Hoge normen voor veiligheid en gestroomlijnde procedures voor klinische proeven in de EU

 

SAMENVATTING VAN:

Verordening (EU) nr. 536/2014 over klinische proeven met geneesmiddelen voor menselijk gebruik

WAT IS HET DOEL VAN DE VERORDENING?

KERNPUNTEN

Algemeen uitgangspunt

Een klinische proef mag alleen worden gehouden als:

Voorschriften

VANAF WANNEER IS DE VERORDENING VAN TOEPASSING?

Verordening (EU) nr. 536/2014 is van toepassing sinds 31 januari 2022, zes maanden na de bekendmaking van de in artikel 82, lid 3, bedoelde mededeling waarin staat dat uit een onafhankelijk auditverslag is gebleken dat het EU-portaal en de EU-databank volledig functioneel zijn geworden (zie Besluit (EU) 2021/1240). De bestaande wetgeving op dit gebied (Richtlijn 2001/20/EG) zal worden ingetrokken na het verstrijken van een overgangsperiode van drie jaar, gerekend vanaf de hiervoor bedoelde datum.

ACHTERGROND

De vorige richtlijn van de Commissie inzake goede praktijken bij het vervaardigen is per de datum waarop de verordening over klinische proeven van toepassing is geworden, ingetrokken door de nieuwe richtlijn van de Commissie inzake goede praktijken bij het vervaardigen, Richtlijn 2017/1572.

De richtsnoeren voor de toepassing van de richtlijn inzake klinische proeven zijn te vinden in deel 10 van EudraLex.

Zie voor meer informatie:

BELANGRIJKSTE DOCUMENT

Verordening (EU) nr. 536/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 betreffende klinische proeven met geneesmiddelen voor menselijk gebruik en tot intrekking van Richtlijn 2001/20/EG (PB L 158 van 27.5.2014, blz. 1-76).

Achtereenvolgende wijzigingen aan Verordening (EU) nr. 536/2014 werden in de basistekst opgenomen. Deze geconsolideerde versie is enkel van documentaire waarde.

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Uitvoeringsverordening (EU) 2022/20 van de Commissie van 7 januari 2022 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) nr. 536/2014 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de vaststelling van voorschriften en procedures voor de samenwerking van de lidstaten bij de veiligheidsbeoordeling van klinische proeven (PB L 5 van 10.1.2022, blz. 14-25).

Besluit (EU) 2021/1240 van de Commissie van 13 juli 2021 betreffende de conformiteit van het EU-portaal en de EU-databank voor klinische proeven met geneesmiddelen voor menselijk gebruik met de vereisten van artikel 82, lid 2, van Verordening (EU) nr. 536/2014 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 275 van 31.7.2021, blz. 1-2).

Uitvoeringsverordening (EU) 2017/556 van de Commissie van 24 maart 2017 houdende de nadere regeling voor de inspectieprocedures inzake goede klinische praktijken overeenkomstig Verordening (EU) nr. 536/2014 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 80 van 25.3.2017, blz. 7-13).

Richtlijn (EU) 2017/1572 van de Commissie van 15 september 2017 tot aanvulling van Richtlijn 2001/83/EG van het Europees Parlement en de Raad wat de beginselen en richtsnoeren inzake goede praktijken bij het vervaardigen van geneesmiddelen voor menselijk gebruik betreft (PB L 238 van 16.9.2017, blz. 44-50).

Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/1569 van de Commissie van 23 mei 2017 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 536/2014 van het Europees Parlement en de Raad door specificatie van de beginselen en richtsnoeren inzake goede praktijken bij het vervaardigen van geneesmiddelen voor onderzoek voor menselijk gebruik en de regeling voor inspectie (PB L 238 van 16.9.2017, blz. 12-21).

Richtlijn 2001/20/EG van het Europees Parlement en de Raad van 4 april 2001 betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de toepassing van goede klinische praktijken bij de uitvoering van klinische proeven met geneesmiddelen voor menselijk gebruik (PB L 121 van 1.5.2001, blz. 34-44).

Zie de geconsolideerde versie.

Laatste bijwerking 30.05.2022