ISSN 1725-2474

Publicatieblad

van de Europese Unie

C 117

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Mededelingen en bekendmakingen

49e jaargang
18 mei 2006


Nummer

Inhoud

Bladzijde

 

I   Mededelingen

 

Commissie

2006/C 117/1

Wisselkoersen van de euro

1

2006/C 117/2

Informatieprocedure — Technische regels ( 1 )

2

2006/C 117/3

Inleiding van een antidumpingprocedure betreffende camerasystemen uit Japan en van een tussentijds onderzoek naar het antidumpingrecht op televisiecamerasystemen uit Japan

8

2006/C 117/4

Voorafgaande aanmelding van een concentratie (Zaak nr. COMP/M.4180 — Gaz de France/Suez) ( 1 )

13

 

EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE

 

EVA-Hof

2006/C 117/5

Beroep tegen het Koninkrijk Noorwegen, ingesteld door de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA op 13 maart 2006 (Zaak E-1/06)

14

 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

 


I Mededelingen

Commissie

18.5.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 117/1


Wisselkoersen van de euro (1)

17 mei 2006

(2006/C 117/01)

1 euro=

 

Munteenheid

Koers

USD

US-dollar

1,2882

JPY

Japanse yen

140,88

DKK

Deense kroon

7,4554

GBP

Pond sterling

0,67930

SEK

Zweedse kroon

9,3777

CHF

Zwitserse frank

1,5518

ISK

IJslandse kroon

89,89

NOK

Noorse kroon

7,8210

BGN

Bulgaarse lev

1,9558

CYP

Cypriotische pond

0,5751

CZK

Tsjechische koruna

28,194

EEK

Estlandse kroon

15,6466

HUF

Hongaarse forint

262,69

LTL

Litouwse litas

3,4528

LVL

Letlandse lat

0,6960

MTL

Maltese lira

0,4293

PLN

Poolse zloty

3,8869

RON

Roemeense leu

3,5078

SIT

Sloveense tolar

239,65

SKK

Slowaakse koruna

37,513

TRY

Turkse lira

1,8480

AUD

Australische dollar

1,6710

CAD

Canadese dollar

1,4220

HKD

Hongkongse dollar

9,9883

NZD

Nieuw-Zeelandse dollar

2,0533

SGD

Singaporese dollar

2,0214

KRW

Zuid-Koreaanse won

1 206,98

ZAR

Zuid-Afrikaanse rand

8,0831

CNY

Chinese yuan renminbi

10,3133

HRK

Kroatische kuna

7,2698

IDR

Indonesische roepia

11 503,63

MYR

Maleisische ringgit

4,607

PHP

Filipijnse peso

67,070

RUB

Russische roebel

34,6930

THB

Thaise baht

48,835


(1)  

Bron: door de Europese Centrale Bank gepubliceerde referentiekoers.


18.5.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 117/2


Informatieprocedure — Technische regels

(2006/C 117/02)

(Voor de EER relevante tekst)

Richtlijn 98/34/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 juni 1998 betreffende een informatieprocedure op het gebied van normen en technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij (PB L 204 van 21.7.1998, blz. 37; PB L 217 van 5.8.1998, blz. 20).

Door de Commissie ontvangen kennisgevingen van nationale voorstellen van technische regels

Referentie (1)

Titel

Vervaldatum van de standstill-termijn van drie maanden (2)

2006/0170/F

Besluit nr. xxxx van de „Autorité de régulation des communications électroniques et des postes” van xx xxx xx houdende vaststelling van de gebruiksvoorwaarden van radiofrequenties voor RFID-toepassingen in de band 865 — 868 MHz

11.7.2006

2006/0171/I

Ontwerp van een ministerieel besluit inzake de technische kenmerken van opspatafschermingen die moeten worden aangebracht op bepaalde categorieën motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan

11.7.2006

2006/0172/DK

Ontwerp voor een besluit tot wijziging van het besluit betreffende de etikettering e.d. van levensmiddelen

11.7.2006

2006/0173/D

Technische leveringsvoorwaarden en Technische controlevoorschriften voor dichtingsprofielen (TL/TP DP)

11.7.2006

2006/0174/D

Wet inzake de kwaliteit en de veiligheid van menselijke weefsels en cellen (weefselwet)

12.7.2006

2006/0175/NL

Convenant Stimulering Schone Vrachtauto's en Milieuzonering

13.7.2006

2006/0176/D

Technische eisen voor voertuigonderdelen bij de prototypekeuring in de zin van § 22a van de Straßenverkehrs-Zulassungs-Ordnung (StVZO — wegenverkeersreglement — registratie); wijziging en aanvulling

13.7.2006

2006/0177/CZ

Ontwerpbesluit inzake procedures van gekwalificeerde certificatiedienstverleners, inzake eisen aan instrumenten voor elektronische handtekeningen en inzake eisen aan de bescherming van gegevens voor het aanmaken van elektronische kenmerken (besluit inzake procedures van gekwalificeerde certificatiedienstverleners)

14.7.2006

2006/0178/I

Besluit nr. 110 van het regionale bestuur van 20 februari 2006 inzake: „Regionale wet nr. 25/99 — merk” Agriqualità „— Product van geïntegreerde landbouw. Goedkeuring van het ontwerp van de algemene beginselen voor de fasen van productie en verhandeling van bakkerij- en banketbakkerijproducten”

14.7.2006

2006/0179/I

Besluit nr. 1273 van het regionale bestuur van 27 december 2005 tot goedkeuring van de uitvoeringsvoorschriften van regionale wet nr. 64 van 16 november 2004 (Bescherming en valorisatie van rassen en variëteiten die van belang zijn voor landbouw, veeteelt en bosbouw)

14.7.2006

De Commissie vestigt de aandacht op het arrest „CIA Security” van 30 april 1996 in zaak C-194/94 (Jur. 1996, blz. I-2201), waarin het Hof van Justitie een interpretatie van de artikelen 8 en 9 van Richtlijn 98/34/EG (voorheen 83/189/EEG) geeft die inhoudt dat derden zich erop kunnen beroepen bij de nationale rechter; deze dient de toepassing van een niet overeenkomstig de richtlijn aangemeld nationaal technisch voorschrift te weigeren.

