|
ISSN 1725-2474 |
||
|
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 151 |
|
|
||
|
Uitgave in de Nederlandse taal |
Mededelingen en bekendmakingen |
50e jaargang |
|
Nummer |
Inhoud |
Bladzijde |
|
|
II Mededelingen |
|
|
|
MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN EN ORGANEN VAN DE EUROPESE UNIE |
|
|
|
Commissie |
|
|
2007/C 151/01 |
Goedkeuring van de steunmaatregelen van de staten in het kader van de bepalingen van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag — Gevallen waartegen de Commissie geen bezwaar maakt ( 1 ) |
|
|
|
IV Informatie |
|
|
|
INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN EN ORGANEN VAN DE EUROPESE UNIE |
|
|
|
Commissie |
|
|
2007/C 151/02 |
||
|
|
INITIATIEVEN VAN DE LIDSTATEN |
|
|
2007/C 151/03 |
||
|
2007/C 151/04 |
Het opleggen door Frankrijk van openbaredienstverplichtingen voor geregelde luchtdiensten tussen Dijon en Bordeaux en tussen Dijon en Toulouse ( 1 ) |
|
|
2007/C 151/05 |
Statistische gegevens m.b.t. in 2006 krachtens informatieprocedure 98/34 ter kennis gebrachte technische voorschriften — Gegevens verstrekt door de Commissie krachtens artikel 11 van Richtlijn 98/34/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende een informatieprocedure op het gebied van normen en technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij ( 1 ) |
|
|
|
V Bekendmakingen |
|
|
|
PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID |
|
|
|
Commissie |
|
|
2007/C 151/06 |
Voorafgaande aanmelding van een concentratie (Zaak COMP/M.4686 — Louis Delhaize/Magyar Hipermarket Kft) ( 1 ) |
|
|
2007/C 151/07 |
||
|
|
ANDERE BESLUITEN |
|
|
|
Commissie |
|
|
2007/C 151/08 |
||
|
|
Rectificaties |
|
|
2007/C 151/09 |
||
|
|
|
|
|
(1) Voor de EER relevante tekst |
|
NL |
|
II Mededelingen
MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN EN ORGANEN VAN DE EUROPESE UNIE
Commissie
|
5.7.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 151/1 |
Goedkeuring van de steunmaatregelen van de staten in het kader van de bepalingen van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag
Gevallen waartegen de Commissie geen bezwaar maakt
(Voor de EER relevante tekst)
(2007/C 151/01)
|
Datum waarop het besluit is genomen |
19.7.2006 |
|
Nummer van de steunmaatregel |
N 552/05 |
|
Lidstaat |
Duitsland |
|
Regio |
— |
|
Benaming van de steunregeling en/of naam van de begunstigde |
Beihilfe für den deutschen Steinkohlenbergbau für das Jahr 2005 |
|
Rechtsgrondslag |
Verordening (EG) nr. 1407/2002 betreffende staatssteun voor de kolenindustrie |
|
Type maatregel |
— |
|
Doelstelling |
Ondersteuning van de kolenproductie teneinde bij te dragen tot de doelstelling om de energievoorziening veilig te stellen en tot de voortzetting van de noodzakelijke herstructurering van de kolenindustrie |
|
Vorm van de steun |
Subsidies en belastingvermindering |
|
Begrotingsmiddelen |
2,501 miljoen EUR aan subsidies, 18 miljoen EUR aan gederfde belastinginkomsten |
|
Maximale steunintensiteit |
Steunmaatregelen voor inkrimping van de bedrijfsactiviteit en steun voor de productie dekken het verschil tussen de productiekosten en de verkoopprijs. Steun ter dekking van uitzonderlijke lasten dekt de kosten die ontstaan of zijn ontstaan als gevolg van de herstructurering van de kolenindustrie |
|
Looptijd (periode) |
2006 |
|
Economische sectoren |
Twee steenkoolbedrijven: RAG AG: 2,496 miljoen EUR, Bergwerkgesellschaft Merchweiler mbH: 5 miljoen EUR |
|
Naam en adres van de steunverlenende autoriteit |
— |
|
Andere informatie |
— |
De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:
http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/
|
Datum waarop het besluit is genomen |
24.4.2006 |
|
Nummer van de steunmaatregel |
N 508/06 |
|
Lidstaat |
Frankrijk |
|
Regio |
— |
|
Benaming van de steunregeling en/of naam van de begunstigde |
Plans de Réduction des Risques Technologiques |
|
Rechtsgrondslag |
Loi no 2003-699 du 30 juillet 2003 relative à la prévention des risques technologiques et naturels et à la réparation des dommages |
|
Type maatregel |
Steunregeling |
|
Doelstelling |
Risicobeperking |
|
Vorm van de steun |
Directe subsidie |
|
Begrotingsmiddelen |
Voorziene jaarlijkse uitgaven: 5 miljoen EUR; Totaal van de voorziene steun: 30 miljoen EUR |
|
Maximale steunintensiteit |
33 % |
|
Looptijd |
1.1.2008-31.12.2014 |
|
Economische sectoren |
Alle sectoren |
|
Naam en adres van de steunverlenende autoriteit |
État, collectivités locales |
|
Andere informatie |
— |
De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:
http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/
|
Datum waarop het besluit is genomen |
29.5.2007 |
||||
|
Nummer van de steunmaatregel |
N 512/06 |
||||
|
Lidstaat |
Oostenrijk |
||||
|
Regio |
— |
||||
|
Benaming van de steunregeling en/of naam van de begunstigde |
Richtlinien zur Förderung von Gründung und Aufbau junger innovativer technologieorientierter Unternehmen |
||||
|
Rechtsgrondslag |
Forschungs- und Technologieförderungsgesetz, BGBI. Nr. 434/1982, zuletzt geändert durch das Bundesgesetz BGBI. I Nr. 11/2006 |
||||
|
Type maatregel |
Steunregeling |
||||
|
Doelstelling |
Onderzoek en ontwikkeling |
||||
|
Vorm van de steun |
Directe subsidie, Terugvorderbare subsidie |
||||
|
Begrotingsmiddelen |
Voorziene jaarlijkse uitgaven: 40 miljoen EUR; Totaal van de voorziene steun: 280 miljoen EUR |
||||
|
Maximale steunintensiteit |
— |
||||
|
Looptijd |
2007-2013 |
||||
|
Economische sectoren |
Alle sectoren |
||||
|
Naam en adres van de steunverlenende autoriteit |
|
||||
|
Andere informatie |
— |
De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:
http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/
|
Datum waarop het besluit is genomen |
30.4.2007 |
|||
|
Nummer van de steunmaatregel |
N 752/06 |
|||
|
Lidstaat |
Italië |
|||
|
Regio |
— |
|||
|
Benaming van de steunregeling en/of naam van de begunstigde |
Regime di aiuti all'innovazione in favore della costruzione navale |
|||
|
Rechtsgrondslag |
Articolo 146 del disegno di legge n. 1746-bis; decreto 5 marzo 2007 |
|||
|
Type maatregel |
Steunregeling |
|||
|
Doelstelling |
Innovatie |
|||
|
Vorm van de steun |
Directe subsidie |
|||
|
Begrotingsmiddelen |
Voorziene jaarlijkse uitgaven: 30 miljoen EUR; Totaal van de voorziene steun: 90 miljoen EUR |
|||
|
Maximale steunintensiteit |
20 % |
|||
|
Looptijd |
1.1.2007-31.12.2009 |
|||
|
Economische sectoren |
Beperkt tot de scheepsbouw |
|||
|
Naam en adres van de steunverlenende autoriteit |
|
|||
|
Andere informatie |
— |
De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:
http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/
|
Datum waarop het besluit is genomen |
10.5.2007 |
|||
|
Nummer van de steunmaatregel |
N 886/06 |
|||
|
Lidstaat |
Finland |
|||
|
Regio |
Lappi, Pohjois-Pohjanmaa, Kainuu, Pohjois-Karjala, Etelä-Savo |
|||
|
Benaming van de steunregeling en/of naam van de begunstigde |
Kuljetusten alueellinen tukeminen, vuosi 2007 |
|||
|
Rechtsgrondslag |
Laki kuljetusten alueellisesta tukemisesta (954/1981) myöhemmin tehtyine muutoksineen; Valtioneuvoston asetus kuljetusten alueellisesta tukemisesta annetun lain soveltamisalueesta; Lag om regionalt stödjande av transporter (1981/954) med senare förändringar; statsrådets förordning om tillämpningsområdet för lagen om regionalt stödjande av transporter |
|||
|
Type maatregel |
Steunregeling |
|||
|
Doelstelling |
