14.2.2013   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 43/24


VERORDENING (EU) Nr. 126/2013 VAN DE COMMISSIE

van 13 februari 2013

tot wijziging van bijlage XVII bij Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH)

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH), tot oprichting van een Europees Agentschap voor chemische stoffen, houdende wijziging van Richtlijn 1999/45/EG en houdende intrekking van Verordening (EEG) nr. 793/93 van de Raad en Verordening (EG) nr. 1488/94 van de Commissie alsmede Richtlijn 76/769/EEG van de Raad en de Richtlijnen 91/155/EEG, 93/67/EEG, 93/105/EG en 2000/21/EG van de Commissie (1), en met name artikel 131,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bijlage XVII bij Verordening (EG) nr. 1907/2006 heeft de beperkingen overgenomen die eerder waren vastgesteld in Richtlijn 76/769/EEG van de Raad van 27 juli 1976 betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen der lidstaten inzake de beperking van het op de markt brengen en van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen en preparaten (2). In vermelding 6, punt 1, van bijlage XVII bij die verordening werd de term „product”, die gebruikt werd in de oorspronkelijke beperking inzake asbest in Richtlijn 76/769/EEG, vervangen door „voorwerp” dat geen betrekking heeft op mengsels. Om ervoor te zorgen dat vermelding 6, punt 1, dezelfde artikelen bestrijkt als die richtlijn moet de term „mengsels” worden toegevoegd.

(2)

De afwijkingen in de vermeldingen 16 en 17 van bijlage XVII bij Verordening (EG) nr. 1907/2006 wat betreft het gebruik van loodcarbonaten en loodsulfaten in verven voor de restauratie en het onderhoud van kunstwerken en van historische gebouwen en hun interieurs moeten niet alleen gelden voor het gebruik maar ook voor het in de handel brengen daarvan om het mogelijk te maken dat die verven ook voor restauratie- en onderhoudswerken beschikbaar zijn.

(3)

De beperking in de vermeldingen 28, 29 en 30 van bijlage XVII bij Verordening (EG) nr. 1907/2006 verwijst naar een specifieke concentratiegrens die is vastgesteld in Verordening (EG) nr. 1272/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 betreffende de indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels, tot wijziging en intrekking van de Richtlijnen 67/548/EEG en 1999/45/EG en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1907/2006 (3) en naar een concentratiegrens die is aangegeven in Richtlijn 1999/45/EG van het Europees Parlement en de Raad van 31 mei 1999 betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de indeling, de verpakking en het kenmerken van gevaarlijke preparaten (4), die worden toegepast om te bepalen of een stof of mengsel onder die beperking valt. Er moet worden verduidelijkt dat de in Richtlijn 1999/45/EG aangegeven concentratiegrens alleen geldt wanneer geen specifieke concentratiegrens is vastgesteld in deel 3 van bijlage VI bij Verordening (EG) nr. 1272/2008.

(4)

Verordening (EU) nr. 519/2012 van de Commissie van 19 juni 2012 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 850/2004 van het Europees Parlement en de Raad betreffende persistente organische verontreinigende stoffen met betrekking tot bijlage I (5) heeft gechloreerde paraffines met een korte keten (SCCP’s) toegevoegd aan bijlage I bij Verordening (EG) nr. 850/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende persistente organische verontreinigende stoffen en tot wijziging van Richtlijn 79/117/EEG (6). De productie, het in de handel brengen en het gebruik van SCCP’s zijn daarom verboden, afgezien van enkele specifieke vrijstellingen. Vermelding 42 in bijlage XVII bij Verordening (EG) nr. 1907/2006, die twee toepassingen van SCCP’s beperkt die nu uit hoofde van Verordening (EG) nr. 850/2004 zijn verboden, is overbodig geworden en moet daarom worden geschrapt.

(5)

Er moet gebruik worden gemaakt van een geharmoniseerde testmethode die door het Europees Comité voor Normalisatie is goedgekeurd voor de bepaling van het wateroplosbaar chroom VI-gehalte van cement overeenkomstig Richtlijn 2003/53/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 juni 2003 houdende zesentwintigste wijziging van Richtlijn 76/769/EEG van de Raad betreffende beperkingen op het in de handel brengen en het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen en preparaten (nonylfenol, nonylfenolethoxylaat en cement) (7). Voor de duidelijkheid moet vermelding 47 van bijlage XVII bij Verordening (EG) nr. 1907/2006 een verwijzing naar die testmethode bevatten.

