ISSN 1725-2474

Publicatieblad

van de Europese Unie

C 47

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Mededelingen en bekendmakingen

52e jaargang
26 februari 2009


Nummer

Inhoud

Bladzijde

 

II   Mededelingen

 

MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN EN ORGANEN VAN DE EUROPESE UNIE

 

Commissie

2009/C 047/01

Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie (Zaak COMP/M.5450 — Kühne/HGV/TUI/Hapag-Lloyd) ( 1 )

1

2009/C 047/02

Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie (Zaak COMP/M.5424 — DOW/Rohm and Haas) ( 1 )

1

2009/C 047/03

Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie (Zaak COMP/M.5439 — OP Trust/Deutsche Bank London/Lloyds TSB Bank/BNP Paribas/Porterbrook Leasing) ( 1 )

2

 

IV   Informatie

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN EN ORGANEN VAN DE EUROPESE UNIE

 

Commissie

2009/C 047/04

Wisselkoersen van de euro

3

2009/C 047/05

Advies van het Adviescomité voor mededingingsregelingen en machtsposities uitgebracht op zijn 431e bijeenkomst van 5 september 2007 betreffende een ontwerp-beschikking in zaak COMP/39.168 — PO/Harde fournituren: Sluitingen — Rapporteur: Zweden

4

2009/C 047/06

Eindverslag van de Raadadviseur-auditeur in zaak COMP/39.168 — Harde fournituren: Sluitingen

5

2009/C 047/07

Advies van het Adviescomité voor mededingingsregelingen en machtsposities uitgebracht op zijn bijeenkomst van 14 september 2007 betreffende een ontwerp-beschikking in zaak COMP/39.168 — PO/Harde fournituren: Sluitingen — Rapporteur: Zweden

7

2009/C 047/08

Samenvatting van de beschikking van de commissie van 19 september 2007 inzake een procedure op grond van artikel 81 van het EG-Verdrag (Zaak COMP/39.168 — PO/Harde fournituren: kledingsluitingen) (Kennisgeving geschied onder nummer C(2007) 4257 definitief)

8

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE LIDSTATEN

2009/C 047/09

Mededeling van de Commissie overeenkomstig artikel 16, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1008/2008 van het Europees Parlement en de Raad inzake gemeenschappelijke regels voor de exploitatie van luchtdiensten in de Gemeenschap — Openbaredienstverplichtingen met betrekking tot geregelde luchtdiensten ( 1 )

13

 

V   Bekendmakingen

 

BESTUURLIJKE PROCEDURES

 

Commissie

2009/C 047/10

Oproep tot het indienen van aanvragen 2009 — Tweede communautair actieprogramma op het gebied van gezondheid (2008-2013) ( 1 )

14

 

2009/C 047/11

Bericht aan de lezer(zie bladzijde 3 van de omslag)

s3

 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

 


II Mededelingen

MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN EN ORGANEN VAN DE EUROPESE UNIE

Commissie

26.2.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 47/1


Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie

(Zaak COMP/M.5450 — Kühne/HGV/TUI/Hapag-Lloyd)

(Voor de EER relevante tekst)

(2009/C 47/01)

Op 6 februari 2009 heeft de Commissie besloten geen bezwaar aan te tekenen tegen bovenvermelde aangemelde concentratie en deze verenigbaar met de gemeenschappelijke markt te verklaren. Deze beschikking is gebaseerd op artikel 6, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad. De volledige tekst van de beschikking is slechts beschikbaar in het Engels en zal openbaar worden gemaakt na verwijdering van eventuele bedrijfsgeheimen. De tekst is beschikbaar:

op de website „concurrentie” van de Europese Commissie (http://ec.europa.eu/comm/competition/mergers/cases/). Deze website biedt verschillende mogelijkheden om individuele concentratiebeschikkingen op te zoeken, onder meer op bedrijfsnaam, nummer van de zaak, datum en sector;

in elektronische vorm op de EUR-Lex website onder documentnummer 32009M5450. EUR-Lex is het geïnformatiseerde documentatiesysteem voor de communautaire wetgeving (http://eur-lex.europa.eu).


26.2.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 47/1


Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie

(Zaak COMP/M.5424 — DOW/Rohm and Haas)

(Voor de EER relevante tekst)

(2009/C 47/02)

Op 8 januari 2009 heeft de Commissie besloten geen bezwaar aan te tekenen tegen bovenvermelde aangemelde concentratie en deze verenigbaar met de gemeenschappelijke markt te verklaren. Deze beschikking is gebaseerd op artikel 6, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad. De volledige tekst van de beschikking is slechts beschikbaar in het Engels en zal openbaar worden gemaakt na verwijdering van eventuele bedrijfsgeheimen. De tekst is beschikbaar:

op de website „concurrentie” van de Europese Commissie (http://ec.europa.eu/comm/competition/mergers/cases/). Deze website biedt verschillende mogelijkheden om individuele concentratiebeschikkingen op te zoeken, onder meer op bedrijfsnaam, nummer van de zaak, datum en sector;

in elektronische vorm op de EUR-Lex website onder documentnummer 32009M5424. EUR-Lex is het geïnformatiseerde documentatiesysteem voor de communautaire wetgeving (http://eur-lex.europa.eu).


