ISSN 1725-2474

Publicatieblad

van de Europese Unie

C 139

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Mededelingen en bekendmakingen

50e jaargang
23 juni 2007


Nummer

Inhoud

Bladzijde

 

I   Resoluties, aanbevelingen, richtsnoeren en adviezen

 

ADVIEZEN

 

De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

2007/C 139/01

Derde advies van de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming betreffende het voorstel voor een kaderbesluit van de Raad over de bescherming van persoonsgegevens die worden verwerkt in het kader van de politiële en justitiële samenwerking in strafzaken

1

 

II   Mededelingen

 

MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN EN ORGANEN VAN DE EUROPESE UNIE

 

Commissie

2007/C 139/02

Goedkeuring van de steunmaatregelen van de staten in het kader van de bepalingen van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag — Gevallen waartegen de Commissie geen bezwaar maakt ( 1 )

11

2007/C 139/03

Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie (Zaak COMP/M.4613 — Eurazeo S.A./Apcoa Parking Holdings Gmbh) ( 1 )

16

 

IV   Informatie

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN EN ORGANEN VAN DE EUROPESE UNIE

 

Commissie

2007/C 139/04

Wisselkoersen van de euro

17

2007/C 139/05

Resultaten van de verkoop van alcohol uit wijnbouwproducten die in het bezit was van interventiebureaus

18

 

INITIATIEVEN VAN DE LIDSTATEN

2007/C 139/06

Door de lidstaten medegedeelde inlichtingen betreffende staatssteun die wordt toegekend op grond van Verordening (EG) nr. 1628/2006 van de Commissie van 24 oktober 2006 betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag op nationale regionale investeringssteun ( 1 )

35

 

V   Bekendmakingen

 

PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID

 

Commissie

2007/C 139/07

Voorafgaande aanmelding van een concentratie (Zaak COMP/M.4757 — Nordic Capital/Thule) ( 1 )

38

2007/C 139/08

Voorafgaande aanmelding van een concentratie (Zaak COMP/M.4739 — Halder/NPM Capital/ANP) — Zaak die in aanmerking kan komen voor een vereenvoudigde procedure ( 1 )

39

 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

 


I Resoluties, aanbevelingen, richtsnoeren en adviezen

ADVIEZEN

De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming

23.6.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 139/1


Derde advies van de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming betreffende het voorstel voor een kaderbesluit van de Raad over de bescherming van persoonsgegevens die worden verwerkt in het kader van de politiële en justitiële samenwerking in strafzaken

(2007/C 139/01)

DE EUROPESE TOEZICHTHOUDER VOOR GEGEVENSBESCHERMING,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 286,

Gelet op het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, en met name op artikel 8,

Gelet op Richtlijn 95/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 1995 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (1),

Gelet op Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2000 inzake de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (2), en met name op artikel 41,

BRENGT HET VOLGENDE ADVIES UIT:

I.   INLEIDING

1.

Op 19 december 2005 en 29 november 2006 heeft de EDPS twee adviezen (3) uitgebracht betreffende het voorstel van de Commissie voor een kaderbesluit van de Raad over de bescherming van persoonsgegevens die worden verwerkt in het kader van de politiële en justitiële samenwerking in strafzaken. In deze adviezen benadrukte hij het belang van het voorstel als doeltreffend instrument voor de bescherming van persoonsgegevens op het onder Titel VI van het EU-Verdrag vallende gebied. In zijn tweede advies heeft de EDPS met name uiting gegeven aan zijn bezorgdheid dat de ontwikkelingen in de besprekingen tot een beschermingsniveau van persoonsgegevens leiden dat niet alleen lager is dan de normen van Richtlijn 95/46/EG, maar ook onverenigbaar is met het algemener geformuleerde Verdrag nr. 108 van de Raad van Europa (4).

2.

In januari 2007 heeft het Duitse voorzitterschap een reeks basispunten aangedragen voor een herziening van het voorstel, om de nog resterende voorbehouden weg te nemen en de gegevensbescherming in de derde pijler te verbeteren (5). Het herziene ontwerp-voorstel (6) is op 13 april 2007 aan het EP voorgelegd voor een tweede raadpleging.

3.

Gezien de inhoudelijke wijzigingen en het belang van het herziene voorstel moet de EDPS een nieuw advies uitbrengen. In dit advies staan de voornaamste punten van bezorgdheid van de EDPS centraal en wordt niet meer ingegaan op alle in zijn vorige adviezen gemaakte opmerkingen, aangezien deze geldig blijven voor dit herziene voorstel.

II.   HET DOOR HET DUITSE VOORZITTERSCHAP GEGEVEN NIEUWE ELAN

4.

Het verheugt de EDPS dat het Duitse voorzitterschap zich zeer inzet voor de besprekingen over dit kaderbesluit van de Raad. Het is algemeen bekend dat de besprekingen in de Raad geblokkeerd waren vanwege fundamentele meningsverschillen tussen de lidstaten over essentiële kwesties. Deze besprekingen een nieuw elan geven door een nieuwe tekst voor te leggen was dan ook een wijs besluit van het voorzitterschap.

5.

Het feit dat het Duitse voorzitterschap de besprekingen een nieuw elan heeft gegeven, is op zich zeer positief. Na grondige bestudering echter van de meest recente tekst is de EDPS teleurgesteld over de inhoud ervan. De tekst van het Duitse voorzitterschap lost de verwachtingen niet in, en wel om de volgende redenen:

De tekst verlaagt het niveau van bescherming van de burger, aangezien een aantal essentiële bepalingen met het oog op zijn bescherming die in het Commissievoorstel waren opgenomen, zijn weggelaten.

Het beschermingsniveau van het herziene voorstel is in vele opzichten zelfs lager dan dat van Verdrag nr. 108. Het is bijgevolg onbevredigend en het zal zelfs onverenigbaar zijn met de internationale verplichtingen van de lidstaten.

De nieuwe tekst voegt nieuwe complicaties toe aan het dossier, aangezien hij de gegevensverwerking door Europol, Eurojust en het douane-informatiesysteem van de derde pijler bestrijkt, en hij opent het debat over het toezicht op deze organen. In dit advies wordt met name bezien of een kaderbesluit van de Raad daarvoor een geschikt rechtsinstrument is.

De wetgevingskwaliteit van de tekst is onbevredigend. Afgezien van de keuze van het rechtsinstrument beantwoorden verscheidene bepalingen niet aan de voorschriften van de gemeenschappelijke richtsnoeren voor de redactionele kwaliteit van de communautaire wetgeving (7). Met name is de tekst niet duidelijk, eenvoudig en nauwkeurig geredigeerd, waardoor het voor de burgers moeilijk wordt ondubbelzinnig hun rechten en verplichtingen te kennen.

Het lage beschermingsniveau dat door het voorstel wordt geboden, volstaat niet voor de oprichting van een ruimte van vrijheid, veiligheid en recht waar informatie over wetshandhaving kan worden uitgewisseld tussen politiële en justitiële autoriteiten zonder dat rekening wordt gehouden met de landsgrenzen. Doordat namelijk een hoog en ruim toepasbaar niveau van gegevensbescherming ontbreekt, leidt het voorstel ertoe dat de uitwisseling van informatie nog steeds onderworpen is aan verschillende nationale „oorsprongsregels” en „dubbele normen” die de efficiëntie van de samenwerking op het gebied van wetshandhaving sterk beïnvloeden, zulks terwijl de bescherming van persoonsgegevens niet wordt verbeterd (8).

6.

De EDPS is er zich terdege van bewust hoe moeilijk het is in de Raad unanimiteit te bereiken. De besluitvormingsprocedure kan echter niet een aanpak op basis van de kleinste gemene deler rechtvaardigen die de grondrechten van de EU-burgers en de doeltreffendheid van de wetshandhaving zou hinderen. In dit verband zou het wenselijk zijn dat ten volle rekening wordt gehouden met expertise op het gebied van gegevensbescherming en dat de aanbevelingen die het Europees Parlement in zijn resoluties heeft gedaan (9) naar behoren worden opgenomen.

III.   JURIDISCH KADER EN ONDERWERP VAN DIT ADVIES

7.

Een kaderbesluit over de bescherming van persoonsgegevens in de derde pijler is een essentieel onderdeel van de ontwikkeling van een ruimte van vrijheid, veiligheid en recht. Het toenemende belang van de politiële en justitiële samenwerking in strafzaken alsook de acties die voortvloeien uit het Haags Programma (10) hebben de nadruk gelegd op de noodzaak van gemeenschappelijke normen voor de bescherming van persoonsgegevens in de derde pijler.

8.

Helaas zijn, zoals de EDPS en andere relevante actoren (11) herhaaldelijk hebben bevestigd, de bestaande instrumenten op Europees niveau niet toereikend. Verdrag nr. 108 van de Raad van Europa, dat bindend is voor de lidstaten, stelt fundamentele algemene beginselen inzake gegevensbescherming vast, maar, zelfs als het in het licht van de jurisprudentie van het EHRM moet worden geïnterpreteerd, biedt het niet de nodige duidelijkheid, zoals de EDPS reeds eerder meermaals heeft verklaard (12). Richtlijn 95/46/EG, waarin de beginselen van Verdrag nr. 108 met betrekking tot de interne markt zijn opgenomen en gespecificeerd, is reeds in 1995 aangenomen. Deze richtlijn is niet van toepassing op activiteiten die onder de derde pijler vallen. Voor activiteiten op het gebied van politiële en justitiële samenwerking hebben alle lidstaten Aanbeveling R (87)15 (13) onderschreven, waarin Verdrag nr. 108 in zekere mate op politieel gebied wordt gespecificeerd, maar dit is geen bindend rechtsinstrument.

9.

In dit verband is in Artikel 30, lid 1, onder b), van het VEU bepaald dat gezamenlijk optreden op het gebied van politiële samenwerking dat de verwerking van informatie door wetshandhavingsinstanties met zich meebrengt, onderworpen is aan „passende bepalingen inzake de bescherming van persoonsgegevens”. Deze passende bepalingen bestaan niet, aangezien er geen kaderbesluit van de Raad met een bevredigende inhoud is.

10.

Er kan gemakkelijk een parallel worden getrokken met de ontwikkeling van de interne markt, waarbij een hoog beschermingsniveau van persoonsgegevens in de gehele Gemeenschap als een essentieel element werd beschouwd om belemmeringen voor het vrije verkeer van goederen, diensten, kapitaal en personen weg te nemen, en tot de aanneming van Richtlijn 95/46/EG leidde. Naar analogie daarvan vereist een ruimte van vrijheid, veiligheid en recht waarin informatie zowel op nationaal als op EU-niveau vrij moet kunnen circuleren tussen de wetshandhavingsautoriteiten, een hoog en eenvormig beschermingsniveau van persoonsgegevens in alle lidstaten.

11.

Deze overwegingen staan in contrast met de huidige situatie, waarin er niet een dergelijk algemeen kader bestaat en de bepalingen betreffende de bescherming van persoonsgegevens in de derde pijler „sectorspecifiek” zijn en over verschillende rechtsinstrumenten verspreid zijn (14). Een aantal recente voorstellen (15) bevestigt en versterkt de reeds bestaande versnippering van bepalingen inzake gegevensbescherming op dit gebied en brengt de samenhang ervan in het gedrang. Voorts beïnvloedt het gebrek aan een algemeen kader een vlotte aanneming van vele voorstellen op het gebied van politiële en justitiële samenwerking.

12.

Om die redenen heeft de EDPS in zijn voorgaande adviezen het Commissievoorstel krachtig gesteund en heeft hij passende aanbevelingen gedaan ter verbetering van het voorstel, dat nodig was om voor een passend niveau van bescherming van de burger te zorgen. De EDPS is onveranderlijk van mening dat een algemeen kader voor gegevensbescherming in de derde pijler een hoge en constante gegevensbeschermingsnorm moet garanderen, door voort te bouwen op de beginselen inzake gegevensbescherming van Verdrag nr. 108 en Richtlijn 95/46/EG, waarbij, in voorkomend geval, tevens rekening wordt gehouden met de specifieke aspecten van wetshandhavingsactiviteiten.

