8.12.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 321/5


VERORDENING (EG) Nr. 1194/2009 VAN DE COMMISSIE

van 30 november 2009

tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1702/2003 tot vaststelling van uitvoeringsvoorschriften inzake de luchtwaardigheid en milieucertificering van luchtvaartuigen en aanverwante producten, onderdelen en uitrustingsstukken, alsmede voor de certificering van ontwerp- en productieorganisaties

(Voor de EER relevante tekst)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 80, lid 2,

Gelet op Verordening (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 20 februari 2008 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels op het gebied van burgerluchtvaart en tot oprichting van een Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart, houdende intrekking van Richtlijn 91/670/EEG, Verordening (EG) nr. 1592/2002 en Richtlijn 2004/36/EG (1), en met name op artikel 5, lid 5,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Om een hoog en uniform niveau van veiligheid van het luchtverkeer in Europa te behouden, moeten er wijzigingen aangebracht worden aan de voorschriften en procedures voor de certificering van luchtvaartuigen en aanverwante producten, onderdelen en uitrustingsstukken en van ontwerp- en productieorganisaties, met name om er de definitie van het concept hoofdvestiging van een organisatie in op te nemen; moet de inhoud van het certificaat van geschiktheid voor gebruik „EASA-formulier 1” worden verbeterd en moeten de bepalingen betreffende de vliegvergunning worden herzien.

(2)

Verordening (EG) nr. 1702/2003 van de Commissie (2) dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd.

(3)

De maatregelen waarin deze verordening voorziet, zijn gebaseerd op de adviezen (3) die door het Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart (hierna „het Agentschap” genoemd) werden uitgebracht overeenkomstig artikel 17, lid 2, onder b), en artikel 19, lid 1, van Verordening (EG) nr. 216/2008.

(4)

De in deze verordening vastgestelde maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het bij artikel 65 van Verordening (EG) nr. 216/2008 ingestelde comité,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EG) nr. 1702/2003 wordt als volgt gewijzigd:

1)

In artikel 1, lid 2, worden de volgende punten e), f), g) en h) toegevoegd:

„e)

„hoofdvestiging van de organisatie” betekent het hoofdkantoor of de maatschappelijke zetel van de onderneming waar de belangrijkste financiële taken en de operationele controle van de activiteiten, waarnaar in deze verordening wordt verwezen, worden uitgevoerd.

f)

„artikel” betekent elk onderdeel en uitrustingsstuk dat wordt gebruikt in burgerluchtvaartuigen.

g)

„ETSO” betekent European Technical Standard Order. De European Technical Standard Order is een gedetailleerde luchtwaardigheidsspecificatie die door het Agentschap is uitgevaardigd om zeker te stellen dat wordt voldaan aan de voorschriften van deze verordening als een minimale prestatienorm voor gespecificeerde artikelen.

h)

„EPA” betekent European Part Approval. De European Part Approval betekent dat het artikel geproduceerd is in overeenstemming met goedgekeurde ontwerpgegevens die niet behoren tot de houder van het typecertificaat van het betreffende product, behalve voor ETSO-artikelen.”.

2)

In artikel 3, lid 5, wordt de verwijzing naar „21A.112” vervangen door „21A.112A”.

3)

Aan artikel 5 wordt het volgende lid 5 toegevoegd:

„5.   In afwijking van het gestelde in lid 1 mogen productieorganisaties die een goedkeuring hebben ontvangen in overeenstemming met subdelen F en G van sectie A van de bijlage (deel 21) bij deze verordening, tot 28 september 2010 certificaten van geschiktheid of verklaringen van conformiteit blijven uitvaardigen met de oorspronkelijke versie van het EASA-formulier 1, zoals bepaald in aanhangsel I van de bijlage (deel 21) bij deze verordening.”.

4)

De bijlage (deel 21) wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in alle lidstaten.

Gedaan te Brussel, 30 november 2009.

Voor de Commissie

Antonio TAJANI

Vicevoorzitter


(1)  PB L 79 van 19.3.2008, blz. 1.

(2)  PB L 243 van 27.9.2003, blz. 6.

(3)  Advies 03/2006 inzake redactionele wijzigingen, Advies 05/2006 inzake de hoofdvestiging van organisaties, Advies 06/2008 inzake EASA-formulier 1, Advies 04/2007 inzake vliegvergunningen.


BIJLAGE

De bijlage (deel 21) van Verordening (EG) nr. 1702/2003 wordt als volgt gewijzigd:

1)

de inhoudsopgave wordt vervangen door:

Inhoudsopgave

21.1

Algemeen

SECTIE A — TECHNISCHE VOORSCHRIFTEN

SUBDEEL A — ALGEMENE BEPALINGEN

21A.1

Toepassingsgebied

21A.2

Uitvoering door een andere persoon dan de aanvrager of houder van een certificaat

21A.3

Gebreken, storingen en defecten

21A.3B

Luchtwaardigheidsrichtlijnen

21A.4

Coördinatie tussen ontwerp en productie

SUBDEEL B — TYPECERTIFICATEN EN BEPERKTE TYPECERTIFICATEN

21A.11

Toepassingsgebied

21A.13

Aanvaardbaarheid

21A.14

Bewijs van bekwaamheid

21A.15

Aanvraag

21A.16A

Luchtwaardigheidsvoorschriften

21A.16B

Speciale voorwaarden

21A.17

Basis voor typecertificering

21A.18

Aanduiding van de toepasselijke milieueisen en certificeringsspecificaties

21A.19

Wijzigingen die een nieuw typecertificaat vereisen

21A.20

Voldoening aan de basis voor typecertificering en de milieueisen

21A.21

Afgifte van een typecertificaat

21A.23

Afgifte van een beperkt typecertificaat

21A.31

Typeontwerp

21A.33

Onderzoek en tests

21A.35

Vliegproeven

21A.41

Typecertificaat

21A.44

Verplichtingen van de houder

21A.47

Overdraagbaarheid

21A.51

Duur en permanente geldigheid

21A.55

Administratie

21A.57

Handleidingen

21A.61

Instructies voor permanente luchtwaardigheid

(SUBDEEL C — NIET VAN TOEPASSING)

SUBDEEL D — WIJZIGINGEN AAN DE TYPECERTIFICATEN EN BEPERKTE TYPECERTIFICATEN

21A.90

Toepassingsgebied

21A.91

Classificatie van wijzigingen aan typeontwerpen

21A.92

Aanvaardbaarheid

21A.93

Aanvraag

21A.95

Kleine wijzigingen

21A.97

Grote wijzigingen

21A.101

Aanduiding van de toepasselijke certificeringsspecificaties en milieueisen

21A.103

Goedkeuring

21A.105

Administratie

21A.107

Instructies voor permanente luchtwaardigheid

21A.109

Verplichtingen en EPA-kenmerking

SUBDEEL E — AANVULLENDE TYPECERTIFICATEN

21A.111

Toepassingsgebied

21A.112A

Aanvaardbaarheid

21A.112B

Bewijs van bekwaamheid

21A.113

Aanvraag om een aanvullend typecertificaat

21A.114

Conformiteit

21A.115

Afgifte van een aanvullend typecertificaat

21A.116

Overdraagbaarheid

21A.117

Wijzigingen aan het deel van een product waarop een aanvullend typecertificaat betrekking heeft

