26.6.2020   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 204/46


RICHTLIJN (EU) 2020/876 VAN DE RAAD

van 24 juni 2020

tot wijziging van Richtlijn 2011/16/EU om te voorzien in de dringende behoefte aan uitstel van bepaalde termijnen voor de verstrekking en uitwisseling van inlichtingen op belastinggebied vanwege de COVID-19-pandemie

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name de artikelen 113 en 115,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,

Gezien het advies van het Europees Parlement (1),

Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité (2),

Handelend volgens een bijzondere wetgevingsprocedure,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De ernstige risico’s voor de volksgezondheid en de overige belemmeringen die door de COVID-19-pandemie worden veroorzaakt, alsmede de door de lidstaten opgelegde lockdownmaatregelen om de pandemie te helpen indammen, hebben een aanzienlijk verstorend effect gehad op de capaciteit van bedrijven en belastingdiensten van de lidstaten om bepaalde verplichtingen op grond van Richtlijn 2011/16/EU van de Raad (3) na te komen.

(2)

Een aantal lidstaten en personen die uit hoofde van Richtlijn 2011/16/EU inlichtingen moeten verstrekken aan de bevoegde instanties van de lidstaten, hebben om uitstel verzocht van bepaalde in die richtlijn vastgestelde termijnen. Die termijnen hebben betrekking op de automatische uitwisseling van inlichtingen over financiële rekeningen waarvan de begunstigde fiscaal inwoner van een andere lidstaat is, en over meldingsplichtige grensoverschrijdende constructies die ten minste één van de in bijlage IV bij Richtlijn 2011/16/EU vermelde wezenskenmerken bevatten (“meldingsplichtige grensoverschrijdende constructies”).

(3)

De ernstige verstoring die de COVID-19-pandemie heeft op de activiteiten van vele financiële instellingen en personen die verplicht zijn meldingsplichtige grensoverschrijdende constructies te melden, staat de tijdige naleving van hun meldingsverplichtingen op grond van Richtlijn 2011/16/EU in de weg. Financiële instellingen hebben momenteel dringende taken uit te voeren in verband met de COVID‐19-pandemie.

(4)

Bovendien worden de financiële instellingen en personen met meldingsplicht geconfronteerd met ernstige werkonderbrekingen, voornamelijk als gevolg van het telewerk vanwege de lockdown in de meeste lidstaten. Ook beschikken de belastingdiensten van de lidstaten over een verminderde capaciteit om de gegevens te verzamelen en te verwerken.

(5)

Deze situatie vergt een dringende en, voor zover mogelijk, gecoördineerde reactie binnen de Unie. Daarom moeten de lidstaten de mogelijkheid krijgen om de termijn voor de uitwisseling van inlichtingen over financiële rekeningen waarvan de begunstigden fiscaal inwoner van een andere lidstaat zijn, uit te stellen, zodat de lidstaten hun nationale termijnen voor het verstrekken van dergelijke inlichtingen door de rapporterende financiële instellingen kunnen aanpassen. Voorts moeten de lidstaten ook de mogelijkheid krijgen om de termijnen uit te stellen voor het verstrekken en uitwisselen van inlichtingen over meldingsplichtige grensoverschrijdende constructies.

(6)

Het uitstel van de termijnen (“uitstel”) is erop gericht een uitzonderlijke situatie het hoofd te bieden en mag de structuur die werd vastgesteld door Richtlijn 2011/16/EU, of de werking van die richtlijn, niet verstoren. Bijgevolg dient het uitstel beperkt te zijn en in verhouding te blijven tot de praktische moeilijkheden die door de COVID-19-pandemie worden veroorzaakt wat betreft de verstrekking en uitwisseling van inlichtingen.

(7)

In het licht van de huidige onzekerheid over hoe de COVID-19-pandemie zich verder zal ontwikkelen, en gelet op het feit dat de omstandigheden die de vaststelling van deze richtlijn rechtvaardigen nog enige tijd zouden kunnen aanhouden, is het passend in de mogelijkheid tot één optionele verlenging van de periode van uitstel te voorzien. Een dergelijke verlenging mag alleen plaatsvinden indien aan de voorwaarden van deze richtlijn is voldaan.

(8)

Gezien het aanzienlijke effect van de economische verstoringen als gevolg van de COVID‐19-pandemie op de begrotingen, de personele middelen en de werking van de belastingdiensten van de lidstaten, moet de Raad de bevoegdheid krijgen om, op voorstel van de Commissie, met eenparigheid van stemmen te besluiten de periode van uitstel te verlengen.

