Brussel, 7.12.2017

COM(2017) 740 final

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

over de uitoefening van de bevoegdheid tot het vaststellen van gedelegeerde handelingen die aan de Commissie is verleend op grond van Richtlijn 2009/138/EG van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2009 betreffende de toegang tot en uitoefening van het verzekerings- en herverzekeringsbedrijf (Solvabiliteit II)


I.Inleiding

De Solvabiliteit II-richtlijn 1 voorziet in een deugdelijk en solide prudentieel kader voor verzekeringsondernemingen in de EU. Het is gebaseerd op het risicoprofiel van elke individuele verzekeringsmaatschappij ter bevordering van de vergelijkbaarheid, de transparantie en het concurrentievermogen.

Deze richtlijn is gewijzigd bij:

·Richtlijn 2011/89/EU (Financial Conglomerate Directive, FICOD) 2 ,

·Richtlijn 2012/23/EU 3 ,

·Richtlijn 2013/23/EU van de Raad 4 ,

·Richtlijn 2013/58/EU 5 en

·Richtlijn 2014/51/EU (de Omnibus II-richtlijn) 6 .

II.Rechtsgrondslag

Dit verslag moet worden opgesteld op grond van artikel 301 bis, lid 2, van de Solvabiliteit II-richtlijn. Overeenkomstig die bepaling wordt de in de artikelen 17, 31, 35, 37, 50, 56, 75, 86, 92, 97, 99, 109 bis, 111, 114, 127, 130, 135, 143, 172, 210, 211, 216, 217, 227, 234, 241, 244, 245, 247, 248, 256, 258, 260 en 308 ter bedoelde bevoegdheidsdelegatie aan de Commissie toegekend voor een termijn van vier jaar vanaf 23 mei 2014.

De Commissie moet uiterlijk zes maanden voor het verstrijken van die termijn van vier jaar een verslag over die gedelegeerde bevoegdheden opstellen. Het huidige verslag heeft derhalve betrekking op de gedelegeerde bevoegdheden die onder het toepassingsgebied van artikel 301 bis vallen. Het heeft geen betrekking op de in artikel 301 ter bedoelde bevoegdheidsdelegaties.

III.Uitoefening van de bevoegdheidsdelegatie

1)Achtergrond

(a)De gedelegeerde handeling Solvabiliteit II

Het overgrote deel van de krachtens de Solvabiliteit II-richtlijn verleende bevoegdheden is door de Commissie uitgeoefend in 2014. De verleende bevoegdheden zijn gebundeld vanwege hun complexe onderlinge verband, bijvoorbeeld wat de standaardformule van Solvabiliteit II betreft.

Op 14 oktober 2014 heeft de Commissie de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II 7 vastgesteld, die op 17 januari 2015 in het Publicatieblad is bekendgemaakt, na het verstrijken van de toetsingstermijn van het Europees Parlement en de Raad. Zij is op 18 januari 2015 in werking getreden, ruim vóór 1 januari 2016, de datum waarop de Solvabiliteit II-richtlijn volledig van toepassing is geworden.

Die gedelegeerde handeling is gebaseerd op meer dan 4000 bladzijden technisch advies dat de Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen (EIOPA) in 2009 en 2010 heeft verstrekt. In maart 2009 is een officieel verzoek om advies gedaan. Het advies van de EIOPA, waarover een openbare raadpleging is gehouden, is tussen november 2009 en januari 2010 aan de Commissie uitgebracht. Na ontvangst van het advies van de EIOPA tussen 2009 en 2010 heeft de Commissie op 4 mei 2010 een openbare hoorzitting over het ontwerp van gedelegeerde verordening georganiseerd en tussen november 2010 en januari 2011 haar eigen openbare raadpleging gehouden.

Daarnaast heeft de EIOPA, daartoe belast door de Commissie in september 2012, een openbare raadpleging gehouden over haar verslag betreffende de kalibratie en de opzet van de kapitaalvereisten voor bepaalde langetermijnbeleggingen, dat in december 2013 is goedgekeurd.

Tijdens de uitwerking van deze gedelegeerde handeling heeft de Commissie meer dan 20 bijeenkomsten van de betrokken deskundigengroep gehouden waarop het ontwerp van gedelegeerde verordening is besproken onder deskundigen van de lidstaten en waarbij waarnemers van het Europees Parlement en de EIOPA werden betrokken 8 .

