4.11.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 295/3


VERORDENING (EG) Nr. 1077/2008 VAN DE COMMISSIE

van 3 november 2008

tot vaststelling van toepassingsbepalingen voor Verordening (EG) nr. 1966/2006 van de Raad betreffende de elektronische registratie en melding van visserijactiviteiten en een systeem voor teledetectie en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1566/2007

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1966/2006 van de Raad van 21 december 2006 betreffende de elektronische registratie en melding van visserijactiviteiten en een systeem voor teledetectie (1), en met name op artikel 5,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Krachtens artikel 22, lid 1, onder c), van Verordening (EG) nr. 2371/2002 van de Raad (2) zijn activiteiten binnen het toepassingsgebied van het gemeenschappelijk visserijbeleid verboden tenzij de kapitein informatie over de visserijactiviteiten, met inbegrip van aanlandingen en overladingen, onverwijld vastlegt en meldt, en moeten kopieën van de vastgelegde informatie ter beschikking van de autoriteiten worden gesteld.

(2)

Overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1966/2006 gaat de verplichting om de gegevens uit het logboek, uit de aangifte van aanlanding en uit de aangifte van overlading elektronisch te registreren en door te geven, voor kapiteins van communautaire vissersvaartuigen met een lengte over alles van meer dan 24 m in binnen 24 maanden na de inwerkingtreding van de uitvoeringsbepalingen en voor kapiteins van communautaire vissersvaartuigen met een lengte over alles van 15 m binnen 42 maanden na de inwerkingtreding van de uitvoeringsbepalingen.

(3)

Een dagelijkse melding van visserijactiviteiten maakt het mogelijk de efficiëntie en de doeltreffendheid van het toezicht, de controle en de bewaking zowel op zee als aan land aanzienlijk te vergroten.

(4)

In artikel 6 van Verordening (EEG) nr. 2847/93 van de Raad van 12 oktober 1993 tot invoering van een controleregeling voor het gemeenschappelijk visserijbeleid (3) is bepaald dat kapiteins van communautaire vissersvaartuigen een logboek van hun activiteiten moeten bijhouden.

(5)

Krachtens artikel 8 van Verordening (EEG) nr. 2847/93 moet de kapitein van een communautair vissersvaartuig met een totale lengte van 10 m of meer, of zijn gemachtigde, na elke visreis binnen 48 uur na de aanlanding een aangifte indienen bij de bevoegde autoriteiten van de lidstaat waar de aanlanding plaatsvindt.

(6)

Krachtens artikel 9 van Verordening (EEG) nr. 2847/93 moeten de visafslagen of de door de lidstaten gemachtigde instanties of personen die verantwoordelijk zijn voor het voor de eerste maal op de markt brengen van de visserijproducten, bij de eerste verkoop een verkoopdocument zenden naar de bevoegde autoriteiten van de lidstaat op het grondgebied waarvan de producten de eerste maal op de markt worden gebracht.

(7)

Verder is in artikel 9 van Verordening (EEG) nr. 2847/93 bepaald dat wanneer het voor de eerste maal op de markt brengen van visserijproducten niet plaatsvindt in de lidstaat waar die producten zijn aangeland, de lidstaat die verantwoordelijk is voor de controle op de eerste verkoop, ervoor moet zorgen dat zo spoedig mogelijk een kopie van het verkoopdocument wordt overgelegd aan de autoriteiten die verantwoordelijk zijn voor de controle op de aanlanding van die producten.

(8)

Krachtens artikel 19 van Verordening (EEG) nr. 2847/93 moeten de lidstaten een geautomatiseerd gegevensbestand aanleggen en een validatieregeling instellen die met name voorziet in vergelijkende controles en verificatie van de gegevens.

(9)

In de artikelen 19 ter en 19 sexies van Verordening (EEG) nr. 2847/93 is bepaald dat kapiteins van communautaire vissersvaartuigen een visserijinspanningsrapport moeten opstellen en de gegevens moeten registreren in hun logboek.

(10)

Op grond van artikel 5 van Verordening (EG) nr. 2347/2002 van de Raad (4) moet de kapitein van een communautair vissersvaartuig dat in het bezit is van een diepzeevisdocument, in het logboek of op een door de vlaggenlidstaat ter beschikking gesteld formulier informatie over de kenmerken van het vistuig en over de visserijactiviteiten registreren.

(11)

Verordening (EG) nr. 768/2005 van de Raad van 26 april 2005 tot oprichting van een Communautair Bureau voor visserijcontrole en houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 2847/93 tot invoering van een controleregeling voor het gemeenschappelijk visserijbeleid (5) voorziet in de uitvoering van gezamenlijke inzetplannen.

(12)

Bij Verordening (EG) nr. 1566/2007 van de Commissie (6) zijn voorschriften vastgesteld voor de uitvoering van Verordening (EG) nr. 1966/2006 betreffende de elektronische registratie en melding van visserijactiviteiten.

(13)

Het is thans noodzakelijk een aantal bepalingen van Verordening (EG) nr. 1566/2007 verder te detailleren en te verduidelijken.

Daarom dient Verordening (EG) nr. 1566/2007 te worden ingetrokken en door een nieuwe verordening te worden vervangen.

(14)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor de visserij en de aquacultuur,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

HOOFDSTUK I

ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1

Toepassingsgebied

1.   Deze verordening is van toepassing op:

a)

communautaire vissersvaartuigen met een lengte over alles van meer dan 24 meter, vanaf 1 januari 2010;

b)

communautaire vissersvaartuigen met een lengte over alles van meer dan 15 meter, vanaf 1 juli 2011;

c)

geregistreerde kopers, geregistreerde visafslagen of andere door de lidstaten gemachtigde instanties of personen die verantwoordelijk zijn voor de eerste verkoop van visserijproducten en die met de eerste verkoop van visserijproducten een jaaromzet van meer dan 400 000 EUR realiseren, vanaf 1 januari 2009.

2.   In afwijking van lid 1, onder a), is deze verordening met ingang van een vroegere datum dan 1 januari 2010 van toepassing op communautaire vissersvaartuigen met een lengte over alles van meer dan 24 meter die de vlag van een bepaalde lidstaat voeren, indien dat door die lidstaat zo is bepaald.

3.   In afwijking van lid 1, onder b), is deze verordening met ingang van een vroegere datum dan 1 juli 2011 van toepassing op communautaire vissersvaartuigen met een lengte over alles van meer dan 15 meter die de vlag van een bepaalde lidstaat voeren, indien dat door die lidstaat zo is bepaald.

4.   In afwijking van de in lid 1, onder a) en b), vastgestelde data kan een lidstaat overeenkomstig artikel 3, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1966/2006 besluiten deze verordening al vóór die data toe te passen op vissersvaartuigen met een lengte over alles van niet meer dan 15 meter die zijn vlag voeren.

5.   De lidstaten kunnen bilaterale akkoorden sluiten over het gebruik van elektronische meldsystemen op vissersvaartuigen die hun vlag voeren binnen de wateren die onder hun soevereiniteit of jurisdictie vallen, op voorwaarde dat de vissersvaartuigen aan alle in deze verordening vastgestelde regels voldoen.

6.   Deze verordening is van toepassing op communautaire vissersvaartuigen ongeacht de wateren waarin zij visserijactiviteiten verrichten of de havens waar zij aanlanden.

7.   Deze verordening is niet van toepassing op communautaire vissersvaartuigen die uitsluitend voor de aquacultuur worden gebruikt.

Artikel 2

Lijst van exploitanten en vissersvaartuigen

1.   Elke lidstaat stelt een lijst op van geregistreerde kopers en geregistreerde visafslagen of andere door die lidstaat gemachtigde instanties of personen die verantwoordelijk zijn voor de eerste verkoop van visserijproducten en een jaaromzet in visserijproducten van meer dan 400 000 EUR realiseren. Het eerste referentiejaar is 2007 en de lijst wordt bijgewerkt op 1 januari van het lopende jaar (jaar n) op basis van de jaaromzet in visserijproducten van meer dan 400 000 EUR in jaar n-2. De lijst wordt bekendgemaakt op een officiële website van de lidstaat.

2.   Elke lidstaat stelt een lijst op van de communautaire vissersvaartuigen die zijn vlag voeren en waarvoor deze verordening overeenkomstig artikel 1, leden 2 tot en met 5, geldt, en werkt deze lijst geregeld bij. De lijst wordt bekendgemaakt op een officiële website van de lidstaat en wordt opgesteld in het formaat dat in overleg tussen de lidstaten en de Commissie wordt bepaald.

Artikel 3

Definities

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

1.

