11.11.2021   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 398/4


UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2021/1948 VAN DE COMMISSIE

van 10 november 2021

betreffende de behandeling van btw-aflossingen aan niet-belastingplichtigen en aan belastingplichtigen voor vrijgestelde activiteiten voor de toepassing van Verordening (EU) 2019/516 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de harmonisatie van het bruto nationaal inkomen tegen marktprijzen (bni-verordening) en tot intrekking van Beschikking 1999/622/EG, Euratom van de Commissie en Verordening (EG, Euratom) nr. 116/2005 van de Commissie

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) 2019/516 van het Europees Parlement en de Raad van 19 maart 2019 betreffende de harmonisatie van het bruto nationaal inkomen tegen marktprijzen en tot intrekking van Richtlijn 89/130/EEG, Euratom van de Raad en Verordening (EG, Euratom) nr. 1287/2003 van de Raad (“bni-verordening”) (1), en met name artikel 5, lid 3,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De behandeling van btw-aflossingen is een van de kwesties die zijn vastgesteld in Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/2147 van de Commissie (2), die betrekking heeft op de lijst van punten om de betrouwbaarheid, de volledigheid en de vergelijkbaarheid van de gegevens over het bruto nationaal inkomen tegen marktprijzen (“bni”) die in elke verificatiecyclus moeten worden behandeld, te waarborgen.

(2)

Opdat de gegevens over het bni betrouwbaar, uitputtend en vergelijkbaar zijn, moet de definitie van de behandeling van btw-aflossingen aan niet-belastingplichtigen en aan belastingplichtigen voor hun vrijgestelde activiteiten worden verduidelijkt.

(3)

Bni-aggregaten en de componenten daarvan moeten vergelijkbaar zijn tussen de lidstaten en moeten voldoen aan de toepasselijke definities en boekhoudregels van het Europees systeem van rekeningen 2010 (“ESR 2010”) (3).

(4)

Beschikking 1999/622/EG, Euratom van de Commissie (4) en Verordening (EG, Euratom) nr. 116/2005 van de Commissie (5) moeten daarom worden ingetrokken.

(5)

In Richtlijn 2006/112/EG van de Raad (6) worden de begrippen “belastingplichtige”, “niet-belastingplichtige” en “vrijgestelde activiteiten” gebruikt, die ook voor de toepassing van deze handeling moeten worden gebruikt.

(6)

Het ESR 2010 specificeert niet uitdrukkelijk de behandeling van btw-teruggaven aan niet-belastingplichtigen en aan belastingplichtigen voor vrijgestelde handelingen.

(7)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het in artikel 8 van Verordening (EU) 2019/516 bedoelde Comité voor het Europees statistisch systeem,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

1.   Bij het opstellen van de aggregaten van de nationale rekeningen voor de toepassing van Verordening (EU) 2019/516 worden teruggaven van op aankopen betaalde btw die worden gedaan aan niet-belastingplichtigen of aan belastingplichtigen voor vrijgestelde handelingen, in het ESR 2010 behandeld als overige inkomensoverdrachten (D.7) of kapitaaloverdrachten (D.9), en niet alsof het aftrekbare btw zou betreffen.

2.   In lid 1 heeft de term “belastingplichtige” de betekenis die eraan wordt gegeven in artikelen 9 tot en met 13 van Richtlijn 2006/112/EG, en worden onder het begrip “vrijgestelde handelingen” verstaan de in de artikelen 132 tot en met 137 van die richtlijn vermelde handelingen.

Artikel 2

Beschikking 1999/622/EG, Euratom en Verordening (EG, Euratom) nr. 116/2005 worden ingetrokken.

Artikel 3

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 10 november 2021.

Voor de Commissie

De voorzitter

Ursula VON DER LEYEN


(1)  PB L 91 van 29.3.2019, blz. 19.

(2)  Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/2147 van de Commissie van 8 oktober 2020 tot aanvulling van Verordening (EU) 2019/516 van het Europees Parlement en de Raad door vaststelling van de lijst van de punten die in elke verificatiecyclus moeten worden behandeld (PB L 428 van 18.12.2020, blz. 9).

(3)  Verordening (EU) nr. 549/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 21 mei 2013 betreffende het Europees systeem van nationale en regionale rekeningen in de Europese Unie (PB L 174 van 26.6.2013, blz. 1).

(4)  Beschikking 1999/622/EG, Euratom van de Commissie van 8 september 1999 over de behandeling van btw-teruggaven aan niet-belastingplichtige eenheden en aan belastingplichtige eenheden voor vrijgestelde handelingen bij de uitvoering van Richtlijn 89/130/EEG, Euratom van de Raad betreffende de harmonisatie van de opstelling van het bruto nationaal product tegen marktprijzen (PB L 245 van 17.9.1999, blz. 51).

(5)  Verordening (EG, Euratom) nr. 116/2005 van de Commissie van 26 januari 2005 betreffende de behandeling van btw-teruggaven aan niet-belastingplichtigen en aan belastingplichtigen voor vrijgestelde handelingen bij de toepassing van Verordening (EG, Euratom) nr. 1287/2003 van de Raad betreffende de harmonisatie van het bruto nationaal inkomen tegen marktprijzen (PB L 24 van 27.1.2005, blz. 6).

(6)  Richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde (PB L 347 van 11.12.2006, blz. 1).