Regionale ontwikkeling, Kleine- en middelgrote ondernemingen, Werkgelegenheid |
|||
|
Vorm van de steun |
Directe subsidie |
|||
|
Begrotingsmiddelen |
Voorziene jaarlijkse uitgaven: 4,7 miljoen EUR; Totaal van de voorziene steun: 4,7 miljoen EUR |
|||
|
Maximale steunintensiteit |
29 % |
|||
|
Looptijd |
1.1.2007-31.12.2007 |
|||
|
Economische sectoren |
Beperkt tot de be- en verwerkende industrie |
|||
|
Naam en adres van de steunverlenende autoriteit |
|
|||
|
Andere informatie |
Uitvoerig jaarlijks verslag over de uitvoering van de regeling |
De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:
http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/
|
Datum waarop het besluit is genomen |
30.5.2007 |
|
Nummer van de steunmaatregel |
N 911/06 |
|
Lidstaat |
Frankrijk |
|
Regio |
— |
|
Benaming van de steunregeling en/of naam van de begunstigde |
Protection sociale complémentaire des agents de l'État |
|
Rechtsgrondslag |
Article 39 de la loi no 2007-148, du 2 février 2007, de modernisation de la fonction publique Article 22 bis de la loi no 83-634, du 13 juillet 1983, portant droits et obligations des fonctionnaires Projet de décret relatif à la participation de l'État et de ses établissements publics au financement de la protection sociale complémentaire de leurs personnels |
|
Type maatregel |
Steunregeling |
|
Doelstelling |
— |
|
Vorm van de steun |
— |
|
Begrotingsmiddelen |
Voorziene jaarlijkse uitgaven: 80 miljoen EUR |
|
Maximale steunintensiteit |
— |
|
Looptijd |
— |
|
Economische sectoren |
— |
|
Naam en adres van de steunverlenende autoriteit |
Overheidswerkgevers |
|
Andere informatie |
— |
De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:
http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/
IV Informatie
INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN EN ORGANEN VAN DE EUROPESE UNIE
Commissie
|
5.7.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 151/6 |
Wisselkoersen van de euro (1)
4 juli 2007
(2007/C 151/02)
1 euro=
|
|
Munteenheid |
Koers |
|
USD |
US-dollar |
1,3618 |
|
JPY |
Japanse yen |
166,87 |
|
DKK |
Deense kroon |
7,4415 |
|
GBP |
Pond sterling |
0,67535 |
|
SEK |
Zweedse kroon |
9,1730 |
|
CHF |
Zwitserse frank |
1,6558 |
|
ISK |
IJslandse kroon |
84,43 |
|
NOK |
Noorse kroon |
7,9365 |
|
BGN |
Bulgaarse lev |
1,9558 |
|
CYP |
Cypriotische pond |
0,5839 |
|
CZK |
Tsjechische koruna |
28,699 |
|
EEK |
Estlandse kroon |
15,6466 |
|
HUF |
Hongaarse forint |
246,12 |
|
LTL |
Litouwse litas |
3,4528 |
|
LVL |
Letlandse lat |
0,6962 |
|
MTL |
Maltese lira |
0,4293 |
|
PLN |
Poolse zloty |
3,7599 |
|
RON |
Roemeense leu |
3,1348 |
|
SKK |
Slowaakse koruna |
33,479 |
|
TRY |
Turkse lira |
1,7616 |
|
AUD |
Australische dollar |
1,5875 |
|
CAD |
Canadese dollar |
1,4415 |
|
HKD |
Hongkongse dollar |
10,6393 |
|
NZD |
Nieuw-Zeelandse dollar |
1,7407 |
|
SGD |
Singaporese dollar |
2,0709 |
|
KRW |
Zuid-Koreaanse won |
1 252,65 |
|
ZAR |
Zuid-Afrikaanse rand |
9,5020 |
|
CNY |
Chinese yuan renminbi |
10,3425 |
|
HRK |
Kroatische kuna |
7,3040 |
|
IDR |
Indonesische roepia |
12 266,41 |
|
MYR |
Maleisische ringgit |
4,6928 |
|
PHP |
Filipijnse peso |
62,711 |
|
RUB |
Russische roebel |
34,9470 |
|
THB |
Thaise baht |
42,965 |
Bron: door de Europese Centrale Bank gepubliceerde referentiekoers.
INITIATIEVEN VAN DE LIDSTATEN
|
5.7.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 151/7 |
Beknopte informatie van de lidstaten betreffende overheidssteun die wordt verleend krachtens Verordening (EG) nr. 70/2001 van de Commissie betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag op staatssteun voor kleine en middelgrote ondernemingen
(2007/C 151/03)
|
Nummer van de steunmaatregel |
XA 7007/07 |
||||||||
|
Lidstaat |
Bondsrepubliek Duitsland |
||||||||
|
Regio |
Alle Duitse Länder die steun verlenen |
||||||||
|
Benaming van de steunregeling of naam van de onderneming die individuele steun ontvangt |
Rahmenplan der Gemeinschaftsaufgabe „Verbesserung der Agrarstruktur und des Küstenschutzes”, die zum weit überwiegenden Teil der Umsetzung der nationalen Rahmenregelung nach Artikel 15 Abs. 3 der Verordnung (EG) Nr. 1698/2005 dient. Daraus:
http://www.bmelv.de/cln_044/nn_751002/DE/04-Landwirtschaft/Foerderung/GAK/Rahmenplan/Rahmenplan2007.html__nnn=true |
||||||||
|
Rechtsgrond |
Rahmenplan der Gemeinschaftsaufgabe „Verbesserung der Agrarstruktur und des Küstenschutzes“ |
||||||||
|
Voorziene jaarlijkse uitgaven krachtens de regeling of totaalbedrag van de aan de onderneming verleende individuele steun |
Steunregeling |
Totaal jaarlijks bedrag voor het „Rahmenplan der Gemeinschaftsaufgabe: Verbesserung der Agrarstruktur und des Küstenschutzes” |
70 miljoen EUR |
||||||
|
Gegarandeerde leningen |
— |
||||||||
|
Individuele steun |
Totaal jaarlijks bedrag |
— |
|||||||
|
Gegarandeerde leningen |
— |
||||||||
|
Maximale steunintensiteit |
In overeenstemming met artikel 4, leden 2 tot en met 6, en artikel 5 van de verordening |
Ja |
|||||||
|
Datum van tenuitvoerlegging |
15.2.2007 |
||||||||
|
Duur van de regeling of duur van de individuele steunverlening |
31.12.2010 |
||||||||
|
Doelstelling van de steun |
Steun aan KMO's |
Ja |
|||||||
|
Economische sectoren |
Alle sectoren komen in aanmerking voor KMO-steun |
|
|||||||
|
Beperkt tot specifieke sectoren |
Ja |
||||||||
|
|
||||||||
|
|
||||||||
|
Of |
|
||||||||
|
IJzer- en staalindustrie |
|
||||||||
|
Scheepsbouw |
|
||||||||
|
Synthetische vezels |
|
||||||||
|
Automobielindustrie |
|
||||||||
|
Andere be- en verwerkende industrie |
|
||||||||
|
Ja |
||||||||
|
|
||||||||
|
Of |
|
||||||||
|
Vervoersdiensten |
|
||||||||
|
Financiële diensten |
|
||||||||
|
Andere diensten |
|
||||||||
|
Naam en adres van de autoriteit die de steun verleent |
De steun wordt in ieder Land door de bevoegde overheidsinstantie verleend |
||||||||
|
Individuele verlening van aanzienlijke steun |
Overeenkomstig artikel 6 van de verordening |
Ja |
|||||||
|
5.7.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 151/9 |
Het opleggen door Frankrijk van openbaredienstverplichtingen voor geregelde luchtdiensten tussen Dijon en Bordeaux en tussen Dijon en Toulouse
(Voor de EER relevante tekst)
(2007/C 151/04)
|
1. |
In overeenstemming met artikel 4, lid 1, onder a), van Verordening (EEG) nr. 2408/92 van de Raad van 23 juli 1992 betreffende de toegang van communautaire luchtvaartmaatschappijen tot intracommunautaire luchtroutes heeft Frankrijk besloten om openbaredienstverplichtingen op te legen voor de geregelde luchtdiensten tussen de luchthavens van Dijon-Bourgogne en Bordeaux (Mérignac) enerzijds en tussen Dijon-Bourgogne en Toulouse (Blagnac) anderzijds (1). |
|
2. |
De openbaredienstverplichtingen voor de geregelde luchtdiensten tussen de luchthavens van Dijon-Bourgogne en Bordeaux (Mérignac) enerzijds en tussen Dijon-Bourgogne en Toulouse (Blagnac) anderzijds zijn als volgt: |
2.1. Minimumfrequentie
De diensten moeten worden uitgevoerd met een minimumfrequentie van:
|
— |
twee retourvluchten per dag, 's ochtends en 's avonds, van maandag tot en met vrijdag, uitgezonderd de feestdagen, gedurende 220 dagen per jaar, |
|
— |
één retourvlucht op zondag, 's avonds, 48 weken per jaar. |
In de week moeten de diensten worden uitgevoerd 's ochtends overeenkomstig het schema Dijon — Bordeaux — Toulouse — Dijon en 's avonds overeenkomstig het schema Dijon — Toulouse — Bordeaux — Dijon, zonder andere tussenlanding 's ochtends noch 's avonds.
