4.3.2019   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 82/26


Arrest van het Gerecht van 12 december 2018 — Lupin/Commissie

(Zaak T-680/14) (1)

((„Mededinging - Mededingingsregelingen - Markt van perindopril, een geneesmiddel ter behandeling van cardiovasculaire ziekten, in de oorspronkelijke en de generieke versie - Besluit waarbij een inbreuk op artikel 101 VWEU wordt vastgesteld - Schikkingsovereenkomst inzake octrooigeschillen - Acquisitieovereenkomst voor technologie - Mededingingsbeperkende strekking - Evenwicht tussen mededingingsrecht en octrooirecht - Boeten”))

(2019/C 82/28)

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoekende partij: Lupin Ltd (Maharashtra, Indië) (vertegenwoordigers: aanvankelijk M. Pullen, R. Fawcett-Feuillette, solicitors, M. Hoskins, QC, V. Wakefield, barrister en M. Boles, solicitor, vervolgens M. Hoskins, V. Wakefield, M. Boles, K. Vernon en S. Smith, solicitors, en ten slotte M. Hoskins, V. Wakefield, S. Smith en C. Wall, solicitor)

Verwerende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: aanvankelijk F. Castilla Contreras, B. Mongin en T. Vecchi, vervolgens F. Castilla Contreras, B. Mongin en C. Vollrath, gemachtigden, bijgestaan door B. Rayment, barrister)

Voorwerp

Verzoek krachtens artikel 263 VWEU tot gedeeltelijke nietigverklaring van besluit C(2014) 4955 final van de Commissie van 9 juli 2014 inzake een procedure op grond van de artikelen 101 en 102 VWEU [zaak AT.39612 — Périndopril (Servier)], voor zover dat op verzoekster betrekking heeft, en, subsidiair, nietigverklaring van de haar bij dat besluit opgelegde geldboete of vermindering van het bedrag ervan.

Dictum

1)

Het beroep wordt verworpen.

2)

Lupin Ltd wordt verwezen in de kosten.


(1)  PB C 439 van 8.12.2014.