Comitologie

Onder de term “comitologie” wordt een reeks procedures verstaan waarmee de Europese Commissie de door de wetgever van de Europese Unie (EU) verleende uitvoeringsbevoegdheden met hulp van de comités van vertegenwoordigers van de EU-lidstaten uitoefent.

Krachtens artikel 291 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie kan de EU-wetgever de Commissie machtigen om “uitvoeringshandelingen” vast te stellen door middel van specifieke regels die zijn vastgelegd in een wetgevingshandeling (de “basishandeling”). Dit gebeurt wanneer het nodig is om eenvormige voorwaarden voor de uitvoering van het EU-recht vast te stellen, zodat niet iedere lidstaat het EU-recht zelf op potentieel verschillende manieren uitvoert.

De na te leven praktische regels en algemene beginselen inzake comitologie zijn vastgelegd in Verordening (EU) nr. 182/2011 (de “comitologieverordening”). Dienovereenkomstig raadpleegt de Commissie een comité dat uit vertegenwoordigers van alle lidstaten is samengesteld en door de Commissie wordt voorgezeten, inzake ontwerpuitvoeringshandelingen. Deze comités maken gebruik van twee soorten procedures:

Deze procedures hebben verschillende stemregels en lopen uiteen wat betreft de manier waarop hun stemmingen van invloed zijn op de mogelijkheden van de Commissie om de uitvoeringshandeling in kwestie vast te stellen. De keuze van de procedure voor een bepaalde handeling wordt gemaakt door de EU-wetgever en is afhankelijk van de aard van de uitvoeringsbevoegdheden in de basishandeling (verordening, richtlijn of besluit).

ZIE OOK