27.11.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 312/31 |
BESLUIT VAN DE COMMISSIE
van 26 november 2010
betreffende het standpunt van de Europese Unie over de wijzigingen in bijlage 6 bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten
(2010/724/EU)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Besluit 2002/309/EG, Euratom van de Raad en, wat betreft de overeenkomst inzake Wetenschappelijke en Technologische Samenwerking, van de Commissie van 4 april 2002 betreffende de sluiting van zeven overeenkomsten met de Zwitserse Bondsstaat (1), en met name artikel 5, lid 2, tweede alinea,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten (2) (hierna „de landbouwovereenkomst” genoemd) is op 1 juni 2002 in werking getreden. |
(2) |
Bij artikel 6 van de landbouwovereenkomst is een Gemengd Landbouwcomité opgericht dat is belast met het beheer van de overeenkomst en het toezicht op de goede werking ervan. |
(3) |
Artikel 11 van de landbouwovereenkomst stelt het Gemengd Comité in staat de bijlagen en aanhangsels van de bijlagen bij de overeenkomst door middel van een besluit te wijzigen. |
(4) |
Het Gemengd Comité heeft onlangs besloten om de artikelen 2 en 3 en de aanhangsels 1 tot en met 4 van bijlage 6 bij de landbouwovereenkomst te wijzigen. |
(5) |
Artikel 5, lid 2, van Besluit 2002/309/EG bepaalt dat de Commissie bij de vaststelling van het standpunt van de Unie over een besluit van het Gemengd Comité tot wijziging van bijlage 6 bij de landbouwovereenkomst de in de artikelen 4 en 7 van Besluit 1999/468/EG van de Raad (3) vastgestelde procedure moet volgen. De Commissie wordt bijgestaan door het bij artikel 1 van Besluit 66/399/EEG van de Raad (4) ingestelde Permanent Comité voor teeltmateriaal voor land-, tuin- en bosbouw. |
(6) |
Het door de Commissie in het Gemengd Landbouwcomité in te nemen standpunt van de Europese Unie betreffende de wijzigingen in bijlage 6 bij de landbouwovereenkomst moet bij dit besluit worden vastgesteld. |
(7) |
De in dit besluit vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor teeltmateriaal voor land-, tuin- en bosbouw, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Het standpunt van de Europese Unie dat de Commissie moet innemen in het Gemengd Landbouwcomité dat is opgericht bij artikel 6 van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten, is gebaseerd op het aan dit besluit gehechte ontwerp-besluit van het Gemengd Landbouwcomité.
Artikel 2
Het besluit van het Gemengd Landbouwcomité wordt na goedkeuring bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Gedaan te Brussel, 26 november 2010.
Voor de Commissie
De voorzitter
José Manuel BARROSO
(1) PB L 114 van 30.4.2002, blz. 1.
(2) PB L 114 van 30.4.2002, blz. 132.
(3) PB L 184 van 17.7.1999, blz. 23.
(4) PB 125 van 11.7.1966, blz. 2289/66.
BIJLAGE
Voorstel voor
BESLUIT Nr. …/2010 VAN HET BIJ DE OVEREENKOMST TUSSEN DE EUROPESE GEMEENSCHAP EN DE ZWITSERSE BONDSSTAAT INZAKE DE HANDEL IN LANDBOUWPRODUCTEN OPGERICHTE GEMENGD LANDBOUWCOMITÉ
van …
betreffende de wijzigingen in bijlage 6
(…/…/…)
HET GEMENGD LANDBOUWCOMITÉ,
Gezien de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten, en met name artikel 11,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De overeenkomst is op 1 juni 2002 in werking getreden. |
(2) |
Bijlage 6 heeft betrekking op zaaizaad van landbouwgewassen, groentegewassen, fruitgewassen, siergewassen en wijnstokken. Bijlage 6 wordt aangevuld met vier aanhangsels. |
(3) |
De aanhangsels van bijlage 6 zijn een eerste maal vervangen bij Besluit nr. 4/2004 van het Gemengd Landbouwcomité, dat als bijlage is opgenomen bij Besluit 2004/660/EG van de Commissie (1). |
(4) |