2.2. Gebruikte vliegtuigen en minimumcapaciteit
De diensten moeten worden uitgevoerd met een vliegtuig met drukcabine, met een capaciteit van ten minste 28 zitplaatsen.
2.3. Dienstregeling
De dienstregeling moet passagiers die door de week om zakelijke redenen reizen in staat stellen om ten minste 7 uur op hun plaats van bestemming, zowel Bordeaux en Toulouse als Dijon, te verblijven.
De dienstregeling moet het voor passagiers in transit op de luchthaven van Bordeaux of Toulouse mogelijk maken om een nationale of Europese correspondentie te nemen.
2.4. Commerciële aspecten
Bij het boeken van de vluchten moet tenminste een reserveringssysteem per computer worden gebruikt.
2.5. Continuïteit van de dienstverlening
Behalve ingeval van overmacht mag per IATA-luchtvaartseizoen niet meer dan 3 % van het aantal normaal uit te voeren vluchten om direct aan de maatschappij toe te schrijven redenen worden geannuleerd. Voorts mogen de diensten pas door de maatschappij worden onderbroken nadat een opzegtermijn van minimaal zes maanden in acht is genomen.
Communautaire vervoerders worden ervan op de hoogte gebracht dat een exploitatie zonder inachtneming van bovengenoemde openbaredienstverplichtingen aanleiding kan geven tot administratieve en/of gerechtelijke sancties.
(1) PB L 240 van 24.8.1992, blz. 8.
|
5.7.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 151/10 |
STATISTISCHE GEGEVENS M.B.T. IN 2006 KRACHTENS INFORMATIEPROCEDURE 98/34 TER KENNIS GEBRACHTE TECHNISCHE VOORSCHRIFTEN
Gegevens verstrekt door de Commissie krachtens artikel 11 van Richtlijn 98/34/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende een informatieprocedure op het gebied van normen en technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij (1)
(Voor de EER relevante tekst)
(2007/C 151/05)
I. Overzicht van de verschillende typen reacties zoals deze aan de EG-lidstaten zijn gericht naar aanleiding van de door ieder van hen ter kennis gebrachte ontwerp-teksten
|
Lidstaten |
Aantal kennisgevingen |
Opmerkingen (2) |
Uitvoerig gemotiveerde meningen (3) |
Voorstellen voor communautair optreden |
|||||
|
LS |
COM |
EVA (4) |
TR (5) |
LS |
COM |
9.3 (6) |
9.4 (7) |
||
|
België |
28 |
2 |
12 |
0 |
0 |
1 |
6 |
0 |
0 |
|
Denemarken |
24 |
8 |
12 |
0 |
0 |
2 |
0 |
0 |
0 |
|
Duitsland |
77 |
12 |
17 |
0 |
0 |
6 |
8 |
1 |
0 |
|
Spanje |
70 |
11 |
8 |
0 |
0 |
1 |
2 |
0 |
0 |
|
Finland |
18 |
2 |
3 |
0 |
0 |
3 |
0 |
0 |
0 |
|
Frankrijk |
57 |
25 |
11 |
0 |
0 |
6 |
11 |
0 |
0 |
|
Griekenland |
5 |
1 |
2 |
0 |
0 |
1 |
1 |
0 |
0 |
|
Ierland |
6 |
1 |
2 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Italië |
20 |
8 |
5 |
0 |
0 |
2 |
1 |
0 |
0 |
|
Luxemburg |
2 |
3 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Nederland |
71 |
13 |
12 |
0 |
0 |
5 |
1 |
0 |
0 |
|
Oostenrijk |
42 |
9 |
9 |
0 |
0 |
2 |
3 |
0 |
0 |
|
Portugal |
7 |
2 |
2 |
0 |
0 |
1 |
2 |
0 |
0 |
|
Zweden |
50 |
8 |
16 |
0 |
0 |
2 |
2 |
0 |
2 |
|
Verenigd Koninkrijk |
59 |
20 |
16 |
0 |
0 |
6 |
6 |
0 |
0 |
|
Letland |
10 |
2 |
2 |
0 |
0 |
0 |
1 |
0 |
0 |
|
Malta |
7 |
0 |
1 |
0 |
0 |
0 |
2 |
0 |
0 |
|
Cyprus |
1 |
0 |
1 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Tsjechische Republiek |
21 |
11 |
2 |
0 |
0 |
2 |
2 |
0 |
0 |
|
Hongarije |
15 |
5 |
1 |
0 |
0 |
1 |
2 |
0 |
0 |
|
Litouwen |
2 |
2 |
1 |
0 |
0 |
2 |
1 |
0 |
0 |
|
Estland |
8 |
2 |
3 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Slovenië |
11 |
2 |
3 |
0 |
0 |
1 |
1 |
0 |
0 |
|
Polen |
48 |
15 |
11 |
0 |
0 |
5 |
8 |
0 |
0 |
|
Slowakije |
9 |
8 |
2 |
0 |
0 |
3 |
1 |
0 |
0 |
|
Totaal EU |
668 |
172 |
154 |
0 |
0 |
52 |
61 |
1 |
2 |
II. Verdeling per sector van de door de EU-lidstaten ter kennis gebrachte ontwerp-teksten
|
Sector |
BE |
DK |
DE |
ES |
FI |
FR |
GR |
IE |
IT |
LU |
NL |
AT |
PT |
SE |
UK |
LT |
MT |
CY |
CZ |
HU |
LV |
EE |
SI |
PL |
SK |
Totaal EU |
|
Bouw |
3 |
0 |
30 |
6 |
5 |
14 |
0 |
0 |
2 |
1 |
6 |
15 |
1 |
3 |
2 |
1 |
3 |
0 |
2 |
0 |
0 |
0 |
5 |
5 |
0 |
104 |
|
Landbouw- en voedingsproducten |
2 |
5 |
5 |
4 |
1 |
11 |
1 |
0 |
8 |
1 |
10 |
1 |
4 |
6 |
14 |
1 |
1 |
0 |
4 |
4 |
2 |
2 |
4 |
1 |
4 |
96 |
|
Chemische producten |
0 |
1 |
1 |
1 |
0 |
2 |
0 |
0 |
0 |
0 |
2 |
1 |
0 |
4 |
0 |
0 |
0 |
0 |
1 |
0 |
0 |
1 |
1 |
0 |
0 |
15 |
|
Farmaceutische producten |
0 |
0 |
3 |
0 |
0 |
8 |
1 |
3 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
3 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
18 |
|
Huishoudelijke apparatuur en vrije tijd |
2 |
0 |
0 |
6 |
0 |
0 |
0 |
0 |
2 |
0 |
0 |
3 |
0 |
3 |
2 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
18 |
|
Machinebouw |
4 |
0 |
1 |
16 |
1 |
1 |
0 |
1 |
2 |
0 |
7 |
3 |
0 |
6 |
12 |
0 |
1 |
0 |
3 |
1 |
3 |
1 |
0 |
21 |
1 |
85 |
|
Energie, mineralen, hout |
5 |
1 |
2 |
3 |
2 |
4 |
2 |
0 |
0 |
0 |
6 |
2 |
0 |
4 |
0 |
0 |
0 |
0 |
4 |
0 |
0 |
0 |
0 |
9 |
1 |
45 |
|
Milieu, verpakkingen |
3 |
6 |
1 |
1 |
0 |
1 |
0 |
1 |
1 |
0 |
8 |
4 |
0 |
5 |
3 |
0 |
0 |
0 |
2 |
4 |
4 |
1 |
0 |
6 |
0 |
51 |
|
Gezondheid, medische apparatuur |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
9 |
0 |
0 |
1 |
0 |
0 |
1 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
11 |
|
Vervoer |
1 |
8 |
8 |
7 |
5 |
2 |
0 |
0 |
3 |
0 |
11 |
3 |
0 |
16 |
4 |
0 |
0 |
0 |
1 |
1 |
0 |
0 |
1 |
3 |
1 |
75 |
|
Telecommunicatie |
4 |
3 |
17 |
24 |
2 |
3 |
1 |
1 |
0 |
0 |
6 |
8 |
1 |
2 |
13 |
0 |
0 |
1 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
86 |
|
Diverse producten |
2 |
0 |
2 |
1 |
0 |
1 |
0 |
0 |
0 |
0 |
3 |
0 |
0 |
1 |
5 |
0 |
0 |
0 |
3 |
5 |
1 |
2 |
0 |
2 |
2 |
30 |
|
Diensten van de informatiemaatschappij |
2 |
0 |
7 |
1 |
2 |
1 |
0 |
0 |
1 |
0 |
12 |
1 |
1 |
0 |
1 |
0 |
2 |
0 |
1 |
0 |
0 |
1 |
0 |
1 |
0 |
34 |
|
Totaal per lidstaat |
28 |
24 |
77 |
70 |
18 |
57 |
5 |
6 |
20 |
2 |
71 |
42 |
7 |
50 |
59 |
2 |
7 |
1 |
21 |
15 |
10 |
8 |
11 |
48 |
9 |
668 |
III. Overzicht van de opmerkingen die zijn ingediend naar aanleiding van door IJsland, Liechtenstein, Noorwegen (8) en Zwitserland (9) ter kennis gebrachte ontwerp-teksten
|
Land |
Kennisgevingen |
EG-opmerkingen (10) |
|
IJsland |
1 |
0 |
|
Liechtenstein |
1 |
0 |
|
Noorwegen |
21 |
9 |
|
Zwitserland |
13 |
5 |
|
Totaal |
36 |
14 |
IV. Verdeling per sector van de door IJsland, Liechtenstein, Noorwegen en Zwitserland ter kennis gebrachte ontwerp-teksten
|
Sectoren |
IJsland |
Liechtenstein |
Noorwegen |
Zwitserland |
Totaal per sector |
|
Voedingsproducten |
