18.12.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 332/1


RICHTLIJN (EU) 2015/2376 VAN DE RAAD

van 8 december 2015

tot wijziging van Richtlijn 2011/16/EU wat betreft verplichte automatische uitwisseling van inlichtingen op belastinggebied

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 115,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,

Gezien het advies van het Europees Parlement (1),

Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité (2),

Gezien het advies van het Comité van de Regio's (3),

Handelend volgens een bijzondere wetgevingsprocedure,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Grensoverschrijdende belastingontwijking, agressieve fiscale planning en schadelijke belastingconcurrentie zijn de afgelopen jaren een steeds groter probleem geworden, dat inmiddels zowel in de Unie als op mondiaal niveau hoog op de agenda staat. Grondslaguitholling leidt tot een aanzienlijke derving van belastingopbrengsten voor de lidstaten, waardoor zij moeilijker een groeivriendelijk fiscaal beleid kunnen voeren. Het afgeven van voorafgaande fiscale rulings, waarmee een consequente en transparante toepassing van de wet makkelijker wordt, is een gangbare praktijk, ook in de Unie. Verduidelijking van het belastingrecht voor belastingbetalers biedt het bedrijfsleven zekerheid en kan daardoor investeringen bevorderen en de naleving van het recht stimuleren, en aldus ook bevorderlijk zijn voor de verdere ontwikkeling van de eengemaakte markt in de Unie op basis van de beginselen en vrijheden die ten grondslag liggen aan de verdragen. Rulings betreffende fiscaal geïnspireerde structuren hebben in bepaalde gevallen echter geleid tot lage belasting van kunstmatig hoge inkomsten in het land dat de voorafgaande ruling afgeeft, wijzigt of verlengt en geresulteerd in kunstmatig lage inkomsten voor belastingheffing in andere betrokken landen. Daarom is er dringend meer transparantie nodig. Daartoe moeten de instrumenten en mechanismen van Richtlijn 2011/16/EU van de Raad (4) worden uitgebreid.

(2)

De Europese Raad heeft in zijn conclusies van 18 december 2014 onderstreept dat de inspanningen voor de bestrijding van belastingontwijking en agressieve fiscale planning dringend moeten worden opgevoerd, zowel op mondiaal als op Unie-niveau. Gelet op het belang van transparantie verheugde de Europese Raad zich over het voornemen van de Commissie om een voorstel inzake de automatische uitwisseling van inlichtingen over fiscale rulings in de Unie in te dienen.

(3)

Richtlijn 2011/16/EU voorziet in de verplichte spontane uitwisseling van inlichtingen tussen de lidstaten in vijf specifieke gevallen en binnen bepaalde termijnen. De spontane inlichtingenuitwisseling in gevallen waarin de bevoegde autoriteit van een lidstaat redenen heeft om aan te nemen dat in een andere lidstaat sprake is van belastingderving, is al van toepassing op fiscale rulings — inzake de uitlegging of de toepassing van fiscale bepalingen in de toekomst — die een lidstaat met betrekking tot een bepaalde belastingbetaler afgeeft, wijzigt of verlengt, en die een grensoverschrijdende dimensie hebben.

(4)

Er doen zich evenwel verschillende belangrijke praktische moeilijkheden voor die een efficiënte spontane uitwisseling van inlichtingen over voorafgaande grensoverschrijdende rulings en voorafgaande verrekenprijsafspraken belemmeren, zoals het feit dat de lidstaat die de ruling afgeeft, zelf mag beslissen welke andere lidstaten op de hoogte moeten worden gebracht. Daarom moeten de uitgewisselde inlichtingen, in voorkomend geval, voor alle andere lidstaten beschikbaar zijn.

(5)

Het toepassingsgebied van de automatische uitwisseling van voorafgaande grensoverschrijdende rulings en voorafgaande verrekenprijsafspraken die worden afgegeven of gemaakt, gewijzigd of hernieuwd voor een bepaalde persoon of groep van personen en waarop deze persoon of groep personen zich mag baseren, moet iedere materiële vorm dekken (ongeacht de bindende of niet-bindende aard ervan en de wijze van afgifte).

(6)

Met het oog op de rechtszekerheid moet Richtlijn 2011/16/EU worden gewijzigd door middel van de toevoeging van een goede definitie van voorafgaande grensoverschrijdende ruling en voorafgaande verrekenprijsafspraak. Deze definities moeten breed genoeg zijn om zeer uiteenlopende situaties te kunnen omvatten waaronder, maar niet beperkt tot, de onderstaande soorten voorafgaande grensoverschrijdende rulings en voorafgaande verrekenprijsafspraken:

unilaterale voorafgaande verrekenprijsafspraken en/of verrekenprijsbeslissingen;

bilaterale of multilaterale voorafgaande verrekenprijsafspraken en verrekenprijsbeslissingen;

afspraken of beslissingen op grond waarvan wordt bepaald of er al dan niet een vaste inrichting bestaat;

afspraken of beslissingen op grond waarvan wordt bepaald of er feiten zijn met een mogelijke impact op de belastinggrondslag van een vaste inrichting;

afspraken of beslissingen op grond waarvan de fiscale status in een lidstaat wordt bepaald van een hybride entiteit die gerelateerd is aan een ingezetene van een ander rechtsgebied, en

afspraken of beslissingen inzake de grondslag voor de afschrijving van een actiefbestanddeel in één lidstaat, verworven van een concernonderneming in een ander rechtsgebied.

