RICHTSNOER (EU) 2020/1552 VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK

van 14 oktober 2020

tot wijziging van Richtsnoer ECB/2013/23 inzake statistieken betreffende overheidsfinanciën (ECB/2020/50)

DE RAAD VAN BESTUUR VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien de statuten van het Europees Stelsel van centrale banken en van de Europese Centrale Bank, en met name artikel 5.1, artikel 5.2, artikel 12.1 en artikel 14.3,

Gezien Verordening (EG) nr. 479/2009 van de Raad van 25 mei 2009 betreffende de toepassing van het aan het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap gehechte Protocol betreffende de procedure bij buitensporige tekorten (1) ,

Gezien Verordening (EU) nr. 549/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 21 mei 2013 betreffende het Europees systeem van nationale en regionale rekeningen in de Europese Unie (2) ,

Gezien Verordening (EG) nr. 2533/98 van de Raad van 23 november 1998 met betrekking tot het verzamelen van statistische gegevens door de Europese Centrale Bank (3), en met name artikel 4,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De kwaliteit van de gegevens met betrekking tot de statistieken betreffende overheidsfinanciën (SBO) wordt beoordeeld overeenkomstig het Kwaliteitskader voor statistieken van de Europese Centrale Bank (ECB) en omvat een periodieke rapportage van de directie aan de Raad van bestuur van de ECB. Het toezicht op de kwaliteit van de gegevens is van cruciaal belang en moet tijdig worden uitgevoerd.

(2)

Er moet evenwel een juiste balans worden bereikt tussen de noodzaak van toezicht en de frequentie van de rapportage van de relevante informatie aan de Raad van bestuur. Daarom dient de frequentie waarmee de directie aan de Raad van bestuur rapporteert over de kwaliteit van de SBO te worden bijgewerkt. Om een gedegen analyse mogelijk te maken, dient de directie het eerste rapport overeenkomstig dit richtsnoer uiterlijk op 30 juni 2023 bij de Raad van bestuur in te dienen.

(3)

Wanneer ernstige problemen in verband met de gegevenskwaliteit worden vastgesteld, dient de directie de mogelijkheid te worden geboden om naar eigen inzicht aanvullende rapporten in te dienen bij de Raad van bestuur. Om dezelfde reden dient ook te worden geregeld dat de directie deze bevoegdheid zo spoedig mogelijk kan uitoefenen

(4)	In de afgelopen jaren zijn nieuwe monitoringinstrumenten ontstaan. Daarom is het noodzakelijk om de reikwijdte van de beoordelingen die moeten worden uitgevoerd in het kader van het toezicht op de gegevenskwaliteit en de rapportage te actualiseren.

(5)	Derhalve moet Richtsnoer 2014/2/EU van de Europese Centrale Bank (ECB/2013/23) (4) dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT DIT RICHTSNOER VASTGESTELD

Artikel 1

Wijzigingen

Richtsnoer ECB/2013/23 wordt als volgt gewijzigd:

In artikel 7 worden de leden 2 en 3 vervangen door:

“2.

De directie van de ECB rapporteert elke twee jaar aan de Raad van bestuur van de ECB inzake de kwaliteit van de SBO. Dit rapport wordt uiterlijk op 30 juni van het jaar dat volgt op elke relevante tweejaarlijkse periode door de directie bij de Raad van bestuur ingediend. Het eerste tweejaarlijkse rapport wordt uiterlijk 30 juni 2023 ingediend.

Het in lid 2 bedoelde rapport heeft ten minste betrekking op de volgende elementen:

a)	de dekking van de gegevens;

b)	de mate waarin zij aan de relevante definities voldoen;

c)	de omvang van de herzieningen, en

d)	een analyse van de buitensporige tekort-schuldaanpassingen.”.

Aan artikel 7 wordt het volgende lid 4 toegevoegd:

“4.	Wanneer de directie ernstige problemen in verband met de kwaliteit van de gegevens constateert, kan zij de Raad van bestuur zo nodig aanvullende rapporten verstrekken.”.

Artikel 2

Vankrachtwording en tenuitvoerlegging

1. Dit richtsnoer wordt van kracht op de dag van kennisgeving aan de nationale centrale banken van de lidstaten die de euro als munt hebben.

2. De centrale banken van het Eurosysteem voldoen met ingang van 1 juli 2021 aan dit richtsnoer. Zij voldoen evenwel aan artikel 1, lid 2, van dit richtsnoer vanaf de dag van kennisgeving aan de nationale centrale banken van de lidstaten die de euro als munt hebben.

Artikel 3

Geadresseerden

Dit richtsnoer is gericht tot alle centrale banken van het Eurosysteem.

Gedaan te Frankfurt am Main,14 oktober 2020.

Voor de Raad van bestuur van de ECB

De president van de ECB

Christine LAGARDE

(1) PB L 145 van 10.6.2009, blz. 1.

(2) PB L 174 van 26.6.2013, blz. 1

(3) PB L 318 van 27.11.1998, blz. 8.

(4) Richtsnoer 2014/2/EU van de Europese Centrale Bank van 25 juli 2013 inzake statistieken betreffende overheidsfinanciën (PB L 2 van 7.1.2014, blz. 12).