13.

De samenhang van dit algemene kader met de beginselen inzake gegevensbescherming van de eerste pijler is des te belangrijker in een context waarin de toenemende betrokkenheid van de privé-sector bij de wetshandhaving meebrengt dat persoonsgegevens van de eerste naar de derde pijler (zoals in het geval van PNR) of van de derde naar de eerste pijler overgaan. Voorbeelden daarvan zijn gemakkelijk te vinden: het gebruik van „no fly”-lijsten waarop personen staan die niet op vliegtuigen mogen worden toegelaten, en welke door luchtvaartmaatschappijen met het oog op wetshandhaving zijn opgesteld voor doeleinden binnen de eerste pijler (commerciële doeleinden en veiligheid tijdens de vlucht), alsook het voorstel betreffende de toegang van wetshandhavingsinstanties tot de VIS-databank, dat als instrument van een gemeenschappelijk visumbeleid is opgesteld (16). Daarom benadrukt de EDPS dat de beginselen inzake gegevensbescherming van de eerste pijler ook voor de derde pijler moeten gelden. Door de specifieke aard van de wetshandhavingsactiviteiten kunnen echter aanvullende of uitzonderlijke maatregelen nodig zijn (17).

14.

Passende, consistente en ruim toepasbare garanties voor gegevensbescherming in de derde pijler zijn niet alleen van essentieel belang om het grondrecht van gegevensbescherming van personen te waarborgen, maar ook om de doeltreffendheid bij de samenwerking op het gebied van wetshandhaving binnen de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht te bevorderen.

15.

Tegen deze achtergrond wordt in dit advies beoordeeld in welke mate het huidige herziene voorstel, overeenkomstig artikel 30, lid 1, onder b), van het VEU, passende bepalingen inzake de bescherming van persoonsgegevens bevat. Daarbij zal de EDPS naar een aantal van de in zijn voorgaande adviezen gedane aanbevelingen verwijzen. In dit advies wordt ook beoordeeld of in het herziene voorstel rekening is gehouden met de internationale verplichtingen van de lidstaten die voortvloeien uit Verdrag nr. 108 van de Raad van Europa en de jurisprudentie van het EHRM, alsook met de beginselen van Aanbeveling R (87)15 betreffende het gebruik van persoonsgegevens op politieel gebied. Voorts zal de EDPS nagaan in hoeverre de bepalingen van het voorstel gevolgen zullen hebben voor de doeltreffendheid van de politiële en justitiële samenwerking.

IV.   VOORNAAMSTE PUNTEN VAN BEZORGDHEID

IV.1.   Toepasbaarheid op de binnenlandse verwerking van persoonsgegevens

16.

Het voorstel bevat nu een overweging waarin wordt gesteld dat de lidstaten de regels van het kaderbesluit voor de nationale gegevensverwerking gebruiken, om reeds bij de verkrijging van de gegevens de basis voor de doorgifte te leggen (overweging 6bis). Met deze overweging wordt getracht in te gaan op de bezorgdheid die niet alleen door de EDPS in zijn voorgaande adviezen is geuit, maar ook door vele andere belanghebbenden. Het Europees Parlement, de conferentie van gegevensbeschermingsautoriteiten, en zelfs het Raadgevend Comité van de Raad van Europa (T-PD) — dat uit gegevensbeschermingsvertegenwoordigers van de Europese regeringen bestaat — hebben allen bij verscheidene gelegenheden duidelijk gemaakt dat de toepasbaarheid van het kaderbesluit op de binnenlandse verwerking van persoonsgegevens een essentiële voorwaarde is, niet alleen om voor voldoende bescherming van persoonsgegevens te zorgen, maar ook om een doeltreffende samenwerking tussen wetshandhavingsinstanties mogelijk te maken (18).

17.

De overweging als zodanig kan echter geen verplichting opleggen die niet uitdrukkelijk in de bepalingen is opgenomen. Helaas beperkt artikel 1 (Doel en toepassingsgebied) de toepasbaarheid van het voorstel expliciet tot gegevens die tussen lidstaten of organen van de EU worden uitgewisseld, door te garanderen dat „de grondrechten en fundamentele vrijheden en in het bijzonder de persoonlijke levenssfeer van betrokkene gewaarborgd blijven, indien persoonsgegevens […] worden uitgewisseld […]”.

18.

Derhalve laat het huidige ontwerp de lidstaten volledig vrij om eenvormige beginselen inzake gegevensbescherming toe te passen op de binnenlandse verwerking van persoonsgegevens en verplicht het de lidstaten niet om dezelfde gemeenschappelijke gegevensbeschermingsnormen toe te passen, een en ander binnen een ruimte van politiële en justitiële samenwerking, daar waar de binnengrenzen moeten worden opgeheven. Tegen deze achtergrond benadrukt de EDPS nogmaals dat de mogelijkheid om binnen de derde pijler in verschillende lidstaten verschillende niveaus van gegevensbescherming te hanteren:

niet zou sporen met de oprichting van een ruimte van vrijheid, veiligheid en recht waarin burgers zich vrij kunnen verplaatsen en met een gedegen onderlinge aanpassing van de wetgeving overeenkomstig artikel 34, lid 2, onder b), van het VEU.

in het licht van artikel 30, lid 1, onder b), van het VEU niet passend zou zijn voor de bescherming van persoonsgegevens.

ondoeltreffend en onwerkbaar zou zijn voor de wetshandhavingsinstanties, die te zwaar zouden worden belast met een onbeheersbaar onderscheid tussen, enerzijds, binnenlandse gegevens en, anderzijds verstrekte of voor doorgifte beschikbare gegevens, die in de meeste gevallen deel uitmaken van hetzelfde dossier (19).

19.

De EDPS raadt de wetgever sterk aan het toepassingsgebied uit te breiden door de lidstaten te verplichten — en niet alleen te verzoeken — het kaderbesluit toe te passen op de binnenlandse verwerking van persoonsgegevens. Voorts zijn er geen dwingende juridische argumenten die de opvatting ondersteunen dat de toepassing op binnenlandse gegevens niet is toegestaan uit hoofde van artikel 34 van het VEU.

IV.2.   Beperking van de verdere doeleinden waarvoor persoonsgegevens kunnen worden verwerkt

20.

Het beginsel van doelbinding is één van de basisbeginselen van de gegevensbescherming. In Verdrag nr. 108 staat met name dat persoonsgegevens „dienen te worden opgeslagen voor bepaalde en legitieme doeleinden en niet te worden gebruikt op een wijze die onverenigbaar is met die doeleinden” (artikel 5, onder b)). Van dit beginsel kan slechts worden afgeweken indien de wet in een dergelijke afwijking voorziet en het een maatregel betreft die in een democratische samenleving noodzakelijk is ten behoeve van, onder meer, de „bestrijding van strafbare feiten” (artikel 9). De jurisprudentie van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens heeft duidelijk gemaakt dat deze afwijkingen evenredig, duidelijk en voorzienbaar moeten zijn, overeenkomstig artikel 8, lid 2, van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens (20).

21.

In het huidige voorstel zijn de bepalingen betreffende doelbinding opgenomen in artikel 3 en artikel 12. Artikel 3 maakt verdere verwerking mogelijk voor doeleinden die verenigbaar zijn met het doel waarvoor de gegevens zijn verzameld en is dus in dit opzicht in overeenstemming met de basisbeginselen inzake gegevensbescherming.

22.

Artikel 3 is echter veel te ruim en houdt geen passende beperking in van de doeleinden voor opslag, die ook wordt vereist in het bovengenoemde artikel 5, onder b), van Verdrag nr. 108. De doeleinden van Titel VI van het EU-Verdrag, waarnaar algemeen wordt verwezen, kunnen niet als welbepaalde en rechtmatige doeleinden worden beschouwd. Het doel van politiële en justitiële samenwerking is niet van nature rechtmatig (21), en zeker niet welbepaald.

23.

Artikel 3 bevat geen afwijking zoals mogelijk zou zijn overeenkomstig artikel 9 van Verdrag nr. 108. In artikel 12 van het voorstel wordt echter een zeer ruime en niet duidelijk omschreven reeks afwijkingen van het beginsel van doelbinding vastgesteld in de context van persoonsgegevens die aan een andere lidstaat zijn verstrekt of beschikbaar gesteld. Met name de voorwaarde dat afwijkingen noodzakelijk dienen te zijn is niet uitdrukkelijk opgenomen in het artikel. Ten tweede is het niet duidelijk wat de „andere […] administratieve procedures” zijn waarvoor artikel 12, lid 1, onder b), de verwerking toestaat van persoonsgegevens die voor een ander doel zijn verzameld en verstrekt. Voorts staat artikel 12, lid 1, onder d), verwerking voor „ieder ander doel” toe, met als enige voorwaarde dat de bevoegde autoriteit die de persoonsgegevens heeft verstrekt, haar toestemming geeft. In dit verband zij opgemerkt dat onder geen beding mag worden gedacht dat de toestemming van de verstrekkende autoriteit de instemming van de betrokkene vervangt of een rechtsgrond vormt om af te wijken van het beginsel van doelbinding. Derhalve wenst de EDPS te benadrukken dat deze ruime en open afwijking niet voldoet aan de basisvereisten van adequate gegevensbescherming en zelfs in strijd is met de basisbeginselen van Verdrag nr. 108. Daarom beveelt de EDPS de wetgever aan de betreffende bepalingen te herformuleren.

24.

Een laatste opmerking betreft artikel 12, lid 2, dat de mogelijkheid toelaat dat Raadsbesluiten in het kader van de derde pijler boven lid 1 prevaleren wanneer passende voorwaarden worden gesteld voor de verwerking van persoonsgegevens. De EDPS merkt op dat de formulering van dit lid zeer algemeen is en geen recht doet aan de aard van het kaderbesluit van de Raad als lex generalis voor politiële en justitiële samenwerking. Deze lex generalis moet voor alle verwerkingen van persoonsgegevens op dit gebied gelden.

25.

De EDPS is van mening dat de huidige bepalingen betreffende de verdere verwerking van persoonsgegevens botsen met het basisbeginsel inzake doelbinding en zelfs lager uitkomen van de bestaande norm van Verdrag nr. 108. Daarom beveelt de EDPS de wetgever aan om de desbetreffende bepalingen te herformuleren in het licht van de bestaande internationale voorschriften inzake gegevensbescherming en van de toepasselijke jurisprudentie.

IV.3.   Adequate bescherming bij de uitwisseling van persoonsgegevens met derde landen

26.

Verdrag nr. 108 handelt ook over verstrekking van gegevens aan derde landen. In het Aanvullend Protocol inzake toezichthoudende autoriteiten en grensoverschrijdend verkeer van gegevens is — behoudens bepaalde afwijkingen — het algemene beginsel vastgesteld dat de doorgifte van persoonsgegevens aan een derde partij slechts is toegestaan indien die partij „een passend niveau van bescherming waarborgt voor de beoogde gegevensoverdracht”. Het beginsel van „passende bescherming” is in verscheidene rechtsinstrumenten van de Europese Unie toegepast en gespecificeerd, niet alleen in instrumenten van de eerste pijler inzake gegevensbescherming, zoals Richtlijn 95/46/EG (22), maar ook in rechtsinstrumenten binnen de derde pijler, zoals de rechtsinstrumenten tot oprichting van Europol en Eurojust.

27.