(b)De wijziging van 2015 betreffende infrastructuurprojecten

Vervolgens heeft de Commissie op 30 september 2015 de wijziging betreffende infrastructuurprojecten in de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II 9 goedgekeurd, die op 2 april 2016 in werking is getreden.

Met betrekking tot de in die gedelegeerde handeling opgenomen wijzigingen betreffende infrastructuur heeft de Commissie de EIOPA op 4 februari 2015 verzocht om technisch advies over de vraag of, en zo ja hoe, de standaardformule van Solvabiliteit II voor de berekening van het solvabiliteitskapitaalvereiste dient te worden gewijzigd. De EIOPA heeft tussen 2 juli 2015 en 9 augustus 2015 over het ontwerp van technisch advies een publieke raadpleging gehouden en heeft op 29 september 2015 haar definitieve technische advies aangenomen.

De wijziging had ook betrekking op veranderingen betreffende de Europese langetermijninvesteringsfondsen (ELTIF’s), de overgangsmaatregel voor aandelen en de multilaterale handelsfaciliteiten (MTF's). De handeling bracht ook een aantal wijzigingen en correcties met zich in verband met redactionele fouten in de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II van 2014.

De deskundigengroep banken, betalingen en verzekeringen (formatie verzekeringen) (EGBPI) is in 2015 geraadpleegd over de inhoud van de gedelegeerde handeling tijdens bijeenkomsten en ook schriftelijk.

(c)De wijziging van 2017 betreffende infrastructuurondernemingen

Om verder te werken aan de doelstelling van de kapitaalmarktenunie heeft de Commissie de EIOPA in 2015 om aanvullend technisch advies over infrastructuurondernemingen verzocht, dat is ontvangen op 30 juni 2016. Vóór de goedkeuring van de wijziging is de EGBPI geraadpleegd over onder andere de wettekst van de wijziging.

Op 8 juni 2017 heeft de Commissie de wijziging betreffende infrastructuurondernemingen 10 in de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II goedgekeurd. Deze handeling is op 14 september 2017 in het Publicatieblad bekendgemaakt, na het verstrijken van de toetsingstermijn van het Europees Parlement en de Raad.

(d)Gelijkwaardigheidsbesluiten

Overeenkomstig de artikelen 172, 227 en 260 van de Solvabiliteit II-richtlijn worden gelijkwaardigheidsbesluiten betreffende rechtsgebieden van derde landen vastgesteld in de vorm van gedelegeerde handelingen.

De Commissie heeft in juni 2015 en november 2015 twee pakketten gelijkwaardigheidsbesluiten met betrekking tot acht rechtsgebieden vastgesteld. De EIOPA heeft de Commissie advies verstrekt over de gelijkwaardigheid van die derde landen en de EGBPI is geraadpleegd voordat bovengenoemde gedelegeerde handelingen werden vastgesteld.

Verdere bijzonderheden over de uitgeoefende bevoegdheden worden hieronder uiteengezet.

(e)Andere gedelegeerde handelingen

Daarnaast heeft de Commissie ook rectificaties aangenomen voor een aantal taalversies van de gedelegeerde handeling 11 .

Het bovenstaande wordt hieronder nader uitgewerkt, met betrekking tot elke individuele verleende bevoegdheid zoals opgenomen in de Solvabiliteit II-richtlijn.

2)Artikel 17

Tot dusver heeft de Commissie nog geen gebruik gemaakt van de haar verleende bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen betreffende de rechtsvormen zoals vermeld in bijlage III van de richtlijn, met uitzondering van de punten 28 en 29 van elk van de delen A, B en C. De Commissie heeft geen verzoeken van lidstaten hieromtrent ontvangen.

3)Artikel 31

De bevoegdheid om met betrekking tot artikel 31, lid 2, gedelegeerde handelingen vast te stellen waarin nadere invulling wordt gegeven aan de voornaamste aspecten van de bekendmaking van geaggregeerde statistische gegevens, alsmede de inhoud en de publicatiedatum van de informatie, is uitgeoefend in de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II van 2014.

In de wijziging van 2015 betreffende infrastructuurprojecten in de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II is die bevoegdheid uitgeoefend om een bepaling te wijzigen die redactionele fouten bevatte. Op dezelfde wijze is die bevoegdheid uitgeoefend in de rectificatie van de Duitse taalversie van de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II in 2016 om een aantal bepalingen met vertaalfouten te wijzigen.

