Vangstmogelijkheden voor vis in de Oostzee (2022)

SAMENVATTING VAN:

Verordening (EU) 2021/1888 tot vaststelling, voor 2022, van de vangstmogelijkheden voor bepaalde visbestanden en groepen visbestanden in de Oostzee

WAT IS HET DOEL VAN DE VERORDENING?

De verordening schetst de vangstmogelijkheden (quota) in de Oostzee voor 2022 en wijzigt een aantal quota die zijn vastgesteld bij Verordening (EU) 2021/92 (zie samenvatting).

KERNPUNTEN

Toepassingsgebied

De verordening is van toepassing op vissersvaartuigen van de Europese Unie (EU) die actief zijn in de Oostzee en bepaalde recreatievisserij*.

Totaal toegestane vangsten en toewijzingen

Totaal toegestane vangsten (TAC’s) zijn voor verschillende vissoorten de maximale hoeveelheid die van die vissoort in het betreffende jaar mag worden gevangen. Deze vangstbeperkingen staan vermeld in de bijlage bij de verordening.

TAC’s zijn gebaseerd op:

de maximale duurzame opbrengst* en stemmen overeen met het meerjarenbeheersplan voor de visserij op de Oostzee, dat krachtens Verordening (EU) 2016/1139 is vastgesteld;
het beste beschikbare wetenschappelijke advies, met inbegrip van verslagen van het Wetenschappelijk, Technisch en Economisch Comité voor de visserij, met inachtneming van zowel de biologische en sociaaleconomische aspecten als de verplichting tot gelijke behandeling van de visserijsectoren.

De TAC voor elke afzonderlijke soort wordt verdeeld in quota toegewezen aan EU-lidstaten of niet-EU-landen.

De quota worden goedgekeurd door de Raad van de Europese Unie op basis van voorstellen van de Europese Commissie.

Voorwaarden voor het aanlanden van vangsten en bijvangsten*

In de bijlage staan de bestanden vermeld van niet-doelsoorten binnen de in Verordening (EU) nr. 1380/2013 inzake het gemeenschappelijk visserijbeleid (zie samenvatting) genoemde veilige biologische limieten waarbij mag worden afgeweken van de verplichting om de vangst mee te tellen voor de relevante quota.

Beschermende maatregelen voor de visserij in de Oostzee

Om diverse redenen, met name milieutechnische, zijn de bestanden van een aantal vissoorten in de Oostzee bijzonder kwetsbaar. De verordening bevat maatregelen als:

sluitingen ter bescherming van paaiende kabeljauw;
vangsten van haring in het westelijke deel van de Oostzee en kabeljauw beperkt tot onvermijdelijke bijvangsten in andere visserijen;
voor de recreatievisserij geldende sluitingen of dagelijkse limieten voor het aantal kabeljauwen en zalmen dat men in bezit mag hebben;
verboden op het vissen op zeeforel en zalm in bepaalde gebieden.

Wijzigingen aan Verordening (EU) 2021/92

In aansluiting op het overleg met de kustlidstaten en de onderhandelingen tussen Noorwegen, het Verenigd Koninkrijk en de EU, brengt de verordening gedetailleerde wijzigingen aan in Verordening (EU) nr. 2021/92 inzake vangstmogelijkheden voor de volgende soorten.

Kabeljauw in het oostelijk deel van het Kanaal, met ingang van 1 januari 2021.
Makreel in de Britse en EU-wateren in het zuidelijke deel van de Noorse Zee, de Oostzee en de Noordzee, met ingang van 1 januari 2021.
Makreel in de Noorse wateren van het zuidelijke deel van de Noorse Zee en het noordelijke deel van de Noordzee, voorzover dit gevolgen heeft voor Denemarken, met ingang van 12 oktober 2021.
Kever en geassocieerde bijvangsten in het zeegebied tussen Denemarken en Noorwegen/Zweden, alsmede in de Britse en de EU-wateren van de Noordzee en de Britse wateren van de zuidelijke Noorse Zee, van toepassing van 1 november 2021 tot en met 31 oktober 2022.
Andere soorten in de EU-wateren van de Noordzee en een deel van de Keltische zeeën voor de kust van Schotland, van toepassing met ingang van 1 januari 2021.
Lodde in de wateren van Groenland, van toepassing van 15 oktober 2021 tot en met 15 april 2022.