26.2.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 47/2


Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie

(Zaak COMP/M.5439 — OP Trust/Deutsche Bank London/Lloyds TSB Bank/BNP Paribas/Porterbrook Leasing)

(Voor de EER relevante tekst)

(2009/C 47/03)

Op 5 februari 2009 heeft de Commissie besloten geen bezwaar aan te tekenen tegen bovenvermelde aangemelde concentratie en deze verenigbaar met de gemeenschappelijke markt te verklaren. Deze beschikking is gebaseerd op artikel 6, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad. De volledige tekst van de beschikking is slechts beschikbaar in het Engels en zal openbaar worden gemaakt na verwijdering van eventuele bedrijfsgeheimen. De tekst is beschikbaar:

op de website „concurrentie” van de Europese Commissie (http://ec.europa.eu/comm/competition/mergers/cases/). Deze website biedt verschillende mogelijkheden om individuele concentratiebeschikkingen op te zoeken, onder meer op bedrijfsnaam, nummer van de zaak, datum en sector;

in elektronische vorm op de EUR-Lex website onder documentnummer 32009M5439. EUR-Lex is het geïnformatiseerde documentatiesysteem voor de communautaire wetgeving (http://eur-lex.europa.eu).


IV Informatie

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN EN ORGANEN VAN DE EUROPESE UNIE

Commissie

26.2.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 47/3


Wisselkoersen van de euro (1)

25 februari 2009

(2009/C 47/04)

1 euro=

 

Munteenheid

Koers

USD

US-dollar

1,2795

JPY

Japanse yen

123,76

DKK

Deense kroon

7,4495

GBP

Pond sterling

0,88840

SEK

Zweedse kroon

11,3060

CHF

Zwitserse frank

1,4848

ISK

IJslandse kroon

 

NOK

Noorse kroon

8,7460

BGN

Bulgaarse lev

1,9558

CZK

Tsjechische koruna

28,350

EEK

Estlandse kroon

15,6466

HUF

Hongaarse forint

299,63

LTL

Litouwse litas

3,4528

LVL

Letlandse lat

0,7093

PLN

Poolse zloty

4,6515

RON

Roemeense leu

4,2823

TRY

Turkse lira

2,1605

AUD

Australische dollar

1,9685

CAD

Canadese dollar

1,5947

HKD

Hongkongse dollar

9,9210

NZD

Nieuw-Zeelandse dollar

2,4847

SGD

Singaporese dollar

1,9534

KRW

Zuid-Koreaanse won

1 938,03

ZAR

Zuid-Afrikaanse rand

12,7223

CNY

Chinese yuan renminbi

8,7485

HRK

Kroatische kuna

7,3924

IDR

Indonesische roepia

15 385,99

MYR

Maleisische ringgit

4,6951

PHP

Filipijnse peso

61,610

RUB

Russische roebel

45,8005

THB

Thaise baht

45,774

BRL

Braziliaanse real

3,0503

MXN

Mexicaanse peso

18,9687

INR

Indiase roepie

63,7700


(1)  

Bron: door de Europese Centrale Bank gepubliceerde referentiekoers.


26.2.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 47/4


Advies van het Adviescomité voor mededingingsregelingen en machtsposities uitgebracht op zijn 431e bijeenkomst van 5 september 2007 betreffende een ontwerp-beschikking in zaak COMP/39.168 — PO/Harde fournituren: Sluitingen

Rapporteur: Zweden

(2009/C 47/05)

1.

Het Adviescomité is het eens met de door de Commissie in de ontwerp-beschikking gemaakte beoordeling van de omvang van de product- en geografische markten waarop de overeenkomsten en/of onderling afgestemde feitelijke gedragingen een impact hadden.

2.

Het Adviescomité is het met de Commissie eens dat de adressaten van de ontwerp-beschikking hebben deelgenomen aan overeenkomsten en/of onderling afgestemde feitelijke gedragingen en/of besluiten van ondernemersverenigingen in de zin van artikel 81, lid 1, van het EG-Verdrag.

3.

Het Adviescomité is het met de Commissie eens dat de adressaten van de ontwerp-beschikking hebben deelgenomen aan één enkele, voortgezette inbreuk in de zin van artikel 81, lid 1, van het EG-Verdrag.

4.

Het Adviescomité is het met de Commissie eens dat de overeenkomsten en/of feitelijke gedragingen tot doel en ten gevolge hadden de mededinging in de zin van artikel 81, lid 1, van het EG-Verdrag te beperken.

5.

Het Adviescomité is het met de Commissie eens dat de overeenkomsten en/of feitelijke gedragingen de handel tussen de EU-lidstaten merkbaar ongunstig konden beïnvloeden.

6.

Het Adviescomité is het met de Commissie eens over de zwaarte (ernst) van de inbreuk.

7.

Het Adviescomité is het met de Commissie eens over de duur van de inbreuk.

8.

Het Adviescomité is het met de Commissie eens dat er geen verzwarende omstandigheden van toepassing zijn.

9.

Het Adviescomité is het eens met de beoordeling van de Commissie wat betreft de verzachtende omstandigheden.

10.

Het Adviescomité is het met de Commissie eens wat betreft de toepassing van de clementieregelingen.

11.

Het Adviescomité beveelt aan dat zijn advies in het Publicatieblad van de Europese Unie wordt bekendgemaakt.

12.

Het Adviescomité verzoekt de Commissie rekening te houden met alle overige opmerkingen die tijdens de discussie zijn gemaakt.


26.2.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 47/5


Eindverslag (1) van de Raadadviseur-auditeur in zaak COMP/39.168 — Harde fournituren: Sluitingen

(2009/C 47/06)

Achtergrond

Op 7 en 8 november 2001 voerde de Commissie inspecties uit in de lokalen van diverse communautaire producenten van harde en zachte fournituren en in de lokalen van de Duitse brancheorganisatie Fachverband Verbindungs- und Befestigungstechnik (VBT). Uit het bewijsmateriaal bleek dat de ondernemingen betrokken waren bij een aantal overeenkomsten en/of onderling afgestemde feitelijke gedragingen binnen de EU op het gebied van ritssluitingen en/of „andere sluitingen” en/of machines om die te bevestigen. Volgens de Commissie maakten deze inbreuken deel uit van diverse omvattende regelingen die bedoeld waren om de normale prijsbewegingen op de EU-markt voor „andere sluitingen”, ritssluitingen en bevestigingsmachines te verstoren. Met deze regelingen werd de verstoring beoogd van de mededinging op nationale, EU- en, in het geval van „andere sluitingen” en bevestigingsmachines, mondiale markten, door markten te verdelen, prijzen uit te wisselen en minimum- en streefprijzen vast te stellen.

