20.9.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 253/8


UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 849/2012 VAN DE COMMISSIE

van 19 september 2012

tot verlening van een vergunning voor een preparaat van citroenzuur, sorbinezuur, thymol en vanilline als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor mestkippen, opfokleghennen, alle kleine vogelsoorten (voor mest- en legdoeleinden) en gespeende Suidae, met uitzondering van Sus scrofa domesticus (vergunninghouder Vetagro SpA)

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1831/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2003 betreffende toevoegingsmiddelen voor diervoeding (1), en met name artikel 9, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De verlening van vergunningen voor toevoegingsmiddelen voor diervoeding, met inbegrip van de vergunningsgronden en -procedures, is geregeld bij Verordening (EG) nr. 1831/2003.

(2)

Overeenkomstig artikel 7 van Verordening (EG) nr. 1831/2003 is een aanvraag voor een vergunning voor een preparaat van citroenzuur, sorbinezuur, thymol en vanilline ingediend. De krachtens artikel 7, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1831/2003 vereiste gegevens en documenten waren bij de aanvraag gevoegd.

(3)

De aanvraag betreft de verlening van een vergunning voor een preparaat van citroenzuur, sorbinezuur, thymol en vanilline als toevoegingsmiddel voor diervoeding in de categorie „zoötechnische toevoegingsmiddelen” voor mestkippen, opfokleghennen, alle kleine vogelsoorten (voor mest- en legdoeleinden) en alle kleine varkenssoorten (gespeend).

(4)

Het gebruik van een preparaat van citroenzuur, sorbinezuur, thymol en vanilline is bij Verordening (EU) nr. 1117/2010 van de Commissie (2) voor tien jaar toegestaan als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor gespeende biggen.

(5)

De Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) heeft in haar advies van 25 mei 2012 (3) geconcludeerd dat het in de bijlage gespecificeerde preparaat van citroenzuur, sorbinezuur, thymol en vanilline, onder de voorgestelde gebruiksvoorwaarden, geen nadelige gevolgen voor de diergezondheid, de menselijke gezondheid of het milieu heeft en dat dit toevoegingsmiddel de prestaties van de doelsoorten kan verbeteren. Specifieke eisen voor toezicht na het in de handel brengen acht de EFSA niet nodig. De EFSA heeft ook het verslag over de analysemethode voor het toevoegingsmiddel voor diervoeding geverifieerd dat door het bij Verordening (EG) nr. 1831/2003 ingestelde referentielaboratorium was ingediend.

(6)

Uit de beoordeling van het preparaat blijkt dat aan de in artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1831/2003 vermelde voorwaarden voor de verlening van een vergunning is voldaan. Het gebruik van dit preparaat zoals gespecificeerd in de bijlage bij deze verordening moet daarom worden toegestaan.

(7)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Voor het in de bijlage beschreven preparaat, dat behoort tot de categorie „zoötechnische toevoegingsmiddelen” en de functionele groep „andere zoötechnische toevoegingsmiddelen”, wordt een vergunning voor gebruik als toevoegingsmiddel voor diervoeding verleend, als aangegeven in die bijlage.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 19 september 2012.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel BARROSO


(1)  PB L 268 van 18.10.2003, blz. 29.

(2)  PB L 317 van 3.12.2010, blz. 3.

(3)  EFSA Journal (2012); 10(5):2670.


BIJLAGE

Identificatienummer van het toevoegingsmiddel

Naam van de vergunninghouder

Toevoegingsmiddel

Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimumgehalte

Maximumgehalte

Andere bepalingen

Einde van de vergunningsperiode

mg/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %

Categorie: zoötechnische toevoegingsmiddelen. Functionele groep: andere zoötechnische toevoegingsmiddelen (verbetering van zoötechnische parameters)

4d 3

Vetagro SpA

Preparaat van citroenzuur, sorbinezuur, thymol en vanilline

 

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

Bereiding van beschermde microparels, bevattende citroenzuur, sorbinezuur, thymol en vanilline met minimaal:

 

citroenzuur: 25 g/100 g

 

sorbinezuur: 16,7 g/100 g

 

thymol: 1,7 g/100 g

 

vanilline: 1 g/100 g

 

Karakterisering van de werkzame stof

 

Citroenzuur C6H8O7 (zuiverheid ≥ 99,5 %)

2-hydroxy-1,2,3-propaantricarboxylzuur, CAS-nr. 77-92-9 watervrij

 

Sorbinezuur C6H8O2 (zuiverheid ≥ 99,5 %)

2,4-hexadieenzuur, CAS-nr. 110-44-1

 

Thymol (zuiverheid ≥ 98 %)

5-methyl-2-(1-methylethyl)fenol, CAS-nr. 89-83-8

 

Vanilline (zuiverheid ≥ 99,5 %)

4-hydroxy-3-methoxybenzaldehyde, CAS-nr. 121-33-5

 

Analysemethoden  (1)

Bepaling van sorbinezuur en thymol in diervoeders: reversed-phase hogedrukvloeistofchromatografie met ultraviolet/diodearraydetectie(RP-HPLC-UV/DAD). Bepaling van citroenzuur in het toevoegingsmiddel en de voormengsels: (RP-HPLC-UV/DAD). Bepaling van citroenzuur in diervoeder: enzymatische bepaling van citroenzuurgehalte- NADH (gereduceerde vorm van nicotinamideadenine-dinucleotide) spectrometrische methode.

Mestkippen en opfokleghennen

Kleine vogelsoorten (voor mest- en legdoeleinden)

200

Voor de veiligheid: gebruik van ademhalingsbescherming, bril en handschoenen tijdens hantering.

10 oktober 2022

Gespeende Suidae

met uitzondering van Sus scrofa domesticus

1 000


(1)  Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn te vinden op het volgende adres van het referentielaboratorium: http://irmm.jrc.ec.europa.eu/EURLs/EURL_feed_additives/Pages/index.aspx