Europese identificatiecode voor wetgeving (ELI)

SAMENVATTING VAN:

Conclusies van de Raad over het verzoek tot invoering van een Europese identificatiecode voor wetgeving (ELI)

WAT IS HET DOEL VAN DE CONCLUSIES?

Wetteksten zijn online breed beschikbaar en in meerdere digitale formaten toegankelijk. De wijze waarop wettelijke informatie is georganiseerd en geordend, verschilt echter per rechtsstelsel. Met de conclusies wordt deze kwestie aangepakt. In de conclusies wordt steun uitgesproken voor de Europese identificatiecode voor wetgeving (ELI), een initiatief waardoor wordt gewaarborgd dat burgers en rechtsbeoefenaars betere toegang krijgen tot informatie over wetgeving, zowel op regionaal, nationaal als EU-niveau.

ELI maakt de toegang tot en de uitwisseling van deze informatie eenvoudiger en draagt op die wijze bij aan de gemeenschappelijke ruimte van vrijheid, veiligheid en recht van de Europese Unie (EU).

KERNPUNTEN

In de conclusies worden de EU-landen verzocht het ELI-systeem in te voeren, zodat informatie over EU- en nationale wetgeving voor alle wetgevingssystemen op een geharmoniseerde manier wordt beschreven. Hiermee wordt voor burgers en professionele gebruikers de ontsluiting, de toegang en het hergebruik van informatie over wetgeving verbeterd.

Hoe werkt ELI?

ELI is gebaseerd op:

het gebruik van een unieke Uniform Resource Identifier (URI) om een weblocatie voor wettelijke informatie te bepalen;
een set gestructureerde metadata waarmee EU- en nationale wettelijke informatie wordt beschreven;
het gebruik van een gemeenschappelijke taal om wettelijke informatie in machineleesbare formaten uit te wisselen, ter verbetering van hergebruik*.

Het ELI-systeem werd ontwikkeld om de informatie over wetgeving te standaardiseren om zo de uitwisseling te bevorderen en om de interoperabiliteit tussen wettelijke informatiesystemen op EU- en nationaal niveau te verbeteren bij behoud van de specifieke kenmerken van de juridische en wetgevingssystemen van elk land.

Wat moeten de EU-landen doen om ELI in te voeren?

De invoering van ELI is facultatief, vrijwillig en geleidelijk. Voor de invoering van ELI dienen de uitgevers van wetteksten:

hun wetgeving van ELI-identificatiecodes en metagegevens te voorzien;
de aan hun wetgeving toegekende ELI-metadata in een specifiek formaat te publiceren.

Landen die ELI toepassen, worden verzocht om een nationale coördinator voor ELI aan te stellen en om informatie over hun toepassingen van ELI met elkaar uit te wisselen. Deze informatie moet publiekelijk beschikbaar worden gemaakt op de ELI-website in het EUR-Lex-portaal: http://eurlex.europa.eu/eli

Conclusies van de Raad van 2017

In november 2017 nam de Raad een nieuwe, op de conclusies van 2012 voortbouwende reeks conclusies over ELI aan.

Deze conclusies bevatten een voortgangsverslag over het ELI-initiatief:

het ELI-systeem is in een aantal nationale publicatiesystemen voor wetgeving in gebruik genomen;
ELI wordt toegepast op de EU-wetgeving die wordt gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie en het door het Bureau voor publicaties van de Europese Unie geëxploiteerde EUR-Lex-portaal;
het Bureau voor publicaties heeft ELI in overeenstemming met Besluit 2009/496/EG in het EUR-Lex-portaal geïntegreerd. In het EUR-Lex-portaal houdt het Bureau voor publicaties een register bij van nationale ELI-coördinatoren en geeft het informatie over het formaat en gebruik van ELI in de deelnemende landen en andere nuttige informatie.

In de conclusies wordt de Groep e-recht van de Raad verzocht om een reeks maatregelen te nemen voor de verdere ontwikkeling van het ELI-systeem, en verzoekt de Raad in het bijzonder:

de ELI-taskforce om de aan ELI gerelateerde specificaties en de ontwikkeling ervan in de toekomst te beschrijven;
de groep ELI-deskundigen van de Groep e-recht om dit initiatief verder te ontwikkelen door:
- EU-landen in staat te stellen om ervaringen en goede praktijken uit te wisselen over het gebruik van ELI;
- EU-landen te informeren over het werk van de ELI-taskforce;
- verslag uit te brengen aan de Groep e-recht over de zorgen en behoeften in het licht van ELI;
- verslag over de bijeenkomsten uit te brengen aan de Groep e-recht.

In een bijlage is een overzicht van de belangrijkste elementen met betrekking tot informatie en referenties opgenomen:

over nationale toepassing;
elementen van ELI;
ELI-referentiewebsites.

ACHTERGROND

Zie voor meer informatie:

Over ELI (Bureau voor publicaties van de Europese Unie).

KERNBEGRIPPEN

Hergebruik: de mogelijkheid voor burgers en bedrijven om materiaal gratis opnieuw te gebruiken, zelfs voor commerciële doeleinden, en zonder dat daarvoor toestemming hoeft te worden gevraagd. De informatie kan worden gereproduceerd, aangepast, vertaald enz. Aan dit hergebruik kunnen voorwaarden worden gesteld. Het algemene beleid van de Europese Commissie ten aanzien van hergebruik stelt bijvoorbeeld als voorwaarde dat degenen die informatie hergebruiken, de bron ervan vermelden en ervoor zorgen dat de originele betekenis niet wordt verhaspeld. Er zijn echter bepaalde uitzonderingen op het algemene beleid van de Commissie ten aanzien van hergebruik, zoals logo’s, software en dergelijke.

BELANGRIJKSTE DOCUMENT

Conclusies van de Raad over het verzoek tot invoering van een Europese identificatiecode voor wetgeving (ELI) (PB C 325 van 26.10.2012, blz. 3-11)

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Conclusies van de Raad van 6 november 2017 over de Europese identificatiecode voor wetgeving (PB C 441 van 22.12.2017, blz. 8-12)

Besluit 2009/496/EG, Euratom van het Europees Parlement, de Raad, de Commissie, het Hof van Justitie, de Rekenkamer, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s van 26 juni 2009 betreffende de organisatie en de werking van het Bureau voor publicaties van de Europese Unie (PB L 168 van 30.6.2009, blz. 41-47)

Achtereenvolgende wijzigingen van Besluit 2009/496/EG, Euratom werden in het oorspronkelijke document opgenomen. Deze geconsolideerde versie is enkel van documentaire waarde.

Laatste bijwerking 09.02.2018