Met dit arrest wordt de mededeling van de Commissie van 1 oktober 1986 (PB C 245 van 1.10.1986, blz. 4) bevestigd.

Het feit dat niet aan de verplichting tot kennisgeving is voldaan, impliceert dus dat de desbetreffende technische voorschriften niet kunnen worden toegepast jegens derden.

Voor meer informatie over de notificatieprocedure kan contact worden opgenomen met:

Europese Commissie

DG Ondernemingen en industrie, Eenheid C3

B-1049 Brussel

e-mail: Dir83-189-Central@cec.eu.int

Zie ook de website http://europa.eu.int/comm/enterprise/tris/

Voor eventuele inlichtingen over deze kennisgevingen kunt u terecht bij de nationale diensten waarvan de lijst hieronder is gepubliceerd:

LIJST VAN DE NATIONALE INSTANTIES DIE BELAST ZIJN MET HET BEHEER VAN RICHTLIJN 98/34/EG

BELGIË

BELCERT

Bestuur Kwaliteit en Veiligheid

FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie

North Gate III — 4e etage

Koning Albert II-laan 16

B-1000 Brussel

Mw. Pascaline Descamps

Tel.: (32) (0)2 277 80 03

Fax: (32) (0)2 277 54 01

E-mail: pascaline.descamps@mineco.fgov.be

paolo.caruso@mineco.fgov.be

Algemene e-mail: belnotif@mineco.fgov.be

Website: http://www.mineco.fgov.be

TSJECHISCHE REPUBLIEK

Czech Office for Standards, Metrology and Testing

Gorazdova 24

P.O. BOX 49

CZ-128 01 Praha 2

Dhr. Miroslav Chloupek

Director of International Relations Department

Tel.: (420) 224 907 123

Fax: (420) 224 914 990

E-mail: chloupek@unmz.cz

Mw. Lucie Růžičková

Tel.: (420) 224 907 139

Fax: (420) 224 907 122

E-mail: ruzickova@unmz.cz

Algemene e-mail: eu9834@unmz.cz

Website: http://www.unmz.cz

DENEMARKEN

Erhvervs- og Byggestyrelsen

(National Agency for Enterprise and Construction)

Dahlerups Pakhus

Langelinie Allé 17

DK-2100 København Ø (of DK-2100 Copenhagen OE)

Dhr. Bjarne Bang Christensen

Legal adviser

Tel.: (45) 35 46 63 66 (direct)

E-mail: bbc@ebst.dk

Mw. Birgit Jensen

Principal Executive Officer

Tel.: (45) 35 46 62 87 (direct)

Fax: (45) 35 46 62 03

E-mail: bij@ebst.dk

Gezamenlijke mailbox voor kennisgevingen — noti@ebst.dk

Website: http://www.ebst.dk/Notifikationer

DUITSLAND

Bundesministerium für Wirtschaft und Technologie

Referat XA2

Scharnhorststr. 34 — 37

D-10115 Berlin

Mw. Christina Jäckel

Tel.: (49-30) 20 14 6353

Fax: (49-30) 20 14 5379

E-mail: infonorm@bmwa.bund.de

Website: http://www.bmwa.bund.de

ESTLAND

Ministry of Economic Affairs and Communications

Harju str. 11

EE-15072 Tallinn

Dhr. Karl Stern

Executive Officer of Trade Policy Division

EU and International Co-operation Department

Tel.: (372) 6 256 405

Fax: (372) 6 313 029

E-mail: karl.stern@mkm.ee

Algemene e-mail: el.teavitamine@mkm.ee

Website: http://www.mkm.ee

GRIEKENLAND

Ministry of Development

General Secretariat of Industry

Mesogeion 119

GR-101 92 ATHENS

Tel.: (30) 210 696 98 63

Fax: (30) 210 696 91 06

ELOT

(Griekse normalisatie-instelling)

Acharnon 313

GR-111 45 ATHENS

Mw. Evangelia Alexandri

Tel.: (30) 210 212 03 01

Fax: (30) 210 228 62 19

E-mail: alex@elot.gr

Algemene e-mail: 83189in@elot.gr

Website: http://www.elot.gr

SPANJE

S.G. de Asuntos Industriales, Energéticos, de Transportes y Comunicaciones y de Medio Ambiente

D.G. de Coordinación del Mercado Interior y otras PPCC

Secretaría de Estado para la Unión Europea

Ministerio de Asuntos Exteriores y de Cooperación

Torres „Ágora”

C/ Serrano Galvache, 26-4a

E-20033 Madrid

Dhr. Angel Silván Torregrosa

Tel.: (34-91) 379 83 32

Mw. Esther Pérez Peláez

Technisch Adviseur

E-mail: esther.perez@ue.mae.es

Tel.: (34-91) 379 84 64

Fax: (34-91) 379 84 01

Algemene e-mail: d83-189@ue.mae.es

FRANKRIJK

Délégation interministérielle aux normes

Direction générale de l'Industrie, des Technologies de l'information et des Postes (DiGITIP)

Service des politiques d'innovation et de compétitivité (SPIC)

Sous-direction de la normalisation, de la qualité et de la propriété industrielle (SQUALPI)