(7)

Belastingbetalers mogen zich gedurende bijvoorbeeld belastingprocedures of belastingcontroles beroepen op voorafgaande grensoverschrijdende rulings of voorafgaande verrekenprijsafspraken op voorwaarde dat de feiten waarop de voorafgaande grensoverschrijdende rulings of de voorafgaande verrekenprijsafspraken zijn gebaseerd, nauwkeurig zijn gepresenteerd en dat de belastingbetalers zich houden aan de voorwaarden in de voorafgaande grensoverschrijdende rulings of de voorafgaande verrekenprijsafspraken.

(8)

De lidstaten zullen inlichtingen uitwisselen, ongeacht of de belastingplichtige zich al dan niet aan de voorwaarden van de voorafgaande grensoverschrijdende ruling of de voorafgaande verrekenprijsafspraak houdt.

(9)

Het verstrekken van inlichtingen mag niet leiden tot de openbaarmaking van een handels-, bedrijfs-, nijverheids- of beroepsgeheim of een fabrieks- of handelswerkwijze, of van inlichtingen die in strijd zouden zijn met de openbare orde.

(10)

Om de vruchten te kunnen plukken van de verplichte automatische uitwisseling van voorafgaande grensoverschrijdende rulings en voorafgaande verrekenprijsafspraken, moeten de inlichtingen onmiddellijk nadat de ruling of de voorafgaande verrekenprijsafspraak is afgegeven of gemaakt, gewijzigd of hernieuwd, worden verstrekt, en daarom moeten regelmatige tijdstippen voor de inlichtingenverstrekking worden vastgesteld. Om dezelfde redenen moet ook worden voorzien in verplichte automatische uitwisseling van voorafgaande grensoverschrijdende rulings en voorafgaande verrekenprijsafspraken die zijn afgegeven of gemaakt, gewijzigd of hernieuwd binnen een periode van vijf jaar vóór de datum van toepassing van deze richtlijn en die op 1 januari 2014 nog geldig zijn. Bepaalde personen of groepen van personen met een jaarlijkse netto groepsomzet van minder dan 40 000 000 EUR zouden onder bepaalde voorwaarden kunnen worden uitgesloten van een dergelijke verplichte automatische uitwisseling.

(11)

Met het oog op de rechtszekerheid moeten, onder zeer strikte voorwaarden, bilaterale of multilaterale voorafgaande verrekenprijsafspraken met derde landen volgens het kader van bestaande internationale verdragen met die landen worden vrijgesteld van verplichte automatische uitwisseling, wanneer het volgens de bepalingen van die verdragen niet is toegestaan de uit hoofde van dat verdrag ontvangen inlichtingen vrij te geven aan een derde land. In die gevallen moeten echter in plaats daarvan de in artikel 8 bis, lid 6, bedoelde inlichtingen over de verzoeken die leiden tot het maken van die bilaterale of multilaterale voorafgaande verrekenprijsafspraken worden uitgewisseld. Daarom moeten in dergelijke gevallen de te verstrekken inlichtingen de aanwijzing bevatten dat deze op basis van een dergelijk verzoek worden verstrekt.

(12)

Bij de verplichte automatische uitwisseling van voorafgaande grensoverschrijdende rulings en voorafgaande verrekenprijsafspraken moet telkens een afgebakende reeks basisgegevens worden verstrekt die voor alle lidstaten toegankelijk zou zijn. De Commissie moet worden gemachtigd om praktische regelingen te treffen om deze inlichtingenverstrekking te standaardiseren volgens de procedure van Richtlijn 2011/16/EU (met een rol voor het Comité inzake administratieve samenwerking op belastinggebied) voor de vaststelling van een standaardformulier voor de inlichtingenuitwisseling. Die procedure moet ook worden gebruikt bij het vaststellen van verdere praktische regelingen voor de uitvoering van de inlichtingenuitwisseling, zoals specificatie van taaleisen die zullen gelden voor de uitwisseling van inlichtingen met gebruikmaking van dat standaardformulier.

(13)

Bij de ontwikkeling van een dergelijk standaardformulier voor de verplichte automatische uitwisseling van inlichtingen is het wenselijk rekening te houden met de werkzaamheden verricht in het forum schadelijke belastingmaatregelen (Forum on Harmful Tax Practices) van de OESO, waar een standaardformulier voor de uitwisseling van gegevens wordt ontwikkeld in het kader van het actieplan inzake grondslaguitholling en winstverschuiving (Action Plan on Base Erosion and Profit Shifting). Het is wenselijk dat nauw met de OESO wordt samengewerkt, op een gecoördineerde wijze, en niet alleen op het gebied van de ontwikkeling van een dergelijk standaardformulier voor verplichte automatische uitwisseling van inlichtingen. Het uiteindelijke doel moet zijn, een gelijk speelveld op mondiaal niveau te creëren, waarbij de Unie het voortouw moet nemen en ervoor moet pleiten dat de omvang van de inlichtingen over voorafgaande grensoverschrijdende rulings en voorafgaande verrekenprijsafspraken tamelijk groot moet zijn.