In overweging 12 van het huidige voorstel staat dat „op persoonsgegevens die worden doorgegeven aan derde landen of internationale organen, in beginsel een passend beschermingsniveau van toepassing moet zijn”. Voorts laat artikel 14 toe dat door een andere lidstaat verstrekte persoonsgegevens aan derde landen of internationale instellingen worden doorgegeven indien de verstrekkende autoriteit met inachtneming van het nationale recht heeft ingestemd met de doorgifte. Derhalve stellen de bepalingen van het voorstel geen noodzaak tot passende bescherming vast en voorzien zij ook niet in gemeenschappelijke criteria of mechanismen om de adequaatheid te beoordelen. Dit betekent dat iedere lidstaat het door het derde land of de internationale organisatie geboden niveau van gepastheid vrij zal kunnen beoordelen. Bijgevolg zal de lijst van landen en internationale organisaties met een passend beschermingsniveau — waaraan gegevens mogen worden doorgegeven — aanzienlijk verschillen van lidstaat tot lidstaat.

28.

Dit juridisch kader zou ook de politiële en justitiële samenwerking belemmeren. De wetshandhavingsinstanties van een lidstaat zullen namelijk bij de beslissing over een verzoek van een derde land om een bepaald misdaaddossier niet alleen moeten nagaan of dat land een passend beschermingsniveau biedt, maar ook rekening moeten houden met het feit of elk van de andere lidstaten (tot 26) die tot het dossier hebben bijgedragen al dan niet hun toestemming hebben gegeven, overeenkomstig zijn eigen beoordeling van de adequaatheid van het betreffende derde land.

29.

In dit verband voegt artikel 27 van het voorstel, betreffende de verhouding tot overeenkomsten met derde staten, nog meer onzekerheid toe door te stellen dat het kaderbesluit geldt onverminderd de verplichtingen en verbintenissen die de lidstaten of de Europese Unie zijn aangegaan uit hoofde van met derde landen gesloten bilaterale en/of multilaterale overeenkomsten. Volgens de EDPS moet deze bepaling duidelijk tot bestaande overeenkomsten worden beperkt en moet worden bepaald dat toekomstige overeenkomsten met de bepalingen van dit voorstel in overeenstemming moeten zijn.

30.

De EDPS is van oordeel dat de huidige bepalingen betreffende de doorgifte van persoonsgegevens aan derde landen en internationale organisaties ongeschikt zijn voor de bescherming van persoonsgegevens en onwerkbaar voor de wetshandhavingsautoriteiten. Daarom herhaalt de EDPS (23) dat bij de doorgifte van persoonsgegevens aan derde landen of internationale organisaties voor een passend beschermingsniveau moet worden gezorgd, en dat er mechanismen moeten komen die gemeenschappelijke normen en gecoördineerde beslissingen met betrekking tot adequaatheid garanderen. Deze mening is reeds eerder door het Europees Parlement en het Comité T-PD van de Raad van Europa geuit.

IV.4.   Kwaliteit van de gegevens

31.

In artikel 5 van Verdrag nr. 108 zijn de beginselen voor het waarborgen van de kwaliteit van persoonsgegevens vastgesteld. Verdere details worden verstrekt in andere niet-bindende instrumenten zoals Aanbeveling R (87)15 en in de drie tot dusver verrichte evaluaties daarvan.

32.

Bij vergelijking van het huidige voorstel met de bovengenoemde rechtsinstrumenten, is het duidelijk dat een aantal belangrijke garanties, die in een aantal gevallen reeds in het Commissievoorstel reeds werden geboden, in de herziene versie ontbreken:

In artikel 3 van het voorstel wordt niet gegarandeerd dat de gegevens op eerlijke wijze worden verkregen en verwerkt, zoals is vereist bij artikel 5 van Verdrag nr. 108.

Het voorstel bevat niet langer bepalingen waarin wordt vastgesteld — zoals bij beginsel 3.2 van Aanbeveling R (87)15 is vereist — dat verschillende categorieën van gegevens worden onderscheiden overeenkomstig hun mate van nauwkeurigheid en betrouwbaarheid en dat gegevens die op feiten gebaseerd zijn worden onderscheiden van gegevens die op meningen of op persoonlijke beoordelingen gebaseerd zijn (24). Het gebrek aan een dergelijk gemeenschappelijk vereiste kan de gegevens die tussen politieautoriteiten worden uitgewisseld, feitelijk ondergraven, aangezien deze niet zullen kunnen uitmaken of de gegevens als „bewijs”, „feit”, „harde informatie” of „zachte informatie” kunnen worden beschouwd. Dit kan tot gevolg hebben dat niet alleen veiligheidsoperaties en het verzamelen van inlichtingen waarbij op dit onderscheid wordt gesteund, worden gehinderd, maar ook dat het voor rechters moeilijker wordt veroordelingen te waarborgen.

Er is geen onderscheid tussen verschillende categorieën van betrokkenen (criminelen, verdachten, slachtoffers, getuigen, enz.) en ook geen specifieke garanties voor gegevens met betrekking tot niet-verdachten, in tegenstelling tot beginsel 2 van Aanbeveling R (87)15 en de evaluatieverslagen daarvan (25). Ook hier is dit onderscheid niet alleen noodzakelijk om de persoonsgegevens van de burger te beschermen, maar ook om de ontvangers in staat te stellen ten volle gebruik te maken van de hun verstrekte gegevens. Zonder dit onderscheid kunnen de ontvangende politiediensten niet onmiddellijk gebruik maken van de gegevens, maar moeten zij eerst uitmaken hoe de gegevens moeten worden aangemerkt en vervolgens hoe ze voor verschillende wetshandhavingsdoeleinden kunnen worden gebruikt en doorgegeven.

De in artikel 6 bedoelde periodieke toetsing garandeert niet dat de kwaliteit van de gegevens periodiek wordt geverifieerd, noch dat de politiedossiers van niet-correcte gegevens worden gezuiverd en worden bijgewerkt, zoals in Aanbeveling R (87)15 is vereist (26). Het belang van deze toetsing voor de gegevensbescherming is duidelijk, maar dit is ook weer van vitaal belang voor een doeltreffende werking van de politiediensten. Oude en verouderde informatie is in het beste geval nutteloos en kan in het slechtste geval middelen weghalen van de huidige prioriteiten naar zaken die niet centraal staan, en mogen staan, in het onderzoek.

Indien persoonsgegevens — die door een andere lidstaat zijn verstrekt — niet correct worden bevonden, zijn er geen verplichtingen of mechanismen om ervoor te zorgen dat zij in de lidstaat van oorsprong worden gecorrigeerd. Ook hier is de kwestie van correctheid van vitaal belang voor een doeltreffende werking van politie en gerecht. Indien de kwaliteit van de gegevens niet kan worden gegarandeerd, schaadt dit het nut van de doorgifte van gegevens als instrument voor grensoverschrijdende criminaliteitsbestrijding.

33.

Tegen deze achtergrond is de EDPS van mening dat de bepalingen betreffende de kwaliteit van de gegevens van het huidige voorstel noch goed noch compleet zijn — specifiek rekening houdend met Aanbeveling R (87)15, die door alle lidstaten is onderschreven -, en dat ze zelfs lager uitkomen dan het bij Verdrag nr. 108 vereiste beschermingsniveau. Het is ook nuttig er nogmaals op te wijzen dat de correctheid van persoonsgegevens zowel in het belang van de wetshandhaving zelf als van de betrokkene is (27).

IV.5.   Uitwisseling van persoonsgegevens met niet-bevoegde autoriteiten en particuliere instanties

34.

Overeenkomstig Beginsel 5 (Verstrekking van gegevens) van Aanbeveling R (87)15 is het verstrekken van persoonsgegevens door wetshandhavingsinstanties aan andere openbare organen of particuliere instanties alleen onder specifieke en strikte voorwaarden toelaatbaar. Dergelijke bepalingen, die in het oorspronkelijke Commissievoorstel waren opgenomen en door de EDPS en het Europees Parlement werden toegejuicht, zijn in de herziene versie geschrapt. Derhalve bevat de nieuwe tekst geen specifieke garanties voor de doorgifte van persoonsgegevens aan particuliere instanties of niet-wetshandhavingsinstanties.

35.

Voorts is de toegang tot en het verder gebruik door wetshandhavingsinstanties van door particuliere instanties beheerde persoonsgegevens alleen toegelaten op grond van welbepaalde voorwaarden en beperkingen. Met name mag, zoals de EDPS reeds in zijn voorgaande adviezen heeft vermeld, de toegang aan wetshandhavingsinstanties uitsluitend per geval, onder specifieke omstandigheden en voor nader omschreven doeleinden worden toegestaan, en dit moet onder justitiële controle in de lidstaten staan. Recente ontwikkelingen, zoals Richtlijn 2006/24/EG (28) betreffende de bewaring van gegevens, de PNR-overeenkomst met de Verenigde Staten (29) en de toegang van wetshandhavingsinstanties tot gegevens die door SWIFT worden bijgehouden (30), bevestigen het fundamenteel belang van deze garanties. Het is jammer dat het huidige voorstel niet in specifieke garanties voorziet voor de toegang tot en het verder gebruik door wetshandhavingsinstanties van door particuliere instanties verzamelde persoonsgegevens.

36.

Tegen deze achtergrond neemt de EDPS er nota van dat het huidige voorstel, wat de uitwisseling van persoonsgegevens met particuliere instanties en niet-bevoegde autoriteiten betreft, niet in overeenstemming is met de beginselen van Aanbeveling R (87)15 en het fundamentele vraagstuk van de toegang tot en het verder gebruik door wetshandhavingsinstanties van door particuliere instanties beheerde persoonsgegevens niet behandelt.

IV.6.   Andere inhoudelijke punten

37.

Naast de bovenvermelde voornaamste punten van bezorgdheid wenst de EDPS de aandacht van de wetgever te vestigen op de volgende punten, op de meeste waarvan hij reeds dieper is ingegaan in zijn vorige adviezen:

Bijzondere categorieën persoonsgegevens. Artikel 7 van het herziene voorstel is in strijd met het principiële verbod van artikel 6 van Verdrag nr. 108. Het bevat ook geen verwijzing naar persoonsgegevens in verband met strafrechtelijke veroordelingen, die ongetwijfeld zeer relevant zijn in de context van politiële en justitiële samenwerking, en voorziet niet in specifieke garanties met betrekking tot biometrische gegevens en DNA-profielen.

Geautomatiseerde individuele besluiten. De EDPS is verheugd dat deze bepaling bij artikel 8 in het herziene voorstel is opgenomen.

Vastlegging en documentatie. Als artikel 11 doeltreffend moet zijn om te controleren of het opzoeken van de gegevens geoorloofd is, dan moeten er passende mechanismen in worden vastgesteld om niet alleen iedere verstrekking van gegevens, maar ook iedere toegang tot gegevens vast te leggen of te documenteren.

Recht op informatie. Artikel 16 is onvolledig, aangezien er niets in wordt gezegd over informatie betreffende de identiteit van de voor de verwerking verantwoordelijke en de ontvangers. Voorts wordt informatie in overweging 13 („Het kan geboden zijn een betrokkene in te lichten […]”) eerder als slechts een mogelijkheid aangemerkt dan als een basisverplichting van de verantwoordelijke voor de verwerking.

Recht op inlichtingen. Artikel 17 is onvolledig, aangezien de inlichtingen ook de doeleinden waarvoor de gegevens worden verwerkt en de mededeling daarvan in begrijpelijke vorm moeten omvatten. Voorts zijn de uitzonderingen van lid 2 — zoals het geval waarin de inlichtingen „de nationale belangen zouden hebben geschaad” — te ruim en onvoorspelbaar. Ten slotte is er geen mechanisme dat garandeert dat beroep bij de toezichthoudende autoriteit tot verstrekking van de inlichtingen leidt, wanneer deze onrechtmatig waren geweigerd.

V.   NIEUWE PUNTEN DIE IN HET HERZIENE VOORSTEL AAN DE ORDE WORDEN GESTELD

38.