4)Artikel 35

De bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen om nadere invulling te geven aan de in artikel 35, leden 1 tot en met 4, bedoelde informatie en de termijnen voor de indiening van die informatie, is uitgeoefend in de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II van 2014 en in de rectificatie van de Duitse taalversie van 2016.

5)Artikel 37

In artikel 37, leden 6 en 7, is bepaald dat de Commissie gedelegeerde handelingen vaststelt waarin nadere invulling wordt gegeven aan de omstandigheden waaronder een kapitaalopslagfactor mag worden toegepast en aan de methoden voor de berekening van kapitaalopslagfactoren. Deze bevoegdheden zijn door de Commissie uitgeoefend in de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II van 2014.

6)Artikel 50

In artikel 50, lid 1, is bepaald dat de Commissie gedelegeerde handelingen vaststelt waarin nadere invulling wordt gegeven aan:

(a)de onderdelen van de in de artikelen 41, 44, 46 en 47 bedoelde systemen, en met name de gebieden die onder het in artikel 44, lid 2, bedoelde beheer van activa en passiva en beleggingsbeleid van verzekerings- en herverzekeringsondernemingen vallen;

(b)de in de artikelen 44, 46, 47 en 48 bedoelde functies.

De punten a) en b) zijn allebei overgenomen in de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II van 2014 en opgenomen in de rectificatie van de Duitse taalversie.

Punt a) is ook opgenomen in de wijziging van 2017 betreffende infrastructuurondernemingen in de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II.

7)Artikel 56

Krachtens artikel 56 is de Commissie bevoegd om gedelegeerde handelingen vast te stellen waarin nadere invulling wordt gegeven aan bepaalde kwesties met betrekking tot het verslag over de solvabiliteit en de financiële toestand, zoals de informatie die bekend moet worden gemaakt en de tijdslimieten voor de jaarlijkse bekendmaking van de informatie.

Bepalingen in die zin zijn vastgesteld in de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II van 2014 en zijn ook opgenomen in de rectificatie van de Duitse taalversie.

8)Artikel 75

In artikel 75, lid 2, is bepaald dat de Commissie gedelegeerde handelingen vaststelt ter bepaling van de methoden en aannames die moeten worden gebruikt bij de waardering van activa en passiva als beschreven in lid 1 van dat artikel. Deze bevoegdheid is uitgeoefend in de wijziging van 2015 betreffende infrastructuurprojecten in de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II van 2014, waarbij de betrokken artikelen worden gewijzigd om redactionele fouten te corrigeren.

9)Artikel 86

De bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen betreffende artikel 86, lid 1, onder a) tot en met i), met betrekking tot bepaalde aspecten van de artikelen 77, 77 ter, 77 quater, 77 quinquies, 80 en 82 van de richtlijn Solvabiliteit II is uitgeoefend in de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II van 2014. Daarnaast heeft de Commissie in 2017 een rectificatie aangenomen betreffende de Bulgaarse, Estse, Franse, Griekse, Kroatische, Litouwse, Maltese, Roemeense, Slowaakse, Tsjechische en Zweedse taalversie van de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II, waarin een probleem betreffende de in artikel 86, lid 1, onder e), bedoelde bevoegdheid wordt gecorrigeerd.

10)Artikel 92

De bevoegdheid om nadere invulling te geven aan de behandeling van deelnemingen in financiële en kredietinstellingen bij de bepaling van het eigen vermogen, in de zin van artikel 92, lid 1, onder a), is door de Commissie uitgeoefend in de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II van 2014.

In het kader van deze bevoegdheid is ook een wijziging aangenomen om een klein redactioneel probleem te corrigeren via de wijziging van 2015 betreffende infrastructuurprojecten in de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II en de rectificatie van de Duitse taalversie.

11)Artikel 97

Een overzicht van eigenvermogensbestanddelen in de zin van artikel 97, lid 1, van de Solvabiliteit II-richtlijn is vastgesteld in de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II van 2014. Dit punt is ook opgenomen in de rectificatie van de Duitse taalversie.

12)Artikel 99

De in artikel 99 van de richtlijn Solvabiliteit II bedoelde bevoegdheden met betrekking tot in aanmerking komend eigen vermogen zijn uitgeoefend in de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II van 2014.