1 |
0 |
2 |
4 |
7 |
|
Chemische producten |
0 |
0 |
2 |
0 |
2 |
|
Farmaceutische producten |
0 |
0 |
3 |
1 |
4 |
|
Huishoudelijke apparatuur en vrije tijd |
0 |
0 |
1 |
0 |
1 |
|
Machinebouw |
0 |
0 |
4 |
0 |
4 |
|
Energie, mineralen, hout |
0 |
1 |
0 |
0 |
1 |
|
Gezondheid, medische apparatuur |
0 |
0 |
1 |
2 |
3 |
|
Milieu, verpakkingen |
0 |
0 |
0 |
1 |
1 |
|
Vervoer |
0 |
0 |
7 |
3 |
10 |
|
Telecommunicatie |
0 |
0 |
0 |
2 |
2 |
|
Diverse producten |
0 |
0 |
1 |
0 |
1 |
|
Totaal per land |
1 |
1 |
21 |
13 |
36 |
V. Tabel met een overzicht van de door Turkije genotificeerde ontwerpen en de opmerkingen naar aanleiding daarvan
|
Turkije |
Kennisgevingen |
Opmerkingen van de Commissie |
|
Totaal |
19 |
15 |
VI. Tabel met een overzicht van de verdeling per sector van de door Turkije genotificeerde ontwerpen
|
Sectoren |
Turkije |
|
Voedingsproducten |
9 |
|
Bouw |
1 |
|
Energie, mineralen, hout |
8 |
|
Vervoer |
1 |
|
Totaal |
19 |
VII. Statistische gegevens inzake inbreukprocedures die in 2006 zijn ingeleid krachtens artikel 226 van het EG-verdrag tegen nationale technische voorschriften die zijn aangenomen in strijd met het bepaalde in Richtlijn 98/34/EG (overzicht per lidstaat)
|
Land |
Aantal |
|
Spanje |
2 |
|
Denemarken |
1 |
|
Hongarije |
1 |
|
Italië |
6 |
|
Portugal |
1 |
|
Verenigd Koninkrijk |
1 |
|
Zweden |
2 |
|
Totaal EU |
14 |
(1) Richtlijn 98/34/EG van 22 juni 1998 (PB L 204 van 21.7.1998, blz. 37) codificeert Richtlijn 83/189/EEG van de Raad (PB L 109 van 26.4.1983, blz. 8) als hoofdzakelijk gewijzigd bij de Richtlijnen 88/182/EEG (PB L 81 van 26.3.1988, blz. 75) en 94/10/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 100 van 19.4.1994, blz. 30). Richtlijn 98/34/EG is gewijzigd bij Richtlijn 98/48/EG van 20 juli 1998 (PB L 217 van 5.8.1998, blz. 18) die het toepassingsgebied heeft uitgebreid tot de diensten van de informatiemaatschappij. Deze uitbreiding is in werking getreden op 5 augustus 1999.
(2) Artikel 8.2 van de richtlijn.
(3) Artikel 9.2 van de richtlijn („uitvoerig gemotiveerde mening … volgens dewelke de beoogde maatregel aspecten bezit die eventuele belemmeringen kunnen opleveren voor het vrije verkeer van goederen, diensten of voor de vrijheid van vestiging van verrichters van diensten in het kader van de interne markt”).
(4) Krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, passen de verdragsluitende EVA-Staten Richtlijn 98/34/EG toe, met inachtneming van de in Bijlage II, hoofdstuk XIX, punt 1, genoemde noodzakelijke aanpassingen, en kunnen ze uit dien hoofde opmerkingen indienen naar aanleiding van ontwerp-teksten die door lidstaten van de Gemeenschap zijn genotificeerd. Ook Zwitserland kan, op grond van een informele overeenkomst over de uitwisseling van informatie op het gebied van technische voorschriften, dergelijke opmerkingen indienen.
(5) De procedure 98/34 is uitgebreid naar Turkije in het kader van de met dit land gesloten associatieovereenkomst (Associatieovereenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en Turkije (PB 217 van 29.12.1964, blz. 3687) en Besluiten 1/95 en 2/97 van de Associatieraad EG-Turkije) (PB C 11 van 15.1.2005, blz. 2).
(6) Artikel 9.3 van de richtlijn krachtens hetwelk de lidstaten de goedkeuring van een ontwerp voor een technisch voorschrift (behalve ontwerpen met betrekking tot diensten) twaalf maanden uitstellen, te rekenen vanaf de datum waarop de Commissie de kennisgeving ontvangt, indien de Commissie haar voornemen bekendmaakt om een richtlijn, een verordening of een besluit ter zake voor te stellen of aan te nemen.
(7) Artikel 9.4 van de richtlijn krachtens hetwelk de lidstaten de goedkeuring van een ontwerp voor een technisch voorschrift twaalf maanden uitstellen, te rekenen vanaf de datum waarop de Commissie de kennisgeving ontvangt, indien de Commissie kennis geeft van de constatering dat het ontwerp betrekking heeft op een materie die wordt bestreken door een voorstel voor een richtlijn, een verordening of een ander besluit dat bij de Raad is ingediend.
(8) Krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (zie noot 4) zijn de verdragsluitende EVA-Staten verplicht ontwerp-teksten van technische voorschriften te notificeren aan de Commissie.
(9) Op grond van een informele overeenkomst over de uitwisseling van informatie op het gebied van technische voorschriften (zie noot 4) geeft Zwitserland zijn ontwerp-teksten van technische voorschriften aan de Commissie door.
(10) Het enige type reactie waarin de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (zie noten 4 en 7) voorziet, heeft betrekking op de mogelijkheid voor de Gemeenschap om opmerkingen in te dienen (artikel 8.2 van Richtlijn 98/34/EG, zoals overgenomen in Bijlage II, hoofdstuk XIX, punt 1 van genoemde Overeenkomst). Dit type reactie kan ook worden ingediend naar aanleiding van kennisgevingen door Zwitserland op grond van een informele overeenkomst tussen dit land en de Gemeenschap (zie noten 4 en 8).
V Bekendmakingen
PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID
Commissie
|
5.7.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 151/15 |
Voorafgaande aanmelding van een concentratie
(Zaak COMP/M.4686 — Louis Delhaize/Magyar Hipermarket Kft)
(Voor de EER relevante tekst)
(2007/C 151/06)
|
1. |
Op 4 juni 2007 ontving de Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 (1) van de Raad waarin wordt medegedeeld dat de onderneming Louis Delhaize S.A. („Louis Delhaize”, België), in de zin van artikel 3, lid 1, onder b), van genoemde verordening volledig zeggenschap verkrijgt over de onderneming Magyar Hipermarket Kft („Magyar Hipermarket”, Hongarije) door de aankoop van aandelen. |
|
2. |
De bedrijfswerkzaamheden van de betrokken ondernemingen zijn:
|
|
3. |
Op grond van een voorlopig onderzoek is de Commissie van oordeel dat de aangemelde concentratie binnen het toepassingsgebied van Verordening (EG) nr. 139/2004 kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden. |
|
4. |
De Commissie verzoekt belanghebbende derden hun eventuele opmerkingen ten aanzien van de voorgenomen concentratie kenbaar te maken aan de Commissie. Zij kunnen per fax (nummer (32-2) 296 43 01 of 296 72 44) of per post, onder vermelding van referentienummer COMP/M.4686 — Louis Delhaize/Magyar Hipermarket Kft), aan onderstaand adres worden toegezonden:
|
(1) PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1.
