19.12.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 340/17


VERORDENING (EG) Nr. 1289/2008 VAN DE COMMISSIE

van 12 december 2008

tot wijziging van Verordening (EG) nr. 809/2004 tot uitvoering van Richtlijn 2003/71/EG van het Europees Parlement en de Raad wat met prospectussen en reclame verband houdende elementen betreft

(Voor de EER relevante tekst)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 2003/71/EG van het Europees Parlement en de Raad van 4 november 2003 betreffende het prospectus dat gepubliceerd moet worden wanneer effecten aan het publiek worden aangeboden of tot de handel worden toegelaten en tot wijziging van Richtlijn 2001/34/EG (1), en met name op artikel 7, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EG) nr. 1606/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 19 juli 2002 betreffende de toepassing van internationale standaarden voor jaarrekeningen (2) bepaalt dat ondernemingen die onder het recht van een lidstaat vallen en waarvan effecten tot de handel op een gereglementeerde markt van een lidstaat zijn toegelaten, voor elk boekjaar, beginnend op of na 1 januari 2005, hun geconsolideerde financiële overzichten moeten opstellen conform overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1606/2002 goedgekeurde internationale standaarden voor jaarrekeningen, die thans gewoonlijk International Financial Reporting Standards worden genoemd (hierna „goedgekeurde IFRS” genoemd).

(2)

Verordening (EG) nr. 809/2004 van de Commissie van 29 april 2004 tot uitvoering van Richtlijn 2003/71/EG van het Europees Parlement en de Raad wat de in het prospectus te verstrekken informatie, de vormgeving van het prospectus, de opneming van informatie door middel van verwijzing, de publicatie van het prospectus en de verspreiding van reclame betreft (3), schrijft voor dat uitgevende instellingen van derde landen de historische financiële informatie die in prospectussen voor de aanbieding van effecten aan het publiek of voor de toelating van effecten tot de handel op een gereglementeerde markt wordt verstrekt, moeten opstellen conform goedgekeurde IFRS, dan wel overeenkomstig nationale standaarden voor jaarrekeningen van een derde land welke gelijkwaardig zijn aan eerstgenoemde standaarden.

(3)

Met het oog op de toetsing van de gelijkwaardigheid van de algemeen aanvaarde grondslagen voor financiële verslaggeving (Generally Accepted Accounting Principles — GAAP) van een derde land met goedgekeurde IFRS voorziet Verordening (EG) nr. 1569/2007 van de Commissie van 21 december 2007 waarbij ter uitvoering van de Richtlijnen 2003/71/EG en 2004/109/EG van het Europees Parlement en de Raad een mechanisme wordt opgezet voor het nemen van een besluit over de gelijkwaardigheid van standaarden voor jaarrekeningen die door effectenuitgevende instellingen van derde landen worden toegepast (4) in een definitie van gelijkwaardigheid en in een mechanisme voor de toetsing van de gelijkwaardigheid van de GAAP van een derde land. Verordening (EG) nr. 1569/2007 schrijft ook voor dat de Commissie tot het besluit dient te komen dat het uitgevende instellingen van de Gemeenschap is toegestaan in het betrokken derde land van overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1606/2002 goedgekeurde IFRS gebruik te maken.

(4)

Financiële overzichten die zijn opgesteld conform de IFRS zoals die door de International Accounting Standards Board (IASB) zijn vastgesteld, verschaffen gebruikers van dergelijke overzichten voldoende informatie om hen in staat te stellen zich een verantwoord oordeel te vormen over het vermogen, de financiële positie, de resultaten en de vooruitzichten van een uitgevende instelling. Het verdient derhalve aanbeveling om uitgevende instellingen van derde landen toe te staan binnen de Gemeenschap gebruik te maken van IFRS zoals die door de IASB zijn vastgesteld.

(5)

In december 2007 heeft de Commissie het Comité van Europese effectenregelgevers (CEER) geraadpleegd over de technische toetsing van de gelijkwaardigheid van de algemeen aanvaarde grondslagen voor financiële verslaggeving van de Verenigde Staten, China en Japan. In maart 2008 heeft de Commissie de raadpleging uitgebreid tot de GAAP van Zuid-Korea, Canada en India.

(6)

In zijn advies van respectievelijk maart 2008, mei 2008 en oktober 2008 heeft het CEER aanbevolen de US GAAP en de Japanse GAAP als gelijkwaardig met de IFRS aan te merken voor toepassing binnen de Gemeenschap. Voorts heeft het CEER aanbevolen binnen de Gemeenschap tijdelijk, maar uiterlijk tot 31 december 2011, financiële overzichten te aanvaarden die conform de GAAP van China, Canada, Zuid-Korea en India zijn opgesteld.

(7)

In 2006 hebben de US Financial Accounting Standards Board en de IASB een memorandum van overeenstemming gesloten waarin zij hun streven herbevestigden om tot een onderlinge afstemming tussen de US GAAP en de IFRS te komen en waarin een werkprogramma was opgenomen om dit doel te bereiken. Als gevolg van dit werkprogramma zijn talrijke belangrijke verschillen tussen de US GAAP en de IFRS weggewerkt. Daarnaast heeft de dialoog tussen de Commissie en de US Securities and Exchange Commission ertoe geleid dat uitgevende instellingen van de Gemeenschap die hun financiële overzichten opstellen conform de IFRS zoals die door de IASB zijn vastgesteld, van alle aanpassingsvereisten zijn ontslagen. Het verdient bijgevolg aanbeveling de US GAAP met ingang van 1 januari 2009 als gelijkwaardig met de goedgekeurde IFRS aan te merken.

(8)

In augustus 2007 hebben de Accounting Standards Board of Japan en de IASB bekendgemaakt dat zij overeengekomen waren het afstemmingsproces te versnellen door tegen 2008 de belangrijkste en vóór eind 2011 de resterende verschillen tussen de Japanse GAAP en de IFRS weg te werken. De Japanse autoriteiten leggen geen aanpassingsvereisten op aan uitgevende instellingen van de Gemeenschap die hun financiële overzichten conform de IFRS opstellen. Het verdient bijgevolg aanbeveling de Japanse GAAP met ingang van 1 januari 2009 als gelijkwaardig met de goedgekeurde IFRS aan te merken.

(9)

Krachtens artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1569/2007 kan het uitgevende instellingen van derde landen worden toegestaan gebruik te maken van GAAP van andere derde landen die hun GAAP op de IFRS afstemmen, dan wel zich ertoe verbonden hebben op de IFRS over te gaan, of die vóór 31 december 2008 een overeenkomst inzake wederzijdse erkenning hebben bereikt welke geldig is gedurende een overgangsperiode die uiterlijk op 31 december 2011 afloopt.

(10)

In China zijn de standaarden voor jaarrekeningen van ondernemingen (Accounting Standards for Business Enterprises) grotendeels op de IFRS afgestemd en bestrijken zij bijna alle onderwerpen van de bestaande IFRS. Aangezien de standaarden voor jaarrekeningen van ondernemingen echter pas vanaf 2007 worden toegepast, is er verdere informatie over de feitelijke toepassing ervan vereist.

(11)

De Accounting Standards Board of Canada heeft er zich in januari 2006 publiekelijk toe verbonden om vóór 31 december 2011 op de IFRS over te gaan en treft effectieve maatregelen om tegen die datum snel en volledig op de IFRS over te stappen.

(12)

De Korean Financial Supervisory Commission en het Korean Accounting Institute hebben er zich in maart 2007 publiekelijk toe verbonden om vóór 31 december 2011 op de IFRS over te gaan en treffen effectieve maatregelen om tegen die datum snel en volledig op de IFRS over te stappen.

(13)

De Indiase regering en het Indian Institute of Chartered Accountants hebben er zich in juli 2007 publiekelijk toe verbonden om vóór 31 december 2011 op de IFRS over te gaan en treffen effectieve maatregelen om tegen die datum snel en volledig op de IFRS over te stappen.

(14)

Over de gelijkwaardigheid van de standaarden voor jaarrekeningen die momenteel op de IFRS worden afgestemd, mag weliswaar pas een definitief besluit worden genomen nadat is beoordeeld hoe deze standaarden voor jaarrekeningen door ondernemingen en accountants worden toegepast, maar dat neemt niet weg dat het van belang is de inspanningen te ondersteunen van zowel de landen die hebben toegezegd hun standaarden voor jaarrekeningen op de IFRS af te stemmen, als de landen die hebben toegezegd op de IFRS over te stappen. Het verdient derhalve aanbeveling uitgevende instellingen van derde landen gedurende een overgangsperiode van niet meer dan drie jaar toe te staan in de Gemeenschap hun jaarlijkse en halfjaarlijkse financiële overzichten conform de GAAP van China, Canada, Zuid-Korea of India op te stellen. Verordening (EG) nr. 809/2004 dient derhalve te worden gewijzigd teneinde rekening te houden met de wijzigingen in verband met het gebruik door uitgevende instellingen van derde landen van de GAAP van de Verenigde Staten, Japan, China, Canada, Zuid-Korea en India voor de opstelling van historische financiële informatie, en teneinde een aantal achterhaalde bepalingen van genoemde verordening te schrappen.

(15)

Met de technische bijstand van het CEER dient de Commissie nauwlettend te blijven toezien op de wijze waarop de GAAP van deze derde landen zich ontwikkelen ten opzichte van de goedgekeurde IFRS.

(16)

Landen moeten worden aangemoedigd om IFRS over te nemen. De EU kan bepalen dat de nationale standaarden die als gelijkwaardig zijn aangemerkt, niet meer mogen worden gebruikt bij de opstelling van de informatie die vereist is uit hoofde van Richtlijn 2004/109/EG of Verordening (EG) nr. 809/2004 tot uitvoering van Richtlijn 2003/71/EG, wanneer die landen alleen nog IFRS als standaard voor jaarrekeningen gebruiken.

(17)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Europees Comité voor het effectenbedrijf,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Artikel 35 van Verordening (EG) nr. 809/2004 wordt als volgt gewijzigd:

1.

De leden 5 en 5 bis komen als volgt te luiden:

„5.   Met ingang van 1 januari 2009 presenteren uitgevende instellingen van derde landen hun historische financiële informatie overeenkomstig een van de volgende standaarden voor jaarrekeningen:

a)

de overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1606/2002 goedgekeurde International Financial Reporting Standards;

b)

de International Financial Reporting Standards, mits overeenkomstig IAS 1 Presentatie van de jaarrekening, de toelichting bij de gecontroleerde financiële overzichten die deel uitmaken van de historische financiële informatie, een expliciete en onvoorwaardelijke verklaring bevat dat deze financiële overzichten met de International Financial Reporting Standards in overeenstemming zijn;

c)

de algemeen aanvaarde grondslagen voor financiële verslaggeving van Japan;

d)

de algemeen aanvaarde grondslagen voor financiële verslaggeving van de Verenigde Staten van Amerika.

5 bis.   Uitgevende instellingen van derde landen zijn niet onderworpen aan een vereiste uit hoofde van bijlage I, rubriek 20.1, bijlage IV, rubriek 13.1, bijlage VII, rubriek 8.2, bijlage X, rubriek 20.1, of bijlage XI, rubriek 11.1, om historische financiële informatie aan te passen die in een prospectus is opgenomen en relevant is voor de boekjaren vóór boekjaren die op of na 1 januari 2012 aanvangen, dan wel aan een vereiste uit hoofde van bijlage VII, rubriek 8.2 bis, bijlage IX, rubriek 11.1, of bijlage X, rubriek 20.1 bis, om een beschrijving te geven van de verschillen tussen de ingevolge Verordening (EG) nr. 1606/2002 goedgekeurde International Financial Reporting Standards en de standaarden voor jaarrekeningen in overeenstemming waarmee dergelijke informatie is opgesteld met betrekking tot de boekjaren vóór boekjaren die op of na 1 januari 2012 aanvangen, mits de historische financiële informatie is opgesteld overeenkomstig de algemeen aanvaarde grondslagen voor de financiële verslaggeving van de Volksrepubliek China, Canada, de Republiek Korea of de Republiek India.”.

2.

De leden 5 ter tot en met 5 sexies worden geschrapt.

Artikel 2

De Commissie blijft met de technische bijstand van het CEER nauwlettend toezien op de inspanningen van derde landen om over te stappen op IFRS, en voert met de autoriteiten tijdens het afstemmingsproces een actieve dialoog. In 2009 dient de Commissie bij het Europees Parlement en het Europees Comité voor het effectenbedrijf een verslag in over de voortgang die op dit gebied is geboekt. Voorts brengt de Commissie de Raad en het Europees Parlement onverwijld op de hoogte van gevallen waarin uitgevende instellingen uit de EU worden verplicht om hun financiële overzichten aan te passen aan de nationale GAAP van het betrokken buitenlandse rechtsgebied.

Artikel 3

De door derde landen bekendgemaakte data van overstap op IFRS gelden als referentiedata waarop de erkenning van gelijkwaardigheid voor deze landen vervalt.

Artikel 4

Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2009.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 12 december 2008.

Voor de Commissie

Charlie McCREEVY

Lid van de Commissie


(1)  PB L 345 van 31.12.2003, blz. 64.

(2)  PB L 243 van 11.9.2002, blz. 1.

(3)  PB L 149 van 30.4.2004, blz. 1.

(4)  PB L 340 van 22.12.2007, blz. 66.