (de algemene groepsvrijstellingsverordening) ( 1 )

11

2010/C 019/06

Beknopte informatie van de lidstaten betreffende overheidssteun die wordt verleend krachtens Verordening (EG) nr. 800/2008 van de Commissie waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag met de gemeenschappelijke markt verenigbaar worden verklaard (de algemene groepsvrijstellingsverordening) ( 1 )

16

2010/C 019/07

Beknopte informatie van de lidstaten betreffende overheidssteun die wordt verleend krachtens Verordening (EG) nr. 800/2008 van de Commissie waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag met de gemeenschappelijke markt verenigbaar worden verklaard (de algemene groepsvrijstellingsverordening) ( 1 )

21

2010/C 019/08

Beknopte informatie van de lidstaten betreffende overheidssteun die wordt verleend krachtens Verordening (EG) nr. 800/2008 van de Commissie waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag met de gemeenschappelijke markt verenigbaar worden verklaard (de algemene groepsvrijstellingsverordening) ( 1 )

26

 

V   Adviezen

 

BESTUURLIJKE PROCEDURES

 

Europees Parlement

2010/C 019/09

Aankondiging van aanwerving PE/121/S

30

 

PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID

 

Europese Commissie

2010/C 019/10

Steunmaatregelen van de staten — Roemenië — Staatssteun C 36/09 (ex NN 56/09) — Garantie overeenkomstig de tijdelijke kaderregeling ten gunste van Oltchim — Uitnodiging overeenkomstig artikel 88, lid 2, van het EG-Verdrag, om opmerkingen te maken ( 1 )

31

 

ANDERE HANDELINGEN

 

Europese Commissie

2010/C 019/11

Kennisgeving aan de personen, entiteiten, lichamen en groepen die zijn toegevoegd aan de lijst bedoeld in de artikelen 2, 3 en 7 van Verordening (EG) nr. 881/2002 van de Raad tot vaststelling van bepaalde specifieke beperkende maatregelen tegen sommige personen en entiteiten die banden hebben met Usama bin Laden, het Al-Qa‘ida-netwerk en de Taliban, op grond van Verordening (EU) nr. 70/2010 van de Commissie

43

 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

 


I Resoluties, aanbevelingen en adviezen

ADVIEZEN

Europese Centrale Bank

26.1.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 19/1


ADVIES VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK

van 11 januari 2010

betreffende een voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging

van de Richtlijnen 2003/71/EG en 2004/109/EG

(CON/2010/6)

2010/C 19/01

Inleiding en rechtsgrondslag

Op 14 oktober 2009 ontving de Europese Centrale Bank (ECB) een verzoek van de Raad van de Europese Unie om een advies inzake een voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en van de Raad tot wijziging van Richtlijn 2003/71/EG betreffende het prospectus dat gepubliceerd moet worden wanneer effecten aan het publiek worden aangeboden of tot de handel worden toegelaten en Richtlijn 2004/109/EG betreffende de transparantievereisten die gelden voor informatie over uitgevende instellingen waarvan effecten tot de handel op een gereglementeerde markt zijn toegelaten (1) (hierna „het richtlijnvoorstel”).

De adviesbevoegdheid van de ECB inzake het richtlijnvoorstel is gebaseerd op artikel 127, lid 4 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, aangezien het richtlijnvoorstel bepalingen bevat betreffende de bijdrage van het Europees Stelsel van Centrale Banken tot een goede beleidsvoering met betrekking tot de stabiliteit van het financiële stelsel, zoals bedoeld in artikel 127, lid 5 van het Verdrag. Overeenkomstig de eerste volzin van artikel 17.5 van het Reglement van orde van de Europese Centrale Bank heeft de Raad van bestuur dit advies goedgekeurd.

Opmerkingen in dit advies doen geen afbreuk aan het ECB-advies betreffende het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van de Richtlijnen 1998/26/EG, 2002/87/EG, 2003/6/EG, 2003/41/EG, 2003/71/EG, 2004/39/EG, 2004/109/EG, 2005/60/EG, 2006/48/EG, 2006/49/EG en 2009/65/EG wat de bevoegdheden van de Europese Bankautoriteit, de Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen en de Europese Autoriteit voor effecten en markten betreft (2).

1.   Algemene opmerkingen

1.1.

De ECB verwelkomt de doelstelling de beleggersbescherming te verbeteren door eenvoudigere en beter leesbare prospectusinformatie. Met name voor minder gestandaardiseerde effecten, zoals de effecten op onderpand van activa, en voor andere soorten effecten op onderpand, met name gedekte obligaties, zou een duidelijke samenvatting met belangrijke informatie inzake de effecten, alsook de betrokken partijen, en een allesomvattende aansprakelijkheidsregeling aangaande de informatie in de samenvatting nuttig zijn voor beleggers en regelgevers. Ten einde compatibiliteit te verzekeren tussen niet alleen de activacategoriëen, maar ook tussen effecten binnen activacategoriëen.

1.2.

Dienaangaande verwelkomt de ECB de huidige dialoog tussen de ECB, de bevoegde autoriteiten en de sector betreffende de mogelijke invoering van een standaard voor referentiegegevens inzake effecten en emittenten, ten einde dergelijke data voor beleidsmakers, regelgevers en de financiële markten middels een internationale publieke infrastructuur beschikbaar te maken. Een dergelijke infrastructuur zou alle belanghebbende partijen gegevens van hoge kwaliteit verschaffen die noodzakelijk zijn voor het produceren van tijdige en betrouwbare analyses van steeds complexere financiële markten, met name in roerige financiële tijden (3).

2.   Specifieke opmerkingen

Openbaarmaking van leningstransacties van centrale banken uit hoofde van EU-wetgeving

2.1.

Richtlijn 2003/71/EG (4), Richtlijn 2004/109/EG (5) en andere EU-wetgeving (6) bevatten diverse voorschriften inzake informatievoorziening ten behoeve van de markten en de beleggersbescherming. Sommige van deze richtlijnen stipuleren uitzonderingen op informatieregels. Met name, luidens artikel 8, lid 2 van Richtlijn 2003/71/EG: „De bevoegde autoriteit van de lidstaat van herkomst kan toestaan dat bepaalde informatie waarvan de vermelding bij deze richtlijn of krachtens de in artikel 7, lid 1, bedoelde uitvoeringsmaatregelen wordt voorgeschreven, niet wordt vermeld indien zij van oordeel is dat: (a) de openbaarmaking van die informatie in strijd is met het algemeen belang”. Een dergelijke uitzondering is niet voorzien in Richtlijn 2004/109/EG.

2.2.

Een duidelijk juridisch kader is vereist om te bevorderen dat kredietverlenings- of andere liquiditeitenfaciliteiten van centrale banken soepel en snel uitgevoerd worden, ook in crisissituaties, zoals de recente financiële crisis duidelijk heeft gemaakt. Dienaangaande dient informatie inzake kredietverlenings- of andere liquiditeitenfaciliteiten van centrale banken, waaronder noodliquiditeitssteun, aan particuliere kredietinstellingen als vertrouwelijk te worden bestempeld om bij te dragen aan de stabiliteit van het financiële stelsel als geheel en om het vertrouwen van het publiek in crisistijden te behouden. De bovengenoemde uitzondering uit hoofde van artikel 8, lid 2, onder a) van Richtlijn 2003/71/EG zou als rechtsgrondslag kunnen dienen voor het niet openbaren van bepaalde informatie inzake kredietverleningstransacties door centrale banken, waaronder noodliquiditeitssteun. Een dergelijke uitzondering op de informatieverplichtingen dient in alle relevante EU-wetgeving te worden geëxpliciteerd. Voorts vereist de soepele werking van het financiële stelsel een duidelijke uitzondering, aangezien een beoordeling van de noodzaak tot openbaarmaking per geval een impasse zou kunnen veroorzaken die snel optreden vereist. Om deze redenen bevat de bijlage wijzigingsvoorstellen ten aanzien van Richtlijn 2003/71/EG en Richtlijn 2004/109/EG en dienen dienovereenkomstige wijzigingen te worden opgenomen in alle relevant EU-wetgeving inzake voorschriften inzake informatievoorziening.

2.3.

De ECB is ter zake van deze aangelegenheid tot verdere samenwerking met de Commissie bereid.

3.   Formuleringsvoorstellen

Door de ECB aanbevolen wijzigingen van het richtlijnvoorstel gaan in de bijlage vergezeld van specifieke onderbouwde formuleringsvoorstelllen.

Gedaan te Frankfurt am Main, 11 januari 2010.

De president van de ECB

Jean-Claude TRICHET


(1)  COM(2009) 0491 definitief.

(2)  COM(2009) 0576 definitief.

(3)  Zie „Kanttekeningen bij de toekomst van Europese financiële regulering en toezicht” (Remarks on the future of European financial regulation and supervision), thematoespraak door Jean-Claude Trichet, president van de ECB ten overstaan van het Comité van Europese Effectenregelgevers, Parijs, 23 februari 2009, beschikbaar op http://www.ecb.europa.eu

(4)  Richtlijn 2003/71/EG van het Europees Parlement en de Raad van 4 november 2003 betreffende het prospectus dat gepubliceerd moet worden wanneer effecten aan het publiek worden aangeboden of tot de handel worden toegelaten en tot wijziging van Richtlijn 2001/34/EG, PB L 345 van 31.12.2003, blz. 64.

(5)  Richtlijn 2004/109/EG van het Europees Parlement en de Raad van 15 december 2004 betreffende de transparantievereisten die gelden voor informatie over uitgevende instellingen waarvan effecten tot de handel op een gereglementeerde markt zijn toegelaten en tot wijziging van Richtlijn 2001/34/EG, PB L 390 van 31.12.2004, blz. 38.

(6)  Namelijk Vierde Richtlijn 78/660/EEG van de Raad van 25 juli 1978 op de grondslag van artikel 54, lid 3, sub g), van het Verdrag betreffende de jaarrekening van bepaalde vennootschapsvormen, PB L 222 van 14.8.1978, blz. 11; Zevende Richtlijn 83/349/EEG van de Raad van 13 juni 1983 op de grondslag van artikel 54, lid 3, sub g) van het Verdrag betreffende de geconsolideerde jaarrekening, PB L 193 van 18.7.1983, blz. 1; Richtlijn 2003/6/EG van het Europees Parlement en de Raad van 28 januari 2003 betreffende handel met voorwetenschap en marktmanipulatie (marktmisbruik) PB L 96, 12.4.2003, blz. 16.


BIJLAGE

Formuleringsvoorstellen

Door de Commissie voorgestelde tekst

Door de ECB voorgestelde wijzigingen (1)

Wijziging 1

Artikel 2, lid 1, onder e), sub i) van Richtlijn 2003/71/EG

„e)

„gekwalificeerde beleggers”:

i)

personen of entiteiten die overeenkomstig bijlage II bij Richtlijn 2004/39/EG als professionele cliënten worden beschouwd of op verzoek als professionele cliënten worden behandeld, of die overeenkomstig artikel 24 van Richtlijn 2004/39/EG als in aanmerking komende tegenpartijen worden erkend.”

„e)

„gekwalificeerde beleggers”:

i)

personen of entiteiten die overeenkomstig bijlage II bij Richtlijn 2004/39/EG als professionele cliënten worden beschouwd of op verzoek als professionele cliënten worden behandeld, of die overeenkomstig artikel 24 van Richtlijn 2004/39/EG als in aanmerking komende tegenpartijen worden erkend. Personen of entiteiten die op verzoek worden behandeld als niet-professionele cliënten, overeenkomstig bijlage II bij Richtlijn 2004/39/EG, worden niet als gekwalificeerde beleggers behandeld.”

Uitleg:

De definitie van gekwalificeerde belegger in Richtlijn 2003/71/EG omvat expliciet de ECB en de centrale banken (artikel 2, lid 1, onder e), sub ii); derhalve is de verplichting tot publicatie van een prospektus niet van toepassing indien een effectenaanbod uitsluitend tot hen is gericht (artikel 3, lid 2, onder a)). Het richtlijnvoorstel verwijst niet langer expliciet naar de ECB en de centrale banken als gekwalificeerde beleggers, maar de voorgestelde nieuwe definitie van „gekwalificeerde beleggers” omvat „personen of entiteiten die overeenkomstig bijlage II bij Richtlijn 2004/39/EG als professionele cliënten worden beschouwd of op verzoek als professionele cliënten worden behandeld, of die overeenkomstig artikel 24 van Richtlijn 2004/39/EG als in aanmerking komende tegenpartijen worden erkend”. De ECB en de centrale banken worden beide als professionele cliënten beschouwd en erkend als in aanmerking komende tegenpartijen, derhalve gaat de ECB ervan uit dat zij normaliter als gekwalificeerde beleggers zullen worden beschouwd. Het is evenwel onduidelijk welke regeling het richtlijnvoorstel van toepassing verklaart op professionele cliënten die op verzoek worden behandeld als niet-professionele cliënten, overeenkomstig bijlage II bij Richtlijn 2004/39/EG. Duidelijkheidshalve, brengt het richtlijnvoorstel de lijst van professionele cliënten en in aanmerking komende tegenpartijen uit hoofde van Richtlijn 2004/39/EG op één lijn met de lijst van gekwalificeerde beleggers uit hoofde van Richtlijn 2003/71/EG, zulks overeenkomstig het doel van de door de Commissie voorgestelde wijziging (zie overweging 6 van het richtlijnvoorstel).

Wijziging 2

Artikel 8, lid 2, onder a) van Richtlijn 2003/71/EG (nieuw)

Geen tekst

„2a.   Het prospectus en enige aanvulling daarop behoeven geen informatie te vermelden met betrekking tot kredietverlenings- of andere liquiditeitenfaciliteiten van centrale banken (waaronder de verstrekking van noodliquiditeitssteun) aan een particuliere kredietinstelling door een centrale bank van het ESCB.

Uitleg:

Kredietverleningstransacties door centrale banken (waaronder de verstrekking van noodliquiditeitssteun) aan een particuliere kredietinstelling, dient vertrouwelijk te worden gehouden, ten einde bij te dragen aan de stabiliteit van het financiële stelsel en derhalve de druk op het stelsel niet onnodig te verhogen. De soepele werking van het financiële stelsel een duidelijke uitzondering, aangezien een beoordeling van de noodzaak tot openbaarmaking per geval een impasse zou kunnen veroorzaken die snel optreden vereist.

Wijziging 3

Artikel 8, lid 4 van Richtlijn 2004/109/EG (nieuw)

Geen tekst

„4.   De overeenkomstig de artikelen 4, 5 en 6 verstrekte informatie behoeft geen informatie met betrekking tot kredietverlenings- of andere liquiditeitenfaciliteiten door centrale banken (waaronder de verstrekking van noodliquiditeitssteun) aan een particuliere kredietinstelling door een centrale bank van het ESCB.

Uitleg:

Kredietverleningstransacties door centrale banken (waaronder de verstrekking van noodliquiditeitssteun) aan een particuliere kredietinstelling, dient vertrouwelijk te blijven, ten einde bij te dragen aan de stabiliteit van het financiële stelsel en derhalve de druk op het stelsel niet onnodig te verhogen. De soepele werking van het financiële stelsel een duidelijke uitzondering, aangezien een beoordeling van de noodzaak tot openbaarmaking per geval een impasse zou kunnen veroorzaken die snel optreden vereist.

Huidige tekst

Door de ECB voorgestelde wijzigingen (1)

Wijziging 4

Artikel 11, lid 1 van Richtlijn 2004/109/EG

„1.   Artikel 9 en artikel 10, onder c), zijn niet van toepassing op aandelen verstrekt aan of door leden van het Europees Stelsel van Centrale Banken (ESCB) bij de uitoefening van hun taken als monetaire autoriteiten, met inbegrip van aandelen die aan of door leden van het ESCB in het kader van een pandgeving, retrocessie- of soortgelijke overeenkomst inzake liquiditeit worden verstrekt voor monetaire beleidsdoeleinden of binnen een betalingssysteem.”

„1.   Artikel 9 en artikel 10, onder c), zijn niet van toepassing op aandelen verstrekt aan of door leden van het Europees Stelsel van Centrale Banken (ESCB) bij de uitoefening van hun taken als monetaire autoriteiten, met inbegrip van aandelen die aan of door leden van het ESCB in het kader van een pandgeving, retrocessie- of soortgelijke overeenkomst inzake liquiditeit worden verstrekt voor monetaire beleidsdoeleinden of binnen een betalingssysteem dan wel in de context van andere kredietverlenings- of liquiditeitsfaciliteiten door centrale banken (waaronder de verstrekking van noodliquiditeitssteun).”

