28.2.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 50/15


VERORDENING (EU) 2017/335 VAN DE COMMISSIE

van 27 februari 2017

tot wijziging van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1333/2008 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft het gebruik van steviolglycosiden (E 960) als zoetstof in bepaalde suikergoedproducten met verlaagde energetische waarden

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1333/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 inzake levensmiddelenadditieven (1), en met name artikel 10, lid 3,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1333/2008 is een EU-lijst vastgesteld van voor gebruik in levensmiddelen goedgekeurde levensmiddelenadditieven en van de gebruiksvoorwaarden daarvoor.

(2)

Die lijst kan volgens de uniforme procedure van artikel 3, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1331/2008 van het Europees Parlement en de Raad (2) hetzij op initiatief van de Commissie, hetzij ingevolge een aanvraag worden bijgewerkt.

(3)

Op 27 mei 2015 werd een aanvraag ingediend voor de goedkeuring van het gebruik van steviolglycosiden (E 960) als zoetstof in bepaalde suikergoedproducten met verlaagde energetische waarden. Deze aanvraag is vervolgens overeenkomstig artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1331/2008 toegankelijk gemaakt voor de lidstaten.

(4)

Steviolglycosiden zijn niet-calorische bestanddelen met een zoete smaak en mogen overeenkomstig artikel 7 van Verordening (EG) nr. 1333/2008 worden gebruik ter vervanging van calorische suikers in bepaalde suikergoedproducten, waardoor het caloriegehalte van die producten afneemt en producten met een verminderde verbrandingswaarde aan de consument kunnen worden aangeboden. Het gebruik van steviolglycosiden in combinatie met suiker voegt zoetheid toe aan producten, alsook een verbeterd smaakprofiel vergeleken met producten die enkel steviolglycosiden als zoetstof gebruiken, omdat suiker de nasmaak van steviolglycosiden verdoezelt.

(5)

Overeenkomstig artikel 3, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1331/2008 moet de Commissie het advies van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) inwinnen om de in bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1333/2008 opgenomen EU-lijst van levensmiddelenadditieven te kunnen bijwerken.

(6)

In 2010 heeft de EFSA een wetenschappelijk advies (3) uitgebracht over de veiligheid van steviolglycosiden voor de voorgestelde toepassingen als levensmiddelenadditief (E 960) en heeft zij een aanvaardbare dagelijkse inname (ADI) van 4 mg/kg lichaamsgewicht/dag vastgesteld, uitgedrukt als steviolequivalenten.

(7)

In 2015 heeft de EFSA de blootstellingsbeoordeling van steviolglycosiden herzien en geconcludeerd dat de blootstellingsramingen voor alle leeftijdsgroepen onder de ADI liggen, behalve voor peuters die zich aan de bovengrens van de ramingen voor veelvuldig gebruik bevinden (95e percentiel), in één land (4). Uit de door het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu in 2015 uitgevoerde blootstellingsberekeningen bleek dat de voorgestelde uitbreiding van het gebruik, uitgaande van een marktaandeel van 25 % voor steviolglycosiden bevattende producten en van 100 % merktrouw, geen invloed had op het 95e percentiel van de blootstelling voor jonge kinderen van twee tot en met zes jaar in Nederland.

(8)

In haar advies van 2015 wees de EFSA erop dat het niet mogelijk was om binnen het FoodEx classificatiesysteem alle voor het gebruik van steviolglycosiden (E 960) geldende beperkingen/uitzonderingen bij de levensmiddelen onder de subcategorie 05.2 weer te geven. Derhalve werd het hoogste maximumgehalte van 2 000 mg/kg aan de gehele levensmiddelencategorie toegewezen, wat leidde tot een te hoge raming van blootstelling. Bovendien werden levensmiddelen van de categorie 05.2 „Ander snoepgoed, inclusief microproducten ter verfrissing van de adem” niet geïdentificeerd als een van de belangrijkste levensmiddelencategorieën die bijdragen tot blootstelling aan steviolglycosiden (E 960).

(9)

Gezien het feit dat de blootstellingsramingen voor alle leeftijdsgroepen onder de ADI liggen, vormen het voorgestelde gebruik en de voorgestelde gebruiksniveaus van steviolglycosiden (E 960) als zoetstof geen veiligheidsrisico.

(10)

Derhalve is het passend het gebruik van steviolglycosiden (E 960) als zoetstof toe te laten in bepaalde suikergoedproducten met een verminderde verbrandingswaarde in levensmiddelensubcategorie 05.2 „Ander snoepgoed, inclusief microproducten ter verfrissing van de adem”: hard snoepgoed (snoep en lolly's), zacht snoepgoed (kauwsnoep, gomsnoep met vruchtensmaak en schuimachtig suikerwerk/spekken), drop, nougat en marsepein (met een maximumgehalte van 350 mg/kg); verfrissende sterk gearomatiseerde keelpastilles (met een maximumgehalte van 670 mg/kg) en microproducten van suikerwerk ter verfrissing van de adem (met een maximumgehalte van 2 000 mg/kg).

(11)

Bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1333/2008 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(12)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1333/2008 wordt gewijzigd volgens de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 27 februari 2017.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude JUNCKER


(1)  PB L 354 van 31.12.2008, blz. 16.

(2)  Verordening (EG) nr. 1331/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 tot vaststelling van een uniforme goedkeuringsprocedure voor levensmiddelenadditieven, voedingsenzymen en levensmiddelenaroma's (PB L 354 van 31.12.2008, blz. 1).

(3)  EFSA Journal 2010;8(4):1537.

(4)  EFSA Journal 2015;13(6):4146.


BIJLAGE

Levensmiddelensubcategorie 05.2 „Ander snoepgoed, inclusief microproducten ter verfrissing van de adem” van deel E van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1333/2008 wordt als volgt gewijzigd:

a)

de gegevens voor E 960 steviolglycosiden die verwijzen naar „alleen snoepgoed zonder toegevoegde suikers” worden vervangen door:

 

„E 960

Steviolglycosiden

350

(60)

alleen snoepgoed zonder toegevoegde suikers

alleen hard snoepgoed met verminderde verbrandingswaarde (snoepjes en lolly's)

alleen zacht snoepgoed met een lage energiewaarde (kauwsnoep, gomsnoep met vruchtensmaak en schuimachtig suikerwerk/spekken)

alleen drop met verminderde verbrandingswaarde

alleen nougat met verminderde verbrandingswaarde

alleen marsepein met verminderde verbrandingswaarde”

b)

de gegevens voor E 960 steviolglycosiden die verwijzen naar „alleen verfrissende sterk gearomatiseerde keelpastilles zonder toegevoegde suikers” worden vervangen door:

 

„E 960

Steviolglycosiden

670

(60)

alleen verfrissende sterk gearomatiseerde keelpastilles, met verminderde verbrandingswaarde of zonder toegevoegde suikers”

c)

de gegevens voor E 960 steviolglycosiden die verwijzen naar „alleen microproducten van suikerwerk ter verfrissing van de adem, zonder toegevoegde suikers” worden vervangen door:

 

„E 960

Steviolglycosiden

2 000

(60)

alleen microproducten van suikerwerk ter verfrissing van de adem, met verminderde verbrandingswaarde of zonder toegevoegde suikers”