22.12.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 340/37 |
VERORDENING (EG) Nr. 1565/2007 VAN DE COMMISSIE
van 21 december 2007
tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2535/2001 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad voor de invoerregeling voor melk en zuivelproducten en houdende opening van tariefcontingenten
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelproducten (1), en met name op artikel 26, lid 3, onder a), en artikel 29, lid 1,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat gesloten overeenkomst inzake de handel in landbouwproducten (2), die is goedgekeurd bij Besluit 2002/309/EG, Euratom van de Raad en de Commissie (3) bepaalt dat de bilaterale handel in kaas na een overgangsperiode van vijf jaar volledig zal worden geliberaliseerd met ingang van 1 juni 2007. |
(2) |
Daarom is bij Verordening (EG) nr. 2535/2001 van de Commissie van 14 december 2001 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad voor de invoerregeling voor melk en zuivelproducten en houdende opening van tariefcontingenten (4), gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 487/2007 (5), niet meer voorzien in invoercontingenten en invoerrechten voor kaas van oorsprong uit Zwitserland. In dit verband en gezien de bij artikel 26, lid 3, onder a), van Verordening (EG) nr. 1255/1999, gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1152/2007 (6), ingevoerde flexibiliteit met betrekking tot de noodzaak van een invoercertificaat moet de overlegging van een invoercertificaat voor alle invoer van kaas uit Zwitserland worden afgeschaft. |
(3) |
In artikel 19 bis van Verordening (EG) nr. 2535/2001 is bepaald dat de invoer van zuivelproducten moet worden beheerd volgens het beginsel „wie het eerst komt, het eerst maalt”, overeenkomstig het bepaalde in de artikelen 308 bis tot en met 308 quater van Verordening (EEG) nr. 2454/93 van de Commissie van 2 juli 1993 houdende vaststelling van enkele bepalingen ter uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad tot vaststelling van het communautair douanewetboek (7). Dit beheerssysteem en de voorschriften ervan maken het gebruik van invoercertificaten overbodig en de overlegging ervan moet derhalve worden afgeschaft. |
(4) |
Bepaalde certificaten voor kazen van oorsprong uit Zwitserland en voor de invoer van zuivelproducten in het kader van de contingenten die worden beheerd volgens het beginsel „wie het eerst komt, het eerst maalt” als bedoeld in hoofdstuk I bis van Verordening (EG) nr. 2535/2001, blijven na 1 januari 2008 geldig. Aan de verplichtingen die in verband met deze certificaten zijn aangegaan, moet worden voldaan omdat de zekerheid anders wordt verbeurd. Aangezien vanaf die datum dergelijke invoer zonder certificaat en zonder de daaraan verbonden financiële lasten is toegestaan, moet voor importeurs die beschikken over certificaten die op die datum nog niet volledig zijn gebruikt, de mogelijkheid worden geschapen dat de gestelde zekerheden op hun verzoek worden vrijgegeven. |
(5) |
De overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap en Nieuw-Zeeland in het kader van artikel XXVIII van GATT 1994, met het oog op de wijziging van het WTO-tariefcontingent voor Nieuw-Zeelandse boter dat is opgenomen in EG-lijst CXL, gehecht aan GATT 1994 (8) — de overeenkomst is bij Besluit 2007/867/EG van de Raad van 20 december 2007 (9) goedgekeurd — bevat wijzigingen in het tariefcontingent voor boter in EG-lijst CXL, die in het kader van de multilaterale handelsbesprekingen van de Uruguay-ronde zijn overeengekomen. Bijlage III, deel A, bij Verordening (EG) nr. 2535/2001 moet dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(6) |
