8.3.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 61/42


BESLUIT VAN DE COMMISSIE

van 7 maart 2011

betreffende de historische luchtvaartemissies overeenkomstig artikel 3 quater, lid 4, van Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten binnen de Gemeenschap

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2011) 1328)

(Voor de EER relevante tekst)

(2011/149/EU)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 oktober 2003 tot vaststelling van een regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten binnen de Gemeenschap en tot wijziging van Richtlijn 96/61/EG van de Raad (1), en met name artikel 3 quater, lid 4,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij artikel 3 quater van Richtlijn 2003/87/EG is de totale hoeveelheid emissierechten vastgesteld die aan vliegtuigexploitanten wordt toegewezen. Deze hoeveelheid is uitgedrukt als percentage van de historische luchtvaartemissies. In artikel 3, onder s), van Richtlijn 2003/87/EG worden de historische luchtvaartemissies gedefinieerd als het rekenkundige gemiddelde van de jaarlijkse emissies in de kalenderjaren 2004, 2005 en 2006 door vliegtuigen die in bijlage I bij Richtlijn 2003/87/EG genoemde luchtvaartactiviteiten uitoefenen. Krachtens artikel 3 quater, leden 2 en 3, van die richtlijn moet de totale hoeveelheid emissierechten die aan vliegtuigexploitanten wordt toegewezen, worden berekend op basis van dat historische gemiddelde.

(2)

De Commissie heeft zich overeenkomstig artikel 18 ter van Richtlijn 2003/87/EG laten bijstaan door Eurocontrol. Als beste beschikbare gegevens voor de berekening van de historische emissies werden de gedetailleerde luchtverkeersgegevens in de databanken van het Central Route Charges Office (CRCO) en de Central Flow Management Unit (CFMU) van Eurocontrol aangemerkt. Deze omvatten de reële trajectlengte van elke individuele vlucht. Op basis hiervan werden de emissies per vlucht berekend met behulp van de ANCAT 3-methodiek (Abatement of Nuisances Caused by Air Transport) en de CASE-methodiek (Calculation of Emissions by Selective Equivalence). Deze aanpak van de berekening van de historische emissies is verder verfijnd met behulp van informatie over het reële brandstofverbruik die door een representatief aantal vliegtuigexploitanten vrijwillig is verstrekt. Dit heeft voor een accurater model gezorgd. Er zijn aanvullende berekeningen uitgevoerd om rekening te houden met het brandstofverbruik door het gebruik van de hulpaggregaten (APU’s). Eerst is het gemiddelde APU-brandstofverbruik voor verschillende typen vliegtuigen bepaald. Daarna zijn de afzonderlijke emissiefactoren van het APU-brandstofverbruik afgeleid om de totale APU-emissies te berekenen door middel van een proces waarin rekening is gehouden met het daadwerkelijke brandstofverbruik van de vluchten in het kader van de EU-regeling voor de emissiehandel van elk type vliegtuig en met het gebruik van grondstroomtoevoer in luchthavens. De emissies die aan het resulterende totale APU-brandstofverbruik zijn toe te schrijven, zijn voor elk van de jaren 2004, 2005 en 2006 opgenomen in de historische luchtvaartemissies.

(3)

De jaarlijkse emissies van vliegtuigen die in bijlage I bij Richtlijn 2003/87/EG genoemde luchtvaartactiviteiten uitoefenen, zijn voor het kalenderjaar 2004 op 209 123 585 ton CO2 geraamd. De jaarlijkse emissies van deze vliegtuigen zijn voor het kalenderjaar 2005 op 220 703 342 ton CO2 en voor het kalenderjaar 2006 op 228 602 103 ton CO2 geraamd. De historische luchtvaartemissies, die als het rekenkundige gemiddelde van de bovengenoemde emissies worden gedefinieerd, bedragen daarom 219 476 343 ton CO2.

(4)

De Commissie heeft het bij artikel 9 van Beschikking nr. 280/2004/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 betreffende een bewakingssysteem voor de uitstoot van broeikasgassen in de Gemeenschap en de uitvoering van het Protocol van Kyoto (2) ingestelde Comité klimaatverandering geraadpleegd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Voor de toepassing van artikel 3 quater, leden 1 en 2, van Richtlijn 2003/87/EG worden de historische luchtvaartemissies vastgesteld op 219 476 343 ton CO2.

Artikel 2

Dit besluit is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 7 maart 2011.

Voor de Commissie

Connie HEDEGAARD

Lid van de Commissie


(1)  PB L 275 van 25.10.2003, blz. 32.

(2)  PB L 49 van 19.2.2004, blz. 1.