52010PC0735

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de sluiting van een nieuw protocol tot vaststelling van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie waarin is voorzien bij de Partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Gemeenschap en de Democratische Republiek São Tomé en Principe /* COM/2010/0735 def. - NLE 2010/0355 */


[pic] | EUROPESE COMMISSIE |

Brussel, 13.12.2010

COM(2010) 735 definitief

2010/0355 (NLE)

Voorstel voor een

BESLUIT VAN DE RAAD

betreffende de sluiting van een nieuw protocol tot vaststelling van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie waarin is voorzien bij de Partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Gemeenschap en de Democratische Republiek São Tomé en Principe

TOELICHTING

ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

Op basis van het mandaat van de Raad[1] heeft de Europese Commissie met de Democratische Republiek São Tomé en Principe onderhandeld met het oog op de verlenging van het protocol bij de Partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Gemeenschap en de Unie van de Democratische Republiek São Tomé en Principe van 23 juli 2007[2], dat op 31 mei 2010 is afgelopen. Op basis van deze onderhandelingen is op 15 juli 2010 een nieuw protocol geparafeerd dat een periode van drie jaar beslaat vanaf de aanneming van het desbetreffende besluit van de Raad inzake de ondertekening namens de Unie en de voorlopige toepassing van het protocol.

De Commissie wordt verzocht bijgaand voorstel voor een besluit betreffende de sluiting van het nieuwe protocol goed te keuren en aan de Raad voor te leggen.

RESULTATEN VAN DE RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDEN EN EFFECTBEOORDELING

Bij het bepalen van haar onderhandelingspositie heeft de Commissie zich onder andere gebaseerd op de resultaten van een evaluatie achteraf door externe deskundigen.

Het voornaamste doel van het protocol is om de aan de vaartuigen van de Europese Unie geboden vangstmogelijkheden vast te stellen op basis van het beschikbare overschot, alsmede de financiële tegenprestatie voor, afzonderlijk, de toegangsrechten en de ondersteuning van de sector.

Het doel is de samenwerking tussen de Europese Unie en de Democratische Republiek São Tomé en Principe voort te zetten met het oog op een versterking van het partnerschapskader op visserijgebied, dat is ingesteld in 2006, met name om, in het belang van beide partijen, bij te dragen tot de ontwikkeling van een duurzaam visserijbeleid en de verantwoorde exploitatie van de visbestanden in de visserijzone van São Tomé e Príncipe.

Beide partijen hebben het nieuwe protocol nodig geacht om het partnerschap en de samenwerking in de visserijsector te versterken met gebruikmaking van alle beschikbare financieringsinstrumenten.

JURIDISCHE ELEMENTEN VAN HET VOORSTEL

De onderhavige procedure met betrekking tot het besluit van de Raad, met instemming van het Europees Parlement, betreffende de sluiting van een nieuw protocol tot vaststelling van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie waarin is voorzien bij de Partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Unie en de Democratische Republiek São Tomé en Principe, loopt parallel aan de procedures met betrekking tot:

- het besluit van de Raad betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie, en de voorlopige toepassing van het protocol tot vaststelling van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie waarin is voorzien bij de Partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Unie en de Democratische Republiek São Tomé en Principe, en

- de verordening van de Raad betreffende de toewijzing van vangstmogelijkheden aan de betrokken EU-lidstaten.

GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

De in het protocol genoemde financiële tegenprestatie van in totaal 2 047 500 euro over de hele periode is gebaseerd op:

a) een referentiehoeveelheid per jaar die is vastgesteld op 7 000 ton voor 40 vaartuigen, hetgeen overeenkomt met 455 000 euro per jaar, en

b) een ondersteuning van de ontwikkeling van het sectorale visserijbeleid van de Democratische Republiek São Tomé en Principe ter waarde van 227 500 euro per jaar. Deze steun beantwoordt aan de doelstellingen van het nationale visserijbeleid.

OPTIONELE ELEMENTEN

Wat de vangstmogelijkheden betreft, is overeengekomen dat 28 vaartuigen voor de tonijnvisserij met de zegen en 12 vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug een vismachtiging zullen krijgen. Niettemin kunnen deze vangstmogelijkheden naar boven of naar beneden worden bijgesteld naar aanleiding van de jaarlijkse evaluatie van de toestand van de visbestanden, hetgeen tot een overeenkomstige herziening van de financiële tegenprestatie leidt.

2010/0355 (NLE)

Voorstel voor een

BESLUIT VAN DE RAAD

betreffende de sluiting van een nieuw protocol tot vaststelling van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie waarin is voorzien bij de Partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Gemeenschap en de Democratische Republiek São Tomé en Principe

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 43, in samenhang met artikel 218, lid 6, onder a),

Gezien het voorstel van de Europese Commissie[3],

Gezien de goedkeuring door het Europees Parlement[4],

Overwegende hetgeen volgt:

1. Bij Verordening (EG) nr. 894/2007 van de Raad[5] heeft de Europese Gemeenschap een Partnerschapsovereenkomst inzake visserij gesloten met de Democratische Republiek São Tomé en Principe.

2. Het protocol bij de vorige overeenkomst is op 31 mei 2010 afgelopen.

3. De Unie heeft vervolgens met de Democratische Republiek São Tomé en Principe onderhandeld over een nieuw protocol bij de Partnerschapsovereenkomst inzake visserij waarbij aan de vaartuigen van de Europese Unie vangstmogelijkheden worden geboden in de wateren waarover de Democratische Republiek São Tomé en Principe de soevereiniteit of de jurisdictie voor visserijaangelegenheden heeft.

4. Ter afronding van deze onderhandelingen is op 15 juli 2010 het nieuwe protocol geparafeerd.

5. Bij Besluit nr. …./2010/EU van de Raad van ……. is het protocol bij de partnerschapsovereenkomst inzake visserij met de Democratische Republiek São Tomé en Principe, ondertekend en wordt het sinds […] voorlopig wordt toegepast.

6. Het is in het belang van de Europese Unie om dit nieuwe protocol goed te keuren,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Het op 15 juli 2010 geparafeerde protocol bij de Partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Gemeenschap en de Democratische Republiek São Tomé en Principe wordt namens de Unie goedgekeurd[6].

De tekst van het protocol is aan dit besluit gehecht.

Artikel 2

De voorzitter van de Raad wordt gemachtigd de personen aan te wijzen die bevoegd zijn om namens de Europese Unie de in artikel 14 van het protocol bedoelde melding te doen, teneinde daardoor de Europese Unie te binden[7].

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie .

Gedaan te

Voor de Raad

De voorzitter

BIJLAGE

Protocol

tot vaststelling van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie in het kader van de Partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Unie en de Democratische Republiek São Tomé en Principe.

Artikel 1 Geldigheidsduur en vangstmogelijkheden

1. De volgende vangstmogelijkheden worden op grond van artikel 5 van de Partnerschapsovereenkomst voor de visserij voor een periode van 3 jaar toegekend:

sterk migrerende soorten (soorten opgenomen in bijlage 1 bij het Zeerechtverdrag van de Verenigde Naties van 1982),

- voor vaartuigen voor de tonijnvisserij met de zegen: 28 vaartuigen

- voor vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug: 12 vaartuigen.

2. Lid 1 is van toepassing behoudens de artikelen 5, 6, 8 en 9 van dit protocol.

Artikel 2 Financiële tegenprestatie - Betalingswijze

1. De in artikel 7 van de Partnerschapsovereenkomst inzake de visserij bedoelde financiële tegenprestatie wordt, voor de in artikel 1 bepaalde periode, vastgesteld op 2 047 500 euro.

2. De financiële tegenprestatie omvat:

7. een jaarlijks bedrag voor de toegang tot de EEZ van São Tomé en Principe van 455 000 euro, hetgeen overeenkomt met een referentiehoeveelheid van 7 000 ton per jaar, en

8. een specifiek bedrag van 227 500 euro per jaar voor de ondersteuning van de tenuitvoerlegging van het sectorale visserijbeleid van São Tomé en Principe.

3. Lid 1 is van toepassing behoudens de artikelen 3, 4, 5, 8 en 9 van dit protocol en de artikelen 12 en 13 van de Partnerschapsovereenkomst inzake visserij.

4. De Europese Unie betaalt ieder jaar gedurende de toepassingsperiode van dit protocol de in lid 1 bedoelde financiële tegenprestatie van 682 500 euro, hetgeen overeenkomt met het totaal van de in lid 2, onder a) en b), bedoelde jaarlijkse bedragen.

5. Indien de vaartuigen van de Europese Unie in de wateren van São Tomé en Príncipe in totaal meer dan 7 000 ton per jaar vangen, wordt het totale bedrag van de jaarlijkse financiële tegenprestatie met 65 euro per extra ton verhoogd. De Europese Unie mag jaarlijks evenwel niet meer betalen dan het dubbele van het in lid 2, onder a), vermelde bedrag. Indien vaartuigen van de Europese Unie meer vangen dan de met het dubbele van het jaarlijkse totaalbedrag overeenstemmende hoeveelheid, wordt het voor de extra hoeveelheid verschuldigde bedrag het volgende jaar betaald.

6. Voor het eerste jaar vindt de betaling uiterlijk zestig (60) dagen na de in artikel 14 vermelde datum van inwerkingtreding van het protocol plaats, en voor de volgende jaren uiterlijk op de datum waarop het protocol verjaart.

7. De benutting van de in lid 2, onder a), bedoelde financiële tegenprestatie is de exclusieve bevoegdheid van de autoriteiten van São Tomé en Principe.

8. Het in lid 1 van dit protocol bedoelde totaal van de financiële tegenprestatie wordt overgemaakt op een rekening van de schatkist bij de Centrale Bank van São Tomé en Principe.

Artikel 3 Bevordering van een duurzame en verantwoorde visserij in de wateren van São Tomé en Principe

1. De partijen stellen uiterlijk drie maanden na de inwerkingtreding van dit protocol in de in artikel 9 van de Partnerschapsovereenkomst voor de visserij bedoelde gemengde commissie een meerjarig sectoraal programma en de daarbij behorende uitvoeringsbepalingen vast, waarin het volgende is bepaald:

9. de op meerjarige en jaarbasis vastgestelde richtsnoeren voor het gebruik van het in artikel 2, lid 2, onder b), genoemde deel van de financiële tegenprestatie;

10. de doelstellingen die op meerjarige en jaarbasis moeten worden bereikt om op termijn tot een duurzame en verantwoorde visserij te komen, waarbij rekening wordt gehouden met de prioriteiten in het nationale visserijbeleid van São Tomé en Principe en andere beleidsterreinen die met de totstandbrenging van een duurzame en verantwoorde visserij verband houden of deze kunnen beïnvloeden;

11. de criteria en de procedures voor de jaarlijkse beoordeling van de resultaten.

2. Voorstellen tot wijziging van het meerjarige sectorale programma moeten in de gemengde commissie door de partijen worden goedgekeurd.

3. De autoriteiten van São Tomé en Principe kunnen elk jaar besluiten een extra bedrag bovenop het in artikel 2, lid 2, onder b), bedoelde deel van de financiële tegenprestatie toe te wijzen aan de uitvoering van het meerjarenprogramma. Deze toewijzing moet uiterlijk twee (2) maanden vóór de datum waarop het protocol verjaart, aan de Europese Unie worden meegedeeld.

4. Beide partijen verrichten elk jaar een beoordeling van de resultaten van de uitvoering van het meerjarige sectorale programma. Wanneer uit deze beoordeling blijkt dat de rechtstreeks uit het in artikel 2, lid 2, onder b), bedoelde deel van de financiële tegenprestatie gefinancierde doelstellingen niet op bevredigende wijze verwezenlijkt zijn, behoudt de Europese Commissie zich het recht voor om dit deel te verlagen, om zodoende het deel van het bedrag dat is bestemd voor de uitvoering van het programma aan te passen aan de behaalde resultaten.

Artikel 4 Wetenschappelijke samenwerking met het oog op de duurzame visserij

1. Beide partijen verbinden zich ertoe een verantwoorde visserij in de wateren van São Tomé en Principe te bevorderen zonder onderscheid te maken tussen de verschillende vloten die in die wateren aanwezig zijn.