Uitleg:

Kredietverleningstransacties door centrale banken (waaronder de verstrekking van noodliquiditeitssteun) aan een particuliere kredietinstelling, dient vertrouwelijk te blijven, ten einde bij te dragen aan de stabiliteit van het financiële stelsel en derhalve de druk op het stelsel niet onnodig te verhogen. De soepele werking van het financiële stelsel een duidelijke uitzondering, aangezien een beoordeling van de noodzaak tot openbaarmaking per geval een impasse zou kunnen veroorzaken die snel optreden vereist.


(1)  De vetgedrukte tekst toont waar de ECB voorstelt om een nieuwe tekst toe te voegen. Doorhaling betreft tekst die de ECB voorstelt te schrappen.


II Mededelingen

MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

Europese Commissie

26.1.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 19/5


Goedkeuring van de steunmaatregelen van de staten in het kader van de bepalingen van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag

Gevallen waartegen de Commissie geen bezwaar maakt

(Voor de EER relevante tekst)

2010/C 19/02

Datum waarop het besluit is genomen

17.6.2009

Referentienummer staatssteun

N 473/08

Lidstaat

Spanje

Regio

Valencia

Benaming van de steunregeling en/of naam van de begunstigde

Ford España

Rechtsgrondslag

Ley 50/85, de 27 de diciembre de incentivos regionales para la corrección de desequilibrios económicos interterritoriales; Real Decreto 899/2007, de 6 de julio, por el que se aprueba el Reglamento los incentivos regionales de desarrollo de la ley 50/1985 de 27 de diciembre; Real Decreto 166/2008, de 8 de febrero, por el que se delimita la Zona de Promoción Económica de la Comunitat Valenciana

Type maatregel

Individuele steun

Doelstelling

Regionale ontwikkeling

Vorm van de steun

Directe subsidie

Begrotingsmiddelen

Totaal van de voorziene steun: 51,9 miljoen EUR

Maximale steunintensiteit

11 %

Looptijd (periode)

2009-2012

Economische sectoren

Beperkt tot de be- en verwerkende industrie

Naam en adres van de steunverlenende autoriteit

D.G. de Fondos Comunitarios.S.G

Incentivos Regionales

Paseo de la Castellana, 162

28071 Madrid

ESPAÑA

Andere informatie

De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:

http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/state_aids_texts_nl.htm

Datum waarop het besluit is genomen

15.9.2009

Referentienummer staatssteun

N 365/09

Lidstaat

Duitsland

Regio

Benaming van de steunregeling en/of naam van de begunstigde

Methode zur Ermittlung der Beihilfeintensitäten der staatlichen Rückbürgschaften und Rückgarantien für die Bürgschaftsbanken bzw. Kreditgarantiegemeinschaften

Rechtsgrondslag

Type maatregel

Steunregeling

Doelstelling

Regionale ontwikkeling, Kleine- en middelgrote ondernemingen

Vorm van de steun

Garantie

Begrotingsmiddelen

Maximale steunintensiteit

Looptijd (periode)

tot 31.12.2013

Economische sectoren

Alle sectoren

Naam en adres van de steunverlenende autoriteit

Federal Republic of Germany + Länder

Andere informatie

De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:

http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/state_aids_texts_nl.htm

Datum waarop het besluit is genomen

17.11.2009

Referentienummer staatssteun

N 390/09

Lidstaat

Letland

Regio

Benaming van de steunregeling en/of naam van de begunstigde

Dalītas atkritumu apsaimniekošanas sistēmas attīstība

Rechtsgrondslag

Ministru kabineta noteikumi par darbības programmas “Infrastruktūra un pakalpojumi papildinājuma” 3.5.1.2.3. apakšaktivitāti “Dalītas atkritumu apsaimniekošanas sistēmas attīstība”

Type maatregel

Steunregeling

Doelstelling

Regionale ontwikkeling, Sectorale ontwikkeling, Milieubescherming

Vorm van de steun

Directe subsidie

Begrotingsmiddelen

Totaal van de voorziene steun: 49,06 miljoen LVL

Maximale steunintensiteit

50 %

Looptijd (periode)

tot 10.9.2012

Economische sectoren

Beperkt tot de dienstverlening

Naam en adres van de steunverlenende autoriteit

Vides Ministrija

Perdu iela 25

Rīga, LV-1494

LATVIJA

Andere informatie

De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:

http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/state_aids_texts_nl.htm

Datum waarop het besluit is genomen

8.9.2009

Referentienummer staatssteun

N 476/09

Lidstaat

Duitsland

Regio

Hessen

Benaming van de steunregeling en/of naam van de begunstigde

FilmFinanzierungsFonds — HessenInvestFilm — Verlängerung der Beihilfenregelung N 103/06

Rechtsgrondslag

Richtlinie FilmFinanzierungsFonds — HessenInvestFilm; Gesetz zur Förderung der kleinen und mittleren Unternehmen der hessischen Wirtschaft; Jährliches Haushaltsgesetz

Type maatregel

Steunregeling

Doelstelling

Cultuurbevordering

Vorm van de steun

Directe subsidie

Begrotingsmiddelen

Voorziene jaarlijkse uitgaven: 5 miljoen EUR

Totaal van de voorziene steun: 20 miljoen EUR

Maximale steunintensiteit

50 %

Looptijd (periode)

15.4.2006-31.12.2013

Economische sectoren

Beperkt tot de media

Naam en adres van de steunverlenende autoriteit

Investitionsbank Hessen

Andere informatie

De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:

http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/state_aids_texts_nl.htm

Datum waarop het besluit is genomen

6.11.2009

Referentienummer staatssteun

N 532/09

Lidstaat

België

Regio

Benaming van de steunregeling en/of naam van de begunstigde

Assurance-crédit export de court terme (BELGACAP)

Rechtsgrondslag

Code des assurances (articles L432-1 et L432-2)

Type maatregel

Steunregeling

Doelstelling

Opheffing van een ernstige verstoring van de economie, Exportkredieten

Vorm van de steun

Garantie

Begrotingsmiddelen

Totaal van de voorziene steun: 300 miljoen EUR

Maximale steunintensiteit

Looptijd (periode)

tot 31.12.2010

Economische sectoren

Alle sectoren

Naam en adres van de steunverlenende autoriteit

Ministère des finances et des réformes institutionnelles

Rue de la Loi/Wetstraat 12

1000 Brussel

BELGIË

Andere informatie

De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:

http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/state_aids_texts_nl.htm


IV Informatie

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

Europees Parlement

26.1.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 19/9


BESLUIT

2010/C 19/03

DE SECRETARIS-GENERAAL VAN HET EUROPEES PARLEMENT,

Gezien het Statuut van de ambtenaren van de Europese Gemeenschappen en de regeling die van toepassing is op de andere personeelsleden van deze Gemeenschappen, zoals vastgesteld door verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 259/68 van de Raad en laatstelijk gewijzigd door verordening (EG, Euratom) nr. 723/2004 van de Raad, met name artikel 30 van dit Statuut,

Gezien het besluit van het Bureau betreffende de benoeming van het tot aanstelling bevoegd gezag, laatstelijk gewijzigd op 26 oktober 2004,

Gezien de aankondigingen van een algemeen vergelijkend onderzoek:

 

PE/94/A, PE/95/A, PE/96/A, PE/97/A, PE/98/A, PE/99/A, PE/66/S, PE/67/S, PE/72/S, PE/80/S, PE/91/S, A/94, A/95, A/96-P, EUR/A/167, EUR/A/169;

 

EUR/LA/156, EUR/LA/157;

 

PE/34/B, PE/69/S, B/174-P, B/175-P, B/176-P, B/177-P;

 

PE/133/C, PE/134/C, C/348, AST/1/2005, AST/1/2006,

Gezien het advies van de paritaire commissie van 26 november 2009,

BESLUIT:

Artikel 1

De geldigheidsduur van de reservelijsten voor de algemeen vergelijkende onderzoeken:

 

PE/96/A, PE/97/A, PE/98/A, PE/99/A, PE/66/S, PE/72/S, PE/80/S, A/94, A/95, A/96-P;

 

EUR/A/167, EUR/A/169;

 

B/174-P, B/175-P, B/176-P, B/177-P;

 

C/348, AST/1/2005, AST/1/2006;

 

PE/94/A, PE/95/A, PE/67/S, PE/91/S;

 

EUR/LA/156, EUR/LA/157;

 

PE/34/B, PE/69/S;

 

PE/133/C, PE/134/C

wordt verlengd tot 31 december 2010.

Luxemburg, 22 december 2009.

Klaus WELLE


Europese Commissie

26.1.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 19/10


Wisselkoersen van de euro (1)

25 januari 2010

2010/C 19/04

1 euro =


 

Munteenheid

Koers

USD

US-dollar

1,4151

JPY

Japanse yen

127,74

DKK

Deense kroon

7,4450

GBP

Pond sterling

0,87730

SEK

Zweedse kroon

10,2075

CHF

Zwitserse frank

1,4728

ISK

IJslandse kroon

 

NOK

Noorse kroon

8,2020

BGN

Bulgaarse lev

1,9558

CZK

Tsjechische koruna

26,011

EEK

Estlandse kroon

15,6466

HUF

Hongaarse forint

271,18

LTL

Litouwse litas

3,4528

LVL

Letlandse lat

0,7083

PLN

Poolse zloty

4,0674

RON

Roemeense leu

4,1185

TRY

Turkse lira

2,1049

AUD

Australische dollar

1,5635

CAD

Canadese dollar

1,4996

HKD

Hongkongse dollar

10,9929

NZD

Nieuw-Zeelandse dollar

1,9829

SGD

Singaporese dollar

1,9810

KRW

Zuid-Koreaanse won

1 627,65

ZAR

Zuid-Afrikaanse rand

10,7487

CNY

Chinese yuan renminbi

9,6607

HRK

Kroatische kuna

7,2955

IDR

Indonesische roepia

13 211,91

MYR

Maleisische ringgit

4,8106

PHP

Filipijnse peso

65,430

RUB

Russische roebel

42,6050

THB

Thaise baht

46,649

BRL

Braziliaanse real

2,5699

MXN

Mexicaanse peso

18,2545

INR

Indiase roepie

65,4060


(1)  Bron: door de Europese Centrale Bank gepubliceerde referentiekoers.


INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE LIDSTATEN

26.1.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 19/11


Beknopte informatie van de lidstaten betreffende overheidssteun die wordt verleend krachtens Verordening (EG) nr. 800/2008 van de Commissie waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag met de gemeenschappelijke markt verenigbaar worden verklaard (de algemene groepsvrijstellingsverordening)

(Voor de EER relevante tekst)

2010/C 19/05

Referentienummer staatssteun

X 738/09

Lidstaat

Polen

Referentie lidstaat

PL

Naam van de regio (NUTS)

Pomorskie

Artikel 87, lid 3, onder a)

Steunverlenende autoriteit

Narodowe Centrum Badań i Rozwoju

ul. ks. I. Skorupki 4

00-546 Warszawa

POLSKA/POLAND

http://www.ncbir.gov.pl

Benaming van de steunmaatregel

Pomoc na badania i rozwój dla DGT Sp. z o.o.

Nationale rechtsgrondslag (Referentie desbetreffende nationale officiële publicatie)

Ustawa z dnia 8 października 2004 r. o zasadach finansowania nauki (Dz. U. Nr 238, poz. 2390, z późn. zm.) art. 15 ust. 1

Soort steun

Ad hoc steun

DGT Sp. z o.o.

Aanpassing bestaande steunmaatregel

Datum steunverlening

25.11.2008

Betrokken economische sector(en)

Telecommunicatie

Soort begunstigde

kmo

Totale aan de onderneming verleende Ad hoc steun

0,51 PLN (in miljoen)

Voor garanties

Steuninstrument (artikel 5)

Subsidie

Referentie besluit van de Commissie

Bij cofinanciering uit communautaire fondsen

Doelstellingen

Maximum steunintensiteit (in %) of maximum steunbedrag (in nationale munteenheid)

kmo-verhogingen (in %)

Experimentele ontwikkeling (art. 31, lid 2, onder c)

25 %

10 %

Weblink naar de volledige tekst van de steunmaatregel:

http://www.ncbir.gov.pl

Referentienummer staatssteun

X 739/09

Lidstaat

Polen

Referentie lidstaat

PL

Naam van de regio (NUTS)

Kujawsko-pomorskie

Artikel 87, lid 3, onder a)

Steunverlenende autoriteit

Ministerstwo Nauki i Szkolnictwa Wyższego

ul. Wspólna 1/3

00-529 Warszawa

POLSKA/POLAND

http://www.mnisw.gov.pl

Benaming van de steunmaatregel

Pomoc na badania i rozwój dla FINAKO Sp. z o.o.

Nationale rechtsgrondslag (Referentie desbetreffende nationale officiële publicatie)

Artykuł 10 ustawy z dnia 8 października 2004 r. o zasadach finansowania nauki (Dz. U. z 2008 r. Nr 169, poz. 1049), rozporządzenie Ministra Nauki i Szkolnictwa Wyższego z dnia 14 listopada 2007 r. w sprawie kryteriów i trybu przyznawania oraz rozliczania środków finansowych na naukę przeznaczonych na finansowanie projektów celowych (Dz. U. z 2007 r. Nr 221 poz. 1640), umowa nr 04249/C.ZR7-6/2008

Soort steun

Ad hoc steun

FINAKO Sp. z o.o.

Aanpassing bestaande steunmaatregel

Datum steunverlening

15.10.2008

Betrokken economische sector(en)

Overige verwerking en conservering van groenten en fruit, Vervaardiging van specerijen, sauzen en kruiderijen

Soort begunstigde

kmo

Totale aan de onderneming verleende Ad hoc steun

0,65 PLN (in miljoen)

Voor garanties

Steuninstrument (artikel 5)

Subsidie

Referentie besluit van de Commissie

Bij cofinanciering uit communautaire fondsen

Doelstellingen

Maximum steunintensiteit (in %) of maximum steunbedrag (in nationale munteenheid)

kmo-verhogingen (in %)

Industrieel onderzoek (art. 31, lid 2, onder b)

50 %

20 %

Experimentele ontwikkeling (art. 31, lid 2, onder c)

25 %

20 %

Weblink naar de volledige tekst van de steunmaatregel:

http://www.mnisw.gov.pl

Referentienummer staatssteun

X 740/09

Lidstaat

Polen

Referentie lidstaat

PL

Naam van de regio (NUTS)

Małopolskie

Artikel 87, lid 3, onder a)

Steunverlenende autoriteit

Ministerstwo Nauki i Szkolnictwa Wyższego

ul. Wspólna 1/3

00-529 Warszawa

POLSKA/POLAND

http://www.mnisw.gov.pl

Benaming van de steunmaatregel

Pomoc na badania i rozwój dla Certech Jan Kuca, Jerzy Motyka

Nationale rechtsgrondslag (Referentie desbetreffende nationale officiële publicatie)

Artykuł 10 ustawy z dnia 8 października 2004 r. o zasadach finansowania nauki (Dz. U. z 2008 r. Nr 169, poz. 1049), rozporządzenie Ministra Nauki i Szkolnictwa Wyższego z dnia 14 listopada 2007 r. w sprawie kryteriów i trybu przyznawania oraz rozliczania środków finansowych na naukę przeznaczonych na finansowanie projektów celowych (Dz. U. z 2007 r. Nr 221 poz. 1640), umowa nr 04252/C.ZR7-6/2008

Soort steun

Ad hoc steun

Certech Jan Kuca, Jerzy Motyka

Aanpassing bestaande steunmaatregel

Datum steunverlening

15.10.2008

Betrokken economische sector(en)

Vervaardiging van andere niet-metaalhoudende minerale producten, n.e.g

Soort begunstigde

kmo

Totale aan de onderneming verleende Ad hoc steun

0,28 PLN (in miljoen)

Voor garanties

Steuninstrument (artikel 5)

Subsidie

Referentie besluit van de Commissie

Bij cofinanciering uit communautaire fondsen

Doelstellingen

Maximum steunintensiteit (in %) of maximum steunbedrag (in nationale munteenheid)

kmo-verhogingen (in %)

Industrieel onderzoek (art. 31, lid 2, onder b)

50 %

10 %

Experimentele ontwikkeling (art. 31, lid 2, onder c)

25 %

10 %

Weblink naar de volledige tekst van de steunmaatregel:

http://www.mnisw.gov.pl

Referentienummer staatssteun

X 741/09

Lidstaat

Polen

Referentie lidstaat

PL

Naam van de regio (NUTS)

Dolnośląskie

Artikel 87, lid 3, onder a)

Steunverlenende autoriteit

Ministerstwo Nauki i Szkolnictwa Wyższego

ul. Wspólna 1/3

00-529 Warszawa

POLSKA/POLAND

http://www.mnisw.gov.pl

Benaming van de steunmaatregel

Pomoc na badania i rozwój dla MINE MASTER Sp. z o.o.