13)Artikel 109 bis

De bijkomende criteria van artikel 109 bis, lid 5, zijn door de Commissie vastgesteld in de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II van 2014. Dit punt is ook opgenomen in de rectificatie van de Duitse taalversie.

14)Artikel 111

De bevoegdheden met betrekking tot de standaardformule (artikel 111, lid 1, onder a) tot en met f), en g) tot en met q)) zijn uitgeoefend in de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II van 2014. Zowel de wijziging van 2015 betreffende infrastructuurprojecten als die van 2017 betreffende infrastructuurondernemingen in de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II zijn gebaseerd op de in artikel 111, lid 1, onder b) en c), en artikel 111, onder m) bedoelde bevoegdheden.

Bovendien had de rectificatie van de Duitse taalversie als rechtsgrond artikel 111, lid 1, onder a) tot en met c), artikel 111, lid 1, onder f), artikel 111, lid 1, onder h), artikel 111, lid 1, onder k), artikel 111, lid 1, onder l) en artikel 111, lid 1, onder o), terwijl de rectificatie van verschillende taalversies van 2017 onder andere artikel 111, lid 1, onder c), als rechtsgrond had.

De in artikel 111, lid 1, onder f bis), bedoelde bevoegdheid is tot dusver nog niet uitgeoefend. Daardoor gelden voor vorderingen op gekwalificeerde centrale tegenpartijen dezelfde kapitaalvereisten als voor andere vorderingen op tegenpartijen. Op 18 juli 2016 heeft de Commissie de EIOPA een verzoek om advies toegezonden, waarin zij verzoekt een specifieke benadering te ontwikkelen voor vorderingen op gekwalificeerde centrale tegenpartijen. Op basis van het advies van de EIOPA, dat in februari 2018 wordt verwacht, kan de Commissie besluiten de bevoegdheid uit te oefenen.

15)Artikelen 114, 127 en 130

De bevoegdheden betreffende het gebruik van interne modellen (artikel 114, lid 1, onder a) en b)), de beoordeling van het risicoprofiel en de uitoefening van het bedrijf (artikel 127) en de berekening van het minimumkapitaalvereiste (artikel 130) zijn uitgeoefend in de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II van 2014.

16)Artikel 135

In artikel 135, lid 1, is bepaald dat de Commissie kapitaalvereisten kan vaststellen met betrekking tot het "prudent person"-beginsel. Tot dusver is geen gebruik gemaakt van deze facultatieve bevoegdheid, maar mochten nadere voorschriften op dit gebied noodzakelijk blijken, dan kan de bevoegdheid in de toekomst wel worden uitgeoefend.

Anderzijds zijn vereisten voor beleggingen in securitisatie (artikel 135, lid 2, onder a), b) en c)) vastgesteld in de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II van 2014.

17)Artikel 143

De soorten uitzonderlijk ongunstige omstandigheden en de factoren en criteria waarmee rekening moet worden gehouden door de EIOPA voor de vaststelling van uitzonderlijke ongunstige omstandigheden en door de toezichthoudende autoriteiten voor de bepaling van de verlenging van de herstelperiode overeenkomstig artikel 138, lid 4, zijn vastgesteld in de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II van 2014.

18)Artikel 172

Artikel 172 van de Solvabiliteit II-richtlijn heeft betrekking op de gelijkwaardigheid van derde landen met betrekking tot herverzekering. Als onderdeel van de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II van 2014 heeft de Commissie overeenkomstig artikel 172, lid 1, de criteria vastgesteld om te beoordelen of de op herverzekeringsactiviteiten toegepaste solvabiliteitsregeling van een derde land gelijkwaardig is aan de regels in de EU.

Overeenkomstig artikel 172, lid 2, heeft de Commissie tot dusver twee gelijkwaardigheidsbesluiten vastgesteld in de vorm van gedelegeerde handelingen voor Zwitserland 12 en Bermuda 13 , en een tijdelijk gelijkwaardigheidsbesluit voor Japan 14 overeenkomstig artikel 172, lid 4.

19)Artikel 210

In artikel 210, lid 2, is bepaald dat de Commissie gedelegeerde handelingen kan vaststellen met betrekking tot de bewaking, het beheer en de beheersing van risico's die uit finite herverzekeringsactiviteiten voortvloeien. Tot dusver is geen gebruik gemaakt van deze facultatieve bevoegdheid, maar mochten nadere voorschriften op dit gebied noodzakelijk blijken, dan kan de bevoegdheid in de toekomst wel worden uitgeoefend.

