13.7.2022   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 186/14


UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2022/1204 VAN DE COMMISSIE

van 16 juni 2022

tot oprichting van de Onderzoeksinfrastructuur voor Microbiële Hulpbronnen — Consortium voor een Europese onderzoeksinfrastructuur (MIRRI-ERIC)

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2022) 3894)

(Voor de EER relevante tekst)

(Slechts de teksten in de Franse, de Letse, de Nederlandse, de Portugese en de Spaanse taal zijn authentiek)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 723/2009 van de Raad van 25 juni 2009 betreffende een communautair rechtskader voor een Consortium voor een Europese onderzoeksinfrastructuur (ERIC) (1), en met name artikel 6, lid 1, punt a),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

België, Frankrijk, Letland, Portugal en Spanje hebben bij de Commissie een aanvraag ingediend voor de oprichting van de Onderzoeksinfrastructuur voor Microbiële Hulpbronnen — Consortium voor een Europese onderzoeksinfrastructuur (MIRRI-ERIC) (“de aanvraag”).

(2)

De aanvragers zijn overeengekomen dat Portugal de gastlidstaat van MIRRI-ERIC zal zijn.

(3)

Verordening (EG) nr. 723/2009 is bij Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 72/2015 (2) opgenomen in de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte.

(4)

De Commissie heeft, overeenkomstig artikel 5, lid 2, van Verordening (EG) nr. 723/2009, het verzoek beoordeeld en is tot de conclusie gekomen dat aan de voorwaarden van die verordening is voldaan. In de loop van de beoordeling heeft de Commissie de standpunten ingewonnen van onafhankelijke deskundigen op het gebied van de Onderzoeksinfrastructuur voor Microbiële Hulpbronnen.

(5)

De in dit besluit vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het bij artikel 20 van Verordening (EG) nr. 723/2009 ingestelde comité,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

1.   Hierbij wordt de Onderzoeksinfrastructuur voor Microbiële Hulpbronnen — Consortium voor een Europese onderzoeksinfrastructuur (MIRRI-ERIC) opgericht.

2.   De essentiële elementen van de statuten van MIRRI-ERIC zijn opgenomen in de bijlage.

Artikel 2

Dit besluit is gericht tot het Koninkrijk België, de Franse Republiek, de Republiek Letland, de Portugese Republiek en het Koninkrijk Spanje.

Gedaan te Brussel, 16 juni 2022.

Voor de Commissie

Mariya GABRIEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 206 van 8.8.2009, blz. 1.

(2)  Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 72/2015 van 20 maart 2015 tot wijziging van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst, betreffende samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden (PB L 129 van 19.5.2016, blz. 85).


BIJLAGE

ESSENTIËLE ELEMENTEN VAN DE STATUTEN VAN MIRRI-ERIC

De volgende artikelen en leden van artikelen van de statuten van MIRRI-ERIC bevatten de in artikel 6, lid 3, van Verordening (EG) nr. 723/2009 van de Raad bedoelde essentiële elementen.

1.   De naam van het ERIC

(Artikel 1 van de statuten van MIRRI-ERIC)

De naam van de onderzoeksinfrastructuur is Onderzoeksinfrastructuur voor Microbiële Hulpbronnen — Consortium voor een Europese onderzoeksinfrastructuur, hierna “MIRRI-ERIC” genoemd.

2.   De statutaire zetel

(Artikel 2 van de statuten van MIRRI-ERIC)

De statutaire zetel van MIRRI-ERIC bevindt zich in de stad Braga op het grondgebied van de Portugese Republiek, hierna “gastlidstaat van de statutaire zetel” genoemd.

3.   De taken en activiteiten van MIRRI-ERIC

(Artikel 3 van de statuten van MIRRI-ERIC)

1.

MIRRI-ERIC heeft tot taak de gebruikers van de biowetenschap en de bio-industrie te dienen door de toegang tot een breed scala aan hoogwaardige biologische hulpbronnen en gegevens te vergemakkelijken op een manier die in overeenstemming is met de wettelijke voorschriften. Door toegang tot menselijke expertise te bieden en een samenwerkingsplatform voor de duurzaamheid op lange termijn van microbiële biodiversiteit te bieden, zal MIRRI-ERIC de kennis vergroten en professionele ontwikkeling bevorderen.

2.