DiGITIP 5

12, rue Villiot

F-75572 Paris Cedex 12

Mw. Suzanne Piau

Tel.: (33) 153 44 97 04

Fax: (33) 153 44 98 88

E-mail: suzanne.piau@industrie.gouv.fr

Mw. Françoise Ouvrard

Tel.: (33) 153 44 97 05

Fax: (33) 153 44 98 88

E-mail: francoise.ouvrard@industrie.gouv.fr

Algemene e-mail: d9834.france@industrie.gouv.fr

IERLAND

NSAI

Glasnevin

Dublin 9

Ireland

Dhr. Tony Losty

Tel.: (353-1) 807 38 80

Fax: (353-1) 807 38 38

E-mail: tony.losty@nsai.ie

Website: http://www.nsai.ie/

ITALIË

Ministero delle attività produttive

Direzione Generale per lo sviluppo produttivo e la competitività

Ispettorato tecnico dell'industria — Ufficio F1

Via Molise 2

I-00187 Roma

Dhr. Vincenzo Correggia

Tel.: (39) 06 47 05 22 05

Fax: (39) 06 47 88 78 05

E-mail: vincenzo.correggia@attivitaproduttive.gov.it

Dhr. Enrico Castiglioni

Tel.: (39) 06 47 05 26 69

Fax: (39) 06 47 88 78 05

E-mail: enrico.castiglioni@attivitaproduttive.gov.it

Algemene e-mail: ucn98.34.italia@attivitaproduttive.gov.it

Website: http://www.minindustria.it

CYPRUS

Cyprus Organization for the Promotion of Quality

Ministry of Commerce, Industry and Tourism

13-15, A. Araouzou street

CY-1421 Nicosia

Tel.: (357) 22 409310

Fax: (357) 22 754103

Dhr. Antonis Ioannou

Tel.: (357) 22 409409

Fax: (357) 22 754103

E-mail: aioannou@cys.mcit.gov.cy

Algemene e-mail: dir9834@cys.mcit.gov.cy

Website: http://www.cys.mcit.gov.cy

LETLAND

Ministry of Economics of Republic of Latvia

Trade Normative and SOLVIT Notification Division

SOLVIT Coordination Centre

55, Brīvības Street

LV-1519 Riga

Reinis Berzins

Deputy Head of Trade Normative and SOLVIT Notification Division

Tel.: (371) 7013230

Fax: (371) 7280882

Zanda Liekna

Senior Officer of Division of EU Internal Market Coordination

Tel.: (371) 7013236

Tel.: (371) 7013067

Fax: (371) 7280882

E-mail: zanda.liekna@em.gov.lv

Algemene e-mail: notification@em.gov.lv

LITOUWEN

Lithuanian Standards Board

T. Kosciuskos g. 30

LT-01100 Vilnius

Mw. Daiva Lesickiene

Tel.: (370) 5 2709347

Fax: (370) 5 2709367

E-mail: dir9834@lsd.lt

Website: http://www.lsd.lt

LUXEMBURG

SEE — Service de l'Energie de l'Etat

34, avenue de la Porte-Neuve B.P. 10

L-2010 Luxembourg

Dhr. J.P. Hoffmann

Tel.: (352) 46 97 46 1

Fax: (352) 22 25 24

E-mail: see.direction@eg.etat.lu

Website: http://www.see.lu

HONGARIJE

Hungarian Notification Centre —

Ministry of Economy and Transport

Industrial Department

Budapest

Honvéd u. 13-15.

H-1880

Dhr. Zsolt Fazekas

Leading Councillor

E-mail: fazekas.zsolt@gkm.gov.hu

Tel.: (36) 1 374 2873

Fax: (36) 1 473 1622

E-mail: notification@gkm.gov.hu

Website: http://www.gkm.hu/dokk/main/gkm

MALTA

Malta Standards Authority

Level 2

Evans Building

Merchants Street

VLT 03

MT-Valletta

Tel.: (356) 2124 2420

Tel.: (356) 2124 3282

Fax: (356) 2124 2406

Mw. Lorna Cachia

E-mail: lorna.cachia@msa.org.mt

Algemene e-mail: notification@msa.org.mt

Website: http://www.msa.org.mt

NEDERLAND

Ministerie van Financiën

Belastingdienst/Douane Noord

Team bijzondere klantbehandeling

Centrale Dienst voor In-en uitvoer

Engelse Kamp 2

Postbus 30003

9700 RD Groningen

Nederland

Dhr. Ebel van der Heide

Tel.: (31-50) 523 21 34

Mw. Hennie Boekema

Tel.: (31-50) 523 21 35

Mw.Tineke Elzer

Tel.: (31-50) 523 21 33

Fax: (31-50) 523 21 59

Algemene e-mail:

Enquiry.Point@tiscali-business.nl

Enquiry.Point2@tiscali-business.nl

OOSTENRIJK

Bundesministerium für Wirtschaft und Arbeit

Abteilung C2/1

Stubenring 1

A-1010 Wien

Mw. Brigitte Wikgolm

Tel.: (43-1) 711 00 58 96

Fax: (43-1) 715 96 51 of (43-1) 712 06 80

E-mail: not9834@bmwa.gv.at

Website: http://www.bmwa.gv.at

POLEN

Ministry of Economy and Labour

Department for European and Multilateral Relations

Plac Trzech Krzyży 3/5

PL-00-507 Warszawa

Mw. Barbara Nieciak

Tel.: (48) 22 693 54 07

Fax: (48) 22 693 40 28

E-mail: barnie@mg.gov.pl

Mw. Agata Gągor

Tel.: (48) 22 693 56 90

Algemene e-mail: notyfikacja@mg.gov.pl

PORTUGAL

Instituto Portugês da Qualidade

Rua Antonio Gião, 2

P-2829-513 Caparica

Mw. Cândida Pires

Tel.: (351-21) 294 82 36 of 81 00

Fax: (351-21) 294 82 23

E-mail: c.pires@mail.ipq.pt

Algemene e-mail: not9834@mail.ipq.pt

Website: http://www.ipq.pt

SLOVENIË

SIST — Slovenian Institute for Standardization

Contact point for 98/34/EC and WTO-TBT Enquiry Point

Šmartinska 140

SLO-1000 Ljubljana

Mw. Vesna Stražišar

Tel.: (386) 1 478 3041

Fax: (386) 1 478 3098

E-mail: contact@sist.si

SLOWAKIJE

Mw. Kvetoslava Steinlova

Director of the Department of European Integration,

Office of Standards, Metrology and Testing of the Slovak Republic

Stefanovicova 3

SK-814 39 Bratislava

Tel.: (421) 2 5249 3521

Fax: (421) 2 5249 1050

E-mail: steinlova@normoff.gov.sk

FINLAND

Kauppa-ja teollisuusministeriö

(Ministry of Trade and Industry)