Nationale rechtsgrondslag (Referentie desbetreffende nationale officiële publicatie)

Artykuł 10 ustawy z dnia 8 października 2004 r. o zasadach finansowania nauki (Dz. U. z 2008 r. Nr 169, poz. 1049), rozporządzenie Ministra Nauki i Szkolnictwa Wyższego z dnia 14 listopada 2007 r. w sprawie kryteriów i trybu przyznawania oraz rozliczania środków finansowych na naukę przeznaczonych na finansowanie projektów celowych (Dz. U. z 2007 r. Nr 221 poz. 1640), umowa nr 04240/C.ZR8-6/2008

Soort steun

Ad hoc steun

MINE MASTER Sp. z o.o.

Aanpassing bestaande steunmaatregel

Datum steunverlening

23.9.2008

Betrokken economische sector(en)

Vervaardiging van machines voor de winning van delfstoffen en voor de bouw

Soort begunstigde

kmo

Totale aan de onderneming verleende Ad hoc steun

0,66 PLN (in miljoen)

Voor garanties

Steuninstrument (artikel 5)

Subsidie

Referentie besluit van de Commissie

Bij cofinanciering uit communautaire fondsen

Doelstellingen

Maximum steunintensiteit (in %) of maximum steunbedrag (in nationale munteenheid)

kmo-verhogingen (in %)

Industrieel onderzoek (art. 31, lid 2, onder b)

50 %

10 %

Experimentele ontwikkeling (art. 31, lid 2, onder c)

25 %

10 %

Weblink naar de volledige tekst van de steunmaatregel:

http://www.mnisw.gov.pl

Referentienummer staatssteun

X 742/09

Lidstaat

Polen

Referentie lidstaat

PL

Naam van de regio (NUTS)

Małopolskie

Artikel 87, lid 3, onder a)

Steunverlenende autoriteit

Ministerstwo Nauki i Szkolnictwa Wyższego

ul. Wspólna 1/3

00-529 Warszawa

POLSKA/POLAND

http://www.mnisw.gov.pl

Benaming van de steunmaatregel

Pomoc na badania i rozwój dla INNOWACJA POLSKA Sp. z o.o.

Nationale rechtsgrondslag (Referentie desbetreffende nationale officiële publicatie)

Artykuł 10 ustawy z dnia 8 października 2004 r. o zasadach finansowania nauki (Dz. U. z 2008 r. Nr 169, poz. 1049), rozporządzenie Ministra Nauki i Szkolnictwa Wyższego z dnia 14 listopada 2007 r. w sprawie kryteriów i trybu przyznawania oraz rozliczania środków finansowych na naukę przeznaczonych na finansowanie projektów celowych (Dz. U. z 2007 r. Nr 221 poz. 1640), umowa nr 04246/C.ZR7-6/2008

Soort steun

Ad hoc steun

INNOWACJA POLSKA Sp. z o.o.

Aanpassing bestaande steunmaatregel

Datum steunverlening

15.9.2008

Betrokken economische sector(en)

Ingenieurs en aanverwante technische adviseurs

Soort begunstigde

kmo

Totale aan de onderneming verleende Ad hoc steun

0,27 PLN (in miljoen)

Voor garanties

Steuninstrument (artikel 5)

Subsidie

Referentie besluit van de Commissie

Bij cofinanciering uit communautaire fondsen

Doelstellingen

Maximum steunintensiteit (in %) of maximum steunbedrag (in nationale munteenheid)

kmo-verhogingen (in %)

Industrieel onderzoek (art. 31, lid 2, onder b)

50 %

20 %

Experimentele ontwikkeling (art. 31, lid 2, onder c)

25 %

20 %

Weblink naar de volledige tekst van de steunmaatregel:

http://www.mnisw.gov.pl


26.1.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 19/16


Beknopte informatie van de lidstaten betreffende overheidssteun die wordt verleend krachtens Verordening (EG) nr. 800/2008 van de Commissie waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag met de gemeenschappelijke markt verenigbaar worden verklaard (de algemene groepsvrijstellingsverordening)

(Voor de EER relevante tekst)

2010/C 19/06

Referentienummer staatssteun

X 732/09

Lidstaat

Polen

Referentie lidstaat

PL

Naam van de regio (NUTS)

Mazowieckie

Artikel 87, lid 3, onder a)

Steunverlenende autoriteit

Narodowe Centrum Badań i Rozwoju

ul. Ks. I. Skorupki 4

00-546 Warszawa

POLSKA/POLAND

http://www.ncbir.gov.pl

Benaming van de steunmaatregel

Pomoc na badania i rozwój dla TELESTO Sp. z o.o.

Nationale rechtsgrondslag (Referentie desbetreffende nationale officiële publicatie)

Ustawa z dnia 8 października 2004 r. o zasadach finansowania nauki (Dz.U. 238, poz. 2390. z późn. zm.) art. 15 ust. 1

Soort steun

Ad hoc steun

TELESTO Sp. z o.o.

Aanpassing bestaande steunmaatregel

Datum steunverlening

14.11.2008

Betrokken economische sector(en)

Overige vrije beroepen en overige wetenschappelijke en technische activiteiten, n.e.g.

Soort begunstigde

kmo

Totale aan de onderneming verleende Ad hoc steun

0,78 PLN (in miljoen)

Voor garanties

Steuninstrument (artikel 5)

Subsidie

Referentie besluit van de Commissie

Bij cofinanciering uit communautaire fondsen

Doelstellingen

Maximum steunintensiteit (in %) of maximum steunbedrag (in nationale munteenheid)

kmo-verhogingen (in %)

Fundamenteel onderzoek (art. 31, lid 2, onder a)

100 %

Industrieel onderzoek (art. 31, lid 2, onder b)

50 %

20 %

Experimentele ontwikkeling (art. 31, lid 2, onder c)

25 %

20 %

Weblink naar de volledige tekst van de steunmaatregel:

http://www.ncbir.gov.pl

Referentienummer staatssteun

X 733/09

Lidstaat

Polen

Referentie lidstaat

PL

Naam van de regio (NUTS)

Śląskie

Artikel 87, lid 3, onder a)

Steunverlenende autoriteit

Ministerstwo Nauki i Szkolnictwa Wyższego

ul. Wspólna 1/3

00-529 Warszawa

POLSKA/POLAND

http://www.mnisw.gov.pl

Benaming van de steunmaatregel

Pomoc na badania i rozwój dla LEHRER-RYCHEL LILIANA „VINI”

Nationale rechtsgrondslag (Referentie desbetreffende nationale officiële publicatie)

Art. 10 ustawy z dnia 8 października 2004 r. o zasadach finansowania nauki (Dz.U. 169 z 2008 r., poz. 1049), Rozporządzenie Ministra Nauki i Szkolnictwa Wyższego z dnia 14 listopada 2007 w sprawie kryteriów i trybu przyznawania oraz rozliczania środków finansowych na naukę przeznaczonych na finansowanie projektów celowych (Dz.U. 221 z 2007 r., poz. 1640), umowa nr 04248/C.ZR7-6/2008

Soort steun

Ad hoc steun

LEHRER-RYCHEL LILIANA „VINI”

Aanpassing bestaande steunmaatregel

Datum steunverlening

10.10.2008

Betrokken economische sector(en)

Vervaardiging van brood en van vers banketbakkerswerk

Soort begunstigde

kmo

Totale aan de onderneming verleende Ad hoc steun

0,59 PLN (in miljoen)

Voor garanties

Steuninstrument (artikel 5)

Subsidie

Referentie besluit van de Commissie

Bij cofinanciering uit communautaire fondsen

Doelstellingen

Maximum steunintensiteit (in %) of maximum steunbedrag (in nationale munteenheid)

kmo-verhogingen (in %)

Industrieel onderzoek (art. 31, lid 2, onder b)

50 %

20 %

Experimentele ontwikkeling (art. 31, lid 2, onder c)

25 %

20 %

Weblink naar de volledige tekst van de steunmaatregel:

http://www.mnisw.gov.pl

Referentienummer staatssteun

X 734/09

Lidstaat

Polen

Referentie lidstaat

PL

Naam van de regio (NUTS)

Łódzkie

Artikel 87, lid 3, onder a)

Steunverlenende autoriteit

Ministerstwo Nauki i Szkolnictwa Wyższego

ul. Wspólna 1/3

00-529 Warszawa

POLSKA/POLAND

http://www.mnisw.gov.pl

Benaming van de steunmaatregel

Pomoc dla badania i rozwój dla FOS „POLMO” ŁÓDŹ S.A.

Nationale rechtsgrondslag (Referentie desbetreffende nationale officiële publicatie)

Art. 10 ustawy z dnia 8 października 2004 r. o zasadach finansowania nauki (Dz.U. 169 z 2008 r., poz. 1049), Rozporządzenie Ministra Nauki i Szkolnictwa Wyższego z dnia 14 listopada 2007 w sprawie kryteriów i trybu przyznawania oraz rozliczania środków finansowych na naukę przeznaczonych na finansowanie projektów celowych (Dz.U. 221 z 2007 r., poz. 1640), umowa nr 04211/C.ZR7-6/2008

Soort steun

Ad hoc steun

FOS „POLMO” LÓDZ S.A.

Aanpassing bestaande steunmaatregel

Datum steunverlening

10.10.2008

Betrokken economische sector(en)

Vervaardiging van andere delen en toebehoren van auto’s

Soort begunstigde

kmo

Totale aan de onderneming verleende Ad hoc steun

0,42 PLN (in miljoen)

Voor garanties

Steuninstrument (artikel 5)

Subsidie

Referentie besluit van de Commissie

Bij cofinanciering uit communautaire fondsen

Doelstellingen

Maximum steunintensiteit (in %) of maximum steunbedrag (in nationale munteenheid)

kmo-verhogingen (in %)

Industrieel onderzoek (art. 31, lid 2, onder b)

50 %

20 %

Experimentele ontwikkeling (art. 31, lid 2, onder c)

25 %

20 %

Weblink naar de volledige tekst van de steunmaatregel:

http://www.mnisw.gov.pl

Referentienummer staatssteun

X 735/09

Lidstaat

Polen

Referentie lidstaat

PL

Naam van de regio (NUTS)

Wielkopolskie

Artikel 87, lid 3, onder a)

Steunverlenende autoriteit

Ministerstwo Nauki i Szkolnictwa Wyższego

ul. Wspólna 1/3

00-529 Warszawa

POLSKA/POLAND

http://www.mnisw.gov.pl

Benaming van de steunmaatregel

Pomoc na badania i rozwój dla GTX HANEX PLASTIC Sp. z o.o.

Nationale rechtsgrondslag (Referentie desbetreffende nationale officiële publicatie)

Art. 10 ustawy z dnia 8 października 2004 r. o zasadach finansowania nauki (Dz.U. 169 z 2008 r., poz. 1049), Rozporządzenie Ministra Nauki i Szkolnictwa Wyższego z dnia 14 listopada 2007 w sprawie kryteriów i trybu przyznawania oraz rozliczania środków finansowych na naukę przeznaczonych na finansowanie projektów celowych (Dz.U. 221 z 2007 r., poz. 1640), umowa nr 04243/C.ZR9-6/2008

Soort steun

Ad hoc steun

GTX HANEX PLASTIC Sp. z o.o.

Aanpassing bestaande steunmaatregel

Datum steunverlening

2.10.2008

Betrokken economische sector(en)

Vervaardiging van verpakkingsmateriaal van kunststof

Soort begunstigde

kmo

Totale aan de onderneming verleende Ad hoc steun

0,29 PLN (in miljoen)

Voor garanties

Steuninstrument (artikel 5)

Subsidie

Referentie besluit van de Commissie

Bij cofinanciering uit communautaire fondsen

Doelstellingen

Maximum steunintensiteit (in %) of maximum steunbedrag (in nationale munteenheid)

kmo-verhogingen (in %)

Industrieel onderzoek (art. 31, lid 2, onder b)

50 %

20 %

Experimentele ontwikkeling (art. 31, lid 2, onder c)

25 %

20 %

Weblink naar de volledige tekst van de steunmaatregel:

http://www.mnisw.gov.pl

Referentienummer staatssteun

X 736/09

Lidstaat

Polen

Referentie lidstaat

PL

Naam van de regio (NUTS)

Małopolskie

Artikel 87, lid 3, onder a)

Steunverlenende autoriteit

Ministerstwo Nauki i Szkolnictwa Wyższego

ul. Wspólna 1/3

00-529 Warszawa

POLSKA/POLAND

http://www.mnisw.gov.pl

Benaming van de steunmaatregel

Pomoc na badania i rozwój dla EC ELECTRONICS Sp. z o.o.

Nationale rechtsgrondslag (Referentie desbetreffende nationale officiële publicatie)

Art. 10 ustawy z dnia 8 października 2004 r. o zasadach finansowania nauki (Dz.U. 169 z 2008 r., poz. 1049), Rozporządzenie Ministra Nauki i Szkolnictwa Wyższego z dnia 14 listopada 2007 w sprawie kryteriów i trybu przyznawania oraz rozliczania środków finansowych na naukę przeznaczonych na finansowanie projektów celowych (Dz.U. 221 z 2007 r., poz. 1640), umowa nr 04235/C.ZR7-6/2008

Soort steun

Ad hoc steun

EC ELECTRONICS Sp. z o.o.

Aanpassing bestaande steunmaatregel

Datum steunverlening

1.9.2008

Betrokken economische sector(en)

Ingenieurs en aanverwante technische adviseurs

Soort begunstigde

kmo

Totale aan de onderneming verleende Ad hoc steun

0,29 PLN (in miljoen)

Voor garanties

Steuninstrument (artikel 5)

Subsidie

Referentie besluit van de Commissie

Bij cofinanciering uit communautaire fondsen

Doelstellingen

Maximum steunintensiteit (in %) of maximum steunbedrag (in nationale munteenheid)

kmo-verhogingen (in %)

Industrieel onderzoek (art. 31, lid 2, onder b)

50 %

20 %

Experimentele ontwikkeling (art. 31, lid 2, onder c)

25 %

20 %

Weblink naar de volledige tekst van de steunmaatregel:

http://www.mnisw.gov.pl


26.1.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 19/21


Beknopte informatie van de lidstaten betreffende overheidssteun die wordt verleend krachtens Verordening (EG) nr. 800/2008 van de Commissie waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag met de gemeenschappelijke markt verenigbaar worden verklaard (de algemene groepsvrijstellingsverordening)

(Voor de EER relevante tekst)

2010/C 19/07

Referentienummer staatssteun

X 66/08

Lidstaat

Frankrijk

Referentie lidstaat

Naam van de regio (NUTS)

France

Gemengd

Steunverlenende autoriteit

Délégation interministérielle à l'aménagement et la compétitivité des territoires (DIACT)

8 rue de Penthièvre

75800 Paris Cedex 08

FRANCE

http://www.diact.gouv.fr

Benaming van de steunmaatregel

Régime cadre exempté de notification relatif aux aides aux services de conseil en faveur des PME et aides à la participation des PME aux foires pris sur la base du règlement général d’exemption par catégorie no 800/2008

Nationale rechtsgrondslag (Referentie desbetreffende nationale officiële publicatie)

Pour les interventions de l’État: article 20 de la constitution du 4 octobre 1958 ainsi que les articles L. 2251-1, L. 3231-1 et L. 4211-1 du Code général des collectivités territoriales.

Pour les collectivités territoriales et leurs groupements: articles L. 1511-1 à L. 1511-5 du Code général des collectivités territoriales tels que modifiés par l’article 1er de la loi no 2004-809 du 13 août 2004 relative aux libertés et responsabilités locales.

Soort steun

Regeling

Aanpassing bestaande steunmaatregel

Looptijd

13.10.2008-31.12.2013

Betrokken economische sector(en)

Alle economische sectoren komen voor steun in aanmerking

Soort begunstigde

kmo’s

Totale geplande jaarbudget in het kader van de regeling

20,00 EUR (in miljoen)

Voor garanties

Steuninstrument (artikel 5)

Lening, Rentesubsidie, Subsidie

Referentie besluit van de Commissie

Bij cofinanciering uit communautaire fondsen

Programmes opérationnels de l'objectif convergence et de l'objectif compétitivité et de l'emploi des fonds structurels communautaires — 5,00 EUR (millions)

Doelstellingen

Maximum steunintensiteit (in %) of maximum steunbedrag (in nationale munteenheid)

kmo-verhogingen (in %)

Kmo-steun ten behoeve van consultancy (art. 26)

50 %

Kmo-steun ten behoeve van deelneming aan beurzen (art. 27)

50 %

Weblink naar de volledige tekst van de steunmaatregel:

http://www.diact.gouv.fr/fr_1/amenagement_du_territoire_44/aides_aux_entreprises_626/

Referentienummer staatssteun

X 67/08

Lidstaat

Frankrijk

Referentie lidstaat

Naam van de regio (NUTS)

France

Gemengd

Steunverlenende autoriteit

Délégation interministérielle à l'aménagement et la compétitivité des territoires (DIACT)

8 rue de Penthièvre

75800 Paris Cedex 08

FRANCE

http://www.diact.gouv.fr

Benaming van de steunmaatregel

Régime cadre exempté de notification relatif aux aides à l’entrepreneuriat féminin pris sur la base du règlement général d’exemption par catégorie no 800/2008 du 6 août 2008

Nationale rechtsgrondslag (Referentie desbetreffende nationale officiële publicatie)

Pour les interventions de l’État: article 20 de la constitution du 4 octobre 1958 ainsi que les articles L. 2251-1, L. 3231-1 et L. 4211-1 du Code général des collectivités territoriales.