VANAF WANNEER IS DE VERORDENING VAN TOEPASSING?

De verordening is sinds 1 januari 2022 voor visserij in de Oostzee van toepassing. Wijzigingen aan Verordening (EU) 2021/92 zijn van toepassing zoals hierboven vermeld.

ACHTERGROND

Zie voor meer informatie:

Oostzee: Overeenkomst gesloten over vangstmogelijkheden in 2022 (Europese Commissie).

KERNBEGRIPPEN

Recreatievisserij. Niet-commerciële visserijactiviteiten waarmee mariene biologische rijkdommen worden geëxploiteerd voor recreatieve, toeristische of sportieve doeleinden.

Maximale duurzame opbrengst. De grootste opbrengst (vangst) uit het bestand van een soort die over een onbepaalde periode kan worden bovengehaald, d.w.z. zonder deze soort in gevaar te brengen.

Bijvangst. Ongewenste vis- en mariene soorten die per ongeluk worden gevangen.

BELANGRIJKSTE DOCUMENT

Verordening (EU) 2021/1888 van de Raad van 27 oktober 2021 tot vaststelling, voor 2022, van de vangstmogelijkheden voor bepaalde visbestanden en groepen visbestanden in de Oostzee en tot wijziging van Verordening (EU) 2021/92 wat betreft bepaalde vangstmogelijkheden in andere wateren (PB L 384 van 29.10.2021, blz. 1–19).

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Verordening (EU) 2021/92 van de Raad van 28 januari 2021 tot vaststelling, voor 2021, van de vangstmogelijkheden voor bepaalde visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Unie en, voor vissersvaartuigen van de Unie, in bepaalde wateren buiten de Unie van toepassing zijn (PB L 31 van 29.1.2021, blz. 31–192).

Achtereenvolgende wijzigingen aan Richtlijn (EU) 2021/92 werden in de basistekst opgenomen. Deze geconsolideerde versie is enkel van documentaire waarde.

Verordening (EU) 2016/1139 van het Europees Parlement en de Raad van 6 juli 2016 tot vaststelling van een meerjarenplan voor de kabeljauw-, haring- en sprotbestanden in de Oostzee en de visserijen die deze bestanden exploiteren, tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2187/2005 van de Raad en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1098/2007 van de Raad (PB L 191 van 15.7.2016, blz. 1–15).

Zie de geconsolideerde versie.

Verordening (EU) nr. 1380/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2013 inzake het gemeenschappelijk visserijbeleid, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 1954/2003 en (EG) nr. 1224/2009 van de Raad en tot intrekking van Verordeningen (EG) nr. 2371/2002 en (EG) nr. 639/2004 van de Raad en Besluit 2004/585/EG van de Raad (PB L 354 van 28.12.2013, blz. 22-61).

Zie de geconsolideerde versie.

Verordening (EG) nr. 1224/2009 van de Raad van 20 november 2009 tot vaststelling van een communautaire controleregeling die de naleving van de regels van het gemeenschappelijk visserijbeleid moet garanderen, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 847/96, (EG) nr. 2371/2002, (EG) nr. 811/2004, (EG) nr. 768/2005, (EG) nr. 2115/2005, (EG) nr. 2166/2005, (EG) nr. 388/2006, (EG) nr. 509/2007, (EG) nr. 676/2007, (EG) nr. 1098/2007, (EG) nr. 1300/2008, (EG) nr. 1342/2008 en tot intrekking van Verordeningen (EEG) nr. 2847/93, (EG) nr. 1627/94 en (EG) nr. 1966/2006 (PB L 343 van 22.12.2009, blz. 1-50).

Zie de geconsolideerde versie.

Laatste bijwerking 07.12.2021