22.1.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

CE 16/68


Somalië

P6_TA(2008)0569

Resolutie van het Europees Parlement van 20 november 2008 over Somalië

(2010/C 16 E/16)

Het Europees Parlement,

gezien zijn resoluties over de situatie in Somalië, in het bijzonder deze van 15 november 2007 over Somalië (1) en deze van 19 juni 2008 over Somalië: banalisering van het vermoorden van burgers (2),

gezien het verslag van Amnesty International van 1 november 2008, getiteld „The State of World's Human Rights”,

gezien de verklaring die op 8 november 2008 werd afgelegd door Radhika Coomaraswamy, speciale vertegenwoordigster van de secretaris-generaal van de Verenigde Naties voor kinderen en gewapende conflicten, waarin deze haar veroordeling uitsprak over de dood door steniging van de 13-jarige Aisha Ibrahim Duhulow,

gezien de verschillende regionale instrumenten voor mensenrechten, en met name het Afrikaanse Handvest voor mensenrechten en de rechten van volkeren van 1981 en het Protocol van 2003 daarbij inzake de rechten van vrouwen in Afrika,

gelet op artikel 115, lid 5, van zijn Reglement,

A.

overwegende dat op 27 oktober 2008 in Somalië een 13-jarig meisje, genaamd Aisha Ibrahim Duhulow, door steniging om het leven werd gebracht,

B.

overwegende dat de steniging werd uitgevoerd door een groep van 50 mannen in een stadion bij de zuidelijke haven van Kismayo, ten aanzien van ongeveer 1 000 toeschouwers,

C.

overwegende dat het meisje beschuldigd en veroordeeld werd wegens overspel, een inbreuk op het islamitisch recht, maar dat zij in feite het slachtoffer was van een verkrachting gepleegd door drie mannen,

D.

overwegende dat de militie van al-Shabab, die de stad Kismayo controleert, Aisha Ibrahim Duhulow arresteerde en het bevel gaf tot haar dood door steniging, maar de personen die van haar verkrachting werden beschuldigd niet heeft gearresteerd of in hechtenis genomen,

E.

overwegende dat binnen het stadion leden van de militie het vuur openden toen enkele mensen aanwezig in het stadion probeerden het leven van Aisha Ibrahim Duhulow te redden en dat een omstander, een jongetje, daarbij dodelijk werd getroffen,

F.

overwegende dat er geloofwaardige berichten zijn dat mensenrechtenactivisten in Kismayo doodsdreigingen hebben ontvangen van de militie van al-Shahab, die hen ervan beschuldigt valse informatie te hebben vertrekt over het incident,

G.

overwegende dat er, gelet op de dramatische situatie in Somalië en het op grote schaal uitgeoefende geweld van bepaalde facties van de Alliantie voor de Herbevrijding van Somalië (ook wel de „Islamitische Rechtbanken” genoemd), die proberen de legitieme regering van Somalië omver te werpen, in Somalië dagelijkse gruwelijke mensenrechtenschendingen plaatsvinden,

H.

overwegende dat tot deze schendingen van de mensenrechten ook de recente ontvoering moet worden gerekend van twee Italiaanse Rooms-katholieke nonnen uit Kenia, die thans in Somalië worden vastgehouden, en het toenemende aantal zelfmoordaanslagen, waarbij in de afgelopen weken tenminste 30 personen gedood werden in het noorden van het land,

I.

overwegende dat in Somalië verblijvende personeelsleden van internationale organisaties de laatste tijd het doelwit zijn geworden van geweldplegingen en moorden en overwegende dat de meeste van deze wandaden worden toegeschreven aan leden van gewapende oppositiegroepen, waaronder de militie van al-Shabab en de facties van de „Islamitische Rechtbanken”,

J.

overwegende dat islamitische rebellen openbare kastijdingen hebben uitgevoerd in de hoofdstad Mogadishu om de bevolking hun toegenomen macht te tonen,

