30.9.2021 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 345/34 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2021/1728 VAN DE COMMISSIE
van 29 september 2021
tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2021/442 en Uitvoeringsverordening (EU) 2021/521 inzake het mechanisme tot onderwerping van de uitvoer van bepaalde producten aan de overlegging van een uitvoervergunning
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) 2015/479 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2015 betreffende de gemeenschappelijke regeling voor de uitvoer (1), en met name artikel 6,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Op 30 januari 2021 heeft de Commissie Uitvoeringsverordening (EU) 2021/111 (2) vastgesteld, waarbij de uitvoer van COVID-19-vaccins en werkzame stoffen, met inbegrip van de moedercelbanken en werkcelbanken die voor de vervaardiging van dergelijke vaccins worden gebruikt, overeenkomstig artikel 5 van Verordening (EU) 2015/479 gedurende een periode van zes weken afhankelijk wordt gesteld van de overlegging van een uitvoervergunning. Daarna heeft de Commissie op 12 maart 2021 overeenkomstig artikel 6 van Verordening (EU) 2015/479 Uitvoeringsverordening (EU) 2021/442 (3) vastgesteld, waarbij de uitvoer van dezelfde producten tot en met 30 juni 2021 wordt onderworpen aan een uitvoervergunning. |
(2) |
Op 24 maart 2021 heeft de Commissie Uitvoeringsverordening (EU) 2021/521 (4) vastgesteld, waarbij in het kader van de beoordeling van de verlening van een uitvoervergunning als aanvullende voorwaarde wordt gesteld dat wordt nagegaan of deze vergunning de voorzieningszekerheid in de Unie van de onder Verordening (EU) 2021/442 vallende goederen niet in gevaar brengt. Bij dezelfde verordening besloot de Commissie tot een tijdelijke opschorting van de vrijstelling van bepaalde landen van bestemming van de werkingssfeer van Verordening (EU) 2021/442. |
(3) |
Uitvoeringsverordening (EU) 2021/521 van de Commissie werd vastgesteld overeenkomstig artikel 5 van Verordening (EU) 2015/479 en was van toepassing gedurende een periode van zes weken. De bij die verordening ingevoerde maatregelen zijn vervolgens bij Uitvoeringsverordening (EU) 2021/734 van de Commissie (5) verlengd tot en met 30 juni 2021, en bij Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1071 van de Commissie (6) tot en met 30 september 2021. |
(4) |
De levering van COVID-19-vaccindoses in de Unie is voortgezet, wat heeft geleid tot duidelijke vooruitgang bij de vaccinatiecampagne in de Unie. |
(5) |
Deze vaccinatiecampagne is echter nog niet afgerond en er blijven onzekere factoren, met name ten aanzien van de opkomst van nieuwe varianten van het COVID-19-virus. Daarom is er nog steeds behoefte aan transparantie op het gebied van leveringen voor de uitvoer en leveringen voor de Unie. |
(6) |
Ook het risico dat de uitvoer een bedreiging wordt voor de uitvoering van de vroegtijdige aankoopovereenkomsten tussen de Unie en de vaccinfabrikanten, of voor de voorzieningszekerheid in de Unie van COVID-19-vaccins en de werkzame stoffen daarvan, is nog altijd actueel. |
(7) |
De bij Uitvoeringsverordening (EU) 2021/442 en Uitvoeringsverordening (EU) 2021/521 ingevoerde maatregelen moeten derhalve van toepassing blijven tot en met 31 december 2021. Die verordeningen moeten derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(8) |
Het comité van beroep is over deze verordening geraadpleegd. Het comité van beroep heeft geen advies uitgebracht, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
In artikel 4 van Uitvoeringsverordening (EU) 2021/442 wordt de tweede alinea vervangen door:
“Zij is van toepassing tot en met 31 december 2021.”.
Artikel 2
In artikel 3 van Uitvoeringsverordening (EU) 2021/521 wordt de tweede alinea vervangen door:
“Zij is van toepassing tot en met 31 december 2021.”.
Artikel 3
Deze verordening treedt in werking op 1 oktober 2021.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 29 september 2021.
Voor de Commissie
De voorzitter
Ursula VON DER LEYEN
(1) PB L 83 van 27.3.2015, blz. 34.
(2) PB L 31 I van 30.1.2021, blz. 1.
(3) PB L 85 van 12.3.2021, blz. 190.
(4) PB L 104 van 25.3.2021, blz. 52.