26.8.2017 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 282/10 |
OPROEP TOT HET INDIENEN VAN VOORSTELLEN
„Steun voor voorlichtingsacties met betrekking tot het cohesiebeleid van de EU”
(2017/C 282/06)
1. Doelstellingen en thema’s
Met de huidige oproep tot het indienen van voorstellen wil de Europese Commissie mogelijke begunstigden selecteren voor de uitvoering van een aantal door de EU medegefinancierde voorlichtingsacties (1). Het hoofddoel bestaat erin de productie en verspreiding te ondersteunen van informatie en inhoud met betrekking tot het cohesiebeleid van de EU, waarbij de volledige redactionele onafhankelijkheid van de betrokken actoren wordt gerespecteerd.
De specifieke doelstellingen van deze oproep tot het indienen van voorstellen zijn:
— |
het inzicht bevorderen in de rol van het cohesiebeleid bij de ondersteuning van alle EU-regio’s; |
— |
meer bekendheid geven aan door de EU — en in het bijzonder het cohesiebeleid —gefinancierde projecten en aan de gevolgen ervan voor het leven van mensen; |
— |
informatie verspreiden en een open dialoog stimuleren over het cohesiebeleid, de resultaten ervan, de rol ervan met betrekking tot de politieke prioriteiten van de EU en de toekomst ervan; |
— |
de burgerparticipatie stimuleren in aangelegenheden die verband houden met het cohesiebeleid en bij de vaststelling van de prioriteiten voor de toekomst van dit beleid. |
De voorstellen moeten de rol illustreren en beoordelen die het cohesiebeleid speelt met betrekking tot de politieke prioriteiten van de Europese Commissie en ten aanzien van huidige en toekomstige uitdagingen voor de EU, haar lidstaten, haar regio’s en het lokale niveau. Meer in het bijzonder moeten zij verband houden met de bijdrage van het cohesiebeleid aan:
— |
het stimuleren van werkgelegenheid, groei en investeringen op regionaal en nationaal niveau en het verbeteren van de levenskwaliteit van de burgers; |
— |
de uitvoering van de belangrijkste prioriteiten van de EU en haar lidstaten, zoals (naast het stimuleren van werkgelegenheid en groei) het aanpakken van de klimaatverandering, het beschermen van het milieu en het stimuleren van onderzoek en ontwikkeling; |
— |
het stimuleren van de economische, sociale en territoriale cohesie in de EU, waarbij de ongelijkheden tussen en binnen de EU-landen en -regio’s worden verminderd; |
— |
de ondersteuning van regio’s om een niche in de wereldeconomie te vinden en zo de kansen van de globalisering te benutten; |
— |
het versterken van het Europees project aangezien het cohesiebeleid de EU-burgers rechtstreeks ten goede komt. |
2. In aanmerking komende aanvragers
In aanmerking komende aanvragers (de hoofdaanvrager en medeaanvragers alsook eventuele met hen verbonden entiteiten) moeten juridische entiteiten zijn die in een EU-lidstaat zijn gevestigd en geregistreerd. Voorbeelden van in aanmerking komende aanvragers zijn:
— |
media-organisaties/nieuwsagentschappen (televisie, radio, geschreven pers, online media, nieuwe media, combinatie van verschillende media); |
— |
non-profitorganisaties; |
— |
universiteiten en onderwijsinstellingen; |
— |
onderzoekscentra en denktanks; |
— |
(nationale, regionale en lokale) overheden die geen beheersinstanties (2) zijn. |
Natuurlijke personen en entiteiten die worden opgericht met als enig doel de uitvoering van de projecten in het kader van deze oproep tot het indienen van voorstellen, komen niet in aanmerking als aanvragers.
Voor Britse aanvragers: er moet gedurende het hele subsidietijdvak aan de subsidiabiliteitscriteria worden voldaan. Indien het Verenigd Koninkrijk tijdens het subsidietijdvak uit de EU treedt zonder dat een overeenkomst met de EU is gesloten waarin wordt gegarandeerd dat Britse aanvragers in aanmerking blijven komen, wordt uw financiering door de EU stopgezet (waarbij u indien mogelijk zal kunnen blijven deelnemen), of moet u het project overeenkomstig artikel II.17 van de subsidieovereenkomst verlaten.