Pour les collectivités territoriales et leurs groupements: articles L. 1511-1 à L. 1511-5 du Code général des collectivités territoriales tels que modifiés par l’article 1er de la loi no 2004-809 du 13 août 2004 relative aux libertés et responsabilités locales.

Soort steun

Regeling

Aanpassing bestaande steunmaatregel

Looptijd

13.10.2008-31.12.2013

Betrokken economische sector(en)

Alle economische sectoren komen voor steun in aanmerking

Soort begunstigde

kmo’s

Totale geplande jaarbudget in het kader van de regeling

15,00 EUR (in miljoen)

Voor garanties

1,00 EUR (in miljoen)

Steuninstrument (artikel 5)

Lening, Rentesubsidie, Garantie, Subsidie, Terugbetaalbare voorschotten

Referentie besluit van de Commissie

Bij cofinanciering uit communautaire fondsen

Programmes opérationnels de l'objectif convergence et de l'objectif compétitivité et emploi des fonds structurels pour la période 2007-2013 — 7,00 EUR (millions)

Doelstellingen

Maximum steunintensiteit (in %) of maximum steunbedrag (in nationale munteenheid)

kmo-verhogingen (in %)

Steun voor nieuw, door vrouwelijke ondernemers opgerichte kleine ondernemingen (art. 16)

15 %

Weblink naar de volledige tekst van de steunmaatregel:

http://www.diact.gouv.fr/fr_1/amenagement_du_territoire_44/aides_aux_entreprises_626/

Referentienummer staatssteun

X 68/08

Lidstaat

Frankrijk

Referentie lidstaat

Naam van de regio (NUTS)

France

Artikel 87, lid 3, onder a)

Artikel 87, lid 3, onder c)

Steunverlenende autoriteit

Délégation interministérielle à l'aménagement et la compétitivité des territoires (DIACT)

8 rue de Penthièvre

75800 Paris Cedex 08

FRANCE

http://www.diact.gouv.fr

Benaming van de steunmaatregel

Régime cadre exempté de notification relatif aux aides à finalité régionale pris sur la base du règlement général d’exemption par catégorie no 800/2008 du 6 août 2008

Nationale rechtsgrondslag (Referentie desbetreffende nationale officiële publicatie)

Pour les interventions de l’État: article 20 de la constitution du 4 octobre 1958 ainsi que les articles L. 2251-1, L. 3231-1 et L. 4211-1 du Code général des collectivités territoriales.

Pour les collectivités territoriales et leurs groupements: articles L. 1511-1 à L. 1511-5 du Code général des collectivités territoriales tels que modifiés par l’article 1er de la loi no 2004-809 du 13 août 2004 relative aux libertés et responsabilités locales.

Soort steun

Regeling

Aanpassing bestaande steunmaatregel

Looptijd

13.10.2008-31.12.2013

Betrokken economische sector(en)

Alle economische sectoren komen voor steun in aanmerking

Soort begunstigde

kmo’s

Grote onderneming

Totale geplande jaarbudget in het kader van de regeling

110,00 EUR (in miljoen)

Voor garanties

10,00 EUR (in miljoen)

Steuninstrument (artikel 5)

Lening, Rentesubsidie, Garantie, Subsidie, Terugbetaalbare voorschotten

Referentie besluit van de Commissie

Bij cofinanciering uit communautaire fondsen

Programmes opérationels régionaux de l'objectif convergence et de l'objectif compétitivité et emploi des fonds structurels pour la période 2007-2013 — 20,00 EUR (millions)

Doelstellingen

Maximum steunintensiteit (in %) of maximum steunbedrag (in nationale munteenheid)

kmo-verhogingen (in %)

Regionale investerings- en werkgelegenheidssteun (art. 13) Regeling

25 %

25 %

Steun voor nieuw opgerichte kleine ondernemingen (art. 14)

40 %

Weblink naar de volledige tekst van de steunmaatregel:

http://www.diact.gouv.fr/fr_1/amenagement_du_territoire_44/aides_aux_entreprises_626/

Referentienummer staatssteun

X 94/08

Lidstaat

Estland

Referentie lidstaat

Naam van de regio (NUTS)

Estonia

Artikel 87, lid 3, onder a)

Steunverlenende autoriteit

Ettevõtluse Arendamise Sihtasutus

Liivalaia 13/15

10118 Tallinn

Eesti Vabariik

EESTI/ESTONIA

http://www.eas.ee

Benaming van de steunmaatregel

Teadmiste ja oskuste arendamise toetamise tingimused ja kord

Nationale rechtsgrondslag (Referentie desbetreffende nationale officiële publicatie)

1)

„Perioodi 2007–2013 struktuuritoetuse seadus” (RTI, 22.12.2006, 59, 440)

2)

„Teadmiste ja oskuste arendamise toetamise tingimused ja kord” (RTL, 26.6.2008, 51, 717)

Soort steun

Regeling

Aanpassing bestaande steunmaatregel

Looptijd

30.6.2008-31.12.2013

Betrokken economische sector(en)

Alle economische sectoren komen voor steun in aanmerking

Soort begunstigde

kmo’s

Grote onderneming

Totale geplande jaarbudget in het kader van de regeling

27,00 EEK (in miljoen)

Voor garanties

Steuninstrument (artikel 5)

Subsidie

Referentie besluit van de Commissie

Bij cofinanciering uit communautaire fondsen

Euroopa Sotsiaalfond (ESF) – 27,00 EEK (miljonites)

Doelstellingen

Maximum steunintensiteit (in %) of maximum steunbedrag (in nationale munteenheid)

kmo-verhogingen (in %)

Specifieke opleiding (art. 38, lid 1)

25 %

10 %

Algemene opleiding (art. 38, lid 2)

50 %

Weblink naar de volledige tekst van de steunmaatregel:

http://www.riigiteataja.ee/ert/act.jsp?id=12978588

Referentienummer staatssteun

X 102/08

Lidstaat

Estland

Referentie lidstaat

Naam van de regio (NUTS)

Estonia

Artikel 87, lid 3, onder a)

Steunverlenende autoriteit

Maaelu Edendamise Sihtasutus

R. Tobiase 4

10147 Tallinn

Harjumaa

EESTI/ESTONIA

http://www.mes.ee

Benaming van de steunmaatregel

Maaelu Edendamise Sihtasutuse tagatiste abikava raames tagatiste saamiseks esitatavad nõuded ja tagatise taotlemise kord

Nationale rechtsgrondslag (Referentie desbetreffende nationale officiële publicatie)

Maaelu Edendamise Sihtasutuse tagatiste abikava raames tagatiste saamiseks esitatavad nõuded ja tagatise taotlemise kord. Kinnitatud Maaelu Edendamise Sihtasutuse nõukogu 20. novembri 2008 otsusega (protokoll nr 10 p 2)

Maaelu ja Põllumajandusturu korraldamise seadus

http://www.riigiteataja.ee/ert/act.jsp?id=12997647

Soort steun

Regeling

Aanpassing bestaande steunmaatregel

Looptijd

20.11.2008-31.12.2013

Betrokken economische sector(en)

Alle economische sectoren komen voor steun in aanmerking

Soort begunstigde

kmo’s

Totale geplande jaarbudget in het kader van de regeling

312,93 EEK (in miljoen)

Voor garanties

1 564,66 EEK (in miljoen)

Steuninstrument (artikel 5)

Garantie

Referentie besluit van de Commissie

Bij cofinanciering uit communautaire fondsen

Doelstellingen

Maximum steunintensiteit (in %) of maximum steunbedrag (in nationale munteenheid)

kmo-verhogingen (in %)

Regionale investerings- en werkgelegenheidssteun (art. 13) Regeling

50 %

20 %

Weblink naar de volledige tekst van de steunmaatregel:

http://www.mes.ee/failid/Tagatiste%20abikava%2020.11.2008.pdf


26.1.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 19/26


Beknopte informatie van de lidstaten betreffende overheidssteun die wordt verleend krachtens Verordening (EG) nr. 800/2008 van de Commissie waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag met de gemeenschappelijke markt verenigbaar worden verklaard (de algemene groepsvrijstellingsverordening)

(Voor de EER relevante tekst)

2010/C 19/08

Referentienummer staatssteun

X 138/08

Lidstaat

Oostenrijk

Referentie lidstaat

Naam van de regio (NUTS)

Österreich

Gemengd

Steunverlenende autoriteit

Bundesministerium für Wirtschaft und Arbeit Abteilung V/4 (Tourismusförderungen)

Stubenring 1

1011 Wien

ÖSTERREICH

http://wwww.bmwa.gv.at

Benaming van de steunmaatregel

Übernahme von Haftungen für die Tourismus- und Freizeitwirtschaft 2007—2013

Nationale rechtsgrondslag (Referentie desbetreffende nationale officiële publicatie)

Richtlinie des Bundesministers für Wirtschaft und Arbeit für die Übernahme von Haftungen für die Tourismus- und Freizeitwirtschaft 2007—2013

Soort steun

Regeling

Aanpassing bestaande steunmaatregel

Looptijd

1.11.2008-31.12.2008

Betrokken economische sector(en)

Vervoer te land en vervoer via pijpleidingen, Verschaffen van accommodatie, Eet- en drinkgelegenheden, Productie van films en video- en televisieprogramma's, maken van geluidsopnamen en uitgeverijen van muziekopnamen, Exploitatie van en handel in onroerend goed, Architecten en ingenieurs; technische testen en toetsen, Verhuur en lease, Reisbureaus, reisorganisatoren, reserveringsbureaus en aanverwante activiteiten, Onderwijs, Loterijen en kansspelen, Sport, ontspanning en recreatie, Overige persoonlijke diensten

Soort begunstigde

kmo's

Grote onderneming

Totale geplande jaarbudget in het kader van de regeling

13,00 EUR (in miljoen)

Voor garanties

13,00 EUR (in miljoen)

Steuninstrument (artikel 5)

Garantie

Referentie besluit van de Commissie

N 179/08

Bij cofinanciering uit communautaire fondsen

Doelstellingen

Maximum steunintensiteit (in %) of maximum steunbedrag (in nationale munteenheid)

Kmo-verhogingen (in %)

Regionale investerings- en werkgelegenheidssteun (art. 13) Regeling

20 %

20 %

Kmo-steun voor investeringen en werkgelegenheid (art. 15)

20 %

Weblink naar de volledige tekst van de steunmaatregel:

http://www.oeht.at/page/media/finanzierung/garantie%20betriebe/RHaftung2007-2013.pdf

Referentienummer staatssteun

X 144/08

Lidstaat

Estland

Referentie lidstaat

Naam van de regio (NUTS)

Estonia

Artikel 87, lid 3, onder a)

Steunverlenende autoriteit

Põllumajanduse Registrite ja Informatsiooni Amet

Narva mnt 3

51009 Tartu

EESTI/ESTONIA

http://www.pria.ee/

Benaming van de steunmaatregel

Maapiirkonnas majandustegevuse mitmekesistamise investeeringutoetus

Nationale rechtsgrondslag (Referentie desbetreffende nationale officiële publicatie)

Põllumajandusministri 12. märtsi 2008. aasta määrus nr 20 „Maapiirkonnas majandustegevuse mitmekesistamise investeeringutoetuse saamise nõuded, toetuse taotlemise ja taotluse menetlemise täpsem kord” (RTL 2008, 22, 343; 92, 1286)

Soort steun

Regeling

Aanpassing bestaande steunmaatregel

Aanpassing XS 223/07

Looptijd

21.11.2008-31.12.2013

Betrokken economische sector(en)

Alle economische sectoren komen voor steun in aanmerking

Soort begunstigde

kmo's

Totale geplande jaarbudget in het kader van de regeling

141,00 EEK (in miljoen)

Voor garanties

Steuninstrument (artikel 5)

Subsidie

Referentie besluit van de Commissie

Bij cofinanciering uit communautaire fondsen

Maaelu Arengu Euroopa Põllumajandusfond (EAFRD) – 106,00 EEK (miljonites)

Doelstellingen

Maximum steunintensiteit (in %) of maximum steunbedrag (in nationale munteenheid)

Kmo-verhogingen (in %)

Regionale investerings- en werkgelegenheidssteun (art. 13) Regeling

50 %

Kmo-steun ten behoeve van consultancy (art. 26)

50 %

Kmo-steun ten behoeve van deelneming aan beurzen (art. 27)

50 %

Weblink naar de volledige tekst van de steunmaatregel:

http://www.riigiteataja.ee/ert/act.jsp?id=13067987

Referentienummer staatssteun

X 148/08

Lidstaat

Duitsland

Referentie lidstaat

E 13/01

Naam van de regio (NUTS)

Nordrhein-Westfalen

Artikel 87, lid 3, onder c)

Niet-steungebieden

Steunverlenende autoriteit

Finanzministerium des Landes Nordrhein-Westfalen

Jägerhofstraße 6

40479 Düsseldorf

DEUTSCHLAND

http://www.fm.nrw.de

Benaming van de steunmaatregel

Bürgschaften des Landes Nordrhein-Westfalen für die Wirtschaft und die freien Berufe sowie die Land- und Forstwirtschaft

Nationale rechtsgrondslag (Referentie desbetreffende nationale officiële publicatie)

Bürgschaftsrichtlinien des Landes Nordrhein-Westfalen für die Wirtschaft und die freien Berufe sowie die Land- und Forstwirtschaft

Soort steun

Regeling

Aanpassing bestaande steunmaatregel

Looptijd

1.12.2008-31.12.2013

Betrokken economische sector(en)

Alle economische sectoren komen voor steun in aanmerking

Soort begunstigde

kmo's

Grote onderneming

Totale geplande jaarbudget in het kader van de regeling

Voor garanties

60,00 EUR (in miljoen)

Steuninstrument (artikel 5)

Garantie

Referentie besluit van de Commissie

N 197/07, N 541/07, N 762/07

Bij cofinanciering uit communautaire fondsen

Doelstellingen

Maximum steunintensiteit (in %) of maximum steunbedrag (in nationale munteenheid)

Kmo-verhogingen (in %)

Regionale investerings- en werkgelegenheidssteun (art. 13) Regeling

15 %

20 %

Kmo-steun voor investeringen en werkgelegenheid (art. 15)

20 %

Experimentele ontwikkeling (art. 31, lid 2, onder c)

25 %

20 %

Weblink naar de volledige tekst van de steunmaatregel:

http://www.fm.nrw.de/allgemein_fa/steuerzahler/gesetze/erlasse/buergschaftsrichtlinie/01_buergschaftsrichtlinie_nrw_01_2008.pdf

Referentienummer staatssteun

X 783/09

Lidstaat

Verenigd Koninkrijk

Referentie lidstaat

Naam van de regio (NUTS)

Wales

Gemengd

Steunverlenende autoriteit

University of Glamorgan

European and External Resource Office

Llantwit Road

Pontypridd

CF37 1DL

UNITED KINGDOM

http://www.glam.ac.uk/

Benaming van de steunmaatregel

University of Glamorgan Support for Foundation Degrees

Nationale rechtsgrondslag (Referentie desbetreffende nationale officiële publicatie)

Further and Higher Education Act 1992

http://www.opsi.gov.uk/Acts/acts1972/ukpga_19720068_en_1

Soort steun

Regeling

Aanpassing bestaande steunmaatregel

Looptijd

18.8.2009-31.8.2015

Betrokken economische sector(en)

Alle economische sectoren komen voor steun in aanmerking

Soort begunstigde

kmo's

Grote onderneming

Totale geplande jaarbudget in het kader van de regeling

2,40 GBP (in miljoen)

Voor garanties

Steuninstrument (artikel 5)

Overige — Subsidised Training Schemes

Referentie besluit van de Commissie

Bij cofinanciering uit communautaire fondsen

European Social Fund — GBP 8,24 (in millions)

Doelstellingen

Maximum steunintensiteit (in %) of maximum steunbedrag (in nationale munteenheid)

Kmo-verhogingen (in %)

Specifieke opleiding (art. 38, lid 1)

25 %

20 %

Algemene opleiding (art. 38, lid 2)

60 %

20 %

Weblink naar de volledige tekst van de steunmaatregel:

http://www.glam.ac.uk/european/470/projects


V Adviezen

BESTUURLIJKE PROCEDURES

Europees Parlement

26.1.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 19/30


Aankondiging van aanwerving PE/121/S

2010/C 19/09

Het Europees Parlement organiseert selectieprocedure:

PE/121/S — Tijdelijk functionaris — Assistent (AST 5) op het gebied van gebouwen.