Bezoekersadres:

Aleksanterinkatu 4

FIN-00171 Helsinki

en

Katakatu 3

FIN-00120 Helsinki

Postadres:

PO Box 32

FIN-00023 Government

Mw. Leila Orava

Tel.: (358-9) 1606 46 86

Fax: (358-9) 1606 46 22

E-mail: leila.orava@ktm.fi

Mw. Katri Amper

Tel.: (358) 9 1606 46 48

Algemene e-mail: maaraykset.tekniset@ktm.fi

Website: http://www.ktm.fi

ZWEDEN

Kommerskollegium

(National Board of Trade)

Box 6803

Drottninggatan 89

S-113 86 Stockholm

Mw. Kerstin Carlsson

Tel.: (46) 86 90 48 82 of (46) 86 90 48 00

Fax: (46) 8 690 48 40 of (46) 83 06 759

E-mail: kerstin.carlsson@kommers.se

Algemene e-mail: 9834@kommers.se

Website: http://www.kommers.se

VERENIGD KONINKRIJK

Department of Trade and Industry

Standards and Technical Regulations Directorate 2

151 Buckingham Palace Road

London SW1 W 9SS

United Kingdom

Dhr. Philip Plumb

Tel.: (44-207) 215 1488

Fax: (44-207) 215 1529

E-mail: philip.plumb@dti.gsi.gov.uk

Algemene e-mail: 9834@dti.gsi.gov.uk

Website: http://www.dti.gov.uk/strd

Toezichthoudende Autoriteit van de EVA

EFTA Surveillance Authority

Rue Belliard 35

B-1040 Brussel

Mw. Adinda Batsleer

Tel.: (32) (0)2 286 18 61

Fax: (32) (0)2 286 18 00

E-mail: aba@eftasurv.int

Mw. Tuija Ristiluoma

Tel.: (32) (0)2 286 18 71

Fax: (32) (0)2 286 18 00

E-mail: tri@eftasurv.int

Algemene e-mail: DRAFTTECHREGESA@eftasurv

Website: http://www.eftasurv.int

EFTA

Goods Unit

EFTA Secretariat

Rue Joseph II 12-16

B-1000 Brussel

Mw. Kathleen Byrne

Tel.: (32) (0)2 286 17 49

Fax: (32) (0)2 286 17 42

E-mail: kathleen.byrne@efta.int

Algemene e-mail: DRAFTTECHREGEFTA@efta.int

Website: http://www.efta.int

TURKIJE

Undersecretariat of Foreign Trade

General Directorate of Standardisation for Foreign Trade

Inönü Bulvari no 36

06510

Emek — Ankara

Dhr. Mehmet Comert

Tel.: (90-312) 212 58 98

Fax: (90-312) 212 87 68

E-mail: comertm@dtm.gov.tr

Website: http://www.dtm.gov.tr


(1)  Jaar — registratienummer — kennisgevende lidstaat.

(2)  Periode tijdens dewelke een ontwerp niet mag worden goedgekeurd.

(3)  Geen standstill-termijn omdat de Commissie de motivering inzake de urgentie heeft aanvaard.

(4)  Geen standstill-termijn, want het betreft hier technische specificaties of andere eisen of regels betreffende diensten die vergezeld gaan van fiscale of financiële maatregelen in de zin van artikel 1, punt 11, tweede alinea, derde streepje, van Richtlijn 98/34/EG.

(5)  Informatieprocedure stopgezet.


18.5.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 117/8


Inleiding van een antidumpingprocedure betreffende camerasystemen uit Japan en van een tussentijds onderzoek naar het antidumpingrecht op televisiecamerasystemen uit Japan

(2006/C 117/03)

De Commissie heeft een klacht ontvangen op grond van artikel 5 van Verordening (EG) nr. 384/96 van de Raad betreffende beschermende maatregelen tegen de invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Gemeenschap („de basisverordening”) (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2117/2005 (2) volgens welke producenten in de EU aanmerkelijke schade lijden door de invoer met dumping van bepaalde camerasystemen uit Japan.

1.   Indiener van de klacht

De klacht werd op 4 april 2006 ingediend door Grass Valley Nederland BV namens producenten die goed zijn voor een groot deel, namelijk meer dan 25 %, van de productie van de hier bedoelde camerasystemen in de EU.

2.   Product

De klacht heeft betrekking op camerasystemen uit Japan bestaande uit:

a)

een camerakop:

i)

met geïntegreerde zoeker, zoekeraansluiting of zoekerfunctie,

ii)

met geïntegreerd optisch blok, frontmodule of gelijkaardige inrichting (zie onderstaande beschrijving), dan wel met een aansluiting of aansluitingsmogelijkheid daarvoor,

iii)

in dezelfde behuizing als de camera-adapter of in een afzonderlijke behuizing;

b)

een camera-adapter die al dan niet deel uitmaakt van de camerakop;

c)

een optisch blok, frontmodule of soortgelijke inrichting met een of meer beeldsensoren met een effectieve diagonaal van het lichtgevoelige scanoppervlak van tenminste 6 mm, al dan niet geïntegreerd in de camerakop;

d)

een zoeker, al dan niet geïntegreerd in de camerakop;

e)

een basisstation of camerabesturingseenheid („CCU” of camera control unit) die door middel van een kabel of anderszins, bijvoorbeeld door een draadloze verbinding, met de camera is verbonden;

f)

een bedieningspaneel („OCP” of operational control panel) of soortgelijke inrichting voor het bedienen van afzonderlijke camera's (met name voor kleurinstelling, lensopening of diafragma);

g)

een centraal regelpaneel ('MCP' of master control panel) of centrale regeleenheid („MSU” of master set-up unit) voor het overzicht en de afstandsbediening van verschillende camera's;

h)

een adapter zoals een „large lens adapter” of „superXpander” die het mogelijk maakt boxtype lenzen op draagbare camera's te gebruiken,

die hetzij als een geheel of afzonderlijk worden ingevoerd.