Mededelingen van punten van bezwaar en toegang tot het dossier

Op 17 september 2004 werd de volgende zestien adressaten een eerste mededeling van punten van bezwaar gezonden: A. Raymond Sarl; Berning & Söhne GmbH & Co KG; [Onderneming A]; Coats Holdings Ltd; Éclair Prym Sarl (2); Fachverband Verbindungs- und Befestigungstechnik („VBT”); Prym Fashion GmbH & Co KG (3); [Onderneming B]; [Onderneming C]; Scovill Fasteners Europe SA; Scovill Fasteners Inc; William Prym GmbH & Co KG; [Onderneming D]; YKK Corp Japan; YKK Holding Europe BV, en YKK Stocko Fasteners GmbH.

Aangezien de cd-rom waarmee toegang tot het dossier werd verleend, de partijen met vertraging (op 4 oktober 2004) is gezonden, heb ik een verlenging en/of verdere verlenging van de antwoordtermijn toegestaan aan een aantal partijen (aan A. Raymond Sarl tot 6 december 2004; aan [Berning en Onderneming A] tot 20 december 2004; aan VBT tot 20 december 2004; aan de drie Prym-ondernemingen tot 20 december 2004; aan de beide Scovill-ondernemingen tot 13 december 2004; aan YKK Corp Japan tot 21 december 2004 en aan de twee overige YKK-ondernemingen tot 14 december 2004).

Alle partijen hebben binnen de termijn geantwoord.

Nieuwe clementieverzoeken, die aanvullende informatie opleverden, stelden de Commissie in staat een aanvullende mededeling van punten van bezwaar te doen uitgaan. Dit document werd op 8 maart 2006 gezonden aan dezelfde adressaten van de oorspronkelijke mededeling van punten van bezwaar, met uitzondering van [Onderneming C] en [Onderneming D] (4). De aanvullende mededeling van punten van bezwaar werd ook gezonden aan de Duitse dochteronderneming van Coats Holdings, Coats Deutschland GmbH, die geen adressaat van de oorspronkelijke mededeling van punten van bezwaar was geweest.

Op verzoek van de partijen verleende ik de volgende verlengingen en/of verdere verlengingen van de antwoordtermijn: aan [Berning en Onderneming A] tot 15 mei 2006; aan de drie Prym-ondernemingen tot 15 mei 2006; aan Scovill Fasteners Inc tot 19 mei 2006, en aan de drie YKK-ondernemingen tot 16 mei 2006.

Alle partijen hebben binnen de termijn geantwoord.

Een cd-rom met kopieën van de documenten in het dossier van de Commissie werd de partijen op 13 maart 2006 gezonden in verband met de aanvullende mededeling van punten van bezwaar.

Betrokkenheid van derden

Er waren geen derden bij deze procedure betrokken.

Hoorzitting

De hoorzitting vond op 11 juli 2006 plaats. Alle partijen namen deel, met uitzondering van de branchevereniging VBT en Scovill Fasteners Europe SA.

Bij de aanvang van de hoorzitting werd een document als bewijsstuk aanvaard op grond van artikel 12, lid 3, van het mandaat van de raadadviseur-auditeur. YKK had verzocht dit document als bewijsmateriaal op te nemen, omdat het pas recent was aangetroffen, en als relevant werd beschouwd omdat daaruit een schending kon blijken van Pryms medewerking in het kader van de clementieregeling. De partijen werd de gelegenheid gegeven, indien zij dat wensten, mondeling te antwoorden, of nadien schriftelijk.

De ontwerp-beschikking

De ontwerp-beschikking ziet op dezelfde producten en inbreuken als zowel de mededeling van punten van bezwaar als de aanvullende mededeling van punten van bezwaar.

De adressaten van de ontwerp-beschikking zijn, behalve voor [Onderneming A] and [Onderneming B] (5), dezelfde als voor de aanvullende mededeling van punten van bezwaar.

De duur van de door bepaalde partijen gemaakte inbreuken werd in de ontwerp-beschikking verlaagd ten opzichte van de mededelingen van punten van bezwaar.

De bezwaren ten aanzien van bepaalde overeenkomsten werden in de ontwerp-beschikking niet gehandhaafd. Hierbij gaat het om: a) een bilaterale overeenkomst tussen Prym en Berning op de markt voor „andere sluitingen” en machines om deze bevestigen; b) een bilaterale overeenkomst tussen Coats en YKK op de markt voor ritssluitingen, en c) een bilaterale overeenkomst tussen Prym en YKK op de markt voor ritssluitingen.

Wat betreft het aandeel van de branchevereniging VBT in deze inbreuk, werden in de ontwerp-beschikking verdere verklaringen gegeven. Toch bevat de beschikking geen nieuw bewijsmateriaal over het aandeel van VBT dat ook al niet in de mededeling van punten van bezwaar was aangevoerd.

De ontwerp-beschikking gaat enkel in op bezwaren ten aanzien waarvan de partijen de gelegenheid hebben gekregen hun opmerkingen kenbaar te maken.

Gelet op het voorgaande ben ik van mening dat het recht van de partijen om te worden gehoord in deze zaak is gerespecteerd.

Brussel, 12 september 2007.

Karen WILLIAMS


(1)  Opgesteld overeenkomstig de artikelen 15 en 16 van Besluit 2001/462/EG, EGKS van de Commissie van 23 mei 2001 betreffende het mandaat van de raadadviseur-auditeur in bepaalde mededingingsprocedures (PB L 162 van 19.6.2001, blz. 21).

