24.11.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 366/20


Beschikking van het Hof van 15 juni 2012 — United Technologies Corp./Europese Commissie

(Zaak C-493/11 P) (1)

(Hogere voorziening - Mededinging - Mededingingsregelingen - Markt voor installatie en onderhoud van liften en roltrappen - Geldboeten - Moedermaatschappij en dochtervennootschappen - Toerekenbaarheid van inbreukmakend gedrag)

2012/C 366/35

Procestaal: Engels

Partijen

Rekwirante: United Technologies Corp. (vertegenwoordigers: A. Winckler en D. Gerard, advocaten, J. Temple Lang en C. Cook, solicitors)

Andere partij in de procedure: Europese Commissie (vertegenwoordigers: A. Bouquet, R. Sauer en J. Bourke, gemachtigden)

Voorwerp

Hogere voorziening tegen het arrest van het Gerecht (Achtste kamer) van 13 juli 2011, General Technic-Otis e.a./Commissie (gevoegde zaken T-141/07, T-142/07, T-145/07 en T-146/07), houdende verwerping van een beroep tot gedeeltelijke nietigverklaring van beschikking C(2007) 512 def. van de Commissie van 21 februari 2007 in een procedure op grond van artikel 81 van het EG-Verdrag (zaak COMP/E-1/38.823 — Liften en roltrappen), betreffende een mededingingsregeling op de markt voor de installatie en het onderhoud van liften en mechanische roltrappen in België, Duitsland, Luxemburg en Nederland die betrekking had op de manipulatie van aanbestedingen, de verdeling van de markten, de vaststelling van de prijzen, de toewijzing van projecten en daarop betrekking hebbende contracten en de uitwisseling van informatie, alsook, subsidiair, tot intrekking of verlaging van de aan rekwirante opgelegde geldboete — Aansprakelijkheid van een moedermaatschappij voor de door haar dochterondernemingen begane inbreuken op de mededingingsregels

Dictum

1)

De hogere voorziening wordt afgewezen.

2)

United Technologies Corporation wordt verwezen in de kosten.


(1)  PB C 347 van 26.11.2011.