18.12.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 391/120


Advies van het Comité van de Regio's — Wijziging van de richtlijn inzake het hergebruik van overheidsinformatie en open gegevens

2012/C 391/12

HET COMITÉ VAN DE REGIO'S

acht het een goede zaak dat de Commissie het voortouw heeft genomen om de Richtlijn betreffende het hergebruik van overheidsinformatie en de begeleidende Mededeling over open gegevens opnieuw te bekijken, omdat beide voor burgers, ondernemingen en overheidsorganen van groot nut kunnen worden, tot banengroei kunnen leiden en de kwaliteit van de openbare dienstverlening kunnen helpen verhogen;

acht gemeenschappelijke regels en methoden voor het hergebruik en de benutting van overheidsinformatie van belang om te garanderen dat dezelfde basisvoorwaarden van toepassing zijn op alle spelers van de Europese informatiemarkt, dat de voorwaarden voor het hergebruik van overheidsinformatie transparanter worden en dat verstoringen van de interne markt tot het verleden gaan behoren;

stelt vast dat lokale en regionale overheden tot de belangrijkste doelgroepen behoren van de initiatieven die in het kader van de digitale strategie worden gelanceerd, waaronder de herziening van de Richtlijn inzake het hergebruik van overheidsinformatie en de Mededeling over Open gegevens en dat deze overheden een buitengewoon belangrijke rol spelen als drijvende kracht achter de praktische uitvoering ervan;

acht van belang dat de nationale en Europese wetgeving inzake de bescherming van de persoonlijke levenssfeer volledig wordt nageleefd bij hergebruik van overheidsinformatie, dat bij het gebruik van open gegevens de eigendomsrechten van derde partijen worden gerespecteerd en dat er bij het koppelen van open gegevens bij commercieel hergebruik sprake is van dezelfde kwaliteit van gegevensbescherming en bescherming van de persoonlijke levenssfeer zoals de overheid die voor haar gegevens moet naleven.

Rapporteur

Anne KARJALAINEN (FI/PSE), lid van de gemeenteraad van Kerava

Referentiedocumenten

Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Richtlijn 2003/98/EG inzake het hergebruik van overheidsinformatie

COM(2011) 877 final

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's over Open gegevens: Motor voor innovatie, groei en transparante governance

COM(2011) 882 final

I.   BELEIDSAANBEVELINGEN

HET COMITÉ VAN DE REGIO'S

Inleiding

1.

acht het een goede zaak dat de Commissie het voortouw heeft genomen om de Richtlijn betreffende het hergebruik van overheidsinformatie en de begeleidende Mededeling over open gegevens opnieuw te bekijken, omdat beide voor burgers, ondernemingen en overheidsorganen van groot nut kunnen worden, tot banengroei kunnen leiden en de kwaliteit van de openbare dienstverlening kunnen helpen verhogen (1).

2.

De huidige, in 2003 goedgekeurde Richtlijn was bedoeld om het commerciële hergebruik van overheidsinformatie overal in de EU te vergemakkelijken door de basisvoorwaarden voor gemakkelijker hergebruik te harmoniseren. Daarnaast bevat de Richtlijn Overheidsinformatie een verbod op discriminatie en regels inzake tariferingsbeginselen, exclusiviteitsregelingen, transparantie, licenties en praktische hulpmiddelen die ervoor moeten zorgen dat overheidsdocumenten kunnen worden teruggevonden en hergebruikt. Wat dit betreft zijn de gemeenten en regio's tegelijkertijd rechtstreeks betrokkene en aanbieder.

3.

In de door de Commissie in 2011 gepubliceerde Mededeling over Open gegevens wordt vastgesteld dat er alle geboekte vooruitgang ten spijt nog altijd verschillende factoren zijn die het gebruik van overheidsinformatie in de weg staan, zoals het onvermogen om de economische mogelijkheden van overheidsinformatie in te zien, onbekendheid met de ter beschikking staande overheidsinformatie en belemmeringen van technische en praktische aard.

4.

De evaluatie van de Richtlijn maakt deel uit van de Digitale Agenda voor Europa, die weer onderdeel is van de Europa 2020-strategie, bedoeld om van Europa een slimme, duurzame en inclusieve economie met een hoge graad van werkgelegenheid, productiviteit en sociale samenhang te maken (2).

5.