Het herziene voorstel bevat ten opzichte van het Commissievoorstel een volledig nieuw element. Het bestrijkt de activiteiten van de Europese instellingen en organen in de derde pijler (artikel 1, lid 2, van het voorstel). Volgens overweging 20 omvat dit ook de verwerking van gegevens door Europol, Eurojust en het douane-informatiesysteem van de derde pijler. In artikel 1, lid 2, worden niet alleen Europese organen, maar ook instellingen vermeld, hetgeen betekent dat bijvoorbeeld de gegevensverwerking binnen de Raad onderworpen moet zijn aan het kaderbesluit van de Raad. Het is niet duidelijk of de opstellers een zo ruim toepassingsgebied voor ogen hadden, dan wel of zij beoogden de toepassing te beperken tot de drie in overweging 20 vermelde organen. In ieder geval dient de tekst te worden gespecificeerd om rechtsonzekerheid te voorkomen.

39.

Dit leidt tot een opmerking van algemenere aard. Volgens de EDPS is het van het grootste belang dat in de gehele derde pijler een passend niveau van gegevensbescherming wordt gewaarborgd, omdat alleen onder die voorwaarde een vrije uitwisseling van informatie binnen een ruimte van vrijheid, veiligheid en recht zonder binnengrenzen op een toereikende manier wordt gefaciliteerd. Dit omvat ook de toepassing van het algemene kader voor gegevensbescherming op de Europese organen in de derde pijler. De EDPS heeft deze noodzaak reeds eerder onderstreept in deel IV van dit advies, in verband met het voorstel voor een besluit van de Raad betreffende Europol.

40.

Ter wille van een doeltreffende regelgeving echter heeft de EDPS ernstige twijfels over de vraag of het huidige kaderbesluit van de Raad de activiteiten moet bestrijken van de Europese organen die in de derde pijler opereren. Het eerste argument tegen dit ruime toepassingsgebied houdt verband met het regelgevingsbeleid. De EDPS vreest dat het opnemen van de Europese organen in de huidige tekst het risico meebrengt dat de besprekingen in de Raad zich op dit nieuwe element zullen toespitsen in plaats van op de inhoudelijke bepalingen inzake gegevensbescherming. Dit zal het wetgevingsproces bemoeilijken. Het tweede argument is van juridische aard. Op het eerste gezicht lijkt een kaderbesluit van de Raad — een instrument dat vergelijkbaar is met een richtlijn in het kader van het EG-Verdrag — geen passend rechtsinstrument te zijn om de rechten en verplichtingen van Europese organen te regelen. In artikel 34 van het VEU wordt dit instrument ingevoerd voor de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten. In ieder geval is er een ernstig risico dat de rechtsgrondslag tijdens het wetgevingsproces, of achteraf, zal worden betwist.

41.

De EDPS heeft, ook met betrekking tot het gekozen rechtsinstrument, dezelfde visie op artikel 26 van het ontwerp, waarin wordt voorzien in de oprichting van een nieuwe gemeenschappelijke toezichthoudende autoriteit ter vervanging van de bestaande autoriteiten die toezicht houden op de gegevensverwerking binnen organen van de derde pijler. Op zich kan het voornemen om een dergelijke autoriteit op te richten logisch lijken. Het kan zelfs tot een doeltreffender systeem van toezicht leiden en zorgen voor meer samenhang van het beschermingsniveau binnen de organen die in het kader van de derde pijler zijn opgericht.

42.

Op dit ogenblik is er echter geen onmiddellijke behoefte aan een dergelijk nieuw toezichthoudend orgaan. Het toezicht zelf werkt bevredigend. Bovendien heeft de voorzitter van Eurojust bezwaar gemaakt tegen de toepassing van dit systeem van toezicht op Eurojust. Zonder inhoudelijk op deze bezwaren in te gaan, is het duidelijk dat het toevoegen van de kwestie van het toezicht op EU-organen aan het kaderbesluit van de Raad het wetgevingsproces nog moeilijker zou maken. Voorts zou deze aanpak niet sporen met andere voorstellen op dit gebied die momenteel ter tafel liggen (31) of onlangs zijn aangenomen (32).

43.

Om kort te gaan, de EDPS adviseert om geen bepalingen inzake gegevensverwerking door EU-organen toe te voegen aan de tekst van het kaderbesluit van de Raad. Hij geeft dit advies ter wille van een doeltreffend wetgevingsproces. Het is belangrijk dat alle inspanningen in de Raad op de inhoudelijke bepalingen van gegevensbescherming zullen worden geconcentreerd, teneinde de burger de noodzakelijke bescherming te geven.

VI.   CONCLUSIES

44.

De EDPS is ingenomen met het nieuwe elan dat het Duitse voorzitterschap heeft gegeven. Aanneming van een algemeen kader voor gegevensbescherming in de derde pijler is van essentieel belang, zoals de EDPS en andere betrokken actoren reeds bij verscheidene gelegenheden hebben benadrukt, teneinde de ontwikkeling te steunen van een ruimte van vrijheid, veiligheid en recht waarin het recht van de burgers op bescherming van persoonsgegevens op uniforme wijze wordt gegarandeerd en de wetshandhavingsinstanties kunnen samenwerken zonder rekening te houden met landsgrenzen.

45.

Het herziene voorstel beantwoordt echter aan géén van deze doelstellingen. Doordat namelijk een hoog en ruim toepasbaar niveau van gegevensbescherming ontbreekt, maakt het voorstel dat de uitwisseling van informatie nog steeds onderworpen is aan verschillende nationale „oorsprongsregels” en „dubbele normen” die de efficiëntie van de samenwerking op het gebied van wetshandhaving sterk negatief beïnvloeden, terwijl de bescherming van persoonsgegevens niet wordt verbeterd.

46.

Om een concreet voorbeeld te geven, zou dit betekenen dat een wetshandhavingsinstantie op nationaal of EU-niveau bij de behandeling van een misdaaddossier — dat informatie bevat die afkomstig is van verschillende nationale autoriteiten en autoriteiten van andere lidstaten en de EU — voor verschillende gegevens verschillende verwerkingsregels zou moeten toepassen, afhankelijk van de vraag of: de persoonsgegevens al dan niet binnen het land zijn verzameld; elk van de verstrekkende organen heeft ingestemd met het beoogde doel; de opslag in overeenstemming is met de termijnen die in de toepasselijke wetgeving van elk van de verstrekkende organen zijn bepaald; de beperkingen voor de verdere verwerking die door elk van de verstrekkende organen worden gevraagd, de verwerking niet verhinderen; in geval van een verzoek van een derde land, elk verstrekkend orgaan zijn instemming heeft gegeven overeenkomstig zijn eigen adequaatheidsbeoordeling en/of internationale verbintenissen. Voorts zullen de bescherming en de rechten van de burgers enorm verschillen en onder verschillende ruime afwijkingen vallen, afhankelijk van de lidstaat waar de verwerking plaatsvindt.

47.

Voorts betreurt de EDPS het dat de wetgevingskwaliteit van de tekst onbevredigend is en dat het voorstel nieuwe complicaties aan het dossier toevoegt door de toepasbaarheid van het kaderbesluit uit te breiden tot Europol, Eurojust en het douane-informatiesysteem van de derde pijler, alsmede door de oprichting van een gemeenschappelijk controleorgaan voor te stellen op basis van een ongeschikt rechtsinstrument.

48.

De EDPS is bezorgd omdat in de huidige tekst essentiële bepalingen voor de bescherming van persoonsgegevens zijn geschrapt die in het Commissievoorstel waren opgenomen. Daardoor wordt het niveau van bescherming van de burgers aanzienlijk verminderd. Ten eerste biedt de tekst voor Verdrag nr. 108 niet de meerwaarde waardoor de bepalingen ervan, vanuit een oogpunt van gegevensbescherming, passend zouden worden, zoals artikel 30, lid 1, van het VEU vereist. Ten tweede voorziet hij in vele opzichten niet in het beschermingsniveau zoals Verdrag nr. 108 dat vereist. Derhalve is de EDPS van mening dat dit voorstel aanzienlijk moet worden verbeterd vóórdat het als basis kan dienen voor besprekingen over een passend algemeen kader voor gegevensbescherming in de derde pijler. Deze verbeteringen moeten ervoor zorgen dat dit algemene kader:

meerwaarde geeft aan Verdrag nr. 108, door de passende bepalingen inzake de bescherming van persoonsgegevens, als vereist bij artikel 30, lid 1, van het VEU, vast te stellen

toepasbaar is op de binnenlandse verwerking van persoonsgegevens door wetshandhavingsinstanties

spoort met de beginselen van de eerste pijler inzake gegevensbescherming, waarbij in voorkomend geval ook rekening wordt gehouden met de specifieke aspecten van wetshandhavingsactiviteiten.

aansluit bij de beginselen van Verdrag nr. 108 en Aanbeveling R (87)15, met name voor wat betreft:

beperking van de verdere doeleinden waarvoor persoonsgegevens kunnen worden verwerkt

de kwaliteit van de gegevens, met inbegrip van het onderscheid tussen verschillende categorieën van betrokkenen (criminelen, verdachten, slachtoffers, getuigen, enz.), de beoordeling van de verschillende mate van correctheid en betrouwbaarheid van persoonsgegevens, mechanismen voor periodieke verificatie en correctie

de voorwaarden voor de doorgifte van persoonsgegevens aan niet-bevoegde autoriteiten en particuliere instanties, alsook voor de toegang tot en het verdere gebruik door wetshandhavingsinstanties van door particuliere instanties beheerde persoonsgegevens.

een passende bescherming biedt bij de uitwisseling van persoonsgegevens met derde landen, ook met betrekking tot internationale overeenkomsten

de overige in dit en in voorgaande adviezen van de EDPS vermelde punten behandelt.

49.

De EDPS is zich terdege ervan bewust hoe moeilijk het is om in de Raad unanimiteit te bereiken. De besluitvormingsprocedure kan echter geen rechtvaardiging vormen voor een aanpak op basis van de kleinste gemene deler die een belemmering zou vormen voor de grondrechten van de EU-burgers en voor een doeltreffende wetshandhaving.

Gedaan te Brussel, op 27 april 2007

Peter HUSTINX

Europees Toezichthouder voor gegevensbescherming


(1)  PB L 281 van 23.11.1995, blz. 31.

(2)  PB L 8 van 12.1.2001, blz. 1.

(3)  Het eerste advies is te vinden in PB C 47 van 2006, blz. 27; het tweede op de website van de EDPS, www.edps.europa.eu.

(4)  Verdrag tot bescherming van personen met betrekking tot de geautomatiseerde verwerking van persoonsgegevens van de Raad van Europa van 28 januari 1981.

(5)  Raadsdocument 5435/07 van 18 januari 2007, zie http://register.consilium.europa.eu.

(6)  Raadsdocument 7315/07 van 13 maart 2007, zie http://register.consilium.europa.eu.

(7)  Interinstitutioneel Akkoord van 22 december 1998 betreffende de gemeenschappelijke richtsnoeren voor de redactionele kwaliteit van de communautaire wetgeving, (PB C 73 van 17.3.1999, blz. 1). Voorbeelden zijn te vinden in deel V van dit advies.

(8)  Zie bijvoorbeeld artikel 14 betreffende doorgifte aan derde landen en internationale organen; artikel 12, lid 1, onder d), betreffende verdere verwerking van persoonsgegevens; artikel 10 betreffende naleving van de termijnen voor wissen en toetsing; artikel 13 betreffende naleving van nationale beperkingen van de verwerking.

(9)  Het Europees Parlement heeft zijn eerste resolutie over het oorspronkelijke Commissievoorstel aangenomen op 27 september 2006. Een tweede resolutie, betreffende het herziene voorstel, wordt voor juni verwacht.

(10)  Zie ook het Actieplan van de Raad en de Commissie ter uitvoering van het Haags programma voor de versterking van de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht in de Europese Unie, PB C 198 van 12.8.2005, blz. 1.