21A.118A

Verplichtingen en EPA-kenmerking

21A.118B

Duur en permanente geldigheid

21A.119

Handleidingen

21A.120

Instructies voor permanente luchtwaardigheid

SUBDEEL F — PRODUCTIE ZONDER ERKENNING ALS PRODUCTIEORGANISATIE

21A.121

Toepassingsgebied

21A.122

Aanvaardbaarheid

21A.124

Aanvraag

21A.125A

Afgifte van een akkoordverklaring

21A.125B

Bevindingen

21A.125C

Duur en permanente geldigheid

21A.126

Productiecontrolesysteem

21A.127

Proeven: luchtvaartuigen

21A.128

Proeven: motoren, propellers

21A.129

Verplichtingen van de fabrikant

21A.130

Conformiteitsverklaring

SUBDEEL G — ERKENNING ALS PRODUCTIEORGANISATIE

21A.131

Toepassingsgebied

21A.133

Aanvaardbaarheid

21A.134

Aanvraag

21A.135

Afgifte van een erkenning als productieorganisatie

21A.139

Kwaliteitssysteem

21A.143

Handboek

21A.145

Erkenningseisen

21A.147

Wijzigingen in de erkende productieorganisatie

21A.148

Wijzigingen van vestigingsplaats

21A.149

Overdraagbaarheid

21A.151

Erkenningsvoorwaarden

21A.153

Wijzigingen aan de erkenningsvoorwaarden

21A.157

Onderzoeken

21A.158

Bevindingen

21A.159

Duur en permanente geldigheid

21A.163

Bevoegdheden

21A.165

Verplichtingen van de houder

SUBDEEL H — BEWIJZEN VAN LUCHTWAARDIGHEID EN BEPERKTE BEWIJZEN VAN LUCHTWAARDIGHEID

21A.171

Toepassingsgebied

21A.172

Aanvaardbaarheid

21A.173

Classificatie

21A.174

Aanvraag

21A.175

Taal

21A.177

Amendement of wijziging

21A.179

Overdraagbaarheid en nieuwe afgifte binnen lidstaten

21A.180

Inspecties

21A.181

Duur en permanente geldigheid

21A.182

Identificatie van het luchtvaartuig

SUBDEEL I — GELUIDSCERTIFICATEN

21A.201

Toepassingsgebied

21A.203

Aanvaardbaarheid

21A.204

Aanvraag

21A.207

Amendement of wijziging

21A.209

Overdraagbaarheid en nieuwe afgifte binnen lidstaten

21A.210

Inspecties

21A.211

Duur en permanente geldigheid

SUBDEEL J — ERKENNING ALS ONTWERPORGANISATIE

21A.231

Toepassingsgebied

21A.233

Aanvaardbaarheid

21A.234

Aanvraag

21A.235

Afgifte van een erkenning als ontwerporganisatie

21A.239

Ontwerpborgingssysteem

21A.243

Gegevens

21A.245

Erkenningseisen

21A.247

Wijzigingen aan het ontwerpborgingssysteem

21A.249

Overdraagbaarheid

21A.251

Erkenningsvoorwaarden

21A.253

Wijzigingen aan de erkenningsvoorwaarden

21A.257

Onderzoeken

21A.258

Bevindingen

21A.259

Duur en permanente geldigheid

21A.263

Bevoegdheden

21A.265

Verplichtingen van de houder

SUBDEEL K — ONDERDELEN EN UITRUSTINGSSTUKKEN

21A.301

Toepassingsgebied

21A.303

Conformiteit met toepasselijke vereisten

21A.305

Goedkeuring van onderdelen en uitrustingsstukken

21A.307

Geschiktheid van onderdelen en uitrustingsstukken om te worden geïnstalleerd

(SUBDEEL L — NIET VAN TOEPASSING)

SUBDEEL M — REPARATIES

21A.431

Toepassingsgebied

21A.432A

Aanvaardbaarheid

21A.432B

Bewijs van bekwaamheid

21A.433

Reparatieontwerp

21A.435

Classificatie van reparaties

21A.437

Afgifte van een goedkeuring van een reparatieontwerp

21A.439

Productie van reparatieonderdelen

21A.441

Uitvoering van een reparatie

21A.443

Beperkingen

21A.445

Niet-gerepareerde schade

21A.447

Administratie

21A.449

Instructies voor permanente luchtwaardigheid

21A.451

Verplichtingen en EPA-kenmerking

(SUBDEEL N — NIET VAN TOEPASSING)

SUBDEEL O — ETSO-AUTORISATIES

21A.601

Toepassingsgebied

21A.602A

Aanvaardbaarheid

21A.602B

Bewijs van bekwaamheid

21A.603

Aanvraag

21A.604

ETSO-autorisatie voor een hulpaggregaat (APU)

21A.605

Vereisten inzake gegevens

21A.606

Afgifte van een ETSO-autorisatie

21A.607

Voorrechten verbonden aan een ETSO-autorisatie

21A.608

Ontwerp- en prestatieverklaring (DDP)

21A.609

Verplichtingen van de houders van ETSO-autorisaties

21A.610

Goedkeuring voor een afwijking

21A.611

Ontwerpwijzigingen

21A.613

Administratie

21A.615

Inspectie door het Agentschap

21A.619

Duur en permanente geldigheid

21A.621

Overdraagbaarheid

SUBDEEL P — VLIEGVERGUNNING

21A.701

Toepassingsgebied

21A.703

Aanvaardbaarheid

21A.705

Bevoegde instantie

21A.707

Aanvraag van een vliegvergunning

21A.708

Vluchtvoorwaarden

21A.709

Aanvraag tot goedkeuring van vluchtvoorwaarden

21A.710

Goedkeuring van vluchtvoorwaarden

21A.711

Afgifte van een vliegvergunning

21A.713

Wijzigingen

21A.715

Taal

21A.719

Overdraagbaarheid

21A.721

Inspecties

21A.723

Duur en permanente geldigheid

21A.725

Verlenging van de vliegvergunning

21A.727

Verplichtingen van de houder van een vliegvergunning

21A.729

Administratie

SUBDEEL Q — IDENTIFICATIE VAN PRODUCTEN, ONDERDELEN EN UITRUSTINGSSTUKKEN

21A.801

Identificatie van producten

21A.803

Behandeling van de identificatiegegevens

21A.804

Identificatie van onderdelen en uitrustingsstukken

21A.805

Identificatie van kritieke onderdelen

21A.807

Identificatie van ETSO-artikelen

SECTIE B — PROCEDURES VOOR BEVOEGDE INSTANTIES

SUBDEEL A — ALGEMENE VOORZIENINGEN

21B.5

Toepassingsgebied

21B.20

Verplichtingen van de bevoegde instantie

21B.25

Vereisten voor de organisatie van de bevoegde instantie

21B.30

Gedocumenteerde procedures

21B.35

Wijzigingen in organisatie en procedures

21B.40

Oplossing van geschillen

21B.45

Rapportage/coördinatie

21B.55

Administratie

21B.60

Luchtwaardigheidsrichtlijnen

SUBDEEL B — TYPECERTIFICATEN EN BEPERKTE TYPECERTIFICATEN

(SUBDEEL C — NIET VAN TOEPASSING)

SUBDEEL D — WIJZIGINGEN IN TYPECERTIFICATEN EN BEPERKTE TYPECERTIFICATEN

SUBDEEL E — AANVULLENDE TYPECERTIFICATEN

SUBDEEL F — PRODUCTIE ZONDER ERKENNING ALS PRODUCTIEORGANISATIE

21B.120

Onderzoek

21B.125

Bevindingen

21B.130

Afgifte van een akkoordverklaring

21B.135

Handhaving van de akkoordverklaring

21B.140

Wijziging van een akkoordverklaring

21B.145

Opschorting en intrekking van een akkoordverklaring

21B.150

Administratie

SUBDEEL G — ERKENNING ALS PRODUCTIEORGANISATIE

21B.220

Onderzoek

21B.225

Bevindingen

21B.230

Afgifte van een certificaat

21B.235

Permanent toezicht

21B.240

Wijziging van een erkenning als productieorganisatie

21B.245

Opschorting en intrekking van een erkenning als productieorganisatie

21B.260

Administratie

SUBDEEL H — BEWIJZEN VAN LUCHTWAARDIGHEID EN BEPERKTE BEWIJZEN VAN LUCHTWAARDIGHEID

21B.320

Onderzoek

21B.325

Afgifte van bewijzen van luchtwaardigheid

21B.326

Bewijs van luchtwaardigheid

21B.327

Beperkt bewijs van luchtwaardigheid

21B.330

Opschorting en intrekking van bewijzen van luchtwaardigheid en beperkte bewijzen van luchtwaardigheid

21B.345

Administratie

SUBDEEL I — GELUIDSCERTIFICATEN

21B.420

Onderzoek

21B.425

Afgifte van geluidscertificaten

21B.430

Opschorting en intrekking van een geluidscertificaat

21B.445

Administratie

SUBDEEL J — ERKENNING ALS ONTWERPORGANISATIE

SUBDEEL K — ONDERDELEN EN UITRUSTINGSSTUKKEN

(SUBDEEL L — NIET VAN TOEPASSING)

SUBDEEL M — REPARATIES

(SUBDEEL N — NIET VAN TOEPASSING)

SUBDEEL O — ETSO-AUTORISATIES

SUBDEEL P — VLIEGVERGUNNING

21B.520

Onderzoek

21B.525

Afgifte van vliegvergunningen

21B.530

Intrekking van vliegvergunningen

21B.545

Administratie

SUBDEEL Q — IDENTIFICATIE VAN PRODUCTEN, ONDERDELEN EN UITRUSTINGSSTUKKEN

AANHANGSELS — EASA-FORMULIEREN”;

2)

De titel van sectie A wordt vervangen door:

3)

In punt 21A.14, onder b), wordt punt 5 vervangen door:

„5.

een vaste of verstelbare schuine propeller.”;

4)

In punt 21A.35, onder b), wordt punt 2 vervangen door:

„2.

