30.9.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 255/386


BESLUIT (EU) 2015/1699 VAN HET EUROPEES PARLEMENT

van 29 april 2015

over het verlenen van kwijting voor de uitvoering van de begroting van de gemeenschappelijke onderneming voor de uitvoering van het gezamenlijk technologie-initiatief inzake innovatieve geneesmiddelen voor het begrotingsjaar 2013

HET EUROPEES PARLEMENT,

gezien de definitieve jaarrekening van de gemeenschappelijke onderneming voor de uitvoering van het gezamenlijk technologie-initiatief inzake innovatieve geneesmiddelen voor het begrotingsjaar 2013,

gezien het verslag van de Rekenkamer over de jaarrekening van de gemeenschappelijke onderneming voor de uitvoering van het gezamenlijk technologie-initiatief inzake innovatieve geneesmiddelen voor het begrotingsjaar 2013, vergezeld van de antwoorden van de gemeenschappelijke onderneming (1),

gezien de verklaring van de Rekenkamer voor het begrotingsjaar 2013 waarin de betrouwbaarheid van de rekeningen en de wettigheid en regelmatigheid van de onderliggende verrichtingen worden bevestigd (2), overeenkomstig artikel 287 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

gezien de aanbeveling van de Raad van 17 februari 2015 betreffende de aan de gemeenschappelijke onderneming te verlenen kwijting voor de uitvoering van de begroting voor het begrotingsjaar 2013 (05306/2015 — C8-0049/2015),

gezien artikel 319 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

gezien Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (3),

gezien Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie en tot intrekking van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad (4), en met name artikel 209,

gezien Verordening (EG) nr. 73/2008 van de Raad van 20 december 2007 tot oprichting van de gemeenschappelijke onderneming voor de uitvoering van het gezamenlijk technologie-initiatief inzake innovatieve geneesmiddelen (5),

gezien Verordening (EU) nr. 557/2014 van de Raad van 6 mei 2014 tot oprichting van de Gemeenschappelijke Onderneming voor het initiatief innovatieve geneesmiddelen 2 (6), en met name artikel 1, lid 2, en artikel 12,

gezien Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002 van de Commissie van 19 november 2002 houdende de financiële kaderregeling van de organen zoals bedoeld in artikel 185 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (7),

gezien Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 110/2014 van de Commissie van 30 september 2013 tot vaststelling van de financiële modelregeling voor publiek-private partnerschapsorganen bedoeld in artikel 209 van Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 van het Europees Parlement en de Raad (8),

gezien artikel 94 van en bijlage V bij zijn Reglement,

gezien het verslag van de Commissie begrotingscontrole (A8-0106/2015),

1.   

verleent kwijting aan de waarnemend uitvoerend directeur van de gemeenschappelijke onderneming voor het initiatief innovatieve geneesmiddelen 2 voor de uitvoering van de begroting van de gemeenschappelijke onderneming voor de uitvoering van het gezamenlijk technologie-initiatief inzake innovatieve geneesmiddelen voor het begrotingsjaar 2013;

2.   

formuleert zijn opmerkingen in onderstaande resolutie;

3.   

verzoekt zijn voorzitter dit besluit en de resolutie die daarvan een integrerend deel uitmaakt, te doen toekomen aan de waarnemend uitvoerend directeur van de gemeenschappelijke onderneming voor het initiatief innovatieve geneesmiddelen 2, de Raad, de Commissie en de Rekenkamer, en te zorgen voor publicatie ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie (serie L).

De voorzitter

Martin SCHULZ

De secretaris-generaal

Klaus WELLE


(1)  PB C 452 van 16.12.2014, blz. 35.

(2)  PB C 452 van 16.12.2014, blz. 36.

(3)  PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1.

(4)  PB L 298 van 26.10.2012, blz. 1.

(5)  PB L 30 van 4.2.2008, blz. 38.

(6)  PB L 169 van 7.6.2014, blz. 54.

(7)  PB L 357 van 31.12.2002, blz. 72.

(8)  PB L 38 van 7.2.2014, blz. 2.