|
5.7.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 151/16 |
Uitnodiging tot het indienen van opmerkingen over de ontwerpverordening van de Commissie betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag op de-minimissteun in de landbouwproductiesector
(2007/C 151/07)
Belanghebbenden kunnen hun opmerkingen kenbaar maken door deze binnen een maand vanaf de datum van bekendmaking van deze ontwerpverordening aan het volgende adres te zenden:
|
Europese Commissie |
|
Directoraat-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling |
|
Eenheid H.2 |
|
Kamer: Loi 130 05/100 |
|
B-1049 Brussel |
|
Fax (32-2) 296 76 72 |
|
E-mail: Agri-State-Aids@ec.europa.eu |
ONTWERP VERORDENING (EG) Nr. …/…VAN DE COMMISSIE
van …
betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag op de-minimissteun in de landbouwproductiesector
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 994/98 van de Raad van 7 mei 1998 betreffende de toepassing van de artikelen 92 en 93 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap op bepaalde soorten van horizontale steunmaatregelen (1), en met name op artikel 2, lid 1,
[Na bekendmaking van deze ontwerpverordening (2)],
[Na raadpleging van het Adviescomité inzake overheidssteun],
Overwegende hetgeen volgt:
|
(1) |
In Verordening (EG) nr. 994/98 wordt de Commissie gemachtigd om bij verordening een plafond vast te stellen beneden hetwelk er wordt vanuit gegaan dat steunmaatregelen niet aan alle criteria van artikel 87, lid 1, van het Verdrag voldoen en derhalve niet onder de aanmeldingsprocedure van artikel 88, lid 3, van het Verdrag vallen. |
|
(2) |
De Commissie heeft in een groot aantal beschikkingen de artikelen 87 en 88 van het Verdrag toegepast en met name het begrip „steun” in de zin van artikel 87, lid 1, van het Verdrag verduidelijkt. Zij heeft in haar mededeling over de-minimissteun (3) en vervolgens in Verordening (EG) nr. 69/2001 van de Commissie van 12 januari 2001 betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag op de-minimissteun (4) tevens uiteengezet welk beleid zij voert ten aanzien van een de-minimisplafond beneden hetwelk er kan worden vanuit gegaan dat artikel 87, lid 1, van het Verdrag niet van toepassing is. Gelet op de bijzondere regels die in de landbouwsector van toepassing zijn, en gezien de mogelijkheid dat in deze sector zelfs kleine steunbedragen aan de criteria van artikel 87, lid 1, van het Verdrag voldoen, is Verordening (EG) nr. 69/2001 niet op deze sector van toepassing. |
|
(3) |
Aangezien in de loop der jaren evenwel is gebleken dat, mits bepaalde voorwaarden zijn vervuld, eveneens de mogelijkheid bestaat dat de zeer lage steunbedragen die in de landbouwsector worden toegekend, niet voldoen aan de criteria van artikel 87, lid 1, van het Verdrag, heeft de Commissie voor de toekenning van de-minimissteun in deze sector regels vastgesteld in Verordening (EG) nr. 1860/2004 van de Commissie van 6 oktober 2004 betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag op de de-minimissteun in de landbouwsector en de visserijsector (5). In deze verordening, die geldt voor zowel de primaire productie, als de verwerking en afzet van landbouwproducten, is bepaald dat er wordt vanuit gegaan dat de totale aan een onderneming toegekende de-minimissteun niet aan alle criteria van artikel 87, lid 1, van het Verdrag voldoet, indien dat bedrag over een periode van drie jaar niet meer bedraagt dan 3 000 EUR per begunstigde en het cumulatieve steunbedrag dat aan ondernemingen in de landbouwsector wordt verleend niet meer bedraagt dan 0,3 % van de productiewaarde van de landbouw op jaarbasis. |
|
(4) |
Verwerking en afzet van landbouwproducten, als bedoeld in artikel 1, lid 2, onder b) en c), van Verordening (EG) nr. 1998/2006 van de Commissie van 15 december 2006 betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag op de-minimissteun, vertonen zoveel gelijkenissen met de in die verordening gedekte industriële activiteiten dat is besloten de verwerking en afzet van landbouwproducten eveneens in het toepassingsgebied van Verordening (EG) nr. 1998/2006 op te nemen. Deze activiteiten zijn bijgevolg uitgesloten van de werkingssfeer van Verordening (EG) nr. 1860/2004. Voor de eveneens in Verordening (EG) nr. 1860/2004 opgenomen sectoren visserij en aquacultuur zal een aparte de-minimisverordening worden vastgesteld. Omwille van de duidelijkheid moet Verordening (EG) nr. 1860/2004 worden ingetrokken en vervangen door een nieuwe verordening die uitsluitend van toepassing is op de landbouwproductiesector. |
|
(5) |
Uit de ervaring van de Commissie blijkt dat het maximale steunbedrag dat over een periode van drie jaar per begunstigde mag worden verleend, alsmede het plafond voor de maximale jaarproductie van de landbouwsector, kunnen worden verhoogd, respectievelijk van 3 000 tot 6 000 EUR en van 0,3 % tot 0,6 %, zonder dat dit het handelsverkeer tussen de lidstaten negatief beïnvloedt, de mededinging vervalst of dreigt te vervalsen en zonder dat de met inachtneming van die grenswaarden toegekende steun onder artikel 87, lid 1, van het Verdrag valt, met dien verstande dat aan een aantal voorwaarden moet worden voldaan. Bovendien zal deze verhoging leiden tot een verlichting van het administratieve werk. Steunbedragen van meer dan 6 000 EUR mogen niet in kleinere tranches worden opgesplitst om in aanmerking te komen voor toepassing van deze verordening. |
|
(6) |
Deze verordening is niet van toepassing op exportsteun en steun ter bevordering van het gebruik van binnenlandse in plaats van ingevoerde producten. Met name steun voor de oprichting en de exploitatie van een distributienet in andere landen moet van de werkingssfeer worden uitgesloten. Steun ter compensatie van de kosten van deelname aan handelsbeurzen en van studies en adviesdiensten die noodzakelijk zijn voor het uitbrengen van een nieuw of een bestaand product op een nieuwe markt, is in de regel geen exportsteun. |
|
(7) |
Het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen heeft in zijn jurisprudentie vastgesteld dat, wanneer de Gemeenschap een regeling voor de totstandbrenging van een gemeenschappelijke marktordening in een bepaalde landbouwsector heeft vastgesteld, de lidstaten zich dienen te onthouden van elke maatregel die daarvan afwijkt of er inbreuk op maakt (6). Deze verordening is derhalve niet van toepassing op steun waarvan het bedrag is vastgesteld op basis van de prijs van gekochte of op de markt gebrachte producten of de hoeveelheid daarvan. |
|
(8) |
Omwille van de doorzichtigheid, de gelijke behandeling en de juiste toepassing van het de-minimisplafond moeten de lidstaten dezelfde berekeningsmethode toepassen. Om deze berekening te vergemakkelijken, dienen steunbedragen die in een andere vorm dan een subsidie worden verleend, in bruto-subsidie-equivalent te worden omgerekend. Het bruto-subsidie-equivalent van transparante steun die in een andere vorm dan een subsidie of in meerdere tranches wordt verleend, moet worden berekend aan de hand van de rentevoeten die op het tijdstip van de toekenning van de steun op de markt van kracht zijn. Met het oog op een uniforme, transparante en eenvoudige toepassing van de regels inzake staatssteun dient de mogelijkheid te worden overwogen om in dit verband gebruik te maken van de referentierentevoeten die de Commissie regelmatig vaststelt op basis van objectieve criteria en die worden bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie of op internet. Om rekening te houden met de gestelde zekerheden of het met de begunstigde verbonden risico kan het evenwel noodzakelijk zijn extra basispunten toe te voegen aan het minimumtarief. |
|
(9) |
Tevens in het belang van de doorzichtigheid, de gelijke behandeling en de juiste toepassing van het de-minimisplafond is deze verordening slechts van toepassing op transparante de-minimissteun. Transparante steun is steun waarvan het bruto-subsidie-equivalent vooraf precies kan worden berekend zonder dat een risicoanalyse hoeft te worden uitgevoerd. Dergelijke precieze berekeningen kunnen bijvoorbeeld worden uitgevoerd wanneer het gaat om subsidies, rentesubsidies en belastingvrijstellingen waarvoor een plafond geldt. Steun in de vorm van zachte leningen wordt als transparante de-minimissteun beschouwd, indien voor het berekenen van het bruto-subsidie-equivalent de marktrente is gebruikt die van toepassing is op het tijdstip dat de steun wordt toegekend. Steun in de vorm van kapitaalinjecties wordt alleen als transparante de-minimissteun beschouwd, indien het totale bedrag dat de overheid per begunstigde inbrengt, onder het de-minimisplafond blijft. Steun in de vorm van risicokapitaalmaatregelen als bedoeld in de communautaire richtsnoeren inzake staatssteun ter bevordering van risicokapitaalinvesteringen in kleine en middelgrote ondernemingen (7) geldt alleen als transparante de-minimissteun, indien de middelen die in het kader van de betrokken risicokapitaalregeling aan elke onderneming worden verstrekt, onder het de-minimisplafond blijven. Gezien het niveau van de bedragen die gelden als bedragen die de mededinging niet vervalsen of dreigen te vervalsen en bijgevolg voor de toepassing van deze verordening niet onder artikel 87, lid 1, van het Verdrag vallen, dient het genoemde Verdragsartikel niet van toepassing te zijn op steun in de vorm van zekerheden. |