Aanhangsel 1, deel 1, heeft betrekking op de voorschriften van beide partijen en erkent dat de in deze voorschriften vastgestelde voorwaarden dezelfde effecten hebben. |
(5) |
Aanhangsel 2 bevat een lijst met de instanties van de partijen die belast zijn met de controle en de certificering van zaaizaad. |
(6) |
In aanhangsel 3 worden de door de Europese Unie en Zwitserland geaccepteerde afwijkende regelingen vermeld. |
(7) |
In aanhangsel 4 worden de door beide partijen erkende derde landen vermeld waaruit zaaizaad mag worden ingevoerd. Bovendien worden de gewassen en de reikwijdte van de erkenning gepreciseerd. |
(8) |
De partijen zijn van oordeel dat een vereenvoudiging van aanhangsel 2 met de in artikel 2, lid 3, en artikel 3, lid 1, vermelde instanties moet worden doorgevoerd. |
(9) |
De partijen zijn van oordeel dat hun respectieve wettelijke bepalingen inzake teeltmateriaal voor wijnstokken dezelfde effecten hebben. |
(10) |
De partijen hebben zich ertoe verbonden om ervoor te zorgen dat de grenscontroles voor zaaizaad van de soorten waarvoor de partijen de conformiteit van hun voorschriften, vermeld in aanhangsel 1, deel 1, hebben erkend, worden afgeschaft. |
(11) |
Sinds de inwerkingtreding op 1 juli 2004 van voornoemd besluit nr. 4 zijn de in de aanhangsels 1, 3 en 4 vermelde wettelijke bepalingen van de partijen gewijzigd op gebieden die de overeenkomst betreffen. |
(12) |
Ingevolge de uitbreiding van de Europese Unie moeten de lijsten van de door beide partijen erkende derde landen worden gewijzigd. |
(13) |
Daarom moeten de artikelen 2 en 3 en de aanhangsels 1 tot en met 4 van bijlage 6 worden gewijzigd om rekening te houden met deze veranderingen, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Artikel 2, lid 3, wordt vervangen door:
„3. De nationale autoriteiten die verantwoordelijk zijn voor de toepassing van de wetgeving worden vermeld in aanhangsel 2. Een regelmatig bijgewerkte lijst met de voor de conformiteitscontroles verantwoordelijke instanties kan worden verkregen bij de in aanhangsel 2 genoemde autoriteiten.”.
Artikel 2
Artikel 3, lid 1, wordt vervangen door:
„1. Elke partij erkent voor zaaizaad van de soorten als bedoeld in de in aanhangsel 1, deel 2, vermelde voorschriften de in lid 2 omschreven certificaten die door de in artikel 2, lid 3, vermelde instanties zijn opgesteld overeenkomstig de voorschriften van de andere partij.”.
Artikel 3
De aanhangsels van bijlage 6 bij de overeenkomst worden vervangen door de bij dit besluit gevoegde teksten van de aanhangsels.
Artikel 4
Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2011.
Gedaan te Brussel, …
Voor het Gemengd Landbouwcomité
De voorzitter en het hoofd van de delegatie van de Europese Unie
Paul VAN GELDORP
Het hoofd van de Zwitserse delegatie
Jacques CHAVAZ
De secretaris van het Comité
Malgorzata SLIWINSKA-KLENNER
Aanhangsel 1
VOORSCHRIFTEN (2)
Deel 1 (erkenning van de onderlinge conformiteit van de voorschriften)
A. VOORSCHRIFTEN VAN DE UNIE
1. Basisteksten
Richtlijn 66/401/EEG van de Raad van 14 juni 1966 betreffende het in de handel brengen van zaaizaad van groenvoedergewassen (PB 125 van 11.7.1966, blz. 2298/66).
Richtlijn 66/402/EEG van de Raad van 14 juni 1966 betreffende het in de handel brengen van zaaigranen (PB 125 van 11.7.1966, blz. 2309/66).
Richtlijn 68/193/EEG van de Raad van 9 april 1968 betreffende het in de handel brengen van vegetatief teeltmateriaal voor wijnstokken (PB L 93 van 17.4.1968, blz. 15).
Richtlijn 2002/53/EG van de Raad van 13 juni 2002 betreffende de gemeenschappelijke rassenlijst voor landbouwgewassen (PB L 193 van 20.7.2002, blz. 1).
Richtlijn 2002/54/EG van de Raad van 13 juni 2002 betreffende het in de handel brengen van bietenzaad (PB L 193 van 20.7.2002, blz. 12).