(2)  De correcte naam van de onderneming die in de beide mededelingen van punten van bezwaar Éclair Prym Sarl werd genoemd, luidt sinds 12 november 2001 Éclair Prym Group SA, zoals in de ontwerp-beschikking werd opgemerkt.

(3)  Per 23 oktober 2006 werd Prym Fashion GmbH & Co KG omgedoopt tot Prym Inovan GmbH & Co KG.

(4)  [Onderneming C] en [Onderneming D] zijn geen adressaten van de ontwerp-beschikking.

(5)  [Onderneming A] en [Onderneming B], die adressaten van de aanvullende mededeling van punten van bezwaar waren, werden uit de ontwerp-beschikking weggelaten.


26.2.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 47/7


Advies van het Adviescomité voor mededingingsregelingen en machtsposities uitgebracht op zijn bijeenkomst van 14 september 2007 betreffende een ontwerp-beschikking in zaak COMP/39.168 — PO/Harde fournituren: Sluitingen

Rapporteur: Zweden

(2009/C 47/07)

1.

De leden van het Adviescomité zijn het met de Commissie eens over de basisbedragen van de geldboeten wat betreft de vier enkele, voortgezette inbreuken binnen de Europese Gemeenschap.

2.

De leden van het Adviescomité zijn het met de Commissie eens over de verhoging van het basisbedrag van de geldboeten om voor een voldoende afschrikkende werking te zorgen.

3.

De leden van het Adviescomité zijn het met de Commissie eens wat betreft de verlaging van de geldboeten overeenkomstig de mededeling van de Commissie van 1996 betreffende het niet-opleggen of verminderen van geldboeten in kartelzaken.

4.

De leden van het Adviescomité zijn het met de Commissie eens wat betreft de verlaging van de geldboeten overeenkomstig de mededeling van de Commissie van 2002 betreffende immuniteit tegen geldboeten of verminderen van geldboeten in kartelzaken.

5.

De leden van het Adviescomité zijn het met de Commissie eens over de verlaging van het basisbedrag voor Coats Holdings Ltd en haar Duitse dochteronderneming Coats Deutschland GmbH en voor YKK Corporation Japan en haar Europese dochteronderneming YKK Holding Europe BV op grond van een verzachtende omstandigheid in verband met van de inbreuk door drie partijen in de sector ritssluitingen.

6.

De leden van het Adviescomité zijn het met de Commissie eens wat betreft de eindbedragen van de geldboeten voor de vier enkele, voortgezette inbreuken binnen de Europese Gemeenschap.

7.

De leden van het Adviescomité bevelen aan dat hun advies in het Publicatieblad van de Europese Unie wordt bekendgemaakt.


26.2.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 47/8


Samenvatting van de beschikking van de commissie

van 19 september 2007

inzake een procedure op grond van artikel 81 van het EG-Verdrag

(Zaak COMP/39.168 — PO/Harde fournituren: kledingsluitingen)

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2007) 4257 definitief)

(Slechts de teksten in de Engelse, de Franse en de Duitse taal zijn authentiek)

(2009/C 47/08)

Op 19 september 2007 heeft de Commissie een beschikking gegeven in een procedure op grond van artikel 81 van het EG-Verdrag. Overeenkomstig artikel 30 van Verordening (EG) nr. 1/2003 van de Raad  (1) publiceert de Commissie hierbij de namen van de partijen en de belangrijkste punten van de beschikking, waaronder de opgelegde sancties, rekening houdend met het rechtmatige belang van de ondernemingen dat hun bedrijfsgeheimen niet aan de openbaarheid worden prijsgegeven. Een niet-vertrouwelijke versie van de beschikking is te vinden op de website van DG Concurrentie op het volgende adres:

http://ec.europa.eu/comm/competition/antitrust/cases/index.html

1.   INLEIDING

(1)

De beschikking was gericht tot: A. Raymond sarl (hierna „A. Raymond” genoemd); Berning & Söhne GmbH & Co. KG (hierna „Berning” genoemd); Coats Holdings Ltd en Coats Deutschland GmbH (hierna tezamen „Coats-groep” genoemd); Scovill Fasteners Inc. en Scovill Fasteners Europe SA (hierna tezamen „Scovill-groep” genoemd); William Prym GmbH & Co. KG, Prym Inovan GmbH & Co. KG, en Éclair Prym Group SA (hierna tezamen „Prym-groep” genoemd); YKK Corporation Japan, YKK Holding Europe BV, en YKK Stocko Fasteners GmbH (hierna tezamen „YKK-groep” genoemd), en het Fachverband Verbindungs- und Befestigungstechnik (hierna „VBT” genoemd).

(2)

De producten waarop de vier afzonderlijke inbreuken zagen, waren: ritssluitingen, andere metalen en kunststof sluitingen (hierna „overige sluitingen” genoemd), en aanzetmachines. Elk van de vier inbreuken bestreek het gehele grondgebied van de Gemeenschap.

2.   BESCHRIJVING VAN DE ZAAK

2.1.   Procedure

(3)

De bevindingen in de beschikking resulteren uit inspecties die de Commissie in november 2001, overeenkomstig artikel 14, lid 3, van Verordening nr. 17, in de lokalen van verscheidene producenten van harde en zachte fournituren heeft uitgevoerd. Deze inspecties en andere onderzoeksmaatregelen van de Commissie kwamen er na verzoeken van de Prym-groep, de Coats-groep en de YKK-groep om immuniteit of boetevermindering in het kader van de clementieregeling van de Commissie. Een eerste mededeling van punten van bezwaar werd de partijen in september 2004 gezonden. In maart 2006 werd een aanvullende mededeling van punten van bezwaar gezonden. In juli 2006 vond een hoorzitting plaats.