(11)  De conferentie van Europese gegevensbeschermingsautoriteiten heeft op 24 januari 2006 een advies uitgebracht dat als document nr. 6329/06 op http://register.consilium.europa.eu staat. Het Raadgevend Comité van de Raad van Europa inzake het Verdrag tot bescherming van personen met betrekking tot de geautomatiseerde verwerking van persoonsgegevens (T-PD) heeft op 20 maart 2007 een document met zijn eerste opmerkingen aangenomen, dat te vinden is op www.coe.int/dataprotection/.

(12)  Zie, meer recent, het advies van de EDPS van 4 april 2007 over het initiatief van 15 lidstaten met het oog op de aanneming van een besluit van de Raad inzake de intensivering van de grensoverschrijdende samenwerking, in het bijzonder ter bestrijding van terrorisme en grensoverschrijdende criminaliteit, punt 60.

(13)  Aanbeveling R (87) 15 van het Comité van ministers van de Raad van Europa aan de lidstaten over het gebruik van persoonsgegevens op politieel gebied van 17 september 1987, te vinden op www.coe.int/dataprotection/.

(14)  Zoals de rechtsinstrumenten betreffende Europol, Eurojust en het douane-informatiesysteem van de derde pijler.

(15)  Zoals de recente initiatieven betreffende Europol, het Verdrag van Prüm en de toegang van de wetshandhaving tot de VIS-databank.

(16)  Zie het voorstel voor een besluit van de Raad over de toegang tot het visuminformatiesysteem (VIS) voor raadpleging door de nationale veiligheidsdiensten van de lidstaten en Europol, met het oog op het voorkomen, opsporen en onderzoeken van terroristische misdrijven en andere ernstige strafbare feiten (COM (2005)600 def.).

(17)  Zie in dezelfde zin ook de toelichting bij Aanbeveling R (87) 15, punt 37.

(18)  Zie de in voetnoot 9 vermelde documenten.

(19)  Zie voor een meer gedetailleerde rekening het tweede advies van de EDPS, punten 11-13.

(20)  Van de geconsolideerde jurisprudentie op dit gebied is de meest expliciete zaak de zaak Rotaru tegen Roemenië.

(21)  Het volstaat niet uit te gaan van de veronderstelling dat de politie in alle omstandigheden en in alle gevallen binnen de perken van haar wettelijke verplichtingen handelt.

(22)  Met betrekking tot dit punt zij erop gewezen dat de Commissie onlangs, in haar Mededeling van 7 maart 2007 over de follow-up van het werkprogramma voor een betere toepassing van de richtlijn gegevensbescherming, heeft verklaard dat de voorschriften van Richtlijn 95/46/EG met betrekking tot de doorgifte van persoonsgegevens aan derde landen intrinsiek adequaat zijn en niet hoeven te worden gewijzigd.

(23)  Zie de bezorgdheid die reeds is geuit in het eerste advies, punt IV.8, en in het tweede advies, punten 22-23.

(24)  In punt 52 van de toelichting bij de Aanbeveling wordt gesteld dat het mogelijk moet zijn een onderscheid te maken tussen bevestigde en niet-bevestigde gegevens, met inbegrip van de beoordeling van het menselijk gedrag, tussen feiten en meningen, tussen betrouwbare informatie (en de verschillende schakeringen daarvan) en vermoedens, tussen gegronde redenen om aan te nemen dat informatie accuraat is en een ongegrond geloof in de accuraatheid van die informatie. Zie ook de tweede evaluatie van de relevantie van Aanbeveling R (87)15 waarbij het gebruik van persoonsgegevens op politieel gebied wordt geregeld (1998), punt 5.1.

(25)  Zie met name punt 5.2 van de hierboven vermelde tweede evaluatie en de punten 24-27 van de derde evaluatie van Aanbeveling nr. R (87)15 waarbij het gebruik van persoonsgegevens op politieel gebied wordt geregeld (2002).

(26)  Zie beginsel 7 (Duur van bewaring en bijwerking van gegevens) en de toelichting, punten 96-98.

(27)  Toelichting bij Aanbeveling R (87)15, punt 74.

(28)  Richtlijn 2006/24/EG van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2006 betreffende de bewaring van gegevens die zijn gegenereerd of verwerkt in verband met het aanbieden van openbaar beschikbare elektronische communicatiediensten of van openbare communicatienetwerken en tot wijziging van Richtlijn 2002/58/EG, PB L 105, blz. 54.

(29)  Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Verenigde Staten van Amerika inzake de verwerking en overdracht van persoonsgegevens van passagiers (PNR-gegevens) door luchtvaartmaatschappijen aan het Department of Homeland Security (ministerie van Binnenlandse Veiligheid) van de Verenigde Staten van Amerika, PB L 298 van 27.10.2006, blz. 29.

(30)  Zie advies 10/2006 van de Groep van artikel 29 over de verwerking van persoonsgegevens door de Society for Worldwide Interbank Financial Telecommunication (SWIFT), op http://ec.europa.eu/justice_home/fsj/privacy/docs/wpdocs/2006/wp128_nl.pdf, en het advies van de EDPS over de rol van de Europese Centrale Bank in de zaak-SWIFT, op de website van de EDPS.

(31)  Zoals het recente Commissievoorstel over de oprichting van de Europese politiedienst, COM(2006) 817 def.

(32)  Verordening (EG) nr. 1987/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 betreffende de instelling, de werking en het gebruik van het Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II), PB L 381 van 28.12.2006, blz. 4.


II Mededelingen

MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN EN ORGANEN VAN DE EUROPESE UNIE

Commissie

23.6.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 139/11


Goedkeuring van de steunmaatregelen van de staten in het kader van de bepalingen van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag

Gevallen waartegen de Commissie geen bezwaar maakt

(Voor de EER relevante tekst)

(2007/C 139/02)

Datum waarop het besluit is genomen

22.12.2006

Nummer van de steunmaatregel

N 575/06

Lidstaat

Italië

Regio

Friuli Venezia Giulia

Benaming (en/of naam van de begunstigde)

Proroga del regime di aiuti esistente — Aiuto di Stato N 134/01 — Italia (Regione Friuli Venezia Giulia) — Disegno di legge n. 106/1-A — «Interventi per la realizzazione di infrastrutture e di servizi nel settore del trasporto delle merci, per la ristrutturazione dell'autotrasporto merci e per lo sviluppo del trasporto combinato»

Rechtsgrondslag

Legge regionale 22 marzo 2004, n. 7 «Interventi per lo sviluppo del trasporto combinato» e decreto del presidente della Regione 28 giugno 2004, n. 0213/Pres. Regolamento di attuazione dell'articolo 7 della legge regionale 22 marzo 2004, n. 7 recante «Interventi per lo sviluppo del trasporto combinato»

Type maatregel

Steunregeling

Doelstelling

Levering en modernisering van regionale infrastructuur en diensten teneinde de efficiëntie van het goederenvervoer en de ontwikkeling van gecombineerd vervoer te bevorderen. De regeling voorziet in steun voor de bouw van infrastructuur voor het gecombineerd vervoer, investeringen in informaticasystemen, investeringen in apparatuur voor overslag en gecombineerd vervoer, aankoop van nieuwe apparatuur om de veiligheid van maritiem vervoer in havens te verbeteren en aankoop van nieuwe trekkers voor het wegvervoer

Vorm

Directe subsidies

Begrotingsmiddelen

9 miljoen EUR

Steunintensiteit

30 %

Looptijd

1.1.2007-1.1.2009

Betrokken economische sectoren

Gecombineerd vervoer

Naam en adres van de autoriteit die de steun verleent

Regione Friuli Venezia Giulia

Andere inlichtingen

De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:

http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/

Datum waarop het besluit is genomen

4.4.2007

Nummer van de steunmaatregel

N 599/06

Lidstaat

Spanje

Regio

Andalucía

Benaming van de steunregeling en/of naam van de begunstigde

Ayudas a favor del medio ambiente que se concedan por la Administración de la Junta de Andalucía, con el objetivo de fomentar la inversión en infraestructuras e instalaciones destinadas a la protección ambiental

Rechtsgrondslag

Proyecto de Decreto xxxx/2007, por el que se establece el marco regulador de las ayudas en favor del medio ambiente que se concedan por la Administración de la Junta de Andalucía

Type maatregel

Steunregeling

Doelstelling

Milieubescherming

Vorm van de steun

Directe subsidie

Begrotingsmiddelen

Totaal van de voorziene steun: 151,5 mln EUR

Maximale steunintensiteit

50 %

Looptijd

tot 31.12.2007

Economische sectoren

Alle sectoren

Naam en adres van de steunverlenende autoriteit

Junta de Andalucía

Consejería de la Presidencia

Plaza de la Contratación 3

E-41071 Sevilla

Andere informatie

De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:

http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/

Datum waarop het besluit is genomen

24.1.2007

Nummer van de steunmaatregel

N 649/06

Lidstaat

Bondsrepubliek Duitsland

Regio

Benaming (en/of naam van de begunstigde)

Richtlinie zur Förderung der Anschaffung emmissionsarmer schwerer Nutzfahrzeuge

Rechtsgrondslag

Haushaltsgesetz, ABMG

Type maatregel

Steunregeling

Doelstelling

Bevordering van het gebruik van verbeterde milieuvriendelijke zware voertuigen

Vorm

Investeringssteun en toelage voor interesten

Begrotingsmiddelen

Maximaal 100 miljoen EUR per jaar

Steunintensiteit

Maximale steunintensiteit: 50 % van de in aanmerking komende kosten (extra investeringskosten)

Looptijd

1.1.2007-31.12.2013

Betrokken economische sectoren

Vervoerssector

Naam en adres van de autoriteit die de steun verleent

Bundesministerium für Verkehr, Bau und Stadtentwicklung

Invalidenstraße 4

D-10115 Berlin

Andere inlichtingen

De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:

http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/

Datum waarop het besluit is genomen

21.3.2007

Nummer van de steunmaatregel

N 765/06

Lidstaat

Nederland

Regio

Benaming van de steunregeling en/of naam van de begunstigde

Beleidregels kosten vergoeding subsidie milieukwaliteit elektriciteitsproductie 2006

Rechtsgrondslag

Algemene wet bestuursrecht, artikel 3:4, tweede lid. Beleidregels kosten vergoeding subsidie milieukwaliteit elektriciteitsproductie 2006

Type maatregel

Steunregeling

Doelstelling

Milieubescherming

Vorm van de steun

Directe subsidie

Begrotingsmiddelen

Totaal van de voorziene steun: 70 mln EUR

Maximale steunintensiteit

Maatregel die geen steun vormt

Looptijd

1.2.2007-2.5.2007

Economische sectoren

Energie

Naam en adres van de steunverlenende autoriteit

Senternovem Zwolle

Andere informatie

De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:

http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/

Datum waarop het besluit is genomen

8.5.2007

Nummer van de steunmaatregel

N 806/06

Lidstaat

Polen

Regio

Benaming van de steunregeling en/of naam van de begunstigde

Wykorzystanie środków funduszy innowacyjności tworzonych przez centra badawczo-rozwojowe

Rechtsgrondslag

Projekt rozporządzenia Ministra Gospodarki w sprawie szczegółowych warunków wykorzystania środków funduszy innowacyjności

Type maatregel

Steunregeling

Doelstelling

Onderzoek en ontwikkeling

Vorm van de steun

Versmalling van de belastinggrondslag

Begrotingsmiddelen

Voorziene jaarlijkse uitgaven: 10 mln PLN; Totaal van de voorziene steun: 60 mln PLN

Maximale steunintensiteit

100 %, 80 %, 60 %

Looptijd

1.5.2007-31.12.2013

Economische sectoren

Naam en adres van de steunverlenende autoriteit

Minister Gospodarki

Pl. Trzech Krzyży 3/5

PL-00-507 Warszawa

Andere informatie

De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:

http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/

Datum waarop het besluit is genomen

10.5.2007

Nummer van de steunmaatregel

N 82/07

Lidstaat

Spanje

Regio

País Vasco

Benaming van de steunregeling en/of naam van de begunstigde

Programa de ayudas para la organización y participación en ferias del libro, congresos, ciclos de conferencias y actividades culturales de promoción y difusión del libro en la Comunidad Autónoma Vasca