(14)

De lidstaten moeten basisinlichtingen uitwisselen en een beperkte reeks basisinlichtingen moet ook aan de Commissie worden verstrekt. Op die manier kan de Commissie op elk moment de effectieve toepassing van de verplichte automatische uitwisseling van inlichtingen over voorafgaande grensoverschrijdende rulings en voorafgaande verrekenprijsafspraken monitoren en evalueren. De door de Commissie ontvangen inlichtingen mogen echter niet voor andere doeleinden worden gebruikt. Voorts, mag deze mededeling een lidstaat niet ontheffen van zijn verplichtingen inzake het melden van staatssteun bij de Commissie.

(15)

Terugkoppeling door de ontvangende lidstaat aan de verstrekkende lidstaat is noodzakelijk voor het functioneren van een doeltreffend systeem van automatische inlichtingenuitwisseling. Daarom moet uitdrukkelijk worden gesteld dat de bevoegde autoriteiten van de lidstaten een keer per jaar aan de andere betrokken lidstaten informatie moeten terugkoppelen over de automatische uitwisseling van inlichtingen. In de praktijk moet deze verplichte terugkoppeling geschieden door middel van onderling overeengekomen bilaterale regelingen.

(16)

Een lidstaat moet, indien nodig, na de fase van de verplichte automatische uitwisseling van inlichtingen krachtens deze richtlijn, een beroep kunnen doen op artikel 5 van Richtlijn 2011/16/EU betreffende de uitwisseling van inlichtingen op verzoek om aanvullende informatie te krijgen, daaronder begrepen de volledige tekst van voorafgaande grensoverschrijdende rulings of voorafgaande verrekenprijsafspraken, van de lidstaat die dergelijke rulings of verrekenprijsafspraken heeft afgegeven, respectievelijk gemaakt.

(17)

Er moet aan worden herinnerd dat in artikel 21, lid 4, van Richtlijn 2011/16/EU regels worden vastgesteld over de taal en de vertaling die gelden voor het verzoek om samenwerking, waaronder het verzoek tot kennisgeving, en de bijgevoegde bescheiden. Die regels moeten ook gelden wanneer lidstaten aanvullende inlichtingen vragen, na de fase van de verplichte automatische uitwisseling van basisinlichtingen over voorafgaande grensoverschrijdende rulings en voorafgaande verrekenprijsafspraken.

(18)

De lidstaten dienen alle nodige redelijke maatregelen te treffen om alle obstakels weg te nemen die een belemmering kunnen vormen voor de effectieve en zo breed mogelijke verplichte automatische uitwisseling van inlichtingen over voorafgaande grensoverschrijdende rulings en voorafgaande verrekenprijsafspraken.

(19)

Teneinde middelen efficiënter in te zetten, de inlichtingenuitwisseling te vergemakkelijken en te voorkomen dat elke lidstaat soortgelijke ontwikkelingen moet doorvoeren in zijn systemen om de inlichtingen op te slaan, moet specifiek worden voorzien in de oprichting van een centraal gegevensbestand, dat toegankelijk is voor alle lidstaten en de Commissie en waar de lidstaten inlichtingen zouden uploaden en opslaan in plaats van deze per beveiligde e-mail uit te wisselen. De nadere regels voor de oprichting van een dergelijk gegevensbestand moeten door de Commissie worden vastgesteld volgens de in artikel 26, lid 2, van Richtlijn 2011/16/EU bedoelde procedure.

(20)

Gelet op de aard en de omvang van de bij Richtlijn 2014/107/EU van de Raad (5) en deze richtlijn ingevoerde wijzigingen moet het tijdschema voor de indiening van inlichtingen, statistieken en verslagen waarin Richtlijn 2011/16/EU voorziet, worden verlengd. Deze verlenging moet ervoor zorgen dat in de te verstrekken inlichtingen rekening kan worden gehouden met de ervaringen die zijn opgedaan op basis van deze wijzigingen. De verlenging moet zowel gelden voor de statistieken en andere gegevens die de lidstaten vóór 1 januari 2018 moeten indienen als voor het verslag en, in voorkomend geval, het voorstel dat de Commissie vóór 1 januari 2019 moet indienen.

(21)

De bestaande bepalingen inzake vertrouwelijkheid moeten worden gewijzigd om rekening te houden met de uitbreiding van de verplichte automatische uitwisseling van inlichtingen tot voorafgaande grensoverschrijdende rulings en voorafgaande verrekenprijsafspraken.

(22)

Deze richtlijn eerbiedigt de grondrechten en neemt de beginselen in acht die met name in het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie zijn erkend. Deze richtlijn beoogt met name te waarborgen dat het recht op bescherming van persoonsgegevens en de vrijheid van ondernemerschap onverkort worden geëerbiedigd.

(23)

Daar de doelstelling van deze richtlijn, namelijk een doeltreffende administratieve samenwerking tussen de lidstaten onder voorwaarden die verenigbaar zijn met het goed functioneren van de interne markt, niet voldoende door de lidstaten kan worden verwezenlijkt, maar wegens de vereiste uniformiteit en doeltreffendheid beter op Unieniveau kan worden verwezenlijkt, kan de Unie, overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag betreffende de Europese Unie neergelegde subsidiariteitsbeginsel, maatregelen nemen. Overeenkomstig het in hetzelfde artikel neergelegde evenredigheidsbeginsel gaat deze richtlijn niet verder dan hetgeen nodig is om deze doelstelling te verwezenlijken.