De camerasystemen behoeven niet noodzakelijkerwijs uit alle bovengenoemde onderdelen te bestaan.

De hierboven genoemde verschillende onderdelen (behalve de camerakop) van een camerasysteem kunnen niet afzonderlijk functioneren en kunnen niet voor andere camerasystemen dan die van een bepaalde producent worden gebruikt.

Lenzen en recorders die niet in dezelfde behuizing zijn opgenomen als de camerakop vallen niet onder de productomschrijving.

Het betrokken product kan worden gebruikt voor omroep en nieuwsgaring, het digitaal opnemen van films en voor andere professionele doeleinden, zoals onder meer voor het maken van materiaal voor onderwijs, amusement, reclame en van documentair videomateriaal, zowel voor interne als externe distributie.

Het betrokken product wordt doorgaans aangegeven onder de GN-codes ex 8525 30 90, ex 8525 40 91, ex 8528 21 14, ex 8528 21 16, ex 8528 21 90, ex 8528 22 00, ex 8529 90 81, ex 8529 90 95, ex 8537 10 91, ex 8537 10 99, ex 8543 89 97 of ex 9002 90 00. De GN-codes zijn slechts ter informatie vermeld.

3.   Dumping

De klacht dat het betrokken product met dumping uit Japan wordt ingevoerd, is gebaseerd op een vergelijking van de normale waarde (de prijzen op de binnenlandse markt van Japan) met de prijzen bij uitvoer naar de EU.

De aldus berekende dumpingmarge is aanzienlijk.

4.   Schade

De indiener van de klacht heeft bewijsmateriaal voorgelegd waaruit blijkt dat de invoer van het betrokken product uit Japan, zowel absoluut als in termen van marktaandeel, aanzienlijk is gestegen.

De hoeveelheden waarin en de prijzen waartegen het betrokken product uit Japan wordt ingevoerd hebben onder meer een ongunstige invloed gehad op het marktaandeel, het verkoopvolume en de prijzen van de EU-producenten, waardoor de bedrijfsresultaten en de financiële situatie van deze producenten aanzienlijk zijn verslechterd.

5.   Procedure

De Commissie heeft na overleg in het Raadgevend Comité vastgesteld dat de klacht door of namens de EU-producenten is ingediend en dat er voldoende bewijsmateriaal is om een procedure in te leiden. Zij opent derhalve een onderzoek overeenkomstig artikel 5 van de basisverordening.

5.1.   Procedure voor het vaststellen van dumping en schade

Bij het onderzoek zal worden vastgesteld of het betrokken product uit Japan met dumping wordt ingevoerd en of hierdoor schade is ontstaan.

a)   Steekproeven

Daar kennelijk een groot aantal bedrijven bij deze procedure is betrokken, kan de Commissie, overeenkomstig artikel 17 van de basisverordening, van een steekproef gebruik maken.

i)   Steekproef van producenten/exporteurs in Japan

Om te kunnen beoordelen of het noodzakelijk is van een steekproef gebruik te maken en, indien dit het geval is, deze te kunnen samenstellen, verzoekt de Commissie alle betrokken producenten/exporteurs in Japan, of hun vertegenwoordigers, binnen de onder punt 6 b) i) vermelde termijn en op de onder punt 7 beschreven wijze contact met haar op te nemen en haar de volgende gegevens over hun bedrijf of bedrijven te verstrekken:

naam, adres, e-mailadres, telefoon- en faxnummer en naam van een contactpersoon;

de hoeveelheid (stuks) van het betrokken product die in de periode van 1 april 2005 tot en met 31 maart 2006 naar de EU werd uitgevoerd en de waarde van die export in plaatselijke valuta;

de hoeveelheid (stuks) van het betrokken product die in de periode van 1 april 2005 tot en met 31 maart 2006 op de binnenlandse markt is verkocht en de waarde van die verkoop in plaatselijke valuta;

of om de vaststelling van een individuele dumpingmarge (3) zal worden verzocht (alleen producenten kunnen hierom verzoeken);

een nauwkeurige beschrijving van de activiteiten van het bedrijf met betrekking tot de productie van het betrokken product;

de namen en een nauwkeurige omschrijving van de activiteiten van alle verbonden bedrijven (4) die betrokken zijn bij de productie en/of verkoop (in binnen- en buitenland) van het betrokken product;

alle andere gegevens die de Commissie bij het samenstellen van de steekproef van nut kunnen zijn;

door het verstrekken van de hierboven gevraagde informatie, geeft het bedrijf te kennen bereid te zijn in de steekproef te worden opgenomen. Indien het bedrijf in de steekproef wordt opgenomen, betekent dit dat het een vragenlijst moet beantwoorden en dat de antwoorden ter plaatse zullen worden gecontroleerd. Indien het bedrijf zich niet bereid verklaart in de steekproef te worden opgenomen, wordt het geacht geen medewerking te verlenen aan het onderzoek. De gevolgen van het niet-verlenen van medewerking worden in punt 8 genoemd.

Om de informatie te verkrijgen die zij voor het samenstellen van de steekproef van producenten/exporteurs nodig heeft, zal de Commissie bovendien contact opnemen met de Japanse autoriteiten en de haar bekende organisaties van producenten/exporteurs in Japan.