Rechtsgrondslag

Borrador de Orden, de la Consejera de Cultura, por la que se regula la concesión de subvenciones para la organización y participación en ferias del libro, congresos, ciclos de conferencias y actividades culturales de promoción y difusión del libro en la Comunidad Autónoma Vasca

Type maatregel

Steunregeling

Doelstelling

Sectorale ontwikkeling, Instandhouding van het cultureel erfgoed

Vorm van de steun

Directe subsidie

Begrotingsmiddelen

Voorziene jaarlijkse uitgaven: 0,45 mln EUR; Totaal van de voorziene steun: 0,45 mln EUR

Maximale steunintensiteit

70 %

Looptijd

tot 31.12.2007

Economische sectoren

Beperkt tot recreatie, cultuur en sport

Naam en adres van de steunverlenende autoriteit

Dirección de Promoción de la Cultura; Departamento de Cultura; Gobierno Vasco

C/ Donosita-San Sebastián, 1

E-01010 Vitoria-Gasteiz

Andere informatie

De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:

http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/


23.6.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 139/16


Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie

(Zaak COMP/M.4613 — Eurazeo S.A./Apcoa Parking Holdings Gmbh)

(Voor de EER relevante tekst)

(2007/C 139/03)

Op 20 april 2007 heeft de Commissie besloten geen bezwaar aan te tekenen tegen bovenvermelde aangemelde concentratie en deze verenigbaar met de gemeenschappelijke markt te verklaren. Deze beschikking is gebaseerd op artikel 6, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad. De volledige tekst van de beschikking is slechts beschikbaar in het Engels en zal openbaar worden gemaakt na verwijdering van eventuele bedrijfsgeheimen. De tekst is beschikbaar:

op de website „concurrentie” van de Europese Commissie (http://ec.europa.eu/comm/competition/mergers/cases/). Deze website biedt verschillende mogelijkheden om individuele concentratiebeschikkingen op te zoeken, onder meer op bedrijfsnaam, nummer van de zaak, datum en sector;

in elektronische vorm op de EUR-Lex website onder documentnummer 32007M4613. EUR-Lex is het geïnformatiseerde documentatiesysteem voor de communautaire wetgeving. (http://eur-lex.europa.eu)


IV Informatie

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN EN ORGANEN VAN DE EUROPESE UNIE

Commissie

23.6.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 139/17


Wisselkoersen van de euro (1)

22 juni 2007

(2007/C 139/04)

1 euro=

 

Munteenheid

Koers

USD

US-dollar

1,3441

JPY

Japanse yen

166,75

DKK

Deense kroon

7,4432

GBP

Pond sterling

0,67305

SEK

Zweedse kroon

9,2448

CHF

Zwitserse frank

1,6576

ISK

IJslandse kroon

83,79

NOK

Noorse kroon

7,987

BGN

Bulgaarse lev

1,9558

CYP

Cypriotische pond

0,5837

CZK

Tsjechische koruna

28,65

EEK

Estlandse kroon

15,6466

HUF

Hongaarse forint

245,7

LTL

Litouwse litas

3,4528

LVL

Letlandse lat

0,6962

MTL

Maltese lira

0,4293

PLN

Poolse zloty

3,778

RON

Roemeense leu

3,1662

SKK

Slowaakse koruna

33,713

TRY

Turkse lira

1,76

AUD

Australische dollar

1,5847

CAD

Canadese dollar

1,4411

HKD

Hongkongse dollar

10,5044

NZD

Nieuw-Zeelandse dollar

1,755

SGD

Singaporese dollar

2,0663

KRW

Zuid-Koreaanse won

1 247,46

ZAR

Zuid-Afrikaanse rand

9,5932

CNY

Chinese yuan renminbi

10,243

HRK

Kroatische kuna

7,3248

IDR

Indonesische roepia

12 103,62

MYR

Maleisische ringgit

4,6412

PHP

Filipijnse peso

61,855

RUB

Russische roebel

34,83

THB

Thaise baht

43,341


(1)  

Bron: door de Europese Centrale Bank gepubliceerde referentiekoers.


23.6.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 139/18


Resultaten van de verkoop van alcohol uit wijnbouwproducten die in het bezit was van interventiebureaus

(2007/C 139/05)

Beschikking van de Commissie van 29 maart 2006

Toewijzing van de partijen nrs. 31/2006 EG en 32/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 117/2006 geopende openbare verkoop van alcohol voor gebruik als bio-ethanol in de EG

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

biedingen afgewezen

Beschikking van de Commissie van 29 maart 2006

Toewijzing van partij nr. 33/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 117/2006 geopende openbare inschrijving nr. 4/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

ONIVINS-Libourne

Délégation nationale

17, avenue de la Ballastière

F-33505 Libourne

50 000

ruwe alcohol

38,00

Beschikking van de Commissie van 29 maart 2006

Toewijzing van partij nr. 34/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 117/2006 geopende openbare inschrijving nr. 4/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

ONIVINS-Libourne

Délégation nationale

17, avenue de la Ballastière

F-33505 Libourne

100 000

ruwe alcohol

42,70

Beschikking van de Commissie van 29 maart 2006

Toewijzing van partij nr. 35/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 117/2006 geopende openbare inschrijving nr. 4/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

ONIVINS-Libourne

Délégation nationale

17, avenue de la Ballastière

F-33505 Libourne

100 000

ruwe alcohol

38,00

Beschikking van de Commissie van 29 maart 2006

Toewijzing van partij nr. 36/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 117/2006 geopende openbare inschrijving nr. 4/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

AGEA

Via Torino, 45

I-00184 Roma

50 000

ruwe alcohol

37,95

Beschikking van de Commissie van 29 maart 2006

Toewijzing van partij nr. 37/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 117/2006 geopende openbare inschrijving nr. 4/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

AGEA

Via Torino, 45

I-00184 Roma

100 000

ruwe alcohol

37,89

Beschikking van de Commissie van 29 maart 2006

Toewijzing van partij nr. 38/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 117/2006 geopende openbare inschrijving nr. 4/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

AGEA

Via Torino, 45

I-00184 Roma

100 000

ruwe alcohol

37,93

Beschikking van de Commissie van 29 maart 2006

Toewijzing van partij nr. 39/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 117/2006 geopende openbare inschrijving nr. 4/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

biedingen afgewezen

Beschikking van de Commissie van 12 april 2006

Bij Verordening (EG) nr. 391/2006 geopende openbare inschrijving nr. 56/2006 EG voor nieuwe vormen van industrieel gebruik

Gebruik: productie van bakkersgist

Erkende bedrijven

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

BIO SPRINGER

103, rue Jean Jaurès

B.P. 17

F-94701 Maisons-Alfort

20 000

ruwe alcohol

11,85

S.I.L. FALA

8, rue de Saint-Nazaire

F-67100 Strasbourg

20 000

ruwe alcohol

11,85

S. I. LESAFFRE

137, rue Gabriel Péri

B.P. 3029

F-59703 Marcq-en-Baroeul

69 970

ruwe alcohol

11,85

Beschikking van de Commissie van 18 mei 2006

Toewijzing van partij nr. 40/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 593/2006 geopende openbare inschrijving nr. 5/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

FEGA

Beneficencia 8

E-28004 Madrid

50 000

ruwe alcohol

45,80

Beschikking van de Commissie van 18 mei 2006

Toewijzing van partij nr. 41/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 593/2006 geopende openbare inschrijving nr. 5/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

FEGA

Beneficencia 8

E-28004 Madrid

50 000

ruwe alcohol

43,80

Beschikking van de Commissie van 18 mei 2006

Toewijzing van partij nr. 42/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 593/2006 geopende openbare inschrijving nr. 5/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

FEGA

Beneficencia 8

E-28004 Madrid

50 000

ruwe alcohol

44,00

Beschikking van de Commissie van 18 mei 2006

Toewijzing van partij nr. 43/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 593/2006 geopende openbare inschrijving nr. 5/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

FEGA

Beneficencia 8

E-28004 Madrid

50 000

ruwe alcohol

46,25

Beschikking van de Commissie van 18 mei 2006

Toewijzing van partij nr. 44/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 593/2006 geopende openbare inschrijving nr. 5/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

FEGA

Beneficencia 8

E-28004 Madrid

50 000

ruwe alcohol

44,10

Beschikking van de Commissie van 18 mei 2006

Toewijzing van partij nr. 45/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 593/2006 geopende openbare inschrijving nr. 5/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

ONIVINS-Libourne

Délégation nationale

17, avenue de la Ballastière

F-33505 Libourne

50 000

ruwe alcohol

43,00

Beschikking van de Commissie van 18 mei 2006

Toewijzing van partij nr. 46/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 593/2006 geopende openbare inschrijving nr. 5/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

ONIVINS-Libourne

Délégation nationale

17, avenue de la Ballastière

F-33505 Libourne

50 000

ruwe alcohol

43,10

Beschikking van de Commissie van 18 mei 2006

Toewijzing van partij nr. 47/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 593/2006 geopende openbare inschrijving nr. 5/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

ONIVINS-Libourne

Délégation nationale

17, avenue de la Ballastière

F-33505 Libourne

50 000

ruwe alcohol

40,10

Beschikking van de Commissie van 18 mei 2006

Toewijzing van partij nr. 48/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 593/2006 geopende openbare inschrijving nr. 5/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

ONIVINS-Libourne

Délégation nationale

17, avenue de la Ballastière

F-33505 Libourne

50 000

ruwe alcohol

43,20

Beschikking van de Commissie van 18 mei 2006

Toewijzing van partij nr. 49/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 593/2006 geopende openbare inschrijving nr. 5/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

AGEA

Via Torino, 45

I-00184 Roma

50 000

ruwe alcohol

39,30

Beschikking van de Commissie van 18 mei 2006

Toewijzing van partij nr. 50/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 593/2006 geopende openbare inschrijving nr. 5/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

AGEA

Via Torino, 45

I-00184 Roma

50 000

ruwe alcohol

39,09

Beschikking van de Commissie van 18 mei 2006

Toewijzing van partij nr. 51/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 593/2006 geopende openbare inschrijving nr. 5/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

AGEA

Via Torino, 45

I-00184 Roma

50 000

ruwe alcohol

39,19

Beschikking van de Commissie van 18 mei 2006

Toewijzing van partij nr. 52/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 593/2006 geopende openbare inschrijving nr. 5/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

AGEA

Via Torino, 45

I-00184 Roma

50 000

ruwe alcohol

39,25

Beschikking van de Commissie van 18 mei 2006

Toewijzing van partij nr. 53/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 593/2006 geopende openbare inschrijving nr. 5/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

Mezőgazdasági és

Vidékfejlesztési Hivatal

Soroksári út 22-24, 6th floor, room 630

H-1095 Budapest

28 571,8692

ruwe alcohol

38,00

Beschikking van de Commissie van 26 juli 2006

Bij Verordening (EG) nr. 822/2006 geopende openbare inschrijving nr. 57/2006 EG voor nieuwe vormen van industrieel gebruik

Gebruik: productie van bakkersgist

Erkende bedrijven

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

BIO SPRINGER

103, rue Jean Jaurès

B.P. 17

F-94701 Maisons-Alfort

20 000

ruwe alcohol

11,00

S.I.L. FALA

8, rue de Saint-Nazaire

F-67100 Strasbourg

17 200

ruwe alcohol

11,00

S. I. LESAFFRE

137, rue Gabriel Péri

B.P. 3029

F-59703 Marcq-en-Baroeul

62 800

ruwe alcohol

11,00

Beschikking van de Commissie van 8 september 2006

Toewijzing van partij nr. 54/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1015/2006 geopende openbare inschrijving nr. 6/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

FEGA

Beneficencia 8

E-28004 Madrid

50 000

ruwe alcohol

48,17

Beschikking van de Commissie van 8 september 2006

Toewijzing van partij nr. 55/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1015/2006 geopende openbare inschrijving nr. 6/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

FEGA

Beneficencia 8

E-28004 Madrid

50 000

ruwe alcohol

48,29

Beschikking van de Commissie van 8 september 2006

Toewijzing van partij nr. 56/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1015/2006 geopende openbare inschrijving nr. 6/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol.(hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 vol.