De bijlagen IV en V bij Verordening (EG) nr. 2535/2001 bevatten een zeer complex mechanisme en een omslachtige procedure voor de controle op het vetgehalte zowel in Nieuw-Zeeland als in de Gemeenschap. De onlangs goedgekeurde beschrijving van het contingent waarin de marge voor het vetgehalte wordt verruimd van 80-82 % tot 80-85 %, maakt een vereenvoudiging van de monitoringprocedures mogelijk, met name doordat de interpretatie van de monitoringresultaten van het vetgehalte op basis van de procedéspecifieke standaardafwijking vervalt. Voorts worden met zo'n vereenvoudiging de administratieve lasten en de kosten voor beide partijen aanzienlijk teruggedrongen en wordt de toegang tot het contingent voor zowel exporteurs als importeurs vergemakkelijkt. |
(7) |
Artikel 33, lid 1, onder d), van Verordening (EG) nr. 2535/2001 bepaalt dat de met de afgifte belaste instelling van Nieuw-Zeeland zich ertoe verbindt om het certificaat IMA 1 af te geven voordat het erdoor gedekte product het grondgebied verlaat van het land dat het afgeeft. Boter die onder het contingentjaar 2008 valt, mag in Nieuw-Zeeland vanaf november 2007 worden verzonden. Aangezien de nieuwe bepalingen van Verordening (EG) nr. 2535/2001, gewijzigd bij deze verordening, nog niet toepasbaar zijn op dergelijke verzendingen en het enige tijd duurt voordat de nieuwe bepalingen volledig ten uitvoer kunnen worden gelegd, dient artikel 33, lid 1, onder d), van Verordening (EG) nr. 2535/2001 niet te worden toegepast voor de periode 1 november 2007-31 januari 2008. |
(8) |
Tegelijk moet een aantal gegevens over de met afgifte belaste instelling in Nieuw-Zeeland in bijlage XII bij Verordening (EG) nr. 2535/2001 worden bijgewerkt. |
(9) |
Verordening (EG) nr. 2535/2001 moet dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(10) |
Bij Beschikking 2001/651/EG van de Commissie (10) is de procedéspecifieke standaardafwijking van het vetgehalte van boter die uit Nieuw-Zeeland wordt ingevoerd, vastgesteld om de monitoring in het kader van bijlage IV bij Verordening (EG) nr. 2535/2001 te vergemakkelijken. In het kader van de nieuwe regeling, waarin het contingent wordt uitgebreid met ongezouten boter, kan de interpretatie van de monitoringresultaten en daarmee de gecompliceerde procedure van procedéspecifieke standaardafwijking vervallen. Daarom is Beschikking 2001/651/EG achterhaald en moet deze worden ingetrokken. |
(11) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor melk en zuivelproducten, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Verordening (EG) nr. 2535/2001 wordt als volgt gewijzigd:
1. |
Artikel 2 wordt vervangen door: „Artikel 2 Onverminderd titel II van Verordening (EG) nr. 1291/2000 en behoudens andersluidende bepalingen in de onderhavige verordening moet voor alle invoer van zuivelproducten een invoercertificaat worden overgelegd.”. |
2. |
Artikel 19 bis wordt als volgt gewijzigd:
|
3. |
Artikel 20 wordt als volgt gewijzigd:
|
4. |
Na artikel 22 wordt het volgende hoofdstuk ingevoegd: „HOOFDSTUK II bis INVOER BUITEN DE CONTINGENTEN ZONDER OVERLEGGING VAN EEN INVOERCERTIFICAAT Artikel 22 bis 1. Dit artikel is van toepassing op de preferentiële invoer van producten als bedoeld in artikel 3 van de tussen de Gemeenschap en Zwitserland gesloten overeenkomst inzake de handel in landbouwproducten. 2. Alle producten van GN-code 0406 van oorsprong uit Zwitserland zijn vrijgesteld van invoerrechten en van de overlegging van een invoercertificaat. 3. De vrijstelling wordt slechts toegepast na overlegging van de aangifte voor het vrije verkeer, vergezeld van het bewijs van oorsprong dat is afgegeven in toepassing van protocol nr. 3 bij de op 22 juli 1972 te Brussel ondertekende overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat.”. |