|
(10) |
Deze verordening is niet van toepassing op ondernemingen in moeilijkheden in de zin van de communautaire richtsnoeren inzake reddings- en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden (8), gelet op de moeilijkheden die zijn verbonden aan de vaststelling van het bruto-subsidie-equivalent van steun die aan deze soort van ondernemingen wordt verleend. |
|
(11) |
Overeenkomstig de beginselen die voor steun in de zin van artikel 87, lid 1, van het Verdrag gelden, wordt het tijdstip waarop de onderneming krachtens de toepasselijke nationale regelgeving een wettelijke aanspraak op de steun verwerft, als ontstaansfeit voor de verlening van de de-minimissteun beschouwd. |
|
(12) |
Om te vermijden dat de in verschillende communautaire instrumenten vastgestelde maximale steunintensiteiten worden omzeild, mag de-minimissteun niet worden gecumuleerd met staatssteun ter dekking van dezelfde in aanmerking komende kosten, indien die cumulering ertoe zou leiden dat de steunintensiteit hoger uitkomt dan het niveau dat gezien de specifieke omstandigheden van elk geval in de communautaire regelgeving is vastgesteld. |
|
(13) |
Deze verordening laat de mogelijkheid onverlet dat een door een lidstaat goedgekeurde maatregel op basis van andere gronden dan die welke in deze verordening worden uiteengezet niet als staatssteun in de zin van artikel 87, lid 1, van het Verdrag wordt aangemerkt, bijvoorbeeld in het geval van kapitaalinjecties, omdat tot dit soort maatregel is besloten in overeenstemming met het beginsel van een particuliere investeerder in de normale omstandigheden van een markteconomie. |
|
(14) |
De Commissie dient erop toe te zien dat de staatssteunregels worden nageleefd en met name dat, wanneer op grond van de de-minimisregel steun wordt verleend, de desbetreffende voorwaarden in acht worden genomen. Overeenkomstig het in artikel 10 van het Verdrag neergelegde samenwerkingsbeginsel moeten de lidstaten de vervulling van deze taak vergemakkelijken door de nodige maatregelen te treffen om te waarborgen dat het totale bedrag van de op grond van de de minimis-regel verleende steun over een periode van drie jaar niet meer bedraagt dan 6 000 EUR per begunstigde of dan het algemene maximum dat de Commissie op basis van de productiewaarde van de landbouw per lidstaat vaststelt. Hiertoe is het aangewezen dat de lidstaten bij het verlenen van de-minimissteun de betrokken onderneming meedelen dat de verleende steun de-minimissteun is, volledige informatie krijgen over andere in de laatste drie jaar ontvangen de-minimissteun en nauwgezet nagaan of het de-minimisplafond niet door de nieuwe de-minimissteun wordt overschreden. Bij wijze van alternatief kan de inachtneming van het plafond ook worden gewaarborgd door middel van een centraal register. |
|
(15) |
Verordening (EG) nr. 1860/2004 loopt af op 31 december 2008. Aangezien de onderhavige verordening vóór die datum in werking moet treden, moet worden verduidelijkt welke gevolgen zij heeft voor de toepasselijkheid van de erin vervatte bepalingen op de steun die krachtens Verordening (EG) nr. 1860/2004 wordt toegekend aan ondernemingen van de landbouwproductiesector. |
|
(16) |
Gezien de ervaring van de Commissie en gezien de noodzaak het staatssteunbeleid van de Commissie geregeld te herzien, dient de geldigheidsduur van deze verordening te worden beperkt. Mocht de geldigheidsduur van deze verordening verstrijken zonder dat zij is verlengd, dienen de lidstaten te beschikken over een aanpassingsperiode van zes maanden met betrekking tot de-minimissteun die onder deze verordening valt, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Werkingssfeer
Deze verordening is van toepassing op steun die aan ondernemingen van de landbouwproductiesector wordt verleend, met uitzondering van:
|
a) |
steun waarvan het bedrag is vastgesteld op basis van de prijs van de op de markt gebrachte producten of de hoeveelheid daarvan; |
|
b) |
steun voor werkzaamheden die verband houden met de uitvoer, met name steun die rechtstreeks gekoppeld is aan de uitgevoerde hoeveelheden, de oprichting en exploitatie van een distributienet of andere lopende uitgaven in verband met uitvoeractiviteiten; |
|
c) |
steun die afhangt van het gebruik van binnenlandse in plaats van ingevoerde goederen; |
|
d) |
steun verleend aan ondernemingen in moeilijkheden. |
Artikel 2
Definities
In deze verordening wordt verstaan onder:
|
1) |
„ondernemingen van de landbouwproductiesector”: ondernemingen die actief zijn op het gebied van de primaire productie van landbouwproducten; |
|
2) |
„landbouwproducten”: de in bijlage I bij het Verdrag opgenomen producten, met uitzondering van visserijproducten en producten van de aquacultuur die vallen onder Verordening (EG) nr. 104/2001 van de Raad (9). |
Artikel 3
De-minimissteun
1. Steunmaatregelen worden beschouwd als zijnde niet in overeenstemming met alle criteria van artikel 87, lid 1, van het Verdrag en vallen derhalve niet onder de aanmeldingsverplichting van artikel 88, lid 3, van het Verdrag, indien zij aan de in de leden 2 tot en met 7 van het onderhavige artikel vastgestelde voorwaarden voldoen.
2. Het totale bedrag van de de-minimissteun die aan één onderneming wordt verleend, mag niet hoger zijn dan 6 000 EUR over een periode van drie jaar. Dit plafond is van toepassing ongeacht de vorm en het doel van de steun.
3. Het gecumuleerde bedrag van de-minimissteun die een lidstaat over een periode van drie jaar aan de ondernemingen van de landbouwproductiesector toekent, mag niet hoger zijn dan het in de bijlage vastgestelde bedrag.
4. De in de leden 2 en 3 vastgestelde plafonds worden uitgedrukt als een subsidie. Alle gebruikte cijfers zijn brutocijfers, dat wil zeggen vóór aftrek van de directe belastingen. Wanneer steun in een andere vorm dan een subsidie wordt verleend, is het steunbedrag het bruto-subsidie-equivalent van de steun.
5. Van steun die in tranches wordt uitgekeerd, wordt door discontering de waarde op het ogenblik van de verlening ervan berekend. De rentevoet die voor de discontering en de berekening van het bruto-subsidie-equivalent wordt gebruikt, is de referentierentevoet die geldt op het tijdstip waarop de steun wordt verleend.
6. De-minimissteun moet transparant zijn. Transparante steun is steun waarvan het bruto-subsidie-equivalent vooraf precies als percentage van de in aanmerking komende kosten kan worden berekend zonder dat een risicoanalyse hoeft te worden uitgevoerd (onder meer subsidies, rentesubsidies en belastingvrijstellingen waarvoor een plafond geldt).
Steun in de vorm van leningen wordt als transparante steun beschouwd, indien voor het berekenen van het bruto-subsidie-equivalent de marktrentevoet is gebruikt die van toepassing is op het tijdstip dat de steun wordt toegekend.
Steun in de vorm van kapitaalinjecties wordt alleen als transparante steun beschouwd, indien het totale bedrag dat de overheid per begunstigde inbrengt, onder het in lid 2 bedoelde plafond blijft.
Steun in de vorm van risicokapitaalmaatregelen wordt alleen als transparante steun beschouwd, indien de middelen die in het kader van de betrokken risicokapitaalregeling aan elke begunstigde worden verstrekt, onder het in lid 2 bedoelde plafond blijven.
7. De-minimissteun mag niet worden gecumuleerd met staatssteun ter dekking van dezelfde in aanmerking komende kosten, indien deze cumulering ertoe leidt dat een steunintensiteit hoger uitkomt dan het niveau dat gezien de specifieke omstandigheden van elk geval in de communautaire regelgeving is vastgesteld.
8. Indien het totale in het kader van een steunmaatregel verleende steunbedrag het in lid 2 bedoelde plafond overschrijdt, kan deze verordening niet voor dat steunbedrag worden ingeroepen, zelfs niet voor het gedeelte ervan dat het plafond niet overschrijdt. In dat geval kan voor deze steunmaatregel noch op het tijdstip van steunverlening noch op een later tijdstip deze verordening worden ingeroepen.
Artikel 4
Monitoring
1. Wanneer een lidstaat voornemens is de-minimissteun aan een onderneming te verlenen, stelt hij de onderneming schriftelijk in kennis van het voorgenomen steunbedrag (uitgedrukt als bruto-subsidie-equivalent) en van het feit dat het de-minimissteun betreft, waarbij uitdrukkelijk wordt verwezen naar deze verordening en de titel en de vindplaats ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Elke begunstigde onderneming dient bij de lidstaat een verklaring in waarin staat dat het door die onderneming ontvangen bedrag het in artikel 3, lid 2, vastgestelde plafond niet overschrijdt. Bij overschrijding van dat bedrag ziet de betrokken lidstaat erop toe dat de steunmaatregel in het kader waarvan het plafond is overschreden, bij de Commissie wordt aangemeld of dat de steun wordt teruggevorderd van de begunstigde onderneming.
