17.9.2019   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 239/16


BESLUIT (GBVB) 2019/1560 VAN DE RAAD

van 16 september 2019

tot wijziging van Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/GBVB tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor de controle op de uitvoer van militaire goederen en technologie

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name artikel 29,

Gezien het voorstel van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De Raad heeft op 8 december 2008 Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/GBVB (1) vastgesteld, dat een update was en in de plaats kwam van de gedragscode van de Europese Unie betreffende wapenuitvoer, die de Raad op 8 juni 1998 had vastgesteld.

(2)

Sinds de vaststelling van Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/GBVB heeft een aantal ontwikkelingen zowel op het niveau van de Unie als op internationaal niveau geleid tot nieuwe verplichtingen en verbintenissen voor de lidstaten.

(3)

Op 24 december 2014 is het Wapenhandelsverdrag (WHV), dat de internationale handel in conventionele wapens regelt, in werking getreden. Alle lidstaten zijn partij bij het WHV. Met het WHV wordt beoogd de hoogst mogelijke gemeenschappelijke internationale normen vast te stellen ter reglementering of ter verbetering van de reglementering van de internationale handel in conventionele wapens en de illegale handel in en het oneigenlijk gebruik van deze wapens te voorkomen en uit te bannen.

(4)

De Raad heeft op 20 juli 2015 conclusies aangenomen over de herziening van Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/GBVB en de tenuitvoerlegging van het WHV, waarbij de bevoegde Raadswerkgroep werd opgedragen de uitvoering van dat Gemeenschappelijk Standpunt en de verwezenlijking van de doelen ervan in 2018 te evalueren.

(5)

De Algemene Vergadering van de Verenigde Naties (AVVN) heeft op 25 september 2015 de Agenda 2030 voor duurzame ontwikkeling goedgekeurd, die onder meer het bevorderen van vreedzame en inclusieve samenlevingen voor duurzame ontwikkeling als doelstelling heeft.

(6)

De Raad heeft op 19 november 2018 de EU-strategie tegen illegale vuurwapens, handvuurwapens en lichte wapens en munitie daarvoor vastgesteld, die in de plaats kwam van de EU-strategie ter bestrijding van de illegale accumulatie van en handel in handvuurwapens en lichte wapens en munitie daarvoor, die de Europese Raad in 2005 had aangenomen. Het doel van de nieuwe strategie is richting te geven aan een geïntegreerd, collectief en gecoördineerd Europees optreden ter voorkoming en beteugeling van de illegale verwerving van handvuurwapens en lichte wapens (SALW) en munitie daarvoor door terroristen, criminelen en anderen die niet bevoegd zijn deze wapens te bezitten en te gebruiken, alsmede verantwoordingsplicht en verantwoordelijkheidsbesef in de legale wapenhandel te bevorderen.

(7)

De Unie dient toe te zien op de samenhang tussen de diverse onderdelen van haar externe optreden, overeenkomstig artikel 21, lid 3, tweede alinea, van het Verdrag betreffende de Europese Unie. In dit verband neemt de Raad onder meer nota van Verordening (EG) nr. 428/2009 van de Raad (2) en Verordeningen (EU) nr. 258/2012 (3) en (EU) 2019/125 (4) van het Europees Parlement en de Raad.

(8)

Het is passend het beleid van de Unie inzake controle op de uitvoer van militaire goederen en technologie te versterken door Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/GBVB te actualiseren.

(9)

Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/GBVB moet daarom worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/GBVB wordt als volgt gewijzigd:

1)

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

a)

lid 1 wordt vervangen door:

“1.   Elke lidstaat toetst per geval de bij hem ingediende aanvragen inzake uitvoervergunningen, waaronder ook de aanvragen die betrekking hebben op overdrachten van regering aan regering, voor goederen die worden vermeld op de in artikel 12 bedoelde gemeenschappelijke EU-lijst van militaire goederen, aan de criteria van artikel 2.”;

b)

het volgende lid wordt toegevoegd:

“1 bis.   Indien er nieuwe informatie beschikbaar wordt, wordt elke lidstaat aangemoedigd reeds verleende uitvoervergunningen voor goederen die worden vermeld op de gemeenschappelijke EU-lijst van militaire goederen, opnieuw te beoordelen.”.

2)

In artikel 2 wordt lid 1 als volgt gewijzigd:

a)

de eerste alinea wordt vervangen door:

“1.   Criterium 1: Naleving van de internationale verplichtingen en verbintenissen van de lidstaten, in het bijzonder de door de VN-Veiligheidsraad of de Europese Unie aangenomen sancties, overeenkomsten inzake non-proliferatie en andere onderwerpen, alsmede van andere internationale verplichtingen en verbintenissen.”;

b)

de tweede alinea wordt als volgt gewijzigd:

i)

de volgende punten worden ingevoegd:

“b bis)

de internationale verplichtingen van de lidstaten uit hoofde van het Conventionelewapensverdrag en de relevante protocollen in bijlage daarbij;

b ter)

de internationale verplichtingen van de lidstaten uit hoofde van het Wapenhandelsverdrag;”;

ii)

punt c) wordt vervangen door:

“c)

de internationale verplichtingen van de lidstaten uit hoofde van het Verdrag inzake het verbod van het gebruik, de aanleg van voorraden, de productie en de overdracht van antipersoneelmijnen en inzake de vernietiging van deze wapens (het Verdrag van Ottawa);”;

iii)

het volgende punt wordt ingevoegd:

“c bis)

de verbintenissen van de lidstaten uit hoofde van het Actieprogramma ter voorkoming, bestrijding en uitroeiing van de illegale handel in handvuurwapens en lichte wapens in al zijn aspecten;”.

3)

Artikel 6 wordt vervangen door:

“Artikel 6

Onverminderd Verordening (EG) nr. 428/2009 van de Raad (*1), gelden de criteria in artikel 2 van dit Gemeenschappelijk Standpunt en de raadplegingsprocedure van artikel 4 ook voor de lidstaten met betrekking tot goederen en technologie voor tweeërlei gebruik als vermeld in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 428/2009 wanneer er ernstige redenen zijn om aan te nemen dat de eindgebruiker van dergelijke goederen en technologie de strijdkrachten of de binnenlandse veiligheidsdienst of vergelijkbare entiteiten in het ontvangende land zullen zijn. Wanneer in dit Gemeenschappelijk Standpunt wordt verwezen naar militaire goederen of technologie, worden hieronder ook militaire goederen en technologie met een militair eindgebruik verstaan.

(*1)  Verordening (EG) nr. 428/2009 van de Raad van 5 mei 2009 tot instelling van een communautaire regeling voor controle op de uitvoer, de overbrenging, de tussenhandel en de doorvoer van producten voor tweeërlei gebruik (PB L 134 van 29.5.2009, blz. 1).”."

4)

Artikel 7 wordt vervangen door:

“Artikel 7

Teneinde dit Gemeenschappelijk Standpunt zo doeltreffend mogelijk te maken, streven de lidstaten in het kader van het GBVB naar versterking van hun samenwerking en bevordering van hun convergentie op het gebied van de uitvoer van militaire goederen en technologie, onder meer door relevante informatie uit te wisselen — waaronder informatie over kennisgevingen van weigering en over wapenuitvoerbeleid — en door na te gaan welke maatregelen zouden kunnen worden genomen om de convergentie te intensiveren.”.

5)

Artikel 8 wordt vervangen door:

“Artikel 8

1.   Iedere lidstaat verstrekt de Europese Dienst voor extern optreden jaarlijks uiterlijk op 30 juni informatie over zijn uitvoer van militaire goederen en technologie en zijn uitvoering van dit Gemeenschappelijk Standpunt in het voorafgaande kalenderjaar.

2.   Een EU-jaarverslag, dat gebaseerd is op bijdragen van alle lidstaten, wordt ter goedkeuring aan de Raad voorgelegd en aan het publiek ter beschikking gesteld in de vorm van een narratief verslag en een doorzoekbare onlinedatabank op de website van de Europese Dienst voor extern optreden.

3.   Iedere lidstaat die goederen of technologie uitvoert welke op de gemeenschappelijke EU-lijst van militaire goederen staan, publiceert voorts een nationaal verslag over zijn uitvoer van militaire goederen en technologie, waarvan de inhoud voldoet aan de nationale wetgeving, zoals toepasselijk.”.

6)

Artikel 13 wordt vervangen door:

“Artikel 13

“De Gids voor de gebruiker bij dit Gemeenschappelijk Standpunt, die op gezette tijden opnieuw wordt bezien, dient als leidraad voor de uitvoering ervan.”.

7)

Artikel 15 wordt vervangen door:

“Artikel 15

Dit Gemeenschappelijk Standpunt wordt vijf jaar na de vaststelling van Besluit (GBVB) 2019/1560 van de Raad (*2) geëvalueerd.

(*2)  Besluit (GBVB) 2019/1560 van de Raad van 16 september 2019 tot wijziging van Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/GBVB tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor de controle op de uitvoer van militaire goederen en technologie (PB L 239 van 17.9.2019, blz. 16).”."

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 16 september 2019.

Voor de Raad

De voorzitter

T. TUPPURAINEN


(1)  Gemeenschappelijke Standpunt 2008/944/GBVB van de Raad van 8 december 2008 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor de controle op de uitvoer van militaire goederen en technologie (PB L 335 van 13.12.2008, blz. 99).

(2)  Verordening (EG) nr. 428/2009 van de Raad van 5 mei 2009 tot instelling van een communautaire regeling voor controle op de uitvoer, de overbrenging, de tussenhandel en de doorvoer van producten voor tweeërlei gebruik (PB L 134 van 29.5.2009, blz. 1).

(3)  Verordening (EU) nr. 258/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 14 maart 2012 tot uitvoering van artikel 10 van het Protocol van de Verenigde Naties tegen de illegale vervaardiging van en handel in vuurwapens, hun onderdelen, componenten en munitie, tot aanvulling van het Verdrag van de Verenigde Naties ter bestrijding van grensoverschrijdende georganiseerde misdaad (VN-protocol inzake vuurwapens), en tot vaststelling van uitvoervergunningen voor vuurwapens, hun onderdelen, componenten en munitie en maatregelen betreffende de invoer en doorvoer ervan (PB L 94 van 30.3.2012, blz. 1).

(4)  Verordening (EU) 2019/125 van het Europees Parlement en de Raad van 16 januari 2019 met betrekking tot de handel in bepaalde goederen die gebruikt zouden kunnen worden voor de doodstraf, foltering of andere wrede, onmenselijke of onterende behandeling of bestraffing (PB L 30 van 31.1.2019, blz. 1).