2. Gedurende de looptijd van dit protocol verbinden de Europese Unie en São Tomé en Principe zich ertoe om samen te werken bij het toezicht op de toestand van de visbestanden in de visserijzone van São Tomé en Principe.

3. Met betrekking tot het verantwoorde beheer van de visserijen leven beide partijen de aanbevelingen en resoluties van de Internationale Commissie voor de Instandhouding van Tonijn in de Atlantische Oceaan (ICCAT) na.

4. Overeenkomstig artikel 4 van de partnerschapsovereenkomst inzake visserij plegen de partijen, op basis van de aanbevelingen en de resoluties van de ICCAT en het beste beschikbare wetenschappelijke advies, overleg in de in artikel 9 van de partnerschapsovereenkomst inzake visserij bedoelde gemengde commissie om maatregelen vast te stellen voor een duurzaam beheer van de door de vaartuigen van de Europese Unie beviste bestanden die onder dit protocol vallen.

Artikel 5 Aanpassing van de vangstmogelijkheden in onderlinge overeenstemming

1. De in artikel 1 bedoelde vangstmogelijkheden kunnen in onderlinge overeenstemming worden aangepast, mits de door de ICCAT vastgestelde aanbevelingen en resoluties bevestigen dat deze aanpassing het duurzame beheer van de onder dit protocol vallende visbestanden verzekert. De in artikel 2, lid 2, onder a), bedoelde financiële tegenprestatie wordt dan evenredig aangepast pro rata temporis. Het door de Europese Unie betaalde jaarlijkse totaalbedrag van de financiële tegenprestatie mag evenwel niet meer bedragen dan het dubbele van het in artikel 2, lid 2, onder a), genoemde bedrag.

Artikel 6 Nieuwe vangstmogelijkheden

1. Indien vaartuigen van de Europese Unie belangstelling hebben voor visserijactiviteiten die niet worden vermeld in artikel 1, plegen de partijen onderling overleg vóór de autoriteiten van São Tomé en Principe beslissen de machtiging al dan niet te verlenen. Zo nodig spreken de partijen voorwaarden voor deze nieuwe vangstmogelijkheden af en passen zij dit protocol en de bijlage ervan aan.

Artikel 7 Voorwaarden voor de visserijactiviteiten – Exclusiviteitsclausule

1. Onverminderd artikel 6 van de overeenkomst mogen vaartuigen die de vlag van een lidstaat van de Europese Unie voeren, slechts visserijactiviteiten in de wateren van São Tomé en Principe uitoefenen indien daarvoor in het kader van dit protocol en overeenkomstig de bijlagen bij dit protocol een machtiging is afgegeven.

Artikel 8 Opschorting en herziening van de betaling van de financiële tegenprestatie

1. De financiële tegenprestatie als bedoeld in artikel 2, lid 2, onder a) en b), kan worden herzien of opgeschort wanneer zich één of meer van de onderstaande omstandigheden voordoen:

12. abnormale omstandigheden, zoals gedefinieerd in artikel 2, onder h), van de Partnerschapsovereenkomst inzake visserij, waardoor in de EEZ van São Tomé en Principe geen visserijactiviteiten kunnen plaatsvinden;

13. ten gevolge van ingrijpende wijzigingen van de beleidsoriëntaties die tot de sluiting van dit protocol hebben geleid, verzoekt één van beide partijen om de herziening van deze bepalingen met het oog op de eventuele wijziging ervan;

14. de Europese Unie constateert dat in São Tomé en Principe sprake is van overtreding van de essentiële en fundamentele elementen van de mensenrechten als bedoeld in artikel 9 van de Overeenkomst van Cotonou.

2. De Europese Unie behoudt zicht het recht voor om de betaling van de in artikel 2, lid 2, onder b), van dit protocol bedoelde specifieke financiële tegenprestatie geheel of gedeeltelijk op te schorten:

15. wanneer bij een door de gemengde commissie uitgevoerde evaluatie blijkt dat de bereikte resultaten niet met de programmering overeenkomen;

16. in geval van niet-benutting van deze financiële tegenprestatie.

3. De betaling van de financiële tegenprestatie wordt hervat nadat beide partijen overeenstemming hebben bereikt over het herstel van de aan de in lid 1 genoemde gebeurtenissen voorafgaande situatie en/of wanneer de resultaten van de in lid 2 bedoelde financiële uitvoering dat rechtvaardigen.

Artikel 9 Opschorting van de toepassing van het protocol

1. De toepassing van dit protocol kan worden opgeschort op initiatief van één van beide partijen wanneer zich één of meer van de onderstaande omstandigheden voordoen:

17. abnormale omstandigheden, zoals gedefinieerd in artikel 2, onder h), van de Partnerschapsovereenkomst inzake visserij, waardoor in de EEZ van São Tomé en Principe geen visserijactiviteiten kunnen plaatsvinden;

18. ten gevolge van ingrijpende wijzigingen van de beleidsoriëntaties die tot de sluiting van dit protocol hebben geleid, verzoekt één van beide partijen om de herziening van deze bepalingen met het oog op de eventuele wijziging ervan;

19. één van beide partijen constateert dat sprake is van overtreding van de essentiële en fundamentele elementen van de mensenrechten als bedoeld in artikel 9 van de Overeenkomst van Cotonou;

20. er is een probleem bij de betaling van de in artikel 2, lid 2, onder a), bedoelde financiële tegenprestatie door de Europese Unie om andere dan de in artikel 8 van dit protocol genoemde redenen;

21. op de onder dit protocol vallende vaartuigen zijn geen waarnemers van São Tomé en Principe aangemonsterd overeenkomstig het bepaalde in bijlage I, hoofdstuk V;

22. tussen beide partijen ontstaat een geschil over de interpretatie van dit protocol;

23. één van beide partijen leeft de bepalingen van dit protocol, de bijlage en de aanhangsels daarvan niet na.

2. De toepassing van dit protocol kan worden opgeschort op initiatief van één van beide partijen wanneer het geschil tussen de partijen niet kon worden opgelost in het kader van het overleg in de gemengde commissie.

3. De toepassing van het protocol kan pas worden opgeschort, indien de betrokken partij haar voornemen hiertoe schriftelijk en ten minste drie maanden vóór de datum van inwerkingtreding van de opschorting meldt.

4. Bij opschorting blijven de partijen in onderling overleg streven naar een minnelijke schikking van het geschil. Wanneer zij hierin slagen, wordt de toepassing van het protocol hervat en wordt het bedrag van de financiële tegenprestatie evenredig en pro rata temporis verlaagd, afhankelijk van de duur van de periode waarin de toepassing van het protocol is opgeschort.

Artikel 10 Geldend nationaal recht

1. De activiteiten van de vissersvaartuigen van de Europese Unie die in de wateren van São Tomé en Principe actief zijn, ressorteren onder het recht van São Tomé en Principe, behalve indien dat anders is bepaald in de Partnerschapsovereenkomst inzake visserij of in dit protocol en de daarbij horende bijlage en aanhangsels.

2. De autoriteiten van São Tomé en Principe informeren de Europese Commissie over iedere wetswijziging of nieuwe wetgeving op het gebied van de visserij.

3. De Europese Commissie stelt de autoriteiten van São Tomé en Principe in kennis van iedere wetswijziging of nieuwe wetgeving in verband met de visserijactiviteiten van de verre vloot van de Europese Unie.

Artikel 11 Duur

Dit protocol en de bijlagen daarbij zijn van toepassing voor een periode van 3 jaar vanaf de voorlopige toepassing overeenkomstig de artikelen 13 en 14, tenzij zij overeenkomstig artikel 12 worden opgezegd.

Artikel 12 Opzegging

1. In geval van opzegging van dit protocol stelt de betrokken partij de andere partij ten minste zes (6) maanden vóór de datum waarop de opzegging in werking treedt, schriftelijk in kennis van haar voornemen om het protocol op te zeggen.

2. Door de kennisgeving als bedoeld in lid 1 te versturen wordt het overleg tussen de partijen geopend.

Artikel 13 Voorlopige toepassing

Dit protocol is voorlopig van toepassing met ingang van de datum van ondertekening.

Artikel 14 Inwerkingtreding

1. Het onderhavige protocol en de bijlage erbij treden in werking op de datum waarop de partijen elkaar de voltooiing van de in dit verband te volgen procedures hebben gemeld.

BIJLAGE

VOORWAARDEN VOOR DE UITOEFENING VAN DE VISSERIJ DOOR VAARTUIGEN VAN DE EUROPESE UNIE IN DE VISSERIJZONE VAN SÃO TOMÉ EN PRÍNCIPE

HOOFDSTUK I - FORMALITEITEN VOOR HET AANVRAGEN EN HET AFGEVEN VAN VISMACHTIGINGEN

Afdeling 1 Afgifte van vismachtigingen

1. Alleen daarvoor in aanmerking komende vaartuigen kunnen een vismachtiging krijgen voor de visserijzone van São Tomé en Príncipe.

2. Een vaartuig komt slechts voor een machtiging in aanmerking als voor de reder, de kapitein en het vaartuig zelf geen verbod tot uitoefening van de visserij in de wateren van São Tomé en Príncipe geldt. Zij mogen bij São Tomé en Príncipe geen verplichtingen hebben uitstaan uit hoofde van eerdere visserijactiviteiten in het kader van de met de Europese Unie gesloten visserijovereenkomsten. Verder moeten zij zich houden aan het bepaalde in Verordening (EG) nr. 1006/2008[8] inzake vismachtigingen.

3. Vaartuigen van de Europese Unie waarvoor een vismachtiging wordt aangevraagd, moeten worden vertegenwoordigd door een in São Tomé en Principe verblijvende gemachtigde agent. De naam en het adres van deze agent worden in de vismachtigingsaanvraag vermeld.

4. De bevoegde autoriteiten van de Europese Unie dienen ten minste vijftien (15) werkdagen vóór het begin van de aangevraagde geldigheidsduur bij het voor visserij bevoegde ministerie van São Tomé en Príncipe elektronisch een aanvraag in voor elk vaartuig dat op grond van de Partnerschapsovereenkomst inzake visserij wil vissen. Tenzij anders overeengekomen in de gemengde commissie, is de bevoegde autoriteit van de Europese Unie voor de toepassing van deze bijlage de delegatie van de Europese Unie in Gabon.

5. Voor het indienen van de aanvragen bij het voor visserij bevoegde ministerie wordt gebruik gemaakt van het formulier volgens het model in aanhangsel 1. De autoriteiten van São Tomé en Príncipe nemen alle nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de in het kader van de vismachtigingsaanvraag ontvangen gegevens vertrouwelijk worden behandeld. Deze gegevens worden uitsluitend in het kader van de uitvoering van de Partnerschapsovereenkomst inzake visserij gebruikt.

6. Elke machtigingsaanvraag gaat vergezeld van de volgende documenten:

- het bewijs van betaling van het forfaitaire voorschot voor de geldigheidsduur van de machtiging;

- elk ander document of attest dat op grond van de bijzondere bepalingen voor de verschillende soorten vaartuigen in het kader van dit protocol vereist is.

7. Het bedrag van de visrechten wordt overgemaakt op de door de autoriteiten van São Tomé en Príncipe opgegeven rekening als vermeld in artikel 2, lid 8, van het protocol.

8. De rechten omvatten alle nationale en lokale belastingen, met uitzondering van havenbelastingen en kosten voor dienstverlening.

9. De vismachtigingen voor alle vaartuigen worden, uiterlijk 15 werkdagen na de datum van ontvangst van alle in punt 6 bedoelde documenten, door het voor visserij bevoegde ministerie van São Tomé en Príncipe aan de reders of hun vertegenwoordigers afgegeven via de delegatie van de Europese Unie in Gabon.

10. Als de kantoren van de delegatie van de Europese Unie gesloten zijn wanneer de vismachtiging moet worden ondertekend, wordt de machtiging rechtstreeks naar de gemachtigde agent van het vaartuig gezonden, met kopie aan de delegatie.