„visserijactiviteiten”: alle activiteiten in verband met het zoeken naar vis, het uitzetten en binnenhalen van vistuig en het verwijderen van de vangst uit het vistuig;

2.

„gezamenlijk inzetplan”: een plan waarin de operationele regelingen voor het inzetten van de beschikbare controle- en inspectiemiddelen zijn vastgesteld.

HOOFDSTUK II

ELEKTRONISCHE DOORGIFTE

Artikel 4

Doorgifte van informatie door kapiteins of hun vertegenwoordigers

1.   De kapiteins van communautaire vissersvaartuigen geven de gegevens uit het logboek en uit de aangifte van overlading elektronisch door aan de bevoegde autoriteiten van de vlaggenlidstaat.

2.   De kapiteins van communautaire vissersvaartuigen of hun vertegenwoordigers geven de gegevens uit de aangifte van aanlanding elektronisch door aan de bevoegde autoriteiten van de vlaggenstaat.

3.   Wanneer een communautair vissersvaartuig zijn vangst in een andere lidstaat dan de vlaggenlidstaat aanlandt, geven de bevoegde autoriteiten van de vlaggenlidstaat de gegevens uit de aangifte van aanlanding na ontvangst onverwijld elektronisch door aan de bevoegde autoriteiten van de lidstaat waar de vangst is aangeland.

4.   De kapiteins van communautaire vissersvaartuigen melden, wanneer dat volgens de communautaire regels vereist is en op het tijdstip waarop dat vereist is, van tevoren elektronisch aan de bevoegde autoriteiten van de vlaggenlidstaat wanneer zij een haven binnenvaren.

5.   Wanneer een vissersvaartuig een haven in een andere lidstaat dan de vlaggenlidstaat wil binnenvaren, geven de bevoegde autoriteiten van de vlaggenlidstaat de in lid 4 bedoelde voorafgaande melding na ontvangst onverwijld elektronisch door aan de bevoegde autoriteiten van de kustlidstaat.

Artikel 5

Doorgifte van informatie door de voor de eerste verkoop of de overname verantwoordelijke instanties of personen

1.   Geregistreerde kopers, geregistreerde visafslagen of andere door de lidstaten gemachtigde instanties of personen die verantwoordelijk zijn voor de eerste verkoop van visserijproducten, geven de informatie die in een verkoopdocument moet worden vastgelegd, elektronisch door aan de bevoegde autoriteiten van de lidstaat op het grondgebied waarvan de producten voor de eerste maal op de markt worden gebracht.

2.   Wanneer de producten voor de eerste maal op de markt worden gebracht in een andere lidstaat dan de vlaggenlidstaat, zorgen de bevoegde autoriteiten van de lidstaat waar de producten voor de eerste maal op de markt worden gebracht, ervoor dat een kopie van de gegevens uit het verkoopdocument na ontvangst van de desbetreffende informatie elektronisch bij de bevoegde autoriteiten van de vlaggenlidstaat wordt ingediend.

3.   Wanneer het voor de eerste maal op de markt brengen van de visserijproducten niet plaatsvindt in de lidstaat waar de producten zijn aangeland, zorgt de lidstaat waar zij voor de eerste maal op de markt worden gebracht, ervoor dat een kopie van de gegevens uit het verkoopdocument na ontvangst van de desbetreffende informatie onverwijld elektronisch wordt ingediend bij de volgende autoriteiten:

a)

de bevoegde autoriteiten van de lidstaat waar de visserijproducten zijn aangeland, en

b)

de bevoegde autoriteiten van de vlaggenlidstaat van het vissersvaartuig dat de visserijproducten heeft aangeland.

4.   De houder van de aangifte van overname geeft de informatie die in die aangifte van overname moet worden vastgelegd, elektronisch door aan de bevoegde autoriteiten van de lidstaat op het grondgebied waarvan de overname fysiek plaatsvindt.

Artikel 6

Frequentie van de doorgifte

1.   De kapitein geeft de informatie uit het elektronische logboek ten minste eenmaal daags en niet later dan om 24.00 uur door aan de bevoegde autoriteiten van de vlaggenlidstaat, ook al is er niets gevangen. Hij stuurt deze gegevens ook:

a)

op verzoek van de bevoegde autoriteit van de vlaggenlidstaat;

b)

onmiddellijk nadat de laatste visserijactiviteit is voltooid;

c)

vóór een haven wordt binnengevaren;

d)

bij elke inspectie op zee;

e)

in geval van de in de communautaire wetgeving of door de vlaggenstaat omschreven gebeurtenissen.

2.   De kapitein kan correcties die aan het elektronische logboek en de aangiften van overlading zijn aangebracht, doorgeven tot de laatste doorgifte aan het eind van de visserijactiviteiten en vóór de haven wordt binnengevaren. De correcties moeten duidelijk als zodanig herkenbaar zijn. Alle originele gegevens uit het elektronische logboek en de aan die gegevens aangebrachte correcties worden door de bevoegde autoriteiten van de vlaggenlidstaat opgeslagen.

3.   De kapitein of zijn vertegenwoordiger geeft de gegevens uit de aangifte van aanlanding onmiddellijk na het opstellen van de aangifte van aanlanding elektronisch door.

4.   De kapitein van het overladende vissersvaartuig en die van het ontvangende vissersvaartuig geven de gegevens over de overlading onmiddellijk na de overlading elektronisch door.

5.   De kapitein bewaart gedurende elke buitengaats doorgebrachte periode een kopie van de in lid 1 bedoelde informatie aan boord van het vissersvaartuig totdat de aangifte van aanlanding is ingediend.

6.   Indien een vissersvaartuig zich in de haven bevindt, geen vis aan boord heeft en de kapitein de aangifte van aanlanding heeft ingediend, kan de doorgifte overeenkomstig lid 1 van dit artikel worden opgeschort, mits hiervan op voorhand kennis wordt gegeven aan het visserijcontrolecentrum van de vlaggenlidstaat. De doorgifte wordt hervat zodra het vaartuig de haven verlaat. Voorafgaande kennisgeving is niet vereist voor vaartuigen die zijn uitgerust met het satellietvolgsysteem voor vaartuigen (VMS) en de gegevens via dit systeem doorgeven.

Artikel 7

Formaat voor de doorgifte van gegevens van een vissersvaartuig aan de bevoegde autoriteiten van zijn vlaggenlidstaat

Elke lidstaat stelt het formaat vast waarin de gegevens van vissersvaartuigen die zijn vlag voeren, aan zijn bevoegde autoriteiten moeten worden doorgegeven.

Artikel 8

Retourberichten

De lidstaten zorgen ervoor dat vissersvaartuigen die hun vlag voeren, voor iedere doorgifte van gegevens uit het logboek, uit de aangifte van overlading en uit de aangifte van aanlanding een retourbericht krijgen. Het retourbericht bevat een ontvangstbevestiging.

HOOFDSTUK III

VRIJSTELLINGEN

Artikel 9

Vrijstellingen

1.   Een lidstaat kan kapiteins van vissersvaartuigen die zijn vlag voeren, vrijstellen van de in artikel 4, lid 1, bedoelde verplichtingen, alsook van de verplichting om middelen voor elektronische gegevenstransmissie aan boord te hebben als bedoeld in artikel 1, leden 1 en 2, van Verordening (EG) nr. 1966/2006, wanneer zij gedurende 24 uur of minder buitengaats zijn binnen de wateren die onder zijn soevereiniteit of jurisdictie vallen, mits zij hun vangst niet buiten het grondgebied van de vlaggenlidstaat aanlanden.

2.   De kapiteins van communautaire vissersvaartuigen die hun visserijactiviteiten elektronisch vastleggen en melden, zijn vrijgesteld van de verplichting het logboek, de aangifte van aanlanding en de aangifte van overlading op papier in te vullen.

3.   De kapiteins van communautaire vissersvaartuigen, of hun vertegenwoordigers, die hun vangst in een andere lidstaat dan de vlaggenlidstaat aanlanden, zijn vrijgesteld van de verplichting een aangifte van aanlanding op papier bij de kustlidstaat in te dienen.

4.   De lidstaten kunnen bilaterale akkoorden sluiten over het gebruik van elektronische meldsystemen op vissersvaartuigen die hun vlag voeren binnen de wateren die onder hun soevereiniteit of jurisdictie vallen. Vissersvaartuigen waarop een dergelijk akkoord van toepassing is, zijn vrijgesteld van het invullen van een logboek op papier binnen die wateren.

5.   De kapiteins van communautaire vissersvaartuigen die in hun elektronische logboek de krachtens artikel 19 ter van Verordening (EEG) nr. 2847/93 vereiste informatie over hun visserijinspanning registreren, zijn vrijgesteld van de verplichting een inspanningsrapport per telex, VMS, fax, telefoon of radio door te geven.