(24)

Richtlijn 2011/16/EU moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

Artikel 1

Richtlijn 2011/16/EU wordt als volgt gewijzigd:

1)

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

a)

punt 9 wordt vervangen door:

„9.   „automatische uitwisseling”:

a)

voor de toepassing van artikel 8, lid 1, en artikel 8 bis, de systematische verstrekking van vooraf bepaalde inlichtingen aan een andere lidstaat, zonder voorafgaand verzoek, met regelmatige, vooraf vastgestelde tussenpozen. Voor de toepassing van artikel 8, lid 1, betekent „beschikbare inlichtingen” inlichtingen die zich bevinden in de belastingdossiers van de lidstaat die de inlichtingen verstrekt, en die opvraagbaar zijn overeenkomstig de procedures voor het verzamelen en verwerken van inlichtingen in die lidstaat;

b)

voor de toepassing van artikel 8, lid 3 bis, de systematische verstrekking van vooraf bepaalde inlichtingen over ingezetenen van andere lidstaten aan de betrokken lidstaat van verblijf, zonder voorafgaand verzoek, met regelmatige, vooraf vastgestelde tussenpozen. In de context van artikel 8, lid 3 bis, artikel 8, lid 7 bis, artikel 21, lid 2, en artikel 25, leden 2 en 3, hebben tussen aanhalingstekens geplaatste termen de betekenis die ze hebben volgens de overeenkomstige definities in bijlage I;

c)

voor de toepassing van alle andere bepalingen van deze richtlijn dan artikel 8, lid 1, artikel 8, lid 3 bis, en artikel 8 bis, de systematische verstrekking van vooraf bepaalde inlichtingen overeenkomstig de punten a) en b) van dit punt.”;

b)

de volgende punten worden toegevoegd:

„14.

„voorafgaande grensoverschrijdende ruling”: een akkoord, een mededeling dan wel enig ander instrument of enige andere handeling met soortgelijk effect, ook indien afgegeven, gewijzigd of hernieuwd, in het kader van een belastingcontrole, mits aan de volgende voorwaarden is voldaan:

a)

het of zij is afgegeven, gewijzigd of hernieuwd door of namens de regering of de belastingautoriteit van een lidstaat, of een territoriaal of staatkundig onderdeel van die lidstaat, met inbegrip van de lokale overheden, ongeacht of er effectief gebruik van wordt gemaakt;

b)

het of zij is afgegeven, gewijzigd of hernieuwd, ten aanzien van een welbepaalde persoon of groep van personen, en deze persoon of groep personen kan zich erop beroepen;

c)

het of zij de interpretatie of toepassing betreft van een wettelijke of bestuursrechtelijke bepaling ter toepassing of handhaving van nationale belastingwetgeving van de lidstaat of de territoriale of staatkundige onderdelen daarvan, met inbegrip van de lokale overheden;

d)

het of zij betrekking heeft op een grensoverschrijdende transactie of op de vraag of er op grond van de activiteiten van een persoon in een ander rechtsgebied al dan niet sprake is van een vaste inrichting, en;

e)

het of zij eerder is tot stand gekomen dan de transacties of activiteiten in een ander rechtsgebied op grond waarvan mogelijkerwijs sprake is van een vaste inrichting, of dan de indiening van een belastingaangifte voor het tijdvak waarin de transactie of reeks transacties dan wel de activiteiten hebben plaatsgevonden.

De grensoverschrijdende transactie kan betrekking hebben op, maar is niet beperkt tot, het doen van investeringen, het leveren van goederen, het verrichten van diensten, het financieren of het gebruiken van materiële of immateriële activa, waarbij de persoon die de voorafgaande grensoverschrijdende ruling heeft gekregen, niet rechtstreeks betrokken hoeft te zijn;

15.

„voorafgaande verrekenprijsafspraak”: een akkoord, een mededeling dan wel enig ander instrument of enige andere handeling met soortgelijk effect, ook indien gemaakt, gewijzigd of hernieuwd, in het kader van een belastingcontrole, mits aan de volgende voorwaarden is voldaan:

a)

het of zij is gemaakt, gewijzigd of hernieuwd door of namens de regering of de belastingautoriteit van een of meer lidstaten, of een territoriaal of staatkundig onderdeel daarvan, met inbegrip van de lokale overheden, ongeacht of er effectief gebruik van wordt gemaakt;

b)

het of zij is gemaakt, gewijzigd of hernieuwd, ten aanzien van een welbepaalde persoon of groep van personen, en deze persoon of groep personen kan zich erop beroepen; en

c)

voordat grensoverschrijdende transacties tussen verbonden ondernemingen hebben plaatsgevonden, een passende reeks criteria om de verrekenprijzen voor die transacties te bepalen of de toerekening van winsten aan een vaste inrichting is vastgesteld.

Ondernemingen zijn verbonden ondernemingen wanneer één onderneming rechtstreeks of middellijk deelneemt aan de leiding van, aan de zeggenschap in of in het kapitaal van een andere onderneming of wanneer dezelfde personen rechtstreeks of middellijk deelnemen aan de leiding van, aan de zeggenschap in of in het kapitaal van de ondernemingen.