FEGA

Beneficencia 8

E-28004 Madrid

50 000

ruwe alcohol

48,41

Beschikking van de Commissie van 8 september 2006

Toewijzing van partij nr. 57/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1015/2006 geopende openbare inschrijving nr. 6/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

FEGA

Beneficencia 8

E-28004 Madrid

50 000

ruwe alcohol

48,82

Beschikking van de Commissie van 8 september 2006

Toewijzing van partij nr. 58/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1015/2006 geopende openbare inschrijving nr. 6/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol.(hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

FEGA

Beneficencia 8

E-28004 Madrid

50 000

ruwe alcohol

48,55

Beschikking van de Commissie van 8 september 2006

Toewijzing van partij nr. 59/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1015/2006 geopende openbare inschrijving nr. 6/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

FEGA

Beneficencia 8

E-28004 Madrid

50 000

ruwe alcohol

48,66

Beschikking van de Commissie van 8 september 2006

Toewijzing van partij nr. 60/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1015/2006 geopende openbare inschrijving nr. 6/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

Viniflhor-Libourne

Délégation nationale

17, avenue de la Ballastière

B.P. 231

F-33505 Libourne

50 000

ruwe alcohol

45,05

Beschikking van de Commissie van 8 september 2006

Toewijzing van partij nr. 61/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1015/2006 geopende openbare inschrijving nr. 6/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

Viniflhor-Libourne

Délégation nationale

17, avenue de la Ballastière

B.P. 231

F-33505 Libourne

50 000

ruwe alcohol

47,31

Beschikking van de Commissie van 8 september 2006

Toewijzing van partij nr. 62/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1015/2006 geopende openbare inschrijving nr. 6/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

Viniflhor-Libourne

Délégation nationale

17, avenue de la Ballastière

B.P. 231

F-33505 Libourne

50 000

ruwe alcohol

47,61

Beschikking van de Commissie van 8 september 2006

Toewijzing van partij nr. 63/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1015/2006 geopende openbare inschrijving nr. 6/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol.(hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

Viniflhor-Libourne

Délégation nationale

17, avenue de la Ballastière

B.P. 231

F-33505 Libourne

50 000

ruwe alcohol

47,91

Beschikking van de Commissie van 8 september 2006

Toewijzing van partij nr. 64/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1015/2006 geopende openbare inschrijving nr. 6/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

AGEA

Via Torino, 45

I-00184 Roma

50 000

ruwe alcohol

44,50

Beschikking van de Commissie van 8 september 2006

Toewijzing van partij nr. 65/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1015/2006 geopende openbare inschrijving nr. 6/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

AGEA

Via Torino, 45

I-00184 Roma

50 000

ruwe alcohol

43,50

Beschikking van de Commissie van 8 september 2006

Toewijzing van partij nr. 66/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1015/2006 geopende openbare inschrijving nr. 6/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol.(hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

AGEA

Via Torino, 45

I-00184 Roma

50 000

ruwe alcohol

43,56

Beschikking van de Commissie van 8 september 2006

Toewijzing van partij nr. 67/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1015/2006 geopende openbare inschrijving nr. 6/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100% vol (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100% vol.

AGEA

Via Torino, 45

I-00184 Roma

50 000

ruwe alcohol

44,11

Beschikking van de Commissie van 15 november 2006

Toewijzing van partij nr. 68/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1484/2006 geopende openbare inschrijving nr. 7/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

FEGA

Beneficencia 8

E-28004 Madrid

50 000

ruwe alcohol

50,51

Beschikking van de Commissie van 15 november 2006

Toewijzing van partij nr. 69/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1484/2006 geopende openbare inschrijving nr. 7/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

FEGA

Beneficencia 8

E-28004 Madrid

50 000

ruwe alcohol

48,50

Beschikking van de Commissie van 15 november 2006

Toewijzing van partij nr. 70/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1484/2006 geopende openbare inschrijving nr. 7/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

FEGA

Beneficencia 8

E-28004 Madrid

50 000

ruwe alcohol

48,51

Beschikking van de Commissie van 15 november 2006

Toewijzing van partij nr. 71/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1484/2006 geopende openbare inschrijving nr. 7/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

Viniflhor-Libourne

Délégation nationale

17, avenue de la Ballastière

B.P. 231

F-33505 Libourne

50 000

ruwe alcohol

47,00

Beschikking van de Commissie van 15 november 2006

Toewijzing van partij nr. 72/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1484/2006 geopende openbare inschrijving nr. 7/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

Viniflhor-Libourne

Délégation nationale

17, avenue de la Ballastière

B.P. 231

F-33505 Libourne

50 000

ruwe alcohol

48,00

Beschikking van de Commissie van 15 november 2006

Toewijzing van partij nr. 73/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1484/2006 geopende openbare inschrijving nr. 7/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

Viniflhor-Libourne

Délégation nationale

17, avenue de la Ballastière

B.P. 231

F-33505 Libourne

50 000

ruwe alcohol

48,00

Beschikking van de Commissie van 15 november 2006

Toewijzing van partij nr. 74/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1484/2006 geopende openbare inschrijving nr. 7/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

Viniflhor-Libourne

Délégation nationale

17, avenue de la Ballastière

B.P. 231

F-33505 Libourne

50 000

ruwe alcohol

46,70

Beschikking van de Commissie van 15 november 2006

Toewijzing van partij nr. 75/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1484/2006 geopende openbare inschrijving nr. 7/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

AGEA

Via Torino, 45

I-00184 Roma

50 000

ruwe alcohol

43,65

Beschikking van de Commissie van 15 november 2006

Toewijzing van partij nr. 76/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1484/2006 geopende openbare inschrijving nr. 7/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

AGEA

Via Torino, 45

I-00184 Roma

50 000

ruwe alcohol

44,16

Beschikking van de Commissie van 15 november 2006

Toewijzing van partij nr. 77/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1484/2006 geopende openbare inschrijving nr. 7/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

AGEA

Via Torino, 45

I-00184 Roma

50 000

ruwe alcohol

43,60

Beschikking van de Commissie van 15 november 2006

Toewijzing van partij nr. 78/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1484/2006 geopende openbare inschrijving nr. 7/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

AGEA

Via Torino, 45

I-00184 Roma

50 000

ruwe alcohol

43,66

Beschikking van de Commissie van 15 november 2006

Toewijzing van partij nr. 79/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1484/2006 geopende openbare inschrijving nr. 7/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

AGEA

Via Torino, 45

I-00184 Roma

50 000

ruwe alcohol

44,60

Beschikking van de Commissie van 15 november 2006

Toewijzing van partij nr. 80/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1484/2006 geopende openbare inschrijving nr. 7/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

biedingen afgewezen

Beschikking van de Commissie van 15 november 2006

Toewijzing van partij nr. 81/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1484/2006 geopende openbare inschrijving nr. 7/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

IVV-Instituto da Vinha e do Vinho

R. Mouzinho da Silveira, 5

P-1250-165 Lisboa

40 000

ruwe alcohol

43,51

Beschikking van de Commissie van 14 december 2006

Bij Verordening (EG) nr. 1593/2006 geopende openbare inschrijving nr. 58/2006 EG voor nieuwe vormen van industrieel gebruik

Gebruik: bij veiligheidsopleidingen

Erkende bedrijven

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

GESIP

22, rue du Pont Neuf

F-75001 Paris

684

ruwe alcohol

17,00

Beschikking van de Commissie van 14 december 2006

Bij Verordening (EG) nr. 1593/2006 geopende openbare inschrijving nr. 58/2006 EG voor nieuwe vormen van industrieel gebruik

Gebruik: productie van bakkersgist

Erkende bedrijven

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

S. I. LESAFFRE

137, rue Gabriel Péri

B.P. 3029

F-59703 Marcq-en-Baroeul

50 000

ruwe alcohol

11,10

Beschikking van de Commissie van 12 januari 2007

Bij Verordening (EG) nr. 1593/2006 geopende openbare inschrijving nr. 58/2006 EG voor nieuwe vormen van industrieel gebruik

Gebruik: productie van bakkersgist

Erkende bedrijven

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

BIO SPRINGER

103, rue Jean Jaurès

B.P. 17

F-94701 Maisons-Alfort Cédex

16 390

ruwe alcohol

11,10

S. I. L. FALA

8, rue de Saint-Nazaire

F-67100 Strasbourg

29 400

ruwe alcohol

11,10

Beschikking van de Commissie van 31 januari 2007

Toewijzing van partij nr. 82/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1858/2006 geopende openbare inschrijving nr. 8/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100% vol (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100% vol.

FEGA

Beneficencia 8

E-28004 Madrid

50 000

ruwe alcohol

48,615

Beschikking van de Commissie van 31 januari 2007

Toewijzing van partij nr. 83/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1858/2006 geopende openbare inschrijving nr. 8/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

FEGA

Beneficencia 8

E-28004 Madrid

50 000

ruwe alcohol

48,615

Beschikking van de Commissie van 31 januari 2007

Toewijzing van partij nr. 84/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1858/2006 geopende openbare inschrijving nr. 8/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

FEGA

Beneficencia 8

E-28004 Madrid

50 000

ruwe alcohol

48,615

Beschikking van de Commissie van 31 januari 2007

Toewijzing van partij nr. 85/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1858/2006 geopende openbare inschrijving nr. 8/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

FEGA

Beneficencia 8

E-28004 Madrid

50 000

ruwe alcohol

48,615

Beschikking van de Commissie van 31 januari 2007

Toewijzing van partij nr. 86/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1858/2006 geopende openbare inschrijving nr. 8/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol.(hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

Viniflhor-Libourne

Délégation nationale

17, avenue de la Ballastière

B.P. 231

F-33505 Libourne

50 000

ruwe alcohol

48,05

Beschikking van de Commissie van 31 januari 2007

Toewijzing van partij nr. 87/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1858/2006 geopende openbare inschrijving nr. 8/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

Viniflhor-Libourne

Délégation nationale

17, avenue de la Ballastière

B.P. 231

F-33505 Libourne

50 000

ruwe alcohol

48,05

Beschikking van de Commissie van 31 januari 2007

Toewijzing van partij nr. 88/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1858/2006 geopende openbare inschrijving nr. 8/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

Viniflhor-Libourne

Délégation nationale

17, avenue de la Ballastière

B.P. 231

F-33505 Libourne

50 000

ruwe alcohol

48,05

Beschikking van de Commissie van 31 januari 2007

Toewijzing van partij nr. 89/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1858/2006 geopende openbare inschrijving nr. 8/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100% vol.