11. De vismachtiging wordt afgegeven voor een bepaald vaartuig en is niet overdraagbaar.

12. Wanneer evenwel wordt geconstateerd dat er sprake is van overmacht, kan de machtiging van een bepaald vissersvaartuig op verzoek van de Europese Unie worden vervangen door een nieuwe machtiging op naam van een ander vaartuig van dezelfde in artikel 1 van het protocol bedoelde categorie als het te vervangen vaartuig, zonder dat hiervoor nieuwe visrechten hoeven te worden betaald. In dit geval worden de totale vangsten van beide vaartuigen in aanmerking genomen voor het bepalen van de eventueel door de Gemeenschap te verrichten aanvullende betalingen.

13. De reder van het te vervangen vaartuig of diens vertegenwoordiger zendt de geannuleerde vismachtiging via de delegatie van de Europese Unie in Gabon terug aan het voor visserij bevoegde ministerie van São Tomé en Príncipe.

14. De nieuwe vismachtiging gaat in op de datum waarop de geannuleerde vismachtiging is teruggezonden aan het voor visserij bevoegde ministerie van São Tomé en Príncipe. De delegatie van de Europese Unie in Gabon wordt van de overdracht van de vismachtiging in kennis gesteld.

15. De vismachtiging moet steeds aan boord zijn.

Afdeling 2 Voorwaarden betreffende de vismachtiging – visrechten en voorschotten

1. De vismachtigingen zijn een jaar geldig.

2. Voor vaartuigen voor de tonijnvisserij met de zegen en vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug bedragen de visrechten 35 euro per ton vis die in de visserijzone van São Tomé en Príncipe wordt gevangen.

3. De vismachtigingen worden afgegeven na betaling van de volgende forfaitaire bedragen aan de bevoegde nationale autoriteiten:

- 6 125 euro per vaartuig voor de tonijnvisserij met de zegen, wat overeenkomt met de visrechten voor een vangst van 175 ton per jaar;

- 2 275 euro per vaartuig voor de visserij met de drijvende beug, wat overeenkomt met de visrechten voor een vangst van 65 ton per jaar.

4. De definitieve afrekening van de voor een jaar n verschuldigde bedragen wordt uiterlijk zestig (60) dagen na de verjaardag van het protocol van het jaar n+1 door de Europese Commissie opgemaakt aan de hand van de door de reders opgestelde vangstaangiften die zijn bevestigd door de voor de verificatie van de vangstgegevens bevoegde wetenschappelijke instellingen van de lidstaten, zoals het Institut de Recherche pour le Développement (IRD), het Instituto Español de Oceanografia (IEO) en het Instituto Português de Investigaçao Maritima (IPIMAR), via de delegatie van de Europese Unie in Gabon.

5. Deze definitieve afrekening wordt tezelfdertijd aan het voor visserij bevoegde ministerie van São Tomé en Príncipe en aan de reders toegezonden.

6. Uiterlijk drie (3) maanden na de verjaardag van het protocol van het jaar n+1 maken de reders eventuele extra bedragen (de betaling, berekend op 35 euro per ton, voor vangsten boven 175 ton voor vaartuigen voor de tonijnvisserij met de zegen en boven 65 ton voor vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug) ten gunste van de bevoegde nationale autoriteiten van São Tomé en Príncipe over op de in dit hoofdstuk, afdeling 1, lid 7, bedoelde rekening.

7. Als het bedrag van de definitieve afrekening kleiner is dan het in punt 3 van deze afdeling bedoelde voorschot, wordt het verschil evenwel niet aan de reder terugbetaald.

HOOFDSTUK II - VISSERIJZONES

1. De vaartuigen voor de tonijnvisserij met de zegen en de vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug die in het kader van dit protocol in de wateren van São Tomé en Príncipe vissen, mogen hun visserijactiviteiten uitoefenen in de wateren buiten 12 zeemijl, gemeten vanaf de basislijnen.

2. De coördinaten van de exclusieve economische zone van São Tomé en Príncipe zijn vermeld in aanhangsel 3.

3. Zonder onderscheid is elke visserijactiviteit in de voor gezamenlijke exploitatie door São Tomé en Príncipe en Nigeria bestemde zone, die wordt begrensd door de in aanhangsel 3 vermelde coördinaten, verboden.

HOOFDSTUK III – TOEZICHT EN CONTROLE

Afdeling 1 Regeling voor de registratie van vangstgegevens

1. De kapitein van elk vaartuig dat in het kader van dit protocol in de wateren van São Tomé en Príncipe vist, moet zijn vangsten aangeven bij het voor visserij bevoegde ministerie van São Tomé en Príncipe met het oog op de controle van de gevangen hoeveelheden, die door de bevoegde wetenschappelijke instellingen volgens de in hoofdstuk I, afdeling 2, punt 5, van deze bijlage bedoelde procedure worden gevalideerd. De vangsten worden als volgt aangegeven:

1.1. De vaartuigen van de Unie die in het kader van dit protocol in de wateren van São Tomé en Príncipe vissen, moeten dagelijks een logboek invullen (aanhangsel 2) voor elke visreis die zij in de wateren van São Tomé en Príncipe uitvoeren. Ook wanneer geen vis wordt gevangen, moet het logboek worden ingevuld.

1.2 De kapitein van het vaartuig verstuurt kopieën van het logboek naar het voor visserij bevoegde ministerie van São Tomé e Príncipe, alsook naar de in hoofdstuk I, afdeling 2, punt 4, vermelde wetenschappelijke instituten.

2. Met betrekking tot de perioden waarin het vaartuig zich niet in de wateren van São Tomé en Príncipe bevond, wordt de vermelding “Buiten de EEZ van São Tomé en Príncipe” in het logboek aangebracht.

3. De formulieren moeten leesbaar worden ingevuld en door de kapitein van het vaartuig of zijn wettelijke vertegenwoordiger worden ondertekend.

4. Wanneer de bepalingen van dit hoofdstuk niet worden nageleefd, schorst de regering van São Tomé en Príncipe de vismachtiging van het betrokken vaartuig totdat de formaliteit is vervuld en past ten aanzien van de reder van het vaartuig de sanctie toe waarin door de regelgeving van São Tomé en Príncipe is voorzien. De Europese Commissie en de betrokken vlaggenlidstaat worden hierover onverwijld ingelicht.

5. De aangiften hebben betrekking op de tijdens elke visreis door het vaartuig gedane vangsten. De aangiften worden na elke visreis en in elk geval vóór het vaartuig de wateren van São Tomé en Príncipe verlaat, elektronisch aan het voor visserij bevoegde ministerie van São Tomé en Príncipe meegedeeld en een afschrift ervan wordt aan de Europese Commissie toegezonden. De twee geadresseerden zenden het vaartuig onverwijld een elektronisch ontvangstbewijs toe en zenden elkaar een afschrift ervan toe.

6. De op een fysieke drager aangebrachte originele exemplaren van de aangiften betreffende een jaarlijkse geldigheidsperiode van de vismachtiging in de zin van hoofdstuk I, afdeling 2, punt 1, van deze bijlage worden uiterlijk 45 dagen na de laatste in die periode gemaakte visreis toegezonden aan het voor visserij bevoegde ministerie van São Tomé en Príncipe. Gelijktijdig worden op fysieke dragers aangebrachte afschriften ervan aan de Europese Commissie gezonden.

7. Beide partijen verbinden zich ertoe alles in het werk stellen om een uitsluitend op elektronische uitwisseling van alle gegevens gebaseerd vangstaangiftesysteem tot stand te brengen en operationeel te maken: beide partijen moeten er derhalve naar streven de papieren versie van de vangstaangifte snel te vervangen door een aangifte in elektronische vorm.

8. Wanneer het elektronische-vangstaangiftesysteem in werking is getreden, moeten de vangstaangiften in geval van technische storing daarvan volgens de bovenstaande punten 5 en 6 worden gedaan, totdat het systeem is hersteld.

Afdeling 2 Aangifte van de vangsten: binnenvaren en verlaten van de wateren van São Tomé en Príncipe

1. Voor de toepassing van deze bijlage wordt onder de duur van een visreis van een vaartuig van de Europese Unie dat in het kader van het onderhavige protocol in de wateren van São Tomé en Príncipe vist, het volgende verstaan:

- hetzij de tijd tussen het binnenvaren en het verlaten van de visserijzone van São Tomé en Príncipe;

- hetzij de tijd tussen het binnenvaren van de visserijzone van São Tomé en Príncipe en het overladen van de vangst in de wateren van São Tomé en Príncipe;

- hetzij de tijd tussen het binnenvaren van de wateren van São Tomé en Príncipe en het aanlanden van de vangst op São Tomé en Príncipe.

2. De vaartuigen van de Europese Unie die in het kader van dit protocol actief zijn, stellen de voor de visserijcontrole bevoegde autoriteiten van São Tomé en Príncipe ten minste drie (3) uur van tevoren in kennis van hun voornemen om de wateren van São Tomé en Príncipe binnen te varen of te verlaten.

3. Wanneer het vaartuig zijn voornemen om de EEZ van São Tomé en Príncipe binnen te varen/te verlaten meedeelt, moeten de vaartuigen onverminderd het bepaalde in afdeling 2 terzelfder tijd ook hun positie en de reeds aan boord aanwezige vangsten meedelen. Deze mededelingen moeten per e-mail of per fax worden toegezonden aan de adressen en in het formaat als vermeld in aanhangsel 4. De bevoegde autoriteiten van São Tomé en Príncipe kunnen vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug die niet over de bovenvermelde technische communicatieapparatuur beschikken, evenwel ontheffen van deze verplichting en hen toestaan deze gegevens per radio te melden. Deze berichten worden bij voorkeur via e-mail (dpescas1@cstome.net ), of per fax (++ 239 2222 828) verstuurd of, als dat niet kan, per radio (oproepcode: 's morgens van 8 tot 10 uur: 12.00 Hz, 's middags van 14 tot 17 uur: 8.634 Hz).

4. Vaartuigen die bij de uitoefening van visserijactiviteiten worden betrapt, terwijl zij hun aanwezigheid niet bij de bevoegde autoriteit van São Tomé en Príncipe hebben gemeld, worden beschouwd als vaartuigen zonder vismachtiging en worden behandeld volgens het nationale recht.

5. Het e-mailadres, de fax- en telefoonnummers en de radiocoördinaten worden eveneens meegedeeld op het moment van de afgifte van de vismachtiging.

Afdeling 3 Overladingen

1. Vaartuigen van de Europese Unie die in het kader van dit protocol in de wateren van São Tomé en Príncipe vissen, en die hun vangsten in deze wateren willen overladen, doen dat in een haven van São Tomé en Príncipe.

1.1. De reders van die vaartuigen stellen de bevoegde autoriteiten van São Tomé en Príncipe ten minste 24 uur van tevoren in kennis van:

- de naam van de vissersvaartuigen waaruit wordt overgeladen;

- de naam van het vrachtschip waarop wordt overgeladen;

- de over te laden hoeveelheid (in ton) van elke soort, met vermelding van het vangstgebied;

- de dag waarop wordt overgeladen;

- de begunstigde van de overgeladen vangsten.

2. Overladingen zijn slechts toegestaan in de volgende zones: Fernão Dias, Neves, Ana Chaves.

3. Het overladen staat gelijk aan het verlaten van de wateren van São Tomé en Príncipe. Het betrokken vaartuig is derhalve verplicht de vangstaangiften bij de bevoegde autoriteiten van São Tomé en Príncipe in te dienen en deze autoriteiten op de hoogte te brengen van zijn voornemen om de visserij voort te zetten of de wateren van São Tomé en Príncipe te verlaten.

4. Overladen op een andere dan hierboven beschreven wijze is niet toegestaan in de wateren van São Tomé en Príncipe. Overtredingen worden bestraft met de sancties waarin de geldende regelgeving van São Tomé en Príncipe voorziet.

Afdeling 4 Satellietcontrole

Vaartuigen van de Europese Unie die in het kader van dit protocol vissen, moeten op niet-discriminerende wijze worden gecontroleerd door onder andere een satellietvolgsysteem overeenkomstig de onderstaande bepalingen.

1. Ten behoeve van het toezicht per satelliet delen de autoriteiten van São Tomé en Príncipe de grenzen van de visserijzone van São Tomé en Príncipe aan de vertegenwoordigers of gemachtigden van de reders en de Centra voor visserijtoezicht van de vlaggenstaten mee.