2. Een lidstaat kan slechts nieuwe de-minimissteun verlenen nadat hij is nagegaan of de nieuwe steun het totale bedrag van de gedurende de referentieperiode van drie jaar ontvangen steun niet zodanig doet toenemen dat het in artikel 3, lid 3, vastgestelde plafond wordt overschreden.
3. Wanneer een lidstaat een centraal register van de-minimissteun heeft ingevoerd waarin alle gegevens zijn vervat over alle de-minimissteun die binnen de werkingssfeer van deze verordening valt en die door alle autoriteiten van die lidstaat is verstrekt, vervalt de in lid 1, tweede alinea, gestelde eis zodra het register een periode van drie jaar bestrijkt.
4. De lidstaten registreren en verzamelen alle informatie die betrekking heeft op de toepassing van deze verordening. Deze dossiers moeten alle informatie bevatten die nodig is om na te gaan of aan de voorwaarden van de verordening is voldaan.
De bewaartermijn voor de in de eerste alinea bedoelde gegevens bedraagt
|
a) |
voor individuele de-minimissteun: tien jaar, te rekenen vanaf het tijdstip van de toekenning van de steun; |
|
b) |
voor de-minimissteunregelingen: tien jaar, te rekenen vanaf het tijdstip van de toekenning van de laatste individuele de-minimissteun in het kader van de betrokken regeling. |
5. De betrokken lidstaat verstrekt de Commissie op haar schriftelijk verzoek binnen 20 werkdagen, of binnen de langere termijn die de Commissie in haar verzoek vaststelt, alle gegevens die de Commissie nodig acht om na te gaan of aan de voorwaarden van deze verordening is voldaan, en met name om vast te stellen welk totaalbedrag aan de-minimissteun een bepaalde onderneming heeft ontvangen.
Artikel 5
Intrekking
Verordening (EG) nr. 1860/2004 wordt per 1 januari 2008 ingetrokken.
Artikel 6
Overgangsbepalingen
1. De onderhavige verordening is van toepassing op de steun die krachtens Verordening (EG) nr. 1860/2004 aan ondernemingen van de landbouwproductiesector wordt toegekend en aan de voorwaarden van de genoemde verordening voldoet, op voorwaarde dat de betrokken steun onder de werkingssfeer van de onderhavige verordening valt en tevens voldoet aan de in artikel 3 van de onderhavige verordening vastgestelde voorwaarden. Steun die niet aan deze laatste voorwaarden voldoet, wordt door de Commissie beoordeeld overeenkomstig de ter zake relevante kaderregelingen, richtsnoeren, mededelingen en bekendmakingen.
2. Na het verstrijken van de geldigheidsduur van deze verordening kan alle de-minimissteun die aan de voorwaarden van deze verordening voldoet, nog gedurende ten hoogste zes maanden ten uitvoer worden gelegd.
Artikel 7
Inwerkingtreding en geldigheidsduur
Deze verordening treedt in werking op de zevende dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing vanaf 1 januari 2008 tot en met 31 december 2013.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, […]
Voor de Commissie
[…]
Lid van de Commissie
BIJLAGE
Het in artikel 3, lid 3, bedoelde maximale gecumuleerde bedrag van de-minimissteun voor ondernemingen van de landbouwproductiesector, per lidstaat
|
(in euro) |
|
|
BE |
41 148 000 |
|
BG |
20 784 000 |
|
CZ |
21 738 000 |
|
DK |
52 438 000 |
|
DE |
264 060 000 |
|
EE |
2 838 000 |
|
IE |
37 014 000 |
|
EL |
72 636 000 |
|
ES |
262 800 000 |
|
FR |
389 034 000 |
|
IT |
274 290 000 |
|
CY |
3 570 000 |
|
LV |
8 286 000 |
|
LT |
4 218 000 |
|
LU |
1 668 000 |
|
HU |
39 402 000 |
|
MT |
738 000 |
|
NL |
122 964 000 |
|
AT |
34 824 000 |
|
PL |
85 698 000 |
|
PT |
43 860 000 |
|
RO |
81 924 000 |
|
SL |
6 624 000 |
|
SK |
11 484 000 |
|
FI |
25 398 000 |
|
SE |
28 668 000 |
|
UK |
148 326 000 |
(1) PB L 142 van 14.5.1998, blz. 1.
(2) PB C 151 van 5.7.2007, blz. 16.
(3) PB C 68 van 6.3.1996, blz. 9.
(4) PB L 10 van 13.1.2001, blz. 30.
(5) PB L 325 van 28.10.2004, blz. 4. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1998/2006 (PB L 379 van 28.12.2006, blz. 5).
(6) Arrest van 19 september 2002 in zaak C-113/00, Spanje versus de Europese Commissie, Jurispr. 2002, blz. I-7601, punt 73.
(7) PB C 194 van 18.8.2006, blz. 2.
(8) PB C 244 van 1.10.2004, blz. 2.
(9) PB L 17 van 21.1.2000, blz. 22.
ANDERE BESLUITEN
Commissie
|
5.7.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 151/21 |
Bekendmaking van een aanvraag overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen
(2007/C 151/08)
Deze bekendmaking verleent het recht om op grond van artikel 7 van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad (1) bezwaar aan te tekenen tegen de aanvraag. Bezwaarschriften moeten de Commissie bereiken binnen zes maanden te rekenen vanaf de datum van deze bekendmaking.
SAMENVATTING
VERORDENING (EG) Nr. 510/2006 VAN DE RAAD
„LINGOT DU NORD”
EG-nummer: FR/PGI/005/0301/18.6.2003
BOB ( ) BGA ( X )
Deze samenvatting bevat de belangrijkste gegevens uit het productdossier ter informatie.
1. Bevoegde dienst van de lidstaat:
|
Naam: |
Institut National des Appellations d'origine |
||
|
Adres: |
|
||
|
Tel.: |
(33-1) 53 89 80 00 |
||
|
Fax: |
(33-1) 53 89 80 60 |
||
|
E-mail: |
info@inao.gouv.fr |
2. Groepering:
|
Naam: |
Association Lingot du Nord |
||
|
Adres: |
|
||
|
Tel.: |
(33-3) 28 49 65 32 |
||
|
Fax: |
— |
||
|
E-mail: |
lingot-du-nord@wanadoo.fr |
||
|
Samenstelling: |
Producenten/verwerkers ( X ) Andere samenstelling ( ) |
3. Productcategorie:
Categorie 1.6: Groenten, fruit en granen, in ongewijzigde staat of verwerkt.
4. Productdossier:
(Samenvatting van de in artikel 4, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 voorgeschreven gegevens)
4.1. Naam: „Lingot du Nord”
4.2. Beschrijving: De benaming „Lingot du Nord” mag uitsluitend worden gebruikt voor de variëteit „lingot” (lange witte boon) van de witte boon die in het dal van de Lys wordt geteeld op gronden met een kleigehalte van meer dan 20 % (tolerantie tot 18 %) en vervolgens op ruiters wordt gedroogd, gedorst en in het jaar van de oogst in de handel wordt gebracht. Deze „Lingots du Nord” hebben een fijne en zachte textuur en behoeven voorafgaand aan het koken niet te worden geweekt.
De bonen hebben de navolgende eigenschappen:
rechte, niet-niervormige, nagenoeg cilindervormige en vaak aan één eind afgeplatte bonen,
wit tot gebroken wit van kleur,
fijne en zachte schil,
gemiddelde lengte van 16 mm met een maximale afwijking van 6 mm tussen de kortste en de langste boon.
De „Lingot” heeft de volgende organoleptische eigenschappen:
Uit vergelijkende smaakproeven met een gewone droge witte boon is gebleken dat aan de „Lingot du Nord” de voorkeur wordt gegeven vanwege zijn witte kleur, zijn dunne schil, zijn malsheid, zijn zachte textuur, zijn kenmerkende, niet-melige smaak, zijn homogene grootte en het geringe aantal afwijkingen.
De „Lingot du Nord” wordt aan de consument verkocht in netten, plastic zakken met microperforaties, doosjes van 250 of 500 g of los (in jutezakken van 10, 25 of 50 kg). De grootte is homogeen, een verschil van 6 mm tussen de grootste en de kleinste boon is toegestaan. Aarde, dopresten, en kleine geplette of gevlekte exemplaren zijn niet aanwezig; hierbij geldt een (gewichts)tolerantie van 0,5 %.
4.3. Geografisch gebied: De „Lingot du Nord” wordt geteeld in de gemeenten die zijn gelegen in het dal van de Lys, waar de grond een kleigehalte van ≥ 20 % heeft (tolerantie tot 18 %). Dit kleigehalte is van invloed op de malsheid van de Lingot du Nord.
De zaden waaruit de bonen worden geteeld, worden in onderstaand geografisch gebied gekweekt. De oogst van de „Lingot du Nord” vindt plaats in ditzelfde geografische gebied.