Voor luchtvaartuigen die overeenkomstig deze sectie moeten worden gecertificeerd, met uitzondering van i) heteluchtballonnen, vrije gasballonnen, vastgemaakte gasballonnen, zweefvliegtuigen en gemotoriseerde zweefvliegtuigen en met uitzondering van ii) luchtschepen en vliegtuigen met een maximale startmassa van 2 722 kg of minder, om te bepalen of er voldoende waarborgen zijn dat het luchtvaartuig, zijn onderdelen en zijn uitrustingsstukken betrouwbaar zijn en goed functioneren.”;

5)

Punt 21A.112 wordt vervangen door:

Elke natuurlijke of rechtspersoon die zijn bekwaamheid overeenkomstig 21A.112B heeft bewezen, of aan het bewijzen is, is aanvaardbaar als aanvrager van een aanvullend typecertificaat onder de in dit subdeel beschreven voorwaarden.”;

6)

In punt 21A.124, onder b), wordt punt 2 vervangen door:

„2.

een overzicht van de in 21A.125A(b), voorgeschreven informatie.”;

7)

Punt 21A.125 wordt vervangen door:

De aanvrager heeft recht op een door de bevoegde instantie afgegeven akkoordverklaring waarin deze zich akkoord verklaart met het aantonen van de conformiteit van individuele producten, onderdelen en uitrustingsstukken overeenkomstig dit subdeel, nadat:

a)

hij een productiecontrolesysteem heeft ontwikkeld dat garandeert dat elk product, onderdeel of uitrustingsstuk voldoet aan de toepasselijke ontwerpgegevens en veilig gebruikt kan worden.

b)

hij een handleiding heeft bezorgd met daarin:

1.

een beschrijving van het in punt a) voorgeschreven productiecontrolesysteem;

2.

een beschrijving van de vaststellingsmiddelen van het productiecontrolesysteem;

3.

een beschrijving van de proeven voorzien in 21A.127 en 21A.128, en een lijst van de namen van de personen die bevoegd zijn voor de uitvoering van 21A.130(a).

c)

hij heeft aangetoond dat hij in staat is om bijstand te verlenen in overeenstemming met punten 21A.3 en 21A.129(d).”;

8)

In punt 21A.125B, onder c), wordt de verwijzing naar „21B.143”vervangen door de verwijzing naar „punt 21B.125”.

9)

Punt 21A.126 wordt als volgt gewijzigd:

i)

in punt a) wordt „21A.125”vervangen door „21A.125A(a)”;

i)

in punt b) wordt „21A.125(a)”vervangen door „21A.125A(a)”;

10)

In punt 21A.127(a), wordt „21A.125(a)”vervangen door „21A.125A(a)”;

11)

In punt 21A.128 wordt „21A.125(a)”vervangen door „21A.125A(a)”;

12)

Punt 21A.165 wordt als volgt gewijzigd:

i)

in punt c) wordt punt 2 vervangen door:

„2.

vaststellen dat andere producten, onderdelen of uitrustingen compleet zijn, beantwoorden aan de goedgekeurde ontwerpgegevens en dat ze veilig kunnen worden gebruikt, alvorens EASA-formulier 1 af te geven om te bewijzen dat ze beantwoorden aan de goedgekeurde ontwerpgegevens en veilig kunnen worden gebruikt, en bovendien, in het geval van motoren, vaststellen, overeenkomstig de door de houder van het typecertificaat voor motoren bezorgde gegevens, dat elke afgewerkte motor voldoet aan de op de fabricagedatum geldende toepasselijke emissie-eisen, zoals gedefinieerd in 21A.18 onder b), als bewijs van conformiteit inzake emissies, of”;

ii)

punt k) wordt vervangen door:

„k)

indien van toepassing, op grond van bevoegdheid onder 21A.163 onder e), vaststellen dat punt 21A.711(c) en (e) wordt nageleefd, alvorens een vliegvergunning voor een luchtvaartuig af te leveren.”.

13)

In punt 21A.174(b)3(ii) wordt „21A.184(c)”vervangen door „21B.327(c)”;

14)

Punt 21A.183 wordt geschrapt.

15)

Punt 21A.184 wordt geschrapt.

16)

Punt 21A.205 wordt geschrapt.

17)

In punt 21A.245 wordt punt a) vervangen door:

„a)

Het personeel in alle technische afdelingen voldoende talrijk en ervaren is en voldoende bevoegdheden heeft gekregen om de hun toegewezen taken te kunnen vervullen, en dat deze, samen met de accommodatie, installaties en uitrustingen, toereikend zijn om het personeel in staat te stellen de voor het product vastgelegde normen inzake luchtwaardigheid en milieubescherming te bereiken.”;

18)

Punt 21A.263 wordt als volgt gewijzigd:

a)

in punt b) wordt punt 4 vervangen door:

„4.

een ETSO-autorisatie onder punt 21A.602B(b)(1); of”;

b)

punt c) wordt als volgt gewijzigd:

i)

de punten 3 en 4 worden vervangen door:

„3.

informatie of instructies te publiceren met de volgende verklaring: De technische inhoud van dit document is goedgekeurd krachtens erkenning als ontwerporganisatie ref. EASA.21J.[XXXX].

4.

documentaire wijzigingen aan vlieghandboeken en aanvullingen goed te keuren en dergelijke wijzigingen te publiceren met de volgende verklaring: Herziening nr. [YY] van vlieghandboek (of aanvulling) ref. [ZZ], is goedgekeurd krachtens erkenning als ontwerporganisatie ref. EASA.21J.[XXXX].”;

ii)

punt 7 wordt vervangen door:

„7.

een vliegvergunning af te geven in overeenstemming met punt 21A.711(b) voor een luchtvaartuig dat het heeft ontworpen of gewijzigd, of waarvoor het onder punt 21A.263(c)6 de voorwaarden waaronder de vliegvergunning kan worden afgegeven, heeft goedgekeurd, en wanneer de ontwerporganisatie zelf de configuratie van het luchtvaartuig controleert op grond van haar erkenning als ontwerporganisatie en de conformiteit met de voor de vlucht goedgekeurde ontwerpvoorwaarden bevestigt.”;

19)

In punt 21A.265 wordt punt g) vervangen door:

„g)

Indien van toepassing, op grond van bevoegdheid onder 21A.163(c)7, vaststellen dat punt 21A.711(b) en (e) wordt nageleefd, alvorens een vliegvergunning voor een luchtvaartuig af te leveren.”.

20)

In punt 21A.307 wordt punt a) vervangen door:

„a)

Vergezeld van een certificaat van geschiktheid voor gebruik (EASA formulier 1), waarin wordt verklaard dat het element gefabriceerd is overeenkomstig goedgekeurde ontwerpgegevens en veilig kan worden gebruikt, en”;

21)

Punt 21A.432 wordt vervangen door:

a)

Elke natuurlijke of rechtspersoon die zijn bekwaamheid overeenkomstig punt 21A.432B bewezen heeft, of aan het bewijzen is, is aanvaardbaar als aanvrager van een goedkeuring van een ontwerp voor een grotere reparatie onder de in dit subdeel beschreven voorwaarden.

b)

Elke natuurlijke of rechtspersoon komt in aanmerking om een goedkeuring van een ontwerp voor een kleine reparatie aan te vragen.”.

22)

In punt 21A.601 wordt punt b) geschrapt;

23)

In punt 21A.605 onder d), wordt „21A.125(b)”vervangen door „21A.125A(b)”;

24)

In punt 21A.606 wordt punt c) vervangen door:

„c)

hij expliciet verklaard heeft bereid te zijn punt 21A.609 na te leven.”

25)

In punt 21A.609 wordt punt f) vervangen door:

„f)

voldoen aan de punten 21A.3, 21A.3B en 21A.4.”;

26)

Punt 21A.701 wordt vervangen door:

a)

Vliegvergunningen worden overeenkomstig dit subdeel afgegeven voor luchtvaartuigen die niet voldoen aan of waarvan niet is aangetoond dat zij voldoen aan de geldende luchtwaardigheidsvereisten, doch welke op veilige wijze kunnen vliegen onder nader omschreven voorwaarden en voor de volgende doeleinden:

1.

ontwikkeling;

2.

aantonen van de naleving van regelgeving of certificeringsspecificaties;

3.

scholing van personeel van ontwerp- of productieorganisaties;

4.

productiegerelateerde testvluchten van nieuw geproduceerde luchtvaartuigen;

5.

het vliegen met in productie zijnde luchtvaartuigen tussen productiefaciliteiten;

6.

het vliegen met het luchtvaartuig voor aanvaarding door de klant;

7.

levering of export van het luchtvaartuig;

8.

het vliegen met het luchtvaartuig voor aanvaarding door de bevoegde instantie;

9.

marktonderzoek, in combinatie met de scholing van het personeel van de klant;

10.

beurzen en luchtshows;

11.

het vliegen met het luchtvaartuig naar een locatie waar onderhoud of controle op de luchtwaardigheid plaatsvindt, of naar een stallingslocatie;

12.

het vliegen met een luchtvaartuig met een hoger gewicht dan het maximaal gecertificeerde startgewicht voor langere vluchten dan de normale afstand over water, of over grondgebieden waar geen adequate landingsfaciliteiten zijn of geen geschikte brandstof aanwezig is;

13.

pogingen tot vestiging van nieuwe records, luchtsnelheidswedstrijden of soortgelijke wedijver;

14.

het vliegen met luchtvaartuigen die voldoen aan de toepasselijke luchtwaardigheidsvereisten voordat sprake is van conformiteit met de milieuvereisten;

15.

voor niet-commerciële vliegactiviteiten met individuele, niet-complexe luchtvaartuigen of types waarvoor een bewijs van luchtwaardigheid of beperkt bewijs van luchtwaardigheid niet van toepassing is.

b)

In dit subdeel wordt de procedure vastgelegd voor de afgifte van vliegvergunningen en de goedkeuring van daaraan gekoppelde vluchtvoorwaarden, en worden de rechten en verplichtingen vastgelegd van de aanvragers en houders van deze vergunningen en goedkeuringen van vluchtvoorwaarden.”.