ii)   Steekproef van importeurs

Om te kunnen beoordelen of het noodzakelijk is van een steekproef gebruik te maken en, indien dit het geval is, deze te kunnen samenstellen, verzoekt de Commissie alle importeurs, of hun vertegenwoordigers, binnen de in punt 6 b) i) vermelde termijn en op de in punt 7 vermelde wijze contact met haar op te nemen en haar de volgende gegevens over hun bedrijf of bedrijven te verstrekken:

naam, adres, e-mailadres, telefoon- en faxnummer en naam van een contactpersoon;

de totale omzet van het bedrijf in euro in de periode van 1 april 2005 tot en met 31 maart 2006;

het totale aantal werknemers;

een nauwkeurige beschrijving van de activiteiten van het bedrijf in verband met het betrokken product;

de hoeveelheid (stuks) van het betrokken product uit Japan die van 1 april 2005 tot 31 maart 2006 in de EU werd ingevoerd en verkocht en de waarde van deze invoer en verkoop in euro;

de namen en een nauwkeurige beschrijving van de activiteiten van alle verbonden bedrijven (5) die betrokken zijn bij de productie en/of verkoop (in binnen- en buitenland) van het betrokken product;

alle andere gegevens die de Commissie bij het samenstellen van de steekproef van nut kunnen zijn;

door het verstrekken van de hierboven gevraagde informatie, geeft het bedrijf te kennen bereid te zijn in de steekproef te worden opgenomen. Indien het bedrijf in de steekproef wordt opgenomen, betekent dit het een vragenlijst moet beantwoorden en dat de antwoorden ter plaatse zullen worden gecontroleerd. Indien het bedrijf zich niet bereid verklaart in de steekproef te worden opgenomen, wordt het geacht geen medewerking te verlenen aan het onderzoek. De gevolgen van het niet-verlenen van medewerking worden in punt 8 genoemd.

Om de informatie te verkrijgen die zij voor het samenstellen van de steekproef van importeurs nodig heeft, zal de Commissie bovendien contact opnemen met de haar bekende organisaties van importeurs.

iii)   Definitieve samenstelling van de steekproeven

Op- of aanmerkingen over de samenstelling van de steekproeven moeten binnen de in punt 6 b) ii) vermelde termijn worden toegezonden.

De Commissie zal de steekproeven eerst definitief samenstellen na de bedrijven te hebben geraadpleegd die zich bereid hebben verklaard daarin te worden opgenomen.

De in de steekproef opgenomen bedrijven moeten binnen de in punt 6 b) iii) vermelde termijn een vragenlijst beantwoorden en medewerking verlenen bij het onderzoek.

Indien geen voldoende medewerking wordt verleend, zal de Commissie haar bevindingen, overeenkomstig artikel 17, lid 4, en artikel 18 van de basisverordening, op de beschikbare gegevens baseren. Op de beschikbare gegevens gebaseerde bevindingen kunnen voor de betrokkene minder gunstig zijn (zie ook punt 8).

b)   Vragenlijsten

Om de informatie te verkrijgen die zij voor haar onderzoek nodig heeft, zal de Commissie vragenlijsten toezenden aan de producenten in de EU, aan organisaties van producenten in de EU, aan de in de steekproef opgenomen producenten/exporteurs in Japan, aan organisaties van producenten/exporteurs in Japan, aan de in de steekproef opgenomen importeurs en organisaties van importeurs die in de klacht zijn genoemd alsook aan de Japanse autoriteiten.

Producenten/exporteurs in Japan die, met het oog op de toepassing van artikel 17, lid 3, en artikel 9, lid 6, van de basisverordening om de vaststelling van een individuele dumpingmarge verzoeken moeten binnen de onder punt 6 a) ii) vermelde termijn een volledig ingevulde vragenlijst inzenden. Deze vragenlijst moet binnen de onder punt 6 a) i) vermelde termijn worden aangevraagd. Indien de Commissie van een steekproef van producenten/exporteurs gebruikmaakt, kan zij evenwel besluiten geen individuele dumpingmarges te berekenen omdat individuele onderzoeken bij een groot aantal producenten/exporteurs een zo grote werklast kunnen vormen dat zij een tijdige voltooiing van het onderzoek in de weg staan.

c)   Het schriftelijk en mondeling verstrekken van informatie

Belanghebbenden wordt verzocht hun standpunt schriftelijk uiteen te zetten en eventuele andere gegevens dan de antwoorden op de vragenlijst en het nodige bewijsmateriaal toe te zenden. Deze gegevens en het bewijsmateriaal moeten binnen de in punt 6 a) ii) genoemde termijn door de Commissie zijn ontvangen.

Bovendien kan de Commissie de belanghebbenden horen die hierom schriftelijk verzoeken en die kunnen aantonen dat er bijzondere redenen zijn om hen te horen. Een dergelijk verzoek moet binnen de in punt 6 a) iii) vermelde termijn worden ingediend.

5.2.   Procedure voor de beoordeling van het belang van de EU

Overeenkomstig artikel 21 van de basisverordening zal worden onderzocht of het niet tegen het belang van de EU is antidumpingmaatregelen te nemen indien dumping en schade worden aangetoond. EU-producenten, importeurs en representatieve organisaties van producenten, importeurs en gebruikers die aantonen dat er een objectieve band is tussen hun activiteiten en het betrokken product, kunnen, binnen de onder punt 6 a) ii) genoemde algemene termijn, contact met de Commissie opnemen en inlichtingen verstrekken. Deze partijen kunnen binnen de onder punt 6 a) iii) vermelde termijn ook een mondeling onderhoud aanvragen onder opgave van de bijzondere redenen waarom zij gehoord wensen te worden. Met informatie die op grond van artikel 21 wordt verstrekt, wordt slechts rekening gehouden indien daarbij, op het moment dat deze wordt verstrekt, het nodige bewijsmateriaal is gevoegd.

6.   Termijnen

a)   Algemene termijnen

i)   Om een vragenlijst aan te vragen

Vragenlijsten dienen zo spoedig mogelijk, doch in ieder geval binnen 15 dagen na de bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie, te worden aangevraagd.

ii)   Om zich aan te melden, antwoorden op de vragenlijst en andere gegevens toe te zenden

Belanghebbenden die wensen dat bij het onderzoek met hun opmerkingen rekening wordt gehouden, dienen binnen 40 dagen na de bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie, tenzij anders vermeld, contact met de Commissie op te nemen, hun standpunt uiteen te zetten en het antwoord op de vragenlijst en eventuele andere gegevens te doen toekomen. Er wordt op gewezen dat de meeste in de basisverordening vermelde procedurele rechten slechts kunnen worden uitgeoefend indien de betrokkene zich binnen de genoemde termijn bij de Commissie aanmeldt.