2. Op basis van het model in aanhangsel 4 wisselen de partijen overeenkomstig de punten 4 en 6 gegevens uit inzake de https-adressen en de parameters voor de elektronische communicatie tussen hun controlecentra. Deze gegevens omvatten, voor zover mogelijk, de namen, telefoon-, telex- en faxnummers en de elektronische adressen die kunnen worden gebruikt voor de algemene communicatie tussen de controlecentra.

3. De positie van vaartuigen wordt bepaald met een foutenmarge van minder dan 500 m en een betrouwbaarheidsinterval van 99%.

4. Wanneer een vaartuig van de Europese Unie dat in het kader van dit protocol vist en overeenkomstig de geldende wetgeving van de Europese Unie via satelliet wordt gevolgd, de visserijzone van São Tomé en Príncipe binnenvaart, meldt het controlecentrum van de vlaggenstaat de positie ervan met een interval van maximaal 2 uur aan het centrum voor visserijtoezicht van São Tomé en Príncipe. De berichten worden geïdentificeerd met de vermelding “Positierapport”.

5. De in punt 4 bedoelde berichten worden elektronisch, in https-formaat, verstuurd, zonder aanvullend protocol. De berichten worden realtime verstuurd in het in de tabel van aanhangsel 4 vastgestelde formaat.

5.1 Het is de vaartuigen verboden het satellietvolgapparaat uit te zetten wanneer zij in de wateren van São Tomé en Príncipe actief zijn.

6. Indien de aan boord van een vissersvaartuig aanwezige satellietapparatuur voor permanente positiebepaling onklaar is, meldt de kapitein van het vaartuig te gelegener tijd de in punt 4 bedoelde gegevens aan het controlecentrum van de vlaggenstaat. In dat geval moet, zolang het vaartuig zich in een visserijzone van São Tomé en Príncipe bevindt, elke 24 uur een positierapport worden verzonden.

6.1 Dit algemene positierapport omvat per uur de positie die de kapitein gedurende die 24 uur heeft genoteerd.

6.2 Het controlecentrum van de vlaggenstaat of het vissersvaartuig zelf verzendt deze rapporten onverwijld naar het centrum voor visserijtoezicht van São Tomé en Príncipe.

6.3 Zo nodig, of in geval van twijfel, mogen de autoriteiten van São Tomé en Príncipe met betrekking tot een vaartuig in het bijzonder aanvullende gegevens opvragen bij het controlecentrum van de vlaggenstaat.

7. De onklaar geraakte apparatuur wordt hersteld of vervangen zodra het vaartuig zijn visreis heeft beëindigd en in ieder geval uiterlijk binnen één maand. Na deze termijn mag het betrokken vaartuig geen nieuwe visreis ondernemen zolang de apparatuur niet hersteld of vervangen is.

8. De hardware en de software van het satellietvolgsysteem moeten fraudebestendig zijn, dat wil zeggen dat het niet mogelijk mag zijn valse posities in het systeem in te voeren of daaruit posities te wissen, en het systeem mag niet manipuleerbaar zijn. Het systeem moet volledig automatisch en permanent operationeel zijn en mag niet worden beïnvloed door milieu- en klimaatfactoren. Het is verboden de satellietvolgapparatuur te vernielen, te beschadigen, buiten werking te stellen of te beïnvloeden.

8.1 De kapitein van het vaartuig moet er met name op toezien dat:

- de gegevens niet worden gewijzigd;

- de met de satellietvolgapparatuur verbonden antenne of antennes niet worden gestoord;

- de elektrische voeding van de satellietvolgapparatuur niet wordt onderbroken;

- de satellietvolgapparatuur van vaartuigen niet van boord wordt gehaald of wordt weggehaald van de plaats waar deze oorspronkelijk was geïnstalleerd;

- vervanging van de satellietvolgapparatuur op het vaartuig onmiddellijk aan de bevoegde autoriteiten van São Tomé en Príncipe wordt gemeld.

8.2 De kapitein en de reder kunnen bij overtreding van bovengenoemde verplichtingen aansprakelijk worden gesteld krachtens de wet- en regelgeving van São Tomé en Príncipe, mits het vaartuig in de wateren van São Tomé en Príncipe actief is.

9. Het controlecentrum van de vlaggenstaat controleert de bewegingen van zijn vaartuigen in de wateren van São Tomé en Príncipe. Indien de vaartuigen niet volgens de vastgestelde voorwaarden kunnen worden gevolgd, wordt het centrum voor visserijtoezicht van São Tomé en Príncipe hiervan onverwijld in kennis gesteld en is de procedure van punt 6 van toepassing.

10. De controlecentra van de vlaggenstaten en het centrum voor visserijtoezicht van São Tomé en Príncipe moeten samenwerken om de uitvoering van deze bepalingen te verzekeren. Indien het centrum voor visserijtoezicht van São Tomé en Príncipe vaststelt dat een vlaggenstaat de in punt 4 bedoelde gegevens niet verstrekt, wordt de andere partij daarvan onmiddellijk in kennis gesteld. Na ontvangst van deze kennisgeving deelt de betrokken partij binnen 24 uur aan het centrum voor visserijtoezicht van São Tomé en Príncipe de redenen voor dit verzuim mee en geeft daarbij aan binnen welke redelijke termijn alsnog aan deze bepalingen kan worden voldaan. Wanneer niet binnen de vastgestelde termijn aan de bepalingen is voldaan, beslechten de partijen het geschil schriftelijk of overeenkomstig onderstaand punt 14.

11. De overeenkomstig deze bepalingen aan de andere partij gemelde gegevens dienen uitsluitend om de autoriteiten van São Tomé en Príncipe in staat te stellen de vloot van de Europese Unie die in het kader van de Partnerschapsovereenkomst inzake visserij vist, te controleren en te bewaken. Deze gegevens mogen onder geen beding aan derden worden meegedeeld.

12. De partijen komen overeen elkaar op verzoek de gegevens betreffende de gebruikte satellietvolgapparatuur mee te delen om na te gaan of alle apparatuur volledig compatibel is met de in het kader van deze bepalingen aan de partijen gestelde eisen.

13. De partijen komen overeen deze bepalingen te herzien wanneer dat passend is, met name wanneer sprake is van slecht functioneren of gebreken van de vaartuigen. De vlaggenstaat moet ten minste 15 dagen vóór de herzieningsvergadering door de bevoegde autoriteiten van São Tomé en Príncipe van deze gevallen in kennis worden gesteld.

14. Geschillen over de interpretatie of de toepassing van deze bepalingen worden door de partijen in onderling overleg behandeld in de gemengde commissie die is ingesteld bij artikel 9 van de Partnerschapsovereenkomst inzake visserij.

HOOFDSTUK IV - AANMONSTERING VAN ZEELIEDEN

1. De reders van vaartuigen voor de tonijnvisserij en vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug nemen onderdanen van de ACS-landen in dienst onder de hierna vastgestelde voorwaarden en binnen de volgende grenzen:

- op de vloot van vaartuigen voor de tonijnvisserij met de zegen wordt tijdens het seizoen waarin in de visserijzone van derde landen op tonijn wordt gevist, ten minste 20% van de zeelieden uit São Tomé en Príncipe of eventueel een ACS-land aangemonsterd;

- op de vloot van vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug wordt tijdens het seizoen waarin in de visserijzone van derde landen op tonijn wordt gevist, ten minste 20% van de zeelieden uit São Tomé en Príncipe of eventueel een ACS-land aangemonsterd;

2. De reders spannen zich in om bovenop dit aantal nog meer zeelieden uit São Tomé e Príncipe in dienst te nemen.

3. De reders kiezen de op hun vaartuigen aan te monsteren zeelui vrij uit op basis van een lijst van geschikte en gekwalificeerde zeelui, die beschikbaar is bij de gemachtigde agenten van São Tomé en Príncipe.

4. De reder of diens vertegenwoordiger deelt aan de bevoegde autoriteit van São Tomé en Príncipe de namen van de op het betrokken vaartuig aangemonsterde zeelui mee, met vermelding van hun functie in de bemanning.

5. De verklaring van de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO) over de fundamentele beginselen en rechten op het werk is van rechtswege van toepassing op zeelieden die zijn aangemonsterd op vaartuigen van de Europese Unie. Het gaat daarbij met name om de vrijheid van vereniging, de effectieve erkenning van het recht op collectieve onderhandeling van werknemers en de bestrijding van discriminatie op het gebied van werk en beroep.

6. De arbeidsovereenkomsten van de zeelieden uit São Tomé en Príncipe en de ACS-landen, waarvan het ministerie van Arbeid, het ministerie van Visserij en de ondertekenende partijen een afschrift ontvangen, worden gesloten tussen de vertegenwoordiger(s) van de reders en de zeelieden en/of hun vakverenigingen of vertegenwoordigers. Die overeenkomsten garanderen de zeelieden de aansluiting bij de socialezekerheidsregeling die op hen van toepassing is, overeenkomstig het geldende recht, met inbegrip van een levens-, ziekte- en ongevallenverzekering.

7. Het loon van de zeelieden komt ten laste van de reder. Het loon wordt vastgesteld in onderling overleg tussen de reders of hun vertegenwoordigers en de zeelieden en/of hun vakverenigingen of hun vertegenwoordigers. De bezoldigingsvoorwaarden van de zeelieden mogen evenwel niet ongunstiger zijn dan die welke worden toegepast voor bemanningen uit hun land, en mogen in geen geval ongunstiger zijn dan de IAO-normen.

8. Alle op de vaartuigen van de Europese Unie aangemonsterde zeelieden moeten zich daags vóór de afgesproken datum van aanmonstering melden bij de kapitein van het aangewezen vaartuig. Als de zeeman zich niet op de voor de aanmonstering vastgestelde datum en tijd meldt, wordt de reder automatisch ontheven van zijn plicht die zeeman aan te monsteren.

9. Als om andere dan de in het vorige punt genoemde redenen geen zeelieden uit São Tomé en Príncipe of de ACS-landen worden aangemonsterd, moeten de reders van de betrokken vaartuigen voor elke dag van de visreis in de wateren van São Tomé en Príncipe een forfaitair bedrag van 20 dollar per vaartuig betalen. Dit bedrag wordt uiterlijk op de in hoofdstuk I, afdeling 2, punt 4, van deze bijlage vastgestelde datum betaald.

10. Het bedrag wordt gebruikt voor de opleiding van ACS-zeelieden-vissers en wordt overgemaakt op de door de autoriteiten van São Tomé en Príncipe opgegeven rekening.

HOOFDSTUK V - WAARNEMERS

1. De vaartuigen van de Europese Unie die in het kader van dit protocol in de wateren van São Tomé en Príncipe vissen, nemen overeenkomstig de onderstaande bepalingen waarnemers aan boord die zijn aangewezen door het ministerie van Visserij van São Tomé en Príncipe.

1.1 Op verzoek van de bevoegde autoriteiten van São Tomé en Príncipe nemen de vaartuigen van de Europese Unie een door deze autoriteit aangewezen waarnemer aan boord, die de in de wateren van São Tomé e Príncipe gedane vangsten moet controleren.

1.2 De bevoegde autoriteiten van São Tomé en Príncipe stellen de lijst vast van de vaartuigen die zijn aangewezen om een waarnemer aan boord te nemen, alsmede de lijst van de waarnemers die zijn aangewezen om aan boord te gaan. Deze lijsten worden bijgewerkt. Zij worden meteen na de opstelling ervan en vervolgens, rekening houdend met de eventuele bijwerking ervan, elke drie maanden aan de Europese Commissie meegedeeld.

1.3 Bij de afgifte van de vismachtiging of uiterlijk 15 dagen vóór de datum waarop de waarnemer aan boord moet gaan, delen de bevoegde autoriteiten van São Tomé en Príncipe aan de betrokken reder of diens vertegenwoordiger de naam van de waarnemer mee die is aangewezen om aan boord te gaan van het desbetreffende vaartuig.