Voor deze selectieprocedure is een opleiding vereist op het niveau van het hoger onderwijs bekroond met een diploma op het gebied van bouwtechnieken van minimaal twee jaar

of

een opleiding op het niveau van het hoger middelbaar onderwijs, bekroond met een diploma dat toegang geeft tot hoger onderwijs, en een beroepservaring op een gebied dat aansluit bij de aard van de functie van ten minste drie jaar.

De kandidaten moeten op de uiterste datum van indiening van de sollicitatie beschikken over ten minste negen jaar ervaring, na het behalen van genoemd diploma, die aansluit bij de aard van de functie.

Deze aankondiging van aanwerving wordt alleen in het Frans gepubliceerd. De volledige tekst is in deze taal te vinden in Publicatieblad C 19 A.


PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID

Europese Commissie

26.1.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 19/31


STEUNMAATREGELEN VAN DE STATEN — ROEMENIË

Staatssteun C 36/09 (ex NN 56/09) — Garantie overeenkomstig de tijdelijke kaderregeling ten gunste van Oltchim

Uitnodiging overeenkomstig artikel 88, lid 2, van het EG-Verdrag, om opmerkingen te maken

(Voor de EER relevante tekst)

2010/C 19/10

De Commissie heeft Roemenië bij schrijven van 19 november 2009, dat na deze samenvatting in de authentieke taal is weergegeven, in kennis gesteld van haar besluit tot inleiding van de procedure van artikel 88, lid 2, van het EG-Verdrag ten aanzien van de bovengenoemde steunmaatregel.

Belanghebbenden kunnen hun opmerkingen over de steunmaatregel ten aanzien waarvan de Commissie de procedure inleidt, kenbaar maken door deze binnen één maand vanaf de datum van deze bekendmaking te zenden aan de:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie Staatssteun

Kamer: J70, 3/225

1049 Brussel

BELGIЁ

Fax +32 22961242

Deze opmerkingen zullen ter kennis van Roemenië worden gebracht. Een belanghebbende die opmerkingen maakt, kan, met opgave van redenen, schriftelijk verzoeken om vertrouwelijke behandeling van zijn identiteit.

TEKST VAN DE SAMENVATTING

I.   PROCEDURE

1.

Op 29 juli 2009, na de openbare aankondiging van een voorgenomen garantie in het kader van de tijdelijke kaderregeling voor de chemische producent Oltchim, diende een minderheidsaandeelhouder van de onderneming klacht in bij de Commissie omdat de verenigbaarheid van de garantie met de in de tijdelijke kaderregeling opgenomen criteria, in vraag werd gesteld. De Commissie stuurde deze klacht op 7 augustus 2009 door naar Roemenië, die op 4 september 2009 antwoordde.

II.   BESCHRIJVING

2.

De betrokken garantie wordt, krachtens de Roemeense tijdelijke kaderregeling, verleend door EximBank, ter dekking van een commerciële lening van 62 miljoen EUR die bedoeld is om de leverancier van de onderneming, Arpechim, over te nemen.

III.   BEOORDELING

3.

Roemenië besloot de garantie te verlenen krachtens een door de Commissie goedgekeurde tijdelijke kaderregeling inzake staatssteun. Overeenkomstig de relevante bepalingen van de tijdelijke kaderregeling, worden ondernemingen die op 1 juli 2008 in moeilijkheden verkeerden uitdrukkelijk van de regeling uitgesloten, zoals bepaald is in punt 4.3.2 i) van de kaderregeling. Bovendien wordt ook verwezen naar het criterium van de jaarlijkse loonsom overeenkomstig punt 4.3.2 d).

4.

In dit stadium betwijfelt de Commissie of de voorgenomen garantie van EximBank voldoet aan de voorwaarden van de punten 4.3.2 i) en d) van de tijdelijke kaderregeling. In het bijzonder:

Wat betreft de vraag of de onderneming in aanmerking komt voor staatssteun overeenkomstig punt 4.3.2 i) van de tijdelijke kaderregeling, acht de Commissie de door Roemenië tot dusverre verstrekte bewijzen om aan te tonen dat Oltchim op 1 juli 2008 niet in moeilijkheden verkeerde, niet bevredigend.

Ten tweede is het niet duidelijk of de voorgenomen garantie van EximBank voldoet aan de voorwaarde van punt 4.3.2 d) van de kaderregeling, met name dat het maximumbedrag van de lening (in dit geval 62 miljoen EUR) niet hoger mag zijn dan de totale jaarlijkse loonsom van de begunstigde voor 2008.

IV.   CONCLUSIE

5.

In het licht van voorgaande overwegingen heeft de Commissie besloten de formele onderzoekprocedure van artikel 88, lid 2, van het EG-Verdrag in te leiden ten aanzien van de bovenbeschreven maatregelen.

TEKST VAN DE BRIEF

„Comisia dorește să informeze România că, după examinarea informațiilor furnizate de autoritățile statului dumneavoastră cu privire la măsura susmenționată, a decis să inițieze procedura de investigare prevăzută la articolul 88 alineatul (2) din Tratatul CE.

I.   PROCEDURA

(1)

La data de 5 iunie 2009, România a notificat în prealabil în temeiul punctului 4.3. din Cadrul comunitar temporar pentru măsurile de ajutor de stat de sprijinire a accesului la finanțare în contextul actualei crize financiare și economice (1) (denumit în continuare «CT») o garanție de stat în favoarea societății Oltchim SA Râmnicu Vâlcea (denumită în continuare «Oltchim» sau «societatea») pentru garantarea unui împrumut comercial în valoare de 62 de milioane EUR în vederea achiziționării și reabilitării furnizorului de etilenă al societății, Arpechim Pitești (denumit în continuare «Arpechim»).

(2)

La data de 11 iunie 2009 a avut loc o întâlnire a reprezentanților DG Concurență cu autoritățile române și reprezentanții societății Oltchim, pentru discutarea acestei notificări prealabile.

(3)

La data de 29 iulie 2009, în urma publicării unui pachet de măsuri de sprijin de stat avute în vedere pentru Oltchim, PCC SE (denumită în continuare PCC), o societate germană cu sediul la Duisburg, care deține un pachet minoritar de acțiuni în cadrul Oltchim, a depus o plângere (2) prin care pune la îndoială eligibilitatea garanției acordate în baza CT, în temeiul criteriilor stabilite în CT.

(4)

Comisia a transmis plângerea în cauză României la data de 7 august 2009, care a răspuns la 4 septembrie 2009.

II.   CONTEXTUL CAZULUI

II.1.   Societatea

(5)

Oltchim este una dintre cele mai mari societăți petrochimice din România și din Europa de Sud-Est, producând 78 de sortimente pentru 40 de produse chimice de bază. Societatea vinde aproximativ 80 % din producția sa în Europa și în afara acesteia.

(6)

Producția de PVC (un material cu multiple aplicații în domeniul construcțiilor și în cel al producției de mașini grele) reprezintă aproximativ 32 % din activitatea societății. Potrivit declarațiilor societății Oltchim, cota sa de piață la nivelul Uniunii Europene pentru producția de PVC este de 2,1 %. O parte importantă a producției de PVC realizate în cadrul societății Oltchim este exportată în afara Uniunii Europene. Alte produse principale ale societății sunt: soda caustică, DOF și poliolii polieteri.

(7)

În iulie 2009, societatea avea aproximativ 3 600 de angajați (3). Oltchim este singurul angajator industrial din Râmnicu Vâlcea [un oraș cu o populație de aproximativ 110 000 de locuitori, centrul administrativ al unei zone din sud-vestul României cu statut de regiune asistată în temeiul articolului 87 alineatul (3) litera (a) din Tratatul CE].

(8)

Societatea și-a început activitatea în 1966, a fost reorganizată în 1990, iar începând cu 1997 a fost cotată la Bursa de Valori din București. Statul român (în prezent prin Ministerul Economiei) deține un pachet majoritar de 54,8 % în cadrul societății. Principalul acționar minoritar este PCC, o societate holding germană (care deține, de asemenea, Rokita SA, un concurent polonez al societății Oltchim), cu un pachet de aproximativ 12,2 %. Celelalte acțiuni ale societății sunt deținute de SIF Oltenia (6,5 %), Sorin Apostol (2,5 %), Leo Overseas Ltd (1,7 %) și diverși alți mici acționari.

(9)

În 2003, datoria publică în valoare de 303 milioane RON a fost convertită în acțiuni (4), iar pachetul de acțiuni deținut de stat în cadrul Oltchim a fost majorat de la 53,26 % la 95,73 %. În noiembrie 2005, un tribunal comercial din Vâlcea a anulat decizia Adunării generale a societății Oltchim cu privire la conversie (5). În iunie 2006 guvernul României a emis o ordonanță de urgență (6) autorizând reprezentanții statului din Adunarea generală a societății Oltchim să voteze în favoarea renunțării la calea de atac împotriva hotărârii judecătorești care anula prima conversie și să ia măsurile necesare pentru revocarea conversiei. Hotărârea judecătorească de anulare a conversiei a devenit definitivă în august 2006. Diminuarea efectivă a capitalului social a avut loc în noiembrie 2007 (7).

II.2.   Situația actuală a societății Oltchim și planul de afaceri al acesteia

(10)

Potrivit autorităților române, problemele cu care se confruntă în prezent societatea sunt: (i) oprirea furnizării principalelor materii prime de la principalul furnizor, Arpechim; (ii) impactul negativ asupra valorii nete a activelor societății, determinat de reapariția unei datorii semnificative în urma revocării, în 2007, a conversiei creanței în acțiuni din 2003; (iii) subcapitalizarea societății (care s-ar datora, de asemenea, revocării conversiei); și, în fine (iv) efectele crizei financiare globale.

(11)

Situația generală a societății Oltchim s-a deteriorat în ultimii ani. La sfârșitul anului 2008, Oltchim înregistrase o pierdere netă de 53 de milioane EUR. După închiderea principalului furnizor de etilenă, Arpechim, în noiembrie 2008, societatea a funcționat la 40 % din capacitate.

(12)

Statul român intenționează să pună în aplicare un pachet de măsuri pentru sprijinirea unui plan propus de societate pentru restabilirea viabilității acesteia pe termen lung. Planul de afaceri al societății presupune un așa-numit «Scenariu complet de dezvoltare», constând în principal într-o nouă conversie a creanței în acțiuni în valoare de aproximativ 135 de milioane EUR și în efectuarea unor investiții suplimentare în valoare totală estimată de 486 de milioane EUR, pentru modernizarea/extinderea instalațiilor și adaptarea acestora la standardele de mediu (8).

II.3.   Proceduri conexe de ajutor de stat

(13)

La 17 iulie 2009, România a notificat Comisiei două măsuri de sprijin în favoarea societății Oltchim. Măsurile notificate presupuneau (i) o nouă conversie în acțiuni a datoriei publice în valoare de aproximativ 135 milioane EUR (9), provenind din împrumuturi garantate de stat și nerambursate, ce fuseseră contractate în perioada 1995-2000; (ii) o garanție de stat care acoperă 80 % dintr-un împrumut comercial în valoare de 424 de milioane EUR pentru renovarea societății și investiții suplimentare. România susține că aceste măsuri de sprijin nu implică ajutor de stat în sensul articolului 87 alineatul (1) din Tratatul CE întrucât statul, în calitate de acționar principal și creditor principal al societății, acționează într-un mod comparabil cu un operator economic privat în condiții similare.

(14)

La data de 15 septembrie 2009, Comisia a decis să inițieze procedura oficială de investigare (cazul C 28/2009) cu privire la măsurile notificate și, în plus, cu privire la neplata dobânzii aferente datoriei publice începând cu 1 ianuarie 2007.

III.   DESCRIEREA MĂSURII ÎN CAUZĂ

(15)

Din valoarea totală a investițiilor de 486 de milioane EUR, 424 de milioane EUR vor fi finanțate prin împrumuturi comerciale garantate printr-o garanție de stat acoperind până la 80 % din valoarea totală a împrumutului; această măsură a fost notificată Comisiei la 17 iulie 2009 ca neimplicând ajutor de stat în sensul articolului 87 alineatul (1) din Tratat. Această măsură nu face obiectul prezentei decizii.

(16)

Pe lângă garanția susmenționată, un alt împrumut comercial de 62 de milioane EUR va fi acoperit de o garanție CT care urmează să fie emisă în temeiul schemei române de garantare CT (10). Împrumutul este destinat achiziționării furnizorului Arpechim. Această garanție nu este inclusă în notificarea României din 17 iulie 2009 și face obiectul prezentei decizii.

(17)

Potrivit informațiilor prezentate de reclamant, la 5 august 2009, Comitetul Interministerial de Finanțări, Garanții și Asigurări al guvernului român a aprobat acordarea garanției de către EximBank (11).

(18)

Garanția ar acoperi 80 % dintr-un împrumut comercial în valoare de 62 de milioane EUR. Oltchim ar plăti o primă anuală de 9,8 % pe an, adică prima safe-harbour stabilită de CT pentru societățile cu rating «CCC» sau mai jos și cu garanții colaterale de nivel scăzut. Pentru primii 2 ani, prima anuală va fi de 8,33 %, prin aplicarea reducerii de 15 % permise la punctul 4.3.2 litera (b) din CT. Se presupune că banca comercială ar accepta o garanție colaterală de 20 % din valoarea totală a împrumutului.

IV.   PLÂNGEREA

(19)

În plângerea sa din 29 iulie 2009, PCC observă că garanția de stat care urmează să fie emisă în baza schemei CT din România în vederea achiziționării furnizorului Arpechim nu întrunește criteriile de eligibilitate stabilite în CT. PCC consideră, în special, că măsura nu este în conformitate cu prevederile punctului 4.3.2 litera (i) din CT, întrucât societatea se afla în dificultate înainte de 1 iulie 2008. De asemenea, PCC susține că valoarea împrumutului subsidiar, adică 62 de milioane EUR, depășește costurile salariale anuale ale societății Oltchim, ceea ce contravine condițiilor stabilite la punctul 4.3.2 litera (d) din CT.

V.   POZIȚIA AUTORITĂȚILOR ROMÂNE

(20)

În răspunsul său la plângerea din 4 septembrie 2009, România subliniază că garanția EximBank care urmează a fi emisă intră sub incidența schemei CT autorizate pentru România.

(21)

În esență, România susține că, contrar analizei efectuate de PCC, Oltchim nu era o societate în dificultate în sensul dispozițiilor prevăzute de Liniile directoare comunitare privind ajutoarele de stat pentru salvarea și restructurarea întreprinderilor aflate în dificultate (12) (denumite în continuare «Liniile directoare S & R») la 1 iulie 2008. Pentru a susține această afirmație, autoritățile române au prezentat un raport independent realizat de experți din cadrul Raiffeisen Capital & Investment SA și un aviz juridic emis de Vilau & Mitel, ambele datând din iulie 2009.

(22)

Rapoartele concluzionează că la 1 iulie 2008 Oltchim nu îndeplinea condițiile pentru a fi considerată o societate în dificultate în sensul punctelor 10 și 11 din Liniile directoare S & R, și în special că:

la 1 iulie 2008 nu se întruneau condițiile prevăzute la punctul 10 litera (a) din Liniile directoare S & R deoarece, deși societatea pierduse peste jumătate din capitalul său social, nu era îndeplinită cea de a doua parte a criteriului, respectiv societatea nu pierduse peste un sfert din capital în ultimele 12 luni;

nu se întruneau condițiile prevăzute la punctul 10 litera (c) din Liniile directoare S & R, aceasta însemnând că la 1 iulie 2008 societatea nu era în stare de insolvență potrivit legislației românești. Potrivit legii privind insolvența aplicabilă în România, societățile ale căror datorii depășesc fondurile disponibile pe o perioadă de 30 de zile se prezumă a fi insolvabile. Raportul Vilau & Mitel argumentează că pe parcursul celor 30 de zile precedente datei de 1 iulie 2008, Oltchim nu s-a aflat în această situație;

criteriile prevăzute la punctul 11 din Liniile directoare S & R nu au fost întrunite deoarece anterior crizei economice și financiare societatea nu a prezentat simptomele obișnuite ale unei întreprinderi în dificultate, în sensul că societatea înregistra o cifră de afaceri în creștere, nu prezenta o supracapacitate semnificativă, iar fluxul său de numerar operațional era pozitiv.

