14.11.2016   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 419/22


Arrest van het Hof (Zesde kamer) van 21 september 2016 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Finanzgericht Baden-Württemberg — Duitsland) — Peter Radgen, Lilian Radgen/Finanzamt Ettlingen

(Zaak C-478/15) (1)

((Prejudiciële verwijzing - Fiscale bepalingen - Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Zwitserse Bondsstaat, anderzijds, over het vrije verkeer van personen - Gelijke behandeling - Inkomstenbelasting - Vrijstelling voor inkomsten uit de uitoefening van een onderwijsactiviteit als nevenberoep in dienst van een publiekrechtelijke rechtspersoon met zetel in een lidstaat van de Europese Unie of in een Staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte van 2 mei 1992 - Wetgeving van een lidstaat volgens welke deze vrijstelling wordt geweigerd voor inkomsten uit een dergelijke activiteit die wordt uitgeoefend in dienst van een publiekrechtelijke rechtspersoon met zetel in Zwitserland))

(2016/C 419/29)

Procestaal: Duits

Verwijzende rechter

Finanzgericht Baden-Württemberg

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partijen: Peter Radgen, Lilian Radgen

Verwerende partij: Finanzamt Ettlingen

Dictum

De bepalingen van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Zwitserse Bondsstaat, anderzijds, over het vrije verkeer van personen, ondertekend te Luxemburg op 21 juni 1999, betreffende de gelijke behandeling van werknemers moeten aldus worden uitgelegd dat zij zich verzetten tegen een wettelijke regeling van een lidstaat als die in het hoofdgeding, volgens welke een in de inkomstenbelasting onbeperkt belastingplichtige ingezeten onderdaan die van zijn recht op vrij verkeer gebruik heeft gemaakt om in dienst van een in Zwitserland gevestigde publiekrechtelijke rechtspersoon als nevenberoep een onderwijsactiviteit in loondienst uit te oefenen, de vrijstelling van belasting voor de uit deze activiteit in loondienst verkregen inkomsten wordt geweigerd, hoewel deze vrijstelling zou worden toegekend indien deze activiteit zou worden uitgeoefend in dienst van een publiekrechtelijke rechtspersoon die gevestigd is in deze lidstaat, een andere lidstaat van de Europese Unie of een andere Staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte van 2 mei 1992.


(1)  PB C 16 van 18.1.2016.