Brussel, 9.11.2022

COM(2022) 591 final

2022/0367(NLE)

Voorstel voor een

VERORDENING VAN DE RAAD

tot vaststelling van een kader om de uitrol van hernieuwbare energie te versnellen


TOELICHTING

1.ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

Motivering en doel van het voorstel

In de Europese Green Deal staat hernieuwbare energie centraal in de transitie naar schone energie. De huidige internationale spanningen als gevolg van de Russische invasie van Oekraïne, de algemene geopolitieke context en de zeer hoge energieprijzen hebben de noodzaak vergroot om de energie-efficiëntie en de inzet van hernieuwbare energie in de Unie te versnellen teneinde de afhankelijkheid van de EU van Russische fossiele brandstoffen af te bouwen.

In dit verband heeft de Commissie op 18 mei 2022, als onderdeel van het REPowerEU-plan, een voorstel aangenomen tot wijziging van Richtlijn (EU) 2018/2001 ter bevordering van het gebruik van energie uit hernieuwbare bronnen (“RED II”), van Richtlijn 2010/31/EU betreffende de energieprestatie van gebouwen en van Richtlijn 2012/27/EU betreffende energie-efficiëntie teneinde de groene transitie naar hernieuwbare energie en meer energie-efficiëntie te versnellen. Het voorstel bevatte ambitieuzere streefcijfers voor energie-efficiëntie en hernieuwbare energie, maatregelen om de administratieve vergunningsprocedures voor projecten op het gebied van hernieuwbare energie op gecoördineerde en geharmoniseerde wijze in de hele EU verder te vereenvoudigen en te stroomlijnen, en maatregelen om de bouw van zonne-energie-installaties op gebouwen te bevorderen. De Raad en het Europees Parlement werken momenteel aan de vaststelling van de herziene RED II.

Sinds de bekendmaking van het REPowerEU-plan op 18 mei 2022 is de energiecrisis verergerd en moet dringend worden opgetreden. Recordprijzen voor aardgas in de zomer, een verdere verstoring van de aanvoer via de North Stream I-pijpleiding, hogere inflatie en schommelingen van de elektriciteitsprijzen veroorzaken economische en maatschappelijke problemen, waardoor de burgers en de economie zwaar worden belast. De stijgende energiekosten zorgen voor een lagere koopkracht voor burgers en een verlies aan concurrentievermogen voor bedrijven. Het tekort aan gas en elektriciteit en de relatief inelastische vraag naar energie hebben geleid tot grote stijgingen en schommelingen van de gas- en elektriciteitsprijzen in de EU. Nationale maatregelen hiertegen kunnen leiden tot versnippering van de interne markt en bieden geen garantie voor solidariteit.

Dat betekent dat de huidige crisis om tijdelijke maar onmiddellijke maatregelen vraagt om sommige van de doelstellingen van het voorstel sneller te verwezenlijken, zoals een snellere overgang naar schone energie in Europa. De Europese Unie heeft stappen ondernomen om de vraag naar gas te verminderen en op de energiemarkten in te grijpen om de gevolgen van de crisis voor deze winter te temperen. Desondanks blijft de situatie zeer moeilijk. Europese consumenten en bedrijven blijven met te hoge en volatiele prijzen te kampen hebben. Onvoorspelbare gebeurtenissen, zoals de sabotage van pijpleidingen, kunnen onze voorzieningszekerheid nog verder verstoren. De spanningen op de gasmarkten blijven waarschijnlijk bestaan, ook na deze winter. Een snellere inzet van hernieuwbare energie is noodzakelijk om definitief een einde te maken aan de huidige noodsituatie, omdat hierdoor de vraag naar fossiele brandstoffen in de sectoren elektriciteit, verwarming en koeling, industrie en transport onmiddellijk en structureel zal afnemen. Dankzij de lage operationele kosten ervan kunnen hernieuwbare energiebronnen de energieprijzen in de hele EU positief beïnvloeden.

Langdurige en complexe administratieve procedures zijn aangemerkt als een van de belangrijkste obstakels voor snelle en grote investeringen in hernieuwbare energie en de bijbehorende infrastructuur. Op 20 en 21 oktober 2022 heeft de Europese Raad in zijn conclusies opgeroepen tot een versnelde vereenvoudiging van de vergunningsprocedures om de uitrol van hernieuwbare energie en energienetten te bespoedigen, met inbegrip van noodmaatregelen. De lidstaten kunnen een aantal van de maatregelen uit het voorstel van mei 2022 om de vergunningsprocedure voor installaties voor hernieuwbare energie te versnellen, met name maatregelen die van groot algemeen belang worden geacht, voor de repowering van installaties en voor het verlenen van vergunningen voor apparatuur voor zonne-energie op bestaande structuren, snel uitvoeren, zonder dat hun nationale procedures en rechtsstelsels omstandig moeten worden gewijzigd. De crisis vraagt om onmiddellijke gerichte maatregelen op deze gebieden en om andere maatregelen ter bevordering van specifieke technologieën, zoals warmtepompen, die het gebruik van gas voor verwarming versneld uitfaseren. Indien deze maatregelen onmiddellijk ten uitvoer worden gelegd, hebben zij het potentieel om de productie van hernieuwbare energie op korte termijn te verhogen en zo de bijdrage van hernieuwbare energiebronnen bij het bedwingen van de huidige crisis te vergroten.

Verenigbaarheid met bestaande bepalingen op het beleidsterrein

Het voorgestelde instrument voorziet in tijdelijke, evenredige en buitengewone maatregelen. Het vormt een aanvulling op bestaande EU-initiatieven en -wetgeving en op de initiatieven die de Commissie reeds heeft ontplooid om het hoofd te bieden aan de huidige crisis op de energiemarkten. Het bouwt voort op het REPowerEU-plan van 18 mei 2022, waarin de massale versnelling en opschaling van hernieuwbare energie voor elektriciteitsopwekking, industrie, gebouwen en transport centraal worden gesteld in de strategie om de uitfasering van Russische fossiele brandstoffen te versnellen.

De Commissie heeft met name in het kader van het REPowerEU-plan een herziening van Richtlijn (EU) 2018/2001 voorgesteld, waarbij het bindende EU-streefcijfer voor 2030 wordt verhoogd tot 45 % in 2030 (tegenover 40 % in het vorige voorstel van 14 juli 2021), en een kader wordt vastgesteld om de administratieve vergunningsprocedure voor projecten op het gebied van hernieuwbare energie te stroomlijnen en te versnellen.