HOOFDSTUK IV

WERKING VAN ELEKTRONISCHE REGISTRATIE- EN MELDSYSTEMEN

Artikel 10

Bepalingen in het geval van technisch falen of niet-functioneren van elektronische registratie- en meldsystemen

1.   In het geval van een technisch falen of het niet-functioneren van het elektronische registratie- en meldsysteem deelt de kapitein of de reder van het vissersvaartuig, of hun vertegenwoordiger, de gegevens uit het logboek, uit de aangifte van aanlanding en uit de aangifte van overlading dagelijks, maar niet later dan 24.00 uur, op een door de vlaggenlidstaat vastgestelde wijze mee aan de bevoegde autoriteiten van de vlaggenlidstaat, ook al is er niets gevangen. De gegevens worden ook gezonden:

a)

op verzoek van de bevoegde autoriteit van de vlaggenstaat;

b)

onmiddellijk nadat de laatste visserijactiviteit is voltooid;

c)

vóór een haven wordt binnengevaren;

d)

bij elke inspectie op zee;

e)

in geval van de in de communautaire wetgeving of door de vlaggenstaat omschreven gebeurtenissen.

2.   De bevoegde autoriteiten van de vlaggenlidstaat werken het elektronische logboek onmiddellijk na ontvangst van de in lid 1 bedoelde gegevens bij.

3.   Na een technisch falen of een niet-functioneren van het elektronische registratie- en meldsysteem mag een communautair vissersvaartuig niet uitvaren voordat het systeem weer naar tevredenheid van de bevoegde autoriteiten van de vlaggenlidstaat functioneert of voordat de bevoegde autoriteiten van de vlaggenlidstaat het op andere wijze toestemming geven om te vertrekken. De vlaggenlidstaat meldt onmiddellijk aan de kustlidstaat dat hij een vissersvaartuig dat zijn vlag voert, toestemming heeft gegeven een in de kustlidstaat gelegen haven te verlaten.

Artikel 11

Geen ontvangst van gegevens

1.   Wanneer de bevoegde autoriteiten van een vlaggenlidstaat de overeenkomstig artikel 4, leden 1 en 2, doorgegeven gegevens niet hebben ontvangen, stellen zij de kapitein of de reder van het vissersvaartuig, of hun vertegenwoordiger, zo spoedig mogelijk daarvan in kennis. Wanneer deze situatie zich voor een bepaald vissersvaartuig binnen een jaar meer dan driemaal voordoet, zorgt de vlaggenlidstaat ervoor dat het elektronische meldsysteem wordt gecontroleerd. De betrokken lidstaat onderzoekt waarom geen gegevens zijn ontvangen.

2.   Wanneer de bevoegde autoriteiten van een vlaggenlidstaat de overeenkomstig artikel 4, leden 1 en 2, doorgegeven gegevens niet hebben ontvangen en de laatste via het satellietvolgsysteem voor vaartuigen ontvangen positie binnen de wateren van een kustlidstaat lag, stellen zij de bevoegde autoriteiten van die kustlidstaat zo spoedig mogelijk daarvan in kennis.

3.   De kapitein of de reder van het vissersvaartuig, of hun vertegenwoordiger, zendt alle gegevens waarvoor een in lid 1 bedoelde kennisgeving is ontvangen, onmiddellijk na ontvangst van die kennisgeving naar de bevoegde autoriteiten van de vlaggenlidstaat.

Artikel 12

Geen toegang tot gegevens

1.   Wanneer de bevoegde autoriteiten van een kustlidstaat in hun wateren een vissersvaartuig waarnemen dat de vlag van een andere lidstaat voert en zij geen toegang tot de gegevens uit het logboek of de gegevens van overlading overeenkomstig artikel 15 krijgen, verzoeken zij de bevoegde autoriteiten van de vlaggenlidstaat voor toegang te zorgen.

2.   Indien niet binnen vier uur na het verzoek voor de in lid 1 bedoelde toegang is gezorgd, stelt de kustlidstaat de vlaggenlidstaat daarvan in kennis. Na ontvangst van de kennisgeving zendt de vlaggenlidstaat de gegevens onverwijld op enigerlei elektronische wijze naar de kustlidstaat.

3.   Indien de kustlidstaat de in lid 2 bedoelde gegevens niet ontvangt, zendt de kapitein of de reder, of hun vertegenwoordiger, de gegevens en een kopie van het in artikel 8 bedoelde retourbericht op enigerlei elektronische wijze naar de bevoegde autoriteiten van de kustlidstaat indien deze daarom verzoeken.

4.   Indien de kapitein of de reder van het vissersvaartuig, of hun vertegenwoordiger, de bevoegde autoriteiten van de kustlidstaat niet kan voorzien van een kopie van het in artikel 8 bedoelde retourbericht, worden de visserijactiviteiten van het betrokken vissersvaartuig in de wateren van de kustlidstaat verboden totdat de kapitein of zijn vertegenwoordiger een kopie van het retourbericht of van de in artikel 6, lid 1, bedoelde informatie kan bezorgen aan de reeds genoemde autoriteiten.

Artikel 13

Gegevens over de werking van het elektronische meldsysteem

1.   De lidstaten houden een gegevensbestand bij over de werking van hun elektronische meldsysteem. Dit bestand omvat ten minste de volgende informatie:

a)

de lijst van hun vlag voerende vissersvaartuigen waarvan het elektronische meldsysteem technisch heeft gefaald of niet heeft gefunctioneerd;

b)

het aantal doorgiften van het elektronische logboek dat per dag is ontvangen en het gemiddelde aantal ontvangen doorgiften per vaartuig, ingedeeld naar vlaggenlidstaat;

c)

het aantal ontvangen doorgiften van gegevens uit aangiften van aanlanding, aangiften van overlading en aangiften van overname, alsmede van gegevens uit verkoopdocumenten, ingedeeld naar vlaggenlidstaat.

2.   Samenvattingen van de informatie over de werking van de elektronische meldsystemen van de lidstaten worden aan de Commissie toegezonden wanneer deze daarom verzoekt, in een formaat en met tussenpozen die de lidstaten en de Commissie in onderling overleg vaststellen.

HOOFDSTUK V

UITWISSELING VAN EN TOEGANG TOT GEGEVENS

Artikel 14

Formaat voor de uitwisseling van informatie tussen de lidstaten

1.   Bij de informatie-uitwisseling tussen de lidstaten wordt gebruikgemaakt van het in de bijlage omschreven formaat, waaruit extensible mark-up language (XML) wordt afgeleid.

2.   Correcties aan de in lid 1 bedoelde informatie moeten duidelijk als zodanig herkenbaar zijn.

3.   Wanneer een lidstaat elektronische informatie uit een andere lidstaat ontvangt, zorgt hij ervoor dat een retourbericht naar de bevoegde autoriteiten van die lidstaat wordt gezonden. Het retourbericht bevat een ontvangstbevestiging.

4.   In de bijlage bedoelde gegevens die de kapiteins volgens de communautaire regels in hun logboek moeten registreren, moeten ook tussen de lidstaten worden uitgewisseld.

Artikel 15

Toegang tot gegevens

1.   Een vlaggenlidstaat zorgt ervoor dat een kustlidstaat in real time onlinetoegang heeft tot de gegevens uit het elektronische logboek en uit de aangifte van aanlanding van vissersvaartuigen die zijn vlag voeren, wanneer deze vaartuigen visserijactiviteiten verrichten in de wateren die onder de soevereiniteit of jurisdictie van de kustlidstaat vallen of een haven van die lidstaat binnenvaren.

2.   De in lid 1 bedoelde gegevens omvatten ten minste de gegevens over de periode vanaf het laatste vertrek uit de haven tot het voltooien van de aanlanding. Gegevens over visserijactiviteiten die in de vorige 12 maanden hebben plaatsgevonden, worden op verzoek ter beschikking gesteld.

3.   De kapitein van een communautair vissersvaartuig heeft zeven dagen per week dag en nacht een beveiligde toegang tot zijn eigen elektronischelogboekinformatie die in het gegevensbestand van de vlaggenlidstaat is opgeslagen.

4.   Een kustlidstaat moet in het kader van een gezamenlijk inzetplan een visserijpatrouillevaartuig van een andere lidstaat onlinetoegang tot zijn logboekgegevensbestand verlenen.

Artikel 16

Gegevensuitwisseling tussen de lidstaten

1.   De in artikel 15, lid 1, bedoelde gegevens zijn via een beveiligde internetverbinding zeven dagen per week dag en nacht toegankelijk.

2.   De lidstaten wisselen de nodige technische informatie uit om te zorgen voor een wederzijdse toegang tot de elektronische logboeken.

3.   De lidstaten:

a)

zorgen ervoor dat de krachtens deze verordening ontvangen gegevens veilig worden opgeslagen in geautomatiseerde gegevensbestanden en nemen alle nodige maatregelen om te garanderen dat deze gegevens vertrouwelijk worden behandeld;

b)

nemen de nodige technische maatregelen om dergelijke gegevens te beschermen tegen onopzettelijk of niet-geautoriseerd wissen, toevallig verlies, beschadiging, verspreiding of onbevoegde raadpleging.

Artikel 17

Enige instantie

1.   In elke lidstaat is een enkele instantie verantwoordelijk voor de doorgifte, de ontvangst, het beheer en de verwerking van alle gegevens waarop deze verordening van toepassing is.

2.   De lidstaten wisselen lijsten en contactgegevens uit van de in lid 1 bedoelde instanties en stellen de Commissie daarvan in kennis.

3.   Wijzigingen van de in de leden 1 en 2 bedoelde informatie worden onverwijld aan de Commissie en aan de andere lidstaten meegedeeld.

HOOFDSTUK VI

SLOTBEPALINGEN

Artikel 18

Intrekking

1.   Verordening (EG) nr. 1566/2006 wordt ingetrokken.

2.   Verwijzingen naar de ingetrokken verordening gelden als verwijzingen naar de onderhavige verordening.

Artikel 19

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2008.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 3 november 2008.

Voor de Commissie

Joe BORG

Lid van de Commissie


(1)  PB L 409 van 30.12.2006, blz. 1; gerectificeerd in PB L 36 van 8.2.2007, blz. 3.

(2)  PB L 358 van 31.12.2002, blz. 59.

(3)  PB L 261 van 20.10.1993, blz. 1.

(4)  PB L 351 van 28.12.2002, blz. 6.

(5)  PB L 128 van 21.5.2005, blz. 1.

(6)  PB L 340 van 22.12.2007, blz. 46.


BIJLAGE (1)

FORMAAT VOOR DE ELEKTRONISCHE INFORMATIE-UITWISSELING

Nr.

Naam van het element of kenmerk

Code

Omschrijving en inhoud

Verplicht (C)/Voorwaardelijk verplicht — verplicht indien (CIF) (2)/Optioneel (O) (3)

1

Elektronischmeldsysteem-bericht (ERS-bericht)

 

 

 

2

Begin bericht (record)

ERS

Markering voor het begin van een ERS-bericht

C

3

Adres

AD

Bestemming van het bericht (drieletterige ISO-landcode)

C

4

Van

FR

Land dat de gegevens doorgeeft (drieletterige ISO-landcode)

C

5

Nummer van het bericht (record)

RN

Volgnummer van het bericht (formaat LLL99999999)

C

6

Datum van het bericht (record)

RD

Datum van doorgifte van het bericht (JJJJ-MM-DD)

C

7

Tijdstip van het bericht (record)

RT

Tijdstip van doorgifte van het bericht (UU:MM in UTC)

C

8

Berichttype

TM

Soort bericht (logboek = LOG, ontvangstbevestiging = RET, correctie = COR of verkoopdocument = SAL)

C

9

Testbericht

TS

Betekent dat het bericht een testbericht is

CIF test

10

 

 

 

 

11

Als het gaat om een bericht van het type RET

(TM = RET)

 

RET is een ontvangstbevestiging

 

12

De volgende kenmerken moeten worden gespecificeerd

 

Met dit bericht wordt de goede of de slechte ontvangst bevestigd van het met het RN geïdentificeerde bericht

 

13

Nummer van het verzonden bericht

RN

Volgnummer van het bericht waarvan ontvangst is bevestigd door het ontvangende VCC (LLL99999999)

C

14

Retourstatus

RS

Geeft de status aan van het ontvangen bericht/rapport. De codelijst zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats

C

15

Reden voor verwerping (als die er is)

RE

Vrije tekst waarin de reden voor de verwerping wordt toegelicht

O

16

 

 

 

 

17

Als het gaat om een bericht van het type COR

(TM = COR)

 

COR is een correctiebericht

 

18

De volgende kenmerken moeten worden gespecificeerd

 

Met dit bericht wordt een voorgaand bericht gecorrigeerd; de informatie in dit bericht vervangt volledig het vorige, met het RN geïdentificeerde bericht

 

19

Nummer van het oorspronkelijke bericht

RN

Nummer van het te corrigeren bericht (formaat LLL99999999)

C

20

Reden voor correctie

RE

De codelijst kan worden geraadpleegd op: http://ec.europa.eu/fisheries/cfp/control_enforcement/ers_nl.htm

O

21

 

 

 

 

22

Als het gaat om een bericht van het type LOG

(TM = LOG)

 

LOG is een logboekaangifte

 

23

De volgende kenmerken moeten worden gespecificeerd

 

LOG bevat één of meer van de volgende aangiften DEP, FAR, TRA, COE, COX, ENT, EXI, CRO, TRZ, (INS), DIS, PRN, EOF, RTP en LAN

 

24

Begin van de LOG-record

LOG

Markering voor het begin van de logboekrecord

C

25

Nummer van het vaartuig in het communautaire vlootregister (CFR)

IR

Formaat AAAXXXXXXXXX, waarbij A een hoofdletter is die het land van de eerste registratie in de EU aangeeft en X een letter of een getal is

C

26

Belangrijkste identificatieteken van het vaartuig

RC

Internationale radioroepnaam

CIF het communautaire vlootregister niet up-to-date is

27

Identificatietekens op de romp van het vaartuig

XR

Op de romp aangebracht registratienummer van het vaartuig

O

28

Naam van het vaartuig

NA

Naam van het vaartuig

O

29

Naam van de kapitein

MA

Naam van de kapitein (elke wijziging tijdens de visreis moet worden meegedeeld in de volgende LOG-doorgifte)

C

30

Adres van de kapitein

MD

Adres van de kapitein (elke wijziging tijdens de visreis moet worden meegedeeld in de volgende LOG-doorgifte)

C

31

Land van registratie

FS

Vlaggenstaat waar het vaartuig geregistreerd is. Drieletterige ISO-landcode

C

32

 

 

 

 

33

DEP: aangifte van vertrek

 

Vereist voor elke afvaart uit de haven, te zenden in het volgende bericht

 

34

Begin vertrekaangifte

DEP

Markering voor het begin van de aangifte van vertrek uit de haven

C

35

Datum

DA

Datum van afvaart (JJJJ-MM-DD)

C

36

Tijd

TI

Tijdstip van afvaart (UU:MM in UTC)

C

37

Naam van de haven

PO

Havencode (tweeletterige ISO-landcode + drieletterige ISO-havencode). De lijst met de havencodes (LLHHH) zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats

C

38

Geplande activiteiten

AA

De codelijst zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats

CIF er een inspanningsrapport voor de geplande activiteit vereist is

39

Vistuigtype

GE

Lettercode volgens de internationale statistische standaardclassificatie van vistuig van de FAO

CIF er een visserijactiviteit gepland is

40

Subaangifte vangst aan boord (lijst van subaangiften soorten SPE)

SPE

(Zie details van subelementen en kenmerken van SPE)

CIF het vaartuig gevangen vis aan boord heeft

41

 

 

 

 

42

FAR: aangifte van visserijactiviteit

 

Vereist tegen middernacht op elke zeedag of als antwoord op een verzoek van de vlaggenstaat

 

43

Begin van aangifte van visserijactiviteitenverslag

FAR

Markering voor het begin van een aangifte van visserijactiviteitenverslag

C

44

Markering laatste verslag

LR

Markering die aangeeft dat dit het laatste FAR-verslag is dat zal worden verstuurd (LR = 1)

CIF dit het laatste bericht is

45

Inspectiemarkering

IS

Markering die aangeeft dat het visserijactiviteitenverslag is ontvangen na een inspectie aan boord van het vaartuig (IS = 1)

CIF inspectie is verricht

46

Datum

DA

Datum waarvoor visserijactiviteiten worden gemeld terwijl het vaartuig op zee is (JJJJ-MM-DD)

C

47

Tijd

TI

Begintijdstip van de visserijactiviteit (UU:MM in UTC)

O

48

Subaangifte betrokken gebied

RAS

Moet worden aangegeven als er geen vangst was (in het kader van de visserijinspanning). De lijst met de codes voor visgebieden en inspanningsgebieden/instandhoudingsgebieden zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats (Zie details van subelementen en kenmerken van RAS)