Richtlijn 2002/56/EG van de Raad van 13 juni 2002 betreffende het in de handel brengen van pootaardappelen (PB L 193 van 20.7.2002, blz. 60).
Richtlijn 2002/57/EG van de Raad van 13 juni 2002 betreffende het in de handel brengen van zaaizaad van oliehoudende planten en vezelgewassen (PB L 193 van 20.7.2002, blz. 74).
2. Uitvoeringsbesluiten
Beschikking 80/755/EEG van de Commissie van 17 juli 1980 houdende machtiging om de voorgeschreven gegevens op de verpakkingen van zaaigranen te vermelden (PB L 207 van 9.8.1980, blz. 37).
Beschikking 81/675/EEG van de Commissie van 28 juli 1981 houdende vaststelling dat bepaalde sluitingssystemen „sluitingssystemen die niet opnieuw kunnen worden gebruikt” zijn in de zin van de Richtlijnen 66/400/EEG, 66/401/EEG, 66/402/EEG, 69/208/EEG en 70/458/EEG van de Raad (PB L 246 van 29.8.1981, blz. 26).
Richtlijn 93/17/EEG van de Commissie van 30 maart 1993 tot vaststelling van communautaire klassen voor basispootgoed van aardappelen en van de daarvoor geldende eisen en aanduidingen (PB L 106 van 30.4.1993, blz. 7).
Beschikking 97/125/EG van de Commissie van 24 januari 1997 houdende machtiging om de voorgeschreven gegevens onuitwisbaar aan te brengen op de verpakkingen van zaaizaad van olie- en vezelgewassen en tot wijziging van Beschikking 87/309/EEG houdende machtiging om de voorgeschreven gegevens onuitwisbaar aan te brengen op de verpakkingen van zaaizaad van bepaalde soorten van voedergewassen (PB L 48 van 19.2.1997, blz. 35).
Beschikking 2003/17/EG van de Raad van 16 december 2002 betreffende de gelijkwaardigheid van in derde landen verrichte veldkeuringen van gewassen voor de teelt van zaaizaad en de gelijkwaardigheid van in derde landen voortgebracht zaaizaad (PB L 8 van 14.1.2003, blz. 10).
Richtlijn 2003/90/EG van de Commissie van 6 oktober 2003 houdende bepalingen ter uitvoering van artikel 7 van Richtlijn 2002/53/EG van de Raad met betrekking tot de kenmerken waartoe het onderzoek van bepaalde rassen van landbouwgewassen zich ten minste moet uitstrekken, en de minimumeisen voor dat onderzoek (PB L 254 van 8.10.2003, blz. 7).
Beschikking 2004/266/EG van de Commissie van 17 maart 2004 houdende machtiging om de voorgeschreven gegevens onuitwisbaar aan te brengen op de verpakkingen van zaaizaad van voedergewassen (PB L 83 van 20.3.2004, blz. 23).
Richtlijn 2004/29/EG van de Commissie van 4 maart 2004 de vaststelling van de kenmerken en de minimumeisen voor het onderzoek van de wijnstokrassen (PB L 71 van 10.3.2004, blz. 22).
Beschikking 2004/842/EG van de Commissie van 1 december 2004 tot vaststelling van uitvoeringsregels volgens welke de lidstaten toestemming kunnen geven voor het in de handel brengen van zaai- of pootgoed van rassen waarvoor de opname in de nationale rassenlijst voor landbouw- of groentegewassen is aangevraagd (PB L 362 van 9.12.2004, blz. 21).
Beschikking 2005/834/EG van de Raad van 8 november 2005 over de gelijkwaardigheid van in bepaalde derde landen verrichte controles op de instandhouding van rassen en tot wijziging van Beschikking 2003/17/EG (PB L 312 van 29.11.2005, blz. 51).
Richtlijn 2006/47/EG van de Commissie van 23 mei 2006 tot vaststelling van bijzondere voorwaarden met betrekking tot de aanwezigheid van Avena fatua in zaaigranen (PB L 136 van 24.5.2006, blz. 18).
Richtlijn 2008/124/EG van de Commissie van 18 december 2008 waarbij de handel in zaaizaad van sommige soorten groenvoedergewassen, oliehoudende planten en vezelgewassen wordt beperkt tot zaaizaad dat officieel als „basiszaad” of als „gecertificeerd zaad” is goedgekeurd (PB L 340 van 19.12.2008, blz. 73).
Verordening (EG) nr. 637/2009 van de Commissie van 22 juli 2009 tot vaststelling van nadere bepalingen betreffende de geschiktheid van rasbenamingen voor landbouw- en groentegewassen (PB L 191 van 23.7.2009, blz. 10).
B. VOORSCHRIFTEN VAN ZWITSERLAND (3)
Loi fédérale du 29 avril 1998 sur l’agriculture (RS 910.1).
Ordonnance du 7 décembre 1998 sur la production et la mise en circulation du matériel végétal de multiplication (RS 916 151).
Ordonnance du DFE du 7 décembre 1998 sur les semences et les plants des espèces de grandes cultures et de plantes fourragères (RS 916 151.1)
Ordonnance de l’OFAG du 7 décembre 1998 sur le catalogue des variétés de céréales, de pommes de terre, de plantes fourragères, de plants oléagineuses et à fibres ainsi que de betteraves (RS 916 151.6).
Ordonnance du DFE du 2 novembre 2006 sur la production et la mise en circulation du matériel végétal de multiplication (RS 916 151.3).
Deel 2 (wederzijdse erkenning van certificaten)
A. VOORSCHRIFTEN VAN DE UNIE
1. Basisteksten
—
2. Uitvoeringsbesluiten
—
B. VOORSCHRIFTEN VAN ZWITSERLAND
—
C. BIJ INVOER VEREISTE CERTIFICATEN
—
Aanhangsel 2
IN ARTIKEL 2, LID 3, VERMELDE AUTORITEITEN
A. EUROPESE UNIE
BELGIË
Bureau de Coordination Agricole/Landbouwbureau |
BCA/LB |
Rue du Progrès 50/Vooruitgangstraat 50 |
City Atrium, 6ème étage/6de verdieping |
1210 BRUXELLES/BRUSSEL |
e-mail: BCA-LB-COORD@spw.wallonie.be |
BULGARIJE
Executive Agency of Variety Testing, |
Field Inspection and Seed Control |
125, Tzarigradsko Shosse Blvd. |
1113 Sofia |
BULGARIA |
Tel. + 359 2 870 03 75 |
Fax 359 2 870 65 17 |
e-mail: iasas@iasas.government.bg |
TSJECHIË
Central Institute for Supervising and Testing in Agriculture (Ústřední kontrolní a zkušební ústav zemědělský) |
Division of Seed Materials and Planting Stock (Odbor osiv a sadby) |
Za Opravnou 4 |
CZ-150 06 Praha 5 - Motol |
DENEMARKEN
Ministry of Food, Agriculture and Fisheries |
Plant Directorate |
Skovbrynet 20 |
DK-2800 Kgs. Lyngby |
Tel. + 45 45 26 36 00 |
Fax 45 45 26 36 10 |
e-mail: meb@pdir.dk |
DUITSLAND
Bundessortenamt |
Osterfelddamm 80 |
30627 Hannover |
Tel. + 49511-9566-50 |
Fax 49511 9566-9600 |
e-mail: BSA@bundessortenamt.de |
ESTLAND
Agricultural Board |
Teaduse 2 |
Saku 75501 Harju county |
ESTONIA |
General fax 372 6712 604 |
GRIEKENLAND
Ministry of Rural Development and Food |
Directorate of Plant Production Inputs |
6, Kapnokoptiriou Str |
Athens 10433 |
Greece |
Tel. + 302102124199, |
Fax 302102124137 |
e-mail: ax2u017@minagric.gr |
SPANJE
Oficina Española de Variedades Vegetales |
Ministerio de Medio Ambiente y Medio Rural y Marino |
c/Alfonso XII, 62 |
28014 Madrid |
Tel. + 34913476659 |
Fax 34913476703 |
FRANKRIJK
GNIS-Service Officiel de Contrôle et de Certification |
44, rue du Louvre |
F - 75001 PARIS |
Tel. + 33 (0) 1 42 33 76 93 |
Fax 33 (0) 1 40 28 40 16 |
IERLAND
Department of Agriculture, Fisheries and Food |
Seed Certification Division |
Backweston Farm |
Leixlip |
Co. Kildare |
Republic of Ireland |
Tel. + 353 1 6302900 |
Fax 353 1 6280634 |
ITALIË
Ente Nazionale Sementi Elette (ENSE), |
Via Ugo Bassi |
N. 8 20159 MILAN |
ITALY |
e-mail: aff-gen@ense.it |
CYPRUS
Ministry of Agriculture |
Natural Resources and Environment, |
Department of Agriculture |
Email address: doagrg@da.moa.gov.cy |
Tel. 00357 22 466249 |
Fax 00357 22 343419 |
LETLAND
State Plant Protection Service |
Seed Control Department |
Lielvardes street 36/38 |
Riga, LV - 1006 |
Tel. + 371-67113262 |
Fax 371-67113085 |
e-mail: info@vaad.gov.lv |
LITOUWEN
Ministry of Agriculture |
State Seed and Grain Service |
Ozo 4A, |
LT-08200 Vilnius |
Tel./Fax (+ 370 5) 2375631 |
LUXEMBURG
Ministère de l'Agriculture |
Administration des Services Techniques de l'Agriculture |
Service de la Production Végétale |
BP 1904 |
L-1019 Luxembourg |
Tel. + 352-457172-234 |
Fax 352-457172-341 |
HONGARIJE
Central Agricultural Office |
Directorate of Plant Production and Horticulture |
1024 Budapest |
Keleti Károly u. 24. |
HUNGARY |
Tel. + 36 06 1 336 9114 |
Fax 36 06 1 336 9011 |
MALTA
Ministry for Resources and Rural Affairs |
Plant Health Department |
Seeds and other Propagation Material Unit |
National Research and Development Centre |
Għammieri, Marsa MRS 3300 |
MALTA |
Tel. + 356 25904153 |
Fax 356 25904120. |
e-mail: spmu.mrra@gov.mt |
NEDERLAND
Ministry of Agriculture, Nature and Food Quality |
postbox 20401 |
2500 EK The Hague Netherlands |
Tel. + 31 70 3785776 |
Fax 31 70 3786156 |
OOSTENRIJK
Federal Office for Food Safety (Bundesamt für Ernährungssicherheit), |
Seed Certification Department |
Spargelfeldstraße 191 |
A-1220 Vienna |
Tel. + 43 50555 31121 |
Fax 43 50555 34808 |
e-mail: saatgut@baes.gv.at |
POLEN
Plant Health and Seed Inspection Service |
General Inspectorate |
Al. Jana Pawła II 11, 00-828 Warszawa |
Tel. 22 652-92-90, 22 620-28-24, 22 620-28-25 |
Fax 22 654-52-21 |
email: gi@piorin.gov.pl |
PORTUGAL
Direcção-Geral de Agricultura e Desenvolvimento Rural |
Direcção de Serviços de Fitossanidade e de Materiais de Propagação de Plantas |
Edifício 1, Tapada da Ajuda |
1349-018 Lisboa |
Phone: + 351 21 361 20 00 |
Fax 351 21 361 32 77/22 |
ROEMENIË
National Inspection for Quality of Seeds |
Ministry of Agriculture and Rural Development |
24 Blvd. Carol I, 70044 Bucharest |
Romania |
Tel. + 40 21 3078663 |
Fax 40 21 3078663 |
Email: incs@madr.ro |
SLOVENIË
Ministry for Agriculture, |
Forestry and Food |
Phytosanitary Administration of the Republic of Slovenia |
Einspielerjeva 6 |
1000 Ljubljana |
SLOWAKIJE
Seed inspection and certification body of the Slovak Republic |
Ústredný kontrolný a skúšobný ústav poľnohospodársky v Bratislave (UKSUP), |
odbor osív a sadív |
Central Controlling and Testing Institute in Agriculture in Braislava, |
Department of Seeds and Planting Materials |
Matúškova 21 |
833 16 Bratislava |
Slovenská Republika |
Tel. + 421259880255 |
FINLAND
Ministry of Agriculture and Forestry |
Department of Food and Health |
PO Box 30 |
FI - 00023 GOVERNMENT |
FINLAND |
Tel. + 358-9-16001 |
Fax + 358-9-1605 3338 |
email: elo.kirjaamo@mmm.fi |
ZWEDEN
Swedish Board of Agriculture (Jordbruksverket) |
Seed Division |
Box 83 |
SE-268 22 Svalöv |
SWEDEN |
Fax 46 - (0)36 - 15 83 08 |
e-mail: utsadeskontroll@jordbruksverket.se |
VERENIGD KONINKRIJK
Food and Environment Research Agency |
Seed Certification Team |
Whitehouse Lane, Huntingdon Road |
Cambridge CB3 0LF |
Tel. + 44(0)1223 342379 |
Fax 44(0)1223 342386 |
e-mail: seed.cert@fera.gsi.gov.uk |
B. ZWITSERLAND
Federal Office for Agriculture FOAG |
Certification, Plant Health and Variety Rights Service |
CH - 3003 Bern |
Tel. (41) 31 322 25 50 |
Fax (41) 31 322 26 34 |
Aanhangsel 3
AFWIJKENDE REGELINGEN
Door Zwitserland geaccepteerde afwijkende regelingen van de Europese Unie (4)
a) |
Beschikkingen tot vrijstelling van bepaalde lidstaten van de toepassing, ten aanzien van bepaalde gewassen, van de Richtlijnen 66/401/EEG, 66/402/EEG, 68/193/EEG, 2002/54/EG en 2002/57/EG van de Raad betreffende het in de handel brengen van zaaizaad van groenvoedergewassen, granen, wijnstokken, bieten en oliehoudende planten en vezelgewassen:
|
b) |
Beschikkingen tot machtiging van sommige lidstaten om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen te beperken (zie de gemeenschappelijke rassenlijst van landbouwgewassen, 28e volledige uitgave, kolom 4 (PB C 302 A van 12.12.2009, blz.1)). |
c) |
Beschikkingen tot machtiging van sommige lidstaten om strengere maatregelen te nemen met betrekking tot de aanwezigheid van Avena fatua in zaaigranen:
|
d) |
Beschikking tot machtiging van sommige lidstaten om, wat de handel in pootaardappelen betreft, voor hun gehele grondgebied of een gedeelte daarvan ten aanzien van bepaalde ziekten strengere maatregelen toe te passen dan op grond van de bijlagen I en II van Richtlijn 2002/56/EG van de Raad is vereist:
|
e) |
Beschikking tot machtiging om ook op basis van de uitkomsten van tests van zaaizaad en zaailingen te beoordelen of voor zaaizaad van één kloon afkomstige apomictische rassen van Poa pratensis aan de raszuiverheidsnormen is voldaan:
|
f) |
Beschikking tot vrijstelling van het Verenigd Koninkrijk van bepaalde verplichtingen om de Richtlijnen 66/402/EEG en 2002/57/EG van de Raad toe te passen ten aanzien van Avena strigosa Schreb.
|
g) |
Besluit tot vrijstelling van Letland van bepaalde verplichtingen om de Richtlijnen 66/402/EEG en 2002/57/EG van de Raad toe te passen ten aanzien van Avena strigosa Schreb., Brassica nigra (L.) Koch en Helianthus annuus L.
|
Aanhangsel 4
LIJST VAN DERDE LANDEN (5)
|
Argentinië |
|
Australië |
|
Canada |
|
Chili |
|
Kroatië |
|
Israël |
|
Marokko |
|
Nieuw-Zeeland |
|
Servië en Montenegro |
|
Zuid-Afrika |
|
Turkije |
|
Verenigde Staten van Amerika |
|
Uruguay |
(1) PB L 301 van 28.9.2004, blz. 55.
(2) Elke verwijzing naar een wetsbesluit geldt, tenzij anders aangegeven, als een verwijzing naar het desbetreffende besluit, als gewijzigd vóór 31.7.2010.
(3) De voorschriften voorzien niet in plaatselijke rassen die in Zwitserland in de handel mogen worden gebracht.
(4) Elke verwijzing naar een wetsbesluit geldt, tenzij anders aangegeven, als een verwijzing naar het desbetreffende besluit, als gewijzigd vóór 31 juli 2010.
(5) Voor veldkeuringen van gewassen voor de teelt van zaaizaad en het geproduceerde zaaizaad is de erkenning gebaseerd op Beschikking 2003/17/EG van de Raad (PB L 8 van 14.1.2003, blz. 10) en voor de controles op de instandhouding van rassen op Beschikking 2005/834/EG van de Raad (PB L 312 van 29.11.2005, blz. 51). Voor Noorwegen geldt de overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte.