Brussel, 27.5.2016

COM(2016) 303 final

2016/0156(NLE)

Voorstel voor een

BESLUIT VAN DE RAAD

inzake de sluiting van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Regering van de Republiek der Filipijnen inzake bepaalde aspecten van luchtdiensten


TOELICHTING

1.ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

Motivering en doel van het voorstel

Naar aanleiding van de arresten van het Hof van Justitie in de zogenaamde "Open Skies"-zaken heeft de Raad de Commissie op 5 juni 2003 een mandaat verleend om met derde landen te onderhandelen over de vervanging van sommige bepalingen in bestaande bilaterale luchtvervoersovereenkomsten door een overeenkomst op het niveau van de Unie (het "horizontale mandaat"). Dergelijke overeenkomsten hebben tot doel alle EU-luchtvaartmaatschappijen niet-discriminerende toegang tot luchtroutes tussen de Europese Unie en derde landen te geven en derhalve de bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten tussen lidstaten en derde landen in overeenstemming te brengen met de wetgeving van de Unie.

Samenhang met de huidige bepalingen op dit beleidsgebied

De bepalingen van de Overeenkomst vervangen de bestaande bepalingen in de tien bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten tussen lidstaten en de Republiek der Filipijnen, of zijn een aanvulling daarop.

Samenhang met andere beleidsgebieden van de Unie

De overeenkomst dient ook een fundamentele doelstelling van het externe luchtvaartbeleid van de Unie omdat zij de bestaande bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten in overeenstemming brengt met de wetgeving van de Unie.

2.RECHTSGRONDSLAG, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID

Rechtsgrondslag

Artikel 100, lid 2, en artikel 218, lid 6, onder a), van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie

Subsidiariteit (voor niet-exclusieve bevoegdheden)

Het voorstel is volledig gebaseerd op het door de Raad verleende "horizontale mandaat", rekening houdend met de kwesties die onder het EU-recht en bilaterale overeenkomsten vallen.

Evenredigheid

Bij de Overeenkomst worden bepalingen in bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten slechts in zoverre gewijzigd of aangevuld als nodig is om deze in overeenstemming te brengen met het EU-recht.

Keuze van het instrument

De Overeenkomst tussen de Unie en de Republiek der Filipijnen is het meest efficiënte instrument om alle bestaande bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten tussen lidstaten en de Republiek der Filipijnen in overeenstemming te brengen met het EU-recht.

3.RESULTATEN VAN EX-POSTEVALUATIES, RAADPLEGINGEN VAN BELANGHEBBENDEN EN EFFECTBEOORDELINGEN

Ex-postevaluaties/geschiktheidscontroles van bestaande wetgeving

Niet van toepassing.

Raadplegingen van belanghebbenden

De Commissie heeft de onderhandelingen gevoerd in overleg met een bijzonder comité, overeenkomstig artikel 218, lid 4, VWEU. Ook de sector is tijdens de onderhandelingen geraadpleegd. Er is rekening gehouden met de opmerkingen die tijdens deze procedure zijn gemaakt. De betrokken lidstaten hebben de juistheid van de vermelde bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten geverifieerd. De sector heeft het belang van een solide rechtsgrondslag voor zijn commerciële activiteiten beklemtoond.

Bijeenbrengen en benutten van deskundigheid

Niet van toepassing.

Effectbeoordeling

Niet van toepassing.

Gezonde regelgeving en vereenvoudiging

Het voorstel voorziet in een vereenvoudiging van de wetgeving. De desbetreffende bepalingen van bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten tussen lidstaten en de Republiek der Filipijnen worden vervangen of aangevuld door bepalingen in één enkele EU-overeenkomst.

Grondrechten

Niet van toepassing.

4.GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

Het voorstel heeft geen gevolgen voor de begroting van de Unie.

5.OVERIGE ELEMENTEN

Uitvoeringsplanning en regelingen betreffende monitoring, evaluatie en rapportage

In afwachting van de inwerkingtreding van de Overeenkomst wordt deze voorlopig toegepast vanaf de eerste dag van de maand volgende op de datum waarop de partijen elkaar in kennis hebben gesteld van de voltooiing van de daartoe vereiste procedures.

Toelichtende stukken (voor richtlijnen)

Niet van toepassing.

Toelichting bij de specifieke bepalingen van het voorstel

De internationale luchtvaartbetrekkingen tussen lidstaten en derde landen worden traditiegetrouw vastgelegd in bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten, in bijlagen bij dergelijke overeenkomsten en in aanverwante bilaterale of multilaterale regelingen.

De traditionele aanwijzingsbepalingen in bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten zijn echter in strijd met het EU-recht. Dergelijke bepalingen verlenen een derde land het recht de machtigingen en vergunningen van een luchtvaartmaatschappij te weigeren, in te trekken of op te schorten als deze luchtvaartmaatschappij door een lidstaat is aangewezen maar niet substantieel in handen is van en gecontroleerd wordt door deze lidstaat of onderdanen ervan. Dat wordt beschouwd als discriminatie van EU-luchtvaartmaatschappijen die op het grondgebied van een lidstaat zijn gevestigd maar die in handen zijn van en gecontroleerd worden door onderdanen van andere lidstaten en is in strijd met artikel 49 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, dat onderdanen van een lidstaat die hun recht op vrijheid van vestiging uitoefenen, garandeert dat ze in de lidstaat van ontvangst dezelfde behandeling krijgen als de onderdanen van die lidstaat.

Ook andere aspecten, zoals de belasting op vliegtuigbrandstof of verplichte handelsovereenkomsten tussen luchtvaartondernemingen, moeten in overeenstemming met het EU-recht worden gebracht door bestaande bepalingen in bilaterale luchtdienstovereenkomsten tussen lidstaten en derde landen te wijzigen of aan te vullen.

Overeenkomstig de mechanismen en richtsnoeren in de bijlage bij het "horizontale mandaat" heeft de Commissie met de Republiek der Filipijnen onderhandeld over een overeenkomst ter vervanging van sommige bepalingen in de bestaande bilaterale overeenkomsten inzake luchtdiensten tussen lidstaten en de Republiek der Filipijnen. Bij artikel 2 van de overeenkomst worden de traditionele aanwijzingsbepalingen vervangen door een EU-aanwijzingsbepaling, waardoor alle EU-luchtvaartmaatschappijen gebruik kunnen maken van het vestigingsrecht. Artikel 5 voorziet in een oplossing voor mogelijke conflicten met de mededingingsregels van de Unie.

Nadat de Overeenkomst is ondertekend, moet zij worden gesloten. Daartoe wordt hier een besluit voorgesteld.

2016/0156 (NLE)

Voorstel voor een

BESLUIT VAN DE RAAD

inzake de sluiting van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Regering van de Republiek der Filipijnen inzake bepaalde aspecten van luchtdiensten

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 100, lid 2, juncto artikel 218, lid 6, onder a),

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Gezien de instemming van het Europees Parlement,

Overwegende hetgeen volgt:

1.Overeenkomstig Besluit …/…/EU van de Raad 1 is de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de regering van de Republiek der Filipijnen inzake bepaalde aspecten van luchtdiensten (de Overeenkomst) ondertekend, onder voorbehoud van sluiting op een latere datum.

2.De Overeenkomst heeft als doel de bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten tussen tien lidstaten en de Republiek der Filipijnen in overeenstemming met het EU-recht te brengen.

3.De Overeenkomst moet namens de Unie worden goedgekeurd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

De Overeenkomst tussen de Europese Unie en de regering van de Republiek der Filipijnen inzake bepaalde aspecten van luchtdiensten (de Overeenkomst) wordt hierbij namens de Unie goedgekeurd.

De tekst van de Overeenkomst is aan dit besluit gehecht.

Artikel 2

De voorzitter van de Raad wijst de persoon aan die bevoegd is om namens de Europese Unie over te gaan tot de in artikel 8, lid 1, van de Overeenkomst bedoelde kennisgeving teneinde kenbaar te maken dat de Europese Unie ermee instemt door de Overeenkomst gebonden te zijn.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.

Gedaan te Brussel,

   Voor de Raad

   De voorzitter

(1) PB L van , blz. .

Brussel, 27.5.2016

COM(2016) 303 final

BIJLAGE

bij

Voorstel voor een besluit van de Raad

inzake de sluiting van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Regering van de Republiek der Filipijnen inzake bepaalde aspecten van luchtdiensten


BIJLAGE

bij

Voorstel voor een besluit van de Raad

inzake de sluiting van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Regering van de Republiek der Filipijnen inzake bepaalde aspecten van luchtdiensten

DE EUROPESE UNIE,

enerzijds, en

DE REGERING VAN DE REPUBLIEK DER FILIPIJNEN

(hierna "de Filipijnen" genoemd)

anderzijds,

(hierna "de partijen" genoemd)

VASTSTELLEND dat enkele lidstaten van de Europese Unie met de Filipijnen bilaterale overeenkomsten inzake luchtdiensten hebben gesloten die bepalingen bevatten welke in strijd zijn met de wetgeving van de Europese Unie,

VASTSTELLEND dat de Europese Unie exclusief bevoegd is voor diverse aspecten die mogelijk zijn opgenomen in bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten tussen lidstaten van de Europese Unie en derde landen,

VASTSTELLEND dat in een lidstaat van de Europese Unie gevestigde EU- luchtvaartmaatschappijen overeenkomstig de wetgeving van de Europese Unie recht hebben op niet-discriminerende toegang tot luchtroutes tussen lidstaten van de Europese Unie en derde landen,

GELET OP de overeenkomsten tussen de Europese Unie en bepaalde derde landen waarin onderdanen van deze derde landen de mogelijkheid wordt geboden eigendom te verwerven in luchtvaartmaatschappijen die een vergunning hebben gekregen overeenkomstig de wetgeving van de Europese Unie,

ERKENNENDE dat sommige bepalingen van de tussen lidstaten van de Europese Unie en de Filipijnen gesloten bilaterale overeenkomsten inzake luchtdiensten die in strijd zijn met de wetgeving van de Europese Unie met deze wetgeving in overeenstemming moeten worden gebracht om een solide rechtsgrond voor luchtdiensten tussen de Europese Unie en de Filipijnen tot stand te brengen en om de continuïteit van dergelijke luchtdiensten te garanderen,

OPMERKENDE dat luchtvaartmaatschappijen volgens de wetgeving van de Europese Unie in principe geen overeenkomsten mogen sluiten die de handel tussen de lidstaten van de Europese Unie kunnen beïnvloeden en die tot doel of als gevolg hebben dat de mededinging wordt verhinderd, beperkt of verstoord,

ERKENNENDE dat sommige bepalingen van de tussen lidstaten van de Europese Unie en de Filipijnen gesloten bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten i) die luchtvaartmaatschappijen verplichten of aanzetten tot overeenkomsten tussen ondernemingen, besluiten van ondernemersverenigingen en onderling afgestemde feitelijke gedragingen die ertoe strekken of tot gevolg hebben dat de mededinging op de relevante routes wordt verhinderd, beperkt of vervalst; ii) die de gevolgen van dergelijke overeenkomsten, besluiten of onderling afgestemde feitelijke gedragingen versterken; of iii) waarbij de verantwoordelijkheid voor het nemen van maatregelen die de mededinging tussen luchtvaartmaatschappijen op de relevante routes verhinderen, beperken of vervalsen, wordt toevertrouwd aan luchtvaartmaatschappijen of andere particuliere economische operatoren, het effect van de op de ondernemingen toepasselijke mededingingsregels ongedaan kunnen maken,

VASTSTELLEND dat de Europese Unie er in het kader van deze Overeenkomst niet naar streeft het totale volume aan luchtverkeer tussen de Europese Unie en de Filipijnen te doen toenemen, noch om het evenwicht tussen EU- luchtvaartmaatschappijen en luchtvaartmaatschappijen uit de Filipijnen te wijzigen, noch om te onderhandelen over wijzigingen van de bepalingen van bestaande bilaterale overeenkomsten inzake verkeersrechten,

ZIJN HET VOLGENDE OVEREENGEKOMEN:

ARTIKEL 1

Algemene bepalingen

1.    In deze Overeenkomst wordt onder "lidstaten" lidstaten van de Europese Unie en onder "EU-Verdragen" het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie verstaan.

2.    Wanneer in de overeenkomsten van bijlage 1 wordt verwezen naar onderdanen van de lidstaat die partij is bij de Overeenkomst, wordt dit begrepen als een verwijzing naar onderdanen van de lidstaten van de Europese Unie.

3.    Wanneer in de overeenkomsten van bijlage 1 wordt verwezen naar luchtvaartmaatschappijen van de lidstaat die partij is bij de overeenkomst, wordt dit begrepen als een verwijzing naar de door die lidstaat aangewezen luchtvaartmaatschappijen.

ARTIKEL 2

Aanwijzing door een lidstaat

1.    De bepalingen van de leden 2 en 3 van dit artikel hebben voorrang op de overeenkomstige bepalingen van de in bijlage 2, onder a) en b), genoemde artikelen wat betreft de aanwijzing van luchtvaartmaatschappijen door een lidstaat, de vergunningen en machtigingen die de Republiek der Filipijnen aan deze luchtvaartmaatschappij heeft verleend en de weigering, intrekking, opschorting of beperking van de vergunningen en machtigingen van de luchtvaartmaatschappij.

2.    Wanneer de Republiek der Filipijnen een aanwijzing door een lidstaat ontvangt, verleent zij zo spoedig mogelijk de passende vergunningen en machtigingen, voor zover:

i.    de luchtvaartmaatschappij, overeenkomstig de EU-Verdragen, op het grondgebied van de aanwijzende lidstaat is gevestigd en beschikt over een geldige exploitatievergunning overeenkomstig de wetgeving van de Europese Unie; alsmede

ii.    de lidstaat die verantwoordelijk is voor de afgifte van het Air Operator Certificate op doeltreffende wijze controleert of de luchtvaartmaatschappij de regelgeving naleeft en de bevoegde luchtvaartautoriteit duidelijk in de aanwijzing is vermeld; alsmede

iii.    de luchtvaartmaatschappij rechtstreeks of door een meerderheidsbelang eigendom is van lidstaten en/of onderdanen van lidstaten, en/of van andere in bijlage 3 vermelde landen en/of onderdanen van die landen, en deze landen en/of onderdanen daadwerkelijk zeggenschap uitoefenen over de luchtvaartmaatschappij.

3.    De Republiek der Filipijnen mag de vergunningen of machtigingen van een door een lidstaat aangewezen luchtvaartmaatschappij weigeren, intrekken, opschorten of beperken mits:

i.    de luchtvaartmaatschappij, overeenkomstig de EU-Verdragen, niet op het grondgebied van de aanwijzende lidstaat is gevestigd of niet over een geldige exploitatievergunning overeenkomstig de wetgeving van de Europese Unie beschikt; of

ii.    de lidstaat die verantwoordelijk is voor de afgifte van het Air Operator Certificate niet op doeltreffende wijze controleert of de luchtvaartmaatschappij de regelgeving naleeft, of wanneer de relevante luchtvaartautoriteit niet duidelijk in de aanwijzing is vermeld; of

iii.    de luchtvaartmaatschappij niet rechtstreeks of door een meerderheidsbelang eigendom is van lidstaten en/of onderdanen van lidstaten, en/of van andere in bijlage 3 vermelde landen en/of onderdanen van die landen, en deze landen en/of onderdanen niet daadwerkelijk zeggenschap uitoefenen over de luchtvaartmaatschappij. of

iv.    de luchtvaartmaatschappij al krachtens een bilaterale overeenkomst tussen de Filipijnen en een andere lidstaat gemachtigd is vluchten te exploiteren en de Filipijnen kunnen aantonen dat, door uit hoofde van deze Overeenkomst verkeersrechten uit te oefenen op een route die een punt in die andere lidstaat omvat, de luchtvaartmaatschappij de in die andere overeenkomst opgelegde beperkingen op de verkeersrechten zou omzeilen.

Bij de uitoefening van de rechten die hem krachtens dit lid zijn verleend, mag de Republiek der Filipijnen geen onderscheid maken tussen luchtvaartmaatschappijen uit de lidstaten op grond van nationaliteit.

ARTIKEL 3

Veiligheid

1.    De bepalingen van lid 2 van dit artikel vormen een aanvulling op de desbetreffende bepalingen als vermeld in bijlage 2, onder c).

2.    Wanneer een lidstaat een luchtvaartmaatschappij heeft aangewezen die onder het wettelijk toezicht van een andere lidstaat staat, zijn de rechten van de Filipijnen uit hoofde van de veiligheidsvoorschriften van de overeenkomst tussen de lidstaat die de luchtvaartmaatschappij heeft aangewezen en de Filipijnen zowel van toepassing op de vaststelling, naleving of handhaving van veiligheidsnormen door die andere lidstaat als op de exploitatievergunning van die luchtvaartmaatschappij.

ARTIKEL 4

Belasting op vliegtuigbrandstof

1.    De bepalingen van lid 2 van dit artikel vormen een aanvulling op de overeenkomstige bepalingen van de in bijlage 2, onder d), vermelde artikelen.

2.    Niettegenstaande eventuele andersluidende bepalingen, beletten de in bijlage 2, onder d), vermelde overeenkomsten op generlei wijze dat de lidstaten op niet-discriminerende wijze belastingen, heffingen, accijnzen, vergoedingen of kosten in rekening brengen voor de brandstof die op hun grondgebied wordt geleverd voor gebruik in een vliegtuig van een aangewezen luchtvaartmaatschappij van de Filipijnen dat een plaats op het grondgebied van die lidstaat verbindt met een andere plaats op het grondgebied van die lidstaat of op het grondgebied van een andere lidstaat.

ARTIKEL 5

Verenigbaarheid met de mededingingsregels

1.    Onverminderd andersluidende bepalingen mag niets in de in bijlage 1 vermelde overeenkomsten i) ertoe aanzetten of verplichten dat overeenkomsten tussen ondernemingen, besluiten van ondernemersverenigingen en onderling afgestemde feitelijke gedragingen tot stand komen die de mededinging verhinderen, verstoren of beperken; ii) de gevolgen van dergelijke overeenkomsten, besluiten of onderling afgestemde feitelijke gedragingen versterken; of iii) de verantwoordelijkheid voor het nemen van maatregelen die de mededinging verhinderen, verstoren of beperken, toevertrouwen aan particuliere economische operatoren.

2.    De bepalingen in de in bijlage 1 vermelde overeenkomsten die niet verenigbaar zijn met lid 1 van dit artikel, worden niet toegepast.

ARTIKEL 6

Bijlagen bij de Overeenkomst

De bijlagen vormen een integrerend deel van deze Overeenkomst.

ARTIKEL 7

Herziening of wijziging

De partijen kunnen deze Overeenkomst op elk ogenblik met wederzijdse instemming herzien of wijzigen.

ARTIKEL 8

Inwerkingtreding en voorlopige toepassing

1.    Deze Overeenkomst treedt in werking wanneer de partijen elkaar schriftelijk hebben meegedeeld dat zij hun interne procedures voor de inwerkingtreding van de Overeenkomst hebben voltooid.

2.    Onverminderd het bepaalde in lid 1 stemmen de partijen ermee in deze Overeenkomst voorlopig toe te passen vanaf de eerste dag van de maand volgende op de datum waarop de partijen elkaar in kennis hebben gesteld van de voltooiing van de daartoe vereiste procedures.

3.    Deze Overeenkomst is van toepassing op alle in bijlage 1 vermelde overeenkomsten en regelingen, inclusief die welke op de datum van ondertekening van deze Overeenkomst nog niet in werking zijn getreden.

ARTIKEL 9

Beëindiging

1.    Wanneer een in bijlage 1 vermelde overeenkomst wordt beëindigd, worden ook alle bepalingen van de onderhavige Overeenkomst die betrekking hebben op de desbetreffende in bijlage 1 vermelde overeenkomst tegelijkertijd beëindigd.

2.    Wanneer alle in bijlage 1 vermelde overeenkomsten worden beëindigd, wordt de onderhavige Overeenkomst tegelijkertijd beëindigd.

TEN BLIJKE WAARVAN de ondergetekenden, daartoe naar behoren gemachtigd, deze Overeenkomst hebben ondertekend.

Gedaan te [….] in tweevoud, op [../../….] in de Bulgaarse, Kroatische, Tsjechische, Deense, Nederlandse, Engelse, Estse, Finse, Franse, Duitse, Griekse, Hongaarse, Italiaanse, Letse, Litouwse, Maltese, Poolse, Portugese, Roemeense, Slowaakse, Sloveense, Spaanse en Zweedse taal, zijnde alle teksten gelijkelijk authentiek.

VOOR DE EUROPESE UNIE:    VOOR DE REPUBLIEK DER FILIPIJNEN:    



Bijlage 1

Lijst van de overeenkomsten als bedoeld in artikel 1 van deze Overeenkomst

Overeenkomsten voor luchtdiensten en andere regelingen tussen de Filipijnen en lidstaten van de Europese Unie, zoals gewijzigd of geamendeerd, die op de datum van ondertekening van deze Overeenkomst zijn gesloten, ondertekend of geparafeerd:

-    Luchtvervoersovereenkomst tussen de Oostenrijkse Bondsregering en de regering van de Republiek der Filipijnen, ondertekend te Manila op 12 augustus 1992, hierna in bijlage 2 "de overeenkomst tussen de Filipijnen en Oostenrijk" genoemd;

-    Luchtvervoersovereenkomst tussen de regering van het Koninkrijk België en de regering van de Republiek der Filipijnen, ondertekend te Manila op 30 januari 1970, hierna in bijlage 2 "de overeenkomst tussen de Filipijnen en België" genoemd;

-    Luchtvervoersovereenkomst tussen de regering van de Tsjechische en Slowaakse Federatieve Republiek en de Republiek der Filipijnen, ondertekend te Praag op 23 april 1992, hierna in bijlage 2 "de overeenkomst tussen Tsjechië en de Filipijnen" genoemd;

-    Luchtvervoersovereenkomst tussen de regering van het Koninkrijk Denemarken en de Republiek der Filipijnen, ondertekend te Oslo op 8 mei 1969, hierna in bijlage 2 "de overeenkomst tussen de Filipijnen en Denemarken" genoemd;

-    Luchtvervoersovereenkomst tussen de Republiek der Filipijnen en het Koninkrijk Zweden, ondertekend te Oslo op 8 mei 1969, hierna in bijlage 2 "de overeenkomst tussen de Filipijnen en Zweden" genoemd;

-    Luchtvervoersovereenkomst tussen de Bondsrepubliek Duitsland en de Republiek der Filipijnen, ondertekend te Manila op 6 augustus 1971, hierna in bijlage 2 "de overeenkomst tussen de Filipijnen en Duitsland" genoemd;