Verrekenprijzen zijn de prijzen die een onderneming aan verbonden ondernemingen in rekening brengt voor de overdracht van materiële en immateriële goederen of voor het verlenen van diensten, en het „bepalen van verrekenprijzen” moet in die zin worden uitgelegd;

16.

voor de toepassing van punt 14 is een „grensoverschrijdende transactie” een transactie of reeks van transacties waarbij:

a)

niet alle partijen bij de transactie of reeks van transacties hun fiscale woonplaats hebben in de lidstaat die de voorafgaande grensoverschrijdende ruling afgeeft, wijzigt of hernieuwt;

b)

een of meer van de partijen bij de transactie of reeks van transacties haar fiscale woonplaats tegelijkertijd in meer dan een rechtsgebied heeft;

c)

een van de partijen bij de transactie of reeks van transacties haar bedrijf uitoefent in een ander rechtsgebied via een vaste inrichting en de transactie of reeks van transacties alle of een deel van de activiteiten van de vaste inrichting uitmaakt. Een grensoverschrijdende transactie of reeks van transacties omvat tevens de regelingen die worden getroffen door een persoon ten aanzien van de bedrijfsactiviteiten die hij in een ander rechtsgebied via een vaste inrichting uitoefent; of

d)

die transacties of reeks van transacties een grensoverschrijdend effect hebben.

Voor de toepassing van punt 15 is een „grensoverschrijdende transactie” een transactie of reeks van transacties tussen verbonden ondernemingen die niet allemaal hun fiscale woonplaats op het grondgebied van hetzelfde rechtsgebied hebben of een transactie of reeks transacties die een grensoverschrijdend effect heeft;

17.

voor de toepassing van de punten 15 en 16 wordt onder „onderneming” verstaan iedere vorm van bedrijfsvoering.”.

2)

In artikel 8 worden de leden 4 en 5 geschrapt.

3)

De volgende artikelen worden ingevoegd:

„Artikel 8 bis

Omvang en voorwaarden van de verplichte automatische uitwisseling van inlichtingen over voorafgaande grensoverschrijdende rulings en voorafgaande verrekenprijsafspraken

1.   De bevoegde autoriteit van een lidstaat die na 31 december 2016 een voorafgaande grensoverschrijdende ruling of voorafgaande verrekenprijsafspraak afgeeft of maakt, wijzigt of hernieuwt, verstrekt de bevoegde autoriteiten van alle andere lidstaten en de Europese Commissie automatisch inlichtingen daaromtrent, met inachtneming van de in lid 8 van dit artikel genoemde beperkingen, zulks overeenkomstig de uit hoofde van artikel 21 vastgestelde toepasselijke praktische regelingen.

2.   De bevoegde autoriteit van een lidstaat verstrekt, overeenkomstig de krachtens artikel 21 vastgestelde toepasselijke praktische regelingen, ook de bevoegde autoriteiten van alle andere lidstaten, alsmede de Europese Commissie, de inlichtingen — beperkt tot de in lid 8 van dit artikel genoemde gevallen — over voorafgaande grensoverschrijdende rulings en voorafgaande verrekenprijsafspraken die zijn afgegeven of gemaakt, gewijzigd of hernieuwd binnen een periode beginnend vijf jaar vóór 1 januari 2017.

Indien voorafgaande grensoverschrijdende rulings en voorafgaande verrekenprijsafspraken zijn afgegeven of gemaakt, gewijzigd of hernieuwd tussen 1 januari 2012 en 31 december 2013, worden die inlichtingen verstrekt op voorwaarde dat die voorafgaande grensoverschrijdende rulings of voorafgaande verrekenprijsafspraken nog geldig waren op 1 januari 2014.

Indien voorafgaande grensoverschrijdende rulings en voorafgaande verrekenprijsafspraken zijn afgegeven of gemaakt, gewijzigd of hernieuwd tussen 1 januari 2014 en 31 december 2016, worden die inlichtingen verstrekt ongeacht of die voorafgaande grensoverschrijdende rulings of voorafgaande verrekenprijsafspraken nog geldig zijn.

De lidstaten kunnen bepalen dat van de in dit lid bedoelde verstrekking van inlichtingen uitgesloten zijn, inlichtingen over voorafgaande grensoverschrijdende rulings en voorafgaande verrekenprijsafspraken die vóór 1 april 2016 zijn afgegeven of gemaakt, gewijzigd of hernieuwd ten aanzien van een bepaalde persoon of groep personen, met uitzondering van die welke hoofdzakelijk financiële of investeringsactiviteiten verrichten, met een jaarlijkse nettogroepsomzet, als gedefinieerd in artikel 2, punt 5, van Richtlijn 2013/34/EU van het Europees Parlement en de Raad (6), van minder dan 40 000 000 EUR (of het equivalent daarvan in een andere valuta) in het boekjaar voorafgaand aan de datum waarop die grensoverschrijdende rulings en voorafgaande verrekenprijsafspraken zijn afgegeven of gemaakt, gewijzigd of hernieuwd.