(6)

De stof methyleendifenyldiisocyanaat (MDI) in vermelding 56 van bijlage XVII bij Verordening (EG) nr. 1907/2006, geïdentificeerd door CAS-nummer 26447-40-5 en EG-nummer 247-714-0, omvat alle mengsels van isomeren en ook alle afzonderlijke isomeren. Bepaalde afzonderlijke isomeren hebben echter specifieke CAS- of EG-nummers. Om duidelijk te maken dat alle isomeren hieronder vallen, moeten drie afzonderlijke CAS- en EG-nummers worden toegevoegd.

(7)

Verordening (EG) nr. 552/2009 van de Commissie van 22 juni 2009 tot wijziging van bijlage XVII bij Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH) (8) heeft de nota’s E, H en S uit het voorwoord bij de aanhangsels 1 tot en met 6 van bijlage XVII bij Verordening (EG) nr. 1907/2006, alsook uit de aanhangsels 1, 2, 3, 5 en 6 geschrapt. Voor de nodige samenhang moeten de nota’s E, H en S ook uit aanhangsel 4 worden geschrapt.

(8)

De vermelding voor diisopentylftalaat in aanhangsel 6 van bijlage XVII bij Verordening (EG) nr. 1907/2006 geeft onjuiste EG- en CAS-nummers aan, die moeten worden gecorrigeerd.

(9)

Door het Europees Comité voor Normalisatie zijn nieuwe normen voor de testmethoden voor azokleurstoffen en azoverfstoffen goedgekeurd. Daarom moet aanhangsel 10 van bijlage XVII bij Verordening (EG) nr. 1907/2006 worden bijgewerkt om rekening te houden met die normen.

(10)

Verordening (EG) nr. 1907/2006 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(11)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het bij artikel 133 van Verordening (EG) nr. 1907/2006 ingestelde comité,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Bijlage XVII bij Verordening (EG) nr. 1907/2006 wordt overeenkomstig de bijlage bij deze verordening gewijzigd.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 13 februari 2013.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel BARROSO


(1)  PB L 396 van 30.12.2006, blz. 1.

(2)  PB L 262 van 27.9.1976, blz. 201.

(3)  PB L 353 van 31.12.2008, blz. 1.

(4)  PB L 200 van 30.7.1999, blz. 1.

(5)  PB L 159 van 20.6.2012, blz. 1.

(6)  PB L 158 van 30.4.2004, blz. 7.

(7)  PB L 178 van 17.7.2003, blz. 24.

(8)  PB L 164 van 26.6.2009, blz. 7.


BIJLAGE

Bijlage XVII bij Verordening (EG) nr. 1907/2006 wordt als volgt gewijzigd:

1)

In vermelding 6, kolom 2, punt 1, wordt de eerste alinea vervangen door:

„1.

De vervaardiging, het in de handel brengen en het gebruik van deze vezels en van voorwerpen en mengsels waaraan deze vezels opzettelijk zijn toegevoegd, zijn verboden.”.

2)

In vermelding 16, kolom 2, wordt de tweede alinea vervangen door:

„De lidstaten mogen echter overeenkomstig de bepalingen van IAO-Verdrag nr. 13 het gebruik van de stof of het mengsel op hun grondgebied toestaan voor de restauratie en het onderhoud van kunstwerken en van historische gebouwen en hun interieurs, alsook het in de handel brengen voor dergelijk gebruik. De lidstaten die van deze afwijking gebruikmaken, stellen de Commissie daarvan in kennis.”.

3)

In vermelding 17, kolom 2, wordt de tweede alinea vervangen door:

„De lidstaten mogen echter overeenkomstig de bepalingen van IAO-Verdrag nr. 13 het gebruik van de stof of het mengsel op hun grondgebied toestaan voor de restauratie en het onderhoud van kunstwerken en van historische gebouwen en hun interieurs, alsook het in de handel brengen voor dergelijk gebruik. De lidstaten die van deze afwijking gebruikmaken, stellen de Commissie daarvan in kennis.”.