Het voorgestelde instrument is een tijdelijke noodmaatregel. Het is beperkt tot een periode van één jaar, met een herzieningsclausule om, indien nodig, de geldigheid ervan te verlengen.

Met de voorgestelde verordening wordt tegemoet gekomen aan de noodzaak om dringend actie te ondernemen naar aanleiding van de energiecrisis, zoals gevraagd in de bovengenoemde conclusies van de Europese Raad. De verordening moet de huidige energiecrisis beteugelen door middel van onmiddellijke gerichte maatregelen die de uitrol van hernieuwbare-energieprojecten met een groot potentieel voor snelle en doeltreffende effecten versnellen. Daartoe bevat het voorgestelde instrument maatregelen waarvan de onmiddellijke toepassing moet zorgen voor een versnelling op korte termijn van de vergunningsprocedures voor projecten op het gebied van hernieuwbare energie.

In dit verband moet worden opgemerkt dat, conform de aanbeveling van de Raad inzake het garanderen van een rechtvaardige transitie naar klimaatneutraliteit en de aanbeveling van de Commissie over het versnellen van de procedures voor de verlening van vergunningen voor projecten op het gebied van hernieuwbare energie en het faciliteren van stroomafnameovereenkomsten, het van essentieel belang blijft dat de instanties voor vergunningverlening en milieubeoordeling over voldoende en geschikt personeel met relevante vaardigheden en kwalificaties beschikken om ten volle de vruchten te kunnen plukken van vereenvoudigingen van vergunningsprocedures die tot doel hebben de uitrol van hernieuwbare energie en netwerken te versnellen.

Ook moeten de nationale vergunningverlenende instanties ernaar streven de vergunningsprocedures voor productielocaties voor technologie voor hernieuwbare energie te versnellen, aangezien het voor de REPowerEU-doelstellingen nodig is dat de levering van apparatuur voor hernieuwbare energie en van kritieke grondstoffen wordt gediversifieerd, de afhankelijkheid van sectoren wordt verminderd, knelpunten in de toeleveringsketen worden weggewerkt en de productiecapaciteit van de EU voor technologie op het gebied van schone energie wordt uitgebreid. 

Verenigbaarheid met andere beleidsterreinen van de Unie

Het voorstel is een buitengewone maatregel die gedurende een beperkte tijd moet worden toegepast, en is in lijn is met een breder pakket initiatieven om de veerkracht van de Unie op energiegebied te vergroten en de gevolgen van de hoge energieprijzen en mogelijke verstoringen van de energievoorziening te verzachten. Het voorstel doet geen afbreuk aan de werking van de interne markt, noch aan de maatregelen tegen een onderbroken energievoorziening of solidariteitsmechanismen. Het voorstel is volledig in overeenstemming met de ambitie van de Europese Green Deal van de Commissie om projecten op het gebied van hernieuwbare energie sneller koolstofvrij te maken en te implementeren, en bouwt voort op de doelstellingen om de afhankelijkheid van Russische fossiele brandstoffen sneller te verminderen door hernieuwbare energie op grote schaal als alternatieve bron in te zetten. Het voorstel is in overeenstemming met de milieudoelstellingen, aangezien een snellere inzet van hernieuwbare energie, conform de doelstellingen van de Europese klimaatwet (Verordening (EU) 2021/1119), van cruciaal belang is ter beperking van de gevolgen van klimaatverandering en verontreiniging, die het verlies aan biodiversiteit in de hand werken en een bedreiging voor de volksgezondheid en de veiligheid vormen. 

Het voorstel is conform de aanbevelingen aan de lidstaten in het kader van het Europees Semester 2022 om de vergunningverlening voor projecten op het gebied van hernieuwbare energie te stroomlijnen. Het zal naar verwachting ook de investeringen in hernieuwbare energie op grond van de herstel- en veerkrachtfaciliteit versnellen, inclusief de REPowerEU-hoofdstukken die in de nationale herstel- en veerkrachtplannen moeten worden opgenomen.

2.RECHTSGRONDSLAG, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID

Rechtsgrondslag

De rechtsgrondslag van dit instrument is artikel 122, lid 1, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU).

De huidige verstoring van de gasvoorziening en de daaruit voortvloeiende gevolgen voor de gas- en elektriciteitsprijzen vormen een ernstige moeilijkheid voor de energievoorziening in de zin van artikel 122 VWEU. De Russische Federatie zet gas in als wapen en manipuleert de markten door opzettelijk de gasstromen te vestoren, waardoor de energieprijzen zeer sterk zijn gestegen en de voorzieningszekerheid in gevaar is gebracht. De scherpe stijging van de elektriciteitsprijzen vormt een aanzienlijke last voor consumenten en bedrijven, en als er geen maatregelen worden genomen, dreigt het prijsniveau onhoudbaar te worden, wat aanzienlijke bredere maatschappelijke en economische gevolgen kan hebben. De EU-leiders en de Commissie hebben vastgesteld dat er dringend aanvullende maatregelen nodig zijn om de toegang tot hernieuwbare energie te verbeteren teneinde de gevolgen voor de EU-burgers te beperken, de voorzieningszekerheid te verbeteren en beter op de komende winter voorbereid te zijn. De tijdelijke maatregelen op grond van de voorgestelde verordening zijn gericht op een gerichte gecoördineerde aanpak om specifieke vergunningsprocedures te versnellen voor projecten op het gebied van hernieuwbare energie met een groot potentieel voor onmiddellijke en doeltreffende effecten. Hiermee worden de specifieke administratieve knelpunten voor de uitvoering van deze projecten aangepakt.

Subsidiariteit (bij niet-exclusieve bevoegdheid)

Een kostenefficiënte, snelle en grootschalige uitrol van duurzame hernieuwbare energie in overeenstemming met de ambitie van de Europese Green Deal en de mededeling REPowerEU kan niet door de lidstaten alleen worden verwezenlijkt. Er is een EU-aanpak nodig om lidstaten met verschillende ambitieniveaus de juiste stimulansen te geven om de energietransitie van het traditionele, op fossiele brandstoffen gebaseerde energiesysteem naar een beter geïntegreerd en energie-efficiënt energiesysteem op basis van hernieuwbare energie op gecoördineerde wijze te versnellen.

Rekening houdend met de verschillen in energiebeleid tussen de lidstaten is de kans groter dat de klimaat- en verontreinigingsdoelstellingen van de EU door de benodigde grotere inzet van hernieuwbare energiebronnen wordt gerealiseerd met maatregelen op EU-niveau, ondersteund door een robuust governancekader, dan met louter nationale of lokale maatregelen.

Langdurige en complexe administratieve procedures horen bij de belangrijkste belemmeringen voor investeringen in hernieuwbare energie en de bijbehorende infrastructuur. De duur en de complexiteit van de vergunningsprocedures lopen sterk uiteen tussen de verschillende technologieën voor hernieuwbare energie en tussen de lidstaten. De lidstaten treffen maatregelen om de op nationaal niveau vastgestelde belemmeringen voor vergunningen aan te pakken en worden gestimuleerd dat te blijven doen, bijvoorbeeld via samenwerking binnen de taskforce voor de handhaving van de eengemaakte markt van de Europese Commissie 1 . Er is een gecoördineerde Europese aanpak nodig om de vergunningsprocedures en de administratieve procedures te bekorten en te vereenvoudigen om de noodzakelijke uitrol van hernieuwbare energie te versnellen. Dit is op zijn beurt noodzakelijk voor de EU om haar klimaat- en energiedoelstellingen voor 2030, haar langetermijndoelstellingen van klimaatneutraliteit en nul verontreiniging te verwezenlijken, haar afhankelijkheid van Russische fossiele brandstoffen geleidelijk af te bouwen en de energieprijzen te verlagen. Rekening houdend met de verschillende energiebeleidsmaatregelen, -prioriteiten en -procedures van de lidstaten, en gezien de dringende noodzaak om de uitrol van hernieuwbare energie in alle lidstaten te versnellen, is het waarschijnlijker dat de vereiste doelstellingen worden bereikt met maatregelen op EU-niveau dan met louter nationale of lokale maatregelen.

Ten slotte introduceert de voorgestelde verordening gerichte wijzigingen van bestaande Uniewetgeving. Deze ingreep, waarmee bepaalde vergunningsprocedures verder worden gestroomlijnd, rechtvaardigt de noodzaak van maatregelen op Unieniveau.

Evenredigheid

Het initiatief is in overeenstemming met het evenredigheidsbeginsel. Gezien de ongekende geopolitieke situatie die de Russische invasie van Oekraïne heeft gecreëerd, de voortdurend zeer volatiele energieprijzen en de noodzaak om de energiezekerheid van Europa voor het komende winterseizoen en volgend jaar te waarborgen, is er duidelijk behoefte aan gecoördineerde en dringende maatregelen om hernieuwbare energiebronnen onverwijld sneller te implementeren, bovenop de maatregelen die de Commissie in het kader van het REPowerEU-plan van 18 mei 2022 heeft voorgesteld. De vastgestelde acties zijn echter beperkt tot acties, gericht op specifieke administratieve knelpunten voor vergunningen die remmend werken voor de uitvoering van projecten op het gebied van hernieuwbare energie met een groot potentieel voor snelle en doeltreffende effecten.

     Keuze van het instrument

Met inachtneming van de dringende noodzaak om de uitrol van hernieuwbare-energieprojecten ter vervanging van gas te versnellen en gezien de omvang van de energiecrisis, de dreiging van de maatschappelijke, economische en financiële gevolgen ervan en de urgentie om die te mitigeren, acht de Commissie het passend om op te treden door middel van een verordening van algemene strekking die rechtstreeks en onmiddellijk van toepassing is. De verordening is beperkt in de tijd. Zij beoogt een snelle, uniforme en Uniebrede aanpak met betrekking tot specifieke vergunningsprocedures die van toepassing zijn op bepaalde projecten op het gebied van hernieuwbare energie, om de ernstige moeilijkheden aan te pakken waarmee de Unie momenteel wordt geconfronteerd.  

3.RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDEN EN EFFECTBEOORDELING

Raadplegingen van belanghebbenden

Op 20 en 21 oktober 2022 heeft de Europese Raad in zijn conclusies opgeroepen tot een versnelde vereenvoudiging van de vergunningsprocedures om de uitrol van hernieuwbare energie en energienetten te bespoedigen, met inbegrip van noodmaatregelen. Het voorstel moest dringend worden voorbereid, zodat de Raad het tijdig kan aannemen door de Raad. Daardoor kon geen formele raadpleging van de belanghebbenden worden uitgevoerd. De Commissie is echter voornemens samen te werken met belanghebbenden, en met name met producenten van hernieuwbare energie, vertegenwoordigers van het maatschappelijk middenveld en van nationale overheden, om deze verordening met succes te doen uitvoeren. Het voorstel bouwt ook voort op uitvoerige besprekingen met belanghebbenden, de lidstaten en het Europees Parlement in het kader van de voorbereiding van het voorstel voor een herziening van Richtlijn (EU) 2018/2001 van 18 mei 2022 en de daaropvolgende medebeslissingsonderhandelingen, alsook op het project RES Simplify 2 .

Effectbeoordeling

Gezien het tijdelijke en dringende karakter van deze noodmaatregelen, kon geen effectbeoordeling worden uitgevoerd.

Grondrechten

Er zijn geen negatieve effecten op de grondrechten vastgesteld. Het overkoepelende doel van deze herziening is gelegen in het gebruik van hernieuwbare energie, hetgeen in overeenstemming is met artikel 37 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, op grond waarvan een hoog niveau van milieubescherming en de verbetering van de kwaliteit van het milieu in het beleid van de Unie moeten worden geïntegreerd en overeenkomstig het beginsel van duurzame ontwikkeling moeten worden gewaarborgd. Voorts wordt in de gestroomlijnde vergunningsprocedures in de voorgestelde verordening acht geslagen op de plicht om gerechtvaardigd vertrouwen en bestaande investeringen te beschermen, en komt het in artikel 17 van het Handvest van de grondrechten verankerde recht op eigendom en gebruik van rechtmatig verkregen goederen derhalve niet in het gedrang. De verordening is ook zodanig gesteld dat de volksgezondheid en de rechtmatige belangen van personen niet negatief worden beïnvloed.

4.GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

Dit voorstel vergt geen extra middelen uit de EU-begroting.