5. |
Artikel 38 wordt geschrapt. |
6. |
In artikel 40, lid 1, worden de tweede, de derde en de vierde alinea geschrapt. |
7. |
Bijlage II, deel D, wordt vervangen door de tekst van bijlage I bij deze verordening. |
8. |
Bijlage III, deel A, wordt vervangen door de tekst van bijlage II bij deze verordening. |
9. |
Bijlage IV wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage III bij deze verordening. |
10. |
Bijlage V wordt vervangen door de tekst van bijlage IV bij deze verordening. |
11. |
Bijlage VIII, punt 2, eerste alinea, wordt vervangen door: „De met de afgifte van certificaten IMA 1 belaste instelling kan een certificaat IMA 1 of een deel ervan annuleren voor een erdoor gedekte hoeveelheid die buiten de wil van de exporteur is vernietigd of ongeschikt voor verkoop is geworden. Indien een deel van de door een certificaat IMA 1 gedekte hoeveelheid is vernietigd of ongeschikt voor verkoop is geworden, kan voor de resterende hoeveelheid een vervangingscertificaat IMA 1 worden afgegeven. In het geval van de in bijlage III, deel A, bedoelde Nieuw-Zeelandse boter wordt daartoe de originele productidentificatielijst gebruikt. Het vervangingscertificaat is slechts tot en met dezelfde datum als het origineel geldig. In dit geval wordt in vak 17 van het vervangingscertificaat IMA 1 de vermelding „geldig tot en met 00.00.0000” aangebracht.”. |
12. |
Bijlage X wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage V bij deze verordening. |
13. |
In bijlage XII worden de gegevens over Nieuw-Zeeland vervangen door:
|
Artikel 2
De zekerheden die met betrekking tot invoercertificaten zijn gesteld, worden op verzoek van de betrokkenen vrijgegeven, op voorwaarde dat:
a) |
de certificaten zijn afgegeven voor invoer in het kader van de in hoofdstuk I bis bedoelde contingenten of voor de invoer van producten van GN-code 0406 van oorsprong uit Zwitserland; |
b) |
de geldigheidsduur van de certificaten niet is verstreken vóór 1 januari 2008; |
c) |
de certificaten op 1 januari 2008 nog niet volledig of helemaal niet zijn gebruikt. |
Artikel 3
In afwijking van artikel 34, lid 2, van Verordening (EG) nr. 2535/2001 geldt artikel 33, lid 1, onder d), van die verordening in de periode van 1 november 2007 tot en met 31 januari 2008 niet voor invoer die verband houdt met contingentjaar 2008.
Artikel 4
Beschikking 2001/651/EG wordt ingetrokken.
Artikel 5
Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2008. Artikel 3 is evenwel van toepassing met ingang van 1 november 2007.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 21 december 2007.
Voor de Commissie
Mariann FISCHER BOEL
Lid van de Commissie
(1) PB L 160 van 26.6.1999, blz. 48. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1913/2005 (PB L 307 van 25.11.2005, blz. 2). Verordening (EG) nr. 1255/1999 wordt per 1 juli 2008 vervangen door Verordening (EG) nr. 1234/2007 (PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1).
(2) PB L 114 van 30.4.2002, blz. 132.
(3) PB L 114 van 30.4.2002, blz. 1.
(4) PB L 341 van 22.12.2001, blz. 29. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1324/2007 (PB L 294 van 13.11.2007, blz. 14).
(5) PB L 114 van 1.5.2007, blz. 8.
(6) PB L 258 van 4.10.2007, blz. 3.
(7) PB L 253 van 11.10.1993, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 214/2007 (PB L 62 van 1.3.2007, blz. 6).
(8) Zie bladzijde 95 van dit Publicatieblad.
(9) Zie bladzijde 95 van dit Publicatieblad.
(10) PB L 229 van 25.8.2001, blz. 24. Beschikking laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2004/584/EG (PB L 255 van 31.7.2004, blz. 41).