20)Artikel 211

In artikel 211, lid 2, is bepaald dat de Commissie gedelegeerde handelingen vaststelt tot nadere invulling van criteria voor het verlenen van goedkeuring van Special Purpose Vehicles door de toezichthoudende autoriteit. Die bevoegdheid is uitgeoefend in de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II van 2014 en ook opgenomen in de rectificatie van de Duitse taalversie.

21)Artikelen 216 en 217

Krachtens de artikelen 216 en 217 kan de Commissie de gedelegeerde handelingen vaststellen, respectievelijk stelt zij gedelegeerde handelingen vast, waarin de omstandigheden worden beschreven waarin de besluiten betreffende toezicht op een ondergroep op nationaal niveau of op het niveau van meerdere lidstaten, zoals bepaald in lid 1 van elk artikel, kunnen worden genomen. Delen van de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II van 2014 zijn in het kader van die bevoegdheden vastgesteld.

22)Artikel 227

Artikel 227 van de richtlijn Solvabiliteit II heeft betrekking op de gelijkwaardigheid van verzekerings- of herverzekeringsondernemingen uit een derde land. Als onderdeel van de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II van 2014 heeft de Commissie overeenkomstig artikel 227, lid 3, de criteria vastgesteld om te beoordelen of de solvabiliteitsregeling van een derde land gelijkwaardig is aan die van titel I, hoofdstuk VI, van de Solvabiliteit II-richtlijn.

In 2015 heeft de Commissie eerst een gelijkwaardigheidsbesluit overeenkomstig artikel 227, lid 4, vastgesteld voor Zwitserland 15 , en vervolgens een tijdelijk gelijkwaardigheidsbesluit overeenkomstig artikel 227, lid 5, voor Australië, Bermuda, Brazilië, Canada, Mexico en de Verenigde Staten 16 . Later dat jaar is nog een tijdelijk gelijkwaardigheidsbesluit vastgesteld voor Japan 17 .

In 2016 is het voorlopige gelijkwaardigheidsbesluit betreffende Australië, Bermuda, Brazilië, Canada, Mexico en de Verenigde Staten gewijzigd door middel van een gelijkwaardigheidsbesluit voor Bermuda overeenkomstig artikel 227, lid 4 18 . Dit weerspiegelt de inwerkingtreding van het nieuwe solvabiliteits- en prudentiële stelsel van Bermuda op dat ogenblik.

23)Artikelen 234 en 241

In artikel 234 van de Solvabiliteit II-richtlijn is bepaald dat de Commissie gedelegeerde handelingen vaststelt waarin nadere invulling wordt gegeven aan de technische beginselen en methoden vervat in de artikelen 220 tot en met 229 en de toepassing van de artikelen 230 tot en met 233, rekening houdend met het economische karakter van specifieke juridische structuren.

Overeenkomstig artikel 241 van de Solvabiliteit II-richtlijn stelt de Commissie gedelegeerde handelingen vast tot nadere invulling van:

(a)de criteria voor de toetsing of aan de voorwaarden van artikel 236 is voldaan;

(b)de criteria voor de toetsing van wat dient te worden verstaan onder de in artikel 239, lid 2, genoemde noodsituatie;

(c)de procedures die de toezichthoudende autoriteiten moeten volgen bij de uitwisseling van informatie, de uitoefening van hun rechten en de vervulling van hun plichten overeenkomstig de artikelen 237 tot en met 240.

Beide bevoegdheden zijn door de Commissie uitgeoefend in de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II van 2014.

24)Artikel 244

De definitie van een significante risicoconcentratie voor de toepassing van de leden 2 en 3 van artikel 244 is vastgelegd in de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II van 2014. Dit punt is ook opgenomen in de rectificatie van de Duitse taalversie.

25)Artikel 245

In artikel 245, lid 4, is bepaald dat de Commissie voor de toepassing van de leden 2 en 3 van datzelfde artikel gedelegeerde handelingen vaststelt met betrekking tot de definitie van een significante intragroeptransactie. Deze bevoegdheid is uitgeoefend in de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II van 2014.

26)Artikel 247

In artikel 247 is bepaald dat de Commissie, indien zich belangrijke problemen voordoen bij de toepassing van de in de leden 2 en 3 vermelde criteria voor de aanwijzing van de groepstoezichthouder, gedelegeerde handelingen vaststelt om deze criteria nader te specificeren. Tot dusver hebben dergelijke belangrijke problemen zich niet voorgedaan en is deze bevoegdheid bijgevolg niet uitgeoefend.

27)Artikel 248

Overeenkomstig artikel 248, lid 8, heeft de Commissie de definitie van "belangrijk bijkantoor" vastgesteld in de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II van 2014.

28)Artikel 256

Overeenkomstig artikel 256, lid 4, stelt de Commissie gedelegeerde handelingen vast waarin nadere invulling wordt gegeven aan de informatie die bekend moet worden gemaakt en aan de tijdslimieten die gelden voor de jaarlijkse bekendmaking van de informatie in één enkel verslag over de solvabiliteit en de financiële toestand en het verslag over de solvabiliteit en de financiële toestand op het niveau van de groep. Deze bevoegdheid is uitgeoefend in de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II van 2014.

29)Artikel 258

Tot dusver heeft de Commissie nog geen gedelegeerde handeling vastgesteld krachtens de facultatieve bevoegdheid in artikel 258, lid 3, maar indien nodig kan de bevoegdheid in de toekomst wel worden uitgeoefend.

30)Artikel 260

Overeenkomstig artikel 260, lid 2, zijn de criteria om te beoordelen of het prudentieel regime van een derde land voor het groepstoezicht gelijkwaardig is aan dat van titel III, vastgesteld in de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II van 2014.

Daarnaast heeft de Commissie twee gelijkwaardigheidsbesluiten vastgesteld overeenkomstig artikel 260, lid 3, betreffende respectievelijk Bermuda 19 en Zwitserland 20 .

Tot dusver zijn geen tijdelijke gelijkwaardigheidsbesluiten overeenkomstig artikel 260, lid 5, vastgesteld.

31)Artikel 308 ter

Met betrekking tot de overgangsperiode als bedoeld in artikel 308 ter, lid 13, zijn de criteria waaraan moet worden voldaan, inclusief de aandelen waarop de overgangsperiode van toepassing kan zijn, vastgesteld in de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II van 2014 en aangepast in de wijziging van 2015 betreffende infrastructuurprojecten in de gedelegeerde handeling.

Twee aanvullende bevoegdheden in artikel 308 ter, leden 15 en 17, zijn tot dusver nog niet uitgeoefend.

De eerste bevoegdheid (artikel 308 ter, lid 15) heeft betrekking op de mogelijkheid voor de Commissie om gedelegeerde handelingen vast te stellen tot wijziging van de in dat lid voorgeschreven overgangsperiode voor werkzaamheden inzake bedrijfspensioenvoorziening van verzekeringsondernemingen in geval van wijzigingen in de artikelen 17 tot en met 17 quater van Richtlijn 2003/41/EG 21 (IBPV's). Aangezien nog geen dergelijke wijzigingen zijn vastgesteld, is de bevoegdheid tot dusver niet uitgeoefend.

De tweede bepaling (artikel 308 ter, lid 17) heeft betrekking op gedelegeerde handelingen tot vaststelling van de veranderingen in de solvabiliteit van de groep wanneer de in artikel 308 ter, lid 13, bedoelde overgangsbepalingen van toepassing zijn. De overgangsbepaling geldt op het niveau van de groep op dezelfde wijze als voor een individuele verzekerings- of herverzekeringsonderneming, en tot dusver hebben zich nog geen praktische moeilijkheden met de toepassing ervan voorgedaan die nadere invulling zouden vereisen. Indien nodig kan de bevoegdheid in de toekomst wel worden uitgeoefend.

IV.Conclusie

De Commissie heeft haar gedelegeerde bevoegdheden tijdig en correct uitgeoefend om ervoor te zorgen dat werd voorzien in de gedelegeerde handelingen voor verzekerings- en herverzekeringsondernemingen en nationale toezichthoudende autoriteiten die nodig waren om de voorschriften toe te passen op de datum waarop de Solvabiliteit II-richtlijn volledig van toepassing werd. Gerichte wijzigingen sindsdien hebben ervoor gezorgd dat het prudentiële kader naar behoren is aangepast zodat verzekeraars kunnen bijdragen tot de kapitaalmarktenunie als langetermijnbeleggers.