27)

Punt 21A.703 wordt vervangen door:

a)

Iedere natuurlijke persoon of rechtspersoon heeft het recht een vliegvergunning aan te vragen, behalve indien het een vliegvergunning betreft die wordt aangevraagd voor doeleinden als omschreven in punt 21A.701, onder a), 15, waarbij de aanvrager tevens de eigenaar is.

b)

Iedere natuurlijke of rechtspersoon heeft het recht om de goedkeuring van de vluchtvoorwaarden te vragen.”.

28)

Punt 21.710, onder c), wordt vervangen door:

„c)

Voordat de vluchtvoorwaarden worden goedgekeurd, dient het Agentschap of de bevoegde instantie of de erkende organisatie overtuigd te zijn dat het luchtvaartuig veilig kan vliegen onder de gespecificeerde voorwaarden en beperkingen. Het Agentschap of de bevoegde instantie kan de aanvrager ertoe verplichten de daarvoor noodzakelijke inspecties of proefnemingen uit te voeren.”.

29)

Punt 21A.711 wordt vervangen door:

a)

Een vliegvergunning (EASA-formulier 20a, zie aanhangsel) mag worden afgegeven door de bevoegde instantie onder de voorwaarden gespecificeerd in punt 21B.525.

b)

Een ter zake erkende ontwerporganisatie kan een vliegvergunning afgeven (EASA-formulier 20b, zie aanhangsel) op grond van de bevoegdheid verleend krachtens 21A.263(c)7, indien de vluchtvoorwaarden zoals vermeld in punt 21A.708 zijn goedgekeurd overeenkomstig punt 21A.710.

c)

Een ter zake erkende productieorganisatie mag een vliegvergunning afgeven (EASA-formulier 20b, zie aanhangsel) op grond van de bevoegdheid verleend krachtens 21A.263(e), indien de vluchtvoorwaarden zoals vermeld in punt 21A.708 zijn goedgekeurd overeenkomstig punt 21A.710.

d)

Een ter zake erkende organisatie die de permanente luchtwaardigheid beheert, kan een vliegvergunning afgeven (EASA-formulier 20b, zie aanhangsel) op grond van de bevoegdheid verleend krachtens M.A.711 van bijlage I (deel M) van Verordening (EG) nr. 2042/2003, indien de vluchtvoorwaarden zoals vermeld in punt 21A.708 zijn goedgekeurd overeenkomstig punt 21A.710.

e)

De vliegvergunning moet de doelen, voorwaarden en beperkingen vermelden die zijn goedgekeurd in overeenstemming met punt 21A.710.

f)

Voor vergunningen afgegeven onder de punten b), c) of d) dient een kopie van de vliegvergunning en bijbehorende vluchtvoorwaarden te worden ingediend bij de bevoegde instantie bij de eerste gelegenheid maar niet later dan 3 dagen.

g)

Als er aanwijzingen zijn dat de in 21A.723, onder a), gespecificeerde voorwaarden niet worden vervuld voor een vliegvergunning die door een organisatie werd afgegeven overeenkomstig de punten b), c) of d), zal de organisatie deze vliegvergunning onmiddellijk intrekken en de bevoegde instantie onverwijld op de hoogte brengen.”.

30)

In punt 21A.723 wordt punt a) vervangen door:

„a)

Een vliegvergunning wordt afgegeven voor een periode van maximaal 12 maanden en blijft geldig op voorwaarde dat:

1.

wordt voldaan aan de voorwaarden en beperkingen in punt 21A.711, onder e), met betrekking tot de vliegvergunning;

2.

geen afstand wordt gedaan van de vliegvergunning of deze niet wordt ingetrokken;

3.

het luchtvaartuig in hetzelfde register blijft ingeschreven.”.

31)

In punt 21A.801 wordt punt d) vervangen door:

„d)

Voor bemande ballonnen moet de in punt b) voorgeschreven identificatieplaat worden bevestigd aan het ballonomhulsel en, indien mogelijk, zodanig worden geplaatst dat de gebruiker ze kan lezen wanneer de ballon is opgeblazen. Verder moeten op de mand, het laadgedeelte en de brander permanent en leesbaar aangebracht zijn: de naam van de fabrikant, het stuknummer, of gelijkwaardig, en het serienummer, of gelijkwaardig.”;

32)

In punt 21A.804 wordt punt a) vervangen door:

„a)

Op elk onderdeel of uitrustingsstuk moet permanent en leesbaar zijn aangebracht:

1.

de naam, het handelsmerk of het logo van de fabrikant op een manier zoals gedefinieerd in de toepasselijke ontwerpgegevens, en

2.

het stuknummer, zoals gedefinieerd in de toepasselijke ontwerpgegevens, en

3.

de EPA-letters voor onderdelen of uitrustingsstukken die geproduceerd zijn in overeenstemming met goedgekeurde ontwerpgegevens die niet behoren tot de houder van het typecertificaat voor het betreffende product, behalve voor ETSO-artikelen.”;

33)

Punt 21B.125 wordt toegevoegd als volgt:

a)

Als de bevoegde instantie op basis van audits of door andere middelen objectief bewijsmateriaal vindt waaruit blijkt dat de houder van een akkoordverklaring niet voldoet aan de toepasselijke eisen in sectie A van de bijlage (deel 21), wordt deze bevinding geclassificeerd overeenkomstig 21A.125B(a).

b)

De bevoegde instantie neemt de volgende acties:

1.

voor een bevinding van niveau 1 moet de bevoegde instantie onmiddellijk actie ondernemen om de akkoordverklaring geheel of gedeeltelijk te beperken, op te schorten of in te trekken, afhankelijk van de omvang van de bevinding, totdat de organisatie succesvol corrigerende maatregelen heeft uitgevoerd;

2.

voor een bevinding van niveau 2 moet de bevoegde instantie een periode voor corrigerende maatregelen toekennen die toepasselijk is voor de aard van de bevinding, maar niet meer dan drie maand bedraagt. Onder bepaalde omstandigheden, op het einde van deze periode en afhankelijk van de aard van de bevinding kan de bevoegde instantie de periode van drie maanden verlengen onder voorbehoud van een geschikt actieplan voor corrigerende maatregelen.

c)

De bevoegde instantie moet actie ondernemen om de akkoordverklaring geheel of gedeeltelijk op te schorten als de termijn die door de bevoegde instantie werd toegekend, niet werd gerespecteerd.”.

34)

In punt 21B.135(b)2, wordt „21A.125(b)”vervangen door „21A.125A(b)”;

35)

Punt 21B.143 wordt geschrapt.

36)

Punt 21B.145 wordt vervangen door:

a)

De beperking, opschorting of intrekking van een akkoordverklaring moet schriftelijk worden meegedeeld aan de houder van de akkoordverklaring. De bevoegde instantie specificeert de redenen voor de beperking, opschorting of intrekking en brengt de houder van de akkoordverklaring op de hoogte van zijn recht op beroep.

b)

Een opgeschorte akkoordverklaring wordt pas hersteld nadat opnieuw voldaan wordt aan sectie A, subdeel F, van de bijlage (deel 21).”.

37)

Punt 21B. 225 wordt vervangen door:

a)

Als de bevoegde instantie op basis van audits of door andere middelen objectief bewijsmateriaal vindt waaruit blijkt dat de houder van een erkenning als productieorganisatie niet voldoet aan de toepasselijke eisen in sectie A van de bijlage (deel 21), wordt deze bevinding geclassificeerd overeenkomstig 21A.158(a).

b)

De bevoegde instantie neemt de volgende acties:

1.

voor een bevinding van niveau 1 moet de bevoegde instantie onmiddellijk actie ondernemen om de erkenning als productieorganisatie geheel of gedeeltelijk te beperken, op te schorten of in te trekken, afhankelijk van de omvang van de bevinding, totdat de organisatie succesvolle corrigerende maatregelen heeft uitgevoerd;

2.

voor een bevinding van niveau 2 moet de bevoegde instantie een periode voor corrigerende maatregelen toekennen die toepasselijk is voor de aard van de bevinding, maar niet meer dan drie maand bedraagt. Onder bepaalde omstandigheden, op het einde van deze periode en afhankelijk van de aard van de bevinding kan de bevoegde instantie de periode van drie maanden verlengen onder voorbehoud van een geschikt actieplan voor corrigerende maatregelen.

c)

De bevoegde instantie moet actie ondernemen om de erkenning geheel of gedeeltelijk op te schorten als de termijn die door de bevoegde instantie werd toegekend, niet werd gerespecteerd.”.

38)

In punt 21B.235 wordt punt a) vervangen door:

„a)

Om de handhaving van de erkenning als productieorganisatie te verantwoorden moet de bevoegde instantie permanent toezicht houden:

1.

om te controleren of het kwaliteitssysteem van de houder van de erkenning als productieorganisatie voldoet aan sectie A, subdeel G van deze bijlage (deel 21);

2.

om te controleren of de organisatie van de houder van de erkenning als productieorganisatie werkt in overeenstemming met het handboek, en

3.

om de doeltreffendheid te controleren van de procedures in het handboek, en

4.

om door middel van monsterneming de normen van het product, onderdeel of uitrustingsstuk te controleren.”.

