6.1.2016   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 3/48


UITVOERINGSRICHTLIJN (EU) 2016/11 VAN DE COMMISSIE

van 5 januari 2016

tot wijziging van bijlage II bij Richtlijn 2002/57/EG van de Raad betreffende het in de handel brengen van zaaizaad van oliehoudende planten en vezelgewassen

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Richtlijn 2002/57/EG van de Raad van 13 juni 2002 betreffende het in de handel brengen van zaaizaad van oliehoudende planten en vezelgewassen (1), en met name artikel 24,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In bijlage II, deel I, punt 2, onder b), bij Richtlijn 2002/57/EG is de minimale raszuiverheid van het zaaizaad van hybriden van koolzaad vastgesteld.

(2)

De huidige zuiverheidsnorm van 90 % die van toepassing is op de hybriderassen van zowel zomer- als winterkoolzaad is niet langer een afspiegeling van de specifieke technische kenmerken en de beperkingen van de productie van zaaizaad van zomerkoolzaad.

(3)

De voorwaarden voor de productie van zaad als vastgesteld in Richtlijn 2002/57/EG zijn gebaseerd op de internationaal aanvaarde normen van de door de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) vastgestelde „Seed Schemes”.

(4)

De raszuiverheidsnorm voor het zaaizaad van zomerkoolzaad moet worden aangepast aan de door de OESO vastgestelde norm.

(5)

Bijlage II bij Richtlijn 2002/57/EG moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(6)

De in deze richtlijn vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders,

HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

Artikel 1

Wijziging van bijlage II bij Richtlijn 2002/57/EG

In bijlage II, deel I, bij Richtlijn 2002/57/EG wordt punt 2, onder b), vervangen door:

„b)

De minimale raszuiverheid van het zaaizaad moet als volgt zijn:

basiszaad, vrouwelijke kruisingspartner: 99,0 %;

basiszaad, mannelijke kruisingspartner: 99,9 %;

gecertificeerd zaad van winterkoolzaadrassen: 90,0 %;

gecertificeerd zaad van zomerkoolzaadrassen: 85,0 %.”.

Artikel 2

Omzetting

1.   De lidstaten stellen uiterlijk op 31 december 2016 de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast en maken deze bekend teneinde aan deze richtlijn te voldoen. Zij delen de Commissie de tekst van die bepalingen onverwijld mede.

Zij passen die bepalingen toe vanaf 1 januari 2017.

Wanneer de lidstaten die bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen zelf of bij de officiële bekendmaking daarvan naar deze richtlijn verwezen. De regels voor deze verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.

2.   De lidstaten delen de Commissie de tekst van de belangrijkste bepalingen van intern recht mede die zij op het onder deze richtlijn vallende gebied vaststellen.

Artikel 3

Inwerkingtreding

Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 4

Adressaten

Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 5 januari 2016.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude JUNCKER


(1)  PB L 193 van 20.7.2002, blz. 74.