De grootste uitdaging waar Europa de komende tijd voor staat, is het scheppen van economische groei en tegelijkertijd het bevorderen van duurzame ontwikkeling. Deze twee doelstellingen zijn min of meer conflicterend, een probleem waarvoor in de Europa 2020-strategie een oplossing is bedacht door het begrip "duurzame groei" uit te roepen tot een van de prioritaire aandachtsgebieden. Duurzame ontwikkeling is een vorm van ontwikkeling waarbij wordt voorzien in de behoeften van de huidige generatie zonder dat dit ten koste gaat van toekomstige generaties. De grootste mogelijkheden voor het realiseren van duurzame groei liggen in de digitale economie (3).

6.

Hergebruik van overheidsinformatie is van belang om zowel commerciële als niet-commerciële redenen. Ook is van belang dat wordt geïnvesteerd in onderzoek ter ondersteuning van specifieke activiteiten en de ontwikkeling van toekomstige toepassingen, waardoor de ICT-sector aan waarde wint (4).

7.

Gemeenschappelijke regels en methoden voor het hergebruik en de benutting van overheidsinformatie zijn belangrijk om te garanderen dat dezelfde basisvoorwaarden van toepassing zijn op alle spelers van de Europese informatiemarkt, dat de voorwaarden voor het hergebruik van overheidsinformatie transparanter worden en dat verstoringen van de interne markt tot het verleden gaan behoren (5).

8.

Lokale en regionale overheden behoren tot de belangrijkste doelgroepen van de initiatieven die in het kader van de digitale strategie worden gelanceerd, waaronder de herziening van de Richtlijn inzake het hergebruik van overheidsinformatie en de Mededeling over Open gegevens. Deze overheden spelen een buitengewoon belangrijke rol als drijvende kracht achter de praktische uitvoering ervan (6).

9.

De verschillende overheidsorganen produceren, verzamelen en bewaren een enorme hoeveelheid informatie en inhoud. Overheidsinformatie is een belangrijke basis voor producten en -diensten op het gebied van digitale inhoud. De grote mogelijkheden daarvan zijn tot dusver nog niet voor de volle honderd procent benut in de EU.

10.

Om een markt voor het hergebruik van overheidsinformatie te ontwikkelen, moeten exclusieve overeenkomsten tussen overheidsinstanties en particuliere ondernemingen worden herzien en dient een beleid te worden gevoerd waarbij gebruik wordt gemaakt van licentie- en betalingsregelingen die het hergebruik van overheidsinformatie vergemakkelijken en optimaliseren. Tevens moet er voor voldoende geld worden gezorgd om documenten te bewaren en bij te stellen. Ook moet worden nagedacht en duidelijkheid worden verschaft over de vraag hoe de reeds vaak gebruikte systemen voor het beheer van overheidsgegevens dusdanig kunnen worden georganiseerd dat er maximale consistentie (en dus synergie) is (7).

11.

Er moet beslist een methode worden gevonden om de economische waarde van informatie te meten. Deze methode dient objectief te zijn, omdat de informatie waarover het gaat, openbaar is en verband houdt met instellingen van de overheid (8).

12.

De mogelijkheden van hergebruik van overheidsinformatie zullen pas volledig kunnen worden benut als lokale en regionale overheden hier nauw bij worden betrokken. Daarmee zou een significante bijdrage worden geleverd aan de bevordering van het hergebruik van overheidsinformatie met het oog op de verbetering van het ondernemingsklimaat en de werkgelegenheid (9).

13.

Lokale en regionale beleidsmakers worden aangemoedigd om na te gaan hoe de toegankelijkheid en het hergebruik van overheidsinformatie kunnen worden bevorderd.

14.

Bij hergebruik van overheidsinformatie zal de nationale en Europese wetgeving inzake de bescherming van de persoonlijke levenssfeer volledig dienen te worden nageleefd. Verder moeten bij het gebruik van open gegevens de eigendomsrechten van derde partijen worden gerespecteerd. Ook moet worden gewaarborgd dat er bij het koppelen van open gegevens bij commercieel hergebruik sprake is van dezelfde kwaliteit van gegevensbescherming en bescherming van de persoonlijke levenssfeer zoals de overheid die voor haar gegevens moet naleven.

15.

Er zal voor moeten worden gezorgd dat de lokale en regionale overheden op brede schaal worden betrokken bij de verschillende vormen van samenwerking, waardoor de interoperabiliteit van de verschillende systemen van openbaar bestuur wordt verbeterd en de openbare dienstverlening effectiever kan worden opgezet (10).

Uitgangspunten van de Richtlijn inzake het hergebruik van overheidsinformatie

16.

De door de Commissie herziene strategie inzake open gegevens berust op drie elkaar wederzijds aanvullende pijlers:

aanpassing van het rechtskader voor hergebruik van gegevens

aanwending van financiële instrumenten ter ondersteuning van open gegevens en bevordering van het gebruik ervan, bijvoorbeeld door het opzetten van dataportalen voor Europa

vergemakkelijking van de coördinatie en uitwisseling van gegevens tussen de lidstaten.

17.

De herziening van de Richtlijn houdt in dat alle overheidsinformatie die niet expliciet onder één van de uitzonderingen valt, kan worden hergebruikt voor al dan niet-commerciële doeleinden.

18.

Op grond van het voorstel wordt het toepassingsgebied van de Richtlijn uitgebreid tot bibliotheken (bijvoorbeeld van universiteiten), archieven en musea. Daarbij moet rekening worden gehouden met de speciale doelstellingen van dergelijke instellingen, waarvan de bezittingen openbaar toegankelijk zijn. De uitbreiding moet wel de mogelijke financiële gevolgen beperkt houden en mag geen belangrijke administratieve belasting vormen voor deze instellingen, noch hoge extra kosten meebrengen. Culturele instellingen moeten niet tot digitalisering worden gedwongen en als er vanwege de voorgestelde methode kosten in rekening worden gebracht die uitstijgen boven de marginale kosten, mag dit niet nadelig doorwerken op de inspanningen die bovengenoemde instellingen leveren op het gebied van digitalisering en duurzame archivering. Het CvdR denkt daarbij aan de hoge kosten van digitalisering en gegevensopslag, terwijl de mogelijkheden om geld aan te trekken beperkt zijn.

19.

Verder wordt bepaald dat voor overheidsinformatie geen bedrag in rekening mag worden gebracht dat uitstijgt boven de marginale kosten van vermenigvuldiging en verspreiding, behalve in uitzonderlijke gevallen waarbij een openbaar lichaam gedwongen is om een aanzienlijk deel van zijn kosten voor de uitoefening van zijn openbare taken te dekken door gebruik te maken van zijn intellectuele eigendomsrechten. Het CvdR stelt voor dat bij de vaststelling van het bedrag in het algemeen rekening kan worden gehouden met kosten die voortvloeien uit het naleven van eisen van de Richtlijn Overheidsinformatie.

20.

De lidstaten worden volgens het voorstel geacht bij kwesties die het hergebruik van overheidsinformatie betreffen, toezicht door een onafhankelijke instantie te regelen. Het CvdR acht zulks onnodig daar de lidstaten al over toereikende voorzieningen voor het toezicht op de overheidssector beschikken. Van de lidstaten wordt verlangd dat zij elk jaar verslag uitbrengen bij de Commissie over de situatie t.a.v. het hergebruik van overheidsinformatie en de procedures en maatregelen voor de waarborging daarvan.

21.

De Commissie wil samenwerken met de lidstaten, overheidsinstanties en regionale inzamelingspunten om een pan-Europees dataportaal op te zetten dat in 2013 van start gaat en rechtstreeks toegang zal verschaffen tot een reeks datasets in de hele EU, met inbegrip van gegevens die beschikbaar zijn via het portaal van de Commissie.

22.

De Commissie wordt aangespoord om in haar financieringsprogramma's steun te verlenen aan activiteiten die gericht zijn op het toegankelijk maken van overheidsinformatie, waarbij het lokale en regionale bestuur in aanmerking wordt genomen.

23.

De openbare lichamen worden aangemoedigd om hun gegevens zoveel mogelijk in machineleesbare vorm te publiceren, al zal in de richtlijn niet worden geëist dat alle gegevens in deze vorm ter beschikking worden gesteld. Een en ander moet ook duidelijk uit de overwegingen bij de richtlijn naar voren komen.

Mogelijkheden

24.

Hergebruik van overheidsinformatie heeft voordelen voor de hele samenleving. Met de ontwikkeling van nieuwe methoden waarbij gebruik wordt gemaakt van gekoppelde open gegevens, wordt opnieuw een stap gezet in de richting van een dienstverlening waarin de gebruiker centraal staat. Andere voordelen kunnen zich manifesteren in de vorm van innoverende diensten, nieuwe ondernemingsmodellen en een efficiëntere overheid (11).

25.