2022/0367 (NLE)

Voorstel voor een

VERORDENING VAN DE RAAD

tot vaststelling van een kader om de uitrol van hernieuwbare energie te versnellen

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 122, lid 1,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)De militaire agressie van de Russische Federatie tegen Oekraïne en de ongekende beperking van aardgasleveringen van de Russische Federatie aan de lidstaten vormen een gevaar voor de voorzieningszekerheid van de Unie en haar lidstaten. Tegelijk hebben de inzet van de gastoevoer als wapen en de manipulatie van de markten door de Russische Federatie door opzettelijke verstoringen van de gasstromen de energieprijzen in de Unie zeer sterk doen stijgen, waardoor niet alleen de economie van de Unie in gevaar komt maar ook de voorzieningszekerheid ernstig wordt bedreigd. Een snelle inzet van hernieuwbare energiebronnen kan helpen om de gevolgen van de huidige energiecrisis te verzachten en een verdedigingswal opwerpen tegen de acties van Rusland. Hernieuwbare energie kan de Russische inzet van energie als wapen in aanzienlijke mate helpen bestrijden, door de voorzieningszekerheid van de Unie te versterken, de volatiliteit op de markt te verminderen en de energieprijzen te verlagen.

(2)In mei 2022 heeft de Commissie, als onderdeel van het REPowerEU-plan, een wijziging van Richtlijn (EU) 2018/2001 goedgekeurd 3 . Met deze wijziging is het ambitieniveau van het bindende EU-streefcijfer voor 2030 voor het aandeel van hernieuwbare energie in het bruto-eindverbruik van energie van de Unie verhoogd en zijn langdurige administratieve vergunningsprocedures, één van de belangrijkste belemmeringen voor investeringen in hernieuwbare energie en de bijbehorende infrastructuur, aangepakt. Het effect van de voorgestelde wijzigingen van Richtlijn (EU) 2018/2001 zal leiden tot een aanzienlijke opschaling en versnelling van het gebruik van hernieuwbare energie op het gebied van elektriciteitsopwekking, industrie, gebouwen en transport. Hierdoor worden Russische fossiele brandstoffen versneld uitgefaseerd, wat zal leiden tot lagere elektriciteitsprijzen voor burgers en bedrijven en een betere energievoorzieningszekerheid. Dit effect zal echter pas op middellange tot lange termijn zichtbaar worden, aangezien de wijziging van Richtlijn (EU) 2018/2021 pas van kracht zal worden na de vaststelling, inwerkingtreding en omzetting van de richtlijn door de lidstaten in hun nationale wetgeving.

(3)Sinds mei 2022 hebben de acties van Rusland de situatie op de markt verder verslechterd, met name vanwege het grotere risico dat de Russische gasleveringen aan de Unie in de nabije toekomst volledig worden stopgezet, wat gevolgen heeft gehad voor de voorzieningszekerheid van de Unie. Hierdoor is de volatiliteit van de energieprijzen in de Unie sterk toegenomen en zijn de gas- en elektriciteitsprijzen tijdens de zomer tot recordhoogte opgestuwd. Dit heeft geleid tot stijgende detailhandelsprijzen voor elektriciteit, die naar verwachting gaandeweg in de meeste consumentencontracten doorsijpelen, waardoor huishoudens en bedrijven hier steeds meer last van ondervinden. De verslechterde situatie op de energiemarkten heeft aanzienlijk bijgedragen tot de algemene inflatie in de eurozone en de economische vertraging in de Unie. Los van een eventuele tijdelijke verlaging van de groothandelsprijzen blijft dit risico actueel, en volgend jaar in nog grotere mate, zoals in het recentste noodvoorstel van de Commissie wordt onderkend 4 . Europese energiebedrijven kunnen volgend jaar grote moeite hebben om hun gasopslag te vullen, aangezien het in het licht van de huidige politieke situatie zeer waarschijnlijk is dat er nog minder of zelfs geen gas via pijpleidingen uit Rusland naar de Unie zal stromen. Bovendien is de doelstelling voor 2023, zoals vastgesteld in de gasopslagverordening (Verordening (EU) 2022/1032), om 90 % van de gasopslagcapaciteit van de Unie te vullen, ten opzichte van 80 % voor deze winter. Ook kunnen onvoorspelbare gebeurtenissen, zoals sabotage van pijpleidingen, en andere verstoringsrisico’s tot extra spanningen op de gasmarkten leiden. Daarnaast zijn de vooruitzichten voor het concurrentievermogen van de Europese industrie op het gebied van hernieuwbare-energietechnologie verzwakt door recent beleid in andere delen van de wereld dat gericht is op steun voor en een snellere opschaling van complete waardeketens voor hernieuwbare-energietechnologie. Dit zijn allemaal elementen die niet zijn meegewogen in het voorstel tot wijziging van Richtlijn (EU) 2018/2001 van 18 mei 2022.

(4)Daarom, en om Europese consumenten en bedrijven minder bloot te stellen aan de negatieve economische en maatschappelijke gevolgen van hoge en volatiele prijzen, en om de verplichte energievermindering gemakkelijker te verwezenlijken door aardgasleveringen te vervangen door energie uit hernieuwbare bronnen, en verder om de voorzieningszekerheid te vergroten, moet de Unie onmiddellijk nadere stappen zetten om de uitrol van hernieuwbare energiebronnen te versnellen, met name middels gerichte maatregelen waarmee het tempo van de uitrol van hernieuwbare energiebronnen in de Unie op korte termijn kan worden bespoedigd.

(5)De dringende maatregelen worden geselecteerd vanwege hun aard en hun potentieel om op korte termijn aan de oplossing van de noodsituatie op energiegebied bij te dragen. Meer in het bijzonder kunnen verscheidene van de maatregelen uit het voorstel van mei 2022 om de vergunningsprocedure voor projecten op het gebied van hernieuwbare energie te stroomlijnen, snel door de lidstaten worden uitgevoerd zonder dat hun nationale procedures en rechtsstelsels omstandig moeten worden gewijzigd, zodat hernieuwbare energiebronnen op korte termijn een sterke impuls krijgen. Sommige van deze maatregelen zijn algemeen van aard, zoals de invoering van een weerlegbaar vermoeden dat projecten op het gebied van hernieuwbare energie van hoger openbaar belang zijn voor de toepassing van de relevante milieuwetgeving, of de invoering van verduidelijkingen met betrekking tot het toepassingsgebied van bepaalde milieurichtlijnen en de vereenvoudiging van het vergunningskader voor de repowering van installaties voor hernieuwbare energie, door de nadruk te leggen op de gevolgen van de wijzigingen of uitbreidingen ten opzichte van het oorspronkelijke project. Andere maatregelen zijn gericht op specifieke technologieën, zoals de aanzienlijk kortere en snellere vergunningverlening voor apparatuur voor zonne-energie op bestaande structuren. Het is passend deze maatregelen zo snel mogelijk uit te voeren en zo nodig aan te passen om de huidige uitdagingen gericht aan te pakken.