De in een steekproef opgenomen bedrijven moeten de antwoorden op de vragenlijst doen toekomen binnen de onder punt 6 b) iii) vermelde termijn.

iii)   Om een mondeling onderhoud aan te vragen

Binnen dezelfde termijn van 40 dagen kunnen belanghebbenden ook vragen door de Commissie te worden gehoord.

b)   Bijzondere termijn voor de samenstelling van de steekproef

i)

De in punt 5.1 a) i) en ii) bedoelde gegevens dienen door de Commissie te zijn ontvangen uiterlijk 15 dagen na publicatie van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie, daar de Commissie voornemens is de bedrijven die zich bereid hebben verklaard in de steekproef te worden opgenomen binnen 21 dagen na publicatie van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie te raadplegen over de definitieve samenstelling van de steekproef.

ii)

Alle andere gegevens die voor het samenstellen van de steekproef van nut kunnen zijn, als bedoeld in punt 5.1 a) iii), moeten de Commissie bereiken binnen 21 dagen na de publicatie van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie.

iii)

De antwoorden op de vragenlijst van de in de steekproeven opgenomen bedrijven moeten binnen 37 dagen nadat deze bedrijven is medegedeeld dat zij in een steekproef zijn opgenomen door de Commissie zijn ontvangen.

7.   Schriftelijke opmerkingen, antwoorden op de vragenlijst en andere correspondentie

Alle opmerkingen en verzoeken moeten schriftelijk (niet elektronisch, tenzij anders vermeld) worden toegezonden onder opgave van naam, adres, e-mailadres, telefoon- en faxnummer van de betrokkene. Alle schriftelijke opmerkingen, met inbegrip van de in dit bericht gevraagde informatie, antwoorden op de vragenlijst en correspondentie die op vertrouwelijke basis worden verstrekt, moeten van het opschrift „Limited” (6) zijn voorzien en moeten, overeenkomstig artikel 19, lid 2, van de basisverordening, vergezeld gaan van een niet-vertrouwelijke versie waarop is vermeld „For inspection by interested parties”.

Correspondentieadres van de Commissie:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Handel

Directoraat B

Kamer: J-79 5/16

B-1049 Brussel

Fax (32-2) 295 65 05.

8.   Medewerking

Indien een belanghebbende binnen de gestelde termijnen de toegang tot de nodige gegevens weigert of deze anderszins niet verstrekt of het onderzoek aanmerkelijk belemmert, kunnen, overeenkomstig artikel 18 van de basisverordening, aan de hand van de beschikbare gegevens voorlopige of definitieve conclusies worden getrokken, zowel in positieve als in negatieve zin.

De Commissie kan de verstrekte inlichtingen, indien deze onjuist of misleidend blijken, buiten beschouwing laten en van de beschikbare gegevens gebruik maken. Indien een belanghebbende geen of onvoldoende medewerking verleent, en de bevindingen daarom, overeenkomstig artikel 18 van de basisverordening, op de beschikbare gegevens worden gebaseerd, kunnen de resultaten voor hem minder gunstig zijn dan wanneer hij wel medewerking had verleend.

9.   Onderzoek ten behoeve van de eventuele herziening van de geldende maatregelen

Bij Verordening (EG) nr. 2042/2000 van de Raad (7) werden definitieve antidumpingrechten ingesteld op televisiecamerasystemen uit Japan, ingedeeld onder de GN-codes ex 8525 30 90, ex 8537 10 91, ex 8537 10 99, ex 8529 90 81, ex 8529 90 95 (voorheen ex 8529 90 88), ex 8543 89 97 (voorheen ex 8543 89 95), ex 8528 21 14, ex 8528 21 16 en ex 8528 21 90. De televisiecamerasystemen waarop deze verordening betrekking heeft vallen geheel en al onder de productdefinitie in punt 2.

Mocht in het kader van de bij dit bericht ingeleide procedure blijken dat antidumpingmaatregelen moeten worden genomen ten aanzien van de hier bedoelde camerasystemen (en die dus ook de televisiecamerasystemen dekken waarop Verordening (EG) nr. 2042/2000 van toepassing is), dan is het niet dienstig de bij Verordening (EG) nr. 2042/2000 ingestelde antidumpingmaatregelen te handhaven en die verordening moet dan worden gewijzigd of ingetrokken. Daarom moet een tussentijdse onderzoek worden geopend wat betreft de maatregelen die bij Verordening (EG) nr. 2042/2000 werden ingesteld om deze zo nodig in het licht van de resultaten van het bij dit bericht geopende onderzoek te kunnen wijzigen of intrekken.

De Commissie opent dus, overeenkomstig artikel 11, lid 3, van de basisverordening, een tussentijds onderzoek naar de maatregelen die bij Verordening (EG) nr. 2042/2000 werden ingesteld. De punten 5, 6, 7 en 8 van dit bericht zijn van overeenkomstige toepassing op dit tussentijdse onderzoek.

10.   Tijdschema

Het onderzoek wordt overeenkomstig artikel 6, lid 9, van de basisverordening binnen 15 maanden na de publicatie van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie afgesloten. Overeenkomstig artikel 7, lid 1, van de basisverordening kunnen uiterlijk negen maanden na de publicatie van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie voorlopige maatregelen worden genomen.


(1)  PB L 56 van 6.3.1996, blz. 1.

(2)  PB L 340 van 23.12.2005, blz. 17.

(3)  Niet in de steekproef opgenomen bedrijven kunnen om vaststelling van een individuele dumpingmarge verzoeken op grond van artikel 17, lid 3, van de basisverordening.

(4)  Voor de betekenis van het begrip „verbonden bedrijf” zie artikel 143 van Verordening (EEG) nr. 2454/93 houdende bepalingen ter uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2913/92 tot vaststelling van het communautair douanewetboek (PB L 253 van 11.10.1993, blz. 1).

(5)  Voor de betekenis van het begrip „verbonden bedrijf” zie artikel 143 van Verordening (EEG) nr. 2454/93 houdende bepalingen ter uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2913/92 tot vaststelling van het communautair douanewetboek (PB L 253 van 11.10.1993, blz. 1).