2. De waarnemer blijft gedurende één visreis aan boord. Op uitdrukkelijk verzoek van de bevoegde autoriteiten van São Tomé en Príncipe kan de periode aan boord, naar gelang van de verwachte gemiddelde duur van de visreizen voor een bepaald vaartuig, evenwel tot meerdere visreizen worden uitgebreid. Een dergelijk verzoek wordt door de bevoegde autoriteit gedaan bij de opgave van de naam van de waarnemer die is aangewezen om aan boord van het desbetreffende vaartuig te gaan.

3. De voorwaarden voor het aan boord nemen van de waarnemer worden door de reder of diens vertegenwoordiger en de bevoegde autoriteit in onderling overleg vastgesteld.

4. De waarnemer gaat aan en van boord in een door de reder gekozen haven. De waarnemer gaat aan boord aan het begin van de eerste visreis die na de mededeling van de lijst van aangewezen vaartuigen plaatsvindt in de wateren van São Tomé en Príncipe.

5. De betrokken reders krijgen twee weken de tijd om de data en de havens in de subregio te melden die voor het aan en van boord gaan van de waarnemers zijn vastgesteld, met dien verstande dat deze melding ten minste tien dagen van tevoren plaatsvindt.

6. Indien de waarnemer in een land buiten Sao Tomé en Principe aan boord gaat, zijn de reiskosten van de waarnemer voor rekening van de reder. Als een vaartuig dat een waarnemer aan boord heeft, de visserijzone van São Tomé en Principe verlaat, wordt alles in het werk gesteld om ervoor te zorgen dat de waarnemer zo spoedig mogelijk op kosten van de reder naar São Tomé en Principe kan terugkeren.

7. Als de waarnemer zich binnen twaalf uur na het afgesproken tijdstip nog niet op de afgesproken plaats heeft gemeld, wordt de reder automatisch ontheven van zijn verplichting om hem aan boord te nemen.

8. De waarnemer wordt aan boord als een officier behandeld. Wanneer het vaartuig zich in de wateren van São Tomé en Príncipe bevindt, verricht hij de volgende taken:

8.1 hij observeert de visserijactiviteiten van de vaartuigen;

8.2 hij controleert de positie van de vaartuigen die bij visserijactiviteiten betrokken zijn;

8.3 hij noteert welk vistuig wordt gebruikt;

8.4 hij controleert de in het logboek opgenomen gegevens over de vangsten die in de wateren van São Tomé en Príncipe zijn gedaan;

8.5 hij controleert de percentages van de bijvangsten en schat de hoeveelheden teruggegooide verhandelbare vis;

8.6 hij deelt aan zijn bevoegde autoriteit met alle geschikte middelen de visserijgegevens mee, waaronder de aan boord aanwezige hoeveelheden hoofd- en bijvangst.

9. De kapitein neemt binnen de grenzen van zijn bevoegdheid de nodige maatregelen om de fysieke en morele veiligheid van de waarnemer bij de uitoefening van zijn taken te garanderen.

10 De waarnemer krijgt alle faciliteiten die nodig zijn voor de uitoefening van zijn taken. De kapitein laat de waarnemer de communicatiemiddelen gebruiken die deze voor zijn werk nodig heeft, stelt hem de documenten ter beschikking die rechtstreeks met de visserijactiviteit van het vaartuig verband houden, met inbegrip van met name het logboek en het navigatieboek, en verleent hem toegang tot de delen van het vaartuig waar hij dient te zijn voor de uitoefening van zijn taken.

11. Tijdens zijn verblijf aan boord gedraagt de waarnemer zich als volgt:

11.1 hij zorgt ervoor dat zijn inscheping en zijn verblijf aan boord de visserijactiviteiten niet onderbreken of hinderen,

11.2 hij gaat zorgvuldig om met de goederen en de installaties aan boord van het vaartuig, en bewaart geheimhouding over alle aan het vaartuig toebehorende documenten.

12. Aan het einde van de waarnemingsperiode stelt hij, vóór hij van boord gaat, een verslag van zijn activiteiten op dat wordt overgelegd aan de bevoegde autoriteiten van São Tomé en Príncipe en waarvan een kopie wordt bezorgd aan de Europese Commissie. Hij ondertekent dat rapport in aanwezigheid van de kapitein, die er de door hem nuttig geachte opmerkingen aan kan toevoegen of laten toevoegen en daarbij zijn handtekening plaatst. De waarnemer geeft bij het verlaten van het vaartuig een kopie van het verslag aan de kapitein.

13. De reder zorgt, op zijn kosten en volgens de praktische mogelijkheden van het vaartuig, voor kost en logies van de waarnemers, die op dit punt als officier worden behandeld.

14. Het loon en de sociale premies voor de waarnemer zijn voor rekening van Sao Tomé en Principe.

HOOFDSTUK VI - CONTROLE

De vissersvaartuigen van de Europese Unie moeten de maatregelen en aanbevelingen van de ICCAT in acht nemen met betrekking tot het vistuig, de technische specificaties en andere, voor hun visserijactiviteiten geldende technische maatregelen.

1. Lijst van vaartuigen

1.1. De Europese Unie houdt een ontwerplijst bij van vaartuigen waarvoor een vismachtiging (visvergunning) is afgegeven overeenkomstig de in dit protocol vastgestelde bepalingen. Deze lijst wordt meteen na de vaststelling ervan en vervolgens na elke bijwerking ervan meegedeeld aan de voor de visserijcontrole bevoegde autoriteiten van São Tomé en Príncipe.

2. Controleprocedures

2.1 De kapitein van een vaartuig van de Europese Unie dat in de wateren van São Tomé en Príncipe mag vissen, moet iedere met de inspectie en controle van de visserijactiviteiten belaste ambtenaar van São Tomé en Príncipe het aan boord gaan toestaan en vergemakkelijken en hem bijstaan bij het vervullen van zijn taken.

2.2. Deze ambtenaren blijven niet langer aan boord dan voor het uitvoeren van hun taken nodig is.

2.3. Na elke inspectie en controle wordt aan de kapitein van het vaartuig en aan de delegatie van de Europese Commissie in Gabon een kopie van het inspectieverslag afgegeven.

2.4. Om veilige inspectieprocedures te bevorderen en onverminderd de wetgeving van Sao Tomé en Principe, moet de controle zodanig worden uitgevoerd dat de inspectieplatforms en de inspecteurs worden geïdentificeerd als door Sao Tomé en Principe gemachtigde officieren.

2.5 De kapitein van een vaartuig van de Europese Unie die zijn vangst in de in hoofdstuk III, afdeling 3, punt 2, vermelde zones van São Tomé en Príncipe overlaadt, moet de controle op deze verrichtingen door de inspecteurs van São Tomé e Príncipe toestaan en vergemakkelijken.

HOOFDSTUK VII - INBREUKEN

1.1 Wanneer bij een inspectie een inbreuk door een vaartuig van de Europese Unie wordt vastgesteld, stellen de bevoegde autoriteiten van São Tomé en Príncipe de vlaggenstaat en de Europese Commissie daarvan uiterlijk binnen 24 uur schriftelijk in kennis.

1.2 Tezelfdertijd ontvangen de vlaggenstaat en de Europese Commissie een beknopt verslag over de omstandigheden van en de redenen voor deze vaststelling.

2. Proces-verbaal van de inspectie

2.1 De kapitein van het vaartuig ondertekent het proces-verbaal waarin de geconstateerde feiten door de bevoegde autoriteit van São Tomé en Príncipe zijn opgetekend.

2.2 Deze ondertekening heeft geen consequenties ten aanzien van de rechten en de middelen die de kapitein te zijner verdediging kan doen gelden met betrekking tot de vermoedelijke overtreding die hem ten laste wordt gelegd.

2.3 De kapitein brengt zijn vaartuig naar de door de autoriteiten van São Tomé en Príncipe opgegeven haven. Bij een lichte overtreding kan de bevoegde autoriteit van São Tomé en Príncipe het aangehouden vaartuig toestaan zijn visserijactiviteiten voort te zetten.

3. Overlegvergadering bij inbreuk

3.1 Voordat ten aanzien van de kapitein, de bemanning, de lading of de uitrusting van het vaartuig maatregelen in overweging worden genomen - tenzij het maatregelen betreft om bewijsmateriaal over de vermoedelijke overtreding veilig te stellen - wordt één werkdag na ontvangst van de hierboven bedoelde gegevens een overlegvergadering gehouden tussen de Europese Commissie en de bevoegde autoriteiten van São Tomé en Príncipe, eventueel in aanwezigheid van een vertegenwoordiger van de betrokken lidstaat.

3.2 Tijdens dit overleg verstrekken de partijen elkaar alle documenten of inlichtingen die de omstandigheden van de geconstateerde feiten kunnen helpen ophelderen. De reder of zijn vertegenwoordiger wordt in kennis gesteld van de resultaten van dit overleg en van alle maatregelen die naar aanleiding van de aanhouding van het vaartuig kunnen worden getroffen.

4. Afwikkeling van de aanhouding

4.1. Behalve in de gevallen waarin het strafrecht voorziet, wordt er, voordat een gerechtelijke procedure wordt ingeleid, naar gestreefd de vermoedelijke overtreding via een schikkingsprocedure af te handelen. Deze procedure moet uiterlijk binnen drie werkdagen na de aanhouding zijn afgewikkeld.

4.2. Bij de schikkingsprocedure wordt het bedrag van de boete vastgesteld overeenkomstig de regelgeving van São Tomé en Príncipe.

4.3. Als de zaak niet volgens een schikkingsprocedure kan worden afgehandeld en door een bevoegde rechterlijke instantie in behandeling moet worden genomen, stelt de reder bij een door de bevoegde autoriteiten van São Tomé en Príncipe opgegeven bank een bankgarantie die wordt vastgesteld met inachtneming van de met de aanhouding gepaard gaande kosten, de boetesom en de vergoedingen die moeten worden betaald door degenen die verantwoordelijk zijn voor de overtreding.

4.4. De bankgarantie wordt niet vrijgegeven voordat de gerechtelijke procedure is voltooid. De bankgarantie wordt vrijgegeven wanneer de procedure niet tot een veroordeling heeft geleid. Als bij veroordeling de boete kleiner is dan de gestelde bankgarantie, geven de bevoegde autoriteiten van São Tomé en Príncipe het saldo na de uitspraak vrij.

4.5. Het vaartuig wordt vrijgegeven en de bemanning wordt gemachtigd de haven te verlaten:

- zodra aan de bij de schikkingsprocedure vastgestelde verplichtingen is voldaan, of

- zodra, in afwachting van de afronding van de gerechtelijke procedure, een bankgarantie als bedoeld in punt 4.3 hierboven is gesteld en deze door de bevoegde autoriteiten van São Tomé en Príncipe is aanvaard.

AANHANGSELS

1 - Formulier voor de aanvraag van vismachtigingen

2 - Logboek

3 – Coördinaten van het gebied waar niet mag worden gevist

4 - Melding van de VMS-gegevens aan São Tomé en Príncipe.

