52002AA0009

Advies nr. 9/2002 over de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid

Publicatieblad Nr. C 285 van 21/11/2002 blz. 0001 - 0003


Advies nr. 9/2002

over de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid

(uitgebracht krachtens artikel 248, lid 4, tweede alinea, van het EG-Verdrag)

(2002/C 285/01)

TOELICHTING

In de procedure voor de goedkeuring van de rekeningen van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw maakt de Commissie uit of uitgaven van de betaalorganen van de lidstaten ter uitvoering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid voldoen aan de relevante regelgeving en of ze definitief ten laste van de communautaire begroting kunnen worden gebracht dan wel moeten worden afgewezen.

Momenteel is afwijzing slechts toegestaan bij uitgaven die zijn gedaan maximaal 24 maanden voordat de Commissie een lidstaat meedeelt dat uitgaven op onregelmatige wijze lijken te zijn verricht. De Rekenkamer heeft van de termijn van twee jaar gezegd dat zij die onrealistisch kort acht (zo onderzoekt de diensteenheid van de Commissie voor de goedkeuring van de rekeningen alle uitgaven in een cyclus van drie jaar).

De Commissie stelt voor de retroactieve tijdslimiet te verlengen van twee tot drie jaar. Het bijgevoegde advies steunt dit voorstel en stelt geen wijzigingen voor.

DE REKENKAMER VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op de artikelen 248, lid 4, en 279,

Gelet op het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting der Europese Gemeenschappen(1), zoals gewijzigd bij Verordening (EG, EGKS, Euratom) nr. 2673/1999 van de Raad van 13 december 1999(2), en met name op de artikelen 4, 19, lid 6, en 102, lid 3,

Gezien het voorstel voor een verordening van de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1258/1999 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid(3),

Gezien het verzoek van de Commissie van 11 juni 2002 om advies van de Rekenkamer over dit voorstel,

BRENGT HET VOLGENDE ADVIES UIT:

De Rekenkamer staat positief tegenover het voorstel van de Commissie, de verordening van de Raad betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid in die zin te wijzigen dat de maximumperiode waarin uitgavencorrecties mogelijk zijn wordt verlengd van 24 tot 36 maanden voordat de Commissie de resultaten van haar verificaties schriftelijk ter kennis van de betrokken lidstaat brengt.

In speciaal verslag nr. 22/2000 over de evaluatie van de gewijzigde procedure voor de goedkeuring van de rekeningen(4) (zie paragraaf 89) wees de Rekenkamer op het negatieve effect van de regel van 24 maanden op het totale bedrag van de verrichte correcties.

Deze wijziging zal het risico verlagen dat in de lidstaten ontdekte tekortkomingen niet kunnen worden bestraft om de simpele reden dat de Commissie niet in staat was alle uitgavensectoren te bestrijken binnen een cyclus van twee jaar. Een maximum van 36 maanden komt beter overeen met de huidige capaciteit van de Commissie om alle uitgaven periodiek te controleren.

Het blijft belangrijk dat de Commissie ervoor zorgt haar bevindingen tijdig aan de lidstaten mee te delen; jammer genoeg was dit niet altijd het geval (zie het jaarverslag over het begrotingsjaar 2000, paragraaf 2.58(5)).

De Rekenkamer stelt geen wijzigingen in de Commissietekst voor. Bijgaande tabel vermeldt de door de Commissie voorgestelde wijziging en de reden voor de goedkeuring van de Rekenkamer.

Dit advies werd door de Rekenkamer te Luxemburg vastgesteld op haar vergadering van 25 en 26 september 2002.

Voor de Rekenkamer

Juan Manuel Fabra Vallés

President

(1) PB L 356 van 31.12.1977, blz. 1.

(2) PB L 326 van 18.12.1999, blz. 1.

(3) Commissiedocument 2002/0125 (CNS) - COM(2002) 293 def.

(4) PB C 69 van 2.3.2001, blz. 23.

(5) PB C 359 van 15.12.2001, blz. 77.

BIJLAGE

>RUIMTE VOOR DE TABEL>