2.2.   Samenvatting van de inbreuk

(4)

De Commissie heeft bewijsmateriaal aangetroffen dat de ondernemingen bij één of meer enkele, voortgezette inbreuken op artikel 81, lid 1, van het Verdrag waren betrokken.

2.2.1.   Kartel 1: De „Baseler-Wuppertaler” en „Amsterdamse” samenwerking

(5)

Bij dit kartel waren A. Raymond, Berning, de Scovill-groep, de Prym-groep, de YKK-groep en de brancheorganisatie VBT betrokken. Het functioneerde van 24 mei 1991 tot ten minste 15 maart 2001. Tijdens deze periode maakten bovengenoemde ondernemingen afspraken over onder meer gecoördineerde prijsverhogingen tijdens jaarlijkse „prijsrondes” (Preisrunden) en wisselden zij vertrouwelijke informatie uit over prijzen en de tenuitvoerlegging van prijsverhogingen wat betreft „overige sluitingen” en aanzetmachines. Deze heimelijke afspraken vonden plaats in het kader van werkgroepen (Arbeitskreise) die door de brancheorganisatie VBT werden georganiseerd.

2.2.2.   Kartel 2: De bilaterale samenwerking tussen de Prym-groep en de YKK-groep

(6)

Bij dit kartel waren de Prym-groep en de YKK-groep betrokken. Het functioneerde van 13 augustus 1999 tot ten minste 13 januari 2003. In deze periode stelden de tweede leidende Europese producenten van kledingsluitingen per product en per land de prijzen vast en verdeelden zij afnemers van „overige sluitingen” en aanzetmachines onder elkaar.

2.2.3.   Kartel 3: De trilaterale samenwerking tussen de YKK-groep, de Coats-groep en de Prym-groep

(7)

Bij dit kartel waren de YKK-groep, de Coats-groep en de Prym-groep betrokken. Het functioneerde van 28 april 1998 tot ten minste 12 november 1999. Tijdens deze periode kwamen de drie producenten van ritssluitingen een aantal keer bijeen om prijsinformatie uit te wisselen en te overleggen over prijsverhogingen. Deze drie ondernemingen kwamen ook een methodiek overeen om voor ritssluitingen in Europa minimumprijzen vast te stellen.

2.2.4.   Kartel 4: De bilaterale samenwerking tussen de Coats-groep en de Prym-groep

(8)

Bij dit kartel waren de Coats-groep en de Prym-groep betrokken. Het functioneerde van 15 januari 1977 tot ten minste 15 juli 1998. De door het kartel getroffen producten waren ritssluitingen en „overige sluitingen”. Tijdens de duur van de inbreuk verdeelden de beide ondernemingen de markten voor fournituren, met name door de Coats-groep de toegang tot de markt voor „overige sluitingen” te beletten.

2.3.   Geldboeten

(9)

Bij de vaststelling van het bedrag van de geldboeten hield de Commissie rekening met de zwaarte (de ernst) en de duur van de inbreuken, alsmede met eventuele verzwarende en/of verzachtende omstandigheden.

(10)

De brancheorganisatie VBT werd evenwel apart behandeld, gezien haar specifieke rol als ondernemersvereniging die andere taken vervulde en andere besluiten nam dan de partijen bij de overeenkomst. Ook werd rekening gehouden met het feit dat VBT's betrokkenheid bij de kartelregelingen in hoofdzaak beperkt bleef tot haar rol als secretariaat voor de Baseler en Wuppertaler werkgroepen en als facilitator voor de prijsregeling tussen de kartelleden (die eveneens adressaten van de beschikking zijn). Daarom achtte de Commissie het passend VBT een symbolische geldboete van 1 000 EUR op te leggen wegens haar deelneming aan de „Baseler-Wuppertaler” en „Amsterdamse” inbreuk (kartel 1), en dit overeenkomstig punt 5, onder d), van de richtsnoeren voor de berekening van geldboeten die uit hoofde van artikel 15, lid 2, van Verordening nr. 17, respectievelijk artikel 65, lid 5, van het EGKS-Verdrag worden opgelegd (2) (hierna „de richtsnoeren boetetoemeting” genoemd).

2.3.1.   Zwaarte

(11)

Gelet op de aard van de inbreuken, de te verwachten impact ervan op de markt en de geografische impact, concludeerde de Commissie dat de vier inbreuken alle als zeer zwaar dienden te worden aangemerkt.

2.3.2.   Gedifferentieerde behandeling

(12)

In de categorie zeer zware inbreuken biedt het scala aan mogelijke boetebedragen de mogelijkheid ondernemingen verschillend te behandelen teneinde rekening te houden met verschillen in het daadwerkelijke economische vermogen van de inbreukmakers om de mededinging aanzienlijke schade te berokkenen.

2.3.2.1.   Kartel 1: De „Baseler-Wuppertaler” en „Amsterdamse” samenwerking

(13)

De ondernemingen werden ondergebracht in twee verschillende categorieën, naargelang hun relatieve positie op de markt. De YKK-groep en de Prym-groep werden in de eerste categorie ondergebracht, terwijl de Scovill-groep, A. Raymond en Berning in een tweede categorie werden ondergebracht.

2.3.2.2.   Kartel 2: De bilaterale samenwerking tussen de Prym-groep en de YKK-groep

(14)

Gezien hun relatieve belang op de markt werden de YKK-groep en de Prym-groep beide in dezelfde categorie ondergebracht.

(15)

Bij het bepalen van het uitgangsbedrag voor de beide ondernemingen werd rekening gehouden met de hoogte van het uitgangsbedrag dat voor diezelfde ondernemingen werd vastgesteld wat betreft kartel 1. De bilaterale inbreuk (kartel 2) liep ten dele parallel met de multilaterale inbreuk (kartel 1) op dezelfde productmarkten en was een regeling waarmee de twee leidende producenten hun samenwerking versterkten om op de betrokken markten incrementele effecten te behalen.