K.

overwegende dat deze brute gewelddaden tonen welke methoden deze milities aanwenden en in ruimere zin ook welke risico's het land zou lopen in termen van schendingen van de mensenrechten, ingeval deze milities hun macht over het land zouden uitbreiden,

L.

overwegende dat de federale overgangsregering van Somalië (Transitional Federal Government — TFG) en de alliantie voor de herbevrijding van Somalië (Alliance for the Re-Liberation of Somalia — ARS), op 26 oktober 2008 in Djibouti documenten hebben ondertekend voor een staakt-het-vuren-overeenkomst, en overwegende dat de regionale leiders van de intergouvernementele autoriteit voor ontwikkeling (IGAD) een vredesplan hebben voorgesteld voor Somalië, op de speciale top in Nairobi op 28 en 29 oktober 2008,

M.

overwegende dat het noodzakelijk is steun te verlenen aan de federale overgangsregering van Somalië en haar president, de heer Abdullahi Yusuf,

1.   spreekt zijn scherpe veroordeling uit over de executie van Aisha Ibrahim Duhulow en geeft uiting aan zijn afschuw over een dergelijk barbaars optreden tegen een 13 jaar oud slachtoffer van verkrachting;

2.   doet een beroep op de regering van Somalië om haar veroordeling uit te spreken over deze executie en maatregelen te nemen om dergelijke brute executies in de toekomst te voorkomen;

3.   doet een beroep op de regering van Somalië om documenten uit te geven en verklaringen af te leggen waarbij Aisha Ibrahim Duhulow postuum in ere wordt hersteld;

4.   steunt het streven van de legitieme regering van Somalië om haar controle over de havenstad Kismayo te herwinnen en dringt erop aan dat de personen die beschuldigd zijn van de verkrachting van Aisha Ibrahim Duhulow voor de rechter worden gebracht met het oog op een behoorlijk proces;

5.   verzoekt de EU om alle nodige steun te verlenen voor de vestiging van een duurzame democratische regering in Somalië en om de regering van Somalië verder te helpen bij de vestiging van haar gezag over het gehele land, zodat daar een rechtstaat kan worden gevestigd die voldoet aan zijn internationale verplichtingen op het gebied van de mensenrechten en dergelijke executies in de toekomst zouden kunnen worden voorkomen;

6.   dringt er met klem op aan bij de Missie van de Afrikaanse Unie in Somalië (AMISOM) dat zij haar mandaat ten volle benut om de burgerbevolking te beschermen, waarbij heel bijzondere aandacht moet worden geschonken aan de vrouwen en kinderen, en dringt verder erop aan dat deze missie het mandaat krijgt om controle uit te oefenen en onderzoek te verrichten naar mensenrechtenschendingen en deze te rapporteren;

7.   doet een beroep op de autoriteiten van Somalië en Kenia om alles in het werk te stellen en de nodige politieke en diplomatieke initiatieven te nemen om de invrijheidstelling te bewerkstelligen van de twee in hechtenis genomen Italiaanse Rooms-katholieke nonnen;

8.   spreekt zijn krachtige steun uit voor de Overeenkomst van Djibouti tussen de TFG en de ARS, die een beëindiging van de vijandigheden in Somalië en de totstandkoming van een duurzame oplossing om de vrede te herstellen beoogt, zodat er een einde kan komen aan gruweldaden zoals in deze resolutie bedoeld;

9.   verzoekt zijn Voorzitter om deze resolutie te doen toekomen aan de Raad, de Commissie, de regeringen en parlementen van de lidstaten, de secretarissen-generaal van de Verenigde Naties en de Afrikaanse Unie, de regeringen van de bij de IGAD aangesloten landen, de AMISOM en de regering van Somalië.


(1)  PB C 282 E van 6.11.2008, blz. 479.

(2)  Aangenomen teksten, P6_TA(2008)0313.