Wat de toekomst betreft, is de Commissie van oordeel dat alle bevoegdheidsdelegaties moeten worden behouden, onder andere omdat voorbereidende werkzaamheden aan de gang zijn met betrekking tot de onderlinge afstemming van de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II van 2014 22 , de verordening betreffende eenvoudige, transparante en gestandaardiseerde securitisatie 23 en de wijziging van de verordening inzake kapitaalvereisten 24 . De Commissie heeft de EIOPA ook om technisch advies verzocht over de evaluatie van specifieke punten in de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II van 2014 25 .

De Commissie verzoekt het Europees Parlement en de Raad om van dit verslag nota te nemen.

(1)

Richtlijn 2009/138/EG van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2009 betreffende de toegang tot en uitoefening van het verzekerings- en het herverzekeringsbedrijf (Solvabiliteit II), PB L 335 van 17.12.2009, blz. 1).

(2)

Richtlijn 2011/89/EU van het Europees Parlement en de Raad van 16 november 2011 houdende wijziging van de Richtlijnen 98/78/EG, 2002/87/EG, 2006/48/EG en 2009/138/EG betreffende het aanvullende toezicht op financiële entiteiten in een financieel conglomeraat, PB L 326 van 8.12.2011, blz. 113.

(3)

Richtlijn 2013/58/EU van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2013 tot wijziging van Richtlijn 2009/138/EG (Solvabiliteit II) wat betreft de datum van omzetting en de datum van toepassing daarvan en de datum van intrekking van bepaalde richtlijnen (Solvabiliteit I), PB L 341 van 18.12.2013, blz. 1.

(4)

Richtlijn 2013/23/EU van de Raad van 13 mei 2013 tot aanpassing van een aantal richtlijnen op het gebied van financiële diensten, in verband met de toetreding van de Republiek Kroatië, PB L 158 van 10.6.2013, blz. 362.

(5)

Richtlijn 2013/58/EU van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2013 tot wijziging van Richtlijn 2009/138/EG (Solvabiliteit II) wat betreft de datum van omzetting en de datum van toepassing daarvan en de datum van intrekking van bepaalde richtlijnen (Solvabiliteit I), PB L 341 van 18.12.2013, blz. 1.

(6)

Richtlijn 2014/51/EU van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 tot wijziging van de Richtlijnen 2003/71/EG en 2009/138/EG, alsmede de Verordeningen (EG) nr. 1060/2009, (EU) nr. 1094/2010 en (EU) nr. 1095/2010 wat de bevoegdheden van de Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen) en de Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor effecten en markten) betreft, PB L 153 van 22.5.2014, blz. 1.

(7)

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/35 van de Commissie van 10 oktober 2014 tot aanvulling van Richtlijn 2009/138/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de toegang tot en de uitoefening van het verzekerings- en het herverzekeringsbedrijf (Solvabiliteit II), PB L 12 van 17.1.2015, blz. 1.

(8)

Zie voor nadere uitleg de toelichting bij de gedelegeerde handeling Solvabiliteit II, beschikbaar op: http://ec.europa.eu/transparency/regdoc/rep/3/2014/EN/3-2014-7230-EN-F1-1.Pdf  

(9)

Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/467 van de Commissie van 30 september 2015 tot wijziging van Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/35 met betrekking tot de berekening van de wettelijke kapitaalvereisten voor verschillende klassen van activa die door verzekerings- en herverzekeringsondernemingen worden aangehouden, PB L 85 van 1.4.2016, blz. 6.

(10)

Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/1542 van de Commissie van 8 juni 2017 tot wijziging van Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/35 betreffende de berekening van regelgevende kapitaalvereisten voor bepaalde categorieën activa die door verzekerings- en herverzekeringsondernemingen worden aangehouden (infrastructuurondernemingen), PB L 236 van 14.9.2017, blz. 14.