Studies van de Commissie wijzen uit dat vrij toegankelijke overheidsinformatie bevorderlijk is voor de economische groei, terwijl ook kleine ondernemingen, ongeacht de plaats waar ze gevestigd zijn, hierdoor nieuwe mogelijkheden worden geboden voor het ontplooien van activiteiten. In dit verband dient vooral het mkb te worden gestimuleerd om deel te nemen aan hergebruik. Ook moet de voor de productie, instandhouding en actualisering van de overheidsinformatie benodigde herfinanciering veiliggesteld worden.

26.

Het hergebruik van overheidsinformatie en het belang van open gegevens voor het bedrijfsleven kunnen positief doorwerken op de ontwikkeling van een hele regio.

27.

De door de Commissie verrichte studies en andere internationale onderzoeken bevestigen de opvatting dat de maatschappelijke en macro-economische voordelen die zich voordoen als de gegevensbestanden beschikbaar worden gemaakt voor hergebruik, zelfs op grond van voorzichtige schattingen aanzienlijk groter zullen zijn dan de eventueel in een later stadium gederfde opbrengsten uit verkoop. Er zouden echter doelgerichte (steun)maatregelen van de EU nodig kunnen zijn om bij de huidige en voor de nabije toekomst verwachte strenge begrotingseisen en teruglopende inkomsten de extra uitgaven te kunnen doen die noodzakelijk zijn om aan de eisen uit de Richtlijn Overheidsinformatie tegemoet te komen.

28.

De economische waarde van de gegevens hangt af van de inhoud ervan. Economische voordelen en nieuwe innovaties doen zich met name voor als verschillende soorten gegevens met elkaar worden gecombineerd (bijvoorbeeld geografische informatie en dienstgegevens).

29.

De mogelijkheid om overheidsinformatie te hergebruiken, draagt ook bij tot een transparanter, doelmatiger en verantwoorder overheidsoptreden en tot meer mondigheid van de burger, terwijl hierdoor bovendien de democratie wordt bevorderd. Informatie wordt daardoor verifieerbaar en transparant.

30.

Het toegankelijk maken van overheidsinformatie draagt bij tot verbetering van de voor de besluitvorming benodigde kennisbasis en de kwaliteit ervan, bijvoorbeeld op het gebied van vervoer, ruimtelijke ordening en klimaatverandering.

31.

Vrije toegang tot de databestanden van de verschillende overheden en crowdsourcing bieden de plaatselijke media goede mogelijkheden om de besluitvorming op lokaal niveau op een begrijpelijke en aansprekende manier te presenteren.

32.

De vrije beschikbaarheid van overheidsinformatie maakt ook een kosteneffectievere e-dienstverlening door de overheid mogelijk en zorgt ervoor dat informatie minder vaak dubbelop wordt bewaard.

33.

Als overheidsinformatie op grote schaal beschikbaar wordt gesteld voor hergebruik, schept dit niet alleen nieuwe mogelijkheden voor de activiteiten van ondernemingen, maar biedt dit ook de betrokken partijen uit de publieke sector de kans om eigen systemen en procedures te ontwikkelen en interfaces tussen de verschillende door de overheid gebruikte systemen te bouwen.

34.

Veel goederen en diensten die gebaseerd zijn op overheidsinformatie, zijn van nature grensoverschrijdend. Het zou ondernemingen gemakkelijker moeten worden gemaakt om in heel Europa diensten te verlenen.

35.

Een vrije toegang tot overheidsinformatie kan er in potentie voor zorgen dat de digitale interne markt beter gaat functioneren, waardoor de consumenten een gemakkelijke, veilige en flexibele toegang tot legale digitale inhoud en dienstverlening wordt geboden (12).

36.

De Europese burgers hebben baat bij een verdere ontwikkeling van de digitale interne markt met de bijbehorende diensten en kennisproducten, zoals mogelijk gemaakt door een vrije toegang tot overheidsinformatie. Dit geldt zowel voor consumenten en ondernemers als voor werknemers in de creatieve sectoren en informatica (13).

37.

Lokale en regionale bestuursorganen beschikken vaak niet over voldoende hulpmiddelen, knowhow en geld om zelf bij te dragen tot de ontwikkeling van gebruikersvriendelijke innovaties op het gebied van dienstverlening. Zij moeten daarom worden gesteund en aangemoedigd als het erom gaat de gegevens waarover de overheid reeds beschikt, zoveel mogelijk toegankelijk te maken voor hergebruik door projectontwikkelaars en ondernemingen (inclusief het mkb), waardoor het bedrijfsleven nieuwe activiteiten kan ontplooien en er nieuwe arbeidsplaatsen worden geschapen. Tegelijkertijd zouden er geheel nieuwe digitale diensten kunnen worden ontwikkeld waar ook de openbare sector op lokaal en regionaal niveau waarschijnlijk van kan profiteren.

38.

Streven naar het behoud van de natuurlijke hulpbronnen en verkleining van de koolstofvoetafdruk zijn essentieel vanuit een oogpunt van duurzame ontwikkeling, maar remmen een op productie gebaseerde groei af. De economische groei in Europa zal dus niet alleen moeten uitgaan van een hogere productie van consumptiegoederen. Goederen en diensten die digitaal kunnen worden geproduceerd en verleend, zijn in staat om een groei te realiseren waarbij de natuurlijke hulpbronnen minder worden aangetast. Wel benadrukt het CvdR dat een toename van het digitaliseringsproces, niet in de laatste plaats door de vraag naar nieuwe producten en diensten, zal resulteren in een hoger energieverbruik en meer gebruik van middelen om digitale media te produceren.

39.

Vrije toegankelijkheid van overheidsinformatie schept nieuwe mogelijkheden voor de ontwikkeling van innovatieve digitale bedrijvigheid. Naarmate de gegevens van overheidsinstanties meer in machineleesbare vorm kunnen worden hergebruikt, kunnen ondernemingen op basis hiervan nieuwe soorten diensten ontwikkelen en aanbieden. Dankzij interfaces op het gebied van informatiediensten en geautomatiseerde dataverificatiesystemen hoeft er minder tijd te worden besteed aan het manueel opslaan en corrigeren van gegevens.

40.

De innovaties die mogelijk worden dankzij een vrije toegang tot overheidsinformatie, hebben niet alleen betrekking op de activiteiten van ondernemingen en onderzoeksinstellingen, maar ook op die van de derde sector, individuele burgers en de overheid zelf.

41.

Als er op ruimere schaal gebruik wordt gemaakt van de beschikbare informatie, zullen er economische en maatschappelijke multiplicatoreffecten en synergieën optreden, o.a. door een toename van het bronnenmateriaal dat bij onderzoeksactiviteiten en in het onderwijs wordt gebruikt.

42.

Het voor hergebruik beschikbaar maken van overheidsgegevens is bevorderlijk voor het toerisme, omdat de dienstverlening en de informatie over de reisbestemming daardoor gemakkelijk in de eigen taal van de toerist kunnen worden aangeboden.

43.

Hergebruik van beschikbare informatie verbetert ook de door ICT geboden mogelijkheden om energie-efficiëntie te bevorderen, wat weer een positief effect heeft op het concurrentievermogen van de EU en ook de bedrijvigheid op lokaal en regionaal niveau ten goede komt (14).

44.

Ook bij de uitvoering van het EU-kaderprogramma Horizon 2020 zal rekening moeten worden gehouden met de innovatiemogelijkheden die worden geboden als overheidsinformatie vrij toegankelijk is.

45.

Het is verheugend dat de Europese infrastructuur voor e-diensten op het gebied van overheidsinformatie in de periode 2014-2020 zal worden gefinancierd door de "Connecting Europe Facility". Bij het oormerken van de financiering zal ook rekening moeten worden gehouden met de behoeften van lokale en regionale overheden en met de uitdagingen die het beschikbaar maken van informatie voor hergebruik voor deze overheden met zich mee brengt.

Uitdagingen

46.

Als een aanzienlijk deel van de bedrijfskosten die een overheidsorgaan maakt om aan zijn taken op het gebied van openbare dienstverlening te kunnen voldoen, wordt gedekt uit inkomsten die worden verkregen door het uitoefenen van intellectuele eigendomsrechten, zou dit overheidsorgaan moeten worden toegestaan om voor het hergebruik van documenten meer dan de marginale kosten in rekening te brengen.

47.

Lokale en regionale overheden kunnen nog altijd problemen ondervinden bij de toegang tot en het verzamelen, verwerken en hergebruiken van gegevens die door nationale overheden worden geproduceerd. De lokale, regionale en nationale overheden dienen intensiever te gaan samenwerken om een effectieve benutting van de open databestanden van de overheid mogelijk te maken.

48.

Bijzondere aandacht zal moeten worden besteed aan de problemen en obstakels waarop de lokale en regionale overheden en projectontwikkelaars zijn gestuit bij het gebruik van overheidsinformatie, en aan de wijze waarop deze problemen kunnen worden opgelost. Belangrijk is ook dat documenten alleen daar waar mogelijk en toepasselijk in machinaal leesbare vorm samen met hun metadata beschikbaar behoeven te worden gesteld.

49.

De technologie die nodig is om overheidsinformatie toegankelijk te maken, is inmiddels al ver ontwikkeld, maar het is niet zeker of men hier op lokaal en regionaal niveau goed mee overweg kan, terwijl men daar ook niet beschikt over de mechanismen die nodig zijn om de voor hergebruik in aanmerking komende informatie te vinden. Noch beschikt men over de kennis om bij de dienstverlening aan de burgers op adequate wijze gebruik te maken van vrij toegankelijke overheidsinformatie.

50.

Lokale en regionale overheden, en zeker kleinere gemeenten, beschikken niet noodzakelijkerwijze over de middelen en capaciteit om grootschalige maatregelen te nemen ter bevordering van de toegankelijkheid van gegevens. Daarom moeten zij hierin worden bijgestaan (met richtsnoeren en aanbevelingen, reproduceerbare technische infrastructuur, gemeenschappelijke gegevenscatalogi, financiering enz.).

51.

Als de vrij toegankelijke overheidsinformatie geheel decentraal is en niet centraal wordt beheerd, dan wordt het voor ontwikkelaars en ondernemingen lastiger om toepassingen te ontwikkelen.

52.

Omdat de op lokaal en regionaal niveau opererende organen in Europa nogal van elkaar verschillen, kan het voor ontwikkelaars moeilijk zijn om reproduceerbare technische platforms of toepassingen te ontwerpen. Het verdient dan ook aanbeveling om pan-Europese projecten op te zetten waarin toepassingen samen met elkaar worden ontwikkeld en uitgetest. Als voorbeeld zij hier het CitySDK-project genoemd, waarbij verschillende Europese steden in onderlinge samenwerking toepassingen uitdenken en ervaringen uitwisselen.

53.

Als de fundamenten voor een vrije toegang tot overheidsinformatie eenmaal zijn gelegd en bekend zijn, zal het onderhouden hiervan minder middelen vergen dan in de voorbereidende fase. Voor de bij de betrokken lokale en regionale overheidsorganen werkzame personen zullen cursussen moeten worden georganiseerd waarbij wordt geleerd hoe met open overheidsinformatie moet worden omgegaan. Daardoor zullen betrokkenen meer doordrongen raken van het belang hiervan voor de eigen organisatie.

54.

Het volstaat niet als de informatie voor besluitvormers en burgers toegankelijk wordt gemaakt. Beseft moet worden dat er ook bijzondere vaardigheden vereist zijn om gebruik te kunnen maken van deze informatie. Vaardigheden op het gebied van het beheer en de analyse van gegevens moeten worden bijgebracht via opleidingen en speciale nascholingscursussen op verschillend niveau.

55.

Het is buitengewoon belangrijk dat de ontwerprichtlijn geen problemen oplevert voor bibliotheken, archieven en musea bij het uitvoeren van hun basistaken in een digitale werkomgeving. De richtlijn mag niet tot gevolg hebben dat deze instellingen zich minder goed van hun basistaken kunnen kwijten door een drastische inperking van hun mogelijkheden om in samenwerking met actoren uit de publieke en particuliere sector financieel duurzame activiteiten te ontplooien waarbij gebruik wordt gemaakt van de beheerde collecties. Zeker als sprake is van een contractuele overeenkomst, zoals in het geval van grootschalige digitaliseringsprojecten, zou moeten worden overwogen om exclusiviteitsrechten voor een overgangsperiode toe te kennen als dit nodig mocht blijken voor het verstrekken van een dienst van algemeen belang.

56.

Er moet vooral aandacht worden besteed aan de logistieke voorzieningen voor het verwerken van de grote hoeveelheid gegevens die voor deze toekomstige toepassingen worden gebruikt en door de openbare lichamen worden beheerd.

57.

De mate van openbaarheid van informatie varieert naar gelang de aard ervan. Opvraagbare gegevens die door hun vrije toegang de maatschappelijke transparantie bevorderen (bijvoorbeeld informatie over de belasting die iemand betaalt), kunnen een probleem opleveren voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer als deze gegevens openbaar worden gemaakt in het kader van het hergebruik van open overheidsinformatie.

58.

Het is van doorslaggevend belang dat op alle niveaus wordt voldaan aan de veiligheidsvoorschriften, zodat de bescherming van de persoonlijke levenssfeer en de persoonsgegevens optimaal wordt gewaarborgd en het ongevraagd vergaren van allerlei persoonlijke gegevens en het opstellen van profielen over bijvoorbeeld aankoopgedrag, gezondheidstoestand en ziektegeschiedenissen, worden verhinderd. De bescherming van de persoonlijke levenssfeer is ook relevant als het gaat om de vraag hoe gegevens uit verschillende bestanden automatisch aan elkaar kunnen worden gekoppeld, zodat er voor iedere burger een profiel met tal van persoonlijke gegevens kan worden aangemaakt.

59.

Als gegevens toegankelijk worden gemaakt die persoonsgegevens bevatten, bijvoorbeeld voor O&O-doeleinden (zoals medische onderzoeken), dan zullen gegevens die het mogelijk maken om een persoon te identificeren, uit het bestand moeten worden verwijderd en zullen er regelingen moeten worden vastgelegd om dergelijke koppelingen te voorkomen. Overheidsorganen die bestanden met basisgegevens onder hun hoede hebben, zouden moeten worden aangespoord om hun materiaal te anonimiseren. Geanonimiseerde informatie kan ook worden gebruikt bij het ontwikkelen van de dienstverlening, zowel in de publieke als in de particuliere sector, mits is uitgesloten dat door het koppelen van anonieme informatie aan andere gegevens toch weer voldoende verband kan worden gelegd met specifieke personen. Het zou moeten worden toegestaan dat de kosten van het anonimiseren van gegevens bij de prijsstelling in aanmerking worden genomen.

60.

Metagegevens vormen een belangrijk aspect van het hergebruik van overheidsinformatie en de publikatie hiervan in standaardformaat zou de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie kunnen stimuleren. De Commissie zou een aanbeveling moeten opstellen voor de ontwikkeling van een gestandaardiseerd metakennismodel en zou zich daarbij o.m. kunnen baseren op de voorschriften voor metagegevens uit de Inspire-Richtlijn.

61.

Het richtlijnvoorstel mag er niet toe leiden dat afbreuk wordt gedaan aan de kerntaken van lokale, regionale en nationale overheden.

62.

Op alle niveaus dienen openbare belangen te worden beschermd. Gebruik van gegevens waardoor openbare belangen in gevaar worden gebracht, moet altijd worden voorkomen.

Conclusies

63.

Voor de in onderhavig Commissievoorstel aanbevolen acties lijken geen problemen te rijzen in verband met de naleving van de beginselen van subsidiariteit en evenredigheid. Om een mogelijk risico van niet-naleving van deze beginselen te voorkomen, moeten lokale en regionale overheden stelselmatig worden geraadpleegd over de uitwerking, toepassing en governance van maatregelen die bedoeld zijn om het hergebruik van overheidsinformatie te stimuleren ten behoeve van economische groei en werkgelegenheid.

64.

Het is van cruciaal belang dat bij activiteiten die coördinatie tussen het Europese, het nationale en het lokale/regionale niveau vergen, het subsidiariteitsbeginsel wordt nageleefd, wat een gedeelde verantwoordelijkheid van de betrokken bestuursniveaus impliceert en gebaseerd is op alle bronnen van democratische legitimiteit en op de representativiteit van de verschillende betrokken actoren., zoals ook wordt gesteld in het Witboek van het CvdR over multilevel governance  (15).

65.

Het CvdR wil zich in haar wijzigingsvoorstel niet uitspreken over het soort documenten dat in de lidstaten openbaar zou moeten worden gemaakt. De openbaarheidswetgeving zou ook in de toekomst exclusief voorbehouden moeten blijven aan de lidstaten. De voorgestelde bepalingen zouden betrekking moeten hebben op het hergebruik van documenten die ook op grond van de nationale regelgeving inzake openbaarmaking voor iedereen toegankelijk zijn. In dit verband zou echter het begrip "algemeen toegankelijke documenten" moeten worden gedefinieerd. Daaronder zouden alleen die documenten mogen vallen waarvoor de wetgeving van een lidstaat voorziet in een recht van toegang.

66.

Burgers en ondernemingen zouden duidelijke procedures moeten kunnen volgen als ze hun beklag willen doen of bezwaar willen aantekenen in het geval van onregelmatigheden bij hergebruik van informatie.

67.

Bij het verbeteren en toegankelijk maken van overheidsinformatie voor hergebruik zal systematisch te werk moeten worden gegaan en gebruik moeten worden gemaakt van onderzoeksgegevens, opgedane ervaringen en beste praktijken.

68.

De digitale dienstverlening van de overheid is tot nu toe te veel gericht geweest op het mechanisch online zetten van de traditionele papierwinkel. De EU en haar lidstaten zouden hier het voortouw moeten nemen en in nauwe samenwerking met de regionale en lokale overheden leiding moeten geven aan acties op Europees en nationaal niveau die erop gericht zijn om in de werkwijzen en structuren van het openbaar bestuur verdergaande veranderingen door te voeren, zodat het werk er door het gebruik van ICT en open databestanden aantrekkelijker, kwalitatief hoogstaander en productiever wordt, het openbaar bestuur efficiënter kan gaan functioneren en de burgers en ondernemingen te maken krijgen met minder administratieve rompslomp.

69.

De Commissie zou zich moeten inzetten voor vrij toegankelijke overheidsinformatie door technische richtsnoeren en aanbevelingen uit te vaardigen. Dit kan door de publicatie van een gemeenschappelijke gegevenscatalogus en de invoering van een gemeenschappelijke licentie voor open gegevens.

II.   AANBEVELINGEN VOOR WIJZIGINGEN

Wijzigingsvoorstel 1

Artikel 1.6.1.2

Voorstel van de Commissie

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

In uitzonderlijke gevallen, met name wanneer openbare lichamen een aanzienlijk deel van hun bedrijfskosten voor de uitoefening van hun openbare taken dekken met behulp van de intellectuele eigendomsrechten en mits dit het algemeen belang dient, kan openbare lichamen worden toegestaan op grond van objectieve, transparante en controleerbare criteria en onder voorbehoud van goedkeuring door de in artikel 4, lid 4 genoemde onafhankelijke instantie voor het hergebruik van documenten een vergoeding te verlangen die de marginale kosten overstijgt, onverminderd leden 3 en 4.

In uitzonderlijke gevallen, met name wanneer openbare lichamen een aanzienlijk deel van hun bedrijfskosten voor de uitoefening van hun openbare taken dekken en mits dit het algemeen belang dient, openbare lichamen op grond van objectieve, transparante en controleerbare criteria voor het hergebruik van documenten een vergoeding verlangen die de marginale kosten overstijgt, onverminderd leden 3 en 4.

Motivering

De hier gebruikte formulering is onduidelijk en kan licht tot verkeerde interpretaties leiden op een voor de tenuitvoerlegging van de richtlijn essentieel punt. De bedoeling van het wijzigingsvoorstel is om duidelijker aan te geven om welke uitzonderlijke gevallen het hier gaat en om misverstanden die voortkomen uit verschillende interpretaties, te vermijden.

Wijzigingsvoorstel 2

Artikel 1.4.2

Voorstel van de Commissie

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

De rechtsmiddelen omvatten de mogelijkheid tot een herziening door een onafhankelijke instantie waaraan specifieke toezichtsbevoegdheden zijn toegekend met betrekking tot het hergebruik van overheidsinformatie en waarvan de beslissingen bindend zijn voor het betreffende openbare lichaam.

De rechtsmiddelen omvatten de mogelijkheid tot een herziening door een onafhankelijke instantie waarvan de beslissingen bindend zijn voor het betreffende openbare lichaam.

Motivering

Onduidelijk is wat wordt bedoeld met een instantie "waaraan specifieke toezichtsbevoegdheden zijn toegekend met betrekking tot het hergebruik van overheidsinformatie". Wij zien niet het nut van een specifieke op dit terrein te creëren instantie - een nut dat ook in geen verhouding zou staan tot de rompslomp die dit voor de lidstaten zou betekenen - en daarom staan wij kritisch tegenover zo'n instantie c.q. zijn daartegen.

Brussel, 10 oktober 2012

De voorzitster van het Comité van de Regio's

Ramón Luis VALCÁRCEL SISO


(1)  CdR 247/2009.

(2)  CdR 104/2010.

(3)  CdR 104/2010.

(4)  CdR 247/2009.

(5)  CdR 247/2009.

(6)  CdR 104/2010.

(7)  CdR 247/2009.

(8)  CdR 247/2009.

(9)  CdR 247/2009.

(10)  CdR 10/2009.

(11)  CdR 104/2010.

(12)  CdR 104/2010.

(13)  CdR 104/2010.

(14)  CdR 65/2011.

(15)  CdR 89/2009.