5 – Grenzen van de EEZ van São Tomé en Príncipe - Coördinaten van de EEZ

6 – Coördinaten van het CVT van São Tomé en Príncipe

7 – Coördinaten van de CVT's van de lidstaten van de Europese Unie die onder het protocol bij de Partnerschapsovereenkomst inzake visserij vallen

Aanhangsel 1

MINISTERIE VOOR VISSERIJ VAN SÃO TOMÉ EN PRÍNCIPE

AANVRAAG VAN EEN VISMACHTIGING VOOR BUITENLANDSE VAARTUIGEN VOOR DE INDUSTRIËLE VISSERIJ

1. Naam van de reder:

2. Adres van de reder:

3. Naam van de vertegenwoordiger of de plaatselijke zaakgelastigde van de reder:

4. Adres van de vertegenwoordiger of de plaatselijke zaakgelastigde van de reder:

5. Naam van de kapitein:

6. Naam van het vaartuig:

7. Registratienummer:

8. Faxnummer:

9. E-mailadres:

10. Radiocode:

11. Bouwjaar en plaats van constructie:

12. Vlaggenstaat:

13. Haven van registratie:

14. Uitrustingshaven:

15. Lengte (over alles):

16. Breedte:

17. Brutotonnage:

18. Inhoud van het scheepsruim:

19. Koel- en vriescapaciteit:

20. Motortype en -vermogen:

21. Vistuig:

22. Aantal zeelieden:

23. Communicatiesysteem:

24. Roepnaam:

25. Herkenningstekens:

26. Uit te voeren visserijactiviteiten:

27. Plaats van aanlanding:

28. Visserijzones:

29. Soorten waarop zal worden gevist:

30. Geldigheidsduur:

31. Bijzondere voorwaarden:

Advies van het directoraat-generaal Visserij en maritieme zaken:

Opmerkingen van het voor visserij bevoegde ministerie:

Aanhangsel 2

VISSERIJLOGBOEK |

Beug Levend aas Zegennet Trawlnetten Andere |

Vlaggenstaat: ……………………………………………………………………........................... | Capaciteit (MT): ……………………………………………........ |

Registratienummer: ………………………………………………………………................................... | Kapitein: ……………………………………………………….... |

Reder: ………………………………………………………….......................... | Aantal bemanningsleden: ….…………………………………………………........................ |

Adres: ………………………………………………………………………….... | Datum van het verslag: ………………………………………...... |

(Auteur van het verslag): ………………………………………………................................. | Aantal dagen op zee: | Aantal visdagen: Aantal uitzetten: | Nummer visreis: |

Datum | Sector | Temp. opper-vlakte-water (ºC) | Visserijinspanning Gebruikt aantal haken | Capturas (Vangsten) | Isco usado na pesca (Gebruikt aas) |

1 - Gebruik één blad per maand en één regel per dag. | 3 - Met "dag" wordt bedoeld de dag van het uitzetten van de beuglijn. | 5 - Onderste regel -aangeland gewicht- pas invullen aan het einde van de reis. Op te geven is het daadwerkelijke gewicht bij het lossen van het vaartuig. |

2 - Na afloop van elke reis een afschrift van het formulier bezorgen aan uw correspondent of aan ICCAT, Calle Corazón de María, 8, 28002 Madrid Spanje | 4 - "Visserijzone" betekent de positie van het vaartuig. Minuten afronden en breedte- en lengtegraden opgeven. N/Z en O/W vermelden. | 6 - Alle gegevens van dit logboek worden strikt vertrouwelijk behandeld. |

Aanhangsel 3

[pic]

Aanhangsel 4

MELDING VAN DE VMS-GEGEVENS AAN SÃO TOMÉ EN PRÍNCIPE

Tabel II – FORMAAT VAN DE VMS-GEGEVENS

Gegeven | Code | Opmerkingen |

Header | SR | Systeeminformatie - geeft het begin van de record aan |

Geadresseerde | AD | Berichtinformatie - geadresseerde. ISO-alfa-3-landcode |

Afzender | FR | Berichtinformatie - verzender. ISO-alfa-3-landcode |

Vlaggenstaat | FS |

Berichttype | TM | Berichtinformatie - berichttype “POS” |

Radioroepnaam | RC | Vaartuiginformatie - internationale radioroepnaam van het vaartuig |

Intern referentienummer van de overeenkomstsluitende partij | IR | Vaartuiginformatie - uniek volgnummer van de overeenkomstsluitende partij (ISO3-code van de vlaggenstaat, gevolgd door een nummer) |

Extern registratienummer | XR | Vaartuiginformatie - kenteken aangebracht op de romp van het vaartuig |

Breedtegraad | LA | Positie-informatie - positie in graden en minuten N/Z GGMM (WGS-84) |

Lengtegraad | LO | Positie-informatie - positie in graden en minuten O/W GGGMM (WGS-84) |

Vaarrichting | CO | Vaarrichting van het vaartuig, op een schaal van 360° |

Snelheid | SP | Vaarsnelheid van het vaartuig in tienden van knopen |

Datum | DA | Positie-informatie - datum van registratie van de positie in UTC (JJJJMMDD) |

Tijdstip | TI | Positie-informatie - tijdstip van registratie van de positie in UTC (UUMM) |

Einde record | ER | Systeeminformatie — geeft het einde van de record aan |

Tekenset: ISO 8859.1

De structuur van de gegevenstransmissie is als volgt:

- een dubbele schuine streep (//) en een code geven het begin van de transmissie aan,

- een enkele schuine streep (/) fungeert als separator tussen code en gegeven.

De facultatieve gegevens moeten worden opgenomen tussen het begin en het einde van de record.

Formaat voor de melding van de vangsten en verslagen van de vissersvaartuigen

Verslag "Vangst bij binnenvaren van de EEZ"

Verslag "Vangst bij overlading"

Verslag "Vangst bij verlaten van de EEZ"

Aanhangsel 5

GRENZEN VAN DE EEZ VAN SÃO TOMÉ EN PRÍNCIPE

COÖRDINATEN VAN DE EEZ

http://www.un.org/Depts/los/LEGISLATIONANDTREATIES/losic/losic9ef.pdf

Aanhangsel 6

GEGEVENS VAN HET CVT VAN SÃO TOMÉ EN PRÍNCIPE

Naam van het CVT:

Tel. VMS:

Fax VMS:

E-mail VMS:

Tel. DSPG:

Fax DSPG:

Adres X25 =

Meldingen van het binnenvaren/uitvaren:

Aanhangsel 7

GEGEVENS VAN DE CVT'S VAN DE LIDSTATEN VAN DE EUROPESE UNIE DIE ONDER HET PROTOCOL BIJ DE PARTNERSCHAPSOVEREENKOMST INZAKE VISSERIJ EU/ SÃO TOMÉ EN PRÍNCIPE VALLEN

FINANCIEEL MEMORANDUM

1. KADER VAN HET VOORSTEL/INITIATIEF

1.1. Benaming van het voorstel/initiatief

1.2. Betrokken beleidsterrein(en):

1.3. Aard van het voorstel/initiatief

1.4. Doelstelling(en)

1.5. Motivering van het voorstel/initiatief

1.6. Duur van de actie en van de financiële gevolgen

1.7. Beheersvorm(en)

2. BEHEERSMAATREGELEN

2.1. Regels inzake het toezicht en de verslagen

2.2. Beheers- en controlesysteem

2.3. Maatregelen ter voorkoming van fraude en onregelmatigheden

3. GERAAMDE FINANCIËLE GEVOLGEN VAN HET VOORSTEL/INITIATIEF

3.1. Rubriek(en) van het meerjarige financiële kader en betrokken begrotingsonderde(e)l(en) van de uitgaven

3.2. Geraamde gevolgen voor de uitgaven

3.2.1. Samenvatting van de geraamde gevolgen voor de uitgaven

3.2.2. Geraamde gevolgen voor de beleidskredieten

3.2.3. Geraamde gevolgen voor de administratieve kredieten

3.2.4. Verenigbaarheid met het huidige meerjarige financiële kader

3.2.5. Bijdrage van derden aan de financiering

3.3. Geraamde gevolgen voor de ontvangsten

KADER VAN HET VOORSTEL/INITIATIEF

Benaming van het voorstel/initiatief

Voorstel voor een besluit van de Raad betreffende de sluiting van een nieuw protocol tot vaststelling van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie waarin is voorzien bij de Partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Gemeenschap en de Democratische Republiek São Tomé en Principe

Betrokken beleidsterrein(en) in de ABM/ABB-structuur[9]

11. - Maritieme zaken en visserij

11.03 - Internationale visserij en zeerecht

Aard van het voorstel/initiatief

( Het voorstel/initiatief betreft een nieuwe actie

( Het voorstel/initiatief betreft een nieuwe actie na een proefproject/een voorbereidende actie[10]

X Het voorstel/initiatief betreft de verlenging van een bestaande actie

( Het voorstel/initiatief betreft een actie die wordt omgebogen naar een nieuwe actie

Doelstellingen

De met het voorstel/initiatief beoogde strategische meerjarendoelstelling(en) van de Commissie

In het kader van haar exclusieve bevoegdheid voor de onderhandelingen over bilaterale visserijovereenkomsten heeft de Commissie tot taak te onderhandelen over partnerschapsovereenkomsten inzake visserij en dergelijke overeenkomsten te sluiten en ten uitvoer te leggen, waarbij zij een politieke dialoog tussen de partners op het gebied van het visserijbeleid van de betrokken derde landen zeker stelt.

Het onderhandelen over en het sluiten van visserijovereenkomsten met derde landen passen bij de algemene doelstelling, namelijk de visserijactiviteiten van de vloot van de Europese Unie, inclusief de verre vloot, in stand te houden en te beschermen en de betrekkingen in het kader van een partnerschap te ontwikkelen om de duurzame exploitatie van de visbestanden buiten de EU-wateren te stimuleren, rekening houdend met ecologische, sociale en economische aspecten.

De Partnerschapsovereenkomsten inzake visserij zorgen eveneens voor coherentie tussen de beginselen van het gemeenschappelijk visserijbeleid en de verbintenissen in het kader van andere Europese beleidslijnen (duurzame exploitatie van de visbestanden van derde landen, bestrijding van illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij (IOO), integratie van de partnerlanden in de wereldeconomie en een beter politiek en financieel visserijbestuur).

Specifieke doelstelling(en) en betrokken ABM/ABB-activiteiten

Specifieke doelstelling nr. 1[11]

Bijdragen tot een duurzame visserij in de wateren buiten de Unie, de Europese aanwezigheid in de verre visserijen handhaven en de belangen van de Europese visserijsector en de consument beschermen door het onderhandelen over en het sluiten van Partnerschapsovereenkomsten inzake visserij met kuststaten (derde landen), in samenhang met andere Europese beleidslijnen.

In het specifieke geval van het nieuwe protocol met de Republiek São Tomé en Principe zijn de vangsten voor de Europese tonijnvloot vastgesteld op een referentiehoeveelheid van 7 000 ton per jaar. De eenheidskosten zijn vastgesteld op 100 euro/ton, waarvan 65 euro/ton uit de EU-begroting wordt betaald en 35 euro/ton door de exploitanten wordt betaald.

Betrokken AMB/ABB-activiteit(en)

Maritieme zaken en visserij, internationale visserij en zeerecht, internationale visserijovereenkomsten (begrotingsonderdeel 11.0301)

Verwachte resulta(a)t(en) en gevolg(en)

Vermeld de gevolgen die het voorstel/initiatief zou moeten hebben op de begunstigden/doelgroepen.

1. De sluiting van het nieuwe visserijprotocol EU/ São Tomé en Principe draagt ertoe bij dat de vangstmogelijkheden voor de Europese vaartuigen in de wateren van derde landen, met name voor de tonijnvloot, voor de periode 2011-2013 worden gehandhaafd. Het protocol draagt bij tot de handhaving van de continuïteit van de visserijzones die worden bestreken door alle overeenkomsten in de Golf van Guinee.

2. Via financiële steun (ondersteuning van de sector) voor de tenuitvoerlegging van op nationaal niveau door het partnerland vastgestelde jaarlijkse en meerjarige programma's draagt het protocol voorts bij tot een beter beheer en een betere instandhouding van de visbestanden.

Resultaat- en effectindicatoren

Vermeld de indicatoren aan de hand waarvan kan worden nagegaan in hoeverre het voorstel/initiatief is uitgevoerd.

Voor de follow-up van de uitvoering van de overeenkomst worden in de context van het ABM (activiteitengestuurd beheer) de volgende indicatoren gehanteerd:

- controle van de jaarlijkse benutting van de vangstmogelijkheden (percentage van de per jaar gebruikte vismachtigingen ten opzichte van de door het protocol geboden mogelijkheden);

- verzameling en analyse van gegevens over de vangsten en de handelswaarde van de overeenkomst (hoeveelheid in ton en jaarlijkse ontwikkeling ten opzichte van de in het protocol vastgestelde referentiehoeveelheid);

Op geaggregeerd niveau met andere partnerschapsovereenkomsten tussen de EU en derde landen, kunnen de volgende indicatoren worden gebruikt in het kader van een meerjarige analyse:

- bijdrage aan de werkgelegenheid en de toegevoegde waarde in de EU;

- bijdrage aan de stabiliteit van de EU-markt.

Voorts wordt in het kader van de partnerschapsdialoog ook voorgesteld de volgende indicator te gebruiken:

- aantal technische vergaderingen en bijeenkomsten van de gemengde commissie.

Motivering van het voorstel/initiatief

Behoefte(n) waarin op korte of lange termijn moet worden voorzien

Het protocol bij de visserijovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Democratische Republiek São Tomé en Principe voor de periode 2006-2010 is op 31 mei 2010 afgelopen. Het nieuwe protocol dekt in principe de periode 2011-2013, op voorwaarde dat de procedure inzake de goedkeuring van het besluit van de Raad betreffende de voorlopige toepassing van het protocol, die parallel loopt aan de onderhavige procedure, zo spoedig mogelijk wordt afgerond.

Met het nieuwe protocol wordt een kader verschaft voor de visserijactiviteit van de Europese vloot zodat de reders vanaf 2011 vismachtigingen in de EEZ van São Tomé en Principe kunnen verkrijgen.

Eén van de andere doelstellingen van het nieuwe protocol is het versterken van de samenwerking tussen de EU en São Tomé en Principe met het oog op de ontwikkeling van een duurzaam visserijbeleid en de rationele exploitatie van de visbestanden in de visserijzone van São Tomé en Principe.

De belangrijkste elementen van het nieuwe protocol zijn:

- Vangstmogelijkheden: 28 vaartuigen voor de tonijnvisserij met de zegen en 12 vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug worden gemachtigd om binnen een jaarlijkse referentiehoeveelheid van 7 000 ton te vissen. Voor de toewijzing van deze vangstmogelijkheden aan de lidstaten wordt een voorstel voor een specifieke verordening van de Raad ingediend.

- Jaarlijkse financiële tegenprestatie: 682.500 euro

- Door de reders te betalen voorschotten en rechten[12]: 35 euro per ton in de visserijzone van São Tomé en Principe gevangen tonijn. De jaarlijkse voorschotten bedragen 6.625 euro per vaartuig voor de tonijnvisserij met de zegen en 2.275 euro per vaartuig voor de visserij met de drijvende beug.

Toegevoegde waarde van de communautaire steun

Als de EU geen nieuw protocol sluit, worden er particuliere overeenkomsten gesloten, waardoor de duurzaamheid van de visserij niet langer gegarandeerd is. De Europese Unie hoopt met dit protocol ook ervoor te zorgen dat São Tomé en Principe doelmatig blijft samenwerken met de EU in de regionale organisaties zoals de Internationale Commissie voor de Instandhouding van Tonijn in de Atlantische Oceaan (ICCAT).

Met de middelen van het protocol kan São Tomé en Principe eveneens de inspanningen op het gebied van strategische planning met het oog op de tenuitvoerlegging van zijn beleidslijnen op visserijgebied voortzetten en zijn capaciteit voor de bestrijding van IOO-visserij versterken, met name door de verbetering van zijn infrastructuur voor bewaking en controle op de visserijactiviteiten in zijn exclusieve economische zone (EEZ).

Voorts schept de visserijovereenkomst werkgelegenheid voor zeelieden uit de EU en uit derde landen. De visserijovereenkomst staat ook borg voor een belangrijk deel van de middelen van het sectorale visserijbeleid van de eilandengroep. Daarnaast zullen het toezicht, de controle en de bewaking dankzij de visserijovereenkomst worden versterkt.

Belangrijkste uit soortgelijke activiteiten getrokken lering

Met medewerking van een consortium van onafhankelijke consultants is in mei 2010 een diepgaande evaluatie van het protocol 2006-2010 uitgevoerd met het oog op de onderhandelingen over het nieuwe protocol.

Met betrekking tot de belangen van de EU waren de conclusies van de evaluatie vooraf als volgt:

- de visserijovereenkomst met São Tomé en Principe speelt in op de behoeften van de Europese vloten en zal daardoor bijdragen tot de levensvatbaarheid van de EU-sector van de tonijnvisserij in de Atlantische Oceaan.

- er wordt aangenomen dat het aan de overeenkomst gehechte protocol kan bijdragen tot de levensvatbaarheid van de Europese visserij; het biedt de vaartuigen en visserijsectoren van de Europese Unie die van dat protocol afhankelijk zijn, namelijk een stabiel juridisch kader en een perspectief op middellange termijn.

Wat betreft de belangen die São Tomé en Principe bij de overeenkomst heeft, waren de belangrijkste conclusies van de evaluatie als volgt:

- de visserijovereenkomst kan de institutionele capaciteit van de visserijsector versterken doordat ze een verbetering tot stand brengt op de volgende gebieden: onderzoek, toezicht, controle en bewaking, opleiding en levensvatbaarheid van de ambachtelijke visserij;

- de visserijovereenkomst zal ook belangrijke gevolgen hebben voor de budgettaire en de politieke stabiliteit van het land.

Afgezien van de directe marktwaarde van de vangsten voor de betrokken vaartuigen, kan de overeenkomst de volgende duidelijke voordelen bieden:

- werkzekerheid voor de bemanningen van de vissersvaartuigen;

- een multiplicatoreffect op de werkgelegenheid in de havens, de visafslagen, de verwerkende bedrijven, de scheepswerven, de dienstensector, enz.;

- werkgelegenheid scheppen in regio's waar geen alternatief is voor de visserij;

- bijdrage aan de voorziening van de EU-markt met visserijproducten.

Uit het evaluatieverslag[13] blijkt dat de overeenkomst op positieve wijze bijdraagt tot de aanwezigheid van vaartuigen voor de tonijnvisserij met de zegen, maar dat ze een slechts marginale invloed heeft op de aanwezigheid van vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug. De bijdrage van de overeenkomst aan het veilig stellen van de activiteiten van de vloot van de EU blijkt groot voor de tonijnsector, ook al vindt die visserij slechts enkele maanden per jaar plaats.

Bij de nieuwe overeenkomst is met deze aanbevelingen in die zin rekening gehouden dat er alleen vismachtigingen voor de tonijnvisserij zullen worden toegekend. Bovendien zijn de vangstmogelijkheden ten opzichte van het vorige protocol voor de visserij met de drijvende beug van 18 op 12 gebracht, rekening houdend met de traditionele benutting van de afgelopen jaren voor deze categorie. Voorts is het aantal beschikbare vergunningen voor de visserij met de zegen licht verhoogd om de recente migratie van bepaalde marktdeelnemers van de Indische Oceaan naar de Atlantische Oceaan als gevolg van piraterij te ondervangen.

Voorts was een verlaging van de referentiehoeveelheid (van 8 500 tot 7 000 ton/jaar) nodig om beter in te spelen op de trends van de afgelopen jaren. Rekening houdend met de behoeften in de visserijsector van de Democratische Republiek São Tomé en Principe zijn de middelen voor de sectorale steun evenwel verhoogd ten opzichte van het vorige protocol.

De jaarlijkse financiële tegenprestatie is met 19.500 euro verhoogd (+ 2,94%) ten opzichte van het vorige protocol (2006-2010).

Samenhang en eventuele synergie met andere relevante instrumenten

De middelen uit hoofde van de partnerschapsovereenkomsten inzake visserij vormen fungibele inkomsten in de begrotingen van de derde partnerlanden. Voorwaarde voor de sluiting en de follow-up van de partnerschapsovereenkomsten inzake visserij is evenwel dat een deel van deze middelen voor de tenuitvoerlegging van acties in het kader van het sectorale beleid van het land wordt bestemd. Deze financiële middelen zijn verenigbaar met andere financieringsbronnen van andere internationale geldschieters voor de uitvoering van projecten en/of programma's op nationaal niveau in de visserijsector. Andere eventueel door het EOF gecofinancierde acties zouden ook verenigbaar kunnen zijn met die in het kader van de jaarlijkse en meerjarige planning van het sectorale beleid van het land; in dat geval zal een algemene analyse worden verricht van de resultaten van de in punt 2.1 hieronder bedoelde jaarlijkse uitvoering.

Duur van de actie en van de financiële gevolgen

X Voorstel/initiatief met een beperkte geldigheidsduur.

X - Voorstel/initiatief dat van kracht is voor een periode van drie jaar met ingang van de datum van goedkeuring van het besluit van de Raad betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie, en de voorlopige toepassing van het protocol tot vaststelling van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie waarin is voorzien bij de Partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Gemeenschap en de Democratische Republiek São Tomé en Principe.

X Financiële gevolgen van 2011 tot en met 2013

( Voorstel/initiatief met een onbeperkte geldigheidsduur

- Uitvoering met een opstartperiode vanaf [AAAA] tot en met [AAAA],

- gevolgd door een volledige uitvoering.

Beheersvorm(en) [14]

X Direct gecentraliseerd beheer door de Commissie

( Indirect gecentraliseerd beheer door uitvoeringstaken te delegeren aan:

- ( uitvoerende agentschappen

- ( door de Gemeenschappen opgerichte organen[15]

- ( nationale publiekrechtelijke organen of organen met een openbaredienstverleningstaak

- ( personen aan wie de uitvoering van specifieke acties in het kader van titel V van het Verdrag betreffende de Europese Unie is toevertrouwd en die worden genoemd in het betrokken basisbesluit in de zin van artikel 49 van het Financieel Reglement

( Gedeeld beheer met de lidstaten

( Gedecentraliseerd beheer met derde landen

( Gezamenlijk beheer met internationale organisaties (geef aan welke)

Verstrek, indien meer dan één beheersvorm is aangekruist, extra informatie onder "Opmerkingen".

Opmerkingen

[…]

BEHEERSMAATREGELEN

Regels inzake het toezicht en de verslagen

Vermeld frequentie en voorwaarden.

De Commissie (DG MARE, in samenwerking met de delegatie van de Europese Unie te Gabon, eveneens belast met São Tomé en Principe) zal regelmatig toezicht houden op de uitvoering van dit protocol, met name wat betreft het gebruik van de vangstmogelijkheden door de marktdeelnemers en de gegevens over de vangsten.

Voorts voorziet de Partnerschapsovereenkomst inzake visserij in ten minste één jaarlijkse bijeenkomst van de gemengde commissie waarop de Commissie en de belanghebbende lidstaten bijeenkomen met het derde land om de tenuitvoerlegging van de Overeenkomst en het protocol daarbij te bespreken.

Met betrekking tot de tenuitvoerlegging van de sectorale steun is in het protocol bepaald dat beide partijen elk jaar de resultaten van de tenuitvoerlegging van het sectorale meerjarenprogramma evalueren. Het protocol voorziet in de mogelijkheid om de financiële tegenprestatie voor de sectorale steun aan te passen ingeval uit deze evaluatie zou blijken dat de gefinancierde doelstellingen niet op bevredigende wijze zijn verwezenlijkt.

Beheers- en controlesysteem

Geconstateerde risico's

De invoering van een protocol bij de visserijovereenkomst gaat gepaard met een aantal risico's, bijvoorbeeld: het kan gebeuren dat de bedragen voor de financiering van het sectorale visserijbeleid niet de afgesproken bestemming krijgen (onderprogrammering).

Controlemiddel(en)

Om de in het voorgaande punt genoemde risico’s te vermijden is een intensieve dialoog over de programmering en de uitvoering van het sectorale visserijbeleid gepland. De in punt 2.1 genoemde gezamenlijke analyse maakt eveneens deel uit van deze controlemiddelen.

Voorts voorziet het protocol in specifieke bepalingen voor de opschorting ervan, onder bepaalde voorwaarden en in bepaalde omstandigheden.

Maatregelen ter voorkoming van fraude en onregelmatigheden

Vermeld de bestaande en geplande preventie- en beschermingsmaatregelen.

Voor het gebruik van de door de EU in het kader van de overeenkomst betaalde financiële bijdrage is uitsluitend het betrokken soevereine derde land verantwoordelijk. Dit neemt niet weg dat de Commissie zal streven naar een permanente politieke dialoog en overleg om het beheer van de overeenkomst te verbeteren en de bijdrage van de EU aan het duurzaam beheer van de visserijrijkdommen te vergroten. Onder alle omstandigheden gelden voor alle betalingen die de Commissie in het kader van een visserijovereenkomst verricht, de normale begrotings- en financieringsvoorschriften en -procedures van de Commissie. Op grond hiervan moeten met name de bankrekeningen van het derde land waarop de bedragen van de financiële tegenprestatie worden gestort, volledig kunnen worden geïdentificeerd. In het specifieke geval van het onderhavige protocol is in artikel 2, lid 8, bepaald dat de totale financiële tegenprestatie wordt overgemaakt op een rekening van de schatkist bij de Centrale Bank van São Tomé en Príncipe.