3.   Bilaterale of multilaterale voorafgaande verrekenprijsafspraken met derde landen worden van het toepassingsgebied van de automatische uitwisseling van inlichtingen overeenkomstig dit artikel uitgesloten indien de internationale belastingovereenkomst uit hoofde waarvan over de voorafgaande verrekenprijsafspraken is onderhandeld, niet toestaat dat deze verrekenprijsafspraken aan derden worden vrijgegeven. Deze bilaterale of multilaterale voorafgaande verrekenprijsafspraken zullen overeenkomstig artikel 9 worden uitgewisseld, mits de internationale belastingovereenkomst uit hoofde waarvan over de voorafgaande verrekenprijsafspraken is onderhandeld, toestaat dat deze worden vrijgegeven en de bevoegde autoriteit van het derde land de toestemming geeft voor vrijgave van deze inlichtingen.

Indien de bilaterale of multilaterale voorafgaande verrekenprijsafspraken van de automatische uitwisseling van inlichtingen overeenkomstig de eerste zin van de eerste alinea van dit lid worden uitgesloten, worden in plaats daarvan de in lid 6 van dit artikel bedoelde inlichtingen waarvan sprake in het verzoek dat tot deze bilaterale of multilaterale voorafgaande verrekenprijsafspraak heeft geleid, uitgewisseld op grond van de leden 1 en 2 van dit artikel.

4.   De leden 1 en 2 zijn niet van toepassing wanneer een voorafgaande grensoverschrijdende ruling uitsluitend betrekking heeft op de belastingzaken van een of meer natuurlijke personen.

5.   De inlichtingenuitwisseling geschiedt als volgt:

a)

voor de overeenkomstig lid 1 uitgewisselde inlichtingen: binnen drie maanden na het einde van het eerste halfjaar van het kalenderjaar waarin de voorafgaande grensoverschrijdende rulings of voorafgaande verrekenprijsafspraken zijn afgegeven of gemaakt, gewijzigd of hernieuwd;

b)

voor de overeenkomstig lid 2 uitgewisselde inlichtingen: vóór 1 januari 2018.

6.   De door een lidstaat uit hoofde van de leden 1 en 2 van dit artikel te verstrekken inlichtingen omvatten onder meer de volgende gegevens:

a)

de identificatiegegevens van de persoon, niet zijnde een natuurlijke persoon, en in voorkomend geval van de groep personen waartoe deze behoort;

b)

een samenvatting van de inhoud van de voorafgaande grensoverschrijdende ruling of voorafgaande verrekenprijsafspraak, met onder meer een omschrijving van de relevante zakelijke activiteiten of transacties of reeks van transacties, in algemene bewoordingen gesteld, die niet mag niet leiden tot de openbaarmaking van een handels-, bedrijfs-, nijverheids- of beroepsgeheim of een fabrieks- of handelswerkwijze, of van inlichtingen die in strijd zouden zijn met de openbare orde;

c)

de data waarop de voorafgaande grensoverschrijdende ruling of voorafgaande verrekenprijsafspraak is afgegeven of gemaakt, gewijzigd of hernieuwd;

d)

de aanvangsdatum van de geldigheidsperiode van de voorafgaande grensoverschrijdende ruling of voorafgaande verrekenprijsafspraak, indien vermeld;

e)

de einddatum van de geldigheidsperiode van de voorafgaande grensoverschrijdende ruling of voorafgaande verrekenprijsafspraak, indien vermeld;

f)

het type voorafgaande grensoverschrijdende ruling of voorafgaande verrekenprijsafspraak;

g)

het bedrag van de transactie of reeks van transacties van de voorafgaande grensoverschrijdende ruling of voorafgaande verrekenprijsafspraak, indien vermeld in de voorafgaande grensoverschrijdende ruling of voorafgaande verrekenprijsafspraak;

h)

de beschrijving van de reeks criteria die zijn gebruikt voor de verrekenprijsvaststelling of de verrekenprijs zelf in het geval van een voorafgaande verrekenprijsafspraak;

i)

de methode die wordt gebruikt voor de verrekenprijsvaststelling of de verrekenprijs zelf in het geval van een voorafgaande verrekenprijsafspraak;

j)

de andere lidstaten, indien er zijn, waarop de voorafgaande grensoverschrijdende ruling of de voorafgaande verrekenprijsafspraak naar alle waarschijnlijkheid van invloed zal zijn;

k)

personen, niet zijnde natuurlijke personen, in de andere lidstaten, indien die er zijn, op wie de voorafgaande grensoverschrijdende ruling of de voorafgaande verrekenprijsafspraak naar alle waarschijnlijkheid van invloed zal zijn (waarbij vermeld dient te worden met welke lidstaten de getroffen personen verbonden zijn); en

l)

de vermelding of de meegedeelde inlichtingen gebaseerd zijn op de voorafgaande grensoverschrijdende ruling of de voorafgaande verrekenprijsafspraak zelf, dan wel op het in lid 3, tweede alinea, van dit artikel bedoelde verzoek.

7.   Om de in lid 6 van dit artikel bedoelde uitwisseling van inlichtingen te vergemakkelijken stelt de Commissie praktische regelingen vast voor de uitvoering van dit artikel, daaronder begrepen maatregelen om de verstrekking van de in lid 6 van dit artikel genoemde inlichtingen te standaardiseren, in het kader van de procedure voor de vaststelling van het standaardformulier als bedoeld in artikel 20, lid 5.

8.   Inlichtingen in de zin van de punten a), b), h) en k) van lid 6 van dit artikel worden niet medegedeeld aan de Europese Commissie.

9.   De ontvangst van de inlichtingen wordt door de bevoegde autoriteit van de in lid 6, onder j), genoemde betrokken lidstaten onmiddellijk en in elk geval niet later dan zeven werkdagen na ontvangst, indien mogelijk langs elektronische weg, aan de verstrekkende bevoegde autoriteit bevestigd. Deze maatregel is van toepassing totdat het in artikel 21, lid 5, bedoelde gegevensbestand operationeel wordt.

10.   De lidstaten kunnen, in overeenstemming met artikel 5 en met inachtneming van artikel 21, lid 4, om aanvullende inlichtingen verzoeken, daaronder begrepen de volledige tekst van een voorafgaande grensoverschrijdende ruling of een voorafgaande verrekenprijsafspraak.

Artikel 8 ter

Statistieken over de automatische uitwisseling

1.   Vóór 1 januari 2018 doen de lidstaten de Commissie jaarlijks statistieken over de omvang van de automatische uitwisseling van inlichtingen uit hoofde van de artikelen 8 en 8 bis toekomen, alsmede, voor zover mogelijk, gegevens betreffende administratieve en andere relevante kosten en baten voor belastingdiensten en derden die betrekking hebben op de verrichte uitwisselingen, en mogelijke veranderingen.

2.   Vóór 1 januari 2019 presenteert de Commissie een verslag met een overzicht en een beoordeling van de uit hoofde van lid 1 van dit artikel ontvangen statistieken en gegevens betreffende, onder meer, administratieve en andere relevante kosten en baten met betrekking tot de automatische uitwisseling van inlichtingen, alsmede de daarmee samenhangende praktische aspecten. Indien passend, dient de Commissie bij de Raad een voorstel in betreffende de categorieën van artikel 8, lid 1, en de in dat lid gestelde voorwaarden, met inbegrip van de voorwaarde dat inlichtingen betreffende ingezetenen van andere lidstaten beschikbaar moeten zijn, of de in artikel 8, lid 3 bis, vermelde bestanddelen, of beide.

Bij de behandeling van een door de Commissie ingediend voorstel beoordeelt de Raad of de doeltreffendheid en de werking van de automatische uitwisseling van inlichtingen verder moeten worden verbeterd en of deze aan een strengere standaard moeten gaan beantwoorden, teneinde erin te voorzien dat:

a)

de bevoegde autoriteit van elke lidstaat de bevoegde autoriteit van elke andere lidstaat met betrekking tot belastingtijdvakken vanaf 1 januari 2019 automatisch inlichtingen verstrekt over ingezetenen van die andere lidstaat, met betrekking tot alle in artikel 8, lid 1, vermelde inkomsten- en vermogenscategorieën, op te vatten in de zin van de nationale wetgeving van de lidstaat die de inlichtingen verstrekt; en

b)

de lijsten van de in artikel 8, lid 1, en artikel 8, lid 3 bis, vermelde categorieën en bestanddelen worden uitgebreid met andere categorieën en bestanddelen, waaronder royalty's.

(6)  Richtlijn 2013/34/EU van het Europees Parlement en van de Raad van 26 juni 2013 betreffende de jaarlijkse financiële overzichten, geconsolideerde financiële overzichten en aanverwante verslagen van bepaalde ondernemingsvormen, tot wijziging van Richtlijn 2006/43/EG van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Richtlijnen 78/660/EEG en 83/349/EEG van de Raad (PB L 182 van 29.6.2013, blz. 19).”."

4)

In artikel 20 wordt het volgende lid toegevoegd:

„5.   Een standaardformulier, dat de talenregeling bevat, wordt vóór 1 januari 2017 door de Commissie vastgesteld volgens de in artikel 26, lid 2, bedoelde procedure. De automatische uitwisseling van gegevens over voorafgaande grensoverschrijdende rulings en voorafgaande verrekenprijsafspraken overeenkomstig artikel 8 bis geschiedt aan de hand van dat standaardformulier. Dat standaardformulier bevat niet meer rubrieken waarover gegevens worden uitgewisseld dan die welke in artikel 8 bis, lid 6, worden opgesomd en de andere daaraan gerelateerde gebieden die noodzakelijk zijn voor het verwezenlijken van de doelstellingen van artikel 8 bis.

De in de eerste alinea vermelde talenregeling staat er niet aan in de weg dat de lidstaten de in artikel 8 bis bedoelde inlichtingen in een van de officiële en werktalen van de Unie verstrekken. Niettemin kan in die talenregeling worden bepaald dat de belangrijkste elementen van deze inlichtingen ook in een andere officiële en werktaal van de Unie worden verstrekt.”.