39)

Punt 21B.325 wordt vervangen door:

a)

De bevoegde instantie van de lidstaat van registratie zal zonder onnodig uitstel een bewijs van luchtwaardigheid (EASA-formulier 25, zie aanhangsel) afgeven of wijzigen als zij ervan overtuigd is dat wordt voldaan aan de eisen van punt 21B.326 en de toepasselijke eisen van sectie A, subdeel H van deze bijlage (deel 21).

b)

De bevoegde instantie van de lidstaat van registratie zal zonder onnodig uitstel een beperkt bewijs van luchtwaardigheid (EASA-formulier 24, zie aanhangsel) afgeven of wijzigen als zij ervan overtuigd is dat wordt voldaan aan de eisen van punt 21B.327 en de toepasselijke eisen van sectie A, subdeel H van deze bijlage (deel 21).

c)

Voor een nieuw luchtvaartuig of een gebruikt luchtvaartuig afkomstig uit een niet-lidstaat, geeft de bevoegde instantie van de lidstaat van registratie, naast een bewijs van luchtwaardigheid als bedoeld in punt a) of b), een certificaat af na herbeoordeling van de initiële luchtwaardigheid (EASA-formulier 15a, zie aanhangsel).”.

40)

De volgende paragraaf 21B.326 wordt toegevoegd:

De bevoegde instantie van de lidstaat van registratie geeft een bewijs van luchtwaardigheid af:

a)

voor nieuwe luchtvaartuigen:

1.

na voorlegging van de in 21A.174(b)(2) voorgeschreven documenten;

2.

als de bevoegde instantie van de lidstaat van registratie ervan overtuigd is dat het luchtvaartuig beantwoordt aan een goedgekeurd ontwerp en veilig kan worden gebruikt. Hiervoor kunnen inspecties door de bevoegde instantie van de lidstaat van registratie nodig zijn;

b)

voor gebruikte luchtvaartuigen:

1.

na voorlegging van de in 21A.174(b)(3) voorgeschreven documenten die aantonen dat:

i)

het luchtvaartuig beantwoordt aan een krachtens een typecertificaat goedgekeurd typeontwerp, en aan elk aanvullend typecertificaat, elke wijziging of reparatie die is goedgekeurd overeenkomstig de bijlage (deel 21), en

ii)

er wordt voldaan aan de toepasselijke luchtwaardigheidsrichtlijnen, en

iii)

het luchtvaartuig is geïnspecteerd in overeenstemming met de toepasselijke bepalingen van bijlage I (deel M) van Verordening (EG) nr. 2042/2003;

2.

als de bevoegde instantie van de lidstaat van registratie ervan overtuigd is dat het luchtvaartuig beantwoordt aan een goedgekeurd ontwerp en veilig kan worden gebruikt. Hiervoor kunnen inspecties door de bevoegde instantie van de lidstaat van registratie nodig zijn.”;

41)

De volgende paragraaf 21B.327 wordt toegevoegd:

a)

De bevoegde instantie van de lidstaat van registratie geeft een beperkt bewijs van luchtwaardigheid af:

1.

voor nieuwe luchtvaartuigen:

i)

na voorlegging van de in 21A.174(b)(2) voorgeschreven documenten;

ii)

als de bevoegde instantie van de lidstaat van registratie ervan overtuigd is dat het luchtvaartuig beantwoordt aan een door het Agentschap goedgekeurd ontwerp, krachtens een beperkt typecertificaat of in overeenstemming met specifieke luchtwaardigheidsspecificaties, en veilig kan worden gebruikt. Hiervoor kunnen inspecties door de bevoegde instantie van de lidstaat van registratie nodig zijn;

2.

voor gebruikte luchtvaartuigen:

i)

na voorlegging van de in 21A.174(b)(3) voorgeschreven documenten die aantonen dat:

A)

het luchtvaartuig beantwoordt aan een door het Agentschap goedgekeurd ontwerp, krachtens een beperkt typecertificaat of in overeenstemming met specifieke luchtwaardigheidsspecificaties en aan elk aanvullend typecertificaat, elke wijziging of reparatie die is goedgekeurd overeenkomstig de bijlage (deel 21), en

B)

er wordt voldaan aan de toepasselijke luchtwaardigheidsrichtlijnen, en

C)

het luchtvaartuig is geïnspecteerd in overeenstemming met de toepasselijke bepalingen van bijlage I (deel M) van Verordening (EG) nr. 2042/2003;

ii)

als de bevoegde instantie van de lidstaat van registratie ervan overtuigd is dat het luchtvaartuig beantwoordt aan het goedgekeurde ontwerp en veilig kan worden gebruikt. Hiervoor kunnen inspecties door de bevoegde instantie van de lidstaat van registratie nodig zijn.

b)

Voor een luchtvaartuig dat niet kan voldoen aan de in de basisverordening vastgelegde essentiële eisen en dat niet aanvaardbaar is voor een beperkt typecertificaat, zal het Agentschap, naargelang nodig is om rekening te houden met afwijkingen van deze essentiële eisen:

1.

specifieke luchtwaardigheidsspecificaties uitvaardigen en de naleving ervan controleren, zodat een toereikende veiligheid met betrekking tot het voorziene gebruik gegarandeerd is, en

2.

gebruiksbeperkingen vastleggen voor dit luchtvaartuig.

c)

Aan beperkte bewijzen van luchtwaardigheid worden gebruiksbeperkingen gekoppeld, met inbegrip van luchtruimbeperkingen, naargelang nodig is om rekening te houden met afwijkingen van de in de basisverordening vastgelegde essentiële eisen inzake luchtwaardigheid.”.

42)

Punt 21B.525 wordt vervangen door:

De bevoegde instantie gaat zonder onnodig uitstel over tot afgifte van een vliegvergunning (EASA-formulier 20a, zie aanhangsel):

1.

na voorlegging van de in 21A.707 vereiste gegevens, en

2.

als de vluchtvoorwaarden waaraan in punt 21A.708 wordt gerefereerd werden goedgekeurd overeenkomstig punt 21A.710, en

3.

indien de bevoegde instantie door eigen onderzoek(meer in de vorm van inspecties of via met de aanvrager overeengekomen procedures, ervan overtuigd is dat het luchtvaartuig voldoet aan het overeenkomstig 21A.708 vastgestelde ontwerp alvorens ermee wordt gevlogen.”.

43)

Aanhangsel I wordt vervangen door:

„Aanhangsel I

Certificaat van geschiktheid voor gebruik — EASA-formulier 1, waarnaar in de bijlage (deel 21) wordt verwezen

Image

Instructies voor het gebruik van EASA-formulier 1

Deze instructies gelden slechts voor het gebruik van EASA-formulier 1 voor productiedoeleinden. De aandacht wordt gevestigd op aanhangsel II bij bijlage I (deel M) van Verordening (EG) nr. 2042/2003 dat het gebruik beschrijft van EASA-formulier 1 voor onderhoudsdoeleinden.

1.   DOEL EN TOEPASSINGSGEBIED

1.1.

Een primaire doelstelling van het certificaat is het luchtwaardig verklaren van nieuwe luchtvaartproducten, onderdelen en uitrustingsstukken (hierna „artikel(en)” genoemd).

1.2.

Tussen het certificaat en het artikel of de artikelen moet een correlatie zijn vastgesteld. De opdrachtgever moet een certificaat bijhouden in een vorm die controle van de originele gegevens toelaat.

1.3.

Het certificaat wordt aanvaard door veel luchtwaardigheidsautoriteiten, maar kan afhangen van bilaterale overeenkomsten en/of het beleid van de luchtwaardigheidsautoriteit. „Goedgekeurde ontwerpgegevens” als vermeld in dit certificaat, betekent dat zij zijn goedgekeurd door de luchtwaardigheidsautoriteit van het land van invoer.

1.4.

Het certificaat is geen leveringsbon of verschepingsdocument.

1.5.

Luchtvaartuigen mogen niet worden vrijgegeven door middel van dit certificaat.

1.6.

Het certificaat is geen goedkeuring om het artikel te installeren in een welbepaald luchtvaartuig, een welbepaalde motor of propeller, maar helpt de eindgebruiker zich een oordeel te vormen over de stand van zaken bij de goedkeuring van de luchtwaardigheid ervan.

1.7.

Een mengeling van door fabricage en door onderhoud vrijgegeven artikelen is niet geoorloofd op hetzelfde certificaat.

1.8.

Een mengeling van artikelen die conform „goedgekeurde gegevens” en „niet-goedgekeurde gegevens” gecertificeerd zijn, is niet toegestaan op hetzelfde certificaat.

2.   ALGEMEEN

2.1.

Het certificaat moet overeenstemmen met het bijgevoegde formaat inclusief de nummers van de vakken en de plaats van elk vak. De opmaak van ieder vak mag evenwel worden aangepast aan de individuele aanvraag, maar niet in zodanige mate dat de conformiteitsverklaring er onherkenbaar door wordt.

2.2.

Het certificaat moet opgemaakt zijn in „liggende” indeling, maar het totale formaat van het certificaat mag in aanzienlijke mate worden vergroot of verkleind zolang het certificaat herkenbaar en leesbaar blijft. In geval van twijfel dient u de bevoegde instantie te raadplegen.

2.3.

De verklaring in verband met de verantwoordelijkheden van de gebruiker/installateur mag op de voor- of de achterzijde van het formulier worden geplaatst.

2.4.

Tekst moet duidelijk en leesbaar worden aangebracht om het leesgemak te vergroten.

2.5.

Het certificaat kan ofwel voorgedrukt ofwel per computer gegenereerd worden; in beide gevallen moeten de regels en tekens duidelijk en goed leesbaar en in overeenstemming met de vastgestelde opmaak worden afgedrukt.

2.6.

Het certificaat moet worden opgesteld in het Engels en, voor zover van toepassing, in een of meer andere talen.

2.7.

De gegevens die op het certificaat moeten worden ingevuld, kunnen machinaal of per computer worden afgedrukt of kunnen met de hand worden ingevuld in blokletters en de tekst moet gemakkelijk leesbaar zijn.

2.8.

Het gebruik van afkortingen moet, voor de duidelijkheid, tot een minimum worden beperkt.

2.9.

De open ruimte op de achterkant van het certificaat mag door de opsteller worden gebruikt om aanvullende informatie te geven maar mag geen certificeringsverklaring bevatten. Als het certificaat op de achterkant wordt ingevuld, moet hiernaar worden verwezen in het betreffende vak op de voorkant van het certificaat.

3.   AFSCHRIFTEN

3.1.

Het aantal afschriften van het certificaat dat naar de klant gestuurd wordt of door de opsteller bewaard wordt, is onbeperkt.

4.   FOUT(EN) OP EEN CERTIFICAAT

4.1.

Als een eindgebruiker een fout of fouten aantreft op een certificaat, moet hij deze schriftelijk melden aan de opsteller. De opsteller mag een nieuw certificaat opmaken als deze de fout(en) kan verifiëren en verbeteren.

4.2.

Het nieuwe certificaat moet een nieuw volgnummer krijgen en het moet opnieuw ondertekend en gedateerd worden.

4.3.

De aanvraag van een nieuw certificaat kan worden gehonoreerd zonder een hernieuwde verificatie van de toestand van het artikel of de artikelen. Het nieuwe certificaat is geen verklaring over de huidige toestand en dient in vak 12 naar het vorige certificaat te verwijzen door middel van de volgende verklaring: „Dit certificaat corrigeert de fout(en) in vak(ken) [gecorrigeerd(e) vak(ken) invullen] van certificaat [oorspronkelijk volgnummer invullen] op datum van [oorspronkelijke afgiftedatum invullen] en houdt geen verklaring van overeenstemming/toestand/vrijgave voor gebruik in”. Beide certificaten moeten worden bewaard gedurende de bewaringsperiode die geldt voor het eerste certificaat.

5.   INVULLEN VAN HET CERTIFICAAT DOOR DE OPSTELLER

Vak 1 Bevoegde instantie /land van afgifte erkenning

Vermeld de naam en het land van de bevoegde instantie onder wier bevoegdheid dit certificaat wordt afgegeven. Indien de bevoegde instantie het Agentschap is, moet alleen „EASA” vermeld worden.

Vak 2 Koptekst EASA-formulier 1

„CERTIFICAAT VAN GESCHIKTHEID VOOR GEBRUIK EASA-FORMULIER 1”

Vak 3 Volgnummer formulier

In dit vak moet een uniek nummer staan dat wordt vastgesteld door het nummeringssysteem of de nummeringsprocedure van de in vak 4 vermelde organisatie; dit nummer mag alfanumerieke en numerieke tekens bevatten.

Vak 4 Naam en adres organisatie

Vul de volledige naam en het adres in van de productieorganisatie (raadpleeg EASA-formulier 55 blad A) die het artikel of de artikelen waarover het certificaat handelt, vrijgeeft. Logo’s e.d. van de organisatie zijn toegestaan als ze in het vak passen.

Vak 5 Werkopdracht/contract/factuur

Vul het werkopdrachtnummer, contractnummer, factuurnummer of een gelijkaardig referentienummer in om de traceerbaarheid van het artikel of de artikelen te vergemakkelijken.

Vak 6 Artikel

Vul regelartikelnummers in wanneer er meer dan een regelartikel is. Dit vak maakt het mogelijk om kruisverwijzingen aan te brengen met de opmerkingen in vak 12.

Vak 7 Omschrijving

Hier moet de naam of een omschrijving van het artikel worden ingevuld. Het verdient de voorkeur de benaming te gebruiken uit de instructies voor permanente luchtwaardigheid of onderhoudsgegevens (bv. geïllustreerde onderdelencatalogus, handleiding voor luchtvaartuigonderhoud, onderhoudsrapport, handleiding voor onderdelenonderhoud).

Vak 8 Onderdeelnummer

Vul het onderdeelnummer in zoals dit wordt vermeld op het artikel of het label/de verpakking. Voor een motor of propeller mag de benaming van het type worden gebruikt.

Vak 9 Aantal

Vermeld het aantal artikelen.

Vak 10 Serienummer

Als het artikel volgens de regelgeving moet worden geïdentificeerd met een serienummer, moet dit hier worden vermeld. Bovendien mogen alle andere serienummers worden vermeld die niet door de regelgeving worden vereist. Vul „n.v.t.” in als het artikel geen serienummer draagt.

Vak 11 Status/werk

Vermeld hier „PROTOTYPE” of „NIEUW”.

Vermeld „PROTOTYPE” voor:

i)

De productie van een nieuw artikel in overeenstemming met niet-goedgekeurde ontwerpgegevens.

ii)

Hercertificering door de organisatie vermeld in vak 4 van het vorige certificaat na veranderings- of rectificatiewerkzaamheden aan een artikel voorafgaand aan de ingebruikneming (bv. na verwerking van een wijziging aan het ontwerp, verbetering van een defect, een inspectie of test, of hernieuwing van de levensduur). Gegevens over de oorspronkelijke vrijgave en de veranderings- of rectificatiewerkzaamheden moeten in vak 12 worden vermeld.

Vermeld „NIEUW” voor:

i)

De productie van een nieuw artikel in overeenstemming met de goedgekeurde ontwerpgegevens.

ii)

Hercertificering door de organisatie vermeld in vak 4 van het vorige certificaat na veranderings- of rectificatiewerkzaamheden aan een artikel voorafgaand aan de ingebruikneming (bv. na verwerking van een wijziging aan het ontwerp, verbetering van een defect, een inspectie of test, of hernieuwing van de levensduur). Gegevens over de oorspronkelijke vrijgave en de veranderings- of rectificatiewerkzaamheden moeten in vak 12 worden vermeld.

iii)

Hercertificering door de productfabrikant of de organisatie vermeld in vak 4 van het vorige certificaat van artikelen van „prototype” (uitsluitend conform niet-goedgekeurde gegevens) tot „nieuw” (conform goedgekeurde gegevens en geschikt voor veilig gebruik), na goedkeuring van de toepasselijke ontwerpgegevens, op voorwaarde dat de ontwerpgegevens niet gewijzigd zijn. In vak 12 moet de volgende verklaring worden ingevuld:

HERCERTIFICERING VAN ARTIKELEN VAN „PROTOTYPE” TOT „NIEUW”: DIT DOCUMENT CERTIFICEERT DAT DE ONTWERPGEGEVENS [TC/STC-NUMMER, REVISIENIVEAU VERMELDEN] OP BASIS WAARVAN DIT ARTIKEL (DEZE ARTIKELEN) WERD(EN) VERVAARDIGD, WERDEN GOEDGEKEURD OP [ZO NODIG DATUM INVULLEN TER IDENTIFICATIE VAN REVISIESTATUS].

Het vak „goedgekeurde ontwerpgegevens en kunnen veilig worden gebruikt” in vak 13a moet worden aangekruist.

iv)

Het onderzoek van een eerder vrijgegeven nieuw artikel voordat dit in gebruik genomen wordt in overeenstemming met een klantspecifieke norm of specificatie (bijzonderheden en de oorspronkelijke vrijgave moeten worden ingevuld in vak 12) of om de luchtwaardigheid vast te stellen (een uitleg van de basis voor vrijgave en gedetailleerde gegevens over de oorspronkelijke vrijgave moeten worden ingevuld in vak 12).

Vak 12 Opmerkingen

Beschrijf het werk vermeld in vak 11, ofwel direct, ofwel met verwijzing naar ondersteunende documentatie, dat voor de gebruiker of installateur nodig is bij de bepaling van de luchtwaardigheid van het artikel of de artikelen met betrekking tot het werk dat gecertificeerd wordt. Indien nodig mag er een afzonderlijk blad worden gebruikt met verwijzing naar EASA-formulier 1. Van iedere verklaring moet duidelijk zijn naar welk(e) artikel(en) in vak 6 zij verwijst. Indien geen verklaring wordt gegeven, moet „Geen” worden ingevuld.

Vermeld de verantwoording voor vrijgave voor niet-goedgekeurde ontwerpgegevens in vak 12 (bv. in afwachting van een typecertificaat, bestemd voor testdoeleinden, in afwachting van goedgekeurde gegevens).

Als de gegevens van een elektronisch EASA-formulier 1worden afgedrukt, moeten alle gegevens die niet in andere vakken passen in dit vak worden ingevuld.

Vak 13a

Kruis slechts een van de twee vakjes aan.

1.

Kruis het vakje „goedgekeurde ontwerpgegevens en kunnen veilig worden gebruikt” aan als het artikel of de artikelen werden vervaardigd met behulp van goedgekeurde ontwerpgegevens en geschikt bevonden zijn voor veilig gebruik.

2.

Kruis het vakje „niet-goedgekeurde ontwerpgegevens zoals gespecificeerd in vak 12” aan als het artikel of de artikelen werden vervaardigd met behulp van toepasselijke niet-goedgekeurde ontwerpgegevens. Preciseer de gegevens in vak 12 (bv. in afwachting van een typecertificaat, bestemd voor testdoeleinden, in afwachting van goedgekeurde gegevens).

Een mengeling van artikelen die worden vrijgegeven op grond van goedgekeurde en niet-goedgekeurde ontwerpgegevens, is niet toegestaan op hetzelfde certificaat.

Vak 13b Bevoegde handtekening

In deze ruimte moet de handtekening van de bevoegde persoon worden gezet. Alleen personen die specifiek gemachtigd zijn volgens de regels en het beleid van de bevoegde instantie, mogen dit vak ondertekenen. Ter vergroting van de herkenbaarheid mag een uniek nummer worden toegevoegd dat de bevoegde persoon identificeert.

Vak 13c Nummer erkenning/autorisatie

Vermeld het nummer/de referentie van de erkenning/autorisatie. Dit nummer of deze referentie wordt afgegeven door de bevoegde instantie.

Vak 13d Naam

Vermeld de naam van de persoon wiens handtekening in vak 13b wordt gezet in een leesbare vorm.

Vak 13e Datum

Hier moet de datum waarop vak 13b wordt ondertekend, worden ingevuld in de volgende vorm: dd = 2 cijfers voor de dag, mmm = de 3 eerste letters van de maand, jjjj = 4 cijfers voor het jaartal.

Vak 14a-14e

Algemene vereisten voor de vakken 14a-14e:

worden niet gebruikt voor productievrijgave. Breng schaduw of een donkere kleur aan of markeer deze vakken zodanig dat er geen onopzettelijk of onbevoegd gebruik van kan worden gemaakt.

Verantwoordelijkheden van de gebruiker/installateur

Zet de volgende verklaring op het certificaat om de eindgebruikers erop te wijzen dat zij niet van hun verantwoordelijkheden ontheven worden betreffende installatie en gebruik van een artikel dat door dit formulier wordt vergezeld:

„DIT CERTIFICAAT HOUDT NIET AUTOMATISCH TOESTEMMING TOT INSTALLATIE IN.

INDIEN DE GEBRUIKER/INSTALLATEUR TE WERK GAAT VOLGENS DE VOORSCHRIFTEN VAN EEN ANDERE LUCHTWAARDIGHEIDSAUTORITEIT DAN DE IN VAK 1 VERMELDE LUCHTWAARDIGHEIDSAUTORITEIT, IS HET VAN ESSENTIEEL BELANG DAT DE GEBRUIKER/INSTALLATEUR ZICH ERVAN VERGEWIST DAT ZIJN/HAAR LUCHTWAARDIGHEIDSAUTORITEIT DE ARTIKELEN VAN DE IN VAK 1 VERMELDE LUCHTWAARDIGHEIDSAUTORITEIT ACCEPTEERT.

DE VERKLARINGEN IN VAKKEN 13a EN 14a VORMEN GEEN INSTALLATIECERTIFICERING. HET ONDERHOUDSRAPPORT VOOR LUCHTVAARTUIGEN MOET IN ALLE GEVALLEN EEN INSTALLATIECERTIFICERING BEVATTEN DIE OVEREENKOMSTIG DE NATIONALE VOORSCHRIFTEN AAN DE GEBRUIKER/INSTALLATEUR IS AFGEGEVEN VOORDAT ER MET HET LUCHTVAARTUIG GEVLOGEN MAG WORDEN.””.

44)

Aanhangsel II wordt vervangen door:

„Aanhangsel II

Certificaat van herbeoordeling van de luchtwaardigheid — EASA-formulier 15a

Image

45)

Aanhangsel IV wordt vervangen door:

„Aanhangsel IV

Beperkt bewijs van luchtwaardigheid — EASA-formulier 24

LOGO Bevoegde instantie

BEPERKT BEWIJS VAN LUCHTWAARDIGHEID

 (1)

[Lidstaat van registratie]

[BEVOEGDE INSTANTIE VAN DE LIDSTAAT]

 (1)

1.

Nationaliteit en registratietekens

2.

Fabrikant en aanduiding van het luchtvaartuig door de fabrikant

3.

Serienummer luchtvaartuig

4.

Categorieën

5.

Dit bewijs van luchtwaardigheid wordt afgegeven aan (2) krachtens [het Verdrag inzake de internationale burgerluchtvaart van 7 december 1944 en] Verordening (EG) nr. 216/2008, artikel 5, lid 4, onder b), voor het bovengenoemde luchtvaartuig dat luchtwaardig geacht wordt als het wordt onderhouden en gebruikt in overeenstemming met het voornoemde en met de toepasselijke gebruiksbeperkingen.

Naast het bovenstaande gelden de volgende beperkingen:

 (1)

 (2) [Het luchtvaartuig mag worden gebruikt voor de internationale luchtvaart ondanks de bovenstaande beperkingen].

 

Datum van afgifte:

 

Handtekening:

6.

Dit bewijs van luchtwaardigheid is geldig tenzij het wordt ingetrokken door de bevoegde instantie van de lidstaat van registratie.

Een recent certificaat van herbeoordeling van de luchtwaardigheid moet bij dit bewijs worden gevoegd.

EASA-formulier 24 Versie 2

Dit bewijs moet aan boord worden meegenomen tijdens alle vluchten

46)

Aanhangsel V wordt vervangen door:

„Aanhangsel V

Bewijs van luchtwaardigheid — EASA-formulier 25

LOGO Bevoegde instantie

BEWIJS VAN LUCHTWAARDIGHEID

 (3)

[Lidstaat van registratie]

[BEVOEGDE INSTANTIE VAN DE LIDSTAAT]

 (3)

1.

Nationaliteit en registratietekens

2.

Fabrikant en aanduiding van het luchtvaartuig door de fabrikant

3.

Serienummer luchtvaartuig

4.

Categorieën

5.

Dit bewijs van luchtwaardigheid wordt afgegeven, overeenkomstig het Verdrag inzake de internationale burgerluchtvaart van 7 december 1944 en Verordening (EG) nr. 216/2008, artikel 5, lid 2, onder c), voor het bovengenoemde luchtvaartuig, dat luchtwaardig geacht wordt als het wordt onderhouden en gebruikt in overeenstemming met het voornoemde en met de toepasselijke gebruiksbeperkingen.

Beperkingen/Opmerkingen:

 (3)

 

Datum van afgifte:

 

Handtekening:

6.

Dit beperkt bewijs van luchtwaardigheid is geldig tenzij het wordt ingetrokken door de bevoegde instantie van de lidstaat van registratie.

Een recent certificaat van herbeoordeling van de luchtwaardigheid moet bij dit bewijs worden gevoegd.

EASA-formulier 25 Versie 2

Dit bewijs moet aan boord worden meegenomen tijdens alle vluchten

47)

Aanhangsel VII wordt vervangen door:

„Aanhangsel VII

Conformiteitsverklaring voor luchtvaartuigen — EASA-formulier 52

CONFORMITEITSVERKLARING VOOR LUCHTVAARTUIGEN

1.

Land van vervaardiging

2.

[LIDSTAAT] (4) Een lidstaat van de Europese Unie (5)

3.

Verklaring nr.:

4.

Productieorganisatie

5.

Type van luchtvaartuig

6.

Ref.nrs. van het typecertificaat:

7.

Registratie of kenmerking van het luchtvaartuig

8.

Identificatie nr. van de fabrikant

9.

Motor/Propeller (6)

10.

Wijzigingen en/of Technische mededeling (6)

11.

Luchtwaardigheidsrichtlijnen

12.

Concessies

13.

Uitzonderingen, ontheffingen of afwijkingen (6)

14.

Bijzonderheden

15.

Bewijs van luchtwaardigheid

16.

Aanvullende eisen

17.

Conformiteitsverklaring

Hierbij wordt verklaard dat dit luchtvaartuig volledig beantwoordt aan het ontwerp waarvoor een typecertificaat is afgegeven en aan de in vak 9, 10, 11, 12 en 13 genoemde punten.

Het luchtvaartuig kan veilig worden gebruikt.

Het luchtvaartuig is met bevredigend resultaat in vlucht getest.