(11)

Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/2283 van de Commissie van 22 augustus 2016 tot rectificatie van de Duitse taalversie van Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/35 tot aanvulling van Richtlijn 2009/138/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de toegang tot en uitoefening van het verzekerings- en het herverzekeringsbedrijf (Solvabiliteit II), PB L 346 van 20.12.2016, blz. 111-112 (BG, ES, CS, DA, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV) en PB L 346 van 20.12.2016, blz. 111-125 (DE) en Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/669 van de Commissie van 16 december 2016 tot rectificatie van de Bulgaarse, de Estse, de Franse, de Griekse, de Kroatische, de Litouwse, de Maltese, de Roemeense, de Slowaakse, de Tsjechische en de Zweedse taalversie van Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/35 tot aanvulling van Richtlijn 2009/138/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de toegang tot en uitoefening van het verzekerings- en het herverzekeringsbedrijf (Solvabiliteit II), PB L 97 van 8.4.2017, blz. 3.

(12)

Gedelegeerd Besluit (EU) 2015/1602 van de Commissie van 5 juni 2015 betreffende de gelijkwaardigheid van het solvabiliteits- en prudentiële stelsel voor verzekerings- en herverzekeringsondernemingen van kracht in Zwitserland op basis van de artikelen 172, lid 2, 227, lid 4, en 260, lid 3, van Richtlijn 2009/138/EG van het Europees Parlement en de Raad, PB L 248 van 24.9.2015, blz. 95.

(13)

Gedelegeerd Besluit (EU) 2016/309 van de Commissie van 26 november 2015 betreffende de gelijkwaardigheid van het toezichtstelsel voor verzekerings- en herverzekeringsondernemingen van kracht in Bermuda aan het stelsel vastgelegd in Richtlijn 2009/138/EG van het Europees Parlement en de Raad en houdende wijziging van Gedelegeerd Besluit (EU) 2015/2290 van de Commissie, PB L 58 van 4.3.2016, blz. 50.

(14)

Gedelegeerd Besluit (EU) 2016/310 van de Commissie van 26 november 2015 betreffende de gelijkwaardigheid van de solvabiliteitsregeling voor verzekerings- en herverzekeringsondernemingen van kracht in Japan aan de regeling vastgelegd in Richtlijn 2009/138/EG van het Europees Parlement en de Raad, PB L 58, 4.3.2016, blz. 55.

(15)

Zie voetnoot 15.

(16)

Gedelegeerd Besluit (EU) 2015/2290 van de Commissie van 5 juni 2015 betreffende de voorlopige gelijkwaardigheid van de solvabiliteitsstelsels die van kracht zijn in Australië, Brazilië, Canada, Mexico en de Verenigde Staten en van toepassing zijn op verzekerings- en herverzekeringsondernemingen met hoofdkantoor in derde landen, PB L 323, 9.12.2015, blz. 22, zoals gewijzigd bij Gedelegeerd Besluit (EU) 2016/309 van de Commissie.

(17)

Zie voetnoot 17.

(18)

Zie voetnoot 16.

(19)

Zie voetnoot 16.

(20)

Zie voetnoot 15.

(21)

Richtlijn 2003/41/EG van het Europees Parlement en de Raad van 3 juni 2003 betreffende de werkzaamheden van en het toezicht op instellingen voor bedrijfspensioenvoorziening, PB L 235 van 23.9.2003, blz. 10.

(22)

Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van gemeenschappelijke regels betreffende securitisatie en tot instelling van een Europees kader voor eenvoudige, transparante en gestandaardiseerde securitisatie en tot wijziging van de Richtlijnen 2009/65/EG, 2009/138/EG en 2011/61/EU en de Verordeningen (EG) nr. 1060/2009 en (EU) nr. 648/2012, COM/2015/0472 final - 2015/0226 (COD), beschikbaar op: http://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/?uri=CELEX:52015PC0472  

(23)

COM (2015) 472 final, nog niet bekendgemaakt in het PB.

(24)

COM (2015) 473 final, nog niet bekendgemaakt in het PB.

(25)

Verzoek aan de EIOPA om technisch advies over de evaluatie van specifieke punten in de gedelegeerde verordening van Solvabiliteit II (Verordening (EU) 2015/35), beschikbaar op: https://ec.europa.eu/info/sites/info/files/eiopa-call-for-advice-18072016_en.pdf en

Verzoek aan de EIOPA om technisch advies over de evaluatie van specifieke punten in de gedelegeerde verordening van Solvabiliteit II wat betreft ongerechtvaardigde beperkingen voor financiering (Verordening (EU) 2015/35), beschikbaar op: https://ec.europa.eu/info/sites/info/files/eiopa-call-for-advice-18072016_en.pdf