3. Uitsluitings- en selectiecriteria
De aanvragers (de hoofdaanvrager en medeaanvragers) en de met hen verbonden entiteiten moeten een verklaring op erewoord afleggen waarin zij bevestigen niet in een van de in artikel 106, lid 1, en artikel 107 van het Financieel Reglement (FR) (3) bedoelde situaties te verkeren (die respectievelijk betrekking hebben op uitsluiting van en afwijzing in de procedure).
De aanvrager (de hoofdaanvrager en medeaanvragers) moet over de nodige operationele capaciteit en voldoende solide financieringsbronnen beschikken om zijn werkzaamheden gedurende de looptijd van het project of het subsidiejaar uit te voeren en aan de financiering ervan bij te dragen.
4. Toekenningscriteria
De verschillende instrumenten en activiteiten van de projecten moeten onderling samenhangen, van een helder concept uitgaan en duidelijke doelstellingen nastreven. Zij moeten tevens een significante impact hebben die meetbaar is aan de hand van relevante indicatoren. Daarnaast moeten zij een regionale focus hebben.
De aanvragen worden beoordeeld op basis van de volgende criteria:
|
Criterium |
In aanmerking te nemen elementen |
Weging (punten) |
||||||||||||||
1. |
Relevantie van de actie en bijdrage tot de doelstellingen van de oproep tot het indienen van voorstellen |
|
35 punten; (minimumdrempel 50 %) |
||||||||||||||
2. |
Bereik en doeltreffendheid van de actie |
|
35 punten; (minimumdrempel 50 %) |
||||||||||||||
3. |
Effectiviteit van de actie |
|
20 punten; (minimumdrempel 50 %) |
||||||||||||||
4. |
Organisatie van het projectteam en kwaliteit van het projectbeheer |
|
10 punten; (minimumdrempel 50 %) |
Voor de kwaliteit van het voorstel worden maximaal 100 punten toegekend. Het voorstel moet in totaal minimaal 60 van 100 punten halen, met een score van ten minste 50 % per criterium. Alleen voorstellen die de bovengenoemde kwaliteitsdrempels halen, komen op de ranglijst. Het halen van de drempel biedt geen garantie op toekenning van de subsidie.
5. Budget en duur van de projecten
Het voor de medefinanciering van de voorlichtingsacties in het kader van deze oproep bestemde budget wordt geraamd op in totaal 4 000 000 EUR.
Het subsidiebedrag bedraagt minimaal 70 000 EUR en maximaal 500 000 EUR. Het maximale bedrag van de subsidie mag niet worden overschreden. De EU-subsidie zal worden toegekend in de vorm van een vergoeding van maximaal 80 % van de werkelijke subsidiabele kosten van de actie. De aanvragers moeten garanderen dat zij het resterende bedrag met eigen middelen medefinancieren.
De indicatieve duur van de acties moet twaalf maanden bedragen (1 februari 2018-31 januari 2019).
6. Tijdschema en uiterste datum voor indiening van aanvragen
Fase |
Datum en periode |
Uiterste datum voor indiening van aanvragen |
16 oktober 2017 |
Evaluatieperiode (indicatief) |
November-december 2017 |
Kennisgeving aan aanvragers (indicatief) |
Januari 2018 |
Ondertekening van de subsidieovereenkomsten |
Februari 2018 |
7. Aanvullende informatie
De aanvraagformulieren en aanvullende informatie met betrekking tot de oproep tot het indienen van voorstellen vindt u in de gids voor aanvragers („Guide for Applicants”) op http://ec.europa.eu/regional_policy/en/newsroom/funding-opportunities/calls-for-proposal/
De aanvragen moeten voldoen aan de vereisten die in de bovengenoemde gids voor aanvragers zijn vermeld.
(1) Voor deze oproep tot het indienen van voorstellen bestaat een „voorlichtingsactie” uit een op zichzelf staand en samenhangend geheel van voorlichtingsactiviteiten die verband houden met het cohesiebeleid van de EU.
(2) http://ec.europa.eu/regional_policy/nl/policy/what/glossary/m/managing-authority
(3) Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Europese Unie en tot intrekking van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad (PB L 298 van 26.10.2012, blz. 1).