CIF

49

Visserijactiviteiten

FO

Aantal visserijactiviteiten

O

50

Vistijd

DU

Duur van de visserijactiviteit in minuten — de vistijd is gelijk aan het aantal uren op zee min de tijd die nodig is voor de vaart naar, tussen en van de visgronden, voor het reven, voor inactiviteit of voor het wachten op reparatie

CIF dit vereist is (3)

51

Subaangifte vistuig

GEA

(Zie details van subelementen en kenmerken van GEA)

CIF vistuig wordt gebruikt

52

Subaangifte verlies vistuig

GLS

(Zie details van subelementen en kenmerken van GLS)

CIF dit volgens de voorschriften vereist is (3)

53

Subaangifte vangst (lijst van subaangiften soorten SPE)

SPE

(Zie details van subelementen en kenmerken van SPE)

CIF vis is gevangen

54

 

 

 

 

55

RLC: aangifte van relocatie

 

Gebruikt als de vangst (volledig of gedeeltelijk) wordt overgedragen of verplaatst van gemeenschappelijk vistuig naar een vaartuig of van het ruim van een vaartuig of het vistuig daarvan naar een bewaarnet, container of hok (buiten het vaartuig) waarin de levende vangst wordt bewaard tot de aanlanding

 

56

Begin aangifte relocatie

RLC

Markering voor het begin van een relocatieaangifte

C

57

Datum

DA

Datum van relocatie van de vangst terwijl het vaartuig op zee is (JJJJ-MM-DD)

CIF

58

Tijd

TI

Tijdstip van relocatie (UU:MM in UTC)

CIF

59

Nummer van het ontvangende vaartuig in het communautaire vlootregister

IR

Formaat AAAXXXXXXXXX, waarbij A een hoofdletter is die het land van de eerste registratie in de EU aangeeft en X een letter of een getal is

CIF het om een gezamenlijke visserijactiviteit en een EU-vaartuig gaat

60

Radioroepnaam van het ontvangende vaartuig

TT

Internationale radioroepnaam van het ontvangende vaartuig

CIF het om een gezamenlijke visserijactiviteit gaat

61

Vlaggenstaat van het ontvangende vaartuig

TC

Vlaggenstaat van het vaartuig dat de vangst ontvangt (drieletterige ISO-landcode)

CIF het om een gezamenlijke visserijactiviteit gaat

62

Nummers van andere partnervaartuigen in het communautaire vlootregister

RF

Formaat AAAXXXXXXXXX, waarbij A een hoofdletter is die het land van de eerste registratie in de EU aangeeft en X een letter of een getal is

CIF het om een gezamenlijke visserijactiviteit gaat, waarbij de partner een EU-vaartuig is

63

Radioroepnaam van ander(e) partnervaartuig(en)

TF

Internationale radioroepnaam van het (de) partnervaartuig(en)

CIF het om een gezamenlijke visserijactiviteit en andere partners gaat

64

Vlaggenstaat van ander(e) partnervaartuig(en)

FC

Vlaggenstaat van het (de) partnervaartuig(en) (drieletterige ISO-landcode)

CIF het om een gezamenlijke visserijactiviteit en andere partners gaat

65

Relocatie naar

RT

Drielettercode voor relocatiebestemming (bewaarnet: KNE, hok: CGE enz.). De codes zullen op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats

CIF

66

Subaangifte POS

POS

Positie van overdracht (Zie details van subelementen en kenmerken van POS)

CIF

67

Subaangifte vangst (lijst van subaangiften soorten SPE )

SPE

Hoeveelheid vis voor relocatie (Zie details van subelementen en kenmerken van SPE)

CIF

68

 

 

 

 

69

TRA: aangifte van overlading

 

Voor elke overlading van de vangst is een aangifte vereist van zowel de overdrager als de ontvanger

 

70

Begin aangifte van overlading

TRA

Markering voor het begin van een overladingsaangifte

C

71

Datum

DA

Begin van TRA (JJJJ-MM-DD)

C

72

Tijdstip

TI

Begin van TRA (UU:MM in UTC)

C

73

Subaangifte betrokken gebied

RAS

Het geografische gebied waar de overlading plaatsvond. De lijst met de codes voor visgebieden en inspanningsgebieden/instandhoudingsgebieden zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats (Zie details van subelementen en kenmerken van RAS)

CIF de overlading op zee plaatsvond

74

Naam van de haven

PO

Havencode (tweeletterige ISO-landcode + drieletterige ISO-havencode). De lijst met de havencodes (LLHHH) zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats

CIF de overlading in de haven plaatsvond

75

Nummer van het ontvangende vaartuig in het communautaire vlootregister

IR

Formaat AAAXXXXXXXXX, waarbij A een hoofdletter is die het land van registratie in de EU aangeeft en X een letter of een getal is

CIF het om een vissersvaartuig gaat

76

Overlading: ontvangend vaartuig

TT

Indien overladend vaartuig — Internationale radioroepnaam van het ontvangende vaartuig

C

77

Overlading: vlaggenstaat van het ontvangende vaartuig

TC

Indien overladend vaartuig — Vlaggenstaat van het vaartuig dat de overlading ontvangt (drieletterige ISO-landcode)

C

78

Nummer van het overladende vaartuig in het communautaire vlootregister

RF

Formaat AAAXXXXXXXXX, waarbij A een hoofdletter is die het land van de eerste registratie in de EU aangeeft en X een letter of een getal is

CIF het om een communautair vaartuig gaat

79

Overlading: (overladend) vaartuig

TF

Indien ontvangend vaartuig — Internationale radioroepnaam van het overladende vaartuig

C

80

Overlading: vlaggenstaat van het overladende vaartuig

FC

Indien ontvangend vaartuig — Vlaggenstaat van het overladende vaartuig (drieletterige ISO-landcode)

C

81

Subaangifte POS

POS

(Zie details van subelementen en kenmerken van POS)

CIF dit vereist is (3) (NEAFC- of NAFO-wateren)

82

Overgedragen vangst (lijst van subaangiften soorten SPE)

SPE

(Zie details van subelementen en kenmerken van SPE)

C

83

 

 

 

 

84

COE: aangifte van binnenkomst in gebied

 

Indien gevist wordt in een bestandherstelgebied of in de westelijke wateren

 

85

Begin aangifte van inspanning: binnenkomst in gebied

COE

Markering voor het begin van een aangifte van binnenkomst in een inspanningsgebied

C

86

Datum

DA

Datum van binnenvaren (JJJJ-MM-DD)

C

87

Tijdstip

TI

Tijdstip van binnenvaren (UU:MM in UTC)

C

88

Doelsoort(en)

TS

Doelsoorten in gebied (demersale, pelagische, schelpen, krabben).

De volledige lijst zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats

C

89

Subaangifte betrokken gebied

RAS

Geografische plaats waar het vaartuig zich bevindt.

De lijst met de codes voor visgebieden en inspanningsgebieden/instandhoudingsgebieden zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats (Zie details van subelementen en kenmerken van RAS)

C

90

Subaangifte vangst aan boord (lijst van subaangiften soorten SPE)

SPE

(Zie details van subelementen en kenmerken van SPE)

O

91

COX: aangifte van vertrek uit gebied

 

Indien gevist wordt in een bestandherstelgebied of in de westelijke wateren

 

92

Begin aangifte van inspanning: vertrek uit gebied

COX

Markering voor het begin van een aangifte van vertrek uit een inspanningsgebied

C

93

Datum

DA

Datum van vertrek (JJJJ-MM-DD)

C

94

Tijdstip

TI

Tijdstip van vertrek (UU:MM in UTC)

C

95

Doelsoort(en)

TS

Doelsoorten in gebied (demersale, pelagische, schelpen, krabben).

De volledige lijst zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats

CIF er geen andere visserijactiviteiten zijn

96

Subaangifte betrokken gebied

RAS

Geografische plaats waar het vaartuig zich bevindt. De lijst met de codes voor visgebieden en inspanningsgebieden/instandhoudingsgebieden zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats (Zie details van subelementen en kenmerken van RAS)

CIF er geen andere visserijactiviteiten zijn

97

Subaangifte positie

POS

Positie van vertrek (Zie details van subelementen en kenmerken van POS)

C

98

Subaangifte vangst

SPE

Vangst in gebied (Zie details van subelementen en kenmerken van SPE)

O

99

 

 

 

 

100

CRO: aangifte van oversteken van gebied

 

Bij oversteken van een bestandherstelgebied of een gebied in de westelijke wateren

 

101

Begin aangifte van inspanning: oversteken van een gebied

CRO

Markering voor het begin van een aangifte van oversteken van een inspanningsgebied (geen visserijactiviteit). In COE-en COX-aangiften hoeven alleen DA TI POS te worden gespecificeerd

C

102

Aangifte van binnenkomst in gebied

COE

(Zie details van subelementen en kenmerken van COE)

C

103

Aangifte van vertrek uit gebied

COX

(Zie details van subelementen en kenmerken van COX)

C

104

 

 

 

 

105

TRZ: aangifte van gebiedsoverschrijdend vissen

 

Bij gebiedsoverschrijdende visserijactiviteiten

 

106

Begin aangifte van inspanning: gebiedsoverschrijdend vissen

TRZ

Markering voor het begin van aangifte gebiedsoverschrijdend vissen

C

107

Aangifte van binnenkomst

COE

Eerste binnenkomst (Zie details van subelementen en kenmerken van COE)

C

108

Aangifte van vertrek

COX

Laatste vertrek (Zie details van subelementen en kenmerken van COX)

C

109

 

 

 

 

110

INS: aangifte van inspectie

 

Te verstrekken door de autoriteiten, niet door de kapitein

 

111

Begin aangifte inspectie

INS

Markering voor het begin van een subaangifte inspectie

O

112

Land van inspectie

IC

Drieletterige ISO-landcode

O

113

Aangewezen inspecteur

IA

Elke staat moet een viercijferig getal ter identificering van hun inspecteur opgeven

O

114

Datum

DA

Datum van de inspectie (JJJJ-MM-DD)

O

115

Tijdstip

TI

Tijdstip van de inspectie (UU:MM in UTC)

O

116

Subaangifte positie

POS

Positie van inspectie (Zie details van subelementen en kenmerken van POS)

O

117

 

 

 

 

118

DIS: aangifte van teruggooi

 

 

CIF dit vereist is (3) (NEAFC of NAFO)

119

Begin aangifte teruggooi

DIS

Markering met gegevens over teruggegooide vis

C

120

Datum

DA

Datum van teruggooi (JJJJ-MM-DD)

C

121

Tijdstip

TI

Tijdstip van teruggooi (UU:MM in UTC)

C

122

Subaangifte positie

POS

Positie bij teruggooi (Zie details van subelementen en kenmerken van POS)

C

123

Subaangifte teruggegooide vis

SPE

Teruggegooide vis (Zie details van subelementen en kenmerken van SPE)

C

124

 

 

 

 

125

PRN: aangifte van voorafgaande aanmelding van terugkeer

 

Moet worden verstrekt vóór de terugkeer naar de haven of indien dit volgens de communautaire voorschriften vereist is

CIF dit vereist is (3)

126

Begin van voorafgaande aanmelding

PRN

Markering voor het begin van een aangifte van voorafgaande aanmelding

C

127

Geplande datum

PD

Geplande datum van aankomst/oversteken (JJJJ-MM-DD)

C

128

Gepland tijdstip

PT

Gepland tijdstip van aankomst/oversteken (UU:MM in UTC)

C

129

Naam van de haven

PO

Havencode (tweeletterige landcode (tweeletterige ISO-landcode) + drieletterige havencode). De lijst met de havencodes (LLHHH) zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats

C

130

Subaangifte betrokken gebied

RAS

Visgebied dat moet worden vermeld in de voorafgaande aangifte voor kabeljauw. De lijst met de codes voor visgebieden en inspanningsgebieden/instandhoudingsgebieden zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats (Zie details van subelementen en kenmerken van RAS)

CIF in de Oostzee

131

Geplande datum van aanlanding

DA

Geplande datum van aanlanding (JJJJ-MM-DD) in de Oostzee

CIF in de Oostzee

132

Gepland tijdstip van aanlanding

TI

Gepland tijdstip van aanlanding (UU:MM in UTC) in de Oostzee

CIF in de Oostzee

133

Subaangiften vangst aan boord (lijst van subaangiften soorten SPE)

SPE

Vangst aan boord (indien pelagische vissoorten, ICES-zone vereist) (Zie details van de subaangifte SPE)

C

134

Subaangifte positie

POS

Positie voor het binnenvaren/verlaten van een gebied/zone (Zie details van subelementen en kenmerken van POS)

CIF

135

 

 

 

 

136

EOF: aangifte van het einde van de visserij

 

Door te sturen onmiddellijk na de laatste visserijactiviteit en vóór terugkeer naar de haven en het aanlanden van vis

 

137

Begin van de afmelding van de vangstaangifte

EOF

Markering voor het voltooien van de visserijactiviteiten vóór de terugkeer naar de haven

C

138

Datum

DA

Datum van afmelding (JJJJ-MM-DD)

C

139

Tijdstip

TI

Tijdstip van afmelding (UU:MM in UTC)

C

140

 

 

 

 

141

RTP: aangifte terugkeer naar haven

 

Door te zenden bij aankomst in de haven, na elke PRN-aangifte en vóór het aanlanden van vis

 

142

Aangifte van terugkeer naar haven

RTP

Markering voor de terugkeer naar de haven aan het eind van een visreis

C

143

Datum

DA

Datum van terugkeer (JJJJ-MM-DD)

C

144

Tijdstip

TI

Tijdstip van terugkeer (UU:MM in UTC)

C

145

Naam van de haven

PO

De lijst met de havencodes (LLHHH: tweeletterige ISO-landcode + drieletterige ISO-havencode) zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats

C

146

Reden van terugkeer

RE

Reden van terugkeer naar haven (bv. beschutting, bevoorrading, aanlanding). De lijst met de codes voor de diverse redenen zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats

CIF

147

 

 

 

 

148

LAN: aangifte van aanlanding

 

Door te zenden na aanlanding van vangst

 

149

Begin aangifte van aanlanding

LAN

Markering voor het begin van een aangifte van aanlanding

C

150

Datum

DA

Datum van aanlanding (JJJJ-MM-DD)

C

151

Tijdstip

TI

Tijdstip van aanlanding (UU:MM in UTC)

C

152

Type verzender

TS

Drielettercode (MAS: kapitein, REP: zijn vertegenwoordiger, AGE: agent)

C

153

Naam van de haven

PO

Havencode (tweeletterige landcode (tweeletterige ISO-landcode) + drieletterige havencode). De lijst met de havencodes (LLHHH) zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats

C

154

Subaangifte aanlanding vangst (lijst van subaangiften SPE met PRO)

SPE

Soorten, visgebieden, aangeland gewicht, verwant vistuig en aanbiedingsvorm (Zie details van subelementen en kenmerken van SPE)

C

155

 

 

 

 

156

POS: subaangifte positie

 

 

 

157

Begin subaangifte positie

POS

Markering met coördinaten van de geografische positie

C

158

Breedtegraad (decimaal)

LT

Breedtegraad uitgedrukt overeenkomstig WGS84-formaat voor VMS

C

159

Lengtegraad (decimaal)

LG

Lengtegraad uitgedrukt overeenkomstig WGS84-formaat voor VMS

C

160

 

 

 

 

161

GEA: subaangifte inzet vistuig

 

 

 

162

Begin subaangifte inzet vistuig

GEA

Markering met coördinaten van de geografische positie

C

163

Type vistuig

GE

Vistuigcode volgens de internationale statistische standaardclassificatie van vistuig van de FAO

C

164

Maaswijdte

ME

Maaswijdte (in mm)

CIF voor het vistuig maaswijdtevoorschriften gelden

165

Vistuigcapaciteit

GC

Grootte en aantal vistuig

CIF dit vereist is voor het ingezette vistuigtype

166

Visserijactiviteiten

FO

Aantal visserijactiviteiten (trekken) per 24 uur

CIF het vaartuig is goedgekeurd voor de visserij op diepzeebestanden

167

Vistijd

DU

Aantal uren dat het vistuig is ingezet

CIF het vaartuig is goedgekeurd voor de visserij op diepzeebestanden

168

Subaangifte uitgezet vistuig

GES

Subaangifte uitgezet vistuig (Zie details van subelementen en kenmerken van GES)

CIF dit vereist is (3) (vaartuig gebruikt staande of vaste netten)

169

Subaangifte binnengehaald vistuig

GER

Subaangifte binnengehaald vistuig (Zie details van subelementen en kenmerken van GER)

CIF dit vereist is (3) (vaartuig gebruikt staande of vaste netten)

170

Subaangifte inzet kieuwnetten

GIL

Subaangifte inzet kieuwnetten (Zie details van subelementen en kenmerken van GIL)

CIF vaartuig vergunning heeft voor de ICES-zones IIIa, IVa, IVb, Vb, VIa, VIb, VIIb, c, j, k en XII

171

Diepten waarop wordt gevist

FD

Afstand van het wateroppervlak tot het laagste onderdeel van het vistuig (in m). Van toepassing op vaartuigen die gesleept vistuig, beuglijnen en vaste netten gebruiken

CIF wordt gevist op diepzeevissen en in de Noorse wateren

172

Gemiddeld aantal haken op beuglijnen

NH

Gemiddeld aantal haken op beuglijnen

CIF wordt gevist op diepzeevissen en in de Noorse wateren

173

Gemiddelde lengte van de netten

GL

Gemiddelde lengte van de netten bij gebruik van vaste netten (in m)

CIF wordt gevist op diepzeevissen en in de Noorse wateren

174

Gemiddelde hoogte van de netten

GD

Gemiddelde hoogte van de netten bij gebruik van vaste netten (in m)

CIF wordt gevist op diepzeevissen en in de Noorse wateren

175

 

 

 

 

176

GES: subaangifte uitgezet vistuig

 

 

CIF dit volgens de voorschriften vereist is (3)

177

Begin subaangifte positie

GES

Markering met informatie over uitgezet vistuig

C

178

Datum

DA

Datum waarop het vistuig is uitgezet (JJJJ-MM-DD)

C

179

Tijdstip

TI

Tijdstip waarop het vistuig is uitgezet (UU:MM in UTC)

C

180

Subaangifte POS

POS

Positie waar het vistuig is uitgezet (Zie details van subelementen en kenmerken van POS)

C

181

 

 

 

 

182

GER: subaangifte binnengehaald vistuig

 

 

CIF dit volgens de voorschriften vereist is (3)

183

Begin subaangifte positie

GER

Markering met informatie over binnengehaald vistuig

C

184

Datum

DA

Datum waarop het vistuig is binnengehaald (JJJJ-MM-DD)

C

185

Tijdstip

TI

Tijdstip waarop het vistuig is binnengehaald (UU:MM in UTC)

C

186

Subaangifte POS

POS

Positie waar het vistuig is binnengehaald (Zie details van subelementen en kenmerken van POS)

C

187

GIL: subaangifte inzet kieuwnetten

 

 

CIF vaartuig vergunning heeft voor de ICES-zones IIIa, IVa, IVb, Vb, VIa, VIb, VIIb, c, j, k en XII

188

Begin subaangifte kieuwnetten

GIL

Markering begin inzet kieuwnetten

 

189

Nominale lengte van één net

NL

Informatie die tijdens elke visreis moet worden geregistreerd (in m)

C

190

Aantal netten

NN

Aantal netten per vloot

C

191

Aantal vloten

FL

Aantal ingezette vloten

C

192

Subaangifte POS

POS

Positie van elke vlootinzet (Zie details van subelementen en kenmerken van POS)

C

193

Diepte van elke ingezette vloot

FD

Diepte van elke ingezette vloot (afstand van het wateroppervlak tot het laagste onderdeel van het vistuig)

C

194

Uitzettijd per ingezette vloot

ST

Uitzettijd per ingezette vloot

C

195

 

 

 

 

196

GLS: subaangifte verlies vistuig

 

Verlies van vaste netten

CIF dit volgens de voorschriften vereist is (3)

197

Begin subaangifte GLS

GLS

Gegevens over verloren vaste netten

 

198

Datum verlies vistuig

DA

Datum van verlies van vistuig (JJJJ-MM-DD)

C

199

Aantal eenheden

NN

Aantal verloren vistuigen

CIF

200

Subaangifte POS

POS

Laatst bekende positie van vistuig (Zie details van subelementen en kenmerken van POS)

CIF

201

 

 

 

 

202

RAS: subaangifte betrokken gebied

RAS

Betrokken gebied, afhankelijk van de desbetreffende meldplicht — er moet minstens één veld worden ingevuld. De codelijst zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats

CIF

203

FAO-gebied

FA

FAO-gebied (bv. 27)

CIF

204

FAO (ICES)-deelgebied

SA

FAO (ICES)-deelgebied (bv. 3)

CIF

205

FAO (ICES)-sector

ID

FAO (ICES)-sector (bv. d)

CIF

206

FAO (ICES)-deelsector

SD

FAO (ICES)-deelsector (bv. 24) (Samen met het bovenstaande geeft dit: 27.3.d.24)

CIF

207

Economische zone

EZ

Economische zone

CIF

208

Statistisch vak van de ICES

SR

Statistisch vak van de ICES (bijv. 49E6)

CIF

209

Visserijinspanningsgebied

FE

De codelijst zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats

CIF

210

Subaangifte positie

POS

(Zie details van subelementen en kenmerken van POS)

CIF

211

 

 

 

 

212

SPE: subaangifte vissoort

 

Totale hoeveelheid per soort

 

213

Begin subaangifte SPE

SPE

Gegevens over gevangen vis per soort

C

214

Naam van de vissoort

SN

Naam van de vissoort (drielettercode van de FAO)

C

215

Gewicht van de vis

WT

Naargelang van de context is dit:

1.

het totaalgewicht van de vis (in kg) in de vangstperiode

2.

het totaalgewicht van de vis (in kg) aan boord (totaal) of

3.

het totaalgewicht (in kg) van de aangelande vis

CIF de soorten niet worden geteld

216

Aantal vissen

NF

Aantal vissen (wanneer de vangst in aantallen vissen moet worden geregistreerd, bv. bij zalm, tonijn)

CIF

217

Hoeveelheid in de netten

NQ

Geraamde kwantiteit in de netten, d.w.z. niet in het ruim

O

218

Aantal vissen in de netten

NB

Geraamd aantal vissen in de netten, d.w.z. niet in het ruim

O

219

Subaangifte betrokken gebied

RAS

Het geografische gebied waar het grootste gedeelte van de vangst heeft plaatsgehad

De codelijst zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats (Zie details van subelementen en kenmerken van RAS)

C

220

Type vistuig

GE

Lettercode volgens de internationale statistische standaardclassificatie van vistuig van de FAO

CIF er slechts voor bepaalde soorten en vangstgebieden een aangifte van aanlanding is

221

Subaangifte verwerking

PRO

(Zie details van subelementen en kenmerken van PRO)

CIF aangifte van aanlanding (overlading)

222

 

 

 

 

223

PRO: subaangifte verwerking

 

Verwerking/aanbiedingsvorm voor elke aangelande soort

 

224

Begin subaangifte verwerking

PRO

Markering met gegevens over visverwerking

C

225

Versheidscategorie vis

FF

Categorie versheid van de vis (A, B, E)

C

226

Bewaartoestand

PS

Lettercode voor de bewaartoestand van de vis, bv. levend, bevroren, gezouten. De codelijst zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats

C

227

Aanbiedingsvorm van de vis

PR

Lettercode voor de aanbiedingsvorm van het product (volgens de wijze van verwerking). Hiervoor moeten de codes worden gebruikt die op een nader te bepalen plaats op de website van de Europese Commissie zullen worden geplaatst

C

228

Verpakking verwerkte producten

TY

Drielettercode (CRT = dozen, BOX = kisten, BGS = zakken, BLC = blokken)

CIF (LAN of TRA)

229

Aantal verpakkingseenheden

NN

Aantal verpakkingseenheden: dozen, kisten, zakken, containers, blokken enz.

CIF (voor LAN of TRA)

230

Gemiddeld gewicht per verpakkingseenheid

AW

Productgewicht (kg)

CIF (voor LAN of TRA)

231

Conversiefactor

CF

Een numerieke factor voor de omzetting van verwerkt gewicht aan vis in levend gewicht aan vis

O

232

 

 

 

 

233

Als het gaat om een bericht van het type SAL (TM = SAL)

 

SAL is een verkoopbericht

 

234

De volgende kenmerken moeten worden gespecificeerd

 

Een verkoopbericht kan een aangifte van een verkoop of van een overname zijn

 

235

Begin verkoopbericht

SAL

Markering voor het begin van een verkoopbericht

C

236

Nummer van het vaartuig in het communautaire vlootregister (CFR)

IR

Formaat AAAXXXXXXXXX, waarbij A een hoofdletter is die het land van de eerste registratie in de EU aangeeft en X een letter of een getal is

C

237

Roepnaam van het vaartuig

RC

Internationale radioroepnaam

CIF het communautaire vlootregister niet up-to-date is

238

Identificatietekens op de romp van het vaartuig

XR

Op de romp aangebracht registratienummer van het vaartuig dat de vis heeft aangeland

O

239

Land van registratie

FS

Drieletterige ISO-landcode

C

240

Naam van het vaartuig

NA

Naam van het vaartuig dat de vis heeft aangeland

O

241

SLI-aangifte

SLI

(Zie details van subelementen en kenmerken van SLI)

CIF verkoop

242

TLI-aangifte

TLI

(Zie details van subelementen en kenmerken van TLI)

CIF overname

243

 

 

 

 

244

SLI: aangifte verkoop

 

 

 

245

Begin aangifte verkoop

SLI

Markering met gegevens over verkoop van een partij

C

246

Datum

DA

Datum van de verkoop (JJJJ-MM-DD)

C

247

Land van de verkoop

SC

Land waar de verkoop plaatsvond (drieletterige ISO-landcode)

C

248

Plaats van de verkoop

SL

De lijst met de havencodes (LLHHH) zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats

C

249

Naam van de verkoper

NS

Naam van de visafslag, andere instantie of persoon die de vis verkoopt

C

250

Naam van de koper

NB

Naam van de instantie of persoon die de vis koopt

C

251

Referentienummer verkoopovereenkomst

CN

Referentienummer verkoopovereenkomst

C

252

Subaangifte brondocument

SRC

(Zie details van subelementen en kenmerken van SRC)

C

253

Subaangifte verkochte partij

CSS

(Zie details van subelementen en kenmerken van CSS)

C

254

 

 

 

 

255

Subaangifte SRC

 

De autoriteiten van de vlaggenstaat moeten het brondocument traceren dat gebaseerd is op het logboek en de aanlandingsgegevens van het vaartuig

 

256

Begin subaangifte brondocument

SRC

Markering met gegevens over het brondocument voor de verkochte partij

C

257

Datum van aanlanding

DL

Datum van aanlanding (JJJJ-MM-DD)

C

258

Naam van land en haven

PO

Naam van land en haven voor de plaats van aanlanding. De lijst met de land-havencodes (LLHHH) zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats

C

259

 

 

 

 

260

Subaangifte CSS

 

 

 

261

Begin subaangifte verkochte partij

CSS

Markering met gegevens over verkocht item

C

262

Naam van de soort

SN

Naam van de verkochte soort (drielettercode van de FAO)

C

263

Gewicht van de verkochte vis

WT

Gewicht van de verkochte vis (in kg)

C

264

Aantal verkochte vissen

NF

Aantal vissen (wanneer de vangst in aantallen vissen moet worden geregistreerd, bv. bij zalm, tonijn)

CIF

265

Prijs van de vis

FP

Prijs per kg

C

266

Munteenheid van verkoop

CR

Munt waarin de verkoopprijs is uitgedrukt. De lijst met de symbolen/codes voor de munteenheid zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats

C

267

Grootteklasse vis

SF

Grootte van de vis (1-8; één grootte of kg, g, cm, mm of aantal vissen per kg, naargelang van het geval)

CIF

268

Bestemming van het product

PP

Codes voor menselijke consumptie, overdracht, industriële doeleinden

CIF

269

Subaangifte betrokken gebied

RAS

De lijst met de codes voor de visgebieden en de inspanningsgebieden/ instandhoudingsgebieden zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats (Zie details van subelementen en kenmerken van RAS)

C

270

PRO: subaangifte verwerking

PRO

(Zie details van subelementen en kenmerken van PRO)

C

271

Uit de markt genomen

WD

Uit de markt genomen door een producentenorganisatie (Y-ja, N-neen, T-tijdelijk)

C

272

Gebruikscode producentenorganisatie

OP

De codelijst zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats

O

273

Bewaartoestand

PS

Lettercode voor de bewaartoestand van de vis, bv. levend, bevroren, gezouten. De codelijst zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats

CIF de hoeveelheden tijdelijk uit de markt zijn genomen

274

 

 

 

 

275

TLI: aangifte van overname

 

 

 

276

Begin aangifte TLI

TLI

Markering voor gegevens van overname

C

277

Datum

DA

Datum van de overname (JJJJ-MM-DD)

C

278

Land van overname

SC

Land waar de overname plaatsvond (drieletterige ISO-landcode)

C

279

Plaats van overname

SL

De lijst van de codes van de havens of (indien niet in een haven) de lijst van de plaatsnamen waar de overname plaatsvond, zal kunnen worden geraadpleegd op een nader te bepalen plaats op de volgende EG-website: http://ec.europa.eu/fisheries/cfp/control_enforcement_nl.htm

C

280

Naam van de overnameorganisatie

NT

Naam van de organisatie die de vis heeft overgenomen

C

281

Referentienummer overnameovereenkomst

CN

Referentienummer overnameovereenkomst

O

282

Subaangifte SRC

SRC

(Zie details van subelementen en kenmerken van SRC)

C

283

Subaangifte overgenomen partij

CST

(Zie details van subelementen en kenmerken van CST)

C

284

 

 

 

 

285

Subaangifte CST

 

 

 

286

Begin van regel voor elke overgenomen partij

CST

Markering met gegevens over elke overgenomen soort

C

287

Naam van de soort

SN

Naam van de verkochte soort (drielettercode van de FAO)

C

288

Gewicht van de overgenomen vis

WT

Gewicht van de overgenomen vis (in kg)

C

289

Aantal overgenomen vissen

NF

Aantal vissen (wanneer de vangst in aantallen vissen moet worden geregistreerd, bv. bij zalm, tonijn)

CIF

290

Grootteklasse vis

SF

Grootte van de vis (1-8; één grootte of kg, g, cm, mm of aantal vissen per kg, naargelang van het geval)

C

291

Subaangifte betrokken gebied

RAS

De lijst met de codes voor de visgebieden en de inspanningsgebieden/ instandhoudingsgebieden zal op de website van de Europese Commissie worden geplaatst, op een nader te bepalen plaats (Zie details van subelementen en kenmerken van RAS)

O

292

PRO: subaangifte verwerking

PRO

(Zie details van subelementen en kenmerken van PRO)

C

1.

De tekensetdefinities zijn beschikbaar op http://europa.eu.int/idabc/en/chapter/556used; voor ERS moet gebruik worden gemaakt van: Western character set (UTF-8).

2.

Alle codes (of passende verwijzingen) zullen worden vermeld op een nader te bepalen plaats op de website van DG Visserij, die kan worden geraadpleegd op het volgende adres: http://ec.europa.eu/fisheries/cfp/control_enforcement_nl.htm (o.m. codes voor correcties, havens, visgronden, uitvaarintenties, redenen voor terugkeer naar de haven, type vissoorten/doelsoorten, codes voor het binnenvaren van inspannings- en instandhoudingsgebieden en andere codes of referenties).

3.

Alle 3-tekencodes zijn XML-elementen (codes van 3 tekens), alle 2-tekencodes zijn XML-kernmerken.

4.

De XML-voorbeeldfiles en de XSD-referentiedefinitie voor de bovenstaande bijlage worden op de website van de Europese Commissie geplaatst, op een nader te bepalen plaats.

5.

Alle gewichten in de tabel worden uitgedrukt in kilogram, zonodig tot op 2 decimalen nauwkeurig.


(1)  Deze bijlage vervangt volledig de bijlage bij Verordening (EG) nr. 1566/2007 tot vaststelling van voorschriften voor de uitvoering van Verordening (EG) nr. 1966/2006 betreffende de elektronische registratie en melding van visserijactiviteiten en een systeem voor teledetectie.

(2)  Verplicht indien vereist krachtens communautaire voorschriften of internationale of bilaterale overeenkomsten.

(3)  Als CIF niet van toepassing is, is het kenmerk optioneel.

1.

De tekensetdefinities zijn beschikbaar op http://europa.eu.int/idabc/en/chapter/556used; voor ERS moet gebruik worden gemaakt van: Western character set (UTF-8).

2.

Alle codes (of passende verwijzingen) zullen worden vermeld op een nader te bepalen plaats op de website van DG Visserij, die kan worden geraadpleegd op het volgende adres: http://ec.europa.eu/fisheries/cfp/control_enforcement_nl.htm (o.m. codes voor correcties, havens, visgronden, uitvaarintenties, redenen voor terugkeer naar de haven, type vissoorten/doelsoorten, codes voor het binnenvaren van inspannings- en instandhoudingsgebieden en andere codes of referenties).

3.

Alle 3-tekencodes zijn XML-elementen (codes van 3 tekens), alle 2-tekencodes zijn XML-kernmerken.

4.

De XML-voorbeeldfiles en de XSD-referentiedefinitie voor de bovenstaande bijlage worden op de website van de Europese Commissie geplaatst, op een nader te bepalen plaats.

5.

Alle gewichten in de tabel worden uitgedrukt in kilogram, zonodig tot op 2 decimalen nauwkeurig.