(23)

La un nivel mai general, România susține că dificultățile societății Oltchim sunt pur contextuale și rezultatul combinat al următorilor factori: subcapitalizarea societății (o problemă care ar trebui soluționată prin conversia creanței în acțiuni); închiderea furnizorului Arpechim (o problemă care va fi abordată prin măsura CT propusă) și criza financiară și economică actuală.

(24)

În ceea ce privește costurile salariale ale societății, România susține în primul rând că, prin aplicarea ratei medii de schimb valutar din 2008, astfel cum a fost publicată de Banca Națională a României (13), costurile salariale directe ale societății, în valoare de aproximativ 140 de milioane RON pentru 2008, se vor ridica la aproximativ 38 de milioane EUR.

(25)

În al doilea rând, România include pe lângă costurile salariale proprii, anumite părți ale costurilor salariale suportate de cinci subcontractanți/furnizori, în funcție de contribuția acestora la activitatea societății Oltchim. Acest calcul include și costurile salariale medii ale societății Arpechim, furnizorul care urmează a fi achiziționat. Pe această bază, autoritățile române estimează că totalul costurilor salariale se va ridica la 62,4 milioane EUR, ceea ce depășește suma împrumutului garantat de către EximBank.

VI.   EVALUAREA EXISTENȚEI AJUTORULUI DE STAT

(26)

Articolul 87 alineatul (1) din Tratatul CE prevede că este incompatibil cu piața comună orice ajutor acordat de un stat membru sau prin resurse de stat, sub orice formă, care denaturează sau amenință să denatureze concurența, prin favorizarea anumitor întreprinderi sau a producției anumitor mărfuri, și care afectează schimburile comerciale între statele membre.

(27)

Trebuie menționat în primul rând că România intenționează să acorde garanția în temeiul unei scheme de ajutor existente. Astfel, caracterul de ajutor de stat al măsurii nu este contestat de România.

VI.1.   Resurse de stat

(28)

Garantul EximBank este o instituție financiară specializată de stat, a cărei funcționare este reglementată de Legea 96/2000 privind organizarea și funcționarea Băncii de Export-Import a României EXIMBANK – S.A. și instrumentele specifice de susținere a comerțului exterior. Scopul său este de a sprijini prin instrumente financiare specifice activitatea guvernului României și politicile privind schimburile comerciale internaționale.

(29)

Deși controlul public al unei instituții nu înseamnă automat că acțiunile acesteia sunt imputabile statului (14), în cazul de față, condițiile stabilite de CEJ (15) pentru a se concluziona că o măsură este imputabilă statului par a fi îndeplinite.

(30)

EximBank este organizată ca o societate pe acțiuni. AVAS, agenția română pentru privatizare, deține 95,374 % din capitalul acesteia. Sursele financiare pentru operațiunile EximBank provin parțial de la bugetul de stat. Deoarece banca efectuează activități atât în numele statului, cât și în nume propriu, operațiunile sunt înregistrate în conturi diferite. Prin urmare, autoritățile publice exercită o intensă supraveghere asupra gestionării acesteia.

(31)

Comisia observă, de asemenea, faptul că EximBank efectuează operațiunea de garantare pentru Oltchim în numele și în contul statului, în temeiul deciziei adoptate de un organism guvernamental (Comitetul Interministerial de Finanțări, Garanții și Asigurări). Având în vedere aceste circumstanțe ale cazului, Comisia consideră că măsura este imputabilă statului și, în consecință, garanția acordată de EximBank ar implica utilizarea resurselor de stat.

VI.2.   Avantajul

(32)

Comisia are îndoieli în ceea ce privește posibilitatea ca beneficiarul, având în vedere situația sa actuală și circumstanțele piețelor financiare, să fi obținut finanțare pe piață, în termeni similari. Prin urmare, garanția EximBank oferă un avantaj societății Oltchim.

VI.3.   Selectivitate, denaturarea concurenței și efectele asupra schimburilor comerciale

(33)

Măsura de sprijin de stat în cauză este selectivă, în măsura în care aduce beneficii unei singure societăți, Oltchim. Măsura are potențialul de a denatura concurența, favorizând Oltchim în detrimentul concurenților acesteia. În fine, între statele membre există un comerț intensiv de produse chimice, iar societatea exportă o mare parte a produselor sale în țările Uniunii Europene. Astfel, comerțul intracomunitar va fi probabil afectat.

VI.4.   Concluzie privind existența ajutorului de stat

(34)

Având în vedere argumentele expuse, Comisia consideră, în această etapă, că măsura descrisă mai sus îndeplinește criteriile consacrate la articolul 87 alineatul (1) din Tratatul CE și, prin urmare, trebuie considerată a fi ajutor de stat în sensul articolului 87 alineatul (1) din Tratatul CE.

VII.   EVALUAREA COMPATIBILITĂȚII

(35)

Având în vedere că garanția acordată de EximBank implică ajutor de stat, compatibilitatea acesteia trebuie evaluată din perspectiva excepțiilor prevăzute la articolele 87 alineatul (2) și 87 alineatul (3) din Tratatul CE.

(36)

România a acordat garanția în temeiul unei scheme CT aprobate. Astfel, trebuie să se verifice în primul rând dacă măsura este conformă cu condițiile respectivei scheme de ajutor de stat.

(37)

Schema a fost aprobată în temeiul CT, care stabilește criteriile în baza cărora anumite măsuri, care au ca scop remedierea unei perturbări grave a economiei unui stat membru, pot fi compatibile în temeiul articolului 87 alineatul (3) litera (b) din Tratatul CE.

(38)

În special, punctul 2.6 din decizia de aprobare a schemei (16), în conformitate cu dispozițiile relevante ale CT, exclude în mod explicit întreprinderile care se aflau în dificultate la 1 iulie 2008 [punctul 4.3.2 litera (i) CT]. De asemenea, punctul 2.8 din decizie se referă la criteriul privind costurile salariale, în conformitate cu punctul 4.3.2 litera (d) din CT.

(39)

În această etapă, Comisia are îndoieli că garanția EximBank preconizată este conformă cu condițiile care reies din punctul 4.3.2 literele (i) și (d) din CT. În special:

în ceea ce privește eligibilitatea societății pentru sprijin de stat în temeiul punctului 4.3.2 litera (i) din CT, Comisia nu consideră satisfăcătoare probele prezentate de România până în prezent pentru a dovedi că Oltchim nu era o societate în dificultate la 1 iulie 2008;

în al doilea rând, nu este clar dacă garanția EximBank preconizată este conformă cu punctul 4.3.2 litera (d) din CT, care stabilește că suma maximă a împrumutului (în cazul de față 62 de milioane EUR) nu ar trebui să depășească suma totală a costurilor salariale ale beneficiarului pe 2008.

VII.1.   Punctul 4.3.2.(i) din CT: societate aflată în dificultate la 1 iulie 2008

(40)

Garanția de stat acordată în temeiul CT este compatibilă doar dacă este acordată societăților care nu erau în dificultate la 1 iulie 2008. Cu toate acestea, după o evaluare preliminară, Comisia consideră că există indicii că Oltchim era o societate în dificultate la 1 iulie 2008. Astfel, chiar dacă măsura ar îndeplini toate celelalte criterii din CT, nu ar fi eligibilă pentru sprijin de stat în temeiul acestui cadru.

(41)

În ceea ce privește problema situației societății, în opinia României, Oltchim este o societate de succes care, «datorită capacității sale constante de a răspunde cererilor pieței, […] a realizat o creștere substanțială a cifrei sale de afaceri». România adaugă că în 2007, «Oltchim era o societate de succes, cu o activitate în extindere și cu o creștere constantă a vânzărilor și veniturilor. Capitalizarea pe piață a societății Oltchim la momentul respectiv era de peste 1 miliard EUR».

(42)

În sprijinul afirmației potrivit căreia Oltchim nu era o întreprindere în dificultate la 1 iulie 2008, România a prezentat un memorandum explicativ elaborat de Raiffeisen Capital & Investment SA și un aviz juridic emis de Vilau & Mitel (17).

(43)

În esență, aceste rapoarte ale experților susțin că la 1 iulie 2008 Oltchim nu putea fi calificată drept întreprindere în dificultate în sensul punctelor 10 literele (a) și (c) și 11 din Liniile directoare S & R. La data menționată, societatea nu pierduse, potrivit afirmațiilor, jumătate din capitalul său social (din care un sfert în cele 12 luni anterioare), nici nu făcuse obiectul procedurilor naționale de insolvabilitate și nici nu prezentase simptomele obișnuite ale unei situații precare. În special, societatea a avut profit operațional până la jumătatea anului 2008, iar rezultatele financiare negative au apărut doar în ultimele 9 luni înainte de 1 iulie 2008. În plus, societatea avea o cifră de afaceri în creștere, nu prezenta o rată semnificativă de neutilizare a capacității, iar fluxul său de numerar operațional era pozitiv.

(44)

În observațiile sale, România susține că actualele provocări cu care se confruntă Oltchim se datorează în principal unor factori externi (explicați prin revocarea conversiei, închiderea furnizorului Arpechim și actuala criză financiară globală). Alte cauze, precum fluctuația ratei de schimb valutar, creșterea prețurilor la materii prime și utilități, tendința de creștere marcată a costului forței de muncă românești și caracterul ciclic al piețelor pe care operează Oltchim au fost, de asemenea, menționate drept factori care au contribuit la erodarea marjelor societății.

(45)

Comisia consideră totuși că majoritatea acestor variabile sunt inerente oricărei activități economice și că, deși pot explica bine motivele anumitor dificultăți cu care se confruntă o societate, nu constituie în mod necesar o justificare în analiza privind ajutorul de stat.

(46)

În plus, în opinia Comisiei, există indicii puternice că supraviețuirea societății Oltchim s-a datorat faptului că, pe o perioadă lungă de timp, nu a fost executată o datorie publică substanțială și că, timp de mai mulți ani, această datorie nu a fost purtătoare de nicio dobândă. Efectele acestei abordări favorabile societății în ceea ce privește recuperarea datoriei publice sunt similare cu oferirea de capital societății, cu titlu gratuit.

(47)

În fine, Comisia dorește să remarce că analiza de mai jos a fost efectuată pe baza conturilor IFRS (18) prezentate de autoritățile române (19).

VII.1.1.   Punctul 9 din Liniile directoare S & R

(48)

În general, în conformitate cu punctul 9 din Liniile directoare S & R, Comisia consideră că o întreprindere este în dificultate atunci când nu poate elimina pierderile care, în condițiile în care nu există o intervenție a autorităților publice, determină falimentul acesteia pe termen scurt sau mediu.

(49)

Comisia dorește să sublinieze că, în opinia sa, este irelevant dacă dificultățile cu care se confruntă Oltchim sunt cauzate sau nu de revocarea/nefinalizarea conversiei sau de alți factori. În plus, Comisia consideră că dificultățile societății, contrar afirmațiilor României, nu provin doar din faptul că nu a putut fi realizată conversia planificată de autoritățile române. Situația societății ar fi putut fi problematică indiferent de conversie.

(50)

În acest sens, Comisia dorește să citeze raportul auditorului independent, prezentat de autoritățile române, întocmit de KPMG pentru exercițiul financiar încheiat la 31 decembrie 2007 (din 15 iulie 2008), în care auditorii afirmă următoarele cu privire la situația financiară a societății: «Aceste condiții, împreună cu alte aspecte […] indică existența unei incertitudini care ar putea pune la îndoială capacitatea grupului de continuare a activității, în afara cazului în care acționarii nu vor sprijini grupul, în sensul îmbunătățirii situației financiare».

(51)

Trebuie menționat că în acest raport (pentru exercițiul financiar 2007), conversia în valoare de 323 de milioane RON a fost deja anulată, însă întreaga datorie către AVAS, care se ridica la momentul respectiv la 508 milioane RON, a fost introdusă în categoria capital propriu la rubrica «datorie convertibilă». În plus, în nota 38 la raport, auditorii au pornit de la premisa conform căreia creanța va fi din nou convertită în acțiuni și au făcut referire în acest sens la Legea 96/2008 (20). Auditorii și-au exprimat însă îndoielile cu privire la viitorul societății.

(52)

În alte rapoarte ale auditorilor independenți referitoare la primul semestru al anului 2008 (21) (încheiat la 30 iunie 2008, raport din 20 august 2008), KPMG reiterează temerile menționate deja în raportul pe anul precedent.

(53)

În fine, trebuie reamintit faptul că autoritățile române însele admit că lipsa intervenției statului ar conduce la insolvența societății.

(54)

În acest context, Comisia consideră că la mijlocul anului 2008, existau deja îndoieli serioase cu privire la viitorul societății și că aceasta intra probabil sub incidența punctului 9 din liniile directoare S & R la 1 iulie 2008.

VII.1.2.   Punctul 10 litera (a) din Liniile directoare S & R

(55)

Punctul 10 litera (a) din Liniile directoare S & R definește societatea în dificultate ca societatea care a pierdut peste jumătate din capitalul său social, peste un sfert din acest capital fiind pierdut în ultimele 12 luni.

(56)

În ceea ce privește capitalul social, a existat o diminuare a capitalului tehnic reprezentând revocarea conversiei, care a fost introdusă în bilanț în 2007. În plus, trebuie precizat că în conturile financiare din 2007 și din 30 iunie 2008 aproape întreaga datorie către AVAS, de 508 milioane RON, (și nu doar suma conversiei anulate a creanței în acțiuni în valoare de 322 de milioane RON) a fost clasificată drept «datorie convertibilă» în categoria capital propriu. La sfârșitul anului 2008, această sumă a fost inclusă în categoria obligații.

(57)

Autoritățile române afirmă că uriașa subcapitalizare a societății se datorează doar revocării conversiei creanței în acțiuni în 2007. Comisia nu consideră că acest argument este convingător. Astfel cum ilustrează tabelul 1 de mai jos, o parte importantă a capitalului social al întreprinderii Oltchim a dispărut, ținând seama de pierderile acumulate și de rezerve, ceea ce a avut ca rezultat un capital propriu negativ la 30 iunie 2008. În cazul în care efectele «creanței convertibile» ar fi fost neutralizate, capitalul propriu total ar fi fost deja negativ în 2007.

Tabelul 1

Structura capitalului societății Oltchim

000 RON

31 decembrie 2006

31 decembrie 2007

30 iunie 2008

31 decembrie 2008

Capital social

1 339 565

1 016 338

1 016 338

1 016 338

Datorie convertibilă

508 485

508 485

Pierderi acumulate

1 088 146

1 155 208

1 178 343

1 366 919

Rezerve totale

72 600

132 376

116 606

100 677

Pierderi acumulate – minus rezerve

1 015 546

1 022 832

1 061 737

1 266 242

Pierderi acumulate – minus rezerve + datorie convertibilă

1 015 546

514 347

553 252

1 266 242

Participație minoritară

379

15

17

Total capital propriu acționari

324 019

501 991

463 086

– 249 904

Total capital propriu

(inclusiv «datoria convertibilă» către AVAS)

324 398

502 006

463 086

– 249 887

50 % din capitalul social

669 783

508 169

508 169

508 169

Capital propriu total mai mic de jumătate din capitalul social?

DA

DA

DA

DA

Capital social minus pierderi acumulate + rezerve

(neutralizarea efectului «datoriei convertibile»)

324 398

–6 479

–45 399

– 249 887

(58)

Având în vedere cele de mai sus, se poate concluziona că mai mult de jumătate din capitalul social a dispărut la 30 iunie 2008. Trebuie subliniat că aceasta era situația chiar înainte de anularea conversiei.

(59)

Trebuie remarcat că, în prezent, Oltchim a pierdut în realitate mai mult decât întregul său capital social și că, începând cu 1 iulie 2008, capitalul propriu este pozitiv doar datorită faptului că articolul «datorie convertibilă» a fost introdus în categoria capital propriu. Totuși, se poate susține că peste jumătate din capital dispăruse la 1 iulie 2008.

(60)

În acest stadiu, în absența cifrelor corespunzătoare datei de 30 iunie 2007, se pare că peste un sfert din acest capital nu s-a pierdut în cele 12 luni precedente, ci anterior acestei perioade.

VII.1.3.   Punctul 10 litera (c) din Liniile directoare S & R

(61)

În temeiul punctului 10 litera (c) din Liniile directoare S & R, o societate este considerată în dificultate, «în cazul în care îndeplinește criteriile prevăzute de legislația națională pentru a face obiectul procedurilor colective de insolvență».

(62)

Autoritățile române au prezentat un aviz juridic emis de cabinetul de avocatură Vilau & Mitel cu privire la calificarea societății Oltchim pentru procedura de insolvență, în temeiul legislației din România, la 1 iulie 2008.