GERAAMDE FINANCIËLE GEVOLGEN VAN HET VOORSTEL/INITIATIEF

Rubriek(en) van het meerjarige financiële kader en betrokken begrotingsonderde(e)l(en) van de uitgaven

- Bestaande begrotingsonderdelen

In volgorde van de rubrieken van het meerjarige financiële kader en de begrotingsonderdelen.

Rubriek van het meerjarige financiële kader | Begrotingsonderdeel | Soort uitgave | Deelname |

Nummer [Omschrijving……………………………………] | GK/ NGK[16] | van EVA-landen[17] | van kandidaat-lidstaten[18] | van derde landen | in de zin van artikel 18, lid 1 bis, van het Financieel Reglement |

2 | 11.0301 Internationale visserijovereenkomsten | GK | NEEN | NEEN | NEEN | NEEN |

- Te creëren nieuwe begrotingsonderdelen

(niet van toepassing)

In volgorde van de rubrieken van het meerjarige financiële kader en de begrotingsonderdelen.

Rubriek van het meerjarige financiële kader | Begrotingsonderdeel | Soort uitgave | Deelname |

Nummer [Omschrijving……………………………………] | GK/ NGK | van EVA-landen | van kandidaat-lidstaten | van derde landen | in de zin van artikel 18, lid 1 bis, van het Financieel Reglement |

[…] | [XX.YY.YY.YY] […] | […] | JA/NEEN | JA/NEEN | JA/NEEN | JA/NEEN |

Geraamde gevolgen voor de uitgaven

Samenvatting van de geraamde gevolgen voor de uitgaven

in miljoen euro (tot op 4 decimalen)

Rubriek van het meerjarige financiële kader | 2 | Instandhouding en beheer van de natuurlijke hulpbronnen |

in miljoen euro (tot op 3 decimalen)

( Formatieplaatsen (ambtenaren en tijdelijke functionarissen) |

xx 01 01 01 (zetel en vertegenwoordigingen van de Commissie) | 0,3 | 0,3 | 0,3 | 0 |

XX 01 01 02 (delegaties) | 0,1 | 0,1 | 0,1 | 0 |

XX 01 05 01 (indirect onderzoek) | 0 | 0 | 0 | 0 |

10 01 05 01 (direct onderzoek) | 0 | 0 | 0 | 0 |

( Extern personeel (in voltijdsequivalent (VTE)[28] |

XX 01 02 01 (AC, END, INT van de totale toewijzing) | 0 | 0 | 0 | 0 |

XX 01 02 02 (AC, AL, END, INT en JED in de delegaties) | 0,2 | 0,2 | 0,2 | 0 |

10 01 05 02 (AC, END, INT direct onderzoek) |

Ander begrotingsonderdeel (specificeer) |

TOTAAL | 0,6 | 0,6 | 0,6 | 0 |

- XX is het beleidsterrein of de begrotingstitel

De benodigde personele middelen zullen worden gefinancierd uit de middelen die reeds voor het beheer van deze actie zijn toegewezen en/of binnen het DG zijn herverdeeld, eventueel aangevuld met middelen die in het kader van de jaarlijkse toewijzingsprocedure met inachtneming van de budgettaire beperkingen aan het beherende DG kunnen worden toegewezen.

Raming personele middelen:

Ambtenaren en tijdelijk personeel | 1 desk officer DG MARE + eenheidshoofd/adjunct-eenheidshoofd + secretariaat: geraamd op 0,3 personen/jaar in totaal 1 afdelingshoofd, 1 ambtenaar in een delegatie: geraamd op 0,1 personen/jaar in totaal Berekening van de kosten: (0,3 +0,1) personen/jaar x 122 000 euro/jaar = 48 800 euro |

Extern personeel | 1 AC in een delegatie (Gabon) die verantwoordelijk is voor de follow-up van de vismachtigingen die zijn afgegeven aan/door de autoriteiten van São Tomé en Principe Berekening van de kosten: 0,2 personen/jaar x 64 000 euro/jaar = 12 800 euro |

Berekening van de totale personele middelen per jaar: 48 800 euro + 12 800 euro = 61 600 euro => 0,062 miljoen euro

Beschrijving van de uit te voeren taken:

- De onderhandelaar helpen bij het voorbereiden en afronden van de onderhandelingen over de visserijovereenkomsten:

- aan de onderhandelingen met de derde landen deelnemen teneinde visserijovereenkomsten te sluiten,

- ontwerpevaluatieverslagen en nota's met onderhandelingsstrategieën opstellen voor de Commissaris,

- het standpunt van de Commissie toelichten en verdedigen in de werkgroep “Externe visserij” van de Raad,

- bijdragen aan een compromis met de betrokken lidstaten over de definitieve tekst van de overeenkomst.

- Controle op de uitvoering van de overeenkomsten:

- zorgen voor het dagelijks toezicht op de visserijovereenkomsten,

- de vastleggingen en betalingen voorbereiden en controleren met betrekking tot de financiële tegenprestatie en de eventuele aanvullende specifieke bijdragen,

- regelmatig verslag uitbrengen over de uitvoering van de overeenkomsten,

- evaluatie van de overeenkomsten: wetenschappelijke en technische aspecten,

- de ontwerpvoorstellen voor een verordening en een besluit van de Raad voorbereiden en de tekst van de overeenkomst redigeren,

- de goedkeuringsprocedures inleiden en volgen.

- Technische bijstand:

- het standpunt voorbereiden dat de Commissie in de gemengde commissie zal innemen.

- Interinstitutionele betrekkingen:

- de Commissie tijdens het onderhandelingsproces vertegenwoordigen bij de Raad, het Europees Parlement en de lidstaten,

- de antwoorden op mondelinge en schriftelijke vragen van het Europees Parlement opstellen.

- Interdepartementale raadpleging en coördinatie:

- contacten onderhouden met de overige directoraten-generaal over vraagstukken in verband met de onderhandelingen over en het toezicht op de overeenkomsten,

- het organiseren van en reageren op interdepartementale raadplegingen.

- Evaluatie:

- bijdragen aan de bijwerking van de effectbeoordeling,

- de bereikte doelstellingen en de evaluatie-indicatoren analyseren.

Verenigbaarheid met het huidige meerjarige financiële kader

- x Het voorstel is verenigbaar met de bestaande financiële programmering.

- ( Het voorstel/initiatief vergt herprogrammering van de betrokken rubriek van het meerjarige financiële kader.

Zet uiteen welke herprogrammering nodig is, onder vermelding van de betrokken begrotingsonderdelen en de desbetreffende bedragen.

[…]

- ( Het voorstel/initiatief vergt toepassing van het flexibiliteitsinstrument of herziening van het meerjarige financiële kader[31]

Zet uiteen wat nodig is, onder vermelding van de betrokken begrotingsonderdelen en de desbetreffende bedragen.

[…]

Bijdrage van derden aan de financiering

- X Het voorstel/initiatief voorziet niet in medefinanciering door derden

- Het voorstel/initiatief voorziet in medefinanciering, zoals hieronder wordt geraamd:

Kredieten in miljoen euro (tot op 3 decimalen)

Jaar N | Jaar N+1 | Jaar N+2 | Jaar N+3 | zoveel jaren invullen als nodig is om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6) | Totaal |

Jaar N | Jaar N+1 | Jaar N+2 | Jaar N+3 | … zoveel jaren invullen als nodig is om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6) |

Artikel ………….. | | | | | | | | | |Vermeld voor de diverse ontvangsten die worden “toegewezen”, het (de) betrokken begrotingsonderde(e)l(en).

[…]

Vermeld de wijze van berekening van de gevolgen voor de ontvangsten.

[…]

[1] Besluit nr. 8627/10 van 21 april 2010.

[2] PB L 205 van 7 augustus 2007, blz. 59.

[3] PB C [...] van [...], blz. [...].

[4] PB C [...] van [...], blz. [...].

[5] PB L 205 van 7 augustus 2007, blz. 35.

[6] De tekst van het protocol en van het besluit betreffende de ondertekening daarvan zijn in PB … bekendgemaakt.

[7] De datum van inwerkingtreding van het protocol wordt door het secretariaat-generaal van de Raad in het Publicatieblad van de Europese Unie bekendgemaakt.

[8] PB L 286 van 29 oktober 2008, blz. 33.

[9] ABM: Activity Based Management – ABB: Activity Based Budgeting.

[10] In de zin van artikel 49, lid 6, onder a) of b), van het Financieel Reglement.

[11] p.m.: In de voor de begroting 2010 opgestelde "activity statements" betreft dit specifieke doelstelling nr. 2; zie ref. http://www.cc.cec/budg/bud/proc/adopt/_doc/_pdf/2010/apb2010-working-documents-part1-11-mare.pdf

[12] De door de reders te betalen voorschotten en rechten hebben geen invloed op de EU-begroting.

[13] Een evaluatie achteraf van het protocol 2006-2010 en een evaluatie vooraf van het toekomstige protocol.

[14] Nadere gegevens over de beheersvormen en verwijzingen naar het Financieel Reglement zijn beschikbaar op BudgWeb: http://www.cc.cec/budg/man/budgmanag/budgmanag_fr.html

[15] In de zin van artikel 185 van het Financieel Reglement.

[16] GK = gesplitste kredieten/NGK = niet-gesplitste kredieten.

[17] EVA: Europese Vrijhandelsassociatie.

[18] Kandidaat-lidstaten en, in voorkomend geval, potentiële kandidaat-lidstaten van de Westelijke Balkan.

[19] Het jaar N is het jaar waarin met de uitvoering van het voorstel/initiatief wordt begonnen.

[20] Technische en/of administratieve bijstand en uitgaven ter ondersteuning van programma's en/of acties van de EU (vroegere "BA"-onderdelen), indirect onderzoek, direct onderzoek.

[21] De financiële tegenprestatie omvat: a) 455 000 euro per jaar, wat overeenkomt met de jaarlijkse referentiehoeveelheid van 7 000 ton en b) 227 500 euro per jaar, wat overeenkomt met de steun voor de ontwikkeling van het sectorale visserijbeleid van de Republiek São Tomé en Principe. Ingeval de hoeveelheid jaarlijkse vangsten meer bedraagt dan 7 000 ton, wordt het bedrag van de financiële tegenprestatie met 65 euro per extra ton verhoogd. De EU mag jaarlijks evenwel niet meer betalen dan 910 000 euro per jaar (zie artikel 2, lid 5, van het protocol).

[22] Raming van de kosten voor controlebezoeken ter plaatse.

[23] Het jaar N is het jaar waarin met de uitvoering van het voorstel/initiatief wordt begonnen.

[24] Outputs zijn verstrekte producten en diensten (bijv. aantal gefinancierde studentenuitwisselingen, aantal km aangelegde wegen,…).

[25] Zoals beschreven in punt 1.4.2. "Specifieke doelstelling(en)…".

[26] Het jaar N is het jaar waarin met de uitvoering van het voorstel/initiatief wordt begonnen.

[27] Technische en/of administratieve bijstand en uitgaven ter ondersteuning van programma's en/of acties van de EU (vroegere "BA"-onderdelen), indirect onderzoek, direct onderzoek.

[28] AC = arbeidscontractant; AL = plaatselijk functionaris; END = gedetacheerde nationale deskundige; INT = uitzendkracht; JED = jonge deskundige in delegatie.

[29] Submaximum voor extern personeel uit beleidskredieten (vroegere “BA”-onderdelen).

[30] Structuurfondsen, Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO) en Europees Visserijfonds (EVF).

[31] Zie de punten 19 en 24 van het Interinstitutioneel Akkoord.

[32] Wat de traditionele eigen middelen betreft (douanerechten, suikerheffingen) zijn de aangegeven bedragen nettobedragen, dat wil zeggen de brutobedragen na aftrek van 25 % invorderingskosten.