Viniflhor-Libourne

Délégation nationale

17, avenue de la Ballastière

B.P. 231

F-33505 Libourne

50 000

ruwe alcohol

47,19

Beschikking van de Commissie van 31 januari 2007

Toewijzing van partij nr. 90/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1858/2006 geopende openbare inschrijving nr. 8/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

AGEA

Via Torino, 45

I-00184 Roma

50 000

ruwe alcohol

43,7

Beschikking van de Commissie van 31 januari 2007

Toewijzing van partij nr. 91/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1858/2006 geopende openbare inschrijving nr. 8/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

AGEA

Via Torino, 45

I-00184 Roma

50 000

ruwe alcohol

43,65

Beschikking van de Commissie van 31 januari 2007

Toewijzing van partij nr. 92/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1858/2006 geopende openbare inschrijving nr. 8/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

AGEA

Via Torino, 45

I-00184 Roma

50 000

ruwe alcohol

43,00

Beschikking van de Commissie van 31 januari 2007

Toewijzing van partij nr. 93/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1858/2006 geopende openbare inschrijving nr. 8/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

AGEA

Via Torino, 45

I-00184 Roma

50 000

ruwe alcohol

44,75

Beschikking van de Commissie van 31 januari 2007

Toewijzing van partij nr. 94/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1858/2006 geopende openbare inschrijving nr. 8/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

biedingen afgewezen

Beschikking van de Commissie van 31 januari 2007

Toewijzing van partij nr. 95/2006 EG in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1858/2006 geopende openbare inschrijving nr. 8/2006 EG voor gebruik als bio-ethanol in de Gemeenschap

Gebruik: als bio-ethanol in de sector motorbrandstoffen

Voor de opslag verantwoordelijk interventiebureau

Hoeveelheid alcohol 100 % vol. (hl)

Prijs (EUR/hl) alcohol 100 % vol.

IVV-Instituto da Vinha e do Vinho

R. Mouzinho da Silveira, 5

P-1250-165 Lisboa

32 182

ruwe alcohol

45,055


INITIATIEVEN VAN DE LIDSTATEN

23.6.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 139/35


Door de lidstaten medegedeelde inlichtingen betreffende staatssteun die wordt toegekend op grond van Verordening (EG) nr. 1628/2006 van de Commissie van 24 oktober 2006 betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag op nationale regionale investeringssteun

(Voor de EER relevante tekst)

(2007/C 139/06)

Nummer van de steunmaatregel

XR 97/07

Lidstaat

Polen

Regio

Wrocław

Benaming van de steunregeling of naam van de onderneming die aanvullende ad-hocsteun ontvangt

Uchwała nr III/13/06 Rady Miejskiej Wrocławia z dnia 28 grudnia 2006 r. w sprawie zwolnień od podatku od nieruchomości w ramach programu pomocy regionalnej na wspieranie nowych inwestycji przeznaczonego dla małych, średnich i dużych przedsiębiorców prowadzących działalność gospodarczą na terenie Wrocławia

Rechtsgrondslag

Art. 18 ust. 2 pkt 15 ustawy z dnia 8 marca 1990 r. o samorządzie gminnym (Dz.U. z 2001 r. nr 142, poz. 1591 ze zm.), Art. 7 ust. 3 ustawy z dnia 12 stycznia 1991 r. o podatkach i opłatach lokalnych (Dz.U. z 2006 r. nr 121, poz. 844 ze zm.)

Type maatregel

Steunregeling

Voorziene jaarlijkse uitgaven

2,5 mln PLN

Maximale steunintensiteit

40 %

Overeenkomstig artikel 4 van de Verordening

Datum van tenuitvoerlegging

19.1.2007

Looptijd

31.12.2013

Economische sectoren

Alle sectoren komen voor regionale investeringssteun in aanmerking

Naam en adres van de steunverlenende autoriteit

Prezydent Wrocławia

Sukiennice 9

PL-50-107 Wrocław

Het internetadres waarop de steunregeling is gepubliceerd

http://uchwaly.um.wroc.pl/uchwala.aspx?numer=III/13/06

Andere informatie


Nummer van de steunmaatregel

XR 99/07

Lidstaat

Polen

Regio

Wrocław

Benaming van de steunregeling of naam van de onderneming die aanvullende ad-hocsteun ontvangt

Uchwała nr III/14/06 Rady Miejskiej Wrocławia z dnia 28 grudnia 2006 r. w sprawie zwolnień od podatku od nieruchomości w ramach programu pomocy regionalnej dla przedsiębiorców tworzących nowe miejsca pracy związane z nowymi inwestycjami na terenie Wrocławia

Rechtsgrondslag

Art. 18 ust. 2 pkt 15 ustawy z dnia 8 marca 1990 r. o samorządzie gminnym (Dz.U. z 2001 r. nr 142, poz. 1591 ze zm.), Art. 7 ust. 3 ustawy z dnia 12 stycznia 1991 r. o podatkach i opłatach lokalnych (Dz.U. z 2006 r. nr 121, poz. 844 ze zm.)

Type maatregel

Steunregeling

Voorziene jaarlijkse uitgaven

2,5 mln PLN

Maximale steunintensiteit

40 %

Overeenkomstig artikel 4 van de Verordening

Datum van tenuitvoerlegging

19.1.2007

Looptijd

31.12.2013

Economische sectoren

Alle sectoren komen voor regionale investeringssteun in aanmerking

Naam en adres van de steunverlenende autoriteit

Prezydent Wrocławia

Sukiennice 9

PL-50-107 Wrocław

Het internetadres waarop de steunregeling is gepubliceerd

http://uchwaly.um.wroc.pl/uchwala.aspx?numer=III/14/06

Andere informatie


Nummer van de steunmaatregel

XR 100/07

Lidstaat

Polen

Regio

Wrocław

Benaming van de steunregeling of naam van de onderneming die aanvullende ad-hocsteun ontvangt

Uchwała nr III/16/06 Rady Miejskiej Wrocławia z dnia 28 grudnia 2006 r. w sprawie zwolnień od podatku od nieruchomości w zakresie pomocy regionalnej w ramach programu EIT+ na wspieranie nowych inwestycji dla przedsiębiorców innowacyjnych lub prowadzących działalność badawczo-rozwojową na terenie Wrocławia

Rechtsgrondslag

Art. 18 ust. 2 pkt 15 ustawy z dnia 8 marca 1990 r. o samorządzie gminnym (Dz.U. z 2001 r. nr 142, poz. 1591 ze zm.), Art. 7 ust. 3 ustawy z dnia 12 stycznia 1991 r. o podatkach i opłatach lokalnych (Dz.U. z 2006 r. nr 121, poz. 844 ze zm.)

Type maatregel

Steunregeling

Voorziene jaarlijkse uitgaven

2 mln PLN

Maximale steunintensiteit

40 %

Overeenkomstig artikel 4 van de Verordening

Datum van tenuitvoerlegging

19.1.2007

Looptijd

31.12.2013

Economische sectoren

Alle sectoren komen voor regionale investeringssteun in aanmerking

Naam en adres van de steunverlenende autoriteit

Prezydent Wrocławia

Sukiennice 9

PL-50-107 Wrocław

Het internetadres waarop de steunregeling is gepubliceerd

http://uchwaly.um.wroc.pl/uchwala.aspx?numer=III/16/06

Andere informatie


Nummer van de steunmaatregel

XR 114/07

Lidstaat

Spanje

Regio

Galicia

Benaming van de steunregeling of naam van de onderneming die aanvullende ad-hocsteun ontvangt

Subvenciones a empresas privadas para la creación y mejora de establecimientos turísticos

Rechtsgrondslag

Orden del 16 de mayo de la Consellería de Innovación e Industria por la que se establecen las bases reguladoras para la concesión, en régimen de concurrencia competitiva, de las subvenciones a empresas privadas para la creación y mejora de establecimientos turísticos, y se procede a su convocatoria para el año 2007 (DOG no 98, del 23 de mayo de 2007)

Type maatregel

Steunregeling

Voorziene jaarlijkse uitgaven

1,8 mln EUR

Maximale steunintensiteit

20 %

Overeenkomstig artikel 4 van de Verordening

Datum van tenuitvoerlegging

28.6.2007

Looptijd

31.12.2013

Economische sectoren

Beperkt tot specifieke sectoren

55

Naam en adres van de steunverlenende autoriteit

Dirección xeral de turismo

Plaza de Mazarelos, 15

E-15703 Santiago de Compostela (A Coruña)

Het internetadres waarop de steunregeling is gepubliceerd

www.conselleriaiei.org

Andere informatie


V Bekendmakingen

PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID

Commissie

23.6.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 139/38


Voorafgaande aanmelding van een concentratie

(Zaak COMP/M.4757 — Nordic Capital/Thule)

(Voor de EER relevante tekst)

(2007/C 139/07)

1.

Op 15 juni 2007 ontving de Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 (1) van de Raad waarin wordt medegedeeld dat Nordic Capital VI Limited („Nordic Capital”, Kanaaleilanden) in de zin van artikel 3, lid 1, onder b), van genoemde verordening volledig zeggenschap verkrijgt over Thule AB („Thule”, Zweden) door de aankoop van aandelen.

2.

De bedrijfswerkzaamheden van de betrokken ondernemingen zijn:

voor Nordic Capital: investeringsfonds gericht op de noordelijke regio;

voor Thule: productie en verkoop van lastdragersystemen en aanhangwagens voor personenwagens, trekhaken en kabelsets voor personenwagens en zware voertuigen, accessoires voor recreatievoertuigen en sneeuwkettingen.

3.

Op grond van een voorlopig onderzoek is de Commissie van oordeel dat de aangemelde concentratie binnen het toepassingsgebied van Verordening (EG) nr. 139/2004 kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden.

4.

De Commissie verzoekt belanghebbende derden hun eventuele opmerkingen ten aanzien van de voorgenomen concentratie kenbaar te maken aan de Commissie.

Deze opmerkingen moeten de Commissie uiterlijk 10 dagen na dagtekening van deze bekendmaking hebben bereikt. Zij kunnen per fax (nummer (32-2) 296 43 01 of 296 72 44) of per post, onder vermelding van referentienummer COMP/M.4757 — Nordic Capital/Thule, aan onderstaand adres worden toegezonden:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie voor concentraties

J-70

B-1049 Brussel


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1.


23.6.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 139/39


Voorafgaande aanmelding van een concentratie

(Zaak COMP/M.4739 — Halder/NPM Capital/ANP)

Zaak die in aanmerking kan komen voor een vereenvoudigde procedure

(Voor de EER relevante tekst)

(2007/C 139/08)

1.

Op 18 juni 2007 ontving de Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) waarin wordt meegedeeld dat de ondernemingen Halder-GIMV Investering 2004 B.V. („Halder”, Nederland) die onder zeggenschap staat van GIMV N.V. en NPM Capital N.V. („NPM Capital”, Nederland) die onder zeggenschap staat van SHV Holdings N.V. in de zin van artikel 3, lid 1), sub b), van genoemde verordening gezamenlijk zeggenschap verkrijgen over de onderneming ANP Holding B.V. („ANP”, Nederland) door de aankoop van aandelen van een nieuw gestichte vennootschap die een gezamenlijke onderneming is.

2.

De bedrijfswerkzaamheden van de betrokken ondernemingen zijn:

voor Halder: verschaffer van risicodragend kapitaal en beheerder van investeringsfondsen;

voor NPM Capital: verschaffer van risicodragend kapitaal;

voor ANP: het Algemeen Nederlands Persbureau levert nieuws aan de Nederlandse media.

3.

Op grond van een voorlopig onderzoek is de Commissie van oordeel dat de aangemelde transactie binnen het toepassingsgebied van Verordening (EG) nr. 139/2004 kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden. In het licht van de Mededeling van de Commissie betreffende een vereenvoudigde procedure voor de behandeling van bepaalde concentraties krachtens Verordening (EG) nr. 139/2004 (2) van de Raad wordt vermeld dat deze zaak in aanmerking kan komen voor deze procedure.

4.

De Commissie verzoekt belanghebbende derden hun eventuele opmerkingen ten aanzien van de voorgenomen concentratie kenbaar te maken aan de Commissie.

Deze opmerkingen moeten de Commissie uiterlijk tien dagen na dagtekening van deze bekendmaking hebben bereikt. Zij kunnen per fax (nummer (32-2) 296 43 01 of 296 72 44) of per post, onder vermelding van referentienummer COMP/M.4739 — Halder/NPM Captial/ANP, aan onderstaand adres worden toegezonden:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie voor concentraties

J-70

B-1049 Brussel


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1.

(2)  PB C 56 van 5.3.2005, blz. 32.