4)

In de vermeldingen 28, 29 en 30, kolom 2, punt 1, wordt het vijfde streepje van de eerste alinea vervangen door:

„—

hetzij de in Richtlijn 1999/45/EG vastgestelde desbetreffende concentratiegrens wanneer geen specifieke concentratiegrens is vastgesteld in deel 3 van bijlage VI bij Verordening (EG) nr. 1272/2008.”.

5)

In vermelding 40, kolom 1, worden in de Engelse versie de woorden „to that Regulation” vervangen door „to Regulation (EC) No 1272/2008”.

6)

Vermelding 42 wordt geschrapt.

7)

In vermelding 47, kolom 2, wordt het volgende punt 4 toegevoegd:

„4.

De door het Europees Comité voor Normalisatie goedgekeurde norm voor het testen van het wateroplosbaar chroom (VI)-gehalte van cement en cementhoudende mengsels wordt gebruikt als de testmethode om aan te tonen dat aan het bepaalde in punt 1 wordt voldaan.”.

8)

In punt 56 wordt kolom 1 vervangen door:

„56.

Methyleendifenyldiisocyanaat (MDI)

CAS-nr. 26447-40-5

EG-nr. 247-714-0

inclusief de volgende afzonderlijke isomeren:

a)

4,4’-methyleendifenyldiisocyanaat:

CAS-nr. 101-68-8

EG-nr. 202-966-0

b)

2,4’-methyleendifenyldiisocyanaat:

CAS-nr. 5873-54-1

EG-nr. 227-534-9

c)

2,2’-methyleendifenyldiisocyanaat:

CAS-nr. 2536-05-2

EG-nr. 219-799-4”.

9)

In aanhangsel 4 worden in de kolom „Nota’s” de verwijzingen naar de nota’s E, H en S geschrapt.

10)

In aanhangsel 6 wordt de rij betreffende 1,2-benzeendicarbonzuur, dipentylester, vertakt en lineair, n-pentyl-isopentylftalaat, di-n-pentylftalaat, di-isopentylftalaat vervangen door:

Stoffen

Catalogusnummer

EG-nr.

CAS-nr.

Nota's

„1,2-benzeendicarbonzuur, dipentylester, vertakt en lineair [1]

607-426-00-1

284-032-2 [1]

84777-06-0 [1]

 

n-pentyl-isopentylftalaat [2]

 

[2]

[2]

 

di-n-pentylftalaat [3]

 

205-017-9 [3]

131-18-0 [3]

 

diisopentylftalaat [4]

 

210-088-4 [4]

605-50-5 [4]”

 

11)

Aanhangsel 10 wordt vervangen door:

„Aanhangsel 10

Vermelding 43 — Azokleurstoffen — Lijst van testmethoden

Lijst van testmethoden

Europese normalisatie-organisatie

Referentie en titel van de geharmoniseerde norm

Referentie van de vervangen norm

CEN

EN ISO 17234-1:2010

Leer — Chemische beproevingen — Bepaling van bepaalde azokleurstoffen in geverfd leer — Deel 1: Bepaling van bepaalde aromatische amines van azokleurstoffen

CEN ISO/TS 17234:2003

CEN

EN ISO 17234-2:2011

Leer — Chemische beproevingen voor de bepaling van zekere azokleurstoffen in geverfd leer — Deel 2: Bepaling van 4-aminoazobenzeen

CEN ISO/TS 17234:2003

CEN

EN 14362-1:2012

Textiel — Methoden voor de bepaling van bepaalde aromatische amines afgeleid van azokleurstoffen — Deel 1: Detectie van het gebruik van bepaalde met en zonder extractie van de vezels toegankelijke azokleurstoffen

EN 14362-1:2003

EN 14362-2:2003

CEN

EN 14362-3:2012

Textiel — Methoden voor de bepaling van bepaalde aromatische amines afgeleid van azokleurstoffen — Deel 3: Detectie van het gebruik van bepaalde azokleurstoffen, die 4-aminoazobenzeen kunnen afgeven”