5)

Artikel 21 wordt als volgt gewijzigd:

a)

lid 3 wordt vervangen door:

„3.   De door de instantie voor veiligheidsaccreditatie van de Commissie gemachtigde personen hebben slechts toegang tot de inlichtingen voor zover dat met het oog op het beheer, het onderhoud en de ontwikkeling van het in lid 5 bedoelde gegevensbestand en het CCN-netwerk noodzakelijk is.”;

b)

het volgende lid wordt toegevoegd:

„5.   De Commissie ontwikkelt uiterlijk op 31 december 2017 een beveiligd centraal gegevensbestand van de lidstaten betreffende administratieve samenwerking op belastinggebied en zorgt voor de technische en logistieke ondersteuning daarvan; in dat centraal gegevensbestand kunnen in het kader van artikel 8 bis, leden 1 en 2, van deze richtlijn te verstrekken inlichtingen worden opgeslagen om te voldoen aan de automatische uitwisseling als bedoeld in die leden. De bevoegde autoriteiten van alle lidstaten hebben toegang tot de in dit gegevensbestand opgeslagen inlichtingen. De Commissie heeft ook toegang tot de in dit gegevensbestand opgeslagen inlichtingen, evenwel met inachtneming van in artikel 8 bis, lid 8 genoemde beperkingen. De noodzakelijke praktische regelingen worden door de Commissie vastgesteld volgens de in artikel 26, lid 2, bedoelde procedure.

In afwachting dat dat beveiligd centraal gegevensbestand operationeel wordt, geschiedt de in artikel 8 bis, leden 1 en 2, bedoelde automatische uitwisseling van gegevens volgens lid 1 van dit artikel en de toepasselijke praktische regelingen.”.

6)

Artikel 23 wordt als volgt gewijzigd:

a)

lid 3 wordt vervangen door:

„3.   De lidstaten doen de Commissie een jaarlijkse beoordeling toekomen van de doeltreffendheid van de in artikel 8 en artikel 8 bis bedoelde automatische inlichtingenuitwisseling en de daarmee bereikte praktische resultaten. De vorm en wijze van mededeling van de jaarlijkse beoordeling worden door de Commissie volgens de in artikel 26, lid 2, bedoelde procedure vastgesteld.”;

b)

de leden 5 en 6 worden geschrapt.

7)

Het volgende artikel wordt ingevoegd:

„Artikel 23 bis

Vertrouwelijkheid van inlichtingen

1.   De krachtens deze richtlijn aan de Commissie verstrekte inlichtingen worden door haar vertrouwelijk gehouden overeenkomstig de op de autoriteiten van de Unie toepasselijke bepalingen en mogen niet worden gebruikt voor andere doeleinden dan om te beoordelen of en in hoeverre de lidstaten aan deze richtlijn voldoen.

2.   De krachtens artikel 23 door een lidstaat aan de Commissie verstrekte gegevens, alsmede alle door de Commissie opgestelde rapporten of bescheiden waarin van die gegevens gebruik wordt gemaakt, kunnen aan andere lidstaten worden doorgegeven. De doorgegeven gegevens vallen onder de geheimhoudingsplicht en genieten de bescherming waarin voor soortgelijke inlichtingen wordt voorzien bij het nationale recht van de ontvangende lidstaat.

De in de eerste alinea bedoelde door de Commissie opgestelde rapporten en bescheiden mogen door de lidstaten uitsluitend voor analytische doeleinden worden gebruikt, en mogen niet zonder uitdrukkelijke toestemming van de Commissie worden bekendgemaakt of aan andere personen of organen beschikbaar worden gesteld.”.

8)

In artikel 25 wordt het volgende lid ingevoegd:

„1 bis.   Verordening (EG) nr. 45/2001 is van toepassing op de verwerking van persoonsgegevens in het kader van deze richtlijn door de instellingen en organen van de Unie. Voor de juiste toepassing van deze richtlijn wordt de omvang van de verplichtingen en rechten die zijn neergelegd in artikel 11, artikel 12, lid 1, en de artikelen 13 tot en met 17 van Verordening (EG) nr. 45/2001 evenwel beperkt, voor zover dit noodzakelijk is om de in artikel 20, lid 1, onder b), van die verordening bedoelde belangen te vrijwaren.”.

Artikel 2

1.   Uiterlijk op 31 december 2016 stellen de lidstaten de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast om aan deze richtlijn te voldoen en maken deze bekend. Zij delen de Commissie de tekst van die maatregelen onverwijld mee.

Zij passen die maatregelen toe vanaf 1 januari 2017.

Wanneer de lidstaten die maatregelen aannemen, wordt in die bepalingen zelf of bij de officiële bekendmaking ervan naar deze richtlijn verwezen. De regels voor die verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.

2.   De lidstaten delen de Commissie de tekst van de belangrijkste bepalingen van intern recht mede die zij op het onder deze richtlijn vallende gebied vaststellen.

Artikel 3

Deze richtlijn treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 4

Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 8 december 2015.

Voor de Raad

De voorzitter

P. GRAMEGNA


(1)  Advies van 27 oktober 2015 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad).

(2)  PB C 332 van 8.10.2015, blz. 64.

(3)  Advies van 14 oktober 2015 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad).

(4)  Richtlijn 2011/16/EU van de Raad van 15 februari 2011 betreffende de administratieve samenwerking op het gebied van de belastingen en tot intrekking van Richtlijn 77/799/EEG (PB L 64 van 11.3.2011, blz. 1).

(5)  Richtlijn 2014/107/EU van de Raad van 9 december 2014 tot wijziging van Richtlijn 2011/16/EU wat betreft verplichte automatische uitwisseling van inlichtingen op belastinggebied (PB L 359 van 16.12.2014, blz. 1).