9.1.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 6/5


Arrest van het Hof (Zesde kamer) van 26 oktober 2016 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Korkein hallinto-oikeus — Finland) — Yara Suomi Oy, Borealis Polymers Oy, Neste Oil Oyj, SSAB Europe Oy/Työ- ja elinkeinoministeriö

(Zaak C-506/14) (1)

((Prejudiciële verwijzing - Regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten binnen de Europese Unie - Richtlijn 2003/87/EG - Artikel 10 bis - Methode voor kosteloze toewijzing van emissierechten - Berekening van de uniforme transsectorale correctiefactor - Besluit 2013/448/EU - Artikel 4 - Bijlage II - Geldigheid - Toepassing van de uniforme transsectorale correctiefactor op installaties in bedrijfstakken die aan een significant CO2-weglekrisico zijn blootgesteld - Bepaling van de productbenchmark voor vloeibaar ruwijzer - Besluit 2011/278/EU - Artikel 10, lid 9 - Bijlage I - Geldigheid))

(2017/C 006/05)

Procestaal: Fins

Verwijzende rechter

Korkein hallinto-oikeus

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partijen: Yara Suomi Oy, Borealis Polymers Oy, Neste Oil Oyj, SSAB Europe Oy

Verwerende partij: Työ- ja elinkeinoministeriö

Dictum

1)

Bij het onderzoek van de derde en de vierde vraag is niet gebleken van feiten of omstandigheden die de geldigheid kunnen aantasten van artikel 15, lid 3, van besluit 2011/278/EU van de Commissie van 27 april 2011 tot vaststelling van een voor de hele Unie geldende overgangsregeling voor de geharmoniseerde kosteloze toewijzing van emissierechten overeenkomstig artikel 10 bis van richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad.

2)

Bij het onderzoek van de zesde en de zevende vraag is niet gebleken van feiten of omstandigheden die de geldigheid van bijlage I bij besluit 2011/278 kunnen aantasten.

3)

Bij het onderzoek van de vijfde vraag is niet gebleken van feiten of omstandigheden die de geldigheid van artikel 10, lid 9, eerste alinea, van besluit 2011/278 kunnen aantasten.

4)

Artikel 4 van en bijlage II bij besluit 2013/448/EU van de Commissie van 5 september 2013 betreffende nationale uitvoeringsmaatregelen voor de voorlopige kosteloze toewijzing van broeikasgasemissierechten overeenkomstig artikel 11, lid 3, van richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad zijn ongeldig.

5)

De gevolgen van de ongeldigverklaring van artikel 4 van en bijlage II bij besluit 2013/448 worden op zodanige wijze beperkt in de tijd dat, ten eerste, deze ongeldigverklaring pas effect sorteert na een periode van tien maanden vanaf de datum van uitspraak van het arrest van 28 april 2016, Borealis Polyolefine e.a. (C-191/14, C-192/14, C-295/14, C-389/14 en C-391/14–C-393/14, EU:C:2016:311), teneinde de Europese Commissie in staat te stellen de noodzakelijke maatregelen vast te stellen, en, ten tweede, niet kan worden afgedaan aan de tot dat tijdstip op grondslag van de ongeldig verklaarde bepalingen vastgestelde maatregelen.


(1)  PB C 34 van 2.2.2015.