18.

Getekend

19.

Naam

20.

Datum (dd/mm/jjjj)

21.

Erkenningsnummer van de productieorganisatie

EASA-formulier 52 Versie 2

Instructies voor het gebruik van het EASA-formulier 52 Conformiteitsverklaring voor luchtvaartuigen

1.   DOEL EN TOEPASSINGSGEBIED

1.1.

Het gebruik van de door de uit hoofde van deel 21, sectie A, subdeel F, producerende fabrikant afgegeven conformiteitsverklaring voor luchtvaartuigen wordt beschreven in punt 21A.130 en de bijhorende aanvaardbare middelen ter naleving.

1.2.

Met de krachtens deel 21, sectie A, subdeel G, afgegeven conformiteitsverklaring voor luchtvaartuigen (EASA-formulier 52) wordt beoogd de houder van een toepasselijke erkenning als productieorganisatie in staat te stellen zijn privilege te laten gelden om een individueel bewijs van luchtwaardigheid voor een luchtvaartuig te verkrijgen van de bevoegde instantie van de lidstaat van registratie.

2.   ALGEMEEN

2.1.

De conformiteitsverklaring moet overeenstemmen met het bijgevoegde formaat inclusief de nummers van de vakken en de plaats van elk vak. De opmaak van ieder vak mag evenwel worden aangepast aan de individuele aanvraag, maar niet in zodanige mate dat de conformiteitsverklaring er onherkenbaar door wordt. In geval van twijfel dient u de bevoegde instantie te raadplegen.

2.2.

De conformiteitsverklaring kan ofwel voorgedrukt ofwel per computer gegenereerd worden; in beide gevallen moeten de regels en tekens duidelijk en goed leesbaar worden afgedrukt. Voorgedrukte formuleringen zijn toegestaan overeenkomstig het aangehechte model maar andere certificeringsverklaringen zijn niet toegestaan.

2.3.

U mag het formulier met de typemachine/computer of met de hand invullen indien u blokletters gebruikt om de tekst gemakkelijk leesbaar te maken. De conformiteitsverklaringen mogen worden opgesteld in het Engels en, voor zover van toepassing, in een of meerdere officiële talen van de lidstaten die het afgeven.

2.4.

Een afschrift van de verklaring en alle referentiestukken moeten door de erkende productieorganisatie worden bewaard.

3.   INVULLEN VAN DE CONFORMITEISTSVERKLARING DOOR DE OPSTELLER

3.1.

Om van dit document een geldige verklaring te maken moeten alle vakken worden ingevuld.

3.2.

Een conformiteitsverklaring mag niet worden afgegeven door de bevoegde instantie van de lidstaat van registratie als het ontwerp van het luchtvaartuig en de daarop te monteren producten niet zijn goedgekeurd.

3.3.

De in de vakken 9, 10, 11, 12, 13 en 14 in te vullen gegevens mogen een verwijzing zijn naar een apart document dat door de productieorganisatie in haar archieven wordt bewaard, tenzij de bevoegde instantie anders beslist.

3.4.

Met deze conformiteitsverklaring worden niet alle artikelen van de uitrusting bedoeld die geschikt zouden moeten zijn voor installatie ter naleving van de van toepassing zijnde operationele voorschriften. Evenwel kunnen een aantal individuele artikelen worden opgenomen in vak 10 of in het goedgekeurde typeontwerp. Exploitanten worden derhalve herinnerd aan hun verantwoordelijkheid de naleving van de toepasselijke operationele voorschriften voor hun eigen particuliere exploitanten te garanderen.

Vak 1

Vul hier de naam van de lidstaat van vervaardiging in.

Vak 2

Hier moet de bevoegde instantie worden vermeld uit hoofde waarvan de conformiteitsverklaring wordt afgegeven.

Vak 3

Een uniek serienummer moet worden voorgedrukt in dit vak ten behoeve van controle en traceerbaarheid van de verklaring. In het geval van een per computer gegenereerd document hoeft het nummer niet voorgedrukt te zijn, als de computer zodanig geprogrammeerd is dat het een uniek nummer kan produceren en printen.

Vak 4

Hier komt de volledige naam en het adres van de organisatie die de verklaring afgeeft. Dit vak mag voorgedrukt zijn. Logo's e.d. zijn toegestaan mits deze in het vak passen.

Vak 5

Schrijf het luchtvaartuigtype voluit zoals gedefinieerd in het typecertificaat en het bijbehorende gegevensblad.

Vak 6

Referentienummers van het typecertificaat en datum van afgifte voor het desbetreffende luchtvaartuig.

Vak 7

Indien het luchtvaartuig geregistreerd is, moeten hier de registratietekens worden ingevuld. Indien het luchtvaartuig niet geregistreerd is, moet hier een teken worden ingevuld dat door de bevoegde instantie van de lidstaat aanvaard wordt en, indien van toepassing, door de bevoegde instantie van een derde land.

Vak 8

Vermeld hier het identificatienummer van de fabrikant ten behoeve van controle, traceerbaarheid en productondersteuning. Soms wordt hiernaar verwezen als serienummer van de fabrikant of nummer van de constructeur.

Vak 9

Schrijf het type motor en propeller voluit zoals gedefinieerd in het typecertificaat en het bijhorende gegevensblad. Het identificatienummer van de fabrikant en het bijbehorende adres moeten ook worden vermeld.

Vak 10

Goedgekeurde wijzigingen in het ontwerp van de definitie van het luchtvaartuig.

Blok 11

Een opsomming van alle toepasselijke luchtwaardigheidsrichtlijnen (of equivalente voorschriften) en een verklaring omtrent naleving hiervan, samen met een beschrijving van de wijze van naleving voor individuele luchtvaartuigen inclusief producten en gemonteerde onderdelen, uitrustingsstukken en apparatuur. Eventuele toekomstige vereisten wat betreft uitvoeringstijd moeten worden vermeld.

Vak 12

Goedgekeurde, niet-opzettelijke afwijking van het goedgekeurde typeontwerp waarnaar soms verwezen wordt als concessie, divergentie of niet-conform ontwerp.

Vak 13

Uitsluitend overeengekomen vrijstellingen, afstandsverklaringen of derogaties mogen hier worden opgenomen.

Vak 14

Opmerkingen. Eventuele verklaringen, informatie, bijzondere gegevens of beperkingen die van invloed kunnen zijn op de luchtwaardigheid van het luchtvaartuig. Indien dergelijke informatie of gegevens ontbreken, vul „GEEN” in.

Vak 15

Vul in „Bewijs van luchtwaardigheid” of „Beperkt bewijs van luchtwaardigheid” al naargelang de toepassing.

Vak 16

Bijkomende vereisten zoals meegedeeld door een importerend land moeten in dit vak worden vermeld.

Vak 17

De conformiteitsverklaring is geldig als alle vakken op het formulier zijn ingevuld. Een kopie van het testvluchtrapport dient samen met eventueel geregistreerde defecten en rectificatiegegevens door de EPO-houder te worden gearchiveerd. Het rapport moet worden ondertekend als voldoende door het ter zake kundige certificeringspersoneel en een lid van de bemanning, bv. de testpiloot of de boordwerkdeskundige tijdens de testvlucht. De uitgevoerde testvluchten gebeuren overeenkomstig de bepalingen van het kwaliteitssysteem, zoals vastgesteld door 21A.139 en met name 21A.139 b) 1) vi) teneinde te waarborgen dat het luchtvaartuig overeenstemt met de toepasselijke ontwerpgegevens en geschikt is voor veilig gebruik.

De opsomming van verschafte (of beschikbaar gestelde) artikelen om te voldoen aan de veilige exploitatieaspecten van deze verklaring moeten door de EPO-houder worden gearchiveerd.

Vak 18

De conformiteitsverklaring mag worden ondertekend door de persoon die daartoe geautoriseerd is door de houder van de erkenning als productieorganisatie in overeenstemming met 21A.145(d). Gebruik van een stempel is niet toegestaan.

Vak 19

Hier moet de naam van de ondertekenaar worden ingevuld in een leesbare vorm, gedrukt of getypt.

Vak 20

Hier moet de datum worden vermeld waarop de conformiteitsverklaring is ondertekend.

Vak 21

Vermeld hier het door de bevoegde instantie verstrekte erkenningsnummer.”.

48.

Aanhangsel IX wordt vervangen door:

„Aanhangsel IX

Certificaten erkenning als productieorganisatie waaraan in subdeel G van de bijlage (deel 21) wordt gerefereerd — EASA-formulier 55

Image

Image

49.

Aanhangsel X wordt vervangen door:

„Aanhangsel X

Akkoordverklaring — EASA-formulier 65 — waaraan in subdeel F van de bijlage (deel 21) wordt gerefereerd

Image


(1)  Ten gebruike van de staat van registratie.

(2)  Schrappen indien niet van toepassing.”;

(3)  Ten gebruike van de staat van registratie.”;

(4)  of EASA indien EASA de bevoegde instantie is.

(5)  Schrappen voor niet-EU-lidstaten of EASA.

(6)  Schrappen wat niet van toepassing is.