2.3.2.3.   Kartel 3: De trilaterale samenwerking tussen de YKK-groep, de Coats-groep en de Prym-groep

(16)

De ondernemingen werden ondergebracht in drie verschillende categorieën, naargelang hun relatieve positie op de markt. De YKK-groep werd ondergebracht in een eerste categorie, de Coats-groep in een tweede categorie en de Prym-groep in een derde.

2.3.2.4.   Kartel 4: De bilaterale samenwerking tussen de Coats-groep en de Prym-groep

(17)

Gezien de aard van deze inbreuk was het niet passend om voor de beide betrokken ondernemingen enige gedifferentieerde behandeling toe te passen.

2.3.3.   Voldoende afschrikkende werking

(18)

Om het bedrag van de geldboete op een zodanig niveau te stellen dat daarvan een voldoende afschrikkende werking uitgaat, achtte de Commissie het passend een vermenigvuldigingsfactor toe te passen voor de opgelegde geldboeten.

(19)

De YKK-groep is met zijn mondiale omzet een veel grotere speler dan de overige adressaten. Daarom achtte de Commissie het passend de geldboeten voor de YKK-groep te vermenigvuldigen.

2.3.4.   Verhoging in verband met de duur van de inbreuk

(20)

Verder werden individuele vermenigvuldigingsfactoren toegepast naargelang van de duur dat de verschillende rechtspersonen inbreuk maakten.

2.3.5.   Verzachtende omstandigheden

(21)

In lijn met punt 28 van de mededeling van de Commissie betreffende immuniteit tegen geldboeten en vermindering van geldboeten in kartelzaken (3) (hierna „de clementieregeling van 2002” genoemd), werden de immuniteits- en/of clementieverzoeken voor de kartels 1 en 2 beoordeeld in het kader van die mededeling, terwijl de verzoeken betreffende de kartels 3 en 4 werden beoordeeld in het kader van de mededeling van de Commissie betreffende het niet-opleggen of verminderen van geldboeten in zaken betreffende mededingingsregelingen (4) (hierna „de clementieregeling van 1996” genoemd).

(22)

Anders dan punt 23 van de clementieregeling van 2002 voorziet de clementieregeling van 1996 niet in enige specifieke beloning voor een clementieverzoeker die feiten onthult die de Commissie voordien niet bekend waren en die een impact hebben voor de zwaarte of de duur van het kartel. Daarom is het passend dergelijke medewerking in aanmerking te nemen als verzachtende omstandigheid.

(23)

Aangezien de Coats-groep en de YKK-groep de Commissie feiten hebben meegedeeld die haar voordien niet bekend waren — hetgeen de Commissie in staat stelde de volledige looptijd van kartel 3 (trilaterale inbreuk ritssluitingen) te bepalen — kon dit voor de beide ondernemingen gelden als een verzachtend element dat een verlaging van het basisbedrag van de aan de beide ondernemingen voor deze inbreuk op te leggen geldboete rechtvaardigde.

2.3.6.   Toepassing van de clementieregeling van 1996: boetevermindering

(24)

Wat de kartels 3 en 4 betreft, hebben de adressaten van de beschikking met de Commissie meegewerkt om de in de clementieregeling van 1996 uiteengezette clemente behandeling te kunnen krijgen.

2.3.6.1.   Kartel 3: De trilaterale samenwerking tussen de YKK-groep, de Coats-groep en de Prym-groep

(25)

Overeenkomstig deel D van de clementieregeling van 1996 en gelet op de omvang van de medewerking van de Coats-groep en de Pryms-groep, kregen beide ondernemingen een vermindering van 35 % op de boete die hun anders voor deze inbreuk was opgelegd, indien zij niet met de Commissie hadden meegewerkt. De YKK-groep kreeg echter geen boetevermindering verleend op grond van de clementieregeling van 1996.

2.3.6.2.   Kartel 4: De bilaterale samenwerking tussen de Coats-groep en de Prym-groep

(26)

Overeenkomstig deel C van de clementieregeling van 1996 en gelet op de omvang van de uitgebreide en substantiële medewerking van de Pryms-groep, kreeg de onderneming een vermindering van 75 % op de boete die haar anders voor deze inbreuk was opgelegd, indien zij niet met de Commissie had meegewerkt.

2.3.7.   Toepassing van de clementieregeling van 2002: boetevermindering

(27)

Wat de kartels 1 en 2 betreft, hebben de adressaten van de beschikking met de Commissie meegewerkt om de in de clementieregeling van 2002 uiteengezette clemente behandeling te kunnen krijgen.

2.3.7.1.   Kartel 1: De „Baseler-Wuppertaler” en „Amsterdamse” samenwerking

Punt 23, onder b), eerste streepje (vermindering van 30 % tot 50 %)

(28)

Het door de Prym-groep verstrekte bewijsmateriaal leverde een significante toegevoegde waarde op ten opzichte van het bewijsmateriaal waarover de Commissie al beschikte, zodat zij beter in staat was de feiten van de mededingingsverstorende gedragingen te bewijzen. De Prym-groep was de eerste onderneming die aan punt 21 van de clementiemededeling van 2002 voldeed, en kreeg een vermindering van 30 % van de geldboete.

Punt 23, onder b), tweede streepje (vermindering van 20 % tot 30 %)

(29)

Het door de YKK-groep verstrekte bewijsmateriaal leverde een significante toegevoegde waarde op ten opzichte van het bewijsmateriaal waarover de Commissie al beschikte, zodat zij beter in staat was de feiten van de mededingingsverstorende gedragingen te bewijzen. De YKK-groep was de tweede onderneming die aan punt 21 van de clementiemededeling van 2002 voldeed, en kreeg een vermindering van 20 % van de geldboete.