BIJLAGE I
„BIJLAGE II, DEEL D
Verlaagde rechten in het kader van bijlage 2 bij de overeenkomst inzake de handel in landbouwproducten met Zwitserland
GN-code |
Omschrijving |
Douanerecht (EUR/100 kg nettogewicht) Vanaf 1 juni 2007 |
0402 29 11 ex 0404 90 83 |
Melk voor zuigelingen (1), luchtdicht verpakt in verpakkingen met een netto-inhoud per onmiddellijke verpakking van niet meer dan 500 g en met een vetgehalte van meer dan 10 gewichtspercenten |
43,80 |
(1) Onder „melk voor zuigelingen” wordt verstaan: producten die vrij zijn van ziekteverwekkende kiemen en die minder dan 10 000 levensvatbare aëroben en minder dan 2 colibacteriën per gram bevatten.”
BIJLAGE II
„BIJLAGE ΙII, DEEL A
Tariefcontingenten in het kader van de GATT/WTO-overeenkomsten, gespecificeerd naar land van oorsprong: Nieuw-Zeelandse boter
GN-code |
Omschrijving |
Land van oorsprong |
Contingent per jaar van 1 januari tot en met 31 december (in ton) |
Halfjaarlijks maximumcontingent (hoeveelheden in ton) |
Contingent Deel A Contingentnummer 09.4195 |
Contingent Deel B Contingentnummer 09.4182 |
Invoerrecht (in EUR per 100 kg nettogewicht) |
Voorschriften voor het invullen van certificaten IMA 1 |
ex 0405 10 11 ex 0405 10 19 |
Boter, van ten minste zes weken oud, met een vetgehalte van niet minder dan 80 doch minder dan 85 gewichtspercenten, rechtstreeks uit melk of room bereid zonder gebruikmaking van opgeslagen materialen volgens één enkel volledig apart en ononderbroken procedé |
Nieuw-Zeeland |
74 693 t |
Halfjaarlijks contingent vanaf januari 2008 37 346,5 t |
20 540,5 t |
16 806 t |
70,00 |
Zie bijlage IV” |
ex 0405 10 30 |
Boter, van ten minste zes weken oud, met een vetgehalte van niet minder dan 80 doch minder dan 85 gewichtspercenten, rechtstreeks uit melk of room bereid zonder gebruikmaking van opgeslagen materialen volgens één enkel volledig apart en ononderbroken procedé waarbij de room een fase van geconcentreerd melkvet en/of fractionering van dat melkvet kan doorlopen (de zogenaamde „Ammix”- en „Spreadable”-procedés) |
BIJLAGE III
Bijlage IV bij Verordening (EG) nr. 2535/2001 wordt als volgt gewijzigd:
1. |
De titel wordt vervangen door: „CONTROLE OP HET GEWICHT EN HET VETGEHALTE VAN OVEREENKOMSTIG HOOFDSTUK III, AFDELING 2, VAN VERORDENING (EG) Nr. 2535/2001 INGEVOERDE BOTER VAN OORSPRONG UIT NIEUW-ZEELAND”. |
2. |
Deel 1, onder e), wordt geschrapt. |
3. |
Deel 2 wordt als volgt gewijzigd:
|
4. |
Deel 4 wordt als volgt gewijzigd:
|
BIJLAGE IV
„BIJLAGE V
BIJLAGE V
Bijlage X bij Verordening (EG) nr. 2535/2001 wordt als volgt gewijzigd:
a) |
vak 7 wordt vervangen door: 7. Merken, nummers, aantal en aard van de colli, nauwkeurige beschrijving van de gecombineerde nomenclatuur, 8-cijferige GN-code van het product voorafgegaan door „ex”, en vermelding van de aanbiedingsvorm.
|
b) |
vak 13 wordt vervangen door: 13. Vetgehalte in gewichtspercenten (%) |