(9)

Uitstel mag geen afbreuk doen aan de essentiële elementen van de verplichting om inlichtingen uit hoofde van Richtlijn 2011/16/EU te melden en uit te wisselen, en het moet worden voorkomen dat inlichtingen die tijdens de periode van uitstel meldingsplichtig worden, niet worden gemeld of niet worden uitgewisseld.

(10)

Gezien de urgentie die voortvloeit uit de uitzonderlijke omstandigheden als gevolg van de COVID‐19-pandemie en de daarmee gepaard gaande volksgezondheidscrisis met haar sociale en economische gevolgen, werd het passend geacht een uitzondering te maken op de periode van acht weken bedoeld in artikel 4 van Protocol nr. 1 betreffende de rol van de nationale parlementen in de Europese Unie, gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie, het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie.

(11)

Richtlijn 2011/16/EU moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(12)

Aangezien de lidstaten in een zeer kort tijdsbestek moeten handelen om de termijnen uit te stellen die anders op grond van Richtlijn 2011/16/EU van toepassing zouden worden, moet deze richtlijn met spoed in werking treden,

HAS ADOPTED THIS DIRECTIVE:

Artikel 1

In Richtlijn 2011/16/EU worden de volgende artikelen ingevoegd:

Artikel 27 bis

Optioneel uitstel van termijnen vanwege de COVID-19-pandemie

1.   Niettegenstaande de in artikel 8 bis ter, lid 12, bedoelde termijnen voor het verstrekken van inlichtingen over meldingsplichtige grensoverschrijdende constructies kunnen de lidstaten de nodige maatregelen nemen om intermediairs en relevante belastingplichtigen in staat te stellen uiterlijk op 28 februari 2021 inlichtingen te verstrekken over meldingsplichtige grensoverschrijdende constructies waarvan de eerste stap is geïmplementeerd tussen 25 juni 2018 en 30 juni 2020.

2.   Indien de lidstaten de in lid 1 bedoelde maatregelen nemen, nemen zij tevens de nodige maatregelen opdat:

a)

niettegenstaande artikel 8 bis ter, lid 18, de eerste inlichtingen uiterlijk op 30 april 2021 worden meegedeeld;

b)

de in artikel 8 bis ter, leden 1 en 7, bedoelde termijn van 30 dagen voor het verstrekken van inlichtingen uiterlijk op 1 januari 2021 ingaat, indien:

i)

een meldingsplichtige grensoverschrijdende constructie beschikbaar wordt gemaakt voor implementatie of klaar is voor implementatie, of indien de eerste stap van de implementatie ervan is gezet tussen 1 juli 2020 en 31 december 2020, of

ii)

de intermediairs in de zin van artikel 3, punt 21, tweede alinea, rechtstreeks of via andere personen hulp, bijstand of advies verstrekken tussen 1 juli 2020 en 31 december 2020;

c)

in het geval van marktklare constructies het eerste periodieke verslag overeenkomstig artikel 8 bis ter, lid 2, uiterlijk op 30 april 2021 door de intermediair wordt opgesteld.

3.   Niettegenstaande de in artikel 8, lid 6, punt b), vastgestelde termijn, kunnen de lidstaten de nodige maatregelen nemen opdat de in artikel 8, lid 3 bis, bedoelde mededeling van inlichtingen met betrekking tot het kalenderjaar 2019 of een andere passende meldingsperiode, plaatsvindt binnen twaalf maanden na het einde van het kalenderjaar 2019 of de andere passende meldingsperiode.

Artikel 27 ter

Verlenging van de periode van uitstel

1.   De Raad kan op voorstel van de Commissie met eenparigheid van stemmen een uitvoeringsbesluit nemen om de in artikel 27 bis bedoeld periode van uitstel van de termijnen met drie maanden te verlengen, op voorwaarde dat de ernstige risico’s voor de volksgezondheid, de belemmeringen en de economische verstoringen als gevolg van de COVID-19-pandemie aanhouden en lidstaten lockdownmaatregelen treffen.

2.   Het voorstel voor een uitvoeringsbesluit van de Raad wordt ten minste één maand voor het verstrijken van de betrokken termijn ingediend bij de Raad.”.

Artikel 2

Deze richtlijn treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 3

Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 24 juni 2020.

Voor de Raad

De voorzitter

A. METELKO-ZGOMBIĆ


(1)  Advies van 19 juni 2020 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad).

(2)  Advies van 14 juni 2020 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad).

(3)  Richtlijn 2011/16/EU van de Raad van 15 februari 2011 betreffende de administratieve samenwerking op het gebied van de belastingen en tot intrekking van Richtlijn 77/799/EEG (PB L 64 van 11.3.2011, blz. 1).