-    Luchtvervoersovereenkomst tussen de Griekse regering en de regering van de Republiek der Filipijnen, ondertekend te Athene op 8 oktober 1949, hierna in bijlage 2 "de overeenkomst tussen de Filipijnen en Griekenland" genoemd;

-    Overeenkomst inzake luchtdiensten tussen de regering van de Republiek Hongarije en de regering van de Republiek der Filipijnen, ondertekend te Boedapest op 21 mei 1992, hierna in bijlage 2 de "Overeenkomst tussen de Filipijnen en Hongarije" genoemd;

-    Luchtvervoersovereenkomst tussen de regering van het Groothertogdom Luxemburg en de regering van de Republiek der Filipijnen, ondertekend te Luxemburg op 21 november 2001, hierna in bijlage 2 de "Overeenkomst tussen de Filipijnen en Luxemburg" genoemd;

-    Overeenkomst tussen de regering van de Republiek Polen en de regering van de Republiek der Filipijnen inzake de burgerluchtvaart, ondertekend te Manila op 1 juli 1993, hierna in bijlage 2 "de overeenkomst tussen de Filipijnen en Polen" genoemd.



Bijlage 2

Lijst van artikelen die zijn opgenomen in de overeenkomsten als vermeld in bijlage 1 en waarnaar wordt verwezen in de artikelen 2, 3 en 4 van deze Overeenkomst

a) Aanwijzing:

-    Artikel 3 van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Oostenrijk;

-    Artikel 3 van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en België;

-    Artikel III van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Tsjechië;

-    Artikel 3 van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Denemarken;

-    Artikel 3 van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Zweden;

-    Artikel 3, lid 1, van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Duitsland;

-    Artikelen 2 en 3 van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Griekenland;

-    Artikel III van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Hongarije;

-    Artikel III van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Luxemburg;

-    Artikel III van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Polen;

b) Weigering, intrekking, opschorting of beperking van vergunningen of machtigingen:

-    Artikel 3 van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Oostenrijk;

-    Artikel 3 van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en België;

-    Artikel III van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Tsjechië;

-    Artikel 3 van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Denemarken;

-    Artikel 3 van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Zweden;

-    Artikel 3, leden 4 en 5, en lid 6, eerste zin, van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Duitsland;

-    Artikel 6 van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Griekenland;

-    Artikel IV van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Hongarije;

-    Artikel III van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Luxemburg;

-    Artikel III van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Polen;

c) Veiligheid:

-    Artikel 6 van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Oostenrijk;

-    Artikel 11 van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en België;

-    Artikel X van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Tsjechië;

-    Artikel 11 van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Denemarken;

-    Artikel 11 van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Zweden;

-    Artikel 10 van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Duitsland;

-    Artikel 4 van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Griekenland;

-    Artikel XIII van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Hongarije;

-    Artikel XI van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Luxemburg;

-    Artikel XIII van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Polen;

d) Belasting op vliegtuigbrandstof:

-    Artikel 7 van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Oostenrijk;

-    Artikel 4 van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en België;

-    Artikel IV van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Tsjechië;

-    Artikel 4 van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Denemarken;

-    Artikel 4 van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Zweden;

-    Artikel 4 van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Duitsland;

-    Artikel 3 van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Griekenland;

-    Artikel V van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Hongarije;

-    Artikel IV van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Luxemburg;

-    Artikel IV van de Overeenkomst tussen de Filipijnen en Polen.



Bijlage 3

Lijst van andere landen waarnaar wordt verwezen in artikel 2 van deze Overeenkomst

a)    De Republiek IJsland (krachtens de Overeenkomst inzake de Europese Economische Ruimte);

b)    Het Vorstendom Liechtenstein (krachtens de Overeenkomst inzake de Europese Economische Ruimte);

c)    Het Koninkrijk Noorwegen (krachtens de Overeenkomst inzake de Europese Economische Ruimte);

d)    De Zwitserse Bondsstaat (in het kader van de Overeenkomst inzake luchtvervoer tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat).