Toezicht op de handel in drugsprecursoren tussen de EU en niet-EU-landen

 

SAMENVATTING VAN:

Verordening (EG) nr. 111/2005 — Voorschriften voor het toezicht op de handel tussen de Europese Unie (EU) en niet-EU-landen in drugsprecursoren

WAT IS HET DOEL VAN DE VERORDENING?

KERNPUNTEN

In de verordening wordt een onderscheid gemaakt tussen geregistreerde stoffen en niet-geregistreerde stoffen*.

Verplichtingen van marktdeelnemers

Vergunning voor stoffen van categorie 1

Registratie voor stoffen van de categorieën 2 en 3

Kennisgeving aan de instanties

Voorafgaande kennisgeving van uitvoer

Uitvoervergunning

Invoervergunning

Bevoegde instanties van de EU-landen — bevoegdheden en verplichtingen

EU-landen moeten:

Europese databank

Uitvoeringshandelingen en gedelegeerde handelingen

Intrekking

Bij deze verordening wordt Verordening (EEG) nr. 3677/90 ingetrokken.

VANAF WANNEER IS DEZE VERORDENING VAN TOEPASSING?

ACHTERGROND

Voor meer informatie zie:

KERNBEGRIPPEN

Drugsprecursoren: chemische stoffen die voornamelijk worden gebruikt voor de legitieme (legale) productie van een grote verscheidenheid aan producten, zoals geneesmiddelen, kunststoffen en cosmetica. Deze stoffen kunnen ook worden misbruikt voor illegale/ongeoorloofde doeleinden, zoals de productie van methamfetamine, heroïne of cocaïne.
Geregistreerde stof: elke in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 111/2005 genoemde stof die kan worden gebruikt voor de illegale vervaardiging van verdovende middelen of psychotrope stoffen, met inbegrip van mengsels en natuurproducten die dergelijke stoffen bevatten. Hieronder vallen echter geen mengsels en natuurproducten die geregistreerde stoffen bevatten en die zodanig zijn vermengd dat de geregistreerde stoffen niet gemakkelijk met eenvoudige of economisch rendabele middelen kunnen worden gebruikt of geëxtraheerd: geneesmiddelen voor de mens, zoals omschreven in Richtlijn 2001/83/EG, en geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik, zoals omschreven in Richtlijn 2001/82/EG.
Gebruiker: een natuurlijke of rechtspersoon die geen marktdeelnemer is (zie het volgende kernbegrip), die in het bezit is van een geregistreerde stof en betrokken is bij de verwerking, formulering, consumptie, opslag, bewaring, behandeling, overbrenging in recipiënten, overbrenging van de ene recipiënt naar de andere, vermenging, bewerking of elke andere gebruikmaking van geregistreerde stoffen.
Marktdeelnemer: elke natuurlijke of rechtspersoon die betrokken is bij het in de handel brengen van geregistreerde stoffen.
Niet-geregistreerde stoffen: elke stof die niet in bijlage I bij deze verordening wordt genoemd, maar waarvan bekend is dat ze is gebruikt bij de illegale vervaardiging van verdovende middelen of psychotrope stoffen.

BELANGRIJKSTE DOCUMENT

Verordening (EG) nr. 111/2005 van de Raad van 22 december 2004 houdende voorschriften voor het toezicht op de handel tussen de Gemeenschap en derde landen in drugsprecursoren (PB L 22 van 26.1.2005, blz. 1-10)

Achtereenvolgende wijzigingen aan Verordening (EG) nr. 111/2005 zijn opgenomen in de oorspronkelijke tekst. Deze geconsolideerde versie heeft slechts informatieve waarde.

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/1011 van de Commissie van 24 april 2015 tot aanvulling van Verordening (EG) nr. 273/2004 van het Europees Parlement en de Raad inzake drugsprecursoren en Verordening (EG) nr. 111/2005 van de Raad houdende voorschriften voor het toezicht op de handel tussen de Unie en derde landen in drugsprecursoren, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1277/2005 van de Commissie (PB L 162 van 27.6.2015, blz. 12-25)

Zie de geconsolideerde versie.

Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1013 van de Commissie van 25 juni 2015 tot vaststelling van voorschriften met betrekking tot Verordening (EG) nr. 273/2004 van het Europees Parlement en de Raad inzake drugsprecursoren en Verordening (EG) nr. 111/2005 van de Raad houdende voorschriften voor het toezicht op de handel tussen de Unie en derde landen in drugsprecursoren (PB L 162 van 27.6.2015, blz. 33-64)

Verordening (EG) nr. 273/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 inzake drugsprecursoren (PB L 47 van 18.2.2004, blz. 1-10)

Zie de geconsolideerde versie.

Besluit 90/611/EEG van de Raad van 22 oktober 1990 betreffende de sluiting namens de Europese Economische Gemeenschap van het Verdrag van de Verenigde Naties tegen de sluikhandel in verdovende middelen en psychotrope stoffen (PB L 326 van 24.11.1990, blz. 56-57)

Laatste bijwerking 20.02.2023