(6)Er moeten aanvullende gerichte maatregelen worden ingevoerd voor specifieke technologieën en voor het soort projecten met het grootste potentieel voor snelle implementatie en met onmiddellijke gevolgen voor de doelstellingen om de prijsvolatiliteit te verminderen en de vraag naar aardgas te verlagen zonder de totale vraag naar energie te beperken. Naast de versnelling van de vergunningsprocedures voor apparatuur voor zonne-energie op kunstmatige structuren, is het passend de uitrol van kleinschalige zonne-energie-installaties voor zelfverbruikers van hernieuwbare energie, ook voor collectieve zelfverbruikers zoals lokale energiegemeenschappen, te bevorderen en te versnellen, aangezien deze de goedkoopste en toegankelijkste opties zijn met de minste milieu- of andere gevolgen voor een snelle uitrol van nieuwe installaties voor hernieuwbare energie. Bovendien ondersteunen deze projecten rechtstreeks huishoudens en bedrijven die met hoge energieprijzen te kampen hebben en beschermen zij consumenten tegen prijsvolatiliteit. Repowering van hernieuwbare-energiecentrales is een optie om de productie van hernieuwbare energie snel op te voeren met het minste effect op de netwerkinfrastructuur en het milieu, ook in het geval van technologieën voor de productie van hernieuwbare energie, zoals windenergie, waarvoor de vergunningsprocedures doorgaans langer zijn. Ten slotte zijn warmtepompen een rechtstreeks hernieuwbaar alternatief voor aardgasketels en hebben zij het potentieel om de vraag naar aardgas tijdens het stookseizoen aanzienlijk te verminderen.

(7)Een van de voorgestelde maatregelen is de invoering van een weerlegbaar vermoeden dat projecten op het gebied van hernieuwbare energie van hoger openbaar belang zijn en de volksgezondheid en de openbare veiligheid ten goede komen, met name voor de toepassing van de relevante milieuwetgeving van de Unie, tenzij er duidelijke aanwijzingen zijn dat deze projecten grote nadelige milieueffecten hebben die niet kunnen worden beperkt of gecompenseerd. Hernieuwbare energiecentrales, inclusief warmtepompen of windenergie, zijn van cruciaal belang om de klimaatverandering en de verontreiniging te bestrijden, de energieprijzen te verlagen, de afhankelijkheid van de Unie van fossiele brandstoffen te verminderen en de voorzieningszekerheid van de Unie te waarborgen. Door het vermoeden dat installaties voor hernieuwbare energie, inclusief warmtepompen, van hoger openbaar belang zijn en de volksgezondheid en de openbare veiligheid dienen, zouden die projecten, indien nodig, met onmiddellijke ingang kunnen profiteren van een vereenvoudigde beoordeling voor een specifieke afwijking, zoals met name in de desbetreffende milieuwetgeving van de Unie is bepaald. In antwoord op de toegenomen urgentie van maatregelen en in het licht van de gebeurtenissen sinds mei 2022 moet dit weerlegbare vermoeden gelden voor alle projecten op het gebied van hernieuwbare energie waarvoor binnen de looptijd van deze verordening een afweging van rechtmatige belangen plaatsvindt. Het vermoeden is alleen van toepassing op nieuwe vergunningsprocedures die van start gaan zolang de verordening van toepassing is.

(8)Dit weerspiegelt de belangrijke rol die hernieuwbare energie kan spelen bij de decarbonisatie van het energiesysteem van de Unie, bij onmiddellijke oplossingen ter vervanging van op fossiele brandstoffen gebaseerde energie en bij de verslechterende situatie op de markt.

(9)Om knelpunten in de vergunningsprocedure en de exploitatie van installaties voor hernieuwbare energie weg te nemen, moet bij de planning- en vergunningsprocedure voorrang worden gegeven aan de bouw en de exploitatie van installaties voor energie uit hernieuwbare bronnen en de daarmee verband houdende ontwikkeling van netwerkinfrastructuur, als in individuele gevallen rechtmatige belangen worden afgewogen, in ieder geval voor projecten die van algemeen belang worden geacht. Ter zake van beschermde soorten moet de vorige zin alleen gelden indien en voor zover passende instandhoudingsmaatregelen voor soorten worden getroffen die bijdragen tot de instandhouding of het herstel van de populaties tot een gunstige staat van instandhouding, en voor dit doel voldoende financiële middelen en gebieden ter beschikking worden gesteld.

(10)Zonne-energie is een belangrijke bron van hernieuwbare energie om een einde te maken aan de afhankelijkheid van de Unie van Russische fossiele brandstoffen en de transitie naar een klimaatneutrale economie te verwezenlijken. Fotovoltaïsche zonne-energie, een van de goedkoopste beschikbare bronnen van elektriciteit, en thermische zonne-energietechnologieën die hernieuwbare verwarming voor een lage prijs per eenheid warmte leveren, kunnen snel worden uitgerold en rechtstreeks aan burgers en bedrijven ten goede komen. In dit verband wordt, conform de EU-strategie voor zonne-energie 5 , de ontwikkeling van een veerkrachtige industriële waardeketen voor zonne-energie in de Unie ondersteund, onder meer via de Europese alliantie voor de zonne-energiesector die eind 2022 van start gaat. Door projecten op het gebied van hernieuwbare energie sneller en beter te vergunnen, wordt de uitbreiding van de productiecapaciteit van de EU voor technologie op het gebied van schone energie geschraagd. De huidige omstandigheden, en vooral de volatiele elektriciteitsprijzen, nopen tot onmiddellijk optreden om de vergunningsprocedures aanzienlijk te versnellen, teneinde te waarborgen dat apparatuur voor zonne-energie sneller kan worden geïnstalleerd op kunstmatige constructies, wat doorgaans minder ingewikkeld is dan constructies op de grond en snel kan helpen de gevolgen van de actuele energiecrisis te mitigeren, mits het net stabiel, betrouwbaar en veilig blijft. Voor deze installaties moeten daarom kortere vergunningsprocedures gelden dan voor andere projecten op het gebied van hernieuwbare energie.

(11)Daarom wordt in dit voorstel een uiterste termijn van één maand ingevoerd voor de vergunningsprocedure voor de installatie van apparatuur voor zonne-energie en de op dezelfde locatie gelegen opslagfaciliteiten en de aansluiting ervan op het net op bestaande en toekomstige kunstmatige constructies die voor andere doeleinden dan zonne-energieproductie zijn opgericht. Voorts wordt voor deze installaties een specifieke vrijstelling ingevoerd van de verplichting om een milieueffectbeoordeling uit te voeren overeenkomstig Richtlijn 2011/92/EU, omdat ze doorgaans geen aanleiding tot bezorgdheid in verband met concurrerend gebruik van ruimte of milieueffecten geven. Een investering in kleine gedecentraliseerde zonne-energie-installaties om zelfverbruiker van hernieuwbare energie te worden, is een van doeltreffendste manieren voor een energieverbruiker om de energierekening en blootstelling aan prijsvolatiliteit te verlagen. Installaties voor zelfgeproduceerde energie, ook voor collectieve zelfverbruikers zoals lokale energiegemeenschappen, dragen ook bij tot een lagere totale vraag naar aardgas, tot een weerbaarder systeem en tot de verwezenlijking van de doelstellingen van de Unie op het gebied van hernieuwbare energie. Kleine installaties met een vermogen van minder dan 50 kW hebben waarschijnlijk geen grote nadelige gevolgen voor het milieu of het net en leveren geen veiligheidsproblemen op. Verder is er voor kleine installaties van zelfverbruikers van hernieuwbare energie doorgaans geen capaciteitsuitbreiding op het netaansluitpunt nodig. Vanwege de onmiddellijke positieve gevolgen van dit soort installaties voor verbruikers en de beperkte milieueffecten ervan, is het passend de hiervoor geldende vergunningsprocedure verder te stroomlijnen met de invoering van een stilzwijgende instemming van de overheid in de toepasselijke vergunningsprocedure, om de ontwikkeling van deze installaties te bevorderen en te versnellen en op korte termijn de vruchten ervan te plukken.

(12)De repowering van bestaande installaties voor hernieuwbare energie heeft een aanzienlijk potentieel om snel meer hernieuwbare elektriciteit op te wekken, waardoor het gasverbruik kan verminderen. Met repowering kunnen locaties met een groot potentieel voor hernieuwbare energie in gebruik blijven, waardoor minder nieuwe locaties voor projecten op het gebied van hernieuwbare energie moeten worden aangewezen. Middels de repowering van windenergiecentrales met efficiëntere turbines kan de bestaande capaciteit met minder, maar grotere en efficiëntere turbines worden behouden, of kan de capaciteit worden verhoogd. Repowering heeft meer voordelen, zoals de bestaande netaansluiting, een waarschijnlijk grotere mate van maatschappelijke acceptatie en kennis van milieueffecten.

(13)Naar schatting bereikt 38 GW aan onshore-windcapaciteit tussen 2021 en 2025 het einde van de normale operationele levensduur van 20 jaar. Het uitschakelen van deze capaciteit in plaats van het repoweren zou tot een substantiële vermindering van de momenteel beschikbare capaciteit voor hernieuwbare energie leiden, wat de situatie op de energiemarkt verder zou verergeren. Een onmiddellijke vereenvoudiging en versnelling van repoweringvergunningen zijn van cruciaal belang om de capaciteit voor hernieuwbare energie in de Unie te behouden en te verhogen. Daartoe bevat de voorgestelde verordening extra maatregelen.

(14)Daarom is het passend maatregelen te treffen om de vergunningsprocedure voor de repowering van projecten op het gebied van hernieuwbare energie verder te stroomlijnen. Met name moet de uiterste termijn van zes maanden voor de vergunningsprocedure voor de repowering van projecten op het gebied van hernieuwbare energie alle toepasselijke milieueffectbeoordelingen omvatten. Als een screening of milieueffectbeoordeling nodig is voor de repowering van een installatie voor hernieuwbare energie of een daarmee verband houdende netwerkinfrastructuur om hernieuwbare energie in het elektriciteitssysteem te integreren, moet die bovendien beperkt blijven tot een beoordeling van de mogelijke gevolgen van de wijziging of uitbreiding ten opzichte van het oorspronkelijke project.

(15)Om de repowering van installaties voor hernieuwbare energie te bevorderen en te versnellen, moet onmiddellijk een vereenvoudigde procedure voor netaansluitingen worden opgezet indien de repowering leidt tot een beperkte toename van de totale capaciteit ten opzichte van het oorspronkelijke project.

(16)Bij de repowering van een zonne-energie-installatie kunnen de doeltreffendheid en de capaciteit toenemen zonder de ingenomen ruimte te vergroten. De gerepowerde installatie behoudt dus dezelfde impact op het milieu als de originele installatie, zolang de ingenomen ruimte in het proces niet is vergroot en de oorspronkelijk vereiste milieumaatregelen nog altijd worden nageleefd.

(17)Warmtepompen zijn een belangrijke technologie om hernieuwbare verwarming en koeling van omgevingsenergie op te wekken, met inbegrip van afvalwaterzuiveringsinstallaties en geothermische energie. Met warmtepompen kunnen ook afvalwarmte en -koude worden gebruikt. Door de snelle inzet van warmtepompen waarmee onvolledig benutte hernieuwbare energiebronnen zoals omgevingsenergie, geothermische energie en afvalwarmte van de industriële en tertiaire sectoren, inclusief datacentra, worden geactiveerd, kunnen op aardgas en op andere fossiele brandstoffen gebaseerde ketels worden vervangen door een hernieuwbare verwarmingsoplossing, en kan tegelijkertijd de energie-efficiëntie stijgen. Hierdoor wordt het gebruik van gas voor verwarming versneld verminderd, in gebouwen en in de industrie. Om de installatie en het gebruik van warmtepompen te versnellen, is het passend gerichte kortere vergunningsprocedures voor dergelijke installaties in te voeren, inclusief een vereenvoudigde procedure voor netaansluitingen van kleinere warmtepompen, tenzij die procedure krachtens nationaal recht niet nodig is. Dankzij een snellere en gemakkelijker installatie van warmtepompen zal een groter aandeel van hernieuwbare energiebronnen voor verwarming – momenteel goed voor bijna de helft van het energieverbruik van de Unie – ten goede komen aan de voorzieningszekerheid en de moeilijke marktsituatie.