De belangrijkste taak van MIRRI-ERIC is het opzetten, exploiteren en ontwikkelen van een pan-Europese gedistribueerde onderzoeksinfrastructuur van centra voor biologische hulpbronnen in het microbiodomein (mBRC’s), teneinde toegang te waarborgen tot hoogwaardige hulpbronnen en aanverwante diensten, alsook tot geavanceerde faciliteiten.

3.

MIRRI-ERIC heeft rechtspersoonlijkheid vanaf de datum waarop het uitvoeringsbesluit van de Commissie tot oprichting als ERIC van kracht wordt. Het heeft in elk lid de ruimste handelingsbevoegdheid overeenkomstig de EU-verordening en het nationale recht van dat lid. Het mag in het bijzonder roerende en onroerende goederen en intellectuele eigendom verwerven, bezitten en vervreemden, contracten sluiten en in rechte optreden.

4.

MIRRI-ERIC zal zijn hoofdtaak op niet-economische basis uitvoeren. MIRRI-ERIC mag beperkte economische activiteiten verrichten, mits deze nauw samenhangen met zijn hoofdtaak en de verwezenlijking ervan niet in gevaar brengen. Inkomsten uit deze beperkte economische activiteiten worden door MIRRI-ERIC gebruikt ter ondersteuning van zijn opdracht.

5.

MIRRI-ERIC verricht de volgende activiteiten:

a.

wettelijk beschermde en aan de regelgeving beantwoordende toegang tot authentieke microbiële hulpbronnen en daarmee verband houdende gegevens in mBRC’s bevorderen om een alomvattende aanvoer van biologisch materiaal aan de onderzoeksgemeenschap in stand te houden;

b.

opzetten van de samenwerkingswerkomgeving (CWE) en het MIRRI-informatiesysteem (MIRRI-IS) om een centraal toegangspunt te bieden tot microbiële hulpbronnen en bijbehorende gegevens, geavanceerde microbiële diensten, met inbegrip van digitale diensten, en deskundige en technische platforms;

c.

zorgen voor de complementariteit van mBRC’s en de interoperabiliteit van hun gegevensaanbod voor de werking van het MIRRI-IS;

d.

kwaliteitsbeheer vaststellen en uitvoeren, met inbegrip van gestandaardiseerde procedures, beste praktijken en passende instrumenten om de kwaliteit van de middelen, de bijbehorende gegevens en de verleende diensten te verbeteren;

e.

relaties aangaan met andere Europese onderzoeksinfrastructuren en relevante organisaties om de karakterisering van de genetische rijkdommen in MIRRI-ERIC te verbeteren en de kwantiteit en kwaliteit van de met RI verband houdende informatie te verhogen;

f.

verrichten van diensten voor het matchen en bundelen van onderzoek voor openbare en particuliere instellingen en starten van gezamenlijke activiteiten;

g.

externe gebruikers toegang verlenen tot het materiaal, de deskundigheid en de wetenschappelijke faciliteiten van de partners van MIRRI-ERIC, die zullen worden gecoördineerd om onderzoekers in staat te stellen intern onderzoek naar microbiële genetische hulpbronnen uit te voeren;

h.

onderwijs en opleiding bieden aan personeel, studenten en gebruikers van mBRC’s op het gebied van microbiologie, zoals taxonomie, identificatie- en conserveringstechnieken en biotechnologie, zoals bioprospectie, exploitatie, stremoptimalisatie en fermentatie;

i.

alle andere daarmee verband houdende maatregelen nemen die nodig zijn om haar opdracht te vervullen.

6.

De activiteiten van MIRRI-ERIC zijn pan-Europees en bevorderen excellentie op het gebied van wetenschappelijk onderzoek en bio-industrie op microbieel gebied in Europa en houden voortdurend gelijke tred met de behoeften van de academische en industriële gemeenschappen. MIRRI-ERIC draagt aldus bij tot een intensiever gebruik en verspreiding van kennis en optimalisering van de resultaten van op mBRC gebaseerde onderzoeksactiviteiten in heel Europa en wereldwijd.

7.

De activiteiten van MIRRI-ERIC worden geleid door transparantie, reactievermogen, ethisch bewustzijn, naleving van de wettelijke voorschriften, openheid, gelijke behandeling en non-discriminatie.

4.   Duur

(Artikel 4 van de statuten van MIRRI-ERIC)

MIRRI-ERIC wordt voor onbepaalde tijd opgericht. Het kan worden opgeheven overeenkomstig artikel 5 van de statuten.

5.   Ontbinding

(Artikel 5 van de statuten van MIRRI-ERIC)

1.

De ontbinding van MIRRI-ERIC volgt op een besluit van de ledenvergadering overeenkomstig artikel 17, lid 8, punt c), van de statuten en met inachtneming van het toepasselijke recht als omschreven in artikel 36 van de statuten.

2.

MIRRI-ERIC stelt de Europese Commissie onverwijld en uiterlijk tien dagen na de vaststelling van het besluit tot ontbinding van MIRRI-ERIC van dit besluit in kennis.

3.

Onverminderd artikel 6 van de statuten worden activa en passiva die na betaling van de schulden van MIRRI-ERIC resteren, verdeeld over de leden naar rato van hun daadwerkelijke bijdrage aan MIRRI-ERIC op de datum van ontbinding.

4.

MIRRI-ERIC stelt de Commissie onverwijld en uiterlijk tien dagen na het voltooien van het ontbindingsproces hiervan in kennis.

5.

MIRRI-ERIC houdt op te bestaan op de dag van bekendmaking door de Europese Commissie van de desbetreffende kennisgeving daarvan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

6.   Aansprakelijkheid van leden en waarnemers

(Artikel 6 van de statuten van MIRRI-ERIC)

1.

MIRRI-ERIC is aansprakelijk voor zijn schulden.

2.

De leden en waarnemers zijn niet hoofdelijk aansprakelijk voor de schulden van MIRRI-ERIC. De financiële aansprakelijkheid van de leden en waarnemers voor de schulden van MIRRI-ERIC blijft beperkt tot hun respectieve bijdrage aan EPOS ERIC, zoals in artikel 25 van de statuten gespecificeerd.

3.

MIRRI-ERIC sluit de nodige verzekeringen af ter dekking van alle aan de opbouw en de werking van MIRRI-ERIC inherente risico’s.

7.   Toegangsbeleid

(Artikel 7 van de statuten van MIRRI-ERIC)

1.

MIRRI-ERIC stelt microbieel biologisch materiaal, bijbehorende gegevens in databanken, kennis en diensten die verbonden zijn aan of ontwikkeld zijn door de partners van MIRRI-ERIC ter beschikking van onderzoekers, instellingen van de bio-industrie en gedecentraliseerde agentschappen van de EU, zoals de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid of het Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding. MIRRI-ERIC zorgt ervoor dat de voorwaarden voor het gebruik van microbieel biologisch materiaal die zijn vastgesteld door de leveranciers van materiaal en de gegevensverstrekkers die hun databanken aan MIRRI-ERIC koppelen, worden nageleefd.

2.

Geen enkele bepaling in deze statuten mag worden opgevat als een beperking van het recht van de partners van MIRRI-ERIC om te beslissen over het verlenen van toegang tot monsters en gegevens.

3.

Microbieel materiaal mag alleen worden gedistribueerd onder bonafide personen die werkzaam zijn in een professionele omgeving die geschikt is voor het hanteren van levend materiaal van de betrokken biogevarengroep. In voorkomend geval zullen versterkte biobeveiligingsmaatregelen worden bevorderd.

4.

Verzoeken van personen en/of projecten om toegang te krijgen tot de wetenschappelijke installaties van de partners van MIRRI-ERIC worden beoordeeld. De beoordelingsprocedure en de gehanteerde criteria worden vastgelegd in het door de ledenvergadering overeenkomstig artikel 17, lid 7, punten c) en e), van de statuten vast te stellen huishoudelijk reglement. In elk geval wordt bij het beoordelingsproces rekening gehouden met wetenschappelijke verdienste en moet het transparant, eerlijk en onpartijdig zijn.

5.

Met het oog op voortdurende verbetering van de toegang wordt in het kader van de kwaliteitsborging de toegang gemonitord en wordt aan de hand van een feedbackmechanisme de gebruikerstevredenheid gemeten.

6.

Het toegangsbeleid wordt vastgelegd in het door de ledenvergadering vast te stellen huishoudelijk reglement overeenkomstig artikel 17, lid 7, punten c) en e), van de statuten.

8.   Beleid inzake wetenschappelijke evaluatie

(Artikel 8 van de statuten van MIRRI-ERIC)

1.

Om de vijf jaar vindt een wetenschappelijke evaluatie van de activiteiten, diensten en platforms van MIRRI-ERIC plaats. De evaluatie wordt uitgevoerd door een panel van onafhankelijke internationale externe evaluatoren van de hoogste kwaliteit. Dit panel stelt het evaluatieverslag op en legt dit voor aan de ledenvergadering.

2.

Het beleid inzake wetenschappelijke evaluatie wordt vastgelegd in het door de ledenvergadering overeenkomstig artikel 17, lid 7, punten c) en e), van de statuten vast te stellen huishoudelijk reglement.

9.   Verspreidingsbeleid

(Artikel 9 van de statuten van MIRRI-ERIC)

1.

MIRRI-ERIC bevordert zijn activiteiten en het gebruik ervan in onderzoek, innovatieve projecten en hoger onderwijs.

2.

In het verspreidingsbeleid worden de verschillende doelgroepen beschreven en MIRRI-ERIC maakt gebruik van verschillende kanalen om de doelgroepen te bereiken, zoals de website, het samenwerkingsportaal voor de werkomgeving, workshops en opleidingen, aanwezigheid op conferenties en sociale media.

3.

Het verspreidingsbeleid wordt vastgelegd in het door de ledenvergadering overeenkomstig artikel 17, lid 7, punten c) en e), van de statuten vast te stellen huishoudelijk reglement.

10.   Intellectuele-eigendomsrechten

(Artikel 10 van de statuten van MIRRI-ERIC)

1.

Niets in deze statuten mag worden opgevat als een wijziging in de reikwijdte en toepassing van intellectuele-eigendomsrechten, of van overeenkomsten betreffende de verdeling van baten op grond van relevante wet- en regelgeving en internationale overeenkomsten van de leden.

2.

De uitwisseling en integratie van intellectuele eigendom tussen leden, hun vertegenwoordigende entiteiten en partners door middel van relevante contractuele bepalingen is onderworpen aan het door de ledenvergadering overeenkomstig artikel 17, lid 7, punten c) en e), van de statuten vast te stellen huishoudelijk reglement.

3.

De intellectuele-eigendomsrechten van gegevens, resultaten en andere kennis die in het kader van de activiteiten van MIRRI-ERIC worden geproduceerd en ontwikkeld, behoren toe aan de entiteit(en) die deze heeft/hebben gegenereerd.

4.

Over de intellectuele-eigendomsrechten die door gebruikers worden gegenereerd als gevolg van de toegang tot hulpbronnen of wetenschappelijke installaties van MIRRI-ERIC, wordt onderhandeld, met het oog op een eerlijk gebruik door zowel de gebruiker als MIRRI-ERIC of de betrokken partner, rekening houdend met hun respectieve input.

5.

MIRRI-ERIC verstrekt onderzoekers richtsnoeren om ervoor te zorgen dat onderzoek dat wordt verricht met behulp van materiaal en gegevens die via MIRRI-ERIC toegankelijk zijn gemaakt, wordt uitgevoerd binnen een kader waarin de rechten van de eigenaren van gegevens en de persoonlijke levenssfeer van personen worden erkend.

11.   Personeelsbeleid

(Artikel 11 van de statuten van MIRRI-ERIC)

1.

MIRRI-ERIC zet zich in voor gelijke kansen en discrimineert niemand op grond van ras, etnische afkomst, geslacht, geloofsovertuiging, handicap, seksuele geaardheid of enige andere grond.

2.

De selectieprocedures voor sollicitanten voor functies bij MIRRI-ERIC zijn transparant, niet-discriminerend en waarborgen gelijke kansen.

3.

De arbeidsovereenkomsten moeten voldoen aan de nationale wet- en regelgeving van het land waar het personeel is tewerkgesteld en gewoonlijk zijn werkzaamheden verricht.

4.

Het personeelsbeleid wordt vastgelegd in het door de ledenvergadering overeenkomstig artikel 17, lid 7, punten c) en e), van de statuten vast te stellen huishoudelijk reglement.

12.   Aanbestedingsbeleid

(Artikel 12 van de statuten van MIRRI-ERIC)

1.

MIRRI-ERIC behandelt gegadigden voor en inschrijvers op aanbestedingsprocedures gelijk en zonder hen te discrimineren. Het aanbestedingsbeleid van MIRRI-ERIC is in overeenstemming met de beginselen van transparantie, non-discriminatie en open mededinging.

2.

Het aanbestedingsbeleid van MIRRI-ERIC wordt vastgelegd in het door de ledenvergadering overeenkomstig artikel 17, lid 7, punten c) en e), van de statuten vast te stellen huishoudelijk reglement.