10.6.2014 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 175/21 |
Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Judecătoria Oradea (Roemenië) op 7 maart 2014 — Horațiu-Ovidiu Costea/SC Volksbank România SA
(Zaak C-110/14)
2014/C 175/25
Procestaal: Roemeens
Verwijzende rechter
Judecătoria Oradea
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij: Horațiu-Ovidiu Costea
Verwerende partij: SC Volksbank România SA
Prejudiciële vraag
Moet artikel 2, sub b, van richtlijn 93/13/EEG van de Raad van 5 april 1993 betreffende oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten (1) aldus worden uitgelegd dat onder het begrip „consument” een natuurlijke persoon valt die het beroep van advocaat uitoefent en met een bank een kredietovereenkomst sluit waarin het doel van de lening niet is vermeld en het advocatenkantoor van die natuurlijke persoon als hypothecaire borg wordt aangeduid?