(18)Het Verdrag betreffende toegang tot informatie, inspraak bij besluitvorming en toegang tot de rechter inzake milieuaangelegenheden van de VN/ECE (het Verdrag van Aarhus) met betrekking tot toegang tot informatie, inspraak bij besluitvorming en toegang tot de rechter inzake milieuaangelegenheden en in het bijzonder de verplichtingen van de lidstaten inzake inspraak bij besluitvorming en toegang tot de rechter blijft van toepassing.

(19)Het beginsel van energiesolidariteit is een algemeen beginsel van Unierecht 6 en geldt voor alle lidstaten. Via de toepassing van het beginsel van energiesolidariteit kunnen met de voorgestelde maatregelen de voordelen van een snellere uitvoering van projecten op het gebied van hernieuwbare energie grensoverschrijdend worden gedeeld. De maatregelen zijn bedoeld voor installaties van hernieuwbare energie in alle lidstaten en omvatten een breed scala aan projecten, inclusief bestaande structuren, nieuwe installaties van apparatuur voor zonne-energie voor zelfverbruikers van hernieuwbare energie en de repowering van bestaande installaties. Gezien de mate van integratie van de energiemarkten van de Unie zou een toename van het gebruik van hernieuwbare energie in één lidstaat ook gunstig moeten zijn voor de voorzieningszekerheid en de prijzen in andere lidstaten. Hierdoor zou hernieuwbare elektriciteit grensoverschrijdend moeten stromen naar de plaats met de grootste behoefte, en zou goedkoop opgewekte hernieuwbare elektriciteit moeten worden uitgevoerd naar lidstaten waar elektriciteitsproductie duurder is. Bovendien heeft de nieuw geïnstalleerde capaciteit voor hernieuwbare energie in de lidstaten gevolgen voor de algehele vermindering van de gasvraag in de Unie.

(20)Overeenkomstig artikel 122, lid 1, van het Verdrag betreffende de Europese Unie kan de Raad op voorstel van de Commissie in een geest van solidariteit tussen de lidstaten bij besluit de voor de economische situatie passende maatregelen vaststellen, met name indien zich bij de voorziening van bepaalde producten, in het bijzonder op energiegebied, ernstige moeilijkheden voordoen. In het licht van de recente gebeurtenissen en de acties van Rusland sinds mei 2022, vormt het grote risico op een volledige stopzetting van Russische gasleveringen, in combinatie met de onzekere zoektocht naar alternatieven, een significante bedreiging in de vorm van verstoorde energieleveringen, nog hogere energieprijzen en dus druk op de economie van de Unie. Daarom zijn bijkomende maatregelen dringend nodig.

(21)Gezien de omvang van de energiecrisis, de mate van maatschappelijke, economische en financiële gevolgen en de noodzaak om zo snel mogelijk te handelen, moet deze verordening dringend in werking treden op de dag na de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie. De geldigheid is beperkt tot een periode van één jaar, met een herzieningsclausule om, indien nodig, de geldigheid ervan te verlengen.

(22)Aangezien de doelstellingen van deze verordening niet voldoende door de lidstaten kunnen worden verwezenlijkt, maar beter op het niveau van de Unie kunnen worden verwezenlijkt, kan de Unie, overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag betreffende de Europese Unie neergelegde subsidiariteitsbeginsel, maatregelen nemen. Krachtens het beginsel van evenredigheid overeenkomstig hetzelfde artikel gaat deze verordening niet verder dan wat nodig is om die doelstelling te verwezenlijken,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Definities

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

(1)“vergunningsprocedure voor projecten op het gebied van hernieuwbare energie”:

(a)de procedure die alle relevante administratieve vergunningen voor de bouw, de repowering en de exploitatie van installaties voor de productie van energie uit hernieuwbare bronnen, met inbegrip van warmtepompen, en op dezelfde locatie gelegen energieopslagfaciliteiten omvat, alsook de activa die nodig zijn voor de aansluiting ervan op het net, met inbegrip van vergunningen voor aansluiting op het net en milieubeoordelingen, indien vereist; en

(b)die begint met de bevestiging van de ontvangst van de aanvraag door de betrokken autoriteit en eindigt met de kennisgeving van het definitieve besluit over het resultaat van de procedure door de betrokken autoriteit;

(2)“apparatuur voor zonne-energie”: apparatuur die zonne-energie omzet in thermische of elektrische energie, met name apparatuur voor thermische zonne-energie en fotovoltaïsche apparatuur.

Artikel 2

Hoger openbaar belang

(1)De planning, bouw en exploitatie van installaties voor de productie van energie uit hernieuwbare bronnen, de aansluiting ervan op het net, het bijbehorende net zelf of opslagactiva worden geacht van hoger openbaar belang te zijn en de volksgezondheid en de openbare veiligheid te dienen, wanneer rechtmatige belangen in afzonderlijke gevallen worden afgewogen voor de doeleinden van artikel 6, lid 4, en artikel 16, lid 1, punt c), van Richtlijn 92/43/EEG, artikel 4, lid 7, van Richtlijn 2000/60/EG en artikel 9, lid 1, punt a), van Richtlijn 2009/147/EG. Dit vermoeden is alleen van toepassing op nieuwe vergunningsprocedures die worden ingesteld zolang de verordening van toepassing is.

(2)Indien in het kader van een project passende mitigatiemaatregelen zijn genomen om botsingen of verstoringen te voorkomen en een behoorlijke monitoring wordt uitgevoerd om de doeltreffendheid van dergelijke maatregelen te beoordelen en, in het licht van de verzamelde informatie, verdere noodzakelijke maatregelen worden genomen om ervoor te zorgen dat er geen aanzienlijke negatieve gevolgen voor de populatie van de betrokken soort zijn, wordt het doden of verstoren van vogels en andere krachtens artikel 12, lid 1, van Richtlijn 92/43/EEG of artikel 5 van Richtlijn 2009/147/EG beschermde soorten niet als opzettelijk beschouwd. De lidstaten zorgen ervoor dat in de planning- en vergunningsprocedure, en tijdens de bouw en exploitatie, in ieder geval voor projecten die van algemeen belang worden geacht, voorrang wordt gegeven aan installaties voor de productie van energie uit hernieuwbare bronnen, en de daarmee verband houdende ontwikkeling van netwerkinfrastructuur, als in individuele gevallen rechtmatige belangen worden afgewogen. Ter zake van beschermde soorten geldt de vorige zin alleen indien en voor zover passende instandhoudingsmaatregelen voor soorten worden getroffen die bijdragen tot de instandhouding of het herstel van de populaties tot een gunstige staat van instandhouding, en voor dit doel voldoende financiële middelen en gebieden ter beschikking worden gesteld.

Artikel 3

Vergunningsprocedure voor de installatie van apparatuur voor zonne-energie

(1)De vergunningsprocedure voor de installatie van apparatuur voor zonne-energie en op dezelfde locatie gelegen energieopslagfaciliteiten, met inbegrip van in gebouwen geïntegreerde zonne-energie-installaties, in bestaande of toekomstige kunstmatige constructies, met uitzondering van oppervlakken van kunstmatige wateren, duurt maximaal één maand, mits het primaire doel van dergelijke constructies niet de productie van zonne-energie is. In afwijking van artikel 4, lid 2, van Richtlijn 2011/92/EU en bijlage II, punt 3, a) en b), alleen of in samenhang met punt 13, a), van bijlage II bij die richtlijn, wordt voor dergelijke installaties van apparatuur voor zonne-energie afgezien van de verplichting om, indien van toepassing, te bepalen of voor een project een milieueffectbeoordeling vereist is dan wel van de verplichting om een specifieke milieueffectbeoordeling uit te voeren.

(2)Voor de installatie van apparatuur voor zonne-energie voor zelfverbruikers van hernieuwbare energie met een maximumvermogen van 50 kW wordt de vergunning toegekend geacht indien de bevoegde autoriteiten of entiteiten een maand na de aanvraag nog niet hebben geantwoord.

(3)Uit de bovenvermelde vergunningsprocedures voortvloeiende besluiten worden algemeen beschikbaar gesteld.

Artikel 4

Repowering van hernieuwbare-energiecentrales

(1)De vergunningsprocedure voor de repowering van projecten, inclusief de vergunningen met betrekking tot de upgrade van de activa die nodig zijn voor de aansluiting van de projecten op het net als de repowering tot een grotere capaciteit leidt, duurt maximaal zes maanden, inclusief milieubeoordelingen, indien vereist krachtens toepasselijke wetgeving.

(2)Indien de repowering de capaciteit van de hernieuwbare-energiecentrale niet met meer dan 15 % verhoogt, en onverminderd de verplichting om eventuele milieueffecten te beoordelen overeenkomstig lid 3, wordt binnen een maand na de aanvraag bij de betrokken entiteit vergunning verleend voor aansluitingen op het transmissienet of het distributienet, tenzij er sprake is van gerechtvaardigde veiligheidsoverwegingen of technische incompatibiliteit van de systeemonderdelen.

(3)Indien voor de repowering van een hernieuwbare-energiecentrale of een daarmee verband houdende netwerkinfrastructuur om hernieuwbare energie in het elektriciteitssysteem te integreren, moet worden bepaald of voor een project een milieueffectbeoordelingsprocedure dan wel een milieueffectbeoordeling overeenkomstig artikel 4 van Richtlijn 2011/92/EU vereist is, wordt die voorafgaande procedure dan wel die milieueffectbeoordeling beperkt tot een beoordeling van de mogelijke gevolgen van de wijziging of uitbreiding ten opzichte van het oorspronkelijke project.

(4)Indien de repowering van zonne-energie-installaties geen extra ruimte inneemt en de voor de oorspronkelijke installatie vereiste milieumaatregelen worden nageleefd, wordt het project vrijgesteld van de verplichting om, indien van toepassing, te bepalen of voor het project een milieueffectbeoordeling vereist is overeenkomstig artikel 4 van Richtlijn 2011/92/EU.

(5)Uit de vergunningsprocedures voortvloeiende besluiten worden algemeen beschikbaar gesteld.

Artikel 5

Snellere inzet van warmtepompen

(1)De vergunningsprocedure voor de installatie van warmtepompen duurt maximaal drie maanden.

(2)Aansluitingen op het transmissienet of het distributienet verkrijgen een vergunning na kennisgeving aan de betrokken entiteit voor:

(a) warmtepompen met een maximumvermogen van 12 kW; en

(b)warmtepompen met een maximumvermogen van 50 kW die zijn geïnstalleerd door een zelfverbruiker van hernieuwbare energie overeenkomstig artikel 2, punt 14, van Richtlijn (EU) 2018/2001, op voorwaarde dat de capaciteit van de hernieuwbare-elektriciteitsopwekkingsinstallatie van de zelfverbruiker van hernieuwbare energie minstens 60 % van de capaciteit van de warmtepomp bedraagt,

tenzij er sprake is van gerechtvaardigde veiligheidsoverwegingen of technische incompatibiliteit van de systeemonderdelen.

(3)Uit de vergunningsprocedures voortvloeiende besluiten worden algemeen beschikbaar gesteld.

Artikel 6

Inwerkingtreding en toepassing

Deze verordening treedt in werking op de dag na de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Na haar inwerkingtreding geldt zij voor een termijn van één jaar.

Artikel 7

Evaluatie

Uiterlijk 1 juli 2023 voert de Commissie een evaluatie uit van deze verordening in het licht van de ontwikkeling van de voorzieningszekerheid en de energieprijzen, en de noodzaak om hernieuwbare energie sneller in te zetten. Zij brengt verslag uit aan de Raad over haar belangrijkste bevindingen van die evaluatie. Op basis van dat verslag kan de Commissie voorstellen de geldigheidsduur van deze verordening te verlengen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in alle lidstaten.

Gedaan te Brussel,

   Voor de Raad

   De Voorzitter

(1)    De Europese Commissie werkt samen met de lidstaten in de taskforce voor de handhaving van de eengemaakte markt aan doeltreffende oplossingen voor een aantal belemmeringen uit het tussentijdse verslag “RES Simplify”: https://data.europa.eu/doi/10.2833/239077
(2)     https://www.eclareon.com/de/projects/res-simplify
(3)    COM(2022) 222 final.
(4)    COM(2022) 553 final.
(5)    COM/2022/221 final.
(6)

   Arrest van het Hof van Justitie van 15 juli 2021, Duitsland/Polen, C-848/19 P, ECLI:EU:C:2021:598.