De lijst van gemeenten is als volgt vastgesteld:
4.4. Bewijs van oorsprong: Na het oogsten wordt de „Lingot du Nord” los in zakken verpakt en geleverd aan een sorteer- en verpakkingscentrum. Elke geleverde zak is voorzien van een etiket waarop de initialen van de producent, het perceelnummer en de oogstdatum vermeld staan.
Na sortering (op grootte) wordt de „Lingot du Nord” voor de handel verpakt en voorzien van een partijnummer aan de hand waarvan het productieperceel van de „Lingot du Nord” en dat van de zaden kan worden getraceerd, en van de datum waarop het product werd verpakt.
Alleen de oogst van het lopende jaar wordt onder een BGA verkocht. De bonen die in het jaar N zijn geoogst, vallen dus in het jaar N+1 niet meer onder de BGA.
4.5. Werkwijze voor het verkrijgen van het product: De „Lingot du Nord” wordt geteeld uit gecertificeerde zaden van de plaatselijk geproduceerde „Lingot”, volgens hetzelfde schema als de voor de consumptie bestemde „Lingot”, op percelen in de BGA-zone met een kleigehalte van ten minste 20 % (tolerantie tot 18 %). De bemesting wordt afgestemd op de resultaten van bodemanalyses en de behoefte van de plant.
Als de meeste bladeren zijn gevallen, wordt de „Lingot du Nord” geoogst en op de akker gedurende ten minste 7 dagen op ruiters gedroogd. Na het drogen wordt de „Lingot du Nord” verzameld, op een droge en geventileerde plaats opgeslagen en vervolgens gedorst met traditionele dorsmachines die „bogueuses” worden genoemd en waarin de bonen niet worden geplet, of met dorsvlegels. Vervolgens worden ze gesorteerd en verpakt.
4.6. Verband:
|
— |
Een bijzondere eigenschap: de lokale kennis De „Lingot du Nord” dankt zijn eigenschappen hoofdzakelijk aan de lokaal aanwezige kennis die al meer dan 100 jaar op dezelfde wijze in de praktijk wordt toegepast. Daarbij worden de bonen op traditionele wijze in de open lucht gedroogd. Deze droogmethode wordt al sinds 1865 toegepast. Zij werd allereerst gekozen en in stand gehouden omdat het klimaat in het dal van de Lys bijzonder geschikt is voor deze manier van drogen. Dat klimaat kenmerkt zich met name door weinig regen in de maanden augustus en september, dus in de periode waarin de bonen op ruiters worden gedroogd. Bovendien bevordert in deze tijd de in hoofdzaak oostelijke, noordelijke en noordoostelijke wind het drogen van de bonen. Verder worden de „Lingots” geoogst wanneer zij nog niet volledig zijn gerijpt, omdat anders de bonen uit de dop zouden komen. Door de constructie van de ruiters kunnen de „Lingots” volledig rijpen tijdens het drogen en zijn zij toch beschut tegen de regen. Bovendien is de vlakte van de Lys een gebied waar meerdere gewassen worden geteeld en de bedrijven klein zijn. De teelt van de Lingot du Nord is dus zeer arbeidsintensief en is in het geheel niet gemechaniseerd. Het feit dat de Lingot wordt geteeld op familiebedrijven verklaart ook dat de teelt van dit gewas van generatie op generatie wordt overgedragen. Ten slotte is het vlies van de „Lingot” minder dik dan dat van andere bonen, waaronder de flageolet. Door het drogen op ruiters, waardoor de bonen optimaal worden belucht, verhardt dit vlies niet en blijft de zachtheid van de schil van de „Lingot” bewaard. Juist vanwege die zachte schil wordt de „Lingot” altijd gedorst met traditionele dorsmachines, die „bogueuses” worden genoemd. Dit zijn oude graandorsers, waarvan de dorstrommel is aangepast en langzamer draait, om te voorkomen dat de bonen breken, hetgeen het geval zou zijn met een maaidorser. Concluderend: op de vlakte van de Lys kon deze traditionele manier van drogen in stand worden gehouden door de aard van de daar gevestigde bedrijven en het bijzondere klimaat. Omdat de oogst in hetzelfde jaar wordt geconsumeerd, blijft de schil van de „Lingot du Nord” dun en is hij zacht en mals. |
|
— |
Bijzondere eigenschappen De teelt van de Lingot du Nord past bijzonder goed bij de eigenschappen van de bodem en het klimaat in het teeltgebied. De vlakte van de Lys is namelijk een vruchtbare regio. Zij bevindt zich in een lager gedeelte dat naar de Lys toe loopt en zich kenmerkt door een hoog kleigehalte. De kleirijkdom van de bodem is van invloed op de smaakeigenschappen van de „Lingot” en op zijn goede eigenschappen bij het koken. Anderzijds is de vlakte van de Lys minder vochtig dan de aangrenzende regio Lille. Deze geringe vochtigheid, die zich over het gehele jaar uitstrekt, is gunstig voor de groei van bonen, die een losse, niet al te droge (omdat anders de bonen niet zouden kiemen) maar ook niet te vochtige (daarin zouden de bonen verrotten) grond nodig hebben. Het klimaat kenmerkt zich ook door een tamelijk gelijkmatige en zachte temperatuur, weinig uitschieters in met name de zomer, gematigde dagtemperaturen en vanwege de bewolking niet al te koude nachten. Verder blijft de vochtigheidsgraad voldoende en is droogte uitzonderlijk. Dit klimaat is bijzonder geschikt voor de „Lingot du Nord”, die zeer goed groeit op siliciumhoudend kleislib en overmatige regen niet goed verdraagt, met name bij het kiemen en wanneer hij is gerijpt. Voor een goede (regelmatige) groei heeft de boon warmte en een vochtige grond nodig. Ten slotte kan de „Lingot” door een vaak zonnig naseizoen volledig in de dop rijpen en traditioneel op ruiters in de open lucht worden gedroogd. Daarom bestaat deze teelt al meer dan 100 jaar, met dezelfde lokaal geproduceerde zaden, die bijzonder geschikt zijn voor de omstandigheden van bodem en klimaat. Dit zaad wordt jaarlijks met zorg vermenigvuldigd op basis van de vorige oogst en wordt kort voor het zaaien altijd apart gedorst. Er is vastgesteld dat de opkomst beter verloopt met vers gedorste doppen. Concluderend: de teelt van de Lingot is kenmerkend voor de regio door het gebruik van zaden die bijzonder geschikt zijn voor de bodem en het klimaat van de regio die, in combinatie met de traditionele teelt- en droogwijzen, zorgen voor een dunne en zachte schil en een volle en zachte textuur. |
|
— |
Faam Dankzij een voor de groei van de „Lingot” gunstige bodem en klimaat is de teelt van de „Lingot du Nord” een traditionele teelt van de regio Merville geworden. Deze teelt gaat namelijk in de arrondissementen Armentières, Hazebrouk en Merville terug tot 1856. Destijds was het de belangrijkste variëteit van de in het departement „Nord” geteelde boon. De „Lingot du Nord” werd overigens al op de Wereldtentoonstelling van 1867 gepresenteerd. In 1909 werd hij verbouwd op een areaal van 4 400 ha. In 1950 is de „Lingot du Nord” volgens de heer Cassez de meest voorkomende boon in het dal van de Lys. De „Lingot du Nord” wordt ook gebruikt door koks uit de regio, die een ravioli van kikkers met jus van peterselie en „Lingots du Nord” maken, koeienstaart met „Lingots du Nord” of huisgemaakte stoofpot met „Lingots du Nord”. Ook staat de Lingot du Nord op het menu bij de tweewekelijkse traditionele „Tables Régionales du Nord Pas de Calais”. Ten slotte wordt er jaarlijks een manifestatie met de naam „Ducasse à Pierrots” georganiseerd in de regio „Nord Pas de Calais” en met name in Saint André lez Lille. De traditie wil al sinds 1920 dat bij deze manifestatie de Lingot du Nord samen met gerookte worst op het menu staat. |
4.7. Controlestructuur:
|
Naam: |
Qualinorpa |
||
|
Adres: |
|
||
|
Tel.: |
(33-3) 28 38 94 84 |
||
|
Fax: |
(33-3) 28 38 90 87 |
||
|
E-mail: |
contact@qualinorpa.com |
4.8. Etikettering: Overeenkomstig de geldende voorschriften worden op het etiket met name de belangrijkste eigenschappen van het product („Récolte de l'année”, „Texture fondante”, „Trempage inutile”) („Oogst van het jaar”, „Malse textuur” en „Weken niet nodig”) vermeld.
(1) PB L 93 van 31.3.2006, blz. 12.
Rectificaties
|
5.7.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 151/25 |
Bekendmaking van een aanvraag in de zin van artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen
( Publicatieblad van de Europese Unie C 88 van 21 april 2007 )
(2007/C 151/09)
Op bladzijde 11, punt 4.1:
in plaats van:
„Λουκουμιού Γεροσκήπου” („Loukoumi Geroskipou”)
te lezen:
„Λουκούμι Γεροσκήπου” („Loukoumi Geroskipou”).