2.3.7.2.   Kartel 2: De bilaterale samenwerking tussen de Prym-groep en de YKK-groep

Punt 8, onder b) — Immuniteit tegen geldboeten

(30)

Dankzij de verklaring van de Prym-groep was de Commissie in staat een schending van artikel 81 van het Verdrag vast te stellen. Daarom kwam de Prym-groep in aanmerking voor volledige immuniteit tegen geldboeten.

Punt 23, onder b), eerste streepje (vermindering van 30 % tot 50 %)

(31)

Het door de YKK-groep verstrekte bewijsmateriaal leverde een significante toegevoegde waarde op ten opzichte van het bewijsmateriaal waarover de Commissie al beschikte, zodat zij beter in staat was de feiten van de mededingingsverstorende gedragingen te bewijzen. De YKK-groep was de eerste onderneming die aan punt 21 van de clementiemededeling van 2002 voldeed, en kreeg een vermindering van 40 % van de geldboete.

3.   BESCHIKKING

Kartel 1: De „Baseler-Wuppertaler” en „Amsterdamse” samenwerking

(32)

De volgende ondernemingen hebben op artikel 81 van het Verdrag inbreuk gemaakt door, voor de aangegeven perioden, afspraken te maken over gecoördineerde prijsverhogingen en door vertrouwelijke informatie uit te wisselen over prijzen en de tenuitvoerlegging van prijsverhogingen:

a)

A. Raymond sarl: van 24 mei 1991 tot 1 december 1999;

b)

Berning & Söhne GmbH & Co. KG: van 24 mei 1991 tot 19 augustus 2000;

c)

Scovill Fasteners Europe SA: van 24 mei 1991 tot 15 maart 2001;

d)

Scovill Fasteners Inc.: van 31 december 1996 tot 15 maart 2001;

e)

William Prym GmbH & Co. KG: van 24 mei 1991 tot 15 maart 2001;

f)

Prym Inovan GmbH & Co. KG: van 1 augustus 1994 tot 15 maart 2001;

g)

YKK Corporation Japan: van 1 maart 1997 tot 15 maart 2001;

h)

YKK Holding Europe BV: van 1 maart 1997 tot 15 maart 2001;

i)

YKK Stocko Fasteners GmbH: van 24 mei 1991 tot 15 maart 2001, en

j)

Fachverband Verbindungs- und Befestigungstechnik: van 24 mei 1991 tot 19 augustus 2000.

Kartel 2: De bilaterale samenwerking tussen de Prym-groep en de YKK-groep

(33)

De volgende ondernemingen hebben inbreuk gemaakt op artikel 81 van het Verdrag door, voor de aangegeven periodes, overeen te komen om prijzen vast te stellen (met name minimum-, gemiddelde en streefprijzen), door de prijsverhogingen te monitoren door de regelmatige uitwisseling van prijslijsten en frequente bilaterale contacten, en door afnemers onder elkaar te verdelen door elkaars offertes aan die afnemers niet te onderbieden:

a)

William Prym GmbH & Co. KG: van 13 augustus 1999 tot 13 januari 2003;

b)

Prym Inovan GmbH & Co. KG: van 13 augustus 1999 tot 13 januari 2003;

c)

YKK Corporation Japan: van 13 augustus 1999 tot 13 januari 2003;

d)

YKK Holding Europe BV: van 13 augustus 1999 tot 13 januari 2003, en

e)

YKK Stocko Fasteners GmbH: van 13 augustus 1999 tot 13 januari 2003.

Kartel 3: De trilaterale samenwerking tussen de YKK-groep, de Coats-groep en de Prym-groep

(34)

De volgende ondernemingen hebben op artikel 81 van het Verdrag inbreuk gemaakt door, voor de aangegeven periodes, prijsgegevens uit te wisselen, onderling overleg te voeren over prijzen en prijsverhogingen, en een methodiek af te spreken om voor standaardproducten minimumprijzen te bepalen:

a)

YKK Corporation Japan: van 28 april 1998 tot 12 november 1999;

b)

YKK Holding Europe BV: van 28 april 1998 tot 12 november 1999;

c)

Coats Holdings Ltd: van 28 april 1998 tot 12 november 1999;

d)

Coats Deutschland GmbH: van 28 april 1998 tot 12 november 1999;

e)

William Prym GmbH & Co. KG: van 28 april 1998 tot 12 november 1999;

f)

Prym Inovan GmbH & Co. KG: van 28 april 1998 tot 12 november 1999, en

g)

Éclair Prym Group SA: van 13 januari 1999 tot 12 november 1999.

Kartel 4: De bilaterale samenwerking tussen de Coats-groep en de Prym-groep

(35)

De volgende ondernemingen hebben op artikel 81 van het Verdrag inbreuk gemaakt door, voor de aangegeven perioden, overeen te komen de markten voor fournituren te verdelen door de Coats-groep te beletten de markt voor „overige sluitingen” te betreden:

a)

William Prym GmbH & Co. KG: van 15 januari 1977 tot 15 juli 1998;

b)

Prym Inovan GmbH & Co. KG: van 1 augustus 1994 tot 15 juli 1998;

c)

Coats Holdings Ltd: van 15 januari 1977 tot 15 juli 1998.

(36)

Voor de hier genoemde inbreuken werden de volgende geldboeten opgelegd:

Kartel 1: De „Baseler-Wuppertaler” en „Amsterdamse” samenwerking

a)

A. Raymond sarl: 8 325 000 EUR;

b)

Berning & Söhne GmbH & Co. KG: 1 123 000 EUR;

c)

Scovill Fasteners Europe SA en Scovill Fasteners Inc., hoofdelijk aansprakelijk: 6 002 000 EUR;

d)

William Prym GmbH & Co. KG en Prym Inovan GmbH & Co. KG, hoofdelijk aansprakelijk: 24 913 000 EUR;

e)

YKK Stocko Fasteners GmbH: 68 250 000 EUR, waarbij YKK Corporation Japan en YKK Holding Europe BV hoofdelijk aansprakelijk zijn ten bedrage van 49 000 000 EUR, en

f)

Fachverband Verbindungs- und Befestigungstechnik: 1 000 EUR.