(63)

Cadrul procedurilor de insolvență în România este stabilit de Legea 85/2006 (publicată în Monitorul Oficial din 21 aprilie 2006, denumită în continuare «Legea privind insolvența»). Articolul 3 din Legea privind insolvența definește insolvența ca «stare a patrimoniului debitorului care se caracterizează prin insuficiența fondurilor bănești disponibile pentru plata datoriilor exigibile». Insolvența este presupusă atunci când debitorul nu plătește una sau mai multe datorii în termen de 30 de zile de la data la care acestea devin scadente (22). Procedura de insolvență este declanșată la cererea debitorului sau la cererea unui creditor, după cum urmează.

(64)

În temeiul articolului 27 alineatul (1) din Legea privind insolvența, debitorul este obligat să solicite insolvența în termen de 30 de zile de la data la care apare situația de insolvență. Prin contrast, orice creditor care deține un titlu ajuns la scadență poate solicita procedura de insolvență după 30 de zile de la data la care datoria a devenit scadentă, dacă suma depășește 10 000 RON (aproximativ 3 000 EUR) (23).

(65)

În temeiul punctului 10 litera (c) din Liniile directoare S & R, Comisia ar trebui să verifice doar dacă au fost îndeplinite condițiile procedurii de insolvență în temeiul legislației interne, fără a fi necesară examinarea în detaliu a motivelor (indiferent de natura acestora) care ar fi putut conduce în practică la concluzia că societatea nu făcea obiectul procedurii de insolvență la momentul respectiv (adică motivele pentru care societatea și diferiții săi creditori nu au solicitat începerea procedurii de insolvență).

(66)

Din această perspectivă, avizul juridic emis de Vilau & Mitel susține că: (i) situația societății la 1 iulie 2008 nu era de așa natură încât să determine obligația juridică de a solicita procedura de insolvență în temeiul articolului 27 alineatul (1) din Legea privind insolvența și, respectiv, de a îndreptăți creditorii societății, alții decât AVAS, să solicite procedura de insolvență și (ii) OUG nr. 45/2006 și Legea 30/2007 nu permiteau recuperarea propriei datorii de către AVAS în orice alt mod în afara conversiei creanței în acțiuni și, astfel, aceasta nu avea competența legală de a solicita insolvența la 1 iulie 2008.

(67)

România precizează că la sfârșitul lunii iunie 2008, Oltchim avea datorii în valoare de 19 132 000 RON și fonduri disponibile de 16 949 000 RON. Se susține totuși că deficitul aparent la 30 iunie 2008 nu a declanșat obligația societății de a solicita procedura de insolvență (24) deoarece situația nu a continuat timp de 30 de zile. România susține în plus că: (i) în timpul lunii precedente (mai) și în luna care a urmat (iulie), datoriile scadente ale societății Oltchim nu au depășit fondurile disponibile; (ii) Legea privind insolvența nu este concepută pentru declanșarea insolvenței pe baza unor evenimente izolate, (iii) Oltchim deținea în orice caz creanțe împotriva statului și celorlalți creditori pentru sume depășind datoriile scadente.

(68)

Comisia observă în primul rând că sumele raportate scadente pentru perioada mai-iulie 2008 nu includ datoria restantă de aproximativ 135 de milioane EUR față de AVAS. Dacă și această datorie restantă ar fi luată în considerare, ar fi evident că datoria restantă depășea cu mult fondurile disponibile pentru perioada avută în vedere, aspect care este per se suficient pentru a se presupune că societatea este insolventă în temeiul articolului 3 alineatul (1) litera (a) din Legea privind insolvența.

(69)

În al doilea rând, dacă datoria către AVAS ar fi luată în considerare, societatea ar fi avut în mod clar obligația de a solicita procedura de insolvență la 1 iulie 2008 – fără a mai menționa că această obligație a fost în realitatea generată mult mai devreme, respectiv după 30 de zile de la data la care hotărârea judecătorească din 2005 de revocare a conversiei creanței în acțiuni a devenit definitivă.

(70)

În al treilea rând, Legea românească privind insolvența nu exclude în mod specific datoriile către stat, de tipul celei avute de Oltchim față de AVAS (adică o datorie care provine dintr-un împrumut comercial neexecutat pentru care a fost plătită garanția de stat).

(71)

În observațiile sale, România afirmă că Ministerul Finanțelor Publice a considerat inițial datoriile ca datorii bugetare. Totuși, chiar dacă datoria față de AVAS nu ar fi putut fi calificată drept «datorie bugetară», aceasta ar fi fost calificată automat drept comercială și ar fi intrat și în acest caz sub incidența Legii privind insolvența – articolul 3 alineatul (6) din Legea privind insolvența definește un creditor care are dreptul de a solicita insolvența ca orice creditor, indiferent de natura datoriei, care deține o creanță scadentă în valoare mai mare de 10 000 RON.

(72)

În al patrulea rând, România susține că OUG 45/2006 obligă AVAS să aibă în vedere doar un scenariu de conversie, deși legislația românească generală prevede și alte metode de recuperare a datoriilor de către AVAS (respectiv OUG 51/1998 pentru transferul datoriilor, subrogare și cesiune). În temeiul OUG 45/2006, astfel cum a fost modificată prin Legea 30/2007 și Legea 96/2008, AVAS a fost autorizată să efectueze o conversie a creanței în acțiuni la valoarea nominală, pentru a-și recupera datoriile.

(73)

În plus, România susține că la 1 iulie 2008, în conformitate cu același cadru juridic, procedura de conversie a creanței în acțiuni era în desfășurare în cadrul adunării generale extraordinare a acționarilor societății Oltchim. Astfel, AVAS nu putea opta în același timp pentru solicitarea insolvenței.

(74)

În ceea ce privește argumentul potrivit căruia, în temeiul OUG 45/2006, AVAS nu putea să solicite insolvența, Comisia observă că această interpretare omite dispozițiile din OUG 45/2006 care restabilesc calitatea de creditor a AVAS, cu posibilitatea de percepere a unei dobânzi pe perioada din noiembrie 2003 până la data la care hotărârea judecătorească de revocare a conversiei a devenit definitivă (august 2006). Dispozițiile articolului 2 alineatul (3) din ordonanță prevăd în mod clar scenariul recuperării datoriei de către AVAS prin lichidarea societății și vânzarea activelor acesteia, iar articolului 3 din Ordonanță are în vedere un scenariu de privatizare.

(75)

În ianuarie 2007, OUG 45/2006 a fost modificată de Legea 30/2007 prin care a fost menținut scenariul privatizării și AVAS a fost autorizată să efectueze în termen de 6 luni o conversie a creanțelor în acțiuni cu respectarea drepturilor preferențiale ale acționarilor minoritari.

(76)

Deoarece conversia nu a putut fi efectuată în acest termen, OUG 45/2006 a fost modificată printr-o altă lege, Legea 96/2008, de această dată stipulându-se doar conversia.

(77)

În fine, OUG 163/2008 de abrogare a OUG 45/2006 a fost adoptată în noiembrie 2008. Aceasta prevede că creanța față de Oltchim, împreună cu dobânda pentru perioada noiembrie 2003-septembrie 2006, va fi executată în conformitate cu OUG 51/1998.

(78)

Pe scurt, potrivit interpretării Comisiei, datoria către AVAS ar trebui, probabil, să fie considerată «scadentă» în contextul Legii privind insolvența, iar AVAS se califica la 1 iulie 2008 drept creditor îndreptățit să solicite insolvența.

(79)

Prin urmare, Comisia are motive să considere că Oltchim îndeplinea criteriul societății în dificultate, astfel cum e definit la punctul 10 litera (c) din Liniile directoare S & R, la 1 iulie 2008.

VII.1.4.   Punctul 11 din Liniile directoare S & R

(80)

Punctul 11 din Liniile directoare S & R enumeră simptomele obișnuite ale unei întreprinderi în dificultate, precum: creșterea pierderilor, scăderea cifrei de afaceri, creșterea stocurilor, supracapacitate, diminuarea fluxului de numerar, creșterea accentuată a datoriilor, creșterea dobânzilor datorate și scăderea sau reducerea la zero a valorii nete a activelor.

(81)

Astfel cum s-a menționat deja mai sus, autoritățile române consideră că la 1 iulie 2008 societatea avea o cifră de afaceri în creștere, nu avea o supracapacitate semnificativă, iar fluxul de numerar operațional era pozitiv.

(82)

Pe baza datelor prezentate de autoritățile române, Comisia observă următoarele.

(83)

În primul rând, în ceea ce privește argumentul autorităților române potrivit căruia Oltchim prezenta rezultate operaționale pozitive, Comisia observă că, în pofida profitului operațional din 2006 și 2007, Oltchim a generat pierderi nete începând cu 2007, tendința negativă a început în ultimul trimestru al anului 2007, iar Oltchim fusese «îndatorată» timp de nouă luni consecutive înainte de 1 iulie 2008.

(84)

Autoritățile române susțin că performanța societății nu poate fi evaluată izolat și că evaluarea nu se poate concentra doar pe anii 2007 și 2008. Comisia observă totuși că pierderile acumulate ale societății au crescut constant. Datorită acestui aspect, la finalul anului 2008, societatea avea un capital social total negativ (ținând seama de capitalul social, pierderile acumulate și rezervele) de aproximativ 250 de milioane RON. Până în 2006 (înainte de anularea conversiei și în perioada în care se presupune că societatea avea o situație bună), Oltchim a acumulat pierderi în valoare de peste 1 miliard RON. Tabelul 2 sintetizează evoluția profitului și pierderilor societății.

Tabelul 2

Evoluția profitului și pierderilor societății Oltchim

000 RON

2006

2007

Jumătatea anului 2008

2008

Profit/pierderi operaționale

44 040

19 517

7 926

–70 947

Profit/pierderi înainte de taxe

34 482

–83 721

–31 749

– 218 682

Profit/pierderi nete

3 236

–93 159

–38 903

– 226 353

Pierderi acumulate

1 088 146

1 155 208

1 178 343

1 366 919

(85)

În al doilea rând, autoritățile române fac referire la un flux de numerar pozitiv al societății. În acest sens, Comisia subliniază că, astfel cum se demonstrează în Tabelul 3, deși societatea a produs un flux de numerar operațional pozitiv, numerarul net al societății Oltchim a fost în mod constant negativ.

Tabelul 3

Evoluția fluxului de numerar

000 RON

2006

2007

2008

Flux de numerar generat de activitățile operaționale

74 492

156 324

97 647

Flux de numerar provenind din activități de finanțare

8 957

–5 076

–67 373

Flux de numerar utilizat în investiții

– 192 753

– 214 341

– 109 347

NUMERAR NET

– 109 304

–63 093

–79 073

(86)

În al treilea rând, în ceea ce privește gradul de îndatorare al societății, acesta a crescut constant de-a lungul anilor, nu doar față de organisme de stat, ci și față de părți terțe.

Tabelul 4

Evoluția datoriilor societății Oltchim

000 RON

2003

2004

2005

2006

2007

2008

Februarie 2009

AVAS

84 852

131 272

163 779

190 942

538 336

538 336

538 336

Părți terțe

741 587

641 134

701 780

849 396

1 116 187

1 191 310

1 195 015

Total

826 439

772 406

865 559

1 040 338

1 654 523

1 729 646

1 733 351

(87)

În al patrulea rând, fondul de rulment al societății Oltchim a fost negativ si în scădere. În plus, Oltchim s-a confruntat cu o crestere a cheltuielilor financiare pe perioada 2006-2008. De asemenea, valoarea netă a activelor societății este în scădere si a fost negativă în 2008.

Tabelul 5

000 RON

2006

2007

2008

Fond de rulment

(Active curente minus pasive curente)

– 287 759

– 368 657

– 714 876

Cheltuieli de finanțare nete

11 098

104 261

148 959

Valoarea NETĂ a activelor/(Activele totale minus pasivele totale)

324 019

484 931 (25)

– 249 887

(88)

În fine, Oltchim nu a primit un rating de la o agentie specializată de rating. Tabelul 6 indică ratingul atribuit societății de către (o bancă românească) pe parcursul ultimilor ani. Ratingul (o bancă românească) a scăzut începând cu decembrie 2007. Tabelul 6 arată că ratingul societății nu s-ar fi îmbunătătit semnificativ chiar dacă ar fi fost neutralizat efectul revocării conversiei.

Tabelul 6

Ratingul atribuit societății Oltchim de către (o bancă românească) (26)

 

Dec. 2003

Dec. 2004

Dec. 2005

Dec. 2006

Dec. 2007

Iunie 2008

Dec. 2008

Principal

(Risc mare)

(Risc mediu)

(Risc mediu)

(Risc mediu)

(Risc mare)

(Risc maxim)

(Risc maxim)

Ajustat (27)

 

 

 

 

(Risc mare)

(Risc mare)

(Risc mare)

(89)

Prin urmare, în opinia Comisiei, există indicii că «simptomele obișnuite» ale unei societăți aflate în dificultate sunt prezente în cazul Oltchim.

VII.1.5.   Concluzie

(90)

Pe baza considerentelor de mai sus, Comisia este de părere că există indicii puternice că Oltchim putea fi calificată drept societate în dificultate la 1 iulie 2008.

VII.2.   Punctul 4.3.2. litera (d) din CT: criteriul costurilor salariale

(91)

Există, de asemenea, îndoieli cu privire la îndeplinirea de către garanția CT a condițiilor care decurg din punctul 4.3.2 litera (d) din CT, care prevede că «valoarea maximă a împrumutului nu depășește costurile salariale anuale totale ale beneficiarului (inclusiv contribuțiile sociale, precum și costurile cu personalul care lucrează în locațiile societății, dar care este oficial pe statul de plată al unor subcontractanți) pentru 2008». Situația financiară pe 2008 indică costuri salariale totale de 136 de milioane RON (28), valoare care este mai mică decât suma împrumutului, respectiv 62 de milioane EUR.

(92)

Pentru calculul costurilor salariale, autoritățile române țin seama de angajații a patru alte societăți (proporțional cu munca prestată de aceștia în folosul societății Oltchim).

(93)

Trei dintre aceste societăți au fost create prin externalizarea mai multor activități efectuate de Oltchim și sunt localizate la sediul acesteia. Partea din producția acestora care contribuie la activitatea societății Oltchim reprezintă, potrivit autorităților române, între 84,81 % și 96,05 %. Totuși, autoritățile române nu au prezentat dovezi privind cuantificarea serviciilor pe care acești subcontractanți le prestează pentru societate.

(94)

În ceea ce privește cea de a patra societate, furnizorul de abur industrial, potrivit României, 53,58 % din producția acestuia este furnizată societății Oltchim. Acest furnizor are sediul în vecinătate și activitatea sa este direct legată de Oltchim. Dacă furnizarea de abur către Oltchim ar înceta, acest furnizor ar trebui închis. Totuși, autoritățile române nu au prezentat dovezi privind calitatea de subcontractor a acestei societăți și privind cuantificarea serviciilor prestate de acest furnizor în beneficiul societății.

(95)

În ceea ce privește costurile salariale ale Arpechim, în 2008 aceasta nu era o societate controlată de Oltchim. România susține că împrumutul care face obiectul garanției de stat va fi pus la dispoziție fie în două tranșe (cea de a doua tranșă urmând a fi acordată după integrarea societății Arpechim), fie garanția pentru întregul împrumut va fi emisă după încheierea unui contract obligatoriu din punct de vedere juridic cu vânzătorul, Petrom. În orice caz, autoritățile române nu au prezentat dovezi suplimentare privind costurile salariale ale uzinei Arpechim.

(96)

Comisia este de părere că România nu a prezentat suficiente probe pentru a elimina îndoiala potrivit căreia împrumutul nu depășește cu adevărat costurile salariale ale beneficiarului și îndeplinește condițiile care decurg din punctul 4.3.2 litera (d) din CT.

VII.3.   Alte condiții în temeiul punctului 4.3.2 din CT

(97)

Pe baza informațiilor prezentate de România, celelalte condiții prevăzute la punctul 4.3.2 din CT par a fi îndeplinite.

(98)

În special, în conformitate cu punctul 4.3.2 litera (b), taxele percepute pentru garanția de stat respectă prima safe-harbour stabilită de CT pentru societățile cu rating CCC sau inferior și cu un nivel de garantare scăzut, și anume o primă anuală de 9,8 %. Pentru primii 2 ani, punctul 4.3.2 litera (h) permite o primă anuală de 8,33 % care rezultă din aplicarea reducerii de 15 %.

(99)

În ceea ce privește punctul 4.3.2 litera (e), care prevede că garanția se va acorda până la 31 decembrie 2010 cel târziu, trebuie observat că România acordase deja garanția, deși nu fusese emisă. Cu toate acestea, pe baza informațiilor furnizate, garanția va fi emisă cât mai curând posibil.