(6)  Dit betekent dat het document slechts voor intern gebruik is bestemd. en beschermd is in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1049/2001 van het Europees Parlement en de Raad inzake de toegang van het publiek tot documenten van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie (PB L 145 van 31.5.2001, blz. 43). Deze documenten zijn vertrouwelijk op grond van artikel 19 van de basisverordening en artikel 6 van de WTO-overeenkomst inzake de tenuitvoerlegging van artikel VI van de GATT 1994 (antidumpingovereenkomst).

(7)  PB L 244 van 29.9.2000, blz. 38. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1454/2005 (PB L 231 van 8.9.2005, blz. 1).


18.5.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 117/13


Voorafgaande aanmelding van een concentratie

(Zaak nr. COMP/M.4180 — Gaz de France/Suez)

(2006/C 117/04)

(Voor de EER relevante tekst)

1.

Op 10 mei 2006 ontving de Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) waarin wordt meegedeeld dat de onderneming Gaz de France groep („GDF” Frankrijk) een volledige fusie in de zin van artikel 3, lid 1), sub a), van genoemde verordening met de Suez groep („Suez”, Frankrijk) aangaat door middel van een aandelenruil.

2.

De bedrijfswerkzaamheden van de betrokken ondernemingen zijn:

voor GDF: actief in de gassector op alle niveaus, in elektriciteitsopwekking en -levering en in energiegerelateerde diensten;

voor Suez: actief in de gas- en elektriciteitssector, in energiegerelateerde diensten en in water- en milieugerelateerde diensten.

3.

Op grond van een voorlopig onderzoek is de Commissie van oordeel dat de aangemelde transactie binnen het toepassingsgebied van Verordening (EG) nr. 139/2004 kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden.

4.

De Commissie verzoekt belanghebbende derden hun eventuele opmerkingen ten aanzien van de voorgenomen concentratie kenbaar te maken aan de Commissie.

Deze opmerkingen moeten de Commissie uiterlijk tien dagen na dagtekening van deze bekendmaking hebben bereikt. Zij kunnen per fax ((32-2) 296 43 01 of 296 72 44) of per post, onder vermelding van referentienummer COMP/M.4180 — GDF/Suez, aan onderstaand adres worden toegezonden:

Europese Commissie

DG Concurrentie

Merger Registry

J-70

B-1049 Brussel


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1.


EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE

EVA-Hof

18.5.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 117/14


Beroep tegen het Koninkrijk Noorwegen, ingesteld door de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA op 13 maart 2006

(Zaak E-1/06)

(2006/C 117/05)

Op 13 maart 2006 werd bij het EVA-Hof tegen het Koninkrijk Noorwegen beroep ingesteld door de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA, vertegenwoordigd door Niels Fenger en Per Andreas Bjørgan, optredend als gemachtigden van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA, Belliardstraat 35, B-1040 Brussel.

Verzoekster eist dat het Hof:

1.

verklaart dat het Koninkrijk Noorwegen door de wijziging van de Noorse wetgeving met betrekking tot kansspelen en loterijen in „Lov av 29. august 2003 om endringer i pengespill- og lotterilovgivningen” , waarbij een monopolie met betrekking tot de exploitatie van speelautomaten wordt ingevoerd, een inbreuk heeft gepleegd op de artikelen 31 en 36 van de EER-Overeenkomst;

en

2.

het Koninkrijk Noorwegen in de kosten van de procedure verwijst.

Feiten en argumenten:

De zaak heeft betrekking op een monopolie op de exploitatie van speelautomaten in Noorwegen.

Op grond van het Noorse wetboek van strafrecht, afdelingen 298 en 299, is gokken verboden, tenzij krachtens een specifieke wetgeving hiertoe een vergunning werd verleend.

Bij de wet nr. 103 van 28 augustus 1992 (hierna „de kansspelenwet” genoemd) werden verscheidene voorheen toegestane gokactiviteiten (Lotto, paardenwedrennen en voetbaltoto) samengebundeld onder de exploitatie van Norsk Tipping AS, een onderneming die volledig in handen was van de Noorse overheid.

Bij wet nr. 11 van 24 februari 1995 (hierna „de loterijwet” genoemd) werd bepaald dat speelautomaten als een loterijactiviteit moeten worden beschouwd, die alleen mag worden uitgeoefend om geld in te zamelen voor goede doelen. In de wet werd bepaald wie speelautomaten mag exploiteren, met inbegrip van particuliere exploitanten.

Met het oog op de bestrijding van het groeiende probleem van de gokverslaving heeft de Storting (het Noorse parlement) bij wet nr. 90 van 29 augustus 2003 het beheer van de loterijactiviteiten waarbij van speelautomaten gebruik wordt gemaakt, overgeheveld van de loterijwet (die voorziet in particuliere exploitanten) naar de kansspelenwet (waarin aan Norsk Tipping AS exclusieve exploitatierechten worden toegekend).

De wijzigingen van de Noorse wetgeving hebben tot gevolg dat de bestaande exploitanten hun activiteiten moeten beëindigen en dat speelautomaten vanaf dan alleen in het kader van een staatsmonopolie (Norsk Tipping AS) kunnen worden geëxploiteerd.

Luidens artikel 31 van de EER-Overeenkomst zijn er geen beperkingen van de vrijheid van vestiging voor onderdanen van een lidstaat van de EG of een EVA-Staat op het grondgebied van een andere staat bij de Overeenkomst. Dit geldt eveneens voor de oprichting van agentschappen, filialen of dochterondernemingen door de onderdanen van een lidstaat van de EG of een EVA-Staat die op het grondgebied van een van deze staten zijn gevestigd.

Luidens artikel 36 van de EER-Overeenkomst zijn er geen beperkingen van het vrij verrichten van diensten binnen de Europese Economische Ruimte ten aanzien van de onderdanen van de Lid-Staten van de EG en de EVA-Staten die in een andere lidstaat van de EG of een EVA-Staat zijn gevestigd dan die, waarin degene is gevestigd te wiens behoeve de dienst wordt verricht.