Kartel 2: De bilaterale samenwerking tussen de Prym-groep en de YKK-groep

a)

YKK Corporation Japan, YKK Holding Europe BV en YKK Stocko Fasteners GmbH, hoofdelijk aansprakelijk: 19 500 000 EUR.

Kartel 3: De trilaterale samenwerking tussen de YKK-groep, de Coats-groep en de Prym-groep

a)

YKK Corporation Japan en YKK Holding Europe BV, hoofdelijk aansprakelijk: 62 500 000 EUR;

b)

Coats Holdings Ltd en Coats Deutschland GmbH, hoofdelijk aansprakelijk: 12 155 000 EUR, en

c)

William Prym GmbH & Co. KG en Prym Inovan GmbH & Co. KG, hoofdelijk aansprakelijk: 6 727 500 EUR, waarbij Éclair Prym Group SA hoofdelijk aansprakelijk is ten bedrage van 5 850 000 EUR.

Kartel 4: De bilaterale samenwerking tussen de Coats-groep en de Prym-groep

a)

William Prym GmbH & Co. KG en Prym Inovan GmbH & Co. KG, hoofdelijk aansprakelijk: 8 897 500 EUR, en

b)

Coats Holdings Ltd: 110 250 000 EUR.

(37)

De bovengenoemde ondernemingen maken onverwijld een einde aan hun inbreuk, voor zover zij dat nog niet hebben gedaan. Zij onthouden zich voortaan van iedere handeling of gedraging die met de in deze zaak geconstateerde inbreuk overeenkomt, alsmede van iedere handeling of gedraging die hetzelfde of een vergelijkbaar doel of gevolg heeft.


(1)  PB L 1 van 4.1.2003, blz. 1.

(2)  PB C 9 van 14.1.1998, blz. 3.

(3)  PB C 45 van 19.2.2002, blz. 3.

(4)  PB C 207 van 18.7.1996, blz. 4.


INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE LIDSTATEN

26.2.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 47/13


Mededeling van de Commissie overeenkomstig artikel 16, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1008/2008 van het Europees Parlement en de Raad inzake gemeenschappelijke regels voor de exploitatie van luchtdiensten in de Gemeenschap

Openbaredienstverplichtingen met betrekking tot geregelde luchtdiensten

(Voor de EER relevante tekst)

(2009/C 47/09)

Lidstaat

Italië

Betrokken luchtroute

Pantelleria-Trapani en vice versa

Pantelleria-Palermo en vice versa

Lampedusa-Palermo en vice versa

Lampedusa-Catania en vice versa

Trapani-Milano Linate en vice versa

Trapani-Roma Fiumicino en vice versa

Datum waarop de openbaredienstverplichtingen van kracht worden

180 dagen na publicatie van deze mededeling

Adres waarop de tekst van en alle relevante informatie en/of documentatie over de openbaredienstverplichtingen kan worden verkregen

Ente nazionale per l'aviazione civile (ENAC)

Direzione centrale regolazione economica

Direzione trasporto aero

Viale del Castro Pretorio, nr. 118

I-00185 Rome

www.enac-italia.it

e-mail: trasporto.aereo@enac.rupa.it


V Bekendmakingen

BESTUURLIJKE PROCEDURES

Commissie

26.2.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 47/14


Oproep tot het indienen van aanvragen 2009

Tweede communautair actieprogramma op het gebied van gezondheid (2008-2013)

(Voor de EER relevante tekst)

(2009/C 47/10)

Een oproep tot het indienen van aanvragen „Gezondheid — 2009” wordt vandaag bekendgemaakt in het kader van het tweede communautaire actieprogramma op het gebied van gezondheid (2008-2013) (1).

Deze oproep tot het indienen van aanvragen bestaat uit de volgende delen:

een oproep tot het indienen van voorstellen voor de toekenning van een financiële bijdrage voor specifieke acties in de vorm van projecten;

een oproep tot het indienen van voorstellen voor de toekenning van een financiële bijdrage voor specifieke acties in de vorm van conferenties;

een oproep tot het indienen van voorstellen voor de toekenning van een financiële bijdrage voor het functioneren van niet-gouvernementele organisaties en gespecialiseerde netwerken (operationele subsidies);

een uitnodiging aan de lidstaten en de deelnemende landen tot indiening van voorstellen voor gezamenlijke acties.

De uiterste datum voor de indiening van voorstellen in het kader van elke oproep is 20 mei 2009.

Alle informatie, waaronder het besluit van de Commissie van 23 februari 2009 tot vaststelling van het werkprogramma voor 2009 voor de uitvoering van het tweede communautaire actieprogramma op het gebied van gezondheid (2008-2013), en tot vaststelling van de selectie-, toekennings- en andere criteria voor de financiering van de acties van dit programma, is te vinden op de website van het Uitvoerend Agentschap voor Gezondheid en Consumenten op het volgende adres:

http://ec.europa.eu/eahc


(1)  Besluit nr. 1350/2007/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2007 tot vaststelling van een tweede communautair actieprogramma op het gebied van gezondheid (2008-2013) (PB L 301 van 20.11.2007, blz. 3-13).


26.2.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 47/s3


BERICHT AAN DE LEZER

De instellingen hebben besloten in hun teksten niet langer te verwijzen naar de laatste wijziging van de aangehaalde besluiten.

Tenzij anders vermeld, zijn de besluiten waarnaar in de hierin gepubliceerde teksten wordt verwezen, de besluiten zoals die momenteel van kracht zijn.