(100)

În ceea ce privește punctul 4.3.2 litera (f), garanția acoperă 80 % din împrumut, nedepășind astfel 90 %.

(101)

Punctul 4.3.2 litera (g) permite ca garanțiile să acopere împrumuturile pentru investiții sau pentru fondul de rulment. Autoritățile române au informat că garanția va acoperi un împrumut acordat pentru finanțarea atât a investițiilor, cât și a fondului de rulment.

VII.4.   Evaluarea în temeiul Liniilor directoare S & R

(102)

Astfel cum s-a prezentat mai sus, Comisia consideră că Oltchim ar putea fi considerată o societate în dificultate la 1 iulie 2008, în conformitate cu definiția din Liniile directoare S & R.

(103)

Comisia consideră că ajutorul pentru salvare sau restructurare acordat unei societăți în dificultate este compatibil cu piața comună în temeiul articolului 87 alineatul (3) litera (c) din Tratatul CE dacă îndeplinește criteriile prevăzute în Liniile directoare S & R.

(104)

Cu condiția ca Oltchim să fi fost o societate în dificultate, garanția EximBank ar putea fi, în principiu, eligibilă atât pentru ajutor de salvare, cât și pentru ajutor de restructurare. Totuși, în această etapă, criteriile pentru acordarea unui ajutor de salvare sau restructurare compatibil prevăzute în Liniile directoare S & R, nu par a fi respectate. În special:

(a)

ajutor de salvare: există îndoieli că măsura, dacă este considerată ajutor de restructurare, ar fi limitată la minimul necesar, ar fi impusă de dificultăți sociale grave și nu ar avea efecte negative asupra altor state membre. În plus, garanția acoperă o perioadă care depășește 6 luni;

(b)

ajutor de restructurare: în absența notificării unei restructurări, Comisia nu poate evalua componentele planului de afaceri, inclusiv măsurile de investiție și modernizare, și nici nu poate evalua dacă măsurile ar restabili viabilitatea pe termen lung și s-ar menține la un minim, astfel încât să se evite denaturări ilegale ale concurenței.

(105)

În orice caz, Comisia observă că evaluarea compatibilității în temeiul Liniilor directoare S & R ar trebui, în principiu, să aibă în vedere măsurile de sprijin în ansamblul lor, și anume acelea notificate la 17 iulie 2009 (conversia și garanția de stat de 80 % destinată acoperirii împrumutului de 424 de milioane EUR).

VII.5.   Concluzie privind compatibilitatea

(106)

Pe baza celor de mai sus și pe baza informațiilor disponibile în acest stadiu, Comisia are îndoieli cu privire la faptul că garanția CT în favoarea societății Oltchim ar fi compatibilă cu schema românească în temeiul CT, în baza căreia a fost acordată, și, la nivel mai general, cu CT.

(107)

În plus, Comisia consideră improbabil ca măsura să fie compatibilă cu tratatul, ca ajutor de salvare sau restructurare în temeiul Liniilor directoare S & R.

(108)

Având în vedere faptul că societatea este probabil o societate în dificultate, nu pare a fi aplicabilă nicio altă derogare prevăzută în Tratatul CE.

(109)

Prin urmare, Comisia consideră că garanția CT analizată pare a fi incompatibilă cu Tratatul.

VIII.   CONCLUZIE

(110)

În acest stadiu al procedurii Comisia concluzionează că garanția în cauză constituie ajutor de stat, iar Comisia are îndoieli în ceea ce privește compatibilitatea acesteia cu Tratatul.

IX.   DECIZIE

(111)

În lumina considerentelor de mai sus, Comisia a decis să inițieze procedura prevăzută la articolul 88 alineatul (2) din Tratatul CE și solicită României să furnizeze, în termen de o lună de la primirea prezentei scrisori, toate documentele, informațiile și datele necesare pentru evaluarea măsurii.

(112)

Comisia reamintește României că va informa părțile interesate prin publicarea prezentei scrisori și a unui rezumat pertinent al acesteia în Jurnalul Oficial al Comunităților Europene. De asemenea, Comisia va informa Autoritatea AELS de Supraveghere prin trimiterea unei copii a prezentei scrisori. Toate părțile interesate vor fi invitate să își prezinte observațiile în termen de o lună de la data publicării.”


(1)  JO C 83, 7.4.2009, p. 1.

(2)  PCC a depus o primă plângere în aprilie 2008, cu privire la o conversie proiectată a creanței în acțiuni în valoare de 135 de milioane EUR, susținând că ar implica un ajutor de stat incompatibil. A se vedea, de asemenea, Decizia Comisiei din 15 septembrie în cazul C 28/2009.

(3)  Conform informațiilor oferite de sindicatul societății. La data de 18 iunie 2009, Consiliul de administrație al Oltchim a decis să trimită în «șomaj tehnic» temporar aproximativ 1 400 de angajați. Din septembrie 2009, societatea va disponibiliza încă 500 de angajați, reducând astfel definitiv numărul total de angajați la 3 100 (a se vedea articolul de presă în limba română la http://www.ziaruldevalcea.ro/index.php?ind=news&op=news_show_single&ide=7193 a se vedea, de asemenea, raportul publicat pe site-ul web al societății, la adresa http://www.oltchim.ro/uploaded/RCsomajtehnic.pdf). Potrivit altor articole de presă din România, societatea intenționează să angajeze până la sfârșitul anului 2009 600 de persoane, ca urmare a achiziționării și reînceperii activității furnizorului Arpechim.

(4)  Datoria era față de agenția română de privatizare AVAS (la acea vreme «AVAB», «Autoritatea pentru Valorificarea Activelor Bancare», care a fuzionat cu agenția de privatizare «APAPS», «Autoritatea pentru Privatizare și Administrarea Participațiunilor Statului» în mai 2004 și a fost redenumită). Toate plățile ulterioare efectuate de Ministerul Finanțelor Publice, în numele a ceea ce s-a numit inițial garanții de stat, au devenit datorii față de AVAS.

(5)  Motivul anulării a fost că operațiunea de conversie conducea la diluarea pachetelor minoritare de acțiuni fără a respecta drepturile preferențiale ale acționarilor.

(6)  OUG 45/2006.

(7)  Pentru mai multe informații cu privire la istoricul datoriei publice și la conversia creanței în acțiuni, a se vedea Decizia Comisiei din 15 septembrie în cazul C 28/2009.

(8)  Aceste investiții vizează în special: achiziționarea de la Petrom a activelor petrochimice ale furnizorului Arpechim; modernizarea și extinderea capacității instalației de piroliză din Arpechim; eliminarea blocajelor din fluxul de producție PVC; modernizarea instalației de electroliză cu mercur; alte măsuri pentru protecția mediului. A se vedea, de asemenea, cazul C 28/2009.

(9)  Valoarea conversiei originale plus datoriile acumulate ulterior.

(10)  Ajutorul de stat N 286/09 – România, schemă temporară de ajutor pentru acordarea de ajutor sub formă de garanții, Decizia Comisiei din 5 iunie 2009, încă nepublicată.

(11)  Conform informațiilor de care dispune Comisia, EximBank nu a emis încă garanția în cauză.

(12)  JO C 244, 1.10.2004, p. 2.

(13)  RON/EUR – 3,6826.

(14)  Cauza C-345/02 Pearle BV, Rec., 2004, p. I-7139, punctele 34-35.

(15)  Cauza C-482/99 Franța/Comisia, Rec., 2002, p. I-4397, punctele 52-57.

(16)  Decizia C (2009)/4501 a Comisiei din 5 iunie 2009; Rectificarea C (2009)/5651 din 9 iulie 2009, nepublicată încă.

(17)  «Memorandum privind cadrul legal în legătură cu procedurile de insolvență în România aplicabil societății Oltchim SA la 1 iulie 2008».

(18)  Standardele Internaționale de Raportare Financiară. Trebuie remarcat că Oltchim întocmește conturile și în conformitate cu Standardele Române de Contabilitate (RAS). Cifrele RAS sunt diferite de rapoartele IFRS, în special deoarece capitalul social este raportat la 32 de milioane RON. Potrivit autorităților române, rapoartele RAS nu iau în considerare efectele hiperinflaționiste ale fostei monede, ROL, în timp ce conturile IFRS au fost ajustate în consecință. Trebuie menționat că potrivit conturilor RAS, la 31 decembrie 2008, Oltchim are un capital propriu negativ în valoare de 251 de milioane RON.

(19)  Trebuie menționat că par să existe anumite neconcordanțe în situațiile financiare prezentate, deoarece cifrele finale din 2007 și cifrele inițiale din 2008 nu corespund. În plus, având în vedere că ultimele situații prezentate în notificare se referă la exercițiul financiar încheiat la 30 iunie 2008, au fost utilizate conturile la 31 decembrie 2008 publicate pe site-ul web al Oltchim.

(20)  Legea 96/2008 din 14 aprilie 2008 de modificare a OUG 45/2006, M.O. 304 din 18 aprilie 2008.

(21)  Autoritățile române afirmă totuși că acestea a reprezentat o «opinie rezervată» datorită insuficienței informațiilor.

(22)  Articolul 3 alineatul (1) litera (a) din Legea privind insolvența.

(23)  Articolul 12 din Legea privind insolvența.

(24)  Articolul 27 alineatul (1) din Legea privind insolvența.

(25)  Inclusiv 508 milioane RON «datorii convertibile» față de AVAS. Dacă această sumă ar fi considerată pasiv, valoarea NETĂ a activelor ar fi negativă.

(26)  […]

(27)  În situația în care nu ar fi fost revocată CONVERSIA creanțelor în acțiuni.

(28)  Autoritățile române prezintă costurile salariale directe ale Oltchim ca fiind de aproximativ 140 de milioane EUR.


ANDERE HANDELINGEN

Europese Commissie

26.1.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 19/43


Kennisgeving aan de personen, entiteiten, lichamen en groepen die zijn toegevoegd aan de lijst bedoeld in de artikelen 2, 3 en 7 van Verordening (EG) nr. 881/2002 van de Raad tot vaststelling van bepaalde specifieke beperkende maatregelen tegen sommige personen en entiteiten die banden hebben met Usama bin Laden, het Al-Qa‘ida-netwerk en de Taliban, op grond van Verordening (EU) nr. 70/2010 van de Commissie

2010/C 19/11

1.

Gemeenschappelijk Standpunt 2002/402/GBVB (1) roept de Gemeenschap/Unie op de tegoeden en economische middelen te bevriezen van Usama bin Laden, de leden van de Al-Qa‘ida-organisatie, de Taliban en andere daarmee verbonden personen, groepen, ondernemingen en entiteiten, als bedoeld in de lijst die is opgesteld op grond van Resolutie 1267(1999) en Resolutie 1333(2000) van de VN-Veiligheidsraad en regelmatig wordt bijgewerkt door het VN-comité dat is ingesteld bij Resolutie 1267(1999) van de VN-Veiligheidsraad.

De lijst die is opgesteld door het VN-comité omvat:

Al-Qa‘ida, de Taliban en Usama bin Laden;

natuurlijke personen en rechtspersonen, entiteiten, lichamen en groepen die banden hebben met Al-Qa‘ida, de Taliban en Usama bin Laden; en

rechtspersonen, entiteiten en lichamen die in handen zijn van of gecontroleerd worden door, of op enige andere wijze ondersteuning bieden aan deze personen, entiteiten, lichamen en groepen.

Handelingen of activiteiten die erop wijzen dat een persoon, groep, onderneming of entiteit „banden onderhoudt met” Al-Qa‘ida, Usama bin Laden of de Taliban, zijn:

a)

deelnemen aan het financieren, plannen, faciliteren, voorbereiden of uitvoeren van handelingen of activiteiten van, in samenhang met, uit naam van, ten behoeve of ter ondersteuning van Al-Qa‘ida, de Taliban of Usama bin Laden, of een cel, afdeling, splintergroepering of afsplitsing daarvan;

b)

leveren, verkopen of overdragen van wapens of daarmee verband houdend materiaal aan bedoelde personen of organisaties;

c)

aanwerven van personeel voor bedoelde personen of organisaties; of

d)

op andere wijze ondersteunen van handelingen of activiteiten van bedoelde personen of organisaties.

2.

Het VN-comité heeft op 19 januari 2010 besloten Said Ali Al-Shihri, Nasir „Abd-Al-Karim” Abdullah Al-Wahishi en Al-Qa‘ida van het Arabisch Schiereiland toe te voegen aan de bedoelde lijst. De betrokkenen kunnen te allen tijde een verzoek aan het VN-comité richten, met ondersteunende documentatie, tot heroverweging van de gronden waarop zij op de bovengenoemde VN-lijst zijn geplaatst. Dit verzoek dient aan het volgende adres te worden gericht:

United Nations — Focal point for delisting

Security Council Subsidiary Organs Branch

Room S-3055 E

New York, NY 10017

VERENIGDE STATEN VAN AMERIKA

Zie voor meer informatie: http://www.un.org/sc/committees/1267/delisting.shtml

3.

Naar aanleiding van het in punt 2 genoemde besluit van de VN heeft de Commissie Verordening (EU) nr. 70/2010 (2) vastgesteld, tot wijziging van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 881/2002 van de Raad tot vaststelling van bepaalde specifieke beperkende maatregelen tegen sommige personen en entiteiten die banden hebben met Usama bin Laden, het Al-Qa‘ida-netwerk en de Taliban (3), overeenkomstig artikel 7, lid 1, onder a), en artikel 7 bis, lid 1, van Verordening (EG) nr. 881/2002.

De onderstaande maatregelen van Verordening (EG) nr. 881/2002 zijn derhalve van toepassing op de betrokken natuurlijke personen, rechtspersonen, entiteiten, lichamen en groepen:

1)

de bevriezing van alle tegoeden en economische middelen die toebehoren aan, eigendom zijn of in het bezit zijn van deze personen, alsmede het voor iedereen geldende verbod op de terbeschikkingstelling, direct of indirect, van tegoeden en economische middelen aan of ten behoeve van deze personen (artikelen 2 en 2 bis (4));

en

2)

het verbod op de directe of indirecte verstrekking, verkoop, levering of overdracht aan deze personen van technisch advies, bijstand of opleiding in verband met militaire activiteiten (artikel 3).

4.

Artikel 7 bis van Verordening (EG) nr. 881/2002 (5) voorziet in een toetsing wanneer opmerkingen zijn ingediend door op de lijst geplaatste natuurlijke personen, rechtspersonen, entiteiten, lichamen of groepen. De natuurlijke personen, rechtspersonen, entiteiten, lichamen en groepen die bij Verordening (EU) nr. 70/2010 op de lijst zijn opgenomen, kunnen de Commissie verzoeken mede te delen op welke gronden zij op de lijst zijn opgenomen. Dit verzoek dient aan het volgende adres te worden gericht:

Europese Commissie

Beperkende maatregelen

Wetstraat 200

1049 Brussel

België

5.

De betrokken personen, entiteiten, lichamen en groepen worden er tevens op geattendeerd dat zij Verordening (EU) nr. 70/2010 kunnen aanvechten voor het Gerecht van de Europese Unie, overeenkomstig artikel 263, vierde en zesde alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.

6.

De persoonsgegevens van de natuurlijke personen die zijn opgenomen in Verordening (EU) nr. 70/2010 worden behandeld overeenkomstig Verordening (EG) nr. 45/2001 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (6). Alle verzoeken, bijvoorbeeld om verdere informatie of met het oog op de uitoefening van rechten op grond van Verordening (EG) nr. 45/2001 (bijvoorbeeld wat betreft de toegang tot of rectificatie van persoonsgegevens), moeten worden gericht aan de Commissie, op hetzelfde adres als in punt 4.

7.

Voor de goede orde worden de in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 881/2002 vermelde natuurlijke personen, rechtspersonen, entiteiten, lichamen en groepen erop geattendeerd dat zij een verzoek kunnen richten tot de bevoegde autoriteiten van de betrokken lidstaat of lidstaten, als vermeld in bijlage II bij die verordening, om een machtiging te verkrijgen om bevroren tegoeden of economische middelen te gebruiken voor essentiële behoeften of specifieke betalingen, in overeenstemming met artikel 2 bis van die verordening.


(1)  PB L 139 van 29.5.2002, blz. 4.

(2)  PB L 20 van 26.1.2010, blz. 1.

(3)  PB L 139 van 29.5.2002, blz. 9.

(4)  Artikel 2 bis is ingevoegd bij Verordening (EG) nr. 561/2003 van de Raad (PB L 82 van 29.3.2003, blz. 1).

(5)  Artikel 7 bis is ingevoegd bij Verordening (EU) nr. 1286/2009 van de Raad (PB L 346 van 23.12.2009, blz. 42).

